ID.nl logo
Video's bewerken met OpenShot
© Reshift Digital
Huis

Video's bewerken met OpenShot

Zeker na de zomervakantie is het bewerken van video’s een klusje waar nogal wat mensen zich voor gesteld zien. Al was het maar om al het overbodige materiaal uit de geschoten vakantiefilmpjes te halen. Deze activiteit hoeft je dankzij de open source videobewerker OpenShot geen cent te kosten. En met deze tips is het ook niet zo heel moeilijk meer.

Tip 01: Installeren

OpenShot is een veelzijdige videobewerker met vriendelijke bediening, en daarmee ook meteen een uitstekend alternatief voor Windows Movie Maker. Prettige bijkomstigheid: je kunt kiezen uit versies voor Windows, Linux en macOS. De installatie is rechttoe-rechtaan en kent geen vervelende opties met reclame-malware. De eerste keer dat je het programma start, verschijnt een korte introductie. In de eerste stap is het mogelijk om de standaard ingeschakelde optie Ja, ik wil OpenShot verbeteren! uit te zetten. Daarmee voorkom je dat er gebruiksgegevens naar de makers worden verzonden, mocht je erg op je privacy gesteld zijn. Doorloop de introductie even en de pret kan beginnen.

©PXimport

Tip 02: Importeren

Ten eerste moet er een videobestand geïmporteerd worden in OpenShot, bijvoorbeeld van je smartphone, digitale fotocamera of natuurlijk een al even digitale videorecorder. Wel dienen deze films eerst naar de pc overgeheveld te worden. Hiervoor bewandel je de gebruikelijke weg, al dan niet geholpen door bij het apparaat geleverde software. Blader met de Windows Verkenner naar de map waar de videobestanden zijn bewaard. Klik op een bestand en sleep het naar het linker venster – onder Projectbestanden – van OpenShot.

Tip 03: Filmstrip

De clips zijn nu in OpenShot geïmporteerd. Om echt iets aan videobewerking te kunnen doen, sleep je ze – in de gewenste volgorde – naar de tijdlijn onder in beeld. Het maakt verder niet uit in welk ‘spoor’ je de clips achter elkaar zet. Pak dus in principe het bovenste (Spoor 4), anders blijf je mogelijk heen en weer scrollen. Plaats om te beginnen eens twee clips netjes achter en tegen elkaar aan. Vervolgens voegen we meteen even een ‘starteffect’ in de vorm van een zoom-in toe. Klik daarvoor met de rechtermuisknop op het eerste ingevoegde fragment. In het geopende contextmenu klik je Animatie / Begin van fragment / Zoom / Inzoomen (50% naar 100%). Uiteraard kun je ook een van de vele andere beschikbare effecten gebruiken.

©PXimport

Tip 04: Preview

Je kunt het toegevoegde effect direct bekijken. Klik daarvoor onder het preview-paneel op de afspeelknop. Bedenk daarbij dat de preview mogelijk net iets minder vloeiend verloopt dan straks in de uiteindelijke film. In het preview-beeld zie je namelijk live toegepaste effecten. Als je over een wat tragere pc en/of videokaart beschikt, wordt er hier en daar wellicht een beeld (frame) overgeslagen. Naast de afspeel- annex pauzeknop staan er onder de voorbeeldvideo nog een paar knoppen. De meest linkse en rechtse gele exemplaren dienen om snel naar het begin of eind van de content op de filmstrip te springen. De witte ‘dubbele driehoekjes’ zorgen voor vooruit of achteruit spelen. Herhaald op een van deze knopjes klikken zorgt voor versneld afspelen. Te snel? Klik dan op het tegenovergestelde knopje om de zaak weer te vertragen.

Tip 05: Overgang

Een harde overgang tussen clips kan soms mooi zijn, maar vaak ook niet. Zeker niet als beide clips niet helemaal aan elkaar gerelateerd zijn. Wil je een zachtere overgang, dan kun je kiezen uit een scala aan effecten. Klik boven de filmstrook op Overgangen. Vaak zijn de simpelste effecten het mooist, zoals faden. Het zorgt voor een rustige weergave waar de kijker geen hoofdpijn van krijgt. Maar wil je je eens helemaal uitleven, dan kan dat: psychedelische effecten genoeg. Om een overgangseffect tussen twee clips in te stellen, sleep je eerst een effect naar het einde van de eerste clip en vervolgens hetzelfde effect naar het begin van de volgende. Met andere woorden: wil je bijvoorbeeld fade naar zwart maken aan het eind van een clip, dan sleep je het blokje Fade naar het einde van de eerste clip. Sleep dit Fade-effect breder of smaller om het effect te verlengen. Standaard is Fade ingesteld op infaden. Om langzaam naar zwart te faden klik je met de rechter muisknop op het toegevoegde effect in de filmstrip. Klik in het contextmenu op omgekeerde transitie. Sleep nu nogmaals het Fade-effect vanuit het overgangenpaneel naar het opvolgende blok. Sleep het op de gewenste lengte. Deze keer hoef je niet voor een omgekeerde transitie te kiezen, want we willen infaden en dat is het standaardgedrag van dit effect. Het eindresultaat is nu dat het beeld langzaam zwart wordt aan het einde van de eerste clip en het beeld van de opvolgende clip langzaam zichtbaar wordt.

©PXimport

Wil je een zachtere overgang, dan kun je kiezen uit een scala aan effecten.

-

Tip 06: Crossfade

Wil je een echte ‘crossfade’ maken, dan is wat meer creativiteit nodig. Sleep de aansluitende videoclip naar een spoor lager, bijvoorbeeld van Spoor 4 naar Spoor 3. Zorg dat het iets overlapt met de voorgaande clip. Sleep ook het Fade-effect (of een ander) weer naar het begin van deze verhuisde clip. Je hebt nu een prima crossover gemaakt.

Tip 07: Project bewaren

Je hebt nu al aardig wat dingen uitgevoerd in de software. Tijd om het project te bewaren. Klik in het menu Bestand op Project opslaan. Geef je project een naam en bewaar het in een map waar je het terug kunt vinden. Let op: je bewaart nu de film nog niet! Dit is puur de omschrijving van het geheel. Het is dus zaak om te zorgen dat de bronclips in de map blijven staan waarvandaan je ze ook hebt toegevoegd vanuit de Verkenner. Pas als het project helemaal klaar is en je zeker weet dat je niets meer wilt veranderen, kun je de bronbestanden verwijderen of verplaatsen. En dan pas ná het renderen en bewaren van de uiteindelijke video. Komen we straks nog uitgebreid op terug. Verder geldt dat er in de map waar je het projectbestand bewaart, ook een mapje met de naam thumbnail wordt aangemaakt. Ook die map moet je laten staan. Ook als je je project op bijvoorbeeld het bureaublad hebt opgeslagen.

©PXimport

Tip 08: Beter filmen

Deze video-editor is vooral handig voor het inkorten van fragmenten. Vaak zit er namelijk een vreemde beweging aan het begin en einde van een opname uit de losse hand. Gouden tip bij het filmen: zorg voor wat rust aan het begin en het eind van een opname. Ofwel: hou de camera een seconde of drie stil en begin dan pas met bewegen. Dat maakt het achteraf bewerken van de videoclips een stuk makkelijker. Overgangen zien er ook mooier uit bij stilstaand beeld, waarbij de camera niet beweegt. Pannen is bijvoorbeeld heel mooi, maar houd de camera aan het eind van zo’n pan even stil. Direct vanuit een pan overgaan naar een volgend fragment oogt vaak lelijk.

Tip 09: Inkorten

Het inkorten – ook wel ‘trimmen’ genoemd - van een videofragment is eenvoudig. Beweeg je muis naar het begin of einde van een videoblokje op de tijdlijn, tot aan het punt waarop de cursor in twee tegengestelde horizontale pijltjes verandert. Je kunt nu met de linkermuisknop het blok op de gewenste lengte slepen. In het preview-venster zie je precies waar je gaat snijden. Heb je het blok op lengte gesneden en de overbodige zaken verwijderd, dan zul je zien dat een eventueel aanwezig opvolgend blok een stukje verder staat. De ontstane zwartruimte tussen beide blokken is niet goed, die levert namelijk ook een zwart beeld op gedurende die tijd. Schuif alle navolgende (of voorgaande) blokken dan ook weer netjes sluitend. Heb je meerdere blokken inclusief effecten over verschillende sporen verdeeld staan, dan is het zaak om eerst alle te verplaatsen blokken te selecteren. Dat kan door erop de Control-klikken. Sleep vervolgens de hele selectie sluitend. Ook is het mogelijk met de muis een selectiekader om alle te verplaatsen blokken te slepen, net wat je prettiger vindt. Is alles weer netjes aangesloten, dan is de operatie geslaagd.

©PXimport

In eerste instantie heb je het geluid niet nodig: eerst moet het beeld in orde zijn

-

Tip 10: Effecten als laatst

Een heel praktische tip voor videobewerken in OpenShot: plaats eerst alle videofragmenten in de juiste volgorde op de tijdlijn en pas ze in lengte aan. Voeg pas daarna (overgangs)effecten toe. Het maakt dat je minder goed hoeft op te letten bij het verplaatsen van de blokken. En ook loop je niet het risico een precies goed geplaatst (overgangs)effect kapot te maken doordat je het per ongeluk niet hebt geselecteerd.

Tip 11: Audio scheiden

Het is je ongetwijfeld al opgevallen dat er geen geluidsspoor getoond wordt in OpenShot. In eerste instantie heb je dat ook niet nodig: eerst moet het beeld in orde zijn. Het is praktisch om beeld en geluid van elkaar te scheiden. Je kunt dan het beeld en geluid onafhankelijk van elkaar bewerken. Dat regel je door met de rechtermuisknop op een videoclip in de tijdlijn te klikken, en dan in het geopende contextmenu voor Audio Scheiden en Enkele Clip (alle kanalen) te kiezen. Je ziet nu dat er – na even wachten – een nieuw audio-blok direct boven of onder het bijbehorende videoblokje verschijnt. Of het videoblok verplaatst naar een spoor lager of hoger, net wat qua plaatsing beter uitkomt. Voor de duidelijkheid hebben we even een nieuw voorbeeldproject opgezet.

©PXimport

Tip 12: Audio bekijken

Van het langere blok is de audio nu van het beeld gescheiden. Met als gevolg twee op het oog identieke blokjes op de tijdlijn. Maar let op de naamgeving: we zien IMG_1872.MOV en IMG_1872.MOV (alle kanalen). Dat laatste blok met de vermelding alle kanalen is het audioblok. Wil je dat duidelijker maken, klik dan met de rechtermuisknop op het laatstgenoemde geluidsblok en daarna in het geopende contextmenu onder Weergave op Waveform geluid weergeven. Je ziet nu een grafische representatie van het geluidsspoor dat bij de clip hoort.

Tip 13: In- en uitfaden

Nu is OpenShot geen geluidsbewerker; daarvoor moet je uitwijken naar iets als het ook opensource Audacity. Wel beschikt deze video-editor over een paar praktische tools. Zo behoren in- of uitfaden van het geluid tot de mogelijkheden. Klik met de rechtermuisknop op het audioblokje en kijk in het geopende contextmenu onder Volume. Daar tref je volumeopties verdeeld over drie categorieën aan. Onder Begin van Fragment vind je onder meer de infade-optie en onder Einde van fragment de uitfade-optie. Telkens kun je kiezen uit snel of langzaam. Het volume van de hele clip kan verhoogd of verlaagd worden onder Gehele clip. Daar kun je ook kiezen om automatische aan begin en eind respectievelijk een fade-in en fade-out te maken. In principe zijn dit alle tools die je nodig hebt om videogeluid op orde te brengen.

©PXimport

Heb je slecht of oninteressant geluid bij een videoblok, verwijder dat dan

-

Tip 14: Muziek

Muziek toevoegen is heel makkelijk. Sleep een audiobestand (bijvoorbeeld een mp3’tje of flac) naar je Projectbestanden in OpenShot. Sleep vervolgens van daaruit de muziek naar een leeg spoor. Je kunt de audiotrack net als alle andere blokken verplaatsen, trimmen enzovoorts. Heb je bijvoorbeeld slecht of niet interessant geluid bij een bepaald videoblok, dan kun je daarvan het geluid helemaal verwijderen. Scheid geluid en beeld eerst weer en verwijder dan het geluidsblok (selecteren en op Delete drukken). Nu hoor je alleen de achtergrondmuziek. Je ziet het complete plaatje iets hiervoor onder het kopje Audio scheiden.

Tip 15: Exporteren

Is je film klaar, dan moet deze geëxporteerd worden. Klik daarvoor in het menu Bestand op Video exporteren. Vul en bestandsnaam in en kies en map via de knop Bladeren. Om zo compatibel mogelijk te zijn met een scala aan afspeelapparatuur kies je het best achter Doel voor MP4 (h.264). De meeste digitale video- en fotocamera’s filmen in Full HD 1080p (interlaced) met 30 beelden per seconde (fps). Kies daar dan ook voor achter Videoprofiel. Is jouw camera anders ingesteld, dan kan hier gekozen worden uit een lange lijst aan andere settings. Zorg dat achter Kwaliteit de optie Hoog is gekozen. Klik op Video exporteren. Deze klus kan – zeker bij langere video’s – even duren!

©PXimport

▼ Volgende artikel
Slimmer overstappen zorgverzekering 2026: pak dubbel voordeel met CashbackXL
© ID.nl
Zekerheid & gemak

Slimmer overstappen zorgverzekering 2026: pak dubbel voordeel met CashbackXL

Naar verwachting stappen dit jaar weer ruim 1,2 miljoen mensen over van zorgverzekering. Verstandig, maar het kan nóg slimmer. Wie overstapt via CashbackXL profiteert namelijk dubbel: je bespaart op de premie én ontvangt cashback-punten die je kunt inwisselen voor keiharde euro's.

We zitten midden in het overstapseizoen. Tot en met 31 december heb je de tijd om je huidige zorgverzekering op te zeggen en een nieuwe te kiezen. De ontevredenheid over de hoge premies is voor velen de belangrijkste reden om te wisselen. Daarnaast kiezen steeds meer mensen voor een minder uitgebreide aanvullende verzekering om de kosten te drukken. Er valt vaak honderden euro's per jaar te besparen door simpelweg te vergelijken. Maar waarom zou je genoegen nemen met alléén een lagere premie?

Punten scoren (en cashen!)

Als je via CashbackXL overstapt, ontvang je voor elke nieuw afgesloten zorgverzekering bij de grote vergelijkers Poliswijzer.nl, Zorgkiezer en Overstappen.nl 2.750 punten. Deze punten zijn geld waard: 1 punt staat gelijk aan € 0,01. Dit betekent dat je per overstap € 27,50 extra voordeel pakt.
Of je nu kiest voor a.s.r., VGZ Bewuzt, OHRA, Zilveren Kruis Ziezo of een van de vele andere verzekeraars uit de lijst: als je via de juiste vergelijker overstapt, pak je die bonus mee. In onderstaand overzicht zie je bij welke vergelijker je moet zijn voor een specifieke verzekeraar.

💡Slimme tip: zo krijg je meerdere cashbacks op één adres

Stappen jij en je partner allebei over? Let dan even goed op. Normaal gesproken geldt de regel: één cashback per vergelijker, per adres/gezin. Maar daar is een slimme oplossing voor. Wil je voor meerdere gezinsleden een cashback ontvangen? Sluit de verzekeringen dan af bij verschillende vergelijkers.

Voorbeeld: Jij sluit je nieuwe verzekering af via Poliswijzer.nl (2.750 punten) en je partner sluit af via Overstappen.nl (ook 2.750 punten). Zo ontvang je op hetzelfde adres twee keer de cashback!

Belangrijk om te weten: geduld wordt beloond

Overstappen doe je vóór 1 januari, maar de controle duurt even. Zorgverzekeraars keuren de aanvragen namelijk pas definitief in april 2026. Het duurt dus even voordat de punten in je account op 'goedgekeurd' staan, maar dat is het wachten waard.

Voorwaarden puntenactie zorgverzekering 2026

Wil je in aanmerking komen voor deze actie, lees dan onderstaande voorwaarden even aandachtig door:

• Je moet 18 jaar of ouder zijn.
• Het moet gaan om een nieuwe verzekering (als je verlengt bij je huidige verzekeraar (ook al sluit je een andersoortige verzekering af) dan geldt dat hier niet als overstappen.
• Alle genoemde cashbacks gelden altijd voor elk eigen risico.

Zo werkt de zorgverzekerings-cashback

Wil jij 2026 financieel goed beginnen? Volg dan deze stappen voor de perfecte tracking:

1. Maak een account aan op CashbackXL.
2. Klik bovenaan in de blauwe balk op Zorgverzekering 2026.
3. Bekijk in het overzicht welke verzekeraar via welke vergelijker (Poliswijzer, Zorgkiezer of Overstappen) beschikbaar is.
4. Klik op de link en start de vergelijking. Let op: accepteer alle cookies op de site van de vergelijker en zet je adblocker uit. Dit is noodzakelijk om de punten te kunnen registreren.
5. Sluit de verzekering af.
6. Je aankoop wordt geregistreerd en na goedkeuring in april 2026 kun je jouw punten verzilveren in euro's.

Waarom je CashbackXL kunt vertrouwen

CashbackXL is de grootste cashback-site van Nederland. De site registreert 97 procent van alle aankopen succesvol en scoort op Kiyoh een klantwaardering van een 9,0. Je ontvangt je uitbetaling maandelijks (of wanneer jij wilt, zonder minimumbedrag), krijgt de hoogste cashback-percentages en kunt terecht bij een toegankelijke klantenservice.

▼ Volgende artikel
Dit wil je weten over tweestapsverificatie, óók zonder je smartphone
© Looker_Studio - stock.adobe.com
Huis

Dit wil je weten over tweestapsverificatie, óók zonder je smartphone

Je inloggegevens alleen met een wachtwoord beveiligen is vragen om problemen. Steeds meer diensten en apps bieden daarom tweefactorauthenticatie (2FA) aan, of ze verplichten dit zelfs. Naast een wachtwoord heb je dan een tweede factor nodig. Vaak gebruik je hiervoor je smartphone, maar wat doe je als je (tijdelijk) geen telefoon hebt?

Dit artikel in het kort

Tweestapsverificatie (2FA) beschermt je accounts beter dan alleen een wachtwoord. Vaak gebruik je hiervoor je smartphone, maar dat hoeft niet. In dit artikel lees je hoe je ook zonder telefoon veilig kunt inloggen. Zo ontdek je hoe desktop-authenticators zoals Proton of KeePassXC werken, hoe je een hardwaresleutel zoals een YubiKey instelt, en hoe je back-upcodes aanmaakt voor noodgevallen. Ook wordt uitgelegd wat een digitale en fysieke token precies doen en hoe toegangssleutels (passkeys) een alternatief vormen voor klassieke wachtwoorden.

Wachtwoorden kun je vergeten, of ze worden gehackt. Daarom is het niet handig om de toegang tot een dienst of app alleen met een wachtwoord te beveiligen. Voor meer veiligheid voeg je daar een tweede authenticatiemethode aan toe. We hebben het over het aanmelden via 2FA (tweefactorauthenticatie oftewel tweestapsverificatie).

Bij 2FA heb je naast iets wat je weet, meestal een wachtwoord, ook iets wat je 'hebt' of 'bent' nodig om in te loggen. Zo'n tweede factor is vaak een unieke, eenmalige code via een authenticator-app op je smartphone. Het kan ook een sms-code, pushmelding, hardwaresleutel of een biometrische beveiliging zijn. Zo kan een aanvaller met je wachtwoord niet binnendringen, want hij heeft ook die tweede factor nodig. Een geraden of gelekt wachtwoord is dus niet meer voldoende, wat de veiligheid verhoogt.

Smartphone

Veel 2FA-oplossingen werken via een smartphone, bijvoorbeeld met de authenticator-app van Authy, Google of Microsoft, of via sms-berichten naar je telefoon. Dit is handig, maar er zijn ook nadelen. Je hebt altijd je telefoon nodig en bij een lege batterij, verlies of diefstal kom je mogelijk niet bij je accounts. Ook al je je in een gebied zonder mobiel bereik bevindt, is het lastig of onmogelijk om een sms te ontvangen.

2FA via sms is bovendien kwetsbaar voor praktijken als sim-swapping. Hierbij zet een aanvaller jouw telefoonnummer om naar een eigen simkaart om zo sms-codes te ontvangen. Je smartphone kan ook besmet raken (via phishing) met malware. Ook daarmee kan een aanvaller andere 2FA-codes onderscheppen.

Het kan ook zijn dat je geen smartphone voor je werk hebt en dat je je privételefoon liever niet gebruikt voor werkgerelateerde 2FA-authenticaties. Je kunt er natuurlijk ook nog bewust voor kiezen om geen eigen smartphone te hebben.

Gelukkig bestaan er veilige alternatieven om je ook zonder smartphone via 2FA aan te kunnen melden, zoals de rest van dit artikel duidelijk maakt.

Lees ook: Waarom je beter geen sms voor tweestapsverificatie kunt gebruiken

Een eenmalige code via een (mobiele) authenticator-app is een van de populairste 2FA-verificatiemethoden.

Desktop-authenticator

Veel mensen gebruiken als tweede factor een eenmalige code via een authenticator-app. Daarvoor bestaan verschillende gratis mobiele apps, maar je kunt ook je desktop of laptop inzetten. Je hoeft geen virtuele Android-omgeving op te zetten met een tool als BlueStacks om zo bijvoorbeeld de mobiele Android-authenticator van Google of Microsoft te kunnen draaien. Installeer gewoon de desktopversies, zoals het Zwitserse Proton of het Zweedse Yubico.

We vertellen je in het kort hoe je hiermee bij Google aanmeldt. De procedure bij andere diensten en apps gaat op een vergelijkbare manier. Surf naar https://myaccount.google.com en open Beveiliging. Kies Tweestapsverificatie en zorg dat deze is ingeschakeld. Klik bij tweede stap op Authenticator en daarna op Authenticator instellen. Er verschijnt een QR-code, maar voor je desktop-app klik je op Kun je de code niet scannen. Je krijgt nu de nodige gegevens om de geheime sleutel (zie kader Werking digitale token) handmatig in te voeren.

Als je dit in je authenticator-app hebt ingesteld (zie de alineaProton Authenticator), klik je op Volgende en voer je de code in die de app genereert. Je kunt nu definitief tweestapsverificatie bij Google aanzetten. Bij de volgende aanmeldingen voer je nu voortaan naast je wachtwoord ook de gevraagde code in.

De tweestapsverificatie bij Google is geactiveerd, met (voorlopig alleen) een authenticatorcode als tweede factor.

Proton Authenticator

We nemen Proton Authenticator voor Windows als voorbeeld (ook beschikbaar voor macOS en Linux). De installatie bedraagt slechts enkele muisklikken. Start daarna de app start op en klik op Create new code. Vul bij Title bijvoorbeeld Google account in en plak de sleutel van 32 tekens in het veld Secret.

Bij Issuer kun je Google opgeven. Via Advanced options pas je eventueel instellingen aan als de dienst specifieke eisen heeft voor het aantal cijfers (standaard 6), tijdsinterval (standaard 30 seconden), algoritme (standaard SHA1) of type (standaard TOTP, maar kies STEAM voor het Steam-gameplatform van Valve). Klik op Save code om de code toe te voegen.

Via het tandwielpictogram kun je onder meer je codes back-uppen, exporteren, importeren en ook synchroniseren tussen apparaten via een gratis Proton-account. Na het aanmaken verschijnt de code in het hoofdvenster, met een geanimeerd pictogram dat de resterende geldigheidsduur toont. Je hoeft deze code nu maar bij de juiste dienst in te vullen als tweede factor, naast je wachtwoord.

Via Proton Authenticator voeg je een TOTP-code toe aan Googles 2FA-verificatieproces.

Werking digitale token

De meeste mensen gebruiken een digitaal token als tweede factor, zoals een pushmelding of een eenmalige cijfercode. Dit laatste wordt ook wel TOTP genoemd (Time-based One-Time Password) en werkt als volgt.

Bij het instellen van 2FA genereert de dienst een unieke geheime sleutel. Deze wordt één keer met je authenticator-app gedeeld via een QR-code of handmatige invoer. Zowel de server van de dienst als je authenticator-app gebruiken deze sleutel samen met het actuele tijdstip om met dezelfde wiskundige formule een code van meestal 6 cijfers te berekenen. Zo'n code blijft standaard dertig seconden geldig. Zodra je deze code invoert, vergelijkt de server deze met zijn eigen berekening. Is er een match, dan weet de server dat jij de juiste geheime sleutel hebt en dat de code actueel is, waarna je kunt inloggen.

©TvD | ID.nl

De achterliggende werking van een TOTP-systeem.

TOTP-wachtwoordmanager

Wachtwoorden zijn vooralsnog niet verdwenen (zie ook kader Zonder wachtwoord) en daarom is een wachtwoordmanager aan te raden. Zo hoef je al je wachtwoorden niet zelf te onthouden, voorkom je dat je ze achteloos noteert en vermijd je te veel dezelfde of simpele varianten.

Enkele wachtwoordmanagers ondersteunen ook TOTP-codes voor 2FA, zodat je geen aparte authenticator-app nodig hebt. Gratis opties voor Windows-desktop zijn onder meer Bitwarden en KeePassXC.

We nemen KeePassXC als voorbeeld, dat ook voor macOS en Linux beschikbaar is. Je installeert de tool met enkele muisklikken. Bij de eerste start klik je op Database aanmaken, voer je een naam en eventueel een omschrijving in. Klik daarna op Doorgaan. Laat de instellingen gerust ongewijzigd en klik op Doorgaan. Geef een sterk hoofdwachtwoord in (twee keer) en bevestig met Gereed. Kies een locatie voor de database en klik op Opslaan.

Voer in het hoofdvenster de accountgegevens in, zoals Titel, Gebruikersnaam, Wachtwoord en URL, en bevestig met OK. Het item wordt toegevoegd. Klik er met de rechtermuisknop op, kies TOTP / TOTP instellen en vul de Geheime sleutel in. Pas via Aangepaste instellingen eventueel de parameters aan en bevestig met OK. Om de TOTP-code te zien, kies je TOTP / TOTP (QR code) weergeven in het contextmenu.

Je kunt ook de KeePassXC-browserextensie downloaden en installeren om je online wachtwoorden en TOTP-codes automatisch in de browser in te vullen.

Ook wachtwoordbeheerder KeePassXC kan TOTP-codes genereren.

Hardwaresleutel

In plaats van een digitale sleutel kun je ook een fysieke hardwaresleutel gebruiken als tweede factor. Zo'n sleutel is extra veilig omdat deze via internet niet kan worden gekopieerd of gestolen. Ook phishers maken nauwelijks kans, want de sleutel is gekoppeld aan de originele website-url van de dienst. Zelfs als iemand je sleutel heeft, blijft je wachtwoord nodig en vaak ook een pincode of biometrie om de sleutel te gebruiken. Bij verlies rest meestal alleen een alternatieve tweede factor, zoals een TOTP-code of back-upcodes (zie hieronder), tenzij je een reservesleutel hebt.

We nemen als voorbeeld een YubiKey 5 NFC USB-A van Yubico (circa 60 euro). Dit kan ook een ander merk of type zijn, zoals Feitian, Nitrokey of SoloKeys. Ga in Windows 11 naar Instellingen, kies Accounts / Aanmeldingsopties en selecteer Beveiligingssleutel / Beheren. Plaats de sleutel in de pc en activeer deze. Klik op Toevoegen bij Pincode voor beveiligingssleutel. Je kunt ook de Yubico Authenticator downloaden die ook beschikbaar is voor macOS en Linux. Ga door met installeren en start als administrator op. Open nu Passkeys, klik op Set PIN, voer tweemaal een pincode in en klik op Save.

We nemen opnieuw Google als voorbeeld, waar je inmiddels tweestapsverificatie hebt ingeschakeld. Op de webpagina van je Google-account open je Beveiliging en klik je op Toegangssleutels en beveiligingssleutels. Kies + Toegangssleutel maken, klik op Ander apparaat gebruiken, selecteer Beveiligingssleutel en klik op Volgende en daarna op OK (twee keer). Voer de pincode van de sleutel in, bevestig met OK en activeer de sleutel. Deze is nu bruikbaar als tweede factor.

Bij Google maak je eenvoudig een toegangssleutel aan.

Werking fysieke token

Je kunt als tweede factor ook een fysieke token gebruiken. Bij banken kan dit een klein kastje zijn dat codes genereert, maar het kan ook een hardwaresleutel zijn zoals een YubiKey. Zo'n sleutel koppel je aan je computer via usb of bij smartphones via bluetooth of NFC. Dit werkt als volgt.


Je koppelt de sleutel één keer aan je account, waarbij een uniek cryptografische sleutelpaar wordt aangemaakt. De publieke sleutel gaat naar de server van de dienst, terwijl de privésleutel veilig in het hardwaretoken blijft en deze nooit verlaat. Na het invoeren van je wachtwoord vraagt de server aan de sleutel om een unieke digitale handtekening te maken voor die specifieke aanmelding.

Jij bevestigt de aanvraag, bijvoorbeeld door het token te activeren. Vervolgens stuurt de sleutel de handtekening naar de server, die controleert of deze overeenkomt met de eerder opgeslagen publieke sleutel. Bij een match weet de server dat jij de echte sleutel bezit en kun je inloggen.

Onder meer Yubico heeft diverse hardwaretokens (YubiKey) in het aanbod.

Back-upcodes

We hebben nu al twee methoden om ons via een desktop-pc of laptop bij 2FA aan te melden: digitale TOTP-codes en een hardwaresleutel. Heb je ook een toegangssleutel, bijvoorbeeld gekoppeld aan je Windows Hello-inlogmethode, dan zijn het er zelfs drie opties. Al is dit eigenlijk geen klassieke 2FA maar een methode zonder wachtwoord (zie kader Zonder wachtwoord).

De meeste diensten die 2FA ondersteunen, bieden ook back-upcodes aan, hoewel deze eigenlijk bedoeld zijn als noodingreep. We raden je in elk geval aan deze te genereren of te downloaden en offline te bewaren, bijvoorbeeld in een kluis of andere water- en brandveilige plek. Laat ze zeker niet rondslingeren en deel ze nooit digitaal.

Voor je Google-account bijvoorbeeld werkt dit als volgt. Meld je opnieuw aan op je accountpagina, open Beveiliging, scrol naar beneden en klik op Back-upcodes en daarna op Back-upcodes genereren. Google maakt direct tien codes aan die je kunt downloaden en/of afdrukken. Dit is meestal voldoende om problematische aanmeldingen op te lossen. Je kunt op elk moment weer tien nieuwe codes aanmaken, waarmee de vorige tien codes automatisch ongeldig worden.

Google genereert tien back-upcodes die je goed dient te bewaren voor het geval er iets misgaat.

Zonder wachtwoord

2FA combineert dus iets dat je 'weet' (wachtwoord) met iets wat je 'hebt' (zoals een code of sleutel) of 'bent' (biometrie). Er komt ook steeds meer concurrentie van een oplossing zonder wachtwoord via zogeheten toegangssleutels (passkeys). Dit systeem is enkel gebaseerd op iets wat je 'hebt' (een hardwarematige of softwarematige sleutel), vaak gecombineerd met een vorm van biometrie.

Je hebt hierbij dus geen wachtwoord meer nodig. Je kunt direct inloggen met zo'n sleutel, meestal na een geslaagde vingerafdruk, gezichtsherkenning of pincode. Onderliggend werkt dit via de FIDO2-standaard met het hardwareprotocol CTAP2 en het webprotocol WebAuthn.

Op www.passkeys.io/ vind je een demonstratie en een lijst van enkele tientallen sites en apps die toegangssleutels als volledig wachtwoordalternatief ondersteunen. Nog meer diensten staan op https://passkeys.directory, een door de community beheerde lijst. De aanduiding MFA (Multi Factor Authenticatie) betekent hier dat toegangssleutels ook inzetbaar zijn als extra beveiligingslaag naast andere inlogmethodes. Zo kun je onder meer bij Google via een toegangssleutel, zoals een pincode, inloggen, zonder zelfs je wachtwoord te hoeven intikken.

Passkeys-directory: ook Google ondersteunt volop toegangssleutels.

Offline dingen veilig bewaren?

Haal een kluis in huis!