ID.nl logo
Dit moet je weten over portforwarding en UPnP
© PXimport
Huis

Dit moet je weten over portforwarding en UPnP

UPnP, poorten, firewalls, het kan nog best lastig zijn om van binnen in je netwerk iets beschikbaar te maken zodat het ook op externe plekken bereikbaar is. Het is vaak lastig om je router zodanig te configureren dat het juiste verkeer naar het juiste apparaat in je netwerk wordt gestuurd. We gaan hiermee aan de slag met UPnP en portforwarding.

Wil je een apparaat uit jouw thuisnetwerk, bijvoorbeeld je NAS, ook kunnen bereiken als je niet thuis bent? Standaard is je thuisnetwerk zodanig beveiligd dat dit niet zomaar mogelijk is, omdat anders kwaadwillenden ook bij jouw netwerkapparaten zouden kunnen komen. Je moet dus zelf instellingen aanpassen. Daarbij is het essentieel dat je weet wat je doet, zodat je niet onbewust de beveiliging van je netwerk verzwakt. Lees ook: Raakt je NAS vol? Dit kun je doen.

01 Internetlagen

Als je iets wilt versturen over het internet van punt A naar punt B, dan worden deze data door middel van een aantal ‘lagen’ verstuurd. Elke laag biedt steeds wat extra functionaliteit voor het versturen van data.

Helemaal onderaan heb je de fysieke laag, waar gegevens in de vorm van signalen worden verstuurd over de kabel of draadloos via wifi. Een laag daarboven heb je een laag die de data over de kabel of wifi verstuurt in de vorm van enen en nullen en die ook controleert op fouten, en zo nodig data opnieuw stuurt. Weer een laag hoger heb je de mogelijkheid om data tussen twee netwerkapparaten te sturen, iets wat via een MAC-adres gedaan wordt. Elke laag is een stukje abstracter, onderaan werk je met fysieke enen en nullen, daarboven al met pakketjes tussen apparaten en adressen. Zo heb je nog een aantal lagen, waarbij elke laag steeds de functies en abstracties van de laag eronder gebruikt.

Stel nu dat we de tekst ‘Hallo, wereld!’ naar onze server thuis willen sturen. De netwerklaag verpakt de tekst en zoekt een router die het pakketje aanneemt en door kan sturen op weg naar onze server. Het pakketje gaat steeds een laag dieper, totdat het omgezet is in fysieke signalen en door de kabel gaat. Uiteindelijk komt het aan bij onze server, die de data uitleest. Stel nu dat de server reageert met ook een pakketje met de tekst ‘Hallo, pc!’. Dit pakketje gaat ook weer alle lagen door, op weg naar onze computer. Er is echter een probleem. Het pakketje is aangekomen op onze computer, maar hoe weet het besturingssysteem nu voor welk programma het pakket bedoeld is? Daarvoor zijn er poorten. Een poort is niets meer dan een postbus voor een programma; daar waar Windows, Linux of macOS de data aan kan afgeven zodat het programma waarvoor de data bedoeld zijn, deze in ontvangst kan nemen.

©PXimport

02 Poorten forwarden

Als je geen firewall hebt, staat de toegang tot al je poorten open. Dat is niet zo erg, want zolang er geen programma een poort opent, kan er niets gebeuren. Daarnaast is het zo dat Windows een eigen ingebouwde firewall heeft. Als een programma een poort in gebruik neemt en de firewall dit toelaat, kan elke pc waar dan ook je IP-adres aanroepen met die poort en er data naartoe sturen.

Dat is in ieder geval in theorie zo… in de praktijk is het zo dat je een router hebt, waarmee meerdere pc’s, laptops en tablets verbonden zijn. Stel nu dat je ergens buiten je eigen netwerk gegevens wilt versturen naar jouw pc, dan is er een probleem. Je router doet namelijk iets genaamd NAT, oftewel Network Address Translation. Dat is nodig, want je internetprovider geeft je per internetaansluiting maar één IP-adres en met dat ene IP-adres kun je dus precies één apparaat met internet verbinden. De router lost dat probleem op door als enige direct in verbinding te staan met je provider en daarmee dus dat IP-adres aan te nemen, en vervolgens zelf IP-adressen aan je eigen apparaten uit te delen.

Stel dus dat je vanuit de koffiebar een berichtje naar je pc thuis wilt sturen, dan heeft het geen zin om je lokale, door de router toegewezen IP-adres te gebruiken, want dat IP-adres heeft alleen binnen in je netwerk betekenis. Erbuiten verwijst het nergens naar. In plaats daarvan kun je dan gebruikmaken van je externe IP-adres, in combinatie met je poort. Het probleem is dat je router dan wel moet weten waar de data heen moeten. Met alleen het externe IP-adres en de poort, weet de router nog steeds niet voor welke pc, tablet of smartphone het pakket bedoeld is. Daarom is er portforwarding: daarmee geef je in de router aan dat als op deze poort data binnenkort, die gegevens naar een bepaald apparaat doorgestuurd moeten worden.

Je vraagt je dan misschien af hoe überhaupt internet nog werkt op je netwerk. Als je een website bezoekt, worden er ook data heen en weer gestuurd en die data komen wel gewoon aan op je pc, zonder dat je portforwarding hebt ingesteld. Dat werkt, omdat je router zelf al portforwarding toepast voor verbindingen die je van binnenuit opzet, zodat alle pakketten correct aankomen waar ze moeten zijn. Portforwarding zelf is overigens geen beveiligingsrisico. Dat risico komt van de applicatie die luistert op die poort. Stel dat je poort X doorstuurt naar een pc die je nooit updatet, dan is dat een groot risico vanwege bekende beveiligingslekken. Het is dus belangrijk om een apparaat altijd up-to-date te houden als je een poort daarnaartoe doorstuurt.

©PXimport

03 UPnP

UPnP staat voor Universal Plug and Play. Het stelt apparaten op het netwerk in staat om elkaar ‘te zien’. Elk apparaat kan zichzelf aankondigen op het netwerk, zodat het eenvoudig is voor apparaten om met elkaar te communiceren en samen te werken. Eén van de functies van UPnP is om een apparaat toe te staan om poorten te forwarden, zodat jij dat niet handmatig hoeft te doen.

Stel je Xbox wil graag verkeer ontvangen op poort 32400, dan kan het apparaat dat automatisch aanvragen bij de router, die vervolgens de betreffende regel zal aanmaken en dus al het verkeer op die poort doorstuurt naar je Xbox door middel van het IP- of MAC-adres. UPnP vormt echter een beveiligingsrisico. Het probleem is dat UPnP geen vorm van authenticatie gebruikt. Malware kan zo eenvoudig poorten openzetten. Het probleem is dat er op afstand misbruik gemaakt kan worden van UPnP. Veel UPnP-implementaties van routerfabrikanten zijn namelijk onveilig. In 2013 heeft een bedrijf zes maanden lang het internet gescand om te kijken welke apparaten er allemaal op UPnP reageerden. Er reageerden maar liefst 6900 apparaten, waarvan het in 80 procent van de gevallen ging om een thuisapparaat als een printer, webcam of IP-camera. Wij raden dus aan om UPnP in je router uit te zetten. De belangrijkste conclusies uit het onderzoek vind je in het kader ‘UPnP veilig?’

©PXimport

UPnP Veilig?

De belangrijkste conclusies van het onderzoek naar de veiligheid van UPnP uitgevoerd door Rapid7.

  • 2,2 procent van alle openbare IPv4-adressen reageerden via internet op UPnP-verkeer, oftewel 81 miljoen unieke IP-adressen.
  • 20 procent van die IP-adressen reageerden niet alleen op het internetverkeer, maar boden ook, bereikbaar op afstand, een API aan om het UPnP-apparaat mee te configureren!
  • 23 miljoen apparaten gebruiken een kwetsbare versie van libupnp, een veelgebruikte softwarelibrary die het UPnP-protocol implementeert. Lekken in die versie kunnen op afstand worden uitgebuit, waarvoor maar één UDP-pakketje nodig is.

04 TCP versus UDP

Als je een poort openzet, kun je deze openzetten voor TCP of voor UDP. TCP en UDP zijn beide protocollen voor communicatie over het internet. TCP staat voor het Transmission Communication Protocol en wordt gebruikt als een programma een verbinding wil opzetten met een ander programma en wil dat deze verbinding actief blijft. Vooral dat laatste is belangrijk, want dat betekent dat er een soort telefoonverbinding actief is, totdat een van de twee ‘bellers’ ophangt. Elk pakket dat ontvangen wordt met TCP, wordt door de ontvangen computer bevestigd naar de afzender. Krijgt de afzender geen bevestiging, dan wordt het pakket opnieuw gestuurd, totdat er wel een bevestiging komt. TCP verzamelt daarna alle pakketjes en maakt de gegevens weer heel/compleet, voordat het wordt overgedragen aan de applicatie die de data inleest.

UDP daarentegen onderhoudt geen actieve verbinding en is meer te vergelijken met een chatdienst. Berichten worden onafhankelijk van elkaar verstuurd en er wordt geen actieve verbinding onderhouden. UDP staat voor het User Datagram Protocol en is eigenlijk een simpelere variant van TCP. Dit protocol biedt alleen poortnummers en foutcontrole, iets wat TCP ook doet, maar het bevat dus niet de mogelijkheid om actieve verbindingen te onderhouden. Het verschil tussen TCP en UDP heeft te maken met de toepassingen. TCP blinkt uit in correcte, goed geordende data, ten koste van wat overhead, zoals het erkennen van elk ontvangen pakket. Dat is een must als je bijvoorbeeld als je over het internet surft. Je wilt niet dat af en toe een woord of letter ontbreekt vanwege een verloren pakket en dus incomplete data. Het is ook een must als je een bestand verstuurt over het netwerk, dan wil je absolute garantie dat dat bestand in zijn geheel en correct op de bestemming is aangekomen. UDP is echter handig voor als je snel wilt zijn met lage overhead. Nuttige toepassingen daarvoor zijn audio en video. Het is erg frustrerend als de audio- of videoverbinding traag is, waarbij het beeld steeds stilstaat en het even duurt voordat alles aankomt. UDP geeft je sneller beeld, ten koste van af en toe wat beschadiging of vervorming van beeld of geluid.

Als je nu een poort door wilt sturen in de router naar een bepaald apparaat, dan kan de router onderscheid maken tussen de twee protocollen UDP en TCP. Sommige applicaties maken namelijk alleen gebruik van één van de twee protocollen, dus is het belangrijk de juiste te kiezen.

©PXimport

Poorten doorsturen op NETGEAR

Om op een NETGEAR-router een poort door te sturen, ga je naar http://routerlogin.net of het IP-adres van je router. Vervolgens ga je naar het tabblad Geavanceerd en dan links naar Geavanceerde instellingen. Klik nu op Poort doorsturen/poort activeren alwaar je regels in kunt stellen voor poorten. Het is vervolgens mogelijk om een service te kiezen, bijvoorbeeld FTP, en daarna het IP-adres waarnaar deze poort doorgestuurd moet worden. In dit geval probeert NETGEAR het gebruiksvriendelijk te maken door services te forwarden in plaats van poorten. Elke service bestaat uit een naam, de betreffende poort(en) en het TCP- of UDP-protocol. Wil je zelf een service aanmaken, dan klik je op de knop Aangepaste service toevoegen en voer je de gevraagde informatie in, waaronder een naam, het protocol en de start- en eindpoort. Wil je maar één poort doorsturen, dan vul je daar twee keer hetzelfde in. Om UPnP uit te zetten, ga je in hetzelfde menu als voor poort doorsturen naar UPnP en vink je UPnP inschakelen uit.

©PXimport

05 Twee routers achter elkaar

In je router zul je, zoals je eerder las, soms poorten moeten forwarden. Maar wat als je nu twee routers achter elkaar hebt? Dat is helemaal niet zo raar, want doorgaans levert je internetprovider een modem en router in een apparaat. Echter, die router is van matige kwaliteit met vaak slecht wifi-bereik en dus plaats je er een betere router achter. Om de poorten dan te configureren, kun je ervoor kiezen om steeds in de router van je provider de poort te forwarden naar je tweede router en vervolgens in je tweede router de poort te forwarden naar je daadwerkelijke apparaat. Dat is echter lastig, omdat je dan alles steeds twee keer moet doen en moet wijzigen. Bovendien is het meestal door de configuratie niet meer mogelijk om zomaar bij de beheerinterface van je eerste router te komen. Dan is het dus steeds nodig om even verbinding te maken met je eerste router, de portforward in te stellen, en daarna hetzelfde te doen voor je tweede router.

Sommige routers hebben echter een bridgemodus. De beste manier om twee routers achter elkaar te zetten, is om de eerste router (die van je internetprovider) in deze modus te zetten. In bridgemodus worden beide netwerken van de routers aan elkaar gekoppeld en fungeert het apparaat van je internetprovider enkel als modem. Met bridgemodus is het nodig om alle apparaten dan aan je tweede router te koppelen, omdat de eerste router in bridgemodus geen IP-adressen meer zal uitdelen. Bij bijvoorbeeld modem/routers van Ziggo wordt in bridgemodus het wifi-netwerk uitgeschakeld, deelt de router geen IP-adressen meer uit, wordt NAT uitgeschakeld, wordt de firewall uitgezet en worden LAN-poorten 2 tot en met 4 uitgeschakeld. Je kunt dan dus eenvoudig je eigen router eraan hangen. Instructies hoe je voor Ziggo bridgemodus inschakelt, vind je hier. Mogelijk bieden ook andere internetproviders een dergelijke bridgemodus.

©PXimport

Poort forwarden op Linksys-router

Om op je Linksys-router een poort open te zetten, moet je eerst het IP-adres van je router weten. Vaak is dat 192.168.1.1. Voer dat in je browser in, waarna je kunt inloggen met gebruikersnaam en wachtwoord. Je checkt het IP-adres van je router door even een Opdrachtprompt te openen en ipconfig te typen. Je ziet het IP-adres van je router bij Default Gateway. Nu ga je op een oudere router naar het tabblad Toepassingen en games. Op een Linksys-router met Smart WiFi ga je naar het tabblad Beveiliging / Apps en games. Vervolgens ga je naar het tabblad Enkele poort doorsturen. Daar kun je een naam voor de regel invoeren en vervolgens de externe en interne poort invullen. Op de Smart-router klik je eerst nog op de knop Doorsturen een poort toevoegen. Als je poort 80 wilt forwarden, vul je bij beide velden hier 80 in. Vervolgens kun je het protocol kiezen (TCP of UDP) en het IP-adres waarnaar de poort doorgestuurd moet worden.

©PXimport

06 DMZ

Indien je modem/router geen bridgemodus heeft, dan kun je de DMZ-modus gebruiken. Een DMZ, voluit een demilitarized zone, is daar waar alles is toegelaten. In een bedrijf is dat een compleet apart netwerk. Bij een thuisnetwerk betekent een DMZ dat de router dan alle poorten voor een specifiek apparaat openzet. Door het IP-adres van jouw eigen (nieuwe) router in te vullen, zal de originele router van je internetprovider geen poorten meer blokkeren. Zorg voordat je het IP-adres van je tweede router invult, dat de router van je internetprovider een vast IP-adres toekent aan je eigen router. Daarvoor log je in op je eerste router met een pc, terwijl je tweede router met een kabel is verbonden met de eerste router. Vervolgens ga je naar iets genaamd als DHCP binding, statisch IP-adres of Adresreservering. Daar kun je vaak uit een van de aangesloten apparaten kiezen, waarna het MAC-adres automatisch wordt ingevuld.

Vervolgens is het nodig om het IP-adres dat de tweede router krijgt in te vullen. Het beste is om het huidige aan de router toegekende IP-adres daar in te vullen. Wat je kiest, maakt niet zo veel uit, als het maar in het juiste subnet zit. DHCP heeft een bepaald subnet, vaak is dat iets als 192.168.1.x, of10.0.1.x en je hoeft dan dus alleen iets in plaats van die x in te vullen. Een DMZ is nu niet heel erg veel onveiliger dan het normaal doorsturen van een poort. Uiteindelijk stuurt je eerste router alles door naar de tweede router, waar je gewoon de firewall en portforwarding-regels actief hebt. Daarmee komt deze opzet op hetzelfde neer als wanneer je maar één router hebt, maar dan met een extra router ertussen die alleen maar pakketjes doorstuurt. Voor je eigen gemak en veiligheid is het wel belangrijk om dat je geen apparaten meer aansluit op de router van je internetprovider en het wifi-gedeelte uitschakelt.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Voorkom vakantiefraude en ga goed beschermd op reis!
© Studio Romantic
Huis

Voorkom vakantiefraude en ga goed beschermd op reis!

Of je nu een vlucht boekt, een visum aanvraagt of een vakantiehuis huurt: online liggen oplichters op de loer. In dit artikel lees je hoe je betrouwbare websites herkent, welke trucs veel worden gebruikt door fraudeurs en hoe je jezelf digitaal beschermt met slimme tools van Bitdefender. Zo vertrek je veilig en zorgeloos.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bitdefender

Een vakantie begint steeds vaker achter je laptop of smartphone: je boekt je vlucht, regelt je verblijf en vraagt eventueel een visum aan – allemaal online. Maar dat gemak kent ook een keerzijde. Het internet wemelt van de nepsites en digitale oplichters liggen op de loer om goedgelovige reizigers te misleiden. De Fraudehelpdesk waarschuwde onlangs nog voor nepwebsites rondom het Engelse ETA-visum, waarmee mensen onnodig geld kwijtraakten of privégegevens prijsgaven.

©Black Forest Labs

Zo herken je betrouwbare websites

Een vakantiedeal gevonden die nét iets te mooi lijkt om waar te zijn? Dan is dat vaak ook zo. Criminelen maken steeds geavanceerdere nepsites die sprekend lijken op bekende boekingsplatforms of luchtvaartmaatschappijen. Denk aan nagemaakte logo's, professioneel ogende foto's en zelfs nepbeoordelingen. Toch zijn er manieren om betrouwbaarheid te toetsen.

Controleer altijd het webadres: een officiële partij gebruikt doorgaans een herkenbare domeinnaam die begint met https en eindigt op een logische extensie, zoals .nl, .com of .gov.uk. Een vage of afwijkende URL – bijvoorbeeld met spelfouten of vreemde toevoegingen – is vaak een waarschuwingssignaal. Gebruik daarnaast een zoekmachine om de naam van de aanbieder op te zoeken in combinatie met woorden als 'ervaring', 'klacht' of 'fraude'. Reizigers zijn niet te beroerd om hun slechte ervaringen online te delen, en dat helpt jou om een val te vermijden.

💰 Check-check-dubbelcheck

Let ook op de betaalmethoden: betrouwbare sites bieden meerdere, goed beveiligde opties. Word je onder druk gezet om snel via een directe bankoverschrijving te betalen? Dan is de kans groot dat je te maken hebt met een malafide partij. Vertrouwen op je onderbuikgevoel kan ook geen kwaad: als iets niet helemaal pluis voelt, neem dan de tijd om dubbel te checken.

Visa, valse beloften en verborgen kosten

Steeds meer landen eisen een digitale toestemming of visum voor aankomst, zoals de ETA (Electronic Travel Authorisation) voor het Verenigd Koninkrijk of de ESTA (Electronic System for Travel Authorization) voor de Verenigde Staten. Op het eerste gezicht lijkt het aanvragen hiervan eenvoudig: je vult je gegevens in, rekent af en klaar. Maar juist dáár maken malafide tussenpersonen misbruik van. Ze bouwen websites die zich voordoen als officiële loketten, compleet met vlaggen, stempels en zogenaamd juridische taal. Vervolgens rekenen ze forse bedragen voor diensten die in werkelijkheid veel goedkoper of zelfs gratis zijn, en soms sturen ze helemaal niets op.

In sommige gevallen ontvang je wel een geldig document, maar betaal je daar vier keer te veel voor. In andere gevallen geef je zonder het te beseffen je paspoortgegevens of creditcardinformatie aan een criminele organisatie. Controleer daarom altijd of je op de officiële overheidswebsite van het betreffende land zit. Deze zijn meestal in het Engels beschikbaar en eindigen vaak op een .gov-domein. Twijfel je? Begin je aanvraag dan via de website van je eigen overheid, zoals Nederlandwereldwijd.nl – zij verwijzen altijd door naar de juiste instanties. Vertrouw bij voorkeur niet op links uit zoekadvertenties of social media; die leiden vaker naar commerciële of malafide aanbieders.

©tanaonte

Veelvoorkomende fraude: wees alert op deze signalen

Online reisfraude is helaas al lang geen uitzondering meer. Fraudeurs spelen slim in op de behoefte aan goedkope vakanties, last minutes en unieke accommodaties. Denk aan een prachtig vakantiehuis tegen een aantrekkelijke prijs, waarbij je gevraagd wordt om een aanbetaling over te maken buiten het reguliere boekingsplatform om. Of aan phishingmails van zogenaamd bekende luchtvaartmaatschappijen waarin je wordt gevraagd om je boeking te bevestigen via een link. Ook bestaan er valse apps die zich voordoen als officiële platforms voor vervoer, verblijf of sightseeing, maar in werkelijkheid malware verspreiden of je gegevens stelen.

Een klassiek trucje is ook het sturen van urgente meldingen: een ‘verloren bagagebericht’ via sms of een ‘laatste kans om je vlucht te bevestigen’ via e-mail. Deze berichten zijn ontworpen om paniek of haast op te roepen, zodat je zonder goed te kijken op de link klikt. Daarom is het cruciaal om altijd even stil te staan bij onverwachte meldingen en niet zomaar op elke link te tikken. Zeker op reis, wanneer je minder alert bent en afhankelijker van je telefoon, loont het om extra waakzaam te zijn.

Onmisbare tools voor vertrek

Je koffers inpakken is één ding, maar hoe zit het met je digitale uitrusting? Een goede voorbereiding begint bij je apparaten: je smartphone, laptop en tablet zijn onmisbare reisgenoten, maar ook kwetsbaar voor digitale dreigingen. Zorg daarom vóór vertrek dat je beveiliging op orde is. Installeer een betrouwbaar beveiligingspakket dat niet alleen virussen detecteert, maar ook bescherming biedt tegen phishing, valse websites en diefstal van persoonsgegevens. Gebruik daarnaast een VPN om veilig te internetten via openbare wifi-netwerken op luchthavens, in cafés of hotels. Tot slot is een wachtwoordmanager geen overbodige luxe: die helpt je om unieke, sterke wachtwoorden te gebruiken voor al je accounts, zonder dat je ze zelf hoeft te onthouden.

Bitdefender biedt met pakketten als Premium Security en Total Security complete oplossingen waarmee je jezelf digitaal wapent. Daarmee bescherm je je apparaten automatisch tegen risico’s, waar je ook bent – thuis, onderweg of op je vakantiebestemming.

Checklist: zo ga je veilig voorbereid op vakantie

☐ Boek je reis altijd via betrouwbare, goed gereviewde websites. ☐ Controleer visumaanvragen bij officiële instanties. ☐ Installeer vóór vertrek een beveiligingspakket, VPN en wachtwoordmanager. ☐ Vermijd openbare wifi zonder bescherming. ☐ Let op verdachte mails, aanbiedingen en meldingen.

▼ Volgende artikel
Review Tefal AeroSteam – Zuigfunctie maakt stomen makkelijker
© AK | ID.nl
Gezond leven

Review Tefal AeroSteam – Zuigfunctie maakt stomen makkelijker

Bij gewone kledingstomers moet je de stof met één hand straktrekken terwijl je met de andere hand stoomt. Dat betekent dat je kleding ergens moet ophangen – aan een deur, haak of kastknop. De Tefal AeroSteam werkt anders: dankzij de verstelbare zuigkracht wordt de stof automatisch strak getrokken. Hierdoor kun je hem overal gebruiken, ook op plekken waar niets is om je kleding aan op te hangen. Tijd voor een test.

Uitstekend
Conclusie

De Tefal AeroSteam hoort met zijn adviesprijs van 129,99 euro bij de duurdere kledingstomers. Zijn snelle opwarmtijd, drie verschillende standen, lange snoer en de zuigkracht maken de hogere prijs begrijpelijk. Over het algemeen haalt hij kreukels inderdaad snel en makkelijk weg, maar bij sommige stoffen, zoals linnen structuur, is het resultaat wat minder. Hij is erg makkelijk in gebruik; wel is het jammer dat het waterreservoir snel leeg is en dat je hem niet horizontaal kunt gebruiken.

Plus- en minpunten
  • Drie standen
  • Zuigfunctie
  • Gebruiksgemak
  • Erg snel opgewarmd
  • Lang snoer
  • Inhoud waterreservoir
  • Niet horizontaal te gebruiken

Wanneer grijp je naar een kledingstomer? Meestal is dat als je snel van de kreukels af wilt. Wat dat betreft verrast de Tefal AeroSteam met zijn opwarmtijd: heb je het waterreservoir gevuld en zet je hem aan, dan is hij in 30 seconden gebruiksklaar. Dat zie je (aan het blauwe lichtje dat niet meer knippert) en dat hoor je door een duidelijk geluidssignaal.

Gebruiksgemak

Op het apparaat zitten naast de aan-/uitknop nog twee knoppen: eentje die je indrukt om te beginnen met stomen en eentje waarmee je tussen de drie verschillende standen schakelt: alleen stoom, stoom met zachte zuigkracht en stoom met turbo zuigkracht. Op die zuigkracht komen we verderop nog terug.

Wat betreft de standen is de vuistregel dat hoe delicater de stof, hoe lager de stand die je kiest. Maar dat blijft een beetje uitproberen. Op ons testmateriaal (een kantoenen hemdje, een T-shirt, een overhemd en een linnen blouse) werkte de middelste stand (stoom + zachte zuigkracht) over het algemeen het meest effectief. Alleen bij de linnen blouse hebben we teruggeschakeld naar alleen stomen; doordat de stof van nature ongelijk is (linnenstructuur) vonden we de zuigkracht juist niet handig.

Erg fijn vonden we het lange snoer (2,6 meter), waardoor we genoeg bewegingsvrijheid hadden. Ook het gewicht (1,4 kilo) is prima: het is niet zo dat je na één kledingstuk al een lamme arm hebt van alleen het apparaat omhooghouden. De driehoekige vorm van de zoolplaat is ook prettig: dat maakt het makkelijk om bijvoorbeeld langs knoopjes te stomen.

©AK | ID.nl

Door de vorm van de zoolplaat kun je overal makkelijk bij.

Zuigkracht

Zoals gezegd is de Tefal AeroSteam uitgerust met zuigkracht. Schakel je een van de twee standen waarop dit werkt, dan hoef je in principe zelf de kleding niet meer strak te trekken; dat doet het apparaat dan automatisch. Daar komt wel wat geluid bij kijken, geluid dat in de verte – niet heel vreemd – aan een stofzuiger doet denken. Staat de zuigstand aan, dan zie je inderdaad hoe de stof tegen de zoolplaat wordt gezogen.

Voor het beste resultaat houd je in je vrije hand een hanger met het te stomen kledingstuk erop. Dat geeft je meer vrijheid dan wanneer het kledingstuk aan een hangertje aan de kast hangt. In principe werkt dit goed: je kunt het kledingstuk zo makkelijker draaien of even meer in het licht gaan staan om te kijken of de kreukels overal uit gaan. Daarbij wel een kleine kanttekening: dat geldt vooral voor kleding die niet te zwaar is, zoals een shirtje of een overhemd. Bij het stomen van een spijkerjasje vonden we het zelf toch makkelijker om de jas op de kapstok te laten hangen. Maar dat kan ook gelegen hebben aan ons gebrek aan spierballen…

©AK | ID.nl

Je schakelt makkelijk tussen de verschillende standen.

Resultaat

In totaal hebben we vijf kledingstukken aan de stoomtest onderwerpen: een katoenen hemdje, een dun T-shirt, een wat zwaarder overhemd, een linnen blouse en een spijkerjasje. De beste resultaten bereikten we op het hemdje en op het overhemd. De hardnekkige kreukels die daar in zaten, waren in een mum van tijd verdwenen. Het dunne T-shirt knapte ook behoorlijk op, maar de zuigstand veroorzaakte daar af en toe juist nieuwe kreukels (net zoals dat weleens gebeurt wanneer je aan het strijken bent). Het lukte ons niet om de linnen blouse kreukvrij te krijgen, maar dat heeft vooral te maken met de bobbelige structuur van de stof. Ook met een gewoon strijkijzer zou dit ons niet gelukt zijn.

Aangenaam verrast waren we over de resultaten op het spijkerjasje. Daar hoefden geen kreukels uit, maar omdat het veel gedragen wordt, kon het wel een opfrisbeurt gebruiken. Dat lukte prima, met de turbostand. Na afloop rook het jasje aanmerkelijk frisser dan vóór de behandeling.

©AK | ID.nl

Kleine minpuntjes

Een waterreservoir met een inhoud van 100 milliliter is redelijk gangbaar bij kledingstomers, maar er zijn er ook behoorlijk wat waarin je zo'n 200 milliliter kwijt kunt. Een voorbeeld daarvan is de Philips GC810/20), die qua prijs ongeveer een tientje meer kost dan de AeroSteam. Tefal heeft zelf ook 200 ml-modellen in het assortiment. Wij vinden het daarom jammer dat er bij de AeroSteam is gekozen voor een capaciteit van 100 milliliter. Dat zou volgens Tefal zelf genoeg moeten zijn voor het stomen van ongeveer drie overhemden of vier T-shirts, maar in onze test haalden wij dat niet. We moesten echt een paar keer bijvullen. Nu is het natuurlijk wel zo dat je in het dagelijks gebruik niet je hele was wilt wegwerken (daar heb je je strijkijzer voor), maar waarschijnlijk alleen net dat ene shirtje of jasje kreukvrij wilt maken; dan heb je er wel voldoende aan. Dat bijvullen gaat overigens heel makkelijk en het dopje sluit het reservoir vervolgens lekvrij af.

©AK | ID.nl

Het waterreservoir had wat ons betreft wel wat meer inhoud mogen hebben.

Ook hadden we het fijn gevonden als de AeroSteam ook horizontaal te gebruiken zou zijn (dat maakt het wegwerken van een kreukel soms net wat gemakkelijker), maar dit kan niet. Sterker nog: in de handleiding wordt zelfs expliciet benadrukt dat je de stomer nooit horizontaal mag gebruiken. Maar goed: het is dan ook geen strijkijzer, dus ook hier kunnen we overheen stappen.

Tefal AeroSteam kopen?

Al met al is de Tefal AeroSteam een prima kledingstomer, een mening die ook naar voren komt uit tientallen gebruikersreviews op Kieskeurig.nl.  Zijn snelle opwarmtijd, drie verschillende standen, lange snoer, de zuigkracht en het gebruiksgemak zijn echte pluspunten. Over het algemeen haalt hij kreukels inderdaad snel en makkelijk weg, hoewel bij sommige stoffen, zoals linnen structuur, het resultaat wat minder is. Enige minpunten zijn eigenlijk het feit dat het waterreservoir snel leeg is en dat je hem niet horizontaal kunt gebruiken. Maar dat weegt niet op tegen het gemak waarmee je er snel even een kledingstuk netjes mee maakt of opfrist.