ID.nl logo
Van downloads tot diskettes: op deze plekken vind je oude software
© Stavros - stock.adobe.com
Huis

Van downloads tot diskettes: op deze plekken vind je oude software

Je vindt in Nederland archieven vol boeken, tijdschriften en muziekstukken die de afgelopen decennia in ons land zijn geproduceerd. Op diezelfde manier wordt ook steeds vaker software voor het nageslacht bewaard. Dat gebeurt alleen nog niet zo goed als bij de andere media. Toch kun je al heel wat van je oude favorieten terugvinden.

Fan van vroeger? Op deze drie plekken kun je software van weleer vinden:

  • Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid
  • Home Computer Museum
  • Internet Archive

Ook leuk om te lezen: Vroeger was alles beter! Met deze tools waan je je weer even in het verleden

Films, cd’s en boeken hebben culturele waarde. Bij software is dat niet altijd even duidelijk. Toch zijn er applicaties die een belangrijke rol speelden of nog spelen in ons leven. Neem de oude versies van MSN Messenger als voorbeeld. Die laten zien hoe aan het begin van de 21ste eeuw miljoenen mensen met elkaar communiceerden. Agenda-apps vertellen over hoe wij onze levens organiseren. Tekstverwerkers zitten vol knopjes die verklappen hoe software vandaag de dag wordt ontworpen. De programma’s die we dagelijks gebruiken, vertellen dus een verhaal over ons als mensheid. Dat verhaal wordt alleen soms pas decennia later duidelijk.

Oude programma’s

Nederlandse softwaremakers zijn verantwoordelijk voor veel programma’s waarover hetzelfde kan worden gezegd. Davilex maakte bijvoorbeeld begin jaren negentig de eerste Nederlandse Windows-apps voor boekhouding. Daarna schoten de ontwikkelstudio’s in ons land als paddenstoelen uit de grond. De apps die zij maakten, bepaalden voor een groot deel hoe wij de afgelopen decennia onze computers hebben gebruikt. Diezelfde apps zijn alleen ook weer grotendeels vergeten. Die staan op cd-roms en diskettes. Onze computers kunnen deze niet meer lezen. Je moet dan ook een groot aantal stappen zetten om een oud programma weer zoals vroeger te kunnen gebruiken.

Gelukkig zijn er instanties die daarom helpen om software te archiveren voor het nageslacht. Zowel online als in de echte wereld vind je (virtuele) archiefkasten vol oude software. Deze programma’s zijn te bekijken voor iedereen die dapper genoeg is om daar nog eens in te duiken. Zo compleet als bij muziek, films en boeken is het archief in Nederland niet. Wel zijn er drie plekken waar je naartoe kunt om je oude favorieten nog eens terug te vinden.

Dit oude boekhoudprogramma van Davilex is misschien geen cultureel erfgoed, maar toch is voor sommigen het behoud ervan belangrijk.

Je boekhouding fysiek bijhouden?

Een budgetplanner komt hierbij goed van pas

Oude opslagmedia gebruiken

Software werd vroeger vooral verkocht op onder meer diskettes, floppy’s en cd-roms. Dat lijkt een veilige manier om een programma lang te bewaren. Alleen dat is niet waar: oude opslagmedia vergaat namelijk na een tijd.

Diskettes houden het bijvoorbeeld van enkele jaren tot een aantal decennia vol. Dit is afhankelijk van hoe goed de magnetische dragers zijn in de diskette. Floppy’s kunnen het beste worden bewaard op een koele en droge plek. Houd ze weg bij magneten. Als je de ring aan de binnenkant aanraakt, kan hij kapotgaan.

Cd-roms houden het langer vol. Bedrijven beloven een levensduur van vijftig tot honderd jaar en bij de herschrijfbare exemplaren twintig tot vijftig jaar. Die belofte is geen garantie: ongeveer vier procent van alle cd-roms werkt na tien jaar niet meer.

Cd’s kun je het beste bewaren in een donkere ruimte, afgesloten van ultraviolet licht. Een gamecartridge houdt het gemiddeld twintig jaar vol. Dat is vrij kort. Dat komt door de vele complexe onderdelen die erop zitten. Heb je een game waarop je jouw voortgang kunt opslaan? Dat gebeurt met een ingebouwde batterij, die in tien tot vijftien jaar leeg raakt. Games met een ingebouwde klok hebben na zeven tot tien jaar een lege accu.

Beeld en Geluid

Bij het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid worden de televisieprogramma’s van de nationale televisiezenders al jarenlang voor het nageslacht gearchiveerd. Dit instituut is en een serieuze organisatie die door de overheid wordt gefinancierd. Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid denkt goed na over de opslag op de lange termijn. Dat is ook nodig, want filmrollen uit de jaren zestig worden bijvoorbeeld na een tijdje broos en uiteindelijk zelfs onbruikbaar. Al het materiaal moet daarom zorgvuldig worden gedigitaliseerd om het voor langere tijd beschikbaar te houden.

Binnen het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid wordt dit sinds enkele jaren ook gedaan met videogames. Hier bij is het inzichtelijk houden extra complex. Naast dat cartridges en cd-roms vergaan, zijn games ook nog eens gemaakt om op een specifieke console of besturingssysteem te draaien. Er wordt bij het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid daarom veelvuldig gebruikgemaakt van emulatiesoftware. Daarmee kan een computer doen alsof het een machine van jaren of zelfs decennia geleden is.

“Toen met games begonnen werd, was dat omdat er werd ingezien dat games waardevol cultureel erfgoed zijn”, vertelt Kiki Lennaerts. Zij is adviseur nieuwe media conservering bij het instituut. Lennaerts is vooral gespecialiseerd in ‘interactieve en immersieve ervaringen’, oftewel games en software. “Het ligt ook in lijn met wat Beeld en Geluid van oudsher bewaard: mediaproducties.”

Wat is emulatie? Software en games zijn meestal gemaakt voor specifieke apparaten en besturingssystemen. Een oude DOS-app voor een 386-processor kan niet probleemloos worden gedraaid op je moderne pc met Windows 11 en de nieuwste Intel-chip. Dat maakt het lastig om oude software nu nog te bekijken.

In veel gevallen kun je deze programma’s alsnog openen met behulp van een emulator. Dit is in feite een soort vertaalmachine: de emulator doet alsof hij een oude computer is die alle signalen kan afvangen die zo’n programma nodig heeft. Vervolgens vertaalt hij deze naar iets dat een moderne computer begrijpt, zodat het goed wordt afgespeeld.

Emulatie is een uitstekende manier om oude software vandaag de dag draaiend te krijgen, maar is niet perfect. Het vertalen van die oude signalen lijkt soms op dat oude kinderspelletje waarbij je in een kring steeds bij de ander een woord influistert. Met andere woorden: net als bij dat spelletje verlies je wel eens wat informatie. Inmiddels zijn er ook zogeheten FPGA-chips die op hardwareniveau oude computers kunnen imiteren. Ze kunnen dus de software accurater afspelen. Deze chips zijn alleen vrij gespecialiseerd en daardoor niet heel goedkoop.

Uit de archiefkast

Bij Beeld en Geluid wordt alles in een fysiek archief bewaard. Wil je een oude game inzien, dan moet deze uit de kluis worden gehaald. Dit wordt vaak alleen tegen betaling gedaan. Het archief is een goede tijdcapsule van alles wat in de afgelopen decennia is gemaakt, maar tegelijkertijd is het lastig om de inhoud ervan eventjes in te zien.

Nog een nadeel: je vindt naast games geen andere software bij het instituut. “Dat we geen software doen, is vrij complex”, aldus Lennaerts. “Want wat is nu eigenlijk de definitie van een mediaproductie?” Zolang dat nog ter discussie staat, durft ze nog niet andere software dan games in het archief toe te voegen. Pas als software als mediaproductie wordt gezien, kan worden overwogen om dit alsnog te doen. Het is aan de conservatoren om dat te beslechten.

In de archiefkasten van Beeld en Geluid worden veel games bewaard. Je kunt ze alleen lastig inzien.

Home Computer Museum

Wie een selectieve greep uit oude software wil meekrijgen, kan in Nederland naar het Home Computer Museum. In het hartje van Helmond zit dit museum verstopt. In de collectie zijn tientallen computers van de afgelopen eeuw opgenomen. Veel daarvan staan ook aan, waardoor je met gemak op een oude Mac, Commodore 64 of Atari 2600 kunt prutsen.

Als museum is dit strikt gezien geen archief. Je vindt hier dan ook geen alomvattende verzameling van alle belangrijke software. Maar de computers die aanstaan, laten je wel makkelijk aan de slag gaan met een selectie aan oude programma’s. Het is vooral een soort tijdcapsule, waar je zonder veel gedoe nog even met de apparatuur van vroeger een aantal programma’s kunt uitproberen.

Daarnaast draagt het museum een steentje bij aan het archiveren van oude software. Sinds 2020 is het Home Computer Museum onderdeel van het Netwerk Digitaal Erfgoed. Daarmee dragen ze bij aan het digitaliseren van oude software en het bewaren ervan op moderne systemen. Het museum is daar natuurlijk de uitgelezen plek voor: hun oude computers kunnen tenslotte diskettes, cd-roms en cassettebanden gewoon lezen.

Het Home Computer Museum staat vol oude computers waarop originele software draait.

Lees ook: Retro-gaming op een moderne Windows-pc: zo werkt 86Box

Internet Archive

Misschien wel de meest uitgebreide collectie van oude software vind je op de website Internet Archive. Deze dient als online archief voor allerlei soorten media, waaronder ook boeken, films en zelfs oude versies van webpagina’s. De archiefsite heeft verder een grote verzameling software, waarin je 1,1 miljoen oude programma’s vindt. Het gaat hierbij om voornamelijk een internationaal aanbod. Je vindt hier en daar ook Nederlandse titels.

Internet Archive lijkt in opzet erg op Wikipedia: de site draait op vrijwilligers, is reclameloos en is vooral afhankelijk van donaties van reguliere gebruikers. Dat is hard nodig, want op het moment van schrijven vind je op de servers van de site meer dan 99 petabyte (99.000 terabyte) aan data. De site bestaat al sinds 1996 en werkt inmiddels samen met bibliotheken wereldwijd.

In je webbrowser

Je kunt via de site oude software downloaden op je pc, zodat je daarna kunt uitzoeken hoe je dit vervolgens draaiend krijgt. Oude programma’s voor bijvoorbeeld DOS en Windows-computers kun je rechtstreeks in de webbrowser draaien. De site gebruikt dan de emulator DOSBOX om het programma werkend te krijgen. Je hoeft daarmee niet zelf allerlei complexe emulatiesoftware bij elkaar te sprokkelen. Zo kun je bijvoorbeeld een oude editie van Windows 3.11 in je browser draaien, om te ervaren hoe computers in de jaren negentig werden gebruikt.

Bij boeken richt de site zich vooral op publieke werken die niet auteursrechtelijk zijn vastgelegd. Je vindt er daarom vooral oudere werken of publicaties die in het publiek domein zijn vrijgegeven. Bij het software-archief lijkt de site iets minder secuur: vaak geldt het auteursrecht hierbij nog, wat het strikt gezien illegaal maakt om dit materiaal zomaar te downloaden. In Nederland is piraterij verboden, zelfs als je ergens nog een originele kopie hebt liggen.

Bij Internet Archive draait oude software rechtstreeks in je webbrowser.

Verlaten software

Moreel ligt het bij oude software vaak anders. Heeft een ontwikkelaar jarenlang niks gedaan met een oud programma, dan wordt vaak gesproken van zogeheten ‘abandonware’. Oftewel: een applicatie die is achtergelaten door zijn originele maker. Daar kunnen allerlei oorzaken voor zijn. Er is bijvoorbeeld geen reden meer om de betreffende software nog uit te baten, omdat het besturingssysteem niet meer wordt ondersteund. Of de studio die de software maakte, is failliet gegaan, waardoor de rechten in handen van een uitgever zijn gekomen die er totaal geen plannen mee heeft. Strikt genomen schend je bij het downloaden het auteursrecht van de originele ontwikkelaar. Maar in de praktijk maakt het dat oude team vaak niets meer uit.

Op dat principe leunt het archief van Internet Archive, en ook de softwarelijst die je vindt op www.myabandonware.com. Op die site vind je meer dan 20.000 oude games die als abandonware worden gezien. Het gaat daarbij vooral om oude DOS-titels uit de jaren tachtig en negentig. Makers kunnen de site mailen als ze vinden dat hun materiaal niet mag worden gedeeld. Maar dat lijkt zelden te gebeuren.

In het archief van Myabandonware vind je vooral oude klassiekers voor de pc.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Smartphone-abonnement kiezen: dit is het verschil tussen providers en virtuele providers
© Scanrail - stock.adobe.com
Huis

Smartphone-abonnement kiezen: dit is het verschil tussen providers en virtuele providers

Wie op zoek gaat naar een nieuw mobiel abonnement, komt al snel bekende namen tegen als KPN, Vodafone en Odido. Maar daarnaast kun je ook kiezen voor andere aanbieders op, zoals Simyo, Ben of Youfone. Die lijken misschien op gewone providers, maar dat zijn zogeheten virtuele providers. Wat is precies het verschil, en waar kies je als consument het best voor?

In dit artikel

We leggen uit wat het verschil is tussen providers en virtuele providers, en hoe dat invloed heeft op je smartphone-abonnement. Je leest welke netwerken er in Nederland actief zijn, hoe virtuele aanbieders zoals Simyo, Ben en Youfone werken en waarom ze vaak goedkoper zijn. Ook bespreken we de belangrijkste voor- en nadelen van virtuele providers, en wat dat betekent voor zaken als internetsnelheid, service en de aanschaf van een nieuwe smartphone. Tot slot komt kijken we ook nog naar eSIM, de digitale simkaart.

Waar voor je geld: 5 smartphones met eSim voor minder dan 400 euro

De drie netwerken in Nederland

In Nederland zijn er drie bedrijven met een eigen mobiel netwerk: KPN, Vodafone en Odido. Zij bezitten de zendmasten, frequenties en infrastructuur waarmee mobiele communicatie mogelijk is. Deze partijen worden de netwerkproviders genoemd. Hun netwerken dekken vrijwel het hele land en worden continu uitgebreid met nieuwe technologie, zoals 5G.

Wat virtuele providers doen

Virtuele providers, ook wel MVNO's genoemd (Mobile Virtual Network Operators), maken gebruik van het netwerk van een van deze drie aanbieders. Ze hebben dus geen eigen zendmasten, maar kopen netwerkcapaciteit in en bieden die onder hun eigen naam aan. Bekende voorbeelden zijn Simyo (op het netwerk van KPN), Ben (Odido) en hollandsnieuwe (Vodafone).

Ze regelen zelf de klantenservice, abonnementen, facturering en vaak ook extra diensten, maar het dataverkeer en bellen lopen volledig via het netwerk van de hoofdprovider.

Virtuele providerNetwerk van
Budget MobielKPN
LebaraKPN
SimyoKPN
YoufoneKPN
BenOdido
SimpelOdido
hollandsnieuweVodafone
50+ MobielVodafone

Voordelen van virtuele providers

Virtuele providers staan bekend om hun lagere prijzen. Doordat ze geen eigen netwerk hoeven te onderhouden, kunnen ze de kosten laag houden. Ook zijn ze vaak flexibel: je kunt maandelijks opzeggen, zelf je databundel aanpassen of extra opties in- en uitschakelen. Dat spreekt vooral consumenten aan die niet vast willen zitten aan een duur abonnement.

Een ander voordeel is eenvoud. Virtuele providers richten zich vaak op één duidelijk aanbod zonder allerlei combinatiedeals of ingewikkelde voorwaarden. Bovendien profiteer je als klant indirect van de netwerkverbeteringen van de hoofdprovider: als KPN zijn 5G-dekking uitbreidt, geldt dat ook voor Simyo-gebruikers.

Nadelen ten opzichte van netwerkproviders

Er zitten ook verschillen in wat je krijgt. Virtuele providers hebben meestal minder aanvullende diensten, zoals tv-pakketten, internationale bundels of toegang tot exclusieve hotspots. Ze bieden zelden nieuwe smartphones aan in combinatie met een abonnement; vaak gaat het om sim-only.

Daarnaast kan de snelheid of prioriteit op het netwerk iets lager liggen. Hoewel je technisch op hetzelfde netwerk zit, krijgen klanten van de hoofdprovider soms voorrang bij piekdrukte. Dat merk je vooral op drukke plekken of tijdens evenementen.

Tot slot zijn er verschillen in klantenservice. Virtuele aanbieders werken vaak met goedkopere, grotendeels online dienstverlening. Dat houdt de prijs laag, maar betekent ook dat persoonlijke hulp via telefoon of winkel beperkt kan zijn.

Wat past bij jou?

Wie veel reist, de nieuwste telefoon wil combineren met een abonnement of extra diensten zoals tv en internet belangrijk vindt, zit goed bij een van de drie netwerkproviders. Wie vooral een betrouwbare en betaalbare mobiele verbinding zoekt en weinig behoefte heeft aan toeters en bellen, vindt bij een virtuele provider vaak een gunstiger aanbod.

Kort samengevat: de netwerkprovider bouwt en beheert het mobiele netwerk, de virtuele provider gebruikt dat netwerk om voordeligere en flexibelere abonnementen aan te bieden. Beide werken dus samen, maar richten zich op een ander type gebruiker.

©Denys Prykhodov

Virtuele providers en eSIM

Steeds meer virtuele providers bieden tegenwoordig ook eSIM aan. Dat is de digitale variant van de traditionele simkaart, die je niet meer fysiek hoeft te plaatsen. Je activeert de eSIM via een QR-code of app en kunt zo binnen enkele minuten overstappen van provider of een tweede abonnement toevoegen, bijvoorbeeld voor werk of reizen.

Bij de grote netwerkproviders is eSIM inmiddels standaard, maar ook steeds meer virtuele aanbieders doen mee. Simyo, Youfone en Ben ondersteunen eSIM bijvoorbeeld al. 50+ Mobiel en Lebara bieden het nog niet aan, al wordt dat in de toekomst wel verwacht. Goed om te weten: de eSIM-ondersteuning bij virtuele providers wordt regelmatig uitgebreid, dus wat vandaag nog niet beschikbaar is, kan morgen al mogelijk zijn.

Nieuw abonnement, nieuwe smartphone?

Nieuw hoesje!
▼ Volgende artikel
Na storm Benjamin: zo controleer je je huis en meld je stormschade
© ronstik | Adobe Stock
Huis

Na storm Benjamin: zo controleer je je huis en meld je stormschade

Het is verstandig om na een zware storm zoals storm Benjamin je woning, tuin of bijgebouwen goed te inspecteren. Zodra de wind is gaan liggen, kun je dan tijdig ontdekken of er schade is ontstaan die hersteld moet worden. Zo voorkom je dat wat een kleine schade lijkt, alsnog uitgroeit tot een groot probleem, en kun je je verzekeraar tijdig inlichten.

In dit artikel lees je over

● Controleren op stormschade: De buitenkant van je huis | Eventuele zonnepanelen | De binnenkant van je huis |Je tuin, terras of balkon
● Stormschade voorkomen
● Stormschade melden bij de verzekering

Lees ook: Het stormt! Hoe zit het ook alweer met code rood, code oranje en code geel?


Buitenkant van het huis

Begin met een ronde om het huis en inspecteer het dak. Controleer of alle dakpannen nog heel zijn en stevig vastzitten. Kijk ook naar de dakgoten en regenpijpen. Zitten deze nog goed vast en zijn ze niet verstopt door takken, bladeren of andere rommel, zodat het regenwater goed kan weglopen? Controleer daarna alle ramen en deuren. Is er geen schade aan het glas of de kozijnen? Sluiten de deuren en ramen nog goed? Bekijk ook de muren en gevels. Zijn er scheuren of andere beschadigingen ontstaan, bijvoorbeeld door een boom die tegen de gevel is gewaaid? Zorg dat je loszittend voegwerk zo snel mogelijk herstelt of laat herstellen om verdere schade te voorkomen.

©stylefoto24

Zonnepanelen en storm

Zonnepanelen zitten gelukkig goed bevestigd, maar bij echt zware storm kunnen ze toch losgetrokken worden of anderszins beschadigd raken, bijvoorbeeld door een boom of rondvliegende dakpannen die op het dak (en de zonnepanelen) vallen. Het is altijd verstandig om nog eens nauwkeurig de voorwaarden van je woonverzekering/opstalverzekering door te lezen en om te kijken wat er qua stormschade wel en wat er niet vergoed wordt door je woonverzekering. Je zou zelfs kunnen overwegen een [speciale zonnepanelen-verzekering](https://id.nl/energie-en-klimaat/elektriciteit/zonnepanelen/zonnepanelen-verzekeren-is-het-nodig-om-een-verzekering-af-te-sluiten) af te sluiten.

Lees ook: Het regent, het regent … zo voorkom je wateroverlast

Binnenkant van het huis

Binnen werk je van boven naar beneden. Begin op de zolder. Zoek naar lekkages of vochtplekken die kunnen wijzen op dakschade. Inspecteer muren en plafonds in alle kamers, op zoek naar scheuren en andere beschadigingen. Heeft het tijdens de storm ook geonweerd en gebliksemd? Test of elektrische schakelaars en stopcontacten nog correct werken. Is er blikseminslag in de buurt geweest? Dat kan zorgen voor piekspanning, waardoor elektrische apparaten beschadigd kunnen zijn geraakt. Controleer die dus ook.

Om het huis: tuin, terras, en schutting

Loop ook een rondje om je huis en kijk of schuttingen en tuinhekken nog intact en stevig zijn. Controleer het terras en de tuinmeubels op stormschade. Kijk of losse spullen, zoals vuilcontainers en bloempotten, nog op hun plek staan en zet ze eventueel terug. Verzamel losse afgewaaide takken. Heb je bomen in of om je tuin staan? Controleer goed of ze nog stevig geworteld zijn. In januari dragen ze nauwelijks blad meer, maar zeker in de herfst of tegen het eind van de lente staan ze goed in het blad. Bij een storm kunnen ze dan instabiel worden: ze staan dan nu misschien wel overeind, maar zouden bij een volgende storm om kunnen gaan. Dreigt een boom om te vallen op de openbare weg? Bel dan de brandweer. Doe dat niet via 112 (dat nummer is echt alleen voor levensbedreigende situaties), maar via 0900-0904.

Lees ook: Schutting omvergeblazen? Zo herstel je hem

©Robertvt

Stormschade voorkomen

Er zijn gelukkig allerlei manieren om je huis beter stormbestendig te maken. Controleer dakpannen en goten regelmatig. Houd muren en schilderwerk in goede staat. Snoei bomen preventief voor het stormseizoen. Zet losse objecten in de tuin vast of berg ze tijdelijk op in de schuur of garage. Daarmee verklein je bij een volgende storm de kans op schade.

Lees ook:Zo maak je je dakgoot schoon

©Budimir Jevtic

Stappenplan stormschade melden

Heb je schade, neem dan zo snel mogelijk contact op met je verzekeraar. Dat kan meestal via de app en online, maar vaak kun je vanaf de website van je verzekeraar ook een papieren schadeformulier downloaden. Als je stormschade hebt aan je woning of bezittingen, is het voor de verzekering belangrijk om een duidelijk en gedetailleerd overzicht te hebben van de schade. Hier zijn de stappen die je moet volgen:

1. Fotografeer of film de schade

Zorg dat je foto's of video's maakt van alle schade voordat je iets opruimt of repareert. Dit geeft de verzekering een goed beeld van de impact van de storm.

2. Maak een lijst

Noteer alle beschadigde items en beschrijf de schade per item.

3. Bewaar beschadigde items

Gooi niets weg voordat de verzekering het heeft kunnen zien, tenzij het een gevaar oplevert voor de veiligheid.

4. Documenteer aankoopbewijzen

Als je deze hebt, voeg dan aankoopbewijzen of facturen toe van de beschadigde items om de waarde ervan aan te tonen.

5. Houd reparatiekosten bij

Als je noodreparaties moet uitvoeren, bewaar dan de bonnen en facturen van deze reparaties. Bel wel eerst met de verzekeraar: vaak kunnen zij zorgen dat er voor noodreparaties zo snel mogelijk iemand komt.

6. Contactinformatie van getuigen

Als buren of voorbijgangers schade hebben gezien, noteer dan hun contactgegevens. Zij kunnen eventueel je claim ondersteunen.

7. Datum, tijd en weer

Noteer de datum en de tijd (zo precies mogelijk) waarop de schade is ontstaan. Je kunt dan makkelijker aantonen dat het inderdaad tijdens een zware storm was, waardoor je claim meer kans maakt.

8. Correspondentie:

Bewaar een kopie van alle correspondentie met je verzekeraar, inclusief e-mails en brieven.

Vraag een offerte aan voor aannemers: