ID.nl logo
Netwerkkabels trekken en maken
Huis

Netwerkkabels trekken en maken

Een vaste internetverbinding is nog altijd stabieler en sneller dan een draadloze verbinding. Je ontkomt er dan ook niet aan dat je wat kabels door je huis moet trekken. Hoe kun je zelf netwerkkabels trekken en maken?

1. Kabels trekken

In nieuwbouwhuizen zijn meestal zogenaamde loze leidingen aangebracht. Dit zijn holle buizen van plastic die vanuit de meterkast naar de verschillende vertrekken in een huis lopen. Als je een netwerkkabel wilt aanleggen scheelt het gebruik van een loze leiding veel gedoe, zoals het boren van gaten en het afwerken met kabelgoten. Soms is er al een contactdraad in de leiding aanwezig. Hiermee kun je uitvinden in welke ruimte een bepaalde buis uitkomt. Ook kun je deze contactdraad gebruiken om de netwerkkabel door de loze leiding heen te trekken. Bij het eruit trekken van de oude kabel, zit de netwerkkabel dan meteen op z'n plek. Wanneer er geen kabel aanwezig is, kun je het beste gebruikmaken van een trekveer. Deze is te koop (en soms ook te huur) bij de bouwmarkt. Je schuift eerst de trekveer helemaal door de leiding tot deze uitkomt bij de meterkast of de eindbestemming. Vervolgens bevestig je de netwerkkabel aan het uiteinde van de trekveer. Deze heeft een oog waar de kabel aan vast kan worden gemaakt. Doe dit met de kleine koperkabels. Zorg ervoor dat de bevestiging stevig is maar niet te dik wordt. Kleine stukjes duct tape kunnen voor wat extra versteviging zorgen. Het kan voorkomen dat de trekveer met de netwerkkabel niet voorbij een bepaald punt komt. Is dit het geval: kijk dan nog eens of de bevestiging niet te dik is en gebruik eventueel groene zeep als glijmiddel.

©PXimport

2. Kabels wegwerken

Als je huis niet beschikt over loze leidingen of ze allemaal in gebruik zijn, dan kun je een netwerkkabel op de 'ouderwetse' manier aanleggen: door de muur, via het plafond of onder de vloer door. Langs, boven of onder de plint is ook een veelgebruikte methode. In veel gevallen is het mogelijk een kabel goed te camoufleren, bijvoorbeeld met een kabelgoot, zodat hij niet te veel opvalt.

Heb je veel kabels door je huis liggen, dan kun je wat orde in de chaos scheppen door ze te labelen. Wanneer je naar je kabels kijkt, wordt een deel van de chaos veroorzaakt doordat het vaak onmogelijk te zien is welke kabel waarheen leidt. Door een labeltje (dit kan een dun strookje etiket zijn) om de kabel te plakken en daarop te schrijven waarvoor deze kabel dient, wordt het direct al een stuk duidelijker. Kleurcoderen kan ook, in dat geval plak je een strookje gekleurd etiket aan het begin én het eind van de kabel, zodat je eenvoudig kunt zien welke kabel waarvoor is. In een ander artikel gaan we in op de verschillende manieren om kabels te bundelen.

3. Nieuwbouw: zelf doen of uitbesteden?

Ben je van plan een nieuwbouwhuis te kopen of te laten bouwen? Het is vaak mogelijk om voor een meerprijs netwerkkabels en bijbehorende eindcontacten aan te laten leggen. De bouwer rekent hiervoor vaak absurd hoge bedragen, maar het kan achteraf erg veel werk schelen. Het is vooral handig om te bepalen in welke ruimte je baat hebt bij een fysieke kabel en waar draadloos internet voldoet. Denk vooral ook vooruit. Ben je bijvoorbeeld van plan een tv aan de muur te hangen waarop je 1080p HD-content vanaf je pc, een mediaspeler of een NAS wilt afspelen, dan is een hoge snelheid van belang. En gigabit-ethernet wint het in vrijwel alle gevallen van draadloos internet. Een andere vraag is of het wifi-signaal wel krachtig genoeg is om bijvoorbeeld de zolder te halen. Steeds meer apparaten beschikken over een ethernetpoort om rechtstreeks aangesloten te worden op internet. Dat is iets om rekening mee te houden. Aan de andere kant is het vrij kostbaar om iedere ruimte te voorzien van een ethernetaansluiting. Vaak is het ook mogelijk om extra loze leidingen aan te leggen voor een schappelijke meerprijs. Je kunt dan zelf altijd nog extra kabels trekken, zonder dat je meteen in het plafond hoeft te boren.

Wil je meer leren over je thuisnetwerk? Bekijk dan onze Cursus Netwerkbeheer.

4. Stappenplan: netwerkkabels maken

De hoofdreden om zelf netwerkkabels te maken in plaats van kant-en-klaar-kabels te gebruiken, is dat je flexibeler bent hoe en waar je de kabels aanlegt. Een kabel zonder connector past door een klein gaatje in de muur of door een zogenaamde 'loze leiding'. Wanneer de kabel eenmaal op de juiste plaats ligt, hoef je alleen nog maar de connectors er op te zetten. Dat is niet moeilijk, maar vereist wel een strak stappenplan.

Stap 1: benodigdheden

Er zijn een aantal hulpmiddelen nodig om zelf netwerkkabels te maken: een netwerktang (circa 18 euro), losse ethernet-connectoren (type RJ-45) en flink wat meters UTP-kabel. Deze onderdelen zijn tegenwoordig bij de meeste doe-het-zelf-zaken te krijgen, maar meestal ook bij een computerspeciaalzaak of webwinkel. Wat betreft de UTP-kabel kun je het beste kiezen voor cat5e of cat6 die beide 1 Gbit/s aankunnen. Het verschil tussen beide kabels is de bandbreedte waarmee zij data kunnen overbrengen. Bij cat5e gaat het om 100mhz en bij cat6 om 250mhz. De meeste internetgebruikers zullen prima uit de voeten kunnen met cat5e. Wil je ook regelmatig online videogames spelen of films kijken in 4K? Kies dan voor cat6.

©PXimport

Stap 2: omhulsel afknippen

De acht koperkabels van de UTP-kabel moeten worden gestript voordat er een connector kan worden geplaatst. Dit doe je via het voorste deel van de netwerktang. Plaats de netwerkkabel zoals aangeven

op de foto rechts en knijp in de tang. Het omhulsel van de kabel is nu aan de boven- en onderkant open en je kunt deze er simpel af trekken. De acht gekleurde kabels zijn nu zichtbaar.

©PXimport

Stap 3: sorteren

De gekleurde kabels moeten nu in de juiste volgorde gesorteerd worden, zie hiervoor het kleurenschema links. Spreid de kabels eerst uit en plaats ze dan van links naar rechts in de juiste volgorde. Wanneer dit eenmaal klopt is het zaak om de kabels zo dicht mogelijk bij elkaar te plaatsen, zodat ze in de connector passen. Zorg dat de draadjes gelijk zijn qua lengte, recht zijn afgeknipt en net lang genoeg zijn om in de connector te passen. Je hoeft de individuele draadjes niet te strippen.

©PXimport

Stap 4: de connector

Wanneer je gekleurde hulsjes wilt gebruiken (voor de netheid of om identificatie van een bepaalde kabel te vereenvoudigen) is dit het moment om deze op de kabel te schuiven. Houd hierna de connector met de goudkleurige contacten naar de bovenkant en schuif de gekleurde kabels er vervolgens voorzichtig in. Controleer of de volgorde nog steeds klopt en schuif ze vervolgens door tot ze niet verder kunnen.

©PXimport

Stap 5: monteren

Stop de connector in de tang, duw de kabels nog eens aan en knijp vervolgens met enige kracht in de tang. Waarschijnlijk zul je een soort klik horen. Het plastic zet zit vast en de kabels worden doorboord door koperen contacten die naar de voorzijde leiden. Plaats eventueel de hulsjes er omheen en de kabel is klaar.

©PXimport

Stap 6: controle

Controleer of de kabel het doet. Bijvoorbeeld door het beginpunt in de router te stoppen en het eindpunt in een laptop. Indien het niet werkt, maken de kabels niet correct contact met de connector. Controleer de volgorde van de kabels en herhaal de stappen opnieuw.

5. Alternatief: het stopcontact

Mocht het aanleggen van kabels nu niet lukken en het wifi-signaal onvoldoende zijn, dan is er gelukkig nog een alternatief: een netwerk via het stopcontact. Stopcontacten zijn er in iedere ruimte, waardoor werkelijk in iedere uithoek een netwerk gerealiseerd kan worden. Je steekt een powerline-adapter in het stopcontact, je kunt daar direct een ethernetkabel in stoppen. Je hebt twee adapters nodig, die vaak als zogenaamde starterskit verkocht worden. De ene adapter wordt aangesloten op de router (of modem) en het andere op het doelapparaat (zoals een laptop of mediaspeler). Er zijn verschillende theoretische snelheden: van 85, 200 en zelfs 500 of 1000 Mbit/s.

▼ Volgende artikel
De plug-in hybride Lexus NX450h+: Premium looks en techniek
Mobiliteit

De plug-in hybride Lexus NX450h+: Premium looks en techniek

De Lexus NX verscheen in 2014 en kende sindsdien een bescheiden succes in Nederland, met zo'n 1500 verkochte exemplaren. Het merk groeit wereldwijd echter flink. Met de lancering van de plug-inhybride NX450h+ zet Lexus deze lijn voort. Irwin van InstaAutoVlog heeft het model getest en deelt zijn bevindingen.

Download nu GRATIS het EV Duurtest-rapport 2024!

In het EV Duurtest-rapport zijn nieuwe elektrische auto's door verschillende consumenten getest. Alle resultaten vind je terug in dit digitale rapport. Door het invullen van je naam en e-mailadres meld je je aan voor ontvangst van het Kieskeurig EV Duurtest-rapport. Tevens ben je ingeschreven voor de Kieskeurig.nl EV-nieuwsbrief.

Dit artikel in het kort:

  • Concurrentie: de Lexus NX richt zich op modellen als de BMW X3, Volvo XC60 en Mercedes-Benz GLC. Hij onderscheidt zich met een rijke standaarduitrusting en hybride aandrijflijn.
  • Ontwerp en afwerking: hij is voorzien van dynamisch design, premium materialen en hoogwaardige afwerking met geavanceerde functies zoals e-Latch portierontgrendeling.
  • Comfort en prestaties: de auto heeft een rijke standaarduitrusting inclusief climate control, stevige motoren (tot 309 pk) en een goede elektrische actieradius.
  • Prijs en varianten: de Lexus is verkrijgbaar vanaf 61.995 euro afhankelijk van aandrijflijn en uitvoering.

Positionering

De Lexus NX strijdt met auto's als de BMW (i)X3, de Volvo XC60 en de Mercedes-Benz GLC. Ook de Audi Q5 is een directe opponent. Het onderscheidende vermogen? Een rijke standaarduitrusting, Lexus' Red Carpet Treatment en de standaard van een hybride aandrijflijn. 

Afmetingen

Met een lengte van 4,66 meter en een breedte van bijna 1,87 meter is hij iets compacter dan sommige concurrenten, maar hij wint het in hoogte met 1,66 meter. Dit geeft de NX een robuuste, maar nooit logge uitstraling, passend bij zijn klasse.

©Irwin Versteegh - Duijnstee

F-Sport-uitvoering

In het donker zorgt de scherp vormgegeven led-verlichting voor en achter voor een sterke uitstraling en herkenbare signatuur. De grille is een opvallend detail, zeker bij de F-Sport uitvoering. Deze testversie valt op door die grille, zwarte dakrails en raamomlijsting, en bijpassende zwarte buitenspiegels. De 20-inch F-Sport Design wielen versterken de sportieve uitstraling, vooral in combinatie met de F-White lak.

©Irwin Versteegh - Duijnstee

Premium interieur

De Lexus NX biedt een luxe interieur: alles voelt solide en prettig aan. Bovenop het dashboard zit standaard een 14inch-touchscreen voor infotainment vanaf de Business Line; de basisuitvoering heeft een 9,8inch-scherm. Navigatie en draadloos Apple CarPlay of Android Auto zijn standaard aanwezig.

©Irwin Versteegh - Duijnstee

E-Latch-deuropeners

Het zitcomfort is goed en ook de ondersteuning voor beide ellebogen is uitstekend. Enkel het axiaal beperkt verstelbare stuurwiel kan beter. De NX is voorzien van een deels digitaal instrumentarium en e-Latch deurontgrendeling. Deze portieropeners zorgen ervoor dat je geen deur kunt openen als er verkeer van achteren aankomt.

©Irwin Versteegh - Duijnstee

Details en afwerking

In de Lexus NX zijn details en finesse volop aanwezig. De bediening van elementen zoals de middenarmsteun voelt licht en doordacht, terwijl de klimaatregeling, met nanotechnologie, niet alleen nare geurtjes, maar ook droge huid helpt voorkomen. De geluidsisolatie zorgt daarnaast voor rust in het interieur.

Standaard krijg je een audiosysteem met negen luidsprekers en een subwoofer. Voor wie meer wil, is er in de President-uitvoering een Mark Levinson-systeem met zeventien luidsprekers en een vermogen van 1800 watt, voor een premium luisterervaring.

©Irwin Versteegh - Duijnstee

1500 kilo trekgewicht

Op de achterbank is voldoende plek voor drie volwassenen. De kofferbakinhoud is voor alle versies gelijk. Deze meet 520 liter en is te vergroten naar maximaal 1411 liter. Een sterk punt van de PHEV is het trekgewicht. Mag de normale hybride als 2WD en AWD maximaal 1000 kilogram trekken, na het aanvinken van het 2495 euro kostende Explorer Pack wordt dit naar 1500 kilogram verhoogd. In het pack zit een afneembare trekhaak en een kogeldruk van 100 kilogram. 

©Irwin Versteegh - Duijnstee

Bereik van de accu

De instap-Lexus NX betreft de 350h. Deze is voorwielaangedreven en beschikt over een 2,5liter-viercilinder benzinemotor die samenwerkt met een 192pk en 270Nm sterke elektromotor. Er is ook een 350h AWD met een extra 54pk en 121 Nm sterke elektromotor op de achteras.

Voor de test is gereden met de plug-in hybride 450h+. De basis-aandrijflijn is gelijk aan die van de 350h AWD. Dankzij een 18,1kWh-lithium-ion batterij kan het elektrische vermogen langer worden aangesproken: zo'n 74 (Luxury Line) of 69 kilometer volgens de WLTP-testmethode.

🚘Meer weten over auto-afkortingen? Lees dan: Van actieradius tot WLTP: dit is het EV-ABC

©Irwin Versteegh - Duijnstee

Accumanagement

De auto is uitgerust met een eenfase-6,6 kW boordlader, terwijl de warmtepomp ook in de winter zorgt voor een bruikbare actieradius. Interessant is de slimme software die ervoor zorgt dat de batterij in topconditie blijft, zelfs als je deze niet vaak oplaadt. De accu wordt regelmatig ont- en opgeladen om alle cellen actief te houden. Lexus biedt bovendien 10 jaar garantie op de batterij.

Krachtige en soepele aandrijflijn

Het gecombineerde vermogen is 309 pk en in 6,3 seconden ben je van 0 tot 100 km/u. De topsnelheid is 200 km/u. Prettig is het hoge elektrische vermogen van gecombineerd 246 pk, zo'n 100 pk meer dan bij de concurrentie.

Ontdek jouw ideale elektrische auto

Vergelijk en vind de beste deals op Kieskeurig.nl!

Verbruik bij lege accu

Is de accu na zo'n 65 kilometer te hebben gereden leeg, dan verandert de NX in een normale hybride. De elektromotor wordt getemperd en dat zorgt mede voor een op dat moment nog steeds laag brandstofverbruik. Een gemiddelde van 1 op 16 is dan prima te realiseren; een uitstekende waarde. 

©Irwin Versteegh - Duijnstee

Rijdynamiek

Voor wat betreft de rijdynamiek plaatst de NX zich tussen de compactere LBX en grotere broer RX. Zo stuurt hij verrassend direct en voelt hij mede dankzij het formaat wendbaar en overzichtelijk. Op de snelweg is het de rust in het onderstel waarmee hij overtuigt,net als de uitstekende geluidsisolatie, rechtuit-stabiliteit en het uitmuntend werkende Lexus Safety System+, inclusief een autonome rij-assistent van level 2. 

©Irwin Versteegh - Duijnstee

AVS-dempers

Kun je de Volvo, Mercedes en Audi optioneel met luchtvering krijgen, bij Lexus is dit niet het geval. Het merk focust zich op zogeheten AVS-dempers. Deze Adaptive Variable Suspension-ophanging is standaard onder de F-Sport en President Line en zorgt ervoor dat de NX te allen tijde vlak blijft. Dit kan extra comfort geven, maar met name bij het afrijden van drempels zou een soepelere demping juist voor wat meer comfort mogen zorgen. 

©Irwin Versteegh - Duijnstee

Prijzen en uitvoeringen

De Lexus NX is als 350h leverbaar vanaf 61.995 euro. De 350h AWD kost minimaal 71.995 euro. Pluggen kan met de 450h+ vanaf 65.995 euro en de geteste 450h+ F-Sport Line staat voor 74.995 euro op de lijst. 

▼ Volgende artikel
Review HMD Fusion – Bijzondere smartphone voor weinig geld
Huis

Review HMD Fusion – Bijzondere smartphone voor weinig geld

De HMD Fusion is een van de opvallendste smartphones van 2024. Je kunt namelijk speciale hoesjes om de telefoon doen om extra functies te gebruiken. Zo kan de budgettelefoon opeens betere selfies maken of draadloos opladen. In deze HMD Fusion-review zoomen we in op de accessoire en de smartphone zelf.

Oké
Conclusie

De HMD Fusion is een interessante smartphone, omdat je hem kunt uitbreiden met hoesjes vol extra functies. Een bijzonder concept, al hebben we helaas nog niet alle hoesjes kunnen testen. Als toestel zelf maakt de Fusion minder indruk: hij is weliswaar prima te repareren, maar heeft eenvoudige specificaties en krijgt korter updates dan de concurrentie. Daarmee is de HMD Fusion een opvallende telefoon voor een select publiek.

Plus- en minpunten
  • Zelf te repareren
  • Optionele hoesjes bieden extra functies
  • Lange accuduur
  • Speciale hoesjes laten op zich wachten
  • Matige specificaties
  • Mager updatebeleid

De HMD Fusion is te koop in twee versies, met respectievelijk 6 GB werkgeheugen en 128 GB opslagcapaciteit en 8 GB / 256 GB. Wij hebben het eerste model getest, dat een adviesprijs van 270 euro draagt. Voor dertig euro meer koop je het betere model, wat wij een nette meerprijs vinden.

In de doos vind je naast een usb-c-oplaadkabel ook een stevig transparant hoesje, dat geen functies toevoegt behalve je toestel beschermen tegen krassen en een valpartij. HMD verkoopt het hoesje ook in het blauw, groen en roze.

Speciale hoesjes

Interessanter zijn de accessoires die wél extra’s bieden, via de stroompinnetjes in het hoesje en op de achterkant van de telefoon. HMD presenteerde in september een hoesje met uitklappende ledring voor betere selfies in het donker, een extra stevig hoesje met een SOS-knop en een hoesje dat draadloos opladen mogelijk maakt.

Met de verkrijgbaarheid van die hoesjes schiet het vooralsnog niet op: die met de selfiering en SOS-knop komen volgens de HMD-website 'later dit jaar beschikbaar' en het oplaadhoesje ontbreekt begint november nog op die website. Wat de hoesjes gaan kosten, is ook nog onduidelijk.

Gelukkig kon HMD ons wel al een hoesje met selfiering opsturen om te testen in combinatie met de Fusion. Dat hoesje is stevig en biedt veel grip. De ledring rond de cameramodule op de achterkant is met een vrije hand makkelijk – maar niet té makkelijk – omhoog te klappen en prijkt dan boven het scherm uit. Vervolgens vind je in de camera-app een instelling voor de aparte flitser, die dus stroom krijgt via het toestel. Je kunt in die instelling onder andere de kleurweergave en helderheid van de flitsring aangeven. De flitsring werkt naar behoren.

📱Leestip: Waar voor je geld: 5 uitgebreide smartphones voor max 500 euro

©Rens Blom

Hieronder vind je twee selfies, gemaakt in het donker op straat. Op de linkerfoto gebruikten we de HMD Fusion als een normale smartphone, waarbij het scherm oplicht om je gezicht in beeld te brengen. Op de rechterfoto stond de flitsring boven het scherm. Wij kregen gemengde reacties op het nut en de kwaliteit van de flitsring, met name omdat hij je gezicht minder natuurlijk weergeeft.

©Rens Blom

Interessant initiatief

Hoewel we dus nog niets kunnen zeggen over de prijzen en de kwaliteit van de andere hoesjes, vinden we het initiatief van HMD interessant. Het doet ons terugdenken aan Motorola, dat jaren geleden al smartphonehoesjes met boeiende functies uitbracht. Denk aan een extra accu, krachtige luidspreker of zelfs miniprinter. HMD pakt het vooralsnog minder exotisch aan, maar belooft wel meer speciale hoesjes. Wij zijn benieuwd.

Positief in ieder geval is dat HMD alle benodigde technische informatie opensource gemaakt heeft, waardoor bedrijven en hobbyisten zelf hoesjes en accessoires kunnen maken die werken met de Fusion.

De HMD Fusion als smartphone

Als smartphone is de HMD Fusion ook noemenswaardig. In lijn met HMD's duurzaamheidsfilosofie is het toestel grotendeels zelf uit elkaar te halen met een schroevendraaier. Op die manier kun je het scherm, de accu, usb-c-poort en andere belangrijke onderdelen vervangen.

HMD verkoopt die onderdelen (straks) zelf via zijn website en stelt reparatiehandleidingen beschikbaar. Een mooi pluspunt van het toestel, zeker ten opzichte van concurrerende telefoons die alleen door een professionele partij te repareren zijn. De prijzen van vervangende onderdelen vinden we schappelijk. Een nieuwe accu kost 25 euro, een nieuw scherm 50 euro.

©Rens Blom

Als 270 euro kostende telefoon biedt de HMD Fusion echter minder goede specificaties dan je verwacht in deze prijsklasse. Weliswaar voelt het toestel stevig aan, het 6,56inch-LCD-scherm met lage resolutie van 1612 x 720 pixels maakt het beeld niet scherp. En de Qualcomm Snapdragon 4 Gen 2-processor is oud en eenvoudig, waardoor de telefoon merkbaar trager is dan de concurrentie. Dat belooft weinig goeds voor de prestaties na een jaar gebruik.

Ook op de camera's is bezuinigd. De Fusion mist een groothoekcamera om extra wijde foto’s te schieten, bijvoorbeeld. Daar staat tegenover dat HMD de Fusion wel een prima selfiecamera met een 50megapixel-resolutie geeft. De camera achterop heeft maar liefst 108 megapixels, maar is kwalitatief niet bijzonder.

©Rens Blom

De 5000mAh-accu gaat wel lekker lang mee, geholpen door de eenvoudige processor en lage schermresolutie. Je kunt de HMD Fusion bijna twee dagen gebruiken voordat je de oplader moet pakken.

Mager updatebeleid

Het updatebeleid van de Fusion is helaas mager. HMD belooft upgrades naar Android 15 en 16 en drie jaar beveiligingsupdates. In dit prijssegment kun je telefoons met vier of vijf jaar updates kopen, onder andere van Samsung.

Conclusie: HMD Fusion kopen?

De HMD Fusion is een interessante smartphone omdat je hem kunt uitbreiden met hoesjes vol extra functies. Een bijzonder concept, al hebben we helaas nog niet alle hoesjes kunnen testen. Als toestel zelf maakt de Fusion minder indruk: hij is weliswaar prima te repareren, maar heeft eenvoudige specificaties en krijgt korter updates dan de concurrentie. Zo is de HMD Fusion een opvallende telefoon voor een select publiek.