ID.nl logo
Netwerkkabels trekken en maken
© PXimport
Huis

Netwerkkabels trekken en maken

Een vaste internetverbinding is nog altijd stabieler en sneller dan een draadloze verbinding. Je ontkomt er dan ook niet aan dat je wat kabels door je huis moet trekken. Hoe kun je zelf netwerkkabels trekken en maken?

1. Kabels trekken

In nieuwbouwhuizen zijn meestal zogenaamde loze leidingen aangebracht. Dit zijn holle buizen van plastic die vanuit de meterkast naar de verschillende vertrekken in een huis lopen. Als je een netwerkkabel wilt aanleggen scheelt het gebruik van een loze leiding veel gedoe, zoals het boren van gaten en het afwerken met kabelgoten. Soms is er al een contactdraad in de leiding aanwezig. Hiermee kun je uitvinden in welke ruimte een bepaalde buis uitkomt. Ook kun je deze contactdraad gebruiken om de netwerkkabel door de loze leiding heen te trekken. Bij het eruit trekken van de oude kabel, zit de netwerkkabel dan meteen op z'n plek. Wanneer er geen kabel aanwezig is, kun je het beste gebruikmaken van een trekveer. Deze is te koop (en soms ook te huur) bij de bouwmarkt. Je schuift eerst de trekveer helemaal door de leiding tot deze uitkomt bij de meterkast of de eindbestemming. Vervolgens bevestig je de netwerkkabel aan het uiteinde van de trekveer. Deze heeft een oog waar de kabel aan vast kan worden gemaakt. Doe dit met de kleine koperkabels. Zorg ervoor dat de bevestiging stevig is maar niet te dik wordt. Kleine stukjes duct tape kunnen voor wat extra versteviging zorgen. Het kan voorkomen dat de trekveer met de netwerkkabel niet voorbij een bepaald punt komt. Is dit het geval: kijk dan nog eens of de bevestiging niet te dik is en gebruik eventueel groene zeep als glijmiddel.

©PXimport

2. Kabels wegwerken

Als je huis niet beschikt over loze leidingen of ze allemaal in gebruik zijn, dan kun je een netwerkkabel op de 'ouderwetse' manier aanleggen: door de muur, via het plafond of onder de vloer door. Langs, boven of onder de plint is ook een veelgebruikte methode. In veel gevallen is het mogelijk een kabel goed te camoufleren, bijvoorbeeld met een kabelgoot, zodat hij niet te veel opvalt.

Heb je veel kabels door je huis liggen, dan kun je wat orde in de chaos scheppen door ze te labelen. Wanneer je naar je kabels kijkt, wordt een deel van de chaos veroorzaakt doordat het vaak onmogelijk te zien is welke kabel waarheen leidt. Door een labeltje (dit kan een dun strookje etiket zijn) om de kabel te plakken en daarop te schrijven waarvoor deze kabel dient, wordt het direct al een stuk duidelijker. Kleurcoderen kan ook, in dat geval plak je een strookje gekleurd etiket aan het begin én het eind van de kabel, zodat je eenvoudig kunt zien welke kabel waarvoor is. In een ander artikel gaan we in op de verschillende manieren om kabels te bundelen.

3. Nieuwbouw: zelf doen of uitbesteden?

Ben je van plan een nieuwbouwhuis te kopen of te laten bouwen? Het is vaak mogelijk om voor een meerprijs netwerkkabels en bijbehorende eindcontacten aan te laten leggen. De bouwer rekent hiervoor vaak absurd hoge bedragen, maar het kan achteraf erg veel werk schelen. Het is vooral handig om te bepalen in welke ruimte je baat hebt bij een fysieke kabel en waar draadloos internet voldoet. Denk vooral ook vooruit. Ben je bijvoorbeeld van plan een tv aan de muur te hangen waarop je 1080p HD-content vanaf je pc, een mediaspeler of een NAS wilt afspelen, dan is een hoge snelheid van belang. En gigabit-ethernet wint het in vrijwel alle gevallen van draadloos internet. Een andere vraag is of het wifi-signaal wel krachtig genoeg is om bijvoorbeeld de zolder te halen. Steeds meer apparaten beschikken over een ethernetpoort om rechtstreeks aangesloten te worden op internet. Dat is iets om rekening mee te houden. Aan de andere kant is het vrij kostbaar om iedere ruimte te voorzien van een ethernetaansluiting. Vaak is het ook mogelijk om extra loze leidingen aan te leggen voor een schappelijke meerprijs. Je kunt dan zelf altijd nog extra kabels trekken, zonder dat je meteen in het plafond hoeft te boren.

Wil je meer leren over je thuisnetwerk? Bekijk dan onze Cursus Netwerkbeheer.

4. Stappenplan: netwerkkabels maken

De hoofdreden om zelf netwerkkabels te maken in plaats van kant-en-klaar-kabels te gebruiken, is dat je flexibeler bent hoe en waar je de kabels aanlegt. Een kabel zonder connector past door een klein gaatje in de muur of door een zogenaamde 'loze leiding'. Wanneer de kabel eenmaal op de juiste plaats ligt, hoef je alleen nog maar de connectors er op te zetten. Dat is niet moeilijk, maar vereist wel een strak stappenplan.

Stap 1: benodigdheden

Er zijn een aantal hulpmiddelen nodig om zelf netwerkkabels te maken: een netwerktang (circa 18 euro), losse ethernet-connectoren (type RJ-45) en flink wat meters UTP-kabel. Deze onderdelen zijn tegenwoordig bij de meeste doe-het-zelf-zaken te krijgen, maar meestal ook bij een computerspeciaalzaak of webwinkel. Wat betreft de UTP-kabel kun je het beste kiezen voor cat5e of cat6 die beide 1 Gbit/s aankunnen. Het verschil tussen beide kabels is de bandbreedte waarmee zij data kunnen overbrengen. Bij cat5e gaat het om 100mhz en bij cat6 om 250mhz. De meeste internetgebruikers zullen prima uit de voeten kunnen met cat5e. Wil je ook regelmatig online videogames spelen of films kijken in 4K? Kies dan voor cat6.

©PXimport

Stap 2: omhulsel afknippen

De acht koperkabels van de UTP-kabel moeten worden gestript voordat er een connector kan worden geplaatst. Dit doe je via het voorste deel van de netwerktang. Plaats de netwerkkabel zoals aangeven

op de foto rechts en knijp in de tang. Het omhulsel van de kabel is nu aan de boven- en onderkant open en je kunt deze er simpel af trekken. De acht gekleurde kabels zijn nu zichtbaar.

©PXimport

Stap 3: sorteren

De gekleurde kabels moeten nu in de juiste volgorde gesorteerd worden, zie hiervoor het kleurenschema links. Spreid de kabels eerst uit en plaats ze dan van links naar rechts in de juiste volgorde. Wanneer dit eenmaal klopt is het zaak om de kabels zo dicht mogelijk bij elkaar te plaatsen, zodat ze in de connector passen. Zorg dat de draadjes gelijk zijn qua lengte, recht zijn afgeknipt en net lang genoeg zijn om in de connector te passen. Je hoeft de individuele draadjes niet te strippen.

©PXimport

Stap 4: de connector

Wanneer je gekleurde hulsjes wilt gebruiken (voor de netheid of om identificatie van een bepaalde kabel te vereenvoudigen) is dit het moment om deze op de kabel te schuiven. Houd hierna de connector met de goudkleurige contacten naar de bovenkant en schuif de gekleurde kabels er vervolgens voorzichtig in. Controleer of de volgorde nog steeds klopt en schuif ze vervolgens door tot ze niet verder kunnen.

©PXimport

Stap 5: monteren

Stop de connector in de tang, duw de kabels nog eens aan en knijp vervolgens met enige kracht in de tang. Waarschijnlijk zul je een soort klik horen. Het plastic zet zit vast en de kabels worden doorboord door koperen contacten die naar de voorzijde leiden. Plaats eventueel de hulsjes er omheen en de kabel is klaar.

©PXimport

Stap 6: controle

Controleer of de kabel het doet. Bijvoorbeeld door het beginpunt in de router te stoppen en het eindpunt in een laptop. Indien het niet werkt, maken de kabels niet correct contact met de connector. Controleer de volgorde van de kabels en herhaal de stappen opnieuw.

5. Alternatief: het stopcontact

Mocht het aanleggen van kabels nu niet lukken en het wifi-signaal onvoldoende zijn, dan is er gelukkig nog een alternatief: een netwerk via het stopcontact. Stopcontacten zijn er in iedere ruimte, waardoor werkelijk in iedere uithoek een netwerk gerealiseerd kan worden. Je steekt een powerline-adapter in het stopcontact, je kunt daar direct een ethernetkabel in stoppen. Je hebt twee adapters nodig, die vaak als zogenaamde starterskit verkocht worden. De ene adapter wordt aangesloten op de router (of modem) en het andere op het doelapparaat (zoals een laptop of mediaspeler). Er zijn verschillende theoretische snelheden: van 85, 200 en zelfs 500 of 1000 Mbit/s.

▼ Volgende artikel
Laptop mee op vakantie? Hier moet je op letten
© maglara
Huis

Laptop mee op vakantie? Hier moet je op letten

Een laptop meenemen op vakantie lijkt handig. Even foto's uitzoeken, een filmpje kijken of wat werk afronden. Maar afhankelijk van je bestemming en manier van reizen zijn er een paar dingen waar je van tevoren goed over na moet denken. Of je nu gaat kamperen in een tent, met de caravan op pad gaat of een huisje of hotel boekt, iedere situatie stelt z'n eigen eisen aan hoe je je laptop gebruikt, beschermt en voorbereidt.

⛺ Dit artikel in het kort

Laptop mee op vakantie? We vertellen waar je op moet letten wanneer je:

  • gaat kamperen in een tent
  • er met de caravan op uit trekt
  • een huisje of hotelkamer huurt
  • naar het buitenland gaat

Lees ook: Alternatieve checklist: 19 tips voor een zorgeloze vakantie

Kamperen: zonder stroom of wifi

Wie gaat kamperen in een tent, heeft meestal geen stroomvoorziening of wifi tot zijn beschikking. De laptop moet het dus doen op de accu, en je internetverbinding moet je zelf regelen. Zorg daarom dat je laptop volledig is opgeladen voordat je vertrekt. Als je meerdere dagen zonder stopcontact zit, kan een powerbank met een hoge capaciteit uitkomst bieden, al moet die dan wel geschikt zijn voor laptops. Niet elk model levert voldoende vermogen.

Wifi is er op de meeste campings wel, maar vaak alleen bij de receptie of het sanitairgebouw, en meestal niet gratis of stabiel. Wil je toch online kunnen, dan kun je je smartphone gebruiken als hotspot. Dat heet tethering: je telefoon fungeert dan als een soort draagbare wifi-router via je mobiele dataverbinding. Check vooraf bij je provider of je databundel groot genoeg is en of tethering is toegestaan in het buitenland. Grote downloads, zoals systeemupdates of cloudsynchronisatie, kunnen je databundel snel opslokken. Zet automatische updates daarom uit en pauzeer de synchronisatie met diensten als OneDrive of Google Drive zolang je via je telefoon online bent.

Houd er ook rekening mee dat in afgelegen gebieden mobiel internet soms traag of onbetrouwbaar is. Download daarom bij voorkeur alles wat je nodig denkt te hebben voor je vertrekt, van kaarten en routes tot films of series. Zo houd je grip op je verbruik én voorkom je onaangename verrassingen bij thuiskomst.

©TeTe Song

Caravan: iets meer luxe, maar nog steeds beperkingen

Wie met een caravan reist, heeft het vaak net wat makkelijker. Sommige staanplaatsen hebben een stroomaansluiting en er zijn meestal meer voorzieningen. Toch geldt ook hier dat je niet kunt rekenen op snel of onbeperkt internet. Installeer een VPN op je laptop als je gebruik wilt maken van publieke netwerken. Daarmee versleutel je je verbinding, zodat anderen niet zomaar kunnen meekijken of gegevens onderscheppen. Dit is vooral belangrijk als je e-mails checkt, online bankiert of inlogt op accounts.

Zelfs als je een wifi-netwerk kunt gebruiken, is het verstandig om automatische updates op je laptop tijdelijk uit te schakelen. Het klopt dat bij gebruik van wifi dataverbruik in principe geen rol speelt, tenzij je op een plek zit waar je moet betalen per MB of waar het netwerk bewust is afgeknepen. Wat wél vaak speelt op campings of in hotels: de verbinding is traag, instabiel of wordt gedeeld met veel andere gasten. Grote downloads zoals systeemupdates kunnen dan het netwerk zwaar belasten, waardoor alles tergend langzaam gaat of zelfs vastloopt. Door updates uit te stellen, houd je de verbinding werkbaar voor jezelf en anderen.

Heb je helemaal geen wifi tot je beschikking, dan ben je aangewezen op mobiel internet via je smartphone. Hoe je dat het beste aanpakt, heb je al eerder in dit artikel kunnen lezen.

©InsideCreativeHouse

Huisje of hotel: alles bij de hand, maar blijf alert

In een vakantiewoning of hotel hoef je je over de stroomvoorziening doorgaans geen zorgen te maken en ook is er meestal wel een wifinetwerk dat redelijk functioneert. Toch blijft het belangrijk om alert te zijn. De beveiliging van dit soort vakantienetwerken is vaak minimaal. Zonder VPN is je verbinding eenvoudig te onderscheppen. Gebruik daarom altijd een VPN-dienst of kies ervoor om vertrouwelijke zaken, zoals het inloggen op je bank, uit te stellen tot je op een vertrouwd netwerk zit.

Zorg ook in deze situatie voor een recente back-up. Denk aan synchronisatie met OneDrive, Google Drive of iCloud, maar ook aan een kopie op een externe ssd of usb-stick. Mocht je laptop gestolen worden of beschadigd raken, dan heb je in elk geval je bestanden nog.

Vooraf en onderweg back-uppen?

Snelle externe ssd's vind je bij

In het buitenland: adapter, handbagage en verzekering

Ga je naar het buitenland, dan zijn er extra zaken om op te letten. Niet elk land gebruikt dezelfde stopcontacten en netspanning. Een universele wereldstekker is daarom handig, zeker als je meerdere apparaten mee hebt. Voor sommige bestemmingen heb je ook een spanningsomvormer nodig, hoewel moderne opladers vaak meerdere voltages aankunnen. Check dit op het label van je oplader.

Bij vliegreizen moet je goed kijken naar de bagageregels. Bij budgetmaatschappijen zoals Ryanair of Easyjet mag je soms maar één stuk handbagage meenemen. Dat betekent kiezen: een rugzak met je laptop of een trolley met kleding. Wil je beide, dan moet je bijbetalen. Stop je laptop liever niet in ruimbagage. Niet alleen vanwege de kans op beschadiging, maar ook omdat lithiumbatterijen daar eigenlijk niet thuishoren en zelfs geweigerd kunnen worden. Als het echt niet anders kunt, gebruik dan een stevige hoes of laptoptas, leg je laptop midden in je bagage tussen kleding en meld bij het inchecken dat er elektronica in zit.

Schade, verlies of diefstal: hoe zit het met de verzekering?

Schade of verlies van je laptop tijdens de vakantie valt in sommige gevallen onder je reisverzekering. Vaak zit hier wel een maximumbedrag aan verbonden en gelden er voorwaarden, zoals aantoonbare braaksporen bij diefstal. Controleer daarom vooraf of je laptop verzekerd is en of je eventueel een aanvullende dekking nodig hebt. Bij sommige inboedelverzekeringen is tijdelijke dekking in het buitenland mogelijk. Maak ook foto's van je apparatuur en noteer serienummers. Dit helpt bij aangifte of schadeclaims.

Nog even dit: voorbereid op pad

Een goede voorbereiding voorkomt veel gedoe. Werk je besturingssysteem en antivirussoftware bij vóór vertrek, zodat je onderweg niet verrast wordt door verplichte updates. Kijk of je genoeg opslagruimte hebt voor je vakantiefoto's of -video's. Denk ook aan offline gebruik: stel je e-mailclient in op offline modus, download navigatiekaarten en sla films of series lokaal op. Apps als Netflix en Disney+ bieden standaard de mogelijkheid om titels offline te bewaren.

Pas ook je tweestapsverificatie aan voordat je vertrekt. Wie normaal via sms een code ontvangt, kan in het buitenland tegen problemen aanlopen, vooral als het Nederlandse nummer niet werkt of buiten bereik is. Gebruik liever een authenticator-app, zoals Google Authenticator of Authy. Daarmee ontvang je je inlogcodes ook zonder mobiele verbinding, zolang je je smartphone maar bij je hebt.

Tot slot: laat je laptop niet in de volle zon liggen, in een warme auto of op een vochtige plek in de tent. Hitte en vocht zijn funest voor de elektronica. Gebruik bij voorkeur een waterdichte hoes of sleeve en bewaar hem op een droge plek in de schaduw. Fijne vakantie!

 

▼ Volgende artikel
Hisense 65U7Q PRO – Prima middenklasser met een paar hardnekkige minpuntjes
© Hisense
Huis

Hisense 65U7Q PRO – Prima middenklasser met een paar hardnekkige minpuntjes

Hisense richt zijn pijlen op het middensegment, en deze 65U7Q Pro is daar een goed voorbeeld van. Het toestel verbetert een aantal zwakke punten van zijn voorganger en stoot daarmee duidelijk door naar de betere toestellen. Maar Hisense heeft niet alle minpunten weggewerkt. Bovendien toont de nieuwe versie van het VIDAA U-systeem dat niet alle aanpassingen een verbetering zijn.

Goed
Conclusie

De Hisense 65U7Q Pro biedt sterk contrast, goede HDR-prestaties en uitgebreide gamingmogelijkheden dankzij vier HDMI 2.1-poorten. De beeldkwaliteit is duidelijk verbeterd ten opzichte van zijn voorganger. Wel blijven de HDR-tonemapping wisselvallig en het VIDAA U-platform beperkt qua lokale apps en overzichtelijkheid.

Plus- en minpunten
  • Goede piekhelderheid
  • Verbeterd contrast en veel schaduwdetail
  • Prima bewegingsscherpte en 240Hz-modus
  • Goede beeldverwerking
  • Mooie HDR-beelden
  • Dolby Vision IQ met Precision Detail en HDR10+
  • VIDAA U werkt vlot
  • 4x HDMI 2.1 met alle gaming-features
  • Degelijke audiokwaliteit, Dolby Atmos en DTS:X
  • Dynamische tonemapping is niet altijd een verbetering
  • Lokale streaming-apps nog steeds niet allemaal beschikbaar
  • Thuisscherm kan verwarrend zijn
  • Matige kijkhoek
Specificaties

Adviesprijs: 1.399 euro Wat: Ultra HD LCD-tv (MiniLED FALD met 560 zones) Schermformaat: 65 inch (164 cm) Aansluitingen: 4x HDMI (v2.1, eARC/ARC, ALLM, VRR, 4K120), 1x minijack (composiet video + stereo), 1x optisch digitaal uit, 2x usb, 1x hoofdtelefoon, 2x antenne, 1x ethernet, wifi 5 (802.11b/g/n/ac), bluetooth Extra's: Dolby Vision IQ with Precision Detail, HDR10+ Adaptive, HDR10, HLG, VIDAA U9 OS, USB/DLNA-mediaspeler, AirPlay 2, DVB-T2/C/S2, CI+-slot Afmetingen: 1446 x 896 x 326 mm (incl. voet) Gewicht: 21,6 kg (incl. voet) Verbruik: SDR 84 kWh/1000h (E) / HDR 180 kWh/1000h (G)

Wie in het middensegment voor een televisie shopt, levert onvermijdelijk wat in op het gebied van design. De U7Q Pro is daarop geen uitzondering. Het toestel oogt degelijk, maar springt niet in het oog als een staaltje van topdesign. In tegenstelling tot zijn voorganger heeft hij nu wel een relatief vlakke rug. Daardoor springt het 7,5 cm dikke profiel wat meer in het oog, al maskeren de schuine zijdes dat enigszins. Het toestel staat op een centrale voet die bestaat uit twee voetsteunen afgedekt met een kunststof plaat. Het resultaat oogt wat saai en verraadt zijn middenklasse-roots. De afwerking van het toestel zelf is degelijk, de voet mocht misschien iets geraffineerder.

Aansluitingen

Hisense is overgeschakeld op een nieuw hardwareplatform en dat komt in elk geval met één voordeel. De U7Q Pro beschikt nu over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 48 Gbit/s bandbreedte leveren. Dat is vooral voor hardcore gamers van belang. Die kunnen nu een soundbar aansluiten via ARC/eARC en hebben daarnaast de mogelijkheid om meerdere 4K120-bronnen te gebruiken.

Pc-gamers krijgen nog meer goed nieuws: zij kunnen nu een verversingsfrequentie tot 165 Hz in 4K gebruiken, en zelfs tot 288Hz in Full HD. De tv ondersteunt bovendien ALLM, HDMI VRR en AMD FreeSync, en is bovendien NVIDIA G-Sync Compatible. De input-lag scoort geen topresultaat, maar wel meer dan behoorlijk: 14,2 ms bij 4K60 en 10,1 ms bij 2K120.

De U7Q Pro is daarnaast uitgerust met twee usb-poorten, een minijack-ingang voor composiet video en stereo, een hoofdtelefoonaansluiting, optisch digitale audio-uitgang, ethernet, wifi 5 en bluetooth. Even opletten bij wandmontage, want de ethernetpoort, een van de usb-poorten en de optisch digitale audio-uitgang wijzen naar achteren. De rest van de aansluitingen bevindt zich aan de zijkant. De tv heeft een enkelvoudige DVB-T/T2/C-tuner, een DVB-S/S2-tuner en een CI+-slot. Met behulp van externe usb-opslag kun je live-tv pauzeren of opnemen.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Verbeterde piekhelderheid en contrast

Vorig jaar worstelde de U79NQ met een matig contrast en doorsnee piekhelderheid. De U7Q Pro probeert dat duidelijk te verbeteren. Net als de voorganger gebruikt hij een VA-paneel met miniled-achtergrondverlichting, maar het aantal zones is opgetrokken van 384 naar 560 (28 x 20). In de HDR Filmmaker-modus meten we 1537 nits piekhelderheid op het 10%-venster; dat is 40 procent verbetering ten opzichte van het voorgaande model. Daartegenover haalt het volledig witte scherm maar 423 nits, en dat is dan weer 25 procent lager dan vorig jaar. Mogelijk heeft Hisense de optimalisatie gericht op speculaire highlights in plaats van algemene helderheid.

Ook het contrast is verbeterd, al blijft het eigen ANSI-contrast van het VA-paneel onveranderd op een eerder bescheiden 3190:1. Maar in de Filmmaker-modus verbetert de local dimming (in de Laag-stand) dat naar een mooie 7100:1 en zelfs 18.930:1 op eenvoudiger testpatronen. Dat is een degelijk resultaat, maar loopt nog steeds wat achter op concurrenten.

De zone-aansturing is prima, hoewel aan de leidende randen van heldere objecten een subtiele dimming zichtbaar kan zijn, vooral tegen een erg donkere achtergrond. Hogere local dimming-instellingen bieden geen substantiële contrastverbetering, maar introduceren wel merkbaar verlies van zwartdetail en onderdrukking van kleinere lichtaccenten. De voorzichtige dimming-aanpak zorgt er ook voor dat vage halo-effecten zichtbaar blijven, met name op donkere achtergronden en in HDR-content.

Door de matige kijkhoek wordt dat duidelijk zichtbaar als je te ver opzij zit. Kijk je echt bij volledige verduistering, dan kun je overwegen om de lokale dimming naar de medium-stand te schakelen. Het paneel van ons testmodel had wat beperkte uniformiteitsproblemen, waardoor soms een 'dirty screen effect' zichtbaar was bij heldere beelden. Denk eraan dat dit kan variëren tussen individuele toestellen.

HDR-content en kalibratie

Met ondersteuning voor HDR10, HDR10+, Dolby Vision IQ met Precision Detail is de U7Q Pro perfect uitgerust voor het breedste aanbod aan HDR-content. Dolby Vision IQ levert consistent de beste resultaten met uitstekende diepte en nuance. HDR10-prestaties zijn dankzij betere tonemapping duidelijk mooier dan vorig jaar. Er blijft meer contrast in het beeld en het 92% P3-kleurbereik ondersteunt rijke, verzadigde kleuren.

De HDR Tonemapping geeft een wat gemengd resultaat. Het kan witdetail en heldere kleurtinten beter zichtbaar maken, maar donkere beelden worden donkerder, terwijl heldere fragmenten helderder worden. Dat is zelden gewenst, dus het gebruik van deze instelling blijft twijfelachtig.

Zowel de SDR als de HDR Filmmaker-modus zijn redelijk goed gekalibreerd; de fouten die we opmerken zijn zelden duidelijk zichtbaar. In SDR merken we dat de grijsschaal wat naar geel uitwijkt, maar gelukkig zonder kwalijke gevolgen op huidskleuren. In HDR is het resultaat beter: de grijsschaal is neutraal, maar iets te donker terwijl kleuren dan weer vaak wat te helder zijn. Beide leveren uitstekende schaduwdetails, alleen heel donkere HDR-beelden ondervinden wat last van het beperkte contrast.

©Hisense

Beeldverwerking

De Hi-View AI Engine Pro levert prestaties die grotendeels in lijn liggen met die van de vergelijkbare modellen van vorig jaar. Dat betekent prima deinterlacing van 1080i-content en prima ruisonderdrukking voor willekeurige ruis. De prestaties met blokruis (gevolg van MPEG-compressie) blijven echter wat aan de zwakke kant. De upscaling levert mooie resultaten die weliswaar relatief zachte beelden opleveren. Je kunt de scherpte-instelling iets verhogen of met behulp van de superresolutie-instelling wat extra detail zichtbaar maken.

Hoe dan ook blijft het opletten met dvd-beelden, omdat die van relatief lage kwaliteit zijn en fouten daardoor makkelijker zichtbaar zijn. Zo kan superresolutie daar voor een overmatig uitgevlakte look zorgen, of voor onnatuurlijk scherpe randen. Voor de meeste instellingen (ruisonderdrukking, superresolutie) is de laagste stand bovendien erg voorzichtig, terwijl de medium-stand soms juist wat te sterk is.

Goede punten zijn er voor de weergave van 10 bit-gradienten, zoals in HDR-content. Die zijn mooi geleidelijk zonder duidelijke strookvorming. In SDR-content zijn zichtbare kleurstroken weg te werken met de Kleurverloop-instelling. Je kunt ook deze het best op de laagste stand zetten, ook al werkt die niet alle problemen weg. De medium stand is ook hier iets te agressief en kan detail verwijderen.

Het paneel heeft een goede bewegingsscherpte, zeker met behulp van de optie 'Hoge Verversingssnelheid', die een verversingssnelheid van 240 Hz gebruikt in ruil voor het verlies van wat verticaal detail. Het is een prima optie voor sport en mogelijk zelfs voor film, al zien we daar minder noodzaak. Vind je het schokken bij lange camerabewegingen storend, activeer dan Ultra Smooth Motion; de processor creëert dan vloeiende beweging zonder veel beeldfouten.

Stevige audio

De audioconfiguratie is wat steviger dan vorig jaar. De 2.1-opstelling is uitgebreid met twee zijwaarts gerichte luidsprekers naar een 2.1.2-configuratie. Het totale vermogen gaat daarmee van 40 naar 50 watt. De Hisense haalt flink wat volume uit dat vermogen, maar heeft moeite om de controle te bewaren als je echt veel volume vraagt. Dan hoor je vervorming en af en toe zelfs wat klanken die doen vermoeden dat het chassis trilt.

De U7Q Pro ondersteunt Dolby Atmos en DTS:X, en met de zijwaarts gerichte luidsprekers is er een goed surround-effect en beperkt hoogte-effect. De woofer zorgt voor goede basondersteuning. In deze prijsklasse vinden we de prestaties goed; die zullen voor veel mensen dan ook volstaan.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Erg druk thuisscherm

VIDAA U9 brengt een aantal veranderingen, maar blijft wel bij zijn basisprincipes. Dit 2023-artikel met een volledig overzicht van VIDAA U7 geeft aan je wat je zoal kunt verwachten. Wat is er veranderd? Het lokale aanbod aan apps groeit, zij het erg traag. HBO Max en Streamz (BE) zijn aan de lijst toegevoegd, maar NOS Live, NPO Start, Pathé Thuis, Ziggo Go, VRT Max en GoPlay ontbreken nog steeds.

Op het thuisscherm staat de lijst met apps nu onderaan; centraal in beeld staat voortaan een lijst aanbevelingen. Die heeft nu helemaal links een tegel voor de meest recent gebruikte bron en een tegel voor de ingangen. Dat zijn redelijke wijzigingen. Wat we echter storend vinden, is dat de reclame-carrousel bovenaan erg snel van item wisselt. Dat is op zich al verwarrend: wie een item in de app-lijst selecteert, ziet die twee rijen van plaats verwisselen, terwijl er onderaan nogmaals een banner met reclame de kop opsteekt. Dat zorgt ervoor dat er te veel activiteit is op het thuisscherm, zodat de gebruikservaring onrustig wordt. Hisense pusht ook heel hard zijn associatie met FIFA, ook niet echt aangenaam. Het begint op overmatige reclame te lijken.

De afstandsbediening is op wat kleine wijzigingen na overgenomen van vorig jaar. Ze is aangenaam in gebruik, vooral door de toetsen met zachte maar duidelijke aanslag. De ingebouwde oplaadbare batterij wordt gevoed door een fotovoltaïsch (zonne)paneel. Doordat dat aan de voorzijde is geplaatst, is de afstandsbediening relatief lang van vorm, maar dat stoort eigenlijk nooit.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Conclusie

De Hisense 65U7Q Pro presenteert een duidelijk beter contrast dan zijn voorganger, die op dat vlak wat onderpresteerde. Een aantal minpunten is echter wel gebleven. Zo blijft dynamische tonemapping voor HDR een lastige zaak: soms verbetert het beeld, soms verslechtert het. VIDAA U heeft een paar extra lokale apps gekregen, maar redelijk wat lokale apps zijn na meerdere jaren nog steeds niet beschikbaar. De nieuwe layout van het thuisscherm lijkt ons ook te druk; dat kan verwarrend zijn.

Op het gebied van beeldkwaliteit is er duidelijke verbetering met sterkere contrastprestaties en meer piekhelderheid. Voor HDR heb je ruime formaat-ondersteuning en prima weergave met voldoende impact. Gamers krijgen extra mogelijkheden dankzij de vier HDMI 2.1-poorten en goede bewegingsscherpte met zelfs een optie om tot 4K165 of 2K288 te gaan. De nieuwe behuizing heeft ook plaats gegeven aan een iets ruimere audio-oplossing met degelijke resultaten. De 65U7Q Pro lijkt ons goed geprijsd voor wat hij biedt, maar heeft mogelijk wel stevige concurrentie van gelijkwaardige TCL-modellen.