ID.nl logo
Bouw je eigen webwinkel met Shopify
© PXimport
Huis

Bouw je eigen webwinkel met Shopify

Je wilt een eigen webwinkel opzetten maar je hebt weinig tijd, je hebt nauwelijks of geen kennis van enige programmeertaal en je wilt niet bezig zijn met technische aspecten zoals (veiligheids)updates en het vinden van een hostingprovider? Shopify beantwoordt uitstekend aan al deze criteria.

Tip 01: Systeem kiezen

Er zijn verschillende oplossingen om een eigen webwinkel online te krijgen. Welke optie je kiest, hangt onder andere af van hoeveel je ervoor wilt betalen, hoeveel tijd je in de webwinkel wilt investeren, de technische kennis die je hebt, de mogelijkheden en flexibiliteit die je beoogt en de grootte van de webwinkel.

Denk het liefst ook gelijk aan de langere termijn. Ruwweg onderscheiden we twee grote webwinkelsystemen. Bij het eerste systeem maak je je webwinkel compleet op maat (of laat je deze maken), gewoonlijk op basis van openbronsoftware. Een van de bekendste en krachtigste programma's is Magento Community Edition. Een ander populair product is PrestaShop dat iets gebruiksvriendelijker is dan Magento.

De tweede optie is een zogenoemde hosted oplossing, oftewel SaaS (Software as a Service). Hierbij sluit je een abonnement af bij een aanbieder van webwinkels. Dat is heel wat makkelijker maar het geeft je wel iets minder vrijheid. Hier vind je een degelijke vergelijking tussen beide systemen. Met name het stroomschema op blz. 41 van deze pdf kan je helpen bij het maken van een onderbouwde beslissing.

©PXimport

Tip 01 Denk goed na voor je aan je webwinkel begint!

Tip 02: Shopify

In dit artikel gaan we aan de slag met het Canadese, Engelstalige Shopify en tonen we je stap voor stap hoe je met deze SaaS-service een eigen webwinkel opzet. Shopify is erg populair. Niet gek, want het systeem blijkt gebruiksvriendelijk, is veilig en wordt continu doorontwikkeld met tal van extensies.

Shopify is ook best betaalbaar. Voor een bedrag van 29 dollar (circa 21 euro) beschik je over onbeperkte bandbreedte en kun je een ongelimiteerd aantal producten in je winkel plaatsen. Je bent wel beperkt tot 1 GB opslagruimte, maar dat zal niet zo snel een probleem vormen. Houd er wel rekening mee dat er bovenop dit abonnementsbedrag transactiekosten van 2% op elk verkocht product wordt aangerekend.

Bij de duurdere abonnementen (79 en 179 dollar per maand) vermindert dit percentage zich tot respectievelijk 1% en 0%. Wie het echt kleinschalig wil houden (tot 25 producten), kan nog de Starter-formule overwegen: die kost 14 dollar (ca. 10 euro) per maand, met hierbij opgeteld nog 2% transactiekosten.

©PXimport

Tip 02 Van circa 10 tot 130 euro per maand: voor elke portemonnee wat wils.

Tip 03: Gratis proefaccount

Je kunt geheel gratis en zonder verplichtingen veertien dagen met Shopify aan de slag. De grootste beperking is dat je winkel tijdens deze proefperiode alleen bereikbaar is voor wie het wachtwoord kent. Surf naar de website en vul bij Start your free 14-day trial today de naam van je winkel, evenals je e-mailadres en een wachtwoord in. De winkelnaam kun je naderhand nog wel wijzigen, maar onthoud alvast dat een aantrekkelijke en makkelijk te onthouden naam belangrijk is. Klik vervolgens op Create your store now: Shopify gaat meteen aan de slag en even later kun je al Take me to my store aanklikken. Shopify vraagt je vervolgens een aantal details in te vullen, waaronder je adresgegevens en de aard van je winkel.

Klik op I'm done wanneer je daarmee klaar bent. Vervolgens beland je automatisch in de 'backend' (achterzijde), alias het Dashboard van je winkel. In ons voorbeeld is dat https://tipstrucs.myshopify.com/admin.

©PXimport

Tip 03 Zo ziet het 'dashboard' van je webwinkel eruit, twee minuten na het aanmaken van je account.

Tip 04: Nieuw product

Rechtsbovenaan brengt de knop View your store je naar de 'frontend' (voorzijde). Dit is de webwinkel zoals je bezoekers die te zien zullen krijgen. Noteer meteen het wachtwoord dat je rechtsboven ziet verschijnen: dat zul je nodig hebben indien je (niet langer aangemeld) de winkel wilt bezoeken. Je winkel is nu nog compleet leeg, op een voorbeeldproduct na.

Daar brengen we dadelijk verandering in, maar daarvoor moeten we natuurlijk wel weer naar ons dashboard. Dat doe je door bovenaan View your admin aan te klikken. Vervolgens selecteer je Products in het paneel aan de linkerkant en klik je op Add a product. Merk trouwens op dat je hier ook Importproducts kunt kiezen: dat is vooral handig wanneer je al een productenlijst klaar hebt in csv-formaat. Via de link sample CSV template krijg je een aardig idee hoe dit bestand eruit hoort te zien. Wij houden het hier op een beperkte en manuele invoer.

©PXimport

Tip 04 Geen webwinkel zonder producten! Producten toevoegen is dus een van de eerste stappen.

Tip 05: Productopties

Je krijgt nu de gelegenheid allerlei details voor je (eerste) product in te vullen. Dat zijn onder meer een titel, beschrijving, type, producent, prijs en gewicht. Je bent niet verplicht alle items in te vullen. Interessant is in elk geval wel de optie This product hasmultiple options. Plaats je hier een vinkje, dan kun je diverse productopties toevoegen, zoals Color, Size, Material en Style. Via Add another option en Create a newoption is het ook mogelijk eigen opties toe te voegen.

Vervolgens kun je aan elke gekozen optie verschillende waarden toekennen. Die vul je in het bijhorende veld in, telkens gescheiden door een komma. Het is bovendien mogelijk je productaanbod aan een rudimentaire inventaris te koppelen. Bij Inventory policy kies je dan Shopify tracks this products' inventory, waarbij je meteen aangeeft hoeveel stuks er voorradig zijn. Plaats een vinkje bij Allow users to purchase this item, even if it is nolonger in stock, als je ook bestellingen wilt laten uitvoeren bij (tijdelijke) uitputting van de voorraad.

©PXimport

Tip 05 Zo kan een product eruit komen te zien op de startpagina van je webwinkel.

Tip 06: Productcollecties

Een bijpassende afbeelding maakt het product meteen aantrekkelijker. Voeg bij het onderdeel Images een geschikt plaatje toe. Andere interessante rubrieken zijn nog Tags (handig om je product te categoriseren) en Search Engines. Bij deze laatste vul je informatie in die het voor zoekmachines makkelijker moet maken om je product terug te vinden (paginatitel, metatags en url van de webpagina).

Ook handig is de rubriek Visibility, waarin je aangeeft of het product al dan niet al zichtbaar moet zijn in je winkel. Je kunt hier ook een specifieke publicatiedatum invullen, zodat het product pas vanaf dan effectief te koop staat. Het is tevens mogelijk je producten in collecties onder te brengen via de knop Add to collections. Die moet je dan wel eerst aanmaken en dat doe je door in het linkse paneel Collections te openen. Vergeet niet je wijzigingen vast te leggen met Save.

Ben je van plan een tweede, derde etc. product aan te maken dat op het vorige product lijkt, maak dan gebruik van de knop Duplicate om het product veel sneller toe te kunnen voegen.

©PXimport

Tip 06 Met collecties kun je producten overzichtelijker neerzetten.

Tip 07: Thema installeren

Je hebt je winkel nu al van enkele producten voorzien, maar je wilt natuurlijk zoveel mogelijk verkopen. Dan moet je winkel er wel aantrekkelijk uitzien, en dat kan dankzij kant-en-klare thema's. Open de rubriek Themes in het paneel aan de linkerkant. Je krijgt nu een overzicht van de geïnstalleerde thema's. Dat blijkt er vooralsnog maar één te zijn: het standaardthema launchpad. We tonen je eerst hoe je nog meer thema's installeert en vervolgens hoe je het uiteindelijk gekozen thema nog meer aan je wensen aanpast. Klik rechtsboven op Visit the Theme Store.

Je belandt nu op een site waar je uit tientallen thema's kunt kiezen. Wij verkiezen het gratis te houden en klikken dus Free aan. Eventueel kun je nog verder inzoomen met bijkomende criteria als Filter by industry en Filter by features. De combinatie van Free en Electronics bijvoorbeeld leverde twee (bruikbare) thema's op. Wij opteerden voor het thema Kickstand (met twee stijlen). Klik het thema aan en klik vervolgens op Get Theme waarna je ofwel Publishas my shop's theme ofwel install as an unpublished theme aanklikt. Wij kiezen voor dit laatste: je kunt het op elk moment nog effectief in je winkel 'publiceren'.

©PXimport

Tip 07 Met een paar muisklikken ziet je webwinkel er compleet anders uit!

Tip 08: Thema publiceren

In de rubriek Themes krijg je nu ook het zojuist geïnstalleerde thema te zien. Je hoeft maar op Publish te klikken om het te activeren, waarbij je normaliter de keuze krijgt je huidige thema te vervangen of dit nieuwe thema als je mobiele thema te installeren zodat bezoekers het alleen te zien krijgen vanaf een mobiel apparaat.

Keer terug naar je Dashboard en kies View your store om het resultaat te bekijken. Deze 'controle' is niet onbelangrijk, gezien er afhankelijk van het gekozen thema mogelijk onverwachte wijzigingen kunnen opduiken. Zo bijvoorbeeld kregen we bij het thema Kickstand onze testproducten niet langer op de openingspagina te zien. We moesten die blijkbaar eerst in een Collection onderbrengen en verder een korte beschrijving toevoegen bij de Theme settings.

Dat komt eigenlijk goed uit, want dat is precies de pagina die je nodig hebt om een thema nog meer naar eigen hand te zetten.

©PXimport

Tip 08 Een ander thema voor je website gebruiken kan in een paar klikken.

Tip 09: Thema bewerken

Ga dus naar Themes en klik op Theme Settings. Wat je precies kunt aanpassen, is afhankelijk van het geselecteerde thema. Handig is in elk geval de knop Preview in new window: je krijgt dan meteen het resultaat van je wijzigingen te zien zonder telkens naar het 'echte' frontend te moeten overschakelen.

In de meeste gevallen kun je in het Header-gedeelte een eigen logo uploaden: houd wel rekening met de aangegeven optimale grootte en formaat (druk eerst even op de Save-knop om het resultaat in het Preview-venster te zien). We raden je in elk geval aan om alle thema-onderdelen even door te lopen. Mogelijk tref je hier ook de rubriek Translations aan waar je specifieke tekst snel door hun Nederlandstalige variant kunt vervangen (als je dat zo verkiest).

Vertalingen bespreken we verder in tip 15. Overigens kun je een thema nog veel doortastender bewerken, via de link Template Editor. Deze aanpak vereist echter wel een grondige kennis van HTML en CSS.

©PXimport

Tip 09 Kijk goed alle instellingsmogelijkheden van het gekozen thema na!

Tip 10: Webpagina's

In een winkel draait natuurlijk alles rond de producten die je verkoopt, maar je kunt niet zonder een paar vaste webpagina's, waarin je bijvoorbeeld je winkel aan de bezoekers voorstelt en de verkoopvoorwaarden meedeelt. Navigeer hiervoor naar de rubriek Pages. De kans is groot dat je thema al een of meer standaardpagina's heeft ingebouwd. Die pagina's kun je hier aanklikken om ze te bewerken, bijvoorbeeld om de teksten Nederlandstalig te maken. Dit doe je in een uitgeklede HTML-editor.

Die maakt het mogelijk tekst te formatteren (vet of cursief, bijvoorbeeld), uit te lijnen, op te sommen of van links en kolommen te voorzien. Je kunt zelfs een foto- of videobestand uploaden. Verder kun je, net als bij productpagina's, informatie voor zoekmachines invullen en aangeven of je de pagina meteen al zichtbaar wilt maken aan je bezoekers. Via de knop Preview Page krijg je een handige voorbeeldweergave te zien.

©PXimport

Tip 10 Ook een webwinkel kan niet zonder een paar 'vaste' webpagina's.

Tip 11: Basisinstellingen

Je hebt de lay-out mooi voor elkaar, je hebt enkele informatieve pagina's klaar en de bezoekers kunnen in je productengamma zoeken. Mooi, maar je bent er nog niet echt: er staan je namelijk nog een paar instellingen van meer 'administratieve' aard te wachten. Een paar belangrijke opties vind je terug bij Settings, onderaan het Dashboard-paneel. Allereerst controleer je de gegevens die je in de rubriek General aantreft, zoals de titel van je openingspagina, je e-mailadres, het fysieke adres (niet onbelangrijk met het oog op facturatie).

Verder vul je de tijdzone (GMT+01:00 Amsterdam), de meeteenheid (Metric system) en de munteenheid (Euro) in. Je vult aan wat je zelf nodig acht. Hier kun je tevens de koppeling maken met je Google Analytics-account, mocht je daarover beschikken. Helemaal onderaan lees je nog het wachtwoord van je webwinkel af. Echter, zolang je bij een gratis proefabonnement blijft, laat dit wachtwoord zich niet verwijderen.

©PXimport

Tip 11 Controleer of de (basis)instellingen wel correct zijn ingevuld.

Tip 12: Verzending & btw

Je ontkomt er wellicht niet aan ook de juiste btw-tarieven in te vullen voor de landen waar je je producten te koop wilt aanbieden. Die landen voeg je eerst toe via de rubriek Shipping. Eigenlijk is deze rubriek bedoeld om per land aangepaste verzendkosten in rekening te kunnen brengen.

Het is zelfs mogelijk via de knop Add shipping rate verschillende verzendkosten te voorzien, naargelang van de verkoopprijs of het gewicht van het pakket. Goed om weten is dat je voor elk land dat je hier toevoegt, vervolgens in de rubriek Taxes ook een aangepast btw-tarief kunt opnemen. Je geeft hier dan meteen aan of de btw al automatisch in je prijzen moet verrekend worden en of je ook btw op de verzendkosten wilt laten verrekenen. Nuttig is ook de mogelijkheid om per land voor bepaalde productcollecties een ander btw-tarief aan te rekenen. Je klikt dan op Add tax override, kiest het beoogde land en de collectie en geeft het gewenste btw-percentage aan. Bevestig je aanpassingen met Save changes.

©PXimport

Tip 12 Per land kun je aangepaste verzendkosten en btw-tarieven voorzien.

Tip 13: Betaalmethodes

Uiteraard moeten je klanten de bestelde producten ook betalen. Je zult dus in één of meer betaalmethodes moeten voorzien. Die vind je terug in de rubriek Checkout. Standaard kun je onder meer al PayPal gebruiken, maar willen je klanten ook met creditcards of een betaalsysteem als iDeal betalen, dan moet je aansluiten bij een zogeheten payment gateway. Shopify verwijst hiervoor naar payment service provider Skrill. Zodra je account is geactiveerd hoef je maar het uitklapmenu bij Select a Credit Card Gateway te openen en daar Skrill (Moneybookers) te selecteren, waarna je het bijhorende Merchant Email en Secret Word invult.

Daartoe klop je eerst bij Skrill zelf aan. Surf naar de website, open het menu Business, klik op het pijltje bij Industry Sector en kies eCommerce Solutions. Helemaal onderaan open je de rubriek eCommerce Solutions en klik je Shopify aan. In de rubriek PaymentProcessing open je de link payment options in een nieuw tabblad: bij Europe kies je dan Netherlands. Je verneemt hier dat Skrill onder meer Visa, MasterCard, American Express, Diners Club en iDeal ondersteunt. De implementatie kost je zo'n 2,5% + 0,25 dollar per transactie.

©PXimport

Tip 13 In Nederland is het verstandig om het mogelijk te maken om met iDeal te betalen.

Tip 14: Domein koppelen

Standaard krijgt je winkel een webadres als https://.myshopify.com mee. Dat volstaat wellicht om een en ander uit te testen, maar wil je het professioneel aanpakken, dan moet je een eigen domeinnaam hebben. Beschik je nog niet over een (geschikte) domeinnaam dan kun je die vanuit Shopify registreren.

Alles wordt dan nagenoeg automatisch geregeld. Open de rubriek Domains en klik rechtsboven op Buy domain. Vul de gewenste domeinnaam in en kies een extensie (.com of .nl bijvoorbeeld). Je leest direct de jaarlijkse kosten af. Een .nl-domein kost je 9 dollar, dus circa 7 euro per jaar. Wanneer je domeinnaam nog beschikbaar blijkt, hoef je de verdere instructies maar te volgen.

Heb je al een eigen domeinnaam, dan is het mogelijk om deze aan je webshop te koppelen. Hoe je dat precies aanpakt, hangt af van de hostingpartij, maar veelal komt het erop neer dat je het CNAME- en A-record naar Shopify moet laten verwijzen. Meer informatie vind je hier, maar voor specifieke informatie klop je uiteraard het beste bij je eigen hostingpartij aan.

©PXimport

Tip 14 Een gloednieuwe domeinnaam kun je direct vanuit Shopify regelen.

Tip 15: Nederlands vertalen

In tip 9 hebben we het al even gehad over de mogelijkheid om bepaalde items van je webwinkel naar het Nederlands te vertalen. Wil je je site echter compleet in die taal, dan heb je wel nog wat werk voor de boeg. Nu kun je de hulp inroepen van een betaalde app (zie volgende tip), maar het kan ook handmatig.

Een belangrijk onderdeel zijn alvast de check-outpagina's. Gelukkig laten die zich makkelijk in de gewenste taal omzetten: open de rubriek Checkout en stel helemaal onderaan de Checkout Language in op Nederlands (er zijn diverse vertaalsets beschikbaar). Bevestig je keuze met (View this translation en met) Save changes. Of je kiest ervoor de vertaling zelf te maken met create a new one.

Hoe het met de overige pagina's moet (de statische pagina's die je zelf van inhoud hebt voorzien vallen hier uiteraard buiten) hangt grotendeels af van het gekozen thema (zie ook tip 9). Je zult in elk geval via de ingebouwde Template Editor moeten werken en in de pagina's op zoek moeten gaan naar te vertalen tekstonderdelen. Via het uitklapmenu naast de paginatitel bovenaan kun je desnoods nog naar een vorige versie terugkeren, mocht je een pagina verhaspeld hebben.

©PXimport

Tip 15 De rubriek Checkout voorziet in kant-en-klare vertaalsets.

Tip 16: Apps installeren

Shopify heeft veel van zijn flexibiliteit en functionaliteit te danken aan de vlotte integratie van 'apps' oftewel plug-ins. Open hiervoor in je Dashboard de rubriek Apps en klik op Visit the App Store. Er zijn enkele honderden apps beschikbaar, ingedeeld in categorieën als Marketing, Shipping en Accounting. Je kunt snel filteren op diverse criteria, zoals Category, Price en Collections en er is ook een zoekfunctie. Ongeveer de helft van de apps is (ook) gratis. We nemen één voorbeeld: Facebook store - Easy Social Shop, die je Shopify-winkel ook vanuit Facebook toegankelijk maakt.

Open deze gratis app en klik op Get App en vervolgens op Install App. Meld je aan met je Facebook-account en kies de pagina's waarop je de shop wilt toevoegen. Bevestig met Add page tab: even later is je webwinkel ook via Facebook beschikbaar.

Uiteraard heeft elke app zijn eigen mogelijkheden en opties die je zelf moet ontdekken. En voor wie zwaar worstelt met het omzetten van zijn winkel naar het Nederlands: er is een betaalde app (8,50 dollar per maand) die je daarbij kan helpen: Shop Translator. Je kunt hem 20 dagen gratis proberen. Niet alle gebruikers zijn echter even tevreden over deze app.

©PXimport

Tip 16 Wat Shopify standaard niet aan boord heeft, voeg je er gewoon met een 'app' aan toe.

▼ Volgende artikel
Inductie, keramisch of gas: welke pan past bij jouw kookplaat?
© Malkov Konstantin
Huis

Inductie, keramisch of gas: welke pan past bij jouw kookplaat?

Of je nu op gas, inductie of een keramische plaat kookt, het type kookplaat in je keuken bepaalt in grote mate welke pannen je kunt gebruiken. Daarbij draait het vooral om het materiaal van de pan. In dit artikel lees je wat je nodig hebt om zorgeloos en efficiënt te kunnen koken, wat er op jouw fornuis ook staat. Smakelijk alvast!

👨🏼‍🍳 In het kort:

• Gas, inductie of keramisch: zo werken deze kookplaten • Van koper tot roestvrijstaal: welke pan past bij welke kookplaat? • Onderhoudstips voor je kookplaat • Misvattingen ontkracht

Lees ook: Overstappen van gasfornuis naar inductieplaat: de voor- en nadelen

Hoe werkt jouw kookplaat eigenlijk?

Om te begrijpen welke pannen het best op jouw kookplaat werken, is het handig om eerst te weten hoe die kookplaten precies hun werk doen. Een gaskookplaat verwarmt je pan direct via een open vlam: simpel, doeltreffend en visueel controleerbaar. Bij inductie gebeurt dat heel anders: een spoel onder het kookoppervlak wekt een magnetisch veld op, waardoor alleen pannen met een magnetiseerbare bodem zelf warm worden. De plaat zelf blijft koel. Keramische kookplaten zitten daar qua techniek tussenin. Onder een glad glasoppervlak zit een elektrisch verwarmingselement dat de plaat en vervolgens de pan verwarmt.

Van koper tot RVS: welke pan werkt waarbij?

Pannen zijn er in allerlei materialen, en elk daarvan gedraagt zich anders op een kookplaat. Hieronder lees je wat je van de bekendste soorten kunt verwachten.

Roestvrijstaal (RVS)

RVS is een echte alleskunner. Deze pannen doen het goed op alle soorten kookplaten, zolang ze voor inductie wel een magnetische bodem hebben. RVS geleidt warmte iets minder goed dan bijvoorbeeld koper of gietijzer, maar met een goede, dikke bodem kun je er uitstekend mee uit de voeten, ook op inductie.

©tsarenko | Fototocam

Gietijzer

Gietijzeren pannen zijn zwaar, maar daar krijg je gelijkmatige warmteverdeling voor terug. Ze zijn prima geschikt voor gas en keramisch, en door hun magnetische eigenschappen ook voor inductie. Let wel op bij glas-keramische kookplaten: de wat ruwe of ongelijke bodem van gietijzer kan krassen veroorzaken en minder efficiënt verwarmen. Ook het onderhoud vraagt aandacht – afwassen doe je met warm water en keukenpapier, niet in de vaatwasser.

©kseyale

Check: geschikt voor inductie? Bij inductiekookplaten is het belangrijk dat de pan magnetisch is, anders zal deze niet werken. Dit kun je eenvoudig controleren door een magneet aan de onderkant van de pan te houden - als deze wordt aangetrokken, is de pan compatibel.

Lees ook: Zo kook je extra zuinig op een inductiekookplaat

Koper

Met koperen pannen kook je snel en nauwkeurig: koper geleidt warmte als de beste. Tegelijk zijn ze kwetsbaarder voor krassen en deuken, en ze vergen wat meer onderhoud om mooi te blijven. Niet geschikt voor de vaatwasser dus. Op gas en keramisch doen ze het prima, maar voor inductie heb je een speciale bodem nodig. Zonder die aanpassing werkt het simpelweg niet.

©fotofabrika

Aluminium

Aluminium is licht, betaalbaar en geleidt warmte goed. Het doet zijn werk uitstekend op gas en keramisch. Voor inductie moet aluminium speciaal bewerkt zijn – alleen dan werkt het magnetische veld. Aluminium krast en deukt snel, dus voorzichtigheid is geboden bij gebruik én schoonmaak.

Check: geschikt voor keramisch? Voor keramische kookplaten moet de bodem van de pan vlak en glad zijn om een goede warmteoverdracht te garanderen en krassen op de plaat te voorkomen.

Pannen met een dikke, goed geleidende bodem leveren doorgaans het beste resultaat, ongeacht het fornuis. Koper en gietijzer scoren hoog op warmteverdeling en -behoud, terwijl roestvrij staat en aluminium het juist moeten hebben van slimme combinaties en coatings. Denk bijvoorbeeld aan een antiaanbaklaag of een gelaagde bodem, die verschillende eigenschappen combineren voor betere prestaties.

Welke pan op welke kookplaat?

MateriaalGasInductieKeramisch
RVSJaJa*Ja
GietijzerJaJaJa
AluminiumJaNee**Ja
KoperJaNee**Ja

*= Mits voorzien van een ferromagnetische bodem ** = Alleen als ze een speciale inductie-geschikte bodem hebben

Nog even in het kort:

⚪ RVS pannen werken goed op alle kookplaten, maar kunnen door inductie sneller en gelijkmatiger verhit worden. ⚫ Gietijzer is minder geschikt voor inductie vanwege de oneffen bodem, maar werkt prima op gas en keramisch. 🟠 ⚪ Koper en aluminium geleiden goed, maar zijn gevoelig voor krassen en deuken.

Zo houd je je kookplaat en pannen in topvorm

Met een beetje aandacht gaan je kookplaat én pannen langer mee. Voor inductie is het cruciaal dat de bodem van je pan vlak en onbeschadigd is, anders kunnen er krassen op de plaat ontstaan. Keramische platen vragen om een zachte aanpak: gebruik geen schurende middelen of scherpe voorwerpen. Hardnekkige resten? Leg er wat vochtig keukenpapier op en laat het twintig minuten weken. Daarna kun je het vuil meestal met een nat doekje verwijderen. Voor echt aangekoekte plekken is een speciale keramische schraper een veilig alternatief.

Lees ook: Inductiekookplaat schoonmaken? Dit moet je wel doen en dit niet

©Maryna Pleshkun | zest_marina

Misverstanden de wereld uit: vier hardnekkige kookmythes

Er doen nogal wat verhalen de ronde over pannen en kookplaten. Tijd om de vier hardnekkigste misverstanden recht te zetten.

1. Overstappen betekent al je pannen vervangen

Niet per se. Veel pannen kun je gewoon blijven gebruiken, ook als je overstapt naar een andere kookplaat. Kijk goed naar het materiaal, de staat van de pan en of de bodem geschikt is voor je nieuwe kooktype. Je hoeft dus zeker niet halsoverkop een nieuwe pannenset te kopen.

2. Inductie is gevaarlijk

Sommige mensen maken zich zorgen over het magnetisme van inductieplaten. Dat is nergens voor nodig: het magnetische veld is zwak en werkt alleen als er een geschikte pan op staat. Voor de gebruiker is het volkomen veilig.

3. Keramische platen zijn breekbaar

Zolang je ze met zorg gebruikt en pannen met een gladde bodem kiest, gaan keramische kookplaten jarenlang mee zonder noemenswaardige schade. Het glas is stevig, maar vraagt wel om voorzichtig gebruik.

4. Elke pan werkt op elke kookplaat

Helaas, zo eenvoudig is het niet. Niet elk materiaal is compatibel met elk type kookplaat. De juiste pan kiezen begint bij weten wat voor kookplaat je hebt en wat voor bodem die pan nodig heeft.

Tot slot

Je weet nu waar je op moet letten als je een pan kiest voor jouw kookplaat. Niet ieder materiaal werkt overal even goed, maar met de juiste match zit je altijd goed. Tijd om de keuken in te duiken en je kookkunsten de vrije loop te laten. Veel plezier aan het fornuis!

▼ Volgende artikel
Bescherm je accounts met MFA
© Rsquare stock - stock.adobe.com
Huis

Bescherm je accounts met MFA

Nog dit jaar zal alleen een wachtwoord niet meer volstaan om je bij Google aan te melden. Google gaat namelijk MFA verplichten, waarbij je minstens twee factoren gebruikt. Hoe pak je dit aan, ook bij een paar andere aanbieders?

In dit artikel laten we zien hoe je multifactorauthenticatie (MFA) instelt bij onder andere Google:

  • Stel tweestapsverificatie (2FA) in via je Google account
  • Genereer en bewaar back-upcodes voor noodgevallen
  • Gebruik Google Authenticator of alternatieven voor TOTP-codes
  • Maak een toegangssleutel aan via Windows Hello
  • Voeg een fysieke beveiligingssleutel toe, zoals YubiKey

Lees ook: Je wachtwoord gelekt? Deze tools geven je meteen een seintje!

Veel mensen hergebruiken wachtwoorden voor meerdere diensten, wat natuurlijk erg onveilig is. Maar zelfs met unieke, sterke wachtwoorden, bijvoorbeeld via een wachtwoordmanager, blijven er risico’s bestaan. Wachtwoorden zijn namelijk vatbaar voor phishing, datalekken, keyloggers, malware, brute-force- en dictionary-aanvallen en menselijke onvoorzichtigheid.

Steeds meer diensten adviseren daarom extra verificatiemiddelen naast een wachtwoord. Dit heet 2FA (tweefactorauthenticatie/tweestapsverificatie) of breder MFA (multifactorauthenticatie). Hierbij zijn minstens twee verificatiefactoren vereist. Omdat MFA het flink veel moeilijker maakt onbevoegde toegang tot een account te krijgen, maakt Google dit verplicht voor alle gebruikers. Het zou ons niet verbazen als ook andere aanbieders dit voorbeeld gaan volgen.

Eerst bespreken we kort de belangrijkste MFA-factoren (en dat zijn er behoorlijk wat). Daarna tonen we hoe je ze instelt bij populaire diensten, weliswaar met een duidelijke focus op Google, aangezien dit het meest urgent lijkt.

Wachtwoorden zijn ook vatbaar voor datalekken.

MFA-factoren

Bij de klassieke MFA-aanpak, inclusief 2FA, voer je eerst je wachtwoord in en daarna een tweede factor, wat op verschillende manieren kan.

Bij Googlekan dit een Google-prompt zijn: je krijgt een pop-upmelding op een vertrouwd Android- of iOS-apparaat om de inlogpoging te bevestigen. Ook mogelijk is een tijdelijke TOTP-code (Time-based One-Time Password) die je invoert via een authenticator-app als Google Authenticator. Een andere optie is een sms of spraakoproep met een cijfercode.

Daarnaast kun je een digitale FIDO2-toegangssleutel (Fast IDentity Online) oftewel passkey gebruiken, opgeslagen op een apparaat zoals je smartphone of computer, en beschermd met biometrische verificatie zoals een vingerafdruk of gezichtsherkenning. Of je plugt een hardwarematige beveiligingssleutel, zoals een Yubikey, in een usb-poort of verbindt deze via NFC/bluetooth. De sleutel fungeert dan als toegangscode.

Soms kun je de tweede factor niet invoeren, bijvoorbeeld als je smartphone gestolen is of je deze bent vergeten. Daarom biedt onder meer Google unieke back-upcodes die je in noodgevallen kunt gebruiken. Sommige diensten, zoals Microsoft, laten ook e-mail toe als tweede factor, waarbij je een eenmalige code of bevestigingslink ontvangt.

De belangrijkste opties bij Googles 2FA.

Wachtwoordloos

MFA (2FA) verhoogt de veiligheid aanzienlijk, omdat een tweede factor nodig is, meestal gebaseerd op iets wat je hebt (zoals een vertrouwde telefoon, computer of hardware-sleutel) of iets wat je bent (biometrische verificatie). Dit maakt inloggen helaas wel complexer. Daarom ondersteunen steeds meer diensten een wachtwoordloze login, waarbij je direct inlogt met een tweede factor, zonder eerst een wachtwoord in te vullen.

Zo hoef je bij Google geen wachtwoord meer te gebruiken als je toegangssleutels hebt ingesteld. Ook Microsoft biedt dit aan via Windows Hello (of via Microsoft Authenticator zonder wachtwoord), net als Apple met Face ID of Touch ID op Apple ID-loginpagina’s.

Sommigen noemen inloggen met een toegangssleutel ‘client-side MFA’. Dit combineert namelijk twee factoren op het apparaat zelf: de digitale sleutel wordt lokaal opgeslagen (iets wat je hebt) en je moet biometrie of een pincode invoeren (iets wat je bent of weet). Beide factoren worden dus geheel lokaal verwerkt, zonder dat er een extra verificatiestap via sms of een aparte app nodig is, vandaar ‘client-side MFA’.

We hebben zojuist een digitale toegangssleutel voor Google aangemaakt.

Google

Stel dat je je nu alleen met een wachtwoord bij Google aanmeldt en een tweede factor wilt toevoegen (2FA). Meld je aan bij https://account.google.com, open Beveiliging en scrol naar Inloggen bij Google. Klik op Tweestapsverificatie staat uit en vervolgens op Tweestapsverificatie aanzetten.

Voeg eerst je mobiele telefoonnummer toe. Selecteer het juiste land, zoals Nederland of België, voer je nummer in en druk op Volgende. Google stuurt een verificatiecode, G- gevolgd door zes cijfers. Vul deze in, klik op Verifiëren en daarna op Gereed. Tweestapsverificatie is nu ingeschakeld en je ziet dat je telefoonnummer als tweede stap is toegevoegd.

Log je opnieuw in, dan ontvang je na het invullen van je wachtwoord automatisch een nieuwe verificatiecode. In het venster voor de code kun je een vinkje zetten bij Niet meer vragen op dit apparaat, zodat de tweede factor op dat apparaat niet meer nodig is. Doe dit alleen als je het apparaat vertrouwt en niemand anders er fysiek toegang toe heeft. Heb je dit aangevinkt, maar wil je dit weer ongedaan maken, open dan opnieuw Beveiliging, scrol tot bij Je apparaten en klik op Alle apparaten beheren. Selecteer het betreffende apparaat en kies Uitloggen (twee keer).

Onze eerste 2FA-factor: verificatiecodes op de telefoon.

Back-upcodes

In dit venster zie je ook de optie Andere manier proberen, maar dit is alleen nuttig als je al minstens één andere factor hebt toegevoegd. Open dus opnieuw Tweestapsverificatie voor een overzicht van de beschikbare tweede stappen. Je merkt dat standaard al twee factoren geactiveerd zijn: sms via Telefoonnummer en Google-prompt, op voorwaarde dat je een smartphone gebruikt en je Google-account daarop is ingesteld. Je kunt wel zelf extra factoren toevoegen. Laten we deze even doorlopen.

Laten we beginnen met de factor die je achter de hand kunt houden voor noodgevallen: back-upcodes. Klik op Back-upcodes opvragen en vervolgens op Back-upcodes genereren. Vul je wachtwoord in als daarom gevraagd wordt en klik opnieuw op Back-upcodes genereren. Druk de tien codes af of download ze als txt-bestand. Bewaar de codes veilig.

Je doet er goed aan meteen je back-upcodes op te vragen en veilig te bewaren.

Authenticator (TOTP)

Een andere populaire methode zijn codes of wachtwoorden die meestal na 30 seconden automatisch verlopen (Time-based One-Time Passwords). Voor zulke TOTP’s heb je een specifieke tool nodig. Dat kan een desktopapplicatie, browserextensie of een ondersteunde veiligheidssleutel zijn, maar de meesten kiezen voor een mobiele authenticator-app. Bekende apps zijn Google Authenticator, Microsoft Authenticator en Authy. We nemen Google Authenticator als voorbeeld, al is dat ook voor een Google-login geen vereiste.

Open de appstore op je iPhone of Android en installeer Google Authenticator. Ga op de Google-site bij Tweestapsverificatie naar Authenticator-app toevoegen en klik op Authenticator instellen. Open de app op je smartphone, tik op de plusknop, kies QR-code scannen en richt je camera op de QR-code op de site. Of kies Instelsleutel invoeren, klik op de site op Kun je de code niet scannen en vul handmatig de 32 tekens in. Druk op Volgende en vul de 6 codecijfers van het TOTP in dat inmiddels in de app te zien is en automatisch wordt vernieuwd. Bevestig met Verifiëren. Je kunt deze code voortaan ook gebruiken bij het inloggen.

Dit systeem werkt als volgt. Via de QR-code of instelsleutel geef je een geheime sleutel door aan de app, waarna deze op basis van de tijd een TOTP berekent. De website met de login doet hetzelfde en vergelijkt de TOTP’s. Zijn deze identiek, dan krijg je toegang. Internet is hiervoor niet nodig; een gesynchroniseerde klok volstaat.

Op basis van een geheime sleutel kan de authenticator-app een geldige TOTP berekenen.

Toegangssleutel

Een andere tweede factor is een toegangssleutel, een van de beste manieren om je tegen phishing en andere bedreigingen te beschermen. Klik op Toegangssleutels en beveiligingssleutel. We gaan ervan uit dat je op een computer met Windows 11 werkt en dat Windows Hello actief is. Activeer dit eventueel via Instellingen, Accounts en Aanmeldingsopties, met Gezichtsherkenning, Vingerafdruk of Pincode (Windows Hello).

Je krijgt normaliter meteen de optie Toegangssleutel maken. Na bevestiging via Windows Hello en een klik op Klaar zie je dat je toegangssleutel is toegevoegd. Voortaan kun je via Windows Hello verifiëren dat jij bij Google inlogt. Klik gerust eens op Nu proberen. Je hoeft zelfs je wachtwoord niet meer in te vullen, omdat dit werkt als client-side MFA (zie tekstkader ‘Wachtwoordloos’).

Je kunt trouwens ook op andere apparaten een toegangssleutel aanmaken, bijvoorbeeld op macOS vanaf Ventura, ChromeOS vanaf versie 109, iOS vanaf 18, Android vanaf 9 of op een ondersteunde veiligheidssleutel.

Wil je bijvoorbeeld je Android-apparaat als toegangssleutel op je Windows-pc instellen, klik dan op Toegangssleutel maken en kies Ander apparaat gebruiken. Staat je apparaat er niet tussen, selecteer dan iPhone-, iPad- of Android-apparaat en druk op Volgende. Scan de QR-code met je Android, tik op Toegangscode gebruiken en als alles goed gaat worden de apparaten gekoppeld en kun je je voortaan ook hiermee aanmelden.

Een toegangssleutel met behulp van Windows Hello.

Beveiligingssleutel

Tot slot kun je bij Google ook een fysieke beveiligingssleutel gebruiken als tweede factor. Plug een geschikte sleutel in met ondersteuning voor FIDO2 of eventueel het oudere FIDO U2F. Bekende modellen zijn YubiKey en SoloKey. Afhankelijk van het model werken ze via usb, NFC of bluetooth, met prijzen tussen circa 35 en 80 euro.

Open daarna opnieuw Toegangssleutels en beveiligingssleutels, kies Toegangssleutel maken en Ander apparaat gebruiken. Selecteer Beveiligingssleutel, druk op Volgende en op OK (twee keer). Vul een pincode in bij Nieuwe pincode voor beveiligingssleutel (twee keer) en bevestig met OK. Raak de sleutel aan en voltooi met OK en Klaar. Je sleutel is nu toegevoegd, zodat je hiermee kunt aanmelden bij Google.

Op vergelijkbare manier kun je ook vanaf je smartphone een beveiligingssleutel via NFC toevoegen, zoals de Yubikey 5 NFC. Kies dan Ander apparaat, NFC-beveiligingssleutel en houd de sleutel plat tegen de achterkant van je toestel. Ook deze wordt als tweede factor toegevoegd.

Wat hoger James Bond-gehalte: aanmelding met een heuse beveiligingssleutel.

Geavanceerde beveiliging

Zelfs als je meerdere factoren toevoegt aan de tweestapsverificatie, zal Google standaard maar één extra factor vragen na je wachtwoord (of enkel een toegangssleutel als je wachtwoordloos werkt). De andere factoren dienen als alternatief of back-up wanneer een methode niet beschikbaar is. Je kunt dus geen drie of meer factoren tegelijk verplichten.

Via https://landing.google.com/advancedprotection kun je Google wel verplichten om een fysieke beveiligingssleutel te gebruiken en zwakkere methoden uit te sluiten. Klik op Aan de slag en daarna op Schrijf je in voor Geavanceerde beveiliging, en bevestig met Gereed. Je kunt later altijd kiezen voor Uitschrijven bij Geavanceerde beveiliging.

Je kunt Google forceren om je altijd om je beveiligingssleutel te vragen.

Microsoft

We hebben het tot nu toe alleen over Google gehad, maar ook veel andere diensten ondersteunen 2FA of MFA. Een overzicht van zulke diensten vind je op sites als www.2fa.directory. Als voorbeeld nemen we nog diensten van een paar bekende bedrijven: Microsoft en Meta (Facebook en Instagram).

Voor Microsoft meld je je aan op https://account.microsoft.com. Open de rubriek Beveiliging en klik op Beheren hoe ik me aanmeld. Klik rechtsboven op Beheren om tweestapsverificatie in te schakelen. Druk op Volgende en kies je tweede factor: een authenticatie-app, alternatief e-mailadres of telefoonnummer. We gaan uit van de veiligste optie: een authenticator-app. Klik op Nu downloaden en daarna op Volgende. Open je authenticator-app en scan de QR-code om het TOTP toe te voegen. Bevestig met Gereed en ververs de webpagina. Tweestapsverificatie is nu actief.

Klik nu op Een methode voor aanmelden of verifiëren kiezen om extra stappen toe te voegen, zoals gezichtsherkenning, vingerafdruk, pincode, beveiligingssleutel, app, code via e-mail of sms. Volg telkens de instructies.

Ook Microsoft laat je uit diverse tweede-factoren kiezen.

Meta

Het zal je niet verbazen dat ook bijna alle sociale media 2FA ondersteunen, waaronder Facebook en Instagram. Meld je aan bij het Meta-accountcentrum en open de rubriek Wachtwoord en beveiliging. Klik op Tweestapsverificatie en kies het account bij Facebook of Instagram, waarvoor je dit wilt instellen. We nemen hier Instagram als voorbeeld.

Standaard zie je twee opties: Verificatieapp (authenticator) en Sms-bericht. De aanbevolen methode is de verificatie-app. Selecteer deze en klik op Volgende. Je ziet nu een QR-code en de bijbehorende veiligheidscode. Scan de QR-code met je authenticator-app of voer de code handmatig in. Het TOTP wordt toegevoegd. Klik op Volgende en vul het actuele TOTP in. Je krijgt een bevestiging dat tweestapsverificatie actief is. Je kunt nu ook je lijst met back-upcodes bekijken en downloaden. Rond af met Klaar.

Eventueel kun je nog een extra tweede factor toevoegen, zoals een beveiligingssleutel.

Bijna alle socialmediaplatformen ondersteunen 2FA, waaronder de diensten van Meta.

Watch on YouTube