ID.nl logo
Huis

De beste cloudopslag-diensten vergeleken

Om eenvoudig bestanden te kunnen delen of overal bij je gegevens te kunnen, is cloudopslag een goede optie. Ook kan het een ideale manier zijn om je kostbare bestanden te back-uppen. Maar welke aanbieder is de juiste? PCM zet de tien beste cloudopslag-diensten van dit moment op een rij.

iDrive

©PXimport

iDrive zet zichzelf in de markt als een complete back-upoplossing voor al je apparaten. Met de gratis versie krijg je 5 GB tot je beschikking en de mogelijkheid om diverse back-uptools te installeren. De Windows-client is geschikt voor desktop-pc’s én servers, en je kunt geïnstalleerde databases, virtuele machines en Exchange back-uppen. Het maken van een complete schijfimage behoort ook tot de mogelijkheden. Daarnaast zijn er versies voor macOS, iOS en Android.

Met de mobiele versie kun je automatische back-ups laten maken van contacten, sms-berichten, foto’s, video’s en muziek. De back-ups van pc’s en smartphones zijn van elkaar gescheiden, maar delen wel dezelfde beschikbare schijfruimte. Je kunt zelfs back-ups maken van je OneDrive-bestanden door je OneDrive-account te koppelen aan iDrive. Naast het maken van back-ups biedt iDrive nog een gewone synchronisatie-optie voor bestanden en een mogelijkheid om tegelijkertijd aan bestanden te werken via Sync en Docs. Die dienst moet je wel apart via de webinterface inschakelen.

iDrive maakt hiervoor gebruik van een eigen online kantoorsoftwareomgeving. De bestanden die je daarin aanmaakt, zijn overigens wel volledig compatibel met Microsoft Office. Prijzen zijn nog redelijk schappelijk: per jaar betaal je 42 euro voor 2 TB aan opslagruimte.

Google Drive

©PXimport

Met Google Drive concurreert Google direct met Microsofts OneDrive, al krijg je bij Google wel meer gratis opslag: 15 GB. Als je een Android-telefoon hebt, worden je telefoonback-ups en bijvoorbeeld je WhatsApp-archief automatisch opgeslagen in Google Drive. De inhoud van die back-ups kun je alleen niet bekijken in de online omgeving. Er zijn ook losse apps beschikbaar voor Android, iOS en Windows, maar Google Foto’s maakt daar geen onderdeel meer van uit, dat moet je apart downloaden.

Een belangrijk onderdeel van Drive voor Windows-gebruikers is Google Docs. Dat biedt je de mogelijkheid om met meerdere gebruikers samen te werken aan Office- en Google-documenten. De synchronisatie- en back-up-app voor Windows is enkele maanden geleden vervangen door een nieuwe versie. Hiermee kun je nu ook continu back-ups maken van geselecteerde mappen.

Hoewel je van Google misschien scherpe prijzen zou verwachten, valt dat tegen: van de populaire clouddiensten is Google Drive met 19,90 euro per jaar voor 100 GB niet de goedkoopste en voor een abonnement met een maximale opslag van 30 TB zelfs de duurste: daar betaal je bijna 3600 euro per jaar voor.

Strato HiDrive

©PXimport

Strato’s HiDrive-dienst loopt ook al een tijdje mee. Een gratis versie van HiDrive is nog steeds beschikbaar, maar je moet even zoeken; op de homepage van het bedrijf vind je ‘m namelijk niet terug, wel via www.free-hidrive.com. Bij een gratis account krijg je 5 GB opslag, die je kunt verhogen naar 10 GB als je in totaal vijf vrienden uitnodigt (die ook een account moeten aanmaken).

Strato heeft apps voor Windows, macOS, iOS en zelfs voor Synology-nas’en. De app voor Windows biedt de mogelijkheid om een stationsletter te koppelen, waardoor je de dienst als netwerkschijf via WebDAV kunt gebruiken. Met behulp van een lokale synchronisatiemap kun je al je bestanden naar de cloud uploaden. Via de webinterface heb je verschillende mogelijkheden, zoals bestanden en mappen uploaden en bestanden delen met anderen door middel van een link.

Er is een apart onderdeel voor al je foto’s, van waaruit je een grotere versie kunt bekijken en ze links- of rechtsom kunt draaien. Aparte back-ups maken van mappen is ook mogelijk, maar voor die functionaliteit moet je apart betalen; dat zit niet bij het gratis pakket. De online navigatie binnen de cloudomgeving is wat onlogisch en het is niet direct duidelijk waar je cloudbestanden zich bevinden.

TransIP Stack

©PXimport

Hostingprovider TransIP biedt met Stack een eigen gratis clouddienst met maar liefst 1 TB opslag. Iedereen kan zich aanmelden, maar het nadeel is dat accounts niet direct worden geaccepteerd. Hierdoor kan het voorkomen dat je een aantal dagen moet wachten voordat je aan de slag kunt. Stack is de afgelopen jaren echter wel flink uitgebreid, wat het wachten op activatie waard kan zijn. Er zijn nu bijvoorbeeld ook synchronisatie-apps beschikbaar voor Windows, macOS, Linux en de mobiele platforms.

Als je een Stack-account hebt, krijg je ook een webadres dat aan dat account wordt gekoppeld: https://gebruikersnaam.stackstorage.com. Op de achtergrond maakt Stack gebruik van ownCloud, waardoor de app van die dienst ook werkt met Stack. Met WebDAV-ondersteuning kun je je cloudopslag als een stationsletter koppelen in het besturingssysteem. Vanuit de webinterface kun je bestanden openen, downloaden en uploaden, en ook eenvoudig mappen en bestanden delen.

Je kunt zelfs opgeven of iemand ook naar een gedeelde map mag uploaden, en daar is geen account voor nodig. Back-ups maken is met het gratis account ondanks de enorme opslag die je krijgt niet mogelijk. Daarvoor heb je een betaald Stack-account nodig. Er is ook een app voor Android, maar het lukte ons niet om deze werkend te krijgen.

Microsoft OneDrive

©PXimport

Een van de bekendste clouddiensten is ongetwijfeld OneDrive van Microsoft. Iedereen met een Outlook- of Hotmail-account heeft gratis toegang tot 5 GB opslagruimte. Als je een nieuw account aanmaakt bij OneDrive, heb je ook meteen toegang tot mail en alle onlineversies van Office, zoals Word, Excel en PowerPoint, en kun je gebruikmaken van diensten als Skype.

OneDrive is voornamelijk gericht op synchronisatie van al je bestanden op alle apparaten. Er is een Windows-client beschikbaar die zelfs in Windows 10 is ingebakken, en voor Android, iOS en Windows Phone zijn mobiele apps beschikbaar. De mobiele app kan standaard back-ups maken van al je foto’s en video’s, en desgewenst ook van andere locaties op je smartphone. De online OneDrive-omgeving biedt veel mogelijkheden; alle bestanden zijn als preview te bekijken, waarbij je Office-documenten ook online kunt bewerken. Een aparte back-upfunctie is niet aanwezig.

Extra opslag verdienen is niet meer mogelijk met OneDrive. Als je meer opslag wilt, moet je betalen. Sinds enige tijd biedt Microsoft ook een OneDrive-only-abonnement aan. Voor 2 euro per maand mag je 50 GB aan spullen opslaan, maar krijg je geen toegang tot de software van Office 365. Wil je de meeste opslagruimte voor OneDrive, dan betaal je voor een abonnement met 5 TB opslag 99 euro per jaar.

Mega

©PXimport

Mega biedt 50 GB gratis opslag, plus tal van mogelijkheden om je opslagruimte nog eens te vergroten. Dat kan onder meer door de app te installeren en anderen ook een account te laten afsluiten. In totaal kun je tot 45 GB extra gratis opslag verdienen.

Als enige clouddienst in deze test maakt Mega gebruik van een zogeheten overdrachttegoed: je mag maandelijks een bepaald aantal GB’s downloaden, maar dat aantal kun je verhogen door bijvoorbeeld vrienden lid te maken of apps te installeren. Doe je niks, dan heb je standaard een overdrachtslimiet van 40 GB voor een periode van 133 dagen. Dat geldt ook wanneer je vanaf een gedeelde Mega-locatie van andere gebruikers wilt downloaden.

Er zijn apps voor Windows en Android, en de Android-app laat je ook je video’s en foto’s naar de clouddienst back-uppen. De Windows-client kan alleen bestanden synchroniseren. De betaalde versies van Mega zijn relatief goedkoop: voor een jaarbedrag van 299 euro heb je 8 TB opslagruimte.

Livedrive

©PXimport

Bij LiveDrive kun je alleen kiezen tussen een Personal- en Business-abonnement. Het nadeel van LiveDrive is dat er geen goede gratis versie is om de functionaliteit mee uit te proberen. Oké, je kunt een gratis testperiode van veertien dagen aangaan, maar dan moet je al wel je betaalgegevens opgeven en dat kan alleen als je een creditcard hebt. En let op dat je na die twee weken niet al je bestanden alleen bij LiveDrive in de cloud hebt staan, anders kun je er niet meer bij.

Met het Business-abonnement kunnen verschillende personen samenwerken aan documenten in de cloud, en kun je back-ups maken van meerdere pc’s of smartphones (tot vijf apparaten). Bij de Personal-variant is dat beperkt tot één apparaat en kun je geen back-ups maken van je smartphone. In alle gevallen krijg je wel onbeperkte opslag. Het goedkoopste Personal-abonnement kost 6 euro per maand.

Er zijn ook abonnementen met een extra zogeheten ‘Briefcase’-optie, waarbij je bestanden kunt synchroniseren tussen meerdere apparaten. Het grootste voordeel van LiveDrive is de prijs: je betaalt maximaal 204 euro per jaar en dan mag je onbeperkt data opslaan voor vijf apparaten.

HubIC

©PXimport

De afkorting HubiC staat voor Hub in the Cloud, oftewel je verzamelplek in de cloud. Bij een gratis account krijg je 25 GB opslag, maar door vrienden een uitnodiging te sturen (maximaal vijf) kun je die laten groeien tot maximaal 50 GB. Overigens is HubiC de goedkoopste betaalde clouddienst in dit artikel; je betaalt er namelijk maar 50 euro per jaar voor 10 TB opslag.

Ter vergelijking: bij TransIP betaal je voor hetzelfde aantal gigabytes 600(!) euro per jaar. Je kunt HubiC gebruiken als permanent back-upsysteem voor je computer. In het contextmenu van Windows Verkenner verschijnt – na het installeren van de synchronisatie-app – de extra optie Back-up als je met de rechtermuisknop op een map klikt. Je kunt vervolgens opgeven hoe vaak de back-up moet worden gemaakt en hoeveel oudere versies van bestanden bewaard mogen blijven.

De webinterface biedt wat minder opties. Zo kun je van bestanden niet de inhoud bekijken, maar ze alleen downloaden. Ook ontbreekt een zoekfunctie, waardoor het lastiger is om je bestanden terug te vinden. Het delen van bestanden vanuit de webinterface is eenvoudig en je kunt zelf opgeven hoelang een link naar een gedeeld bestand geldig moet blijven: vijf, tien of dertig dagen.

Dropbox

©PXimport

Bij het aanmaken van een Dropbox-account op de site doorloop je eerst een aantal stappen. Geef je bij een van die stappen aan dat je met meerdere mensen wilt samenwerken, dan wordt er een zakelijke variant aangeboden. Even goed opletten dus. Bij Dropbox heb je de beschikking over een synchronisatie-app voor Windows die erg veel lijkt op de OneDrive-app van Microsoft. Gebruikers met wie je een bestand deelt, moeten echter wel een account hebben bij Dropbox.

Als alternatief kun je ook gewoon een link sturen, maar dan kan de persoon het bestand niet bewerken; alleen downloaden is dan nog een optie. Het is dus wat omslachtig om samen te werken met iemand die geen account heeft bij Dropbox. De Windows-app van Dropbox nestelt zich desgewenst als plug-in in Microsoft Office, waardoor je bijvoorbeeld in Word direct een bestand met iemand anders kunt delen.

Gratis opslag is met 2 GB eigenlijk wat te beperkt, maar voor 99 euro per jaar kun je een 1 TB-account nemen. Voor zakelijke gebruikers zijn er verschillende abonnementen, waarvan de goedkoopste maandelijks 10 euro per gebruiker kost.

Memopal

©PXimport

Een relatief onbekende clouddienst is het Italiaanse Memopal. Bij deze dienst krijg je 3 GB gratis cloudopslag en er zijn apps beschikbaar voor Windows, Android en iOS. De mobiele apps maken automatisch back-ups van je foto’s en contacten. Je kunt je niet voor een nieuw account aanmelden op de site; dat moet via een van de apps.

Als je eenmaal een account hebt, kun je wel online inloggen en je bestanden bekijken. Daarnaast heb je de mogelijkheid om tot maximaal drie vrienden uit te nodigen. Bij een succesvolle registratie van de nieuwe accounts krijg je 500 MB per gebruiker, en die 500 MB wordt ook opgeteld bij het account van de nieuwe gebruiker. De Memopal-app voor Windows biedt automatische back-upfunctionaliteit voor pc’s, maar ook een los synchronisatieonderdeel waarmee je bestanden tussen apparaten kunt synchroniseren.

Via de webinterface kun je mappen en bestanden delen met anderen via een gedeelde link, die je wel zelf naar je gebruikers moet sturen – bijvoorbeeld via e-mail. De navigatie van de mobiele app voor Android werkt niet helemaal prettig en je kunt er alleen back-ups van foto’s mee maken.

▼ Volgende artikel
Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?
© ER | ID.nl
Huis

Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?

Als je de specificatielijst van een moderne televisie of monitor bekijkt, zie je achter het kopje 'verversingssnelheid' vaak een getal staan gevolgd door 'Hz'. Jarenlang was 50 of 60 Hz de standaard, maar tegenwoordig pronken fabrikanten met 100, 120 of zelfs 144 Hz. Klinkt sneller, en sneller is meestal beter, maar wat betekent het nou eigenlijk voor jouw kijkervaring? Is het een noodzaak voor iedereen, of vooral leuk voor fanatieke gamers?

Om te begrijpen wat die Hertz (Hz) doet, moet je een televisie of monitor niet zien als een statisch schilderij, maar als een soort digitale flipbook. Het beeld dat je ziet, wordt immers continu opnieuw opgebouwd. Een standaard 60Hz-scherm ververst het beeld 60 keer per seconde. Dat is voor het menselijk oog snel genoeg om een vloeiende beweging waar te nemen bij normaal tv-kijken, zoals het nieuws of een dramaserie. Een 120Hz-scherm doet dat dus dubbel zo vaak: 120 keer per seconde.

©DC Studio

Waarom zou je meer beelden per seconde willen?

Het grootste voordeel van een hogere verversingssnelheid is soepelheid. Hoe meer beelden er per seconde worden getoond, hoe vloeiender bewegingen eruitzien. Bij 60 Hz kunnen snelle acties soms wat schokkerig ogen of last hebben van bewegingsonscherpte, ook wel 'motion blur' genoemd. Bij 120 Hz blijven details scherp, zelfs als de camera snel draait of als er bijvoorbeeld een raceauto voorbij raast. Daarnaast voelt de besturing van games directer aan. Tussen het moment dat je een knop indrukt en het moment dat je actie op het scherm ziet, zit minder tijd. Dat verschil in milliseconden lijkt verwaarloosbaar, maar je brein pikt het direct op als een responsievere ervaring.

Het verschil tussen 120 en 144 Hz (en hoger)

Terwijl 120 Hz de nieuwe gouden standaard is voor televisies, zie je bij computermonitors vaak getallen als 144 Hz, 165 Hz of zelfs 240 Hz en hoger. Het principe blijft hetzelfde, maar de toepassing verschilt. 120 Hz is de limiet voor de huidige generatie spelcomputers, zoals de PlayStation 5 en Xbox Series X. Televisies richten zich daarom specifiek op dat getal. Pc-gamers hebben echter vaak krachtiger videokaarten die nóg meer beelden per seconde kunnen produceren. Daarom zie je monitors met 144 Hz of meer.

Is het verschil tussen 120 en 144 Hz zichtbaar? Voor de gemiddelde gebruiker nauwelijks. Waar de stap van 60 naar 120 Hz een wereld van verschil is die bijna iedereen direct ziet, is de stap naar 144 Hz of hoger vooral voer voor professionele e-sporters die elke mogelijke fractie van een seconde winst nodig hebben. Voor de consument die een monitor zoekt voor thuisgebruik en gaming, is alles boven de 120 Hz doorgaans een uitstekende keuze.

©ER | ID.nl

Heb jij het nodig?

Het antwoord op die vraag hangt volledig af van wat je met je scherm doet; of dat nu een tv of een gamemonitor is. Kijk je voornamelijk lineaire televisie, films en series via streamingdiensten? Dan is een 120Hz-scherm geen harde noodzaak, aangezien films doorgaans in 24 beelden per seconde worden geschoten. Toch hebben 100/120Hz-panelen in televisies vaak wel een betere beeldkwaliteit en kunnen ze die films rustiger weergeven dan goedkopere 60Hz-panelen.

Ben je echter een gamer? Dan is het antwoord volmondig ja. De nieuwste spelcomputers en moderne videokaarten zijn gemaakt om die hoge snelheden te benutten. Games spelen soepeler, zien er scherper uit tijdens actiescènes en je reageert sneller op wat er gebeurt. Als je nu een nieuwe tv of monitor koopt met het oog op de toekomst en gaming, is 120 Hz of hoger eigenlijk een vereiste op je wensenlijstje. Let er bij televisies wel op dat je beschikt over een HDMI 2.1-aansluiting, want alleen die kabel kan de enorme hoeveelheid data van 4K-beeld met 120 Hz verwerken.

Drie tv's met 120 Hz of meer

De meeste high-end tv's van dit moment ondersteunen 120 Hz voor spelcomputers (PS5/Xbox Series X) en gaan zelfs tot 144 Hz als je ze aan een krachtige gaming-pc hangt.

Als we kijken naar de huidige generatie televisies, kunnen we niet om de LG OLED evo C5 heen. Dit is de gloednieuwe opvolger van de populaire C4 en wordt gezien als de standaard voor gamers en filmliefhebbers. Hij beschikt over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 144 Hz ondersteunen, wat hem toekomstbestendig maakt voor pc-gamers, terwijl hij naadloos samenwerkt met de PlayStation 5 en Xbox Series X op 120 Hz. Het nieuwe paneel heeft een nog hogere helderheid dan zijn voorganger, waardoor HDR-beelden nog meer impact hebben.

Daarnaast is de Samsung OLED S95F een absolute blikvanger in de winkels. Waar Samsung vorig jaar hoge ogen gooide met de S95D, doet de F-serie er nog een schepje bovenop met een vernieuwde antireflectielaag die nog beter werkt in lichte kamers. Dit model combineert de diepe zwartwaarden van OLED met de intense kleuren van Quantum Dots. Ook dit scherm ondersteunt verversingssnelheden tot 144 Hz en beschikt over de uitgebreide Gaming Hub van Samsung, waarmee je zelfs zonder console games kunt streamen.

Voor wie liever geen OLED wil, is de Samsung Neo QLED QN90F de meest courante keuze in het high-end lcd-segment. Dit 2025-model maakt gebruik van geavanceerde Mini-LED-technologie, waardoor de helderheid veel hoger ligt dan bij OLED-schermen. Dat maakt hem ideaal voor een zonovergoten woonkamer. Met een verversingssnelheid die oploopt tot 144 Hz en een extreem lage invoervertraging, is dit voor veel competitieve gamers de favoriete keuze.

Drie monitors met 120 Hz of meer

Bij monitors ligt de standaard tegenwoordig al hoger dan 120 Hz, omdat snelheid de uitkomst van een potje schieten of racen bepaalt. Deze modellen zijn populair op Kieskeurig.

Op het gebied van monitoren zien we dat 240 Hz langzaam de nieuwe standaard wordt voor de serieuze gamer. Een model dat momenteel erg goed scoort op Kieskeurig is de LG UltraGear 27GR83Q. Dit is een 27-inch IPS-scherm met een razendsnelle verversingssnelheid van 240 Hz. In tegenstelling tot oudere modellen biedt dit scherm een extreem snelle responstijd van 1 milliseconde, waardoor je in snelle shooters geen last hebt van wazige beelden. Het is een van de meest complete monitoren van dit moment die zowel voor pc als console geschikt is.

Zoek je de absolute top in beeldkwaliteit, dan is de Samsung Odyssey G6 (G60SD) een model dat je veel ziet. Dit is een moderne OLED-monitor met een verversingssnelheid van maar liefst 360 Hz. Hoewel dat misschien overkill klinkt, zorgt de combinatie van de OLED-techniek en deze snelheid voor een ongekend vloeiende en scherpe ervaring. Het scherm heeft bovendien een nieuw koelsysteem waardoor de kans op inbranden – een angst bij oudere OLED-monitoren – aanzienlijk is verkleind.

Voor wie een beperkter budget heeft maar wel snelheid wil, is de MSI MAG 27CQ6F een actuele hardloper. Dit is een gebogen scherm (Curved) met een snelheid van 180 Hz, wat net dat beetje extra soepelheid geeft ten opzichte van de standaard 144 Hz-schermen. Het paneel biedt een hoog contrast en is daarmee een uitstekende instapper voor wie zijn game-ervaring wil upgraden zonder direct de hoofdprijs te betalen.

▼ Volgende artikel
Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is
© ID.nl
Huis

Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is

QD-OLED is steeds vaker terug te vinden in gamingmonitoren. Waar deze techniek eerst vooral was voorbehouden aan het hogere segment, zie je steeds vaker in modellen die voor een veel bredere groep gamers betaalbaar zijn. De vraag is natuurlijk of je dat verschil in beeldkwaliteit ook echt merkt tijdens het spelen. In dit artikel lees je hoe QD-OLED werkt en wanneer je het verschil in de praktijk merkt.

In dit artikel

In dit artikel lees je wat QD-OLED precies is en waarom deze schermtechniek vooral bij gamen zichtbaar voordeel biedt. We leggen uit hoe QD-OLED verschilt van traditionele lcd-panelen, wat je merkt bij snelle actie en donkere scènes, en hoe het zit met helderheid, HDR en reflecties. Ook besteden we aandacht aan burn-in en de beschermingsmechanismen die moderne QD-OLED-monitoren gebruiken. Tot slot lees je voor welk type gamer QD-OLED het meest geschikt is en wanneer een Mini-LED-monitor een logisch alternatief kan zijn.

Lees ook: Lcd versus oled: wat is het verschil en welke televisie moet je kiezen?

Wat QD-OLED anders maakt

Een traditioneel LCD-paneel werkt met achtergrondlicht dat door meerdere lagen heen moet voordat je een beeld ziet. Dat kost tijd en maakt dat zwart nooit volledig zwart wordt. QD-OLED laat die tussenlagen achterwege. Elke pixel geeft zelf licht en schakelt onafhankelijk van de rest. Daardoor reageert het beeld direct. De quantum-dot-laag zet het blauwe OLED-licht om in diepe en zuivere kleuren. Het voelt alsof je condens van een raam veegt: zodra de waas verdwijnt, zie je het beeld helder en zonder vertraging.

©ID.nl

Vloeiende beelden bij snelle actie

Die directe pixelreactie merk je vooral wanneer je snelle spellen speelt. Omdat pixels vrijwel meteen overschakelen naar een nieuwe kleurstand, blijven objecten die over het scherm vliegen scherp in beeld. In shooters, racespellen en andere games waarbij snelheid telt, bijvoorbeeld voetbalgames, ontstaat daardoor een rustiger beeld met minder bewegingsonscherpte. Je ogen hoeven zich minder vaak aan te passen. Daardoor raken ze minder snel vermoeid en houd je makkelijker overzicht, ook wanneer je langere tijd achter elkaar speelt.

©ID.nl

Zicht in donkere scènes

QD-OLED blinkt uit in donkere scènes. Pixels die geen licht hoeven te geven, staan volledig uit en leveren een diep zwart dat je bij LCD-panelen zelden ziet. Doordat heldere elementen hier direct naast kunnen staan zonder dat ze licht lekken, ontstaat een sterk contrast dat schaduwen en lichte accenten duidelijker scheidt. Daardoor verdwijnen grijze waasjes in schaduwhoeken en blijven contouren van objecten helder zichtbaar. Vooral in stealth-games, horrorspellen en shooters waarin je tegenstanders soms alleen als silhouet ziet, levert dat een tastbaar voordeel op.

©ID.nl

Kleurrijk zonder overdrijven

De quantum-dot-laag zorgt voor een breed kleurbereik waardoor lichteffecten, huidtinten en subtiele schaduwen goed zichtbaar blijven. Veel QD-OLED-monitoren tonen kleuren standaard wat verzadigd, vooral in de felste modi. In een sRGB- of filmmodus wordt het beeld zachter en natuurgetrouwer, wat beter aansluit bij fotobewerking en dagelijks gebruik. Zodra je de juiste modus gebruikt, lopen kleuren vloeiend in elkaar over en blijven ze gelijkmatig, terwijl uitgesproken elementen zoals neon en magie juist duidelijk opvallen. Dat merk je niet alleen in games, maar ook wanneer je foto's bewerkt of films kijkt.

Helderheid en HDR in perspectief

QD-OLED heeft op het gebied van helderheid flinke stappen gezet ten opzichte van eerdere OLED-generaties. In HDR-games kunnen lichte delen krachtig oplichten zonder dat fel zacht of dof oogt; explosies, glinsteringen op water en fel tegenlicht komen daardoor beter tot hun recht. Toch is het goed om te weten dat deze techniek niet alle beperkingen wegneemt. De helderheid van QD-OLED hangt sterk af van de schermvulling. Bij SDR (standaard dynamisch bereik, het normale helderheidsniveau voor dagelijkse pc-taken) op een volledig wit scherm ligt de helderheid meestal rond de 200 tot 250 nits. Bij kleinere, heldere onderdelen kan dit oplopen richting 400 tot 500 nits. In HDR kunnen pieken van 1000 tot 1300 nits worden bereikt, maar die waarden gelden vooral voor kleine accenten en niet voor het hele scherm. Mini-LED-monitoren houden hogere helderheidsniveaus langer vast, wat in fel verlichte kamers zichtbaar voordeel geeft in extreme highlights. QD-OLED compenseert veel daarvan met perfect zwart, waardoor het contrast wel krachtig blijft (zie ook kader QD-OLED versus Mini-LED) .

Reflecties in daglicht

De meeste QD-OLED-monitoren hebben een glanzende afwerking. Dat helpt bij de kleurweergave en het contrast, maar maakt het paneel gevoeliger voor reflecties bij daglicht. Daarnaast ontbreekt een polarisatiefilter. Daardoor kunnen zwartwaarden in fel licht een paarse of grijze waas krijgen: het diepe zwart wordt zichtbaar opgelicht, meer dan bij een gewone spiegeling. Dat drukt het contrast in een goed verlichte kamer en kan afleiden bij gamen. Gebruik je de monitor vooral in een donkere of gelijkmatig verlichte ruimte, dan speelt dit nauwelijks. In kamers met veel direct zonlicht of grote ramen komt een matte Mini-LED-monitor daarom vaak rustiger over.

©ID.nl

Minimale inputvertraging

Naast de snelle pixelreacties is ook de invoervertraging laag. Moderne QD-OLED-modellen reageren direct op elke muisbeweging en elke controlleractie. Vooral in competitieve shooters is dat een voordeel, omdat elke handeling zonder merkbare vertraging op het scherm verschijnt. 

QD-OLED versus Mini-LED

QD-OLED en Mini-LED worden vaak naast elkaar genoemd, maar het zijn fundamenteel verschillende technieken. QD-OLED is zelflichtend: elke pixel geeft zijn eigen licht en kan volledig uit. Dat levert perfect zwart, zeer snelle pixelreacties en sterk contrast op, wat vooral bij games met veel beweging en donkere scènes zichtbaar voordeel geeft.

Mini-LED is een verfijnde vorm van LCD. Het paneel gebruikt duizenden kleine leds als achtergrondverlichting die in zones worden gedimd. Daardoor kan een Mini-LED-scherm hoge helderheid over grote delen van het scherm vasthouden, wat prettig is in fel verlichte kamers en bij HDR met veel lichtaccenten. Zwart is hierbij wel afhankelijk van lokale dimming en nooit volledig uitgeschakeld zoals bij OLED.

Kort gezegd blinkt QD-OLED uit in contrast, snelheid en beeldrust in donkere omgevingen, terwijl Mini-LED praktischer is bij veel omgevingslicht, wanneer dezelfde elementen of onderdelen langdurig in beeld staat en als hoge helderheid belangrijk is.

Burn-in en levensduur

Burn-in blijft bij elke OLED-variant een punt van aandacht, al zijn moderne QD-OLED-schermen duidelijk verder dan eerdere generaties. Ze gebruiken meerdere beschermingsmechanismen die de belasting door statische beelden beperken. Voor normaal gamegebruik werkt dat in de praktijk goed en blijft het risico klein.

Dat neemt niet weg dat enige nuance op zijn plaats is. Gebruik je een monitor dagelijks vele uren voor taken met veel vaste elementen, zoals spreadsheets, fotobewerkingspanelen of het steeds terugkerende HUD van één game, dan is de kans op inbranden groter dan bij LCD- of Mini-LED-panelen. Afwisseling in wat je op het scherm toont en af en toe even pauze nemen helpt om het paneel langer in goede staat te houden. Even pauze nemen is ook voor jezelf goed trouwens!

Wat voor beschermingstechnieken kun je tegenkomen?

Wat is het?Wat doet het?
Screensaver (schermbeveiliging)Dimt het scherm bij langdurig stilstaand beeld en herstelt de helderheid automatisch zodra er weer beweging is, om inbranden te voorkomen.
Pixel orbiting (pixelverschuiving)Verschuift het beeld continu minimaal op pixelniveau zodat vaste elementen nooit exact op dezelfde plek blijven staan.
Pixel refresh (pixelverversing)Start een onderhoudscyclus waarbij het paneel zichzelf corrigeert om slijtage en beginnende inbranding te verminderen.
Auto Warning (automatische waarschuwing)Geeft na een bepaalde gebruiksduur automatisch een melding om een pixel refresh uit te voeren.
Logos protection (logobescherming)Herkent vaste logo's in beeld en verlaagt daar lokaal de helderheid om inbranden te beperken.
Boundary dimmer (randdimming)Dimt automatisch delen van het scherm met zwarte balken of sterke helderheidsverschillen, bijvoorbeeld bij afwijkende beeldverhoudingen.
Taskbar dimmer (taakbalkdimming)Verlaagt specifiek de helderheid van de taakbalk om langdurige statische weergave op die plek te beperken.
Thermal protection (thermische beveiliging)Past de helderheid automatisch aan wanneer de monitor te warm wordt, om oververhitting en paneelslijtage te voorkomen.

©AGON by AOC

AGON by AOC PRO OLED AG276QKD2

Voorbeeld: bescherming in de praktijk

Veel QD-OLED-monitoren combineren verschillende beschermingsmechanismen om het risico op burn-in te beperken. In onderstaande tabel zie je bijvoorbeeld wat je kunt vinden in een aantal recente modellen uit de AGON PRO line-up van AOC. Je kunt al deze functies zelf in- en uitschakelen en je kunt de intensiteit ervan aanpassen. Dat betekent dat je zelf kunt bepalen hoe sterk de bescherming is.

Techniek ⬇ / Model ➡AG276QKD2AG276UZDAG346UCDAG276QZD2
Screen saverJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / Fast
Pixel orbitingJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / Strong
Pixel refreshJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Auto WarningJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Logos ProtectionJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2
Boundary dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Taskbar dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Thermal protectionJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / On

Voor wie QD-OLED vooral interessant is

Gamers die veel snelle actie spelen, halen het meeste uit QD-OLED. De voordelen van de techniek zijn in elk genre zichtbaar, maar vallen vooral op in shooters en racespellen, waar tempo en directe reacties tellen. Ook filmische games die sterk leunen op licht-donkercontrasten winnen zichtbaar aan sfeer en detail.

Conclusie

QD-OLED combineert diepe zwartwaarden met snelle pixelreacties en een breed kleurbereik. Dat zorgt voor een vloeiend beeld in snelle games en meer overzicht in donkere scènes. HDR komt overtuigend tot zijn recht, al blijven Mini-LED-schermen beter overeind bij zeer hoge helderheid en fel daglicht. Inbranden blijft een punt van aandacht wanneer hetzelfde element lange tijd in beeld staat, maar moderne modellen beschikken over uitgebreide beschermingsmaatregelen. Voor veel gamers is QD-OLED daarmee een goede keuze: snel, sfeervol en klaar voor de komende jaren.

QD, OLED en QD-OLED

OLED
Elke pixel geeft zelf licht. Daardoor zijn zwartwaarden diep en schakelt het beeld snel. Geschikt voor gaming en films, met aandacht voor burn-in bij langdurig statisch beeld.

QD (Quantum Dots)
Quantum dots zetten licht om in pure, heldere kleuren. Ze worden ingezet om kleurvolume en helderheid te verbeteren.

QD-OLED
Combineert de zelflichtende OLED-pixelstructuur met een quantum-dot-laag. Je krijgt diepe zwarttinten, snelle reactie en een breed kleurbereik. Het is een balans tussen snelheid, helderheid en kleurprecisie die goed aansluit bij moderne games.