ID.nl logo
Maak je eigen VPN met WireGuard en Tailscale
© arrow - stock.adobe.com
Huis

Maak je eigen VPN met WireGuard en Tailscale

Bij het opzetten van een VPN-server kun je het jezelf heel makkelijk óf heel moeilijk maken, er is niet echt een tussenweg. Het populaire WireGuard is daarop geen uitzondering.

In dit artikel behandelen we twee toegankelijke installatiemethodes op een VPN op te zetten:

  • WireGuard Easy via Docker
  • Tailscale

Meer weten over Docker? Instapcursus Docker Desktop: geen gedoe met losse applicatiebestanden

Er zijn de laatste jaren veel initiatieven geweest om het opzetten van een VPN-server te vereenvoudigen. Ze besparen je de tijd en moeite van een volledig handmatige configuratie, waarbij je bijvoorbeeld privésleutels en publieke sleutels moet maken en (diep) in de configuratie voor het netwerk en de gebruikers moet duiken. Helaas is met PiVPN zo’n initiatief verdwenen. De tool bood verbindingen via OpenVPN en WireGuard aan met beheer via de Opdrachtprompt, op een Raspberry Pi en onder Debian of Ubuntu. Onlangs werd de ontwikkeling stopgezet, al verschijnen er nog wel kritieke updates. Er zijn gelukkig goede alternatieven. Zo kun je met WireGuard Easy relatief snel een VPN-server in het netwerk opzetten. Daarvoor gebruik je Docker Compose. Heel praktisch is de mogelijkheid om gebruikers via een dashboard in je browser te beheren. En door een QR-code te scannen zet je in een handomdraai een verbinding vanaf een smartphone op. Geholpen door Docker Compose zijn ook andere slimme combinaties mogelijk, bijvoorbeeld met Unbound en Pi-hole. Je hebt dan niet alleen een VPN-server, maar ook een privacyvriendelijke DNS en kunt advertenties blokkeren. Heb je toch nog moeite om alles aan de praat te krijgen, dan kan Tailscale, dat gebruikmaakt van de WireGuard-technologie, redding bieden. Het is een soort ‘cheat code’ voor supereenvoudige verbindingen tussen je apparaten. Het prikt door elke firewall heen, terwijl het op de achtergrond gewoon met WireGuard werkt. We laten aan het einde van dit artikel kort zien hoe je met deze tool kunt werken.

WireGuard-protocol: snel en efficiënt Bij het opzetten van een VPN-verbinding is OpenVPN een van de belangrijkste protocollen. Het opensource WireGuard wint echter snel terrein. Kenmerkend zijn de efficiëntere code, snellere verbindingsopbouw en hogere doorvoersnelheid. Ter illustratie: WireGuard kent maar zo’n 4.000 regels code, tegenover zo’n 600.000 voor OpenVPN met OpenSSL. WireGuard kreeg mede daardoor ook de goedkeuring van Linux-voorman Linus Torvalds, die de codebase in 2018 een ‘work of art’ noemde in vergelijking met de alternatieven. Het is uitgebracht onder GPLv2, dezelfde licentie als Linux. En sinds 2020 maakt het – vanaf versie 5.6 – standaard deel uit van de Linux-kernel. WireGuard bereikt de hoge prestaties onder meer door moderne cryptografie toe te passen. De laatste jaren kiezen steeds meer VPN-providers voor het protocol. Je kunt het ook zelf gebruiken voor een VPN-server in je netwerk. Ook zijn er tools als Tailscale die het opzetten van de verbinding vereenvoudigen, maar op de achtergrond wel gebruikmaken van WireGuard.

Het snelle en efficiënte WireGuard-protocol wordt steeds meer de standaard.

1 Wat gaan we doen

WireGuard staat centraal in dit artikel. Je kunt hier op meerdere manieren gebruik van maken. We beginnen met een eigen VPN-server in je netwerk. Daarmee heb je alles onder controle. Op afstand, bijvoorbeeld vanaf je vakantieadres, kun je hiermee verbinden, zodat je veilig kunt internetten of toepassingen op je lokale netwerk kunt gebruiken. We gaan hiervoor met het gebruiksvriendelijke WireGuard Easy aan de slag via Docker Compose. Als alternatief laten we zien hoe je WireGuard als add-on binnen Home Assistant OS kunt installeren. De server willen we via een gemakkelijk te onthouden hostnaam kunnen bereiken, daarvoor gebruiken we Duck DNS. Dat verhelpt ook meteen verbindingsproblemen bij een dynamisch ip-adres. Ook laten we zien hoe je de clients kunt instellen, wat vaak zo makkelijk is als het scannen van een QR-code. Loop je toch nog tegen beperkingen aan, dan kan Tailscale redding bieden. Deze tool behandelen we aan het eind van dit artikel. Alle instructies kun je overigens ook op een VPS-server uitvoeren, waarmee je een alternatief hebt voor een betaalde VPN-dienst.

Voor het opzetten van een VPS-server, lees dit artikel: Zo zet je in een handomdraai je eigen virtual private server op

©FABIO PRINCIPE

Een VPN-server kun je onder meer gebruiken tijdens je vakantie.

2 Wat heb je nodig

Voor de installatie van WireGuard als VPN-server heb je een Linux-server met Docker Compose in je netwerk nodig. Hier worden geen bijzondere eisen aan gesteld. Je zou een recente Raspberry Pi kunnen gebruiken of een eenvoudige Intel Celeron J4125, N100 of N5105. Zulke systemen moeten een 500megabit-verbinding gemakkelijk kunnen verdragen. Bij de juiste instellingen zal de doorvoersnelheid met of zonder VPN zelfs nauwelijks afwijken.

Voor toegang tot je VPN-server is het wel nodig om een poort in je netwerk open te zetten. Ook moet je de clients die verbinding gaan maken vooraf instellen. Het is voor WireGuard belangrijk dat je een ‘echt’ publiek IPv4-adres hebt zonder het zogeheten Carrier-Grade NAT ofwel CGNAT (zie het kader ‘CGNAT verhindert inkomende verbindingen’). Hoewel CGNAT vooral op mobiele netwerken wordt ingezet, passen enkele internetproviders, zoals Delta, het ook op het vaste netwerk toe.

Voor het opzetten van een verbinding via Tailscale is de belangrijkste eis dat de twee apparaten een internetverbinding hebben. Het werkt dus overal door elke firewall heen en heeft ook geen last van CGNAT of vergelijkbare beperkingen.

Tailscale heeft geen last van firewalls of andere beperkingen.

CGNAT verhindert inkomende verbindingen Bij CGNAT (Carrier-Grade NAT) krijg je geen echt publiek ipv4-adres, maar een privé ipv4-adres. Er zit dus een soort poortwachter tussen. Die zorgt ervoor dat het achterliggende publieke ipv4-adres feitelijk wordt gedeeld met soms wel duizenden anderen. Dit staat het verbinden met je eigen servers vanaf internet in de weg. Delta sluit daarom overigens wel klanten uit die portforwarding benutten.

Je kunt eenvoudig controleren of CGNAT wordt gebruikt. Controleer bijvoorbeeld het privé-ip-adres dat jouw router heeft gekregen. Bij CGNAT komt dit meestal uit het adresblok 100.64.0.0/10 dat hiervoor is gereserveerd. Dit omvat de adressen 100.64.0.0 t/m 100.127.255.255. Vergelijk het met je werkelijke publieke ipv4-adres (raadpleeg bijvoorbeeld www.whatismyip.com). Als dat hetzelfde adres is, wordt er geen CGNAT gebruikt. Als alternatief kun je een traceroute uitvoeren via de Opdrachtprompt in Windows. Geef de opdracht tracert met daarachter het publieke ipv4-adres. Als er maar één knooppunt is, wordt er geen CGNAT gebruikt.

3 WireGuard Easy

WireGuard Easy, gemaakt door een Nederlander (Emile Nijssen), is een van de eenvoudigste methodes voor het opzetten van een VPN-server. Niet alleen kun je het met Docker of via een configuratiebestand voor Docker Compose snel installeren, je krijgt er ook nuttige extra’s bij. Zo kun je via een dashboard gebruikers bekijken, toevoegen, bewerken of verwijderen. Je kunt ook per gebruiker het configuratiebestand downloaden waarmee verbinding kan worden gemaakt of eenvoudigweg een QR-code weergeven voor ditzelfde doel. Tot slot krijg je inzicht in de verbonden gebruikers en het verkeer.

Voor onze VPN-server werken we met het gebruiksvriendelijke WireGuard Easy.

4 Registratie bij Duck DNS

Duck DNS is een dynamische DNS-provider (ook wel DDNS genoemd). Het is een gratis dienst die ervoor zorgt dat je altijd via een eenvoudig te onthouden hostnaam verbinding kunt maken met je internetverbinding thuis. Het werkt met zowel een vast als dynamisch ip-adres. Als het ip-adres wisselt, wordt dit automatisch bijgewerkt via een toepassing in je netwerk (dit activeren we in de volgende stap). Om Duck DNS te gebruiken, ga je naar www.duckdns.org. Maak een account aan door in te loggen met één van de genoemde diensten (zoals Google of GitHub) en volg de instructies. Op het laatste scherm zie je een token die je in de volgende stap nodig hebt voor het bijwerken van je ip-adres. Ook kun je hier tot vijf subdomeinen toevoegen. Vul bij sub domain een eerste subdomeinnaam in en klik op add domain. Als voorbeeld gebruiken we de naam mcvpn waarmee de volledige hostnaam mcvpn.duckdns.org wordt. Welk ip-adres initieel wordt gebruikt, kun je nu aflezen. Ook kun je het controleren door de Opdrachtprompt in Windows te openen en de opdracht ping subdomein.duckdns.org in te voeren. Als het goed is, zie je het ip-adres van jouw internetverbinding.

Met Duck DNS kun je een gratis DDNS-adres verkrijgen.

5 Bijwerken ip-adres

Zeker als je een wisselend ip-adres hebt, is het raadzaam om dit automatisch bij te werken via een toepassing in je netwerk. Op de website van Duck DNS vind je diverse installatiemethodes. Omdat we WireGuard Easy via Docker Compose installeren, ligt het voor de hand om Duck DNS ook via Docker Compose bij te werken.

Je kunt WireGuard optioneel ook als add-on voor Home Assistant installeren (zie het kader ‘WireGuard via Home Assistant’). In dat geval is het slim om ook een add-on voor Duck DNS te gebruiken.

Voor Docker Compose kun je de onderstaande inhoud als uitgangspunt nemen voor het bestand docker-compose.yml. Zet dit bestand liefst in een eigen map voor Duck DNS.

De waardes voor PUID en PGID kun je onder Linux achterhalen met de opdracht id. Dit is vooral belangrijk voor toegang tot het bestandssysteem op de host. Achter TOKEN= vul je de token in uit je account bij Duck DNS. Achter SUBDOMAINS= vul je het subdomein bij Duck DNS in. Start daarna de toepassing met:

docker compose up -d

Daarmee start de container op de achtergrond. Wil je controleren of alles goed staat, dan kun je de eerste keer eventueel starten met:

docker compose up

Stop de container daarna met Ctrl+C en start deze alsnog op de achtergrond.

Voor het bijwerken van het ip-adres van Duck DNS gebruiken we Docker Compose.

WireGuard via Home Assistant Je kunt WireGuard ook als add-on installeren binnen Home Assistant OS. Je kunt dan Home Assistant (en andere diensten op je netwerk) op afstand via een beveiligde verbinding gebruiken. De installatie is eenvoudig. Ga naar Instellingen / Add-ons en kies Add-on winkel. WireGuard vind je onder het kopje Home Assistant Community Add-ons. Klik erop en kies Installeer. Ga dan naar het tabblad Configuratie. Onder het kopje server vul je achter host: de hostnaam in (zoals mcvpn.duckdns.org) om mee te verbinden. Onder het kopje peers vul je achter name: een naam voor de gebruiker in. Bewaar de aanpassingen en start de add-on. Kijk onder Logboek of alles goed is gegaan. De handigste verbindingsmethode is ook hier via een QR-code. In de map /ssl/wireguard vind je daarvoor onder de gekozen gebruikersnaam het bestand qrcode.png. Je kunt dit openen met een add-on, zoals File editor. In de configuratie van File editor moet je wel de optie Enforce Basepath uitzetten, anders kun je alleen de configuratiemap /config benaderen. Gebruik je Duck DNS, dan kun je aanvullend nog de add-on installeren om je ip-adres up-to-date te houden voor deze dienst.

Met de add-on zet je eenvoudig een WireGuard-tunnel op voor onder meer home Assistant.

6 Installatie WireGuard Easy

We gaan nu WireGuard via Docker Compose installeren. Hierbij nemen dit Docker Compose-bestand als basis. Daarin maken we enkele aanpassingen. Hierna ziet de volledige configuratie er als volgt uit:

Ten opzichte van de standaardconfiguratie veranderen we met LANG=nl de taal voor het dashboard naar Nederlands. Achter WG_HOST hebben we de hostnaam van Duck DNS ingevuld die we in stap 4 activeerden. Als je thuis een vast ip-adres hebt, kun je er ook voor kiezen om eenvoudigweg het ip-adres in te vullen. Ook zou je een (sub)domein via de DNS-instellingen bij je provider kunnen laten verwijzen naar je ip-adres thuis, zodat je dat (sub)domein kunt gebruiken.

De configuratie voor WireGuard Easy voor Docker Compose.

7 Extra parameters

Onder environment: kun je eventueel extra of aangepaste parameters opgeven. Voor een volledig overzicht kun je op de GitHub-pagina van het project kijken. Zo wordt als naam voor de ethernetinterface standaard eth0 gebruikt. Dat is gangbaar op Linux-systemen. Controleer dit eventueel voor jouw situatie met ip a. Je kunt het veranderen via de parameter WG_DEVICE=eth0. Standaard wordt de DNS-server van Cloudflare op 1.1.1.1 gebruikt. Dit kun je wijzigen via WG_DEFAULT_DNS=1.1.1.1. Gebruik bijvoorbeeld 8.8.8.8 voor Google. Verder is het raadzaam een wachtwoord in te stellen voor het dashboard. Dat kan met bijvoorbeeld PASSWORD=geheim. Verder kun je met WG_ALLOWED_IPS= beperken welk verkeer vanaf de client over de VPN-tunnel moet worden gestuurd. Standaard gaat al het verkeer door de tunnel.

Je kunt enkele extra parameters opgeven voor de VPN-server.

8 Poort doorsturen

Voordat je WireGuard kunt starten, moet je nog een poort via je router doorsturen naar de server met WireGuard. De procedure verschilt per router. Eventueel kun je de instructies op www.portforward.com raadplegen. Voor het WireGuard-verkeer wordt standaard udp-poort 51820 gebruikt. Je hoeft daarom alleen het udp-verkeer naar poort 51820 door te sturen naar diezelfde poort op de server met WireGuard. De poort ‘aan de buitenkant’ zou je eventueel kunnen veranderen naar een andere poort, als deze bijvoorbeeld door bepaalde netwerken wordt geblokkeerd.

Voor het dashboard gebruikt WireGuard Easy standaard tcp-poort 51821. Voor die poort is geen portforwarding nodig. Het dashboard is dan weliswaar alleen vanaf je lokale netwerk bereikbaar, maar dat is om veiligheidsredenen wel zo verstandig.

Heb je alles aangepast en de poort doorgestuurd, dan kun je WireGuard Easy starten met:

docker compose up -d

Voor WireGuard moet je een poort doorsturen vanaf je router naar de server.

9 Gebruikers toevoegen

Het meeste werk is eigenlijk al gedaan. We hoeven alleen nog maar gebruikers toe te voegen. Daarvoor open je je dashboard door je browser te verwijzen naar http://ipadres:51821. Gebruik hiervoor het ip-adres van de server. Als je een wachtwoord hebt ingesteld, moet je dat eerst invullen. Op je dashboard kun je nu een eerste gebruiker toevoegen via Nieuw. Vul een naam in voor de gebruiker en klik op Creëren. Je ziet een schuifje waarmee je de bewuste gebruiker eventueel kunt (de)activeren.

Ook kun je de verbindingsgegevens ophalen. Er zijn twee manieren om een verbinding met je VPN-server op te zetten. Je kunt hier de QR-code weergeven die je kunt scannen met de app op je smartphone. Dit is de makkelijkste optie. Ook kun je het configuratiebestand downloaden. Dit is wat gangbaarder als je een verbinding wilt leggen vanaf een pc of laptop.

Via het dashboard kun je gebruikers toevoegen of verbindingsgegevens ophalen.

10 Verbinding met smartphone

Als voorbeeld zetten we een verbinding op vanaf een Android-smartphone. Dit werkt heel eenvoudig. Installeer allereerst de WireGuard-app. Start de app vervolgens op en klik op het plusteken om een verbinding toe te voegen. Kies dan de optie Scan van QR-code. Maak de QR-code voor de gewenste gebruiker zichtbaar in je dashboard en scan deze vervolgens met de camera van je smartphone. Geef de tunnel een naam. Met een schuifje kun je de verbinding actief maken. Al het verkeer zal dan over de VPN worden gestuurd en je kunt ook alle toepassingen op je thuisnetwerk gebruiken.

Vanaf een smartphone kun je heel eenvoudig verbinden met je VPN-server.

WireHole Wie wat meer wil experimenteren kan WireHole overwegen. Dit is een combinatie van WireGuard, Pi-hole en Unbound. Pi-hole zorgt voor het blokkeren van advertentienetwerken, terwijl Unbound helpt bij het cachen van DNS-verzoeken met aanvullende bescherming van je privacy. De gangbare manier om het te installeren is via Docker Compose. De tool biedt ook een dashboard voor WireGuard, maar in dit geval het alternatieve WireGuard-UI. Daarnaast kun je uiteraard de beheerdersomgeving van Pi-hole benaderen.

Bijzonder leuk en handig: Kasm: experimenteren en veilig werken in een geïsoleerde omgeving

11 Tailscale

Tailscale is erg populair. Het is een van de makkelijkste manieren om al je apparaten te bereiken, ongeacht het netwerk waarop die apparaten zich bevinden. Heb je moeite met het verbinden met je VPN-server, bijvoorbeeld door een verkeerde configuratie van je server of router, dan kan Tailscale een goed alternatief zijn. Het is zonder meer handig om in je gereedschapskist te hebben, bijvoorbeeld om (al dan niet tijdelijk) met een nieuw of vreemd systeem te verbinden.

Surf naar de website van Tailscale en kies Get started. Log nu in met een van de getoonde diensten, zoals Google, Microsoft of GitHub. Deze fungeren als identiteitsprovider. In dit voorbeeld gebruiken we Google. Voor extra bescherming raden we aan tweestapsverificatie voor deze accounts in te stellen. Na het inloggen kun je apparaten toevoegen. Daarvoor installeer je Tailscale op die apparaten en log je in met dezelfde identiteitsprovider. Ze verschijnen dan op je dashboard en je kunt verbindingen tussen de apparaten opzetten. We zullen dit voor een Windows-pc en Linux-systeem laten zien.

Na je registratie bij Tailscale kun je 14 dagen lang alle functies uitproberen van het Enterprise-abonnement. Wil je de gratis versie van Tailscale gebruiken, kies dan als je bent ingelogd voor de optie Choose personal plan. Merk op dat je nu beperkt bent tot drie gebruikers en honderd apparaten. Maar dat zal voor de meeste gebruikers geen struikelblok zijn.

Om Tailscale te kunnen gebruiken, moet je inloggen met een van de getoonde diensten.

12 Windows-pc toevoegen

We beginnen met het toevoegen van een Windows-pc. Installeer hierop Tailscale. Er zijn geen aanvullende instellingen nodig. Na de installatie hoef je slechts de link te volgen. Via een browser kun je vervolgens inloggen met dezelfde identiteitsprovider, zoals Google in ons voorbeeld. Daarna kun je het systeem, in dit geval de Windows-pc, direct toevoegen aan wat ook wel je tailnet wordt genoemd. De naam van het systeem, in dit voorbeeld werk-pc-mini, wordt door Tailscale overgenomen, en kun je eventueel aanpassen. Je kunt nu een verbinding opzetten met de andere apparaten in je tailnet. Bij die verbindingen wordt op de achtergrond gebruikgemaakt van WireGuard. Maar, hiervoor moeten we natuurlijk eerst nog een tweede apparaat toevoegen.

De Windows-pc is toegevoegd aan het tailnet.

13 Linux-systeem toevoegen

We zullen ook direct een Linux-systeem toevoegen. Dat gaat het gemakkelijkst via een script. Dit vereist de tool curl, die kun je indien nodig installeren met:

sudo apt install curl

Daarna kun je Tailscale installeren via het script:

curl -fsSL https://tailscale.com/install.sh | sh

Na de installatie kun je Tailscale starten met het commando:

tailscale up

Je krijgt nu een link te zien die je moet openen in een browser. Log nu opnieuw met bijvoorbeeld Google in, en ook dit systeem zal worden toegevoegd aan je tailnet. In dit voorbeeld onder de naam ubuntu. Het terminalscherm van je Linux-systeem toont direct een melding wanneer het apparaat is toegevoegd.

De website toont de systemen die aan je tailnet zijn toegevoegd.

14 Tailscale gebruiken

Merk op dat elk systeem een eigen ip-adres heeft gekregen dat begint met 100.x.x.x. Je kunt direct verbinding maken tussen alle apparaten. Je kunt bijvoorbeeld pingen vanaf het Linux-systeem naar de Windows-pc met ping werk-pc-mini. Andersom kun je via de Opdrachtprompt op de Windows-pc het Linux-systeem oproepen met ping ubuntu. Als op dat Linux-systeem ook ssh actief is, kun je inloggen met de opdracht ssh gebruiker@ubuntu, bijvoorbeeld ssh root@ubuntu voor de root-gebruiker.

Je ziet hoe eenvoudig Tailscale werkt. Je hoeft je nooit bezig te houden met lastige configuraties of portforwarding. Er is wel een afhankelijkheid van derde partijen. Vind je dat een zwakte? Dan zou je eventueel Headscale kunnen gebruiken, want dat kun je zelf hosten. Dit neemt dan in feite de rol van de Tailscale-servers over.

Vanaf de Windows-pc kun je verbinding maken met het Linux-systeem.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Veiliger online? Deze (extra) bescherming vind je in Edge
© © Simon Lehmann - PhotoGranary
Huis

Veiliger online? Deze (extra) bescherming vind je in Edge

Naast Chrome is Microsoft Edge een van de populairste webbrowsers. Edge bouwt voort op dezelfde basis als Chrome, maar onderscheidt zich vooral met extra functies voor veiligheid en privacy. Daarmee verklein je de kans dat websites je volgen of gevoelige gegevens onderscheppen.

Lees ook: Alternatieve browsers: surf ook eens op een andere golf

Voorkom tracking

Klik in de rechterbovenhoek op de drie puntjes om het menu te openen. Selecteer Instellingen en kies in de linkerkolom Privacy, zoeken en services. Daar vind je de optie Traceringspreventie. Zorg dat deze bescherming is ingeschakeld. Je kunt kiezen uit drie niveaus van traceringspreventie: Basis, Gebalanceerd en Strikt. Trackers worden meestal gebruikt om je gepersonaliseerde advertenties te sturen, maar ze geven ook andere persoonlijke gegevens door, zelfs aan websites die je nog nooit hebt bezocht. Kies je Basis, dan staat Edge de meeste trackers toe, het andere uiterste is Strikt, dat het merendeel van de trackers blokkeert. De eerste optie lijkt ons niet veilig en Strikt kan ervoor zorgen dat bepaalde websites niet naar behoren werken. Daarom raden we de optie Gebalanceerd aan als standaardinstelling.

Onder deze drie niveaus vind je de lijst van websites waarvan trackers alvast zijn geblokkeerd.

We raden aan om het veiligheidsniveau Gebalanceerd te kiezen.

Scareware-blokker

Sluit het venster Traceringspreventie en open het onderdeel Beveiliging, dat iets lager staat. Daar activeer je de Scareware-blokker. Scareware is een methode waarbij hackers je proberen bang te maken met nepwaarschuwingen. Via deze meldingen stellen ze dan voor om software te downloaden die de zaak kan herstellen of dien je een bepaald nummer te bellen van een zogenaamde Microsoft-helpdesk. Als je de Scareware-blokker activeert, sta je toe dat Microsoft AI gebruikt om dit soort scams te detecteren en te blokkeren.

Schakel zeker de Scareware-blokker in.

Betalingsmethoden

Bij Privacy, zoeken en services / Privacy activeer je ook de optie Niet volgen-verzoeken verzenden. Het effect is afhankelijk van de betreffende website. Websites kunnen beslissen om je browsegegevens toch te blijven verzamelen. Eronder vind je de optie Toestaan dat sites controleren of betalingsmethoden zijn opgeslagen. Hoewel het handig is om je betaalmethoden in een webbrowser op te slaan, raden we dit nooit aan. Ten slotte schakel je bij Privacy, zoeken en services / Privacy de bescherming in: Mogelijk ongewenste apps blokkeren.

Voorkom dat een site kan controleren of de betalingsmethoden zijn opgeslagen.

Geen zin in offline pottenkijkers?

Met een privacyscreen op je laptop kunnen ze niet meekijken
▼ Volgende artikel
Review Sony Bravia 8 II K-65XR8M2 - Waar voor je geld?
Huis

Review Sony Bravia 8 II K-65XR8M2 - Waar voor je geld?

Nu Sony zijn tv-modellen blijkbaar slechts om de twee jaar vernieuwt, keken we des te meer uit naar deze Bravia 8 II. De opvolger van de A95L belooft een mooie verbetering op het gebied van piekhelderheid, maar de concurrentie is genadeloos.

Uitstekend
Energy label
Conclusie

De Sony Bravia 8 II (K-65XR8M2) biedt een uitstekende beeldkwaliteit met een fraaie HDR-weergave, goede schaduwdetails en sterke beeldverwerking. Toch is hij minder helder dan bijvoorbeeld de Samsung S95F die hetzelfde maneer heeft, en het toestel is voor gamers wat beperkt met 4K120 en slechts twee HDMI 2.1-poorten. Pluspunten zijn Google TV, Sony Pictures Core en goed geluid.

Plus- en minpunten
  • Ruime piekhelderheid
  • Zeer goede beeldverwerking
  • Mooie schaduwdetails
  • Erg ruime kijkhoek
  • Minder piekhelderheid dan concurrenten
  • Slechts twee HDMI 2.1-aansluitingen en max 120Hz
Sony K-65XR8M2

Adviesprijs: 3699 euro
Wat: Ultra HD 4K 120Hz QD-OLED-tv
Schermformaat: 65 inch (164 cm)
Aansluitingen: 4x HDMI (2x 48 Gbit/s, 2x 18 Gbit/s, ARC/eARC, ALLM, 4K120, VRR), S-middenspeaker, 1x optisch digitaal uit, 2x usb, 3x antenne, bluetooth, ethernet, wifi 6 (802.11ax)
Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision, Dolby Atmos, DTS:X, Google TV (12), Google Cast, AirPlay 2, usb/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, XR-processor
Afmetingen: 1443 x 905 x 339 mm (incl. voet)
Gewicht: 24,2 kg (incl. voet)
Verbruik (per 1000 uur): SDR 87 kWh (F) / HDR 108 kWh (G)

Deze Bravia 8 II (spreek uit: Bravia 8 mark twee) neemt plaats in de lange rij van knappe Sony-designs. Hij is niet alleen stijlvol, maar is ook uitstekend afgewerkt. Het is een echte blikvanger in de woonkamer. Hij is amper 34 mm diep, met een volledig vlakke rug die aan de randen licht gewelfd is voor een nog slankere look. Het vierkantpatroon in de rug is een mooi detail. Het scherm is afgezet met een donkermetalen rand. Hij staat stevig opgesteld op twee volledig metalen poten in dezelfde kleur als de schermrand. Je monteert ze aan het uiteinde van de tv, dus een breed meubel is wel vereist. Je kunt de poten ook monteren in een positie die het scherm voldoende boven het meubel tilt om ruimte te laten voor een soundbar.

Aansluitingen

Haal je deze tv in huis om vooral films, series en televisie te kijken, dan is de selectie aansluitingen uitstekend. Gamers daarentegen zien dat Sony toch wat achterstand oploopt op zijn concurrenten. Van de vier HDMI-poorten leveren er nog steeds maar twee de volledige 48Gbit/s-bandbreedte die nodig is om te kunnen gamen in 4K120Hz. En omdat slechts één van die poorten ARC/eARC biedt, zijn gamers die een soundbar gebruiken beperkt tot slechts één poort voor hun gamebronnen. En terwijl je op modellen van Samsung en LG al tot 4K165Hz kunt gaan (met een pc weliswaar), is 4K120Hz het maximum bij Sony. Er is daarentegen ondersteuning voor ALLM en VRR (NVIDIA G-Sync). De input-lag bedraagt 17,5 ms bij 4K60 en 8,5 ms bij 2K120, en dat is ruim voldoende voor een lekker vlotte game-ervaring.

De achterzijde met de aansluitingen.

Welke aansluitingen biedt Sony je naast de HDMI-poorten? Een digitaal optische audio-uitgang die dubbelt als S-Center-ingang. Met die laatste sluit je de tv aan op een Sony-audiosysteem en doet de tv dienst als center luidspreker. Er is een dubbele tv-tuner aan boord met één CI+-slot en twee usb-poorten. Live-tv opnemen of pauzeren is mogelijk als je een externe usb-opslag aansluit. Bluetooth (voor een hoofdtelefoon), wifi en een ethernetaansluiting maken de lijst compleet.

Google TV

De Mediatek Pentonic MT5897 chipset met quadcore ARM Cortex-A73 CPU, een ruime 6 GB RAM en de Mali-G57 grafische processor vormen het hart van de Sony. Die processor deed ook in vorige modellen al dienst en zorgt voor een vlotte Google TV-beleving. Met Apple AirPlay 2, Google Cast en alle apps die Google TV te bieden heeft, is het entertainment aanbod erg ruim.

De Sony Bravia 8ii K-65XR8M2 is uitgerust met Google TV.

Sony biedt je bovendien toegang tot een eigen streamingdienst: Sony Picture Core. Je krijgt tien credits voor films en twee jaar lang toegang tot een regelmatig aangepaste selectie van 100 films. Onze enige klacht is dat Sony het instellingenmenu te omslachtig heeft gemaakt. Gelukkig kun je via het snelmenu de belangrijkste instellingen zoals de beeld- en geluidspreset aanpassen, zonder dat je door het volledige menu hoeft te navigeren.

Sony Picture Core is de eigen streamingdienst van de fabrikant.

De tv wordt geleverd met een klassieke afstandsbediening én een moderne versie. Die eerste lijkt ons in de meest gevallen overbodig. De moderne afstandsbediening daarentegen is erg handig. Het aantal toetsen is beperkt, maar goed gekozen zodat je de meest gebruikte actie met een minimaal aantal aanslagen kunt uitvoeren. Zo zijn er toetsen voor zes populaire smart-tv-apps, live-tv, HDMI-ingangen, opties en een snelmenu. De aanslag is licht en duidelijk. Het viel ons op dat Sony, hoewel dit een echte premium-tv is, toch heeft beknibbeld op de afstandsbediening. Zo heeft hij geen oplaadbare batterij en zijn de toetsen niet verlicht.

Beeldverwerking

De Sony XR-processor staat garant voor uitstekende beeldverwerking. De upscaling levert scherpe, zuivere beelden en Reality Creation geeft ze wat extra scherpte en diepte. Ook oudere SD-content (zoals dvd) ziet er wat scherper uit, zonder die typisch overmatig bewerkte, uitgevlakte look. Ruisonderdrukking schoont lo-res beelden goed op. De 'Soepele gradatie'-instelling die ontbrak op de XR80 (Bravia 8) is op dit toestel gelukkig weer beschikbaar. Die instelling doet de meeste kleurstroken in zachte gradiënten verdwijnen.

Alleen voor heel zware gevallen blijft dat lastig. Je kunt dan de mediumstand kiezen in plaats van laag, maar weet dat je dan ook wat detail opoffert, dus gebruik het alleen als je het echt storend vindt. Het oledscherm heeft een zeer snelle pixelresponstijd en dat levert uitstekende bewegingsscherpte. Anderzijds zorgt het voor een stotterend effect van snelle camerabewegingen in 24fps-films. Met Motionflow kun je dat compenseren. De motion interpolation-techniek kan die snelle pans vloeiend maken. Het blijft een persoonlijke keuze of je dat wenst; motionflow is instelbaar in stappen, dus experimenteer wat voor jou het aangenaamst is. Bij complexe achtergronden kan het wel wat beeldfouten veroorzaken.

Nieuw QD-OLED-paneel: beperkte helderheidswinst

De Bravia 8ii is uitgerust met het nieuwste QD-oledpaneel, net zoals we dat terugvinden in de Samsung S95F. We meten de piekhelderheid in HDR Professional Mode die de beste kalibratie levert. Op het 10%-venster komen we uit op 1634 nits, op het volledig wit beeld meten we 249 nits. Zeer goede resultaten, maar toch zijn we wat teleurgesteld. Tegenover de voorganger, de A95L, zien we alleen op het 10%-venster een duidelijke verbetering.

De Samsung S95F, een rechtstreekse concurrent, levert respectievelijk 2060 en 391 nits. Vooral dat verschil op het volledig witte beeld valt op. De Sony zal de gemiddeld zeer heldere beelden (denk aan sneeuwlandschappen) duidelijk minder helder weergeven. Waarom Sony het toestel zo inperkt, is onduidelijk. Mogelijk wil de fabrikant elk risico op inbranden van het scherm vermijden. Het paneel heeft echter een erg goede uniformiteit en een uitmuntende kijkhoek. In tegenstelling tot de Samsung is de Sony voorzien van een glossy afwerking in plaats van een matte. Het weert reflecties redelijk goed, maar het is op dat vlak uiteraard niet te vergelijken met de Samsung. Houd er bovendien rekening mee dat sterk omgevingslicht het scherm een lichte magenta glow geeft, waardoor je wat contrast verliest.

De Professional-modus heeft een goede kalibratie. De grijsschaal is iets te koel, de wittinten neigen daardoor naar blauw, maar zonder referentie zal dat niemand storen. De kleurweergave is zeer goed en het beeld levert een uitstekend schaduwdetail. In HDR zien we dezelfde opmerkingen, maar ook hier is het eindresultaat erg goed. Sony gebruikt dynamische tone mapping die zeer goed witdetail bewaart, alleen zeer extreme (en zeldzame) gevallen laten wat witdetail verdwijnen. Met een kleurbereik van 100% P3 en zeer heldere primaire kleuren komen HDR-beelden erg goed tot hun recht. Specifiek voor Netflix, Prime Vieo en Sony Pictures Core heeft de tv zogenoemde Calibrated-beeldmodes. In een doorsnee huiskamer is ook de Cinema-beeldmode een prima keuze.

Geluid

Het Acoustic Surface blijft een exclusieve eigenschap van Sony-toestellen. Het scherm doet dienst als luidsprekermembraan voor de hoge en middentonen, de bassen hebben een woofer in de rug. De 50 watt 2.1-opstelling is wat krap bemeten voor echte filmbeleving, maar scoort in dagelijks gebruik erg goed. De klank is prima gebalanceerd en de bas is duidelijk hoorbaar. Het geluid komt recht uit het scherm en dat helpt het realisme wel wat, zeker omdat ook de stereoscheiding duidelijk hoorbaar is. Alleen bij hoge volumes grijpt de processor in, waarbij de bas wat wegvalt. Het surroundgeluid is nogal beperkt, ook al ondersteunt de tv Dolby Atmos en DTS:X, maar dat mag bij een 2.1-opstelling geen verrassing zijn.

Conclusie

We hebben met veel plezier naar de Sony Bravia 8 II (de K-65XR8M2) gekeken. De beeldkwaliteit is erg goed, met prachtige HDR-beelden, prima schaduwdetail en uitstekende beeldverwerking. En toch… De Sony is duidelijk minder helder dan de Samsung S95F, terwijl ze beiden toch hetzelfde QD-oledpaneel gebruiken. Vooral voor overwegend heldere beelden zal de Sony nog duidelijk moeten dimmen; dat zal zowel in SDR als HDR zichtbaar zijn. Gamers zullen dan weer wat teleurgesteld zijn dat de tv nog steeds 4K120 als maximum hanteert, en dat hij maar twee volwaardige HDMI 2.1-poorten heeft. Toch zijn we overtuigd dat de tv heel wat te bieden heeft. Naast de knappe beeldkwaliteit krijg je Google TV, een extra streamingdienst (Sony Pictures Core), en fijne audio via het Acoustic Surface. De officiële adviesprijs is echter veel te hoog, al zien we af en toe kortingen voorbijkomen die deze Sony wel degelijk aantrekkelijk maken.