ID.nl logo
Pc-versie Spider-Man: Remastered onder de loep
© Reshift Digital
Huis

Pc-versie Spider-Man: Remastered onder de loep

Marvel’s Spider-Man: Remastered is, zoals de naam al doet vermoeden, een remaster van de PlayStation 4-game Marvel’s Spider-Man. Deze remaster is al twee jaar verkrijgbaar op PlayStation 5 in een bundel met Spider-Man: Miles Morales, maar als onderdeel van Sony’s opmars in de pc-markt kunnen pc-spelers vanaf 12 augustus ook door Manhattan slingeren.

Spider-Man: Remastered volgt een aantal andere voormalige PlayStation-exclusives, waaronder Horizon Zero Dawn en God of War, die naar pc zijn gebracht als onderdeel van Sony’s plan om hun aanwezigheid in de gamesmarkt te diversifiëren. Voor het omzetten van Spider-Man: Remastered is de Utrechtse studio Nixxes Software in de arm genomen. In juli vorig jaar werd de studio, die zijn brood grotendeels verdient met dit soort klussen, opgekocht door Sony Interactive Entertainment.

In de Gamer.nl-recensie van de PlayStation 5-versie van Spider-Man: Remastered las je dat de remaster merkbaar is opgepoetst met nieuwe textures, ray-tracing en een hogere resolutie. Nixxes doet daar met de pc-versie nog een schepje bovenop door tevens onbegrensde framerates, (ultra)breedbeeldondersteuning, dynamische resolutie en verbeterde schaduwen toe te voegen. Het resultaat van deze toevoegingen is een fenomenale port die fantastisch presteert.

Prestaties

De minimale systeemeisen voor Spider-Man: Remastered hebben gelukkig niet geleden onder de nieuwe pracht en praal. Op de allerlaagste voorinstellingen bij een resolutie van 720p met dertig beelden per seconde volstaat volgens de ontwikkelaar een Nvidia GTX 950 met een Intel Core i3-4160 (of het equivalent van AMD). 

©PXimport

Vanaf de aangeraden systeemeisen tot aan de eisen om ray-tracing op de allerhoogste voorinstelling aan te kunnen zetten zijn er eigenlijk geen verrassingen. Wie het meeste uit Spider-Man: Remastered wil halen moet over een high-end 30-series kaart van Nvidia of een 6000-series kaart van AMD beschikken. Waar men bij de PlayStation 5-versie kon kiezen uit 4k met ray-tracing of 4k met zestig beelden per seconde, biedt de pc-versie de mogelijkheid om op 4k met zestig fps én ray-tracing te spelen – mits je een RTX 3080/RX 6950XT en i7-12700k/Ryzen 5900X hebt.

De voorinstellingen vergelijken is bijzonder eenvoudig dankzij de live voorvertoning die de game biedt bij het aanpassen van de instellingen. Omdat het optiepaneel slechts een deel van het scherm bedekt en de grafische instellingen in real-time updaten, is het onmiddellijk duidelijk wat de gevolgen zijn van de verschillende instellingen. Aan de hand van een FPS-teller valt ook te zien hoeveel beelden per seconde er overblijven, al biedt de game geen ingebouwde optie hiervoor en moet men dus een extern programma gebruiken om dit te meten.

©PXimport

©PXimport

©PXimport

©PXimport

©PXimport

©PXimport

Eveneens teleurstellend is het gebrek aan een indicator die het (verwachte) gebruik van het videogeheugen aangeeft. Voor het precies afstellen van de grafische instellingen om de gewenste framerate en resolutie te halen is dan ook een extern programma nodig.

Net zoals de PlayStation 5-versie van de remaster beschikt de pc-versie over de mogelijkheid om ray-traced reflecties aan te zetten met de juiste hardware. Spelers met een RTX 20/30-series-kaart van Nvidia of een RX 6000-series-kaart van AMD kunnen ervoor kiezen om ray-traced reflecties aan te zetten op twee voorinstellingen: very high of high. Deze voorinstellingen zijn verder uitgesplitst in twee instellingen en één slider om respectievelijk de resoluties, geometrie en tekenafstand aan te passen.

Helaas zijn er maar weinig machines die de potentie van 4k, 60 fps én very high ray-tracing volledig kunnen vervullen zonder gebruik te maken van dynamische resolutie middels DLSS of FSR. Met een RTX 3070 en Core i7 12700k duikt de FPS-teller bijvoorbeeld bij very high ray-tracing op 1440p naar 45 fps, vergeleken met 70 fps zonder enige ray-tracing.

©PXimport

Videokaarten zonder ray-tracing-acceleratie kunnen wel gebruikmaken vanscreen space reflections, waarbij de reeds weergeven schermruimte wordt gebruikt om reflecties te ‘tekenen’. Deze techniek vereist bijzonder veel rekenkracht, waardoor oudere of zwakkere videokaarten moeite zullen hebben om hogere framerates aan te houden.

Over het algemeen zijn de prestaties van Spider-Man: Remastered zeer verdienstelijk, maar om alles op allerhoogste voorinstellingen te kunnen draaien is gebruik van een dynamische resolutie praktisch verplicht voor alles behalve de meest krachtige pc’s van het moment.

Ondersteuning

Tijdens het spelen zelf liep de versie die beschikbaar werd gesteld voor deze recensie niet vast, maar het optiemenu is dusdanig instabiel in deze versie dat aanpassingen in dit menu soms leidden tot een crash naar het bureaublad. Insomniac Games heeft al aangekondigd dat er voor en na release patches worden uitgebracht om deze problemen aan te kaarten.

Buiten deze instabiliteit om is de technische ondersteuning voor pc van Spider-Man: Remastered uitstekend. Dat begint bij de mogelijkheid om HDR aan te zetten op systemen die over de juiste hardware beschikken. Hiervoor is een compatibele monitor, moderne grafische kaart en een recente versie van Windows 10 of Windows 11 nodig. Eveneens lovenswaardig is de kwaliteit van de breedbeeldondersteuning.

Vrijwel alle courante breedbeeldverhoudingen worden namelijk ondersteund, waaronder 21:9, 32:9, 16:10 en multi-monitor setups via Nvidia Surround. De tussenfilmpjes zijn bijgewerkt voor 21:9 en 32:9, bij nog bredere beeldverhoudingen (bijvoorbeeld bij multi-breedbeeld opstellingen) worden de randen gevuld met een vervaagde versie van de tussenfilm.

Spider-Man: Remastered beschikt op pc over maar liefst drie manieren om de resolutie dynamisch op te schalen om zo het gewenste aantal beelden per seconde aan te kunnen tikken. De twee bekendste zijn Nvidia’s Deep Learning Super Sampling 2.0 (DLSS) en AMD’s FidelityFX Super Resolution 2.0 (FSR). Bij beide technieken wordt het beeld op een lagere resolutie geproduceerd dan de gewenste resolutie, bijvoorbeeld 1080p in plaats van 4k, om vervolgens met behulp van een algoritme dat beeld op te schalen naar de volle resolutie.

Nvidia bereikt dit middels een kunstmatige intelligentie die getraind is op miljarden beelden van games, om zo te ‘leren’ hoe het een kleiner beeld op kan schalen zonder artefacten. AMD gebruikt daarentegen een temporale techniek die data uit eerdere frames gebruikt om het huidige beeld op te schalen naar de gewenste resolutie. Het voordeel van de aanpak van AMD is dat er geen speciale hardware nodig is, waardoor FSR gebruikt kan worden op vrijwel alle kaarten uit pakweg de laatste drie generaties. Voor DLSS daarentegen is een videokaart uit de 20- of 30-series vereist.

De derde techniek komt uit de koker van Insomniac Games zelf en draagt de naam Insomniac Games Temporal Injection (IGTI). Net zoals FSR betreft het een temporale superresolutietechniek die data uit eerdere frames ‘injecteert’ in het huidige frame, waardoor slechts de helft van de pixels in elk beeld getekend hoeven worden. Deze techniek werd oorspronkelijk ontwikkeld om Ratchet & Clank en de oorspronkelijke Spider-Man in 4k te weergeven op de PlayStation 4 Pro met een acceptabele framerate, maar vindt nu dus ook zijn weg naar de pc-versie van Spider-Man: Remastered.

De temporal injection van Insomniac is een indrukwekkende manier om meer prestaties uit de hardware van de PS4 Pro te persen, maar op pc bieden FSR en met name DLSS betere prestaties. Ongeacht welke techniek je kiest is het kwaliteitsverlies minimaal en maakt het spelen op 4k met 60 fps en ray-tracing mogelijk, waardoor het aanzetten van dynamische resolutie in deze game eigenlijk een no-brainer is.

Opties en besturing

Wat de besturing betreft worden alle verwachtingen van een moderne AAA-port afgevinkt: alle toetsen kunnen opnieuw worden toegewezen, alle courante controllers worden ondersteund en de muisgevoeligheid kan worden aangepast. Ondersteuning voor de DualSense-controller is ook aanwezig, vergelijkbaar met de implementatie van de PlayStation 5-versie van Spider-Man: Remastered.

Tijdens het slingeren door Manhattan neemt de weerstand in de triggers bijvoorbeeld voelbaar toe en bij eindbaasgevechten wordt haptic feedback gebruikt om de kracht (en het gewicht) van de vijanden te benadrukken. Helaas werken de extra functies alleen als de DualSense met een draad is verbonden aan de pc. Vanwege een beperking in de drivers is draadloze communicatie tussen controller en pc niet mogelijk. Het is niet duidelijk of dit in de toekomst met een update kan worden verholpen.

De toegankelijkheidsopties zijn één op één overgenomen van de PlayStation 5-versie. Dat is allesbehalve kwalijk, want de mogelijkheden om de game toegankelijker te maken zijn zéér uitgebreid. Zo kunnen delen van de game die snel reactievermogen, herhaaldelijke toetsaanslagen (bijvoorbeeld QTE’s) of andere behendigheid vereisen uitgezet worden of zodanig aangepast worden dat deze ook uit zijn te voeren door gamers met een handicap.

De HUD- en cameraopties bieden verschillende mogelijkheden om beweging te reduceren, het blikveld aan te passen of het contrast te verhogen. Het zijn opties die met name van pas komen voor spelers die snel last krijgen van wagenziekte. De aanpassingen voor kleurenblindheid zijn met name uitgebreid: vrijwel elk element in de game kan worden voorzien van extra contrast of een andere kleur. Neem bijvoorbeeld de contrast shaders. Daarmee worden alle vijanden voorzien van een kleur die aangeeft welk type ze zijn (standaard, zwaar, eindbaas, etc.) – cruciale informatie tijdens de gevechten.

Conclusie

De enige smet op het blazoen van de pc-versie van Spider-Man: Remastered is de instabiliteit in het menu. Mits die problemen met een patch kunnen worden verholpen blijft er een port over met uitstekende (toegankelijkheids)opties, goede prestaties, aangename besturing en ondersteuning voor de laatste grafische snufjes zoals DLSS, FSR en ray-tracing.

▼ Volgende artikel
Review Samsung Galaxy S25 FE – Fijne smartphone maar het prijsverschil met de S25 is klein
© Rens Blom
Huis

Review Samsung Galaxy S25 FE – Fijne smartphone maar het prijsverschil met de S25 is klein

De Samsung Galaxy S25 FE is een op papier goedkopere versie van de populaire S25 en sluit daarom wat technische compromissen. In deze review lees je hoe de 749 euro kostende smartphone zich verhoudt en waarom de normale S25 (Plus) misschien wel een betere keuze is.

Goed
Conclusie

De Samsung Galaxy S25 FE is geen heel spannende smartphone, want daar was de S25-serie voor bedoeld. Je moet de S25 FE zien als een S25 met enkele compromissen en een scherpere prijs. Hoewel de smartphone inderdaad een prima prijs draagt, is de S25 (Plus) de afgelopen tijd in prijs gedaald. Zo concurreert de S25 FE niet alleen met telefoons van andere merken, maar ook met de S25 (Plus). Het loont dus goed om prijzen te vergelijken.

Plus- en minpunten
  • Compleet, premium ontwerp
  • Prettige gebruikservaring
  • Zeven jaar updates
  • Bij lancering bijna even duur als betere S25 (Plus)
  • Slechts 128 GB opslagcapaciteit in basismodel
  • Geen bijzondere accuduur

Leg je de S25 FE naast de reguliere S25-serie, dan moet je goed je best doen om verschillen te spotten. Een compliment, want het ontwerp is verfijnd en degelijk. Het toestel houdt prettig vast en komt luxe over. Door zijn 6,7inch-scherm is de FE-versie even groot als de S25 Plus en iets groter dan de reguliere S25. Een onhandig puntje is dat de cameralenzen op de achterkant serieus uitsteken, waardoor de smartphone niet op plat op tafel ligt. Een hoesje verhelpt dit euvel en verkleint de kans op krassen op de cameralenzen.

©Rens Blom

©Rens Blom

Het oledscherm oogt erg goed en heeft een gebruikelijke Full-HD-resolutie met 120Hz-verversingssnelheid. We hoeven er weinig woorden aan vuil te maken: dit is gewoon een goed scherm.

Ook op andere punten is de S25 FE een typische premium smartphone. De behuizing is bestand tegen stof en water en je kunt het toestel draadloos opladen. Het draadloos laden gaat met maximaal 15 watt wel langzamer dan bij veel andere nieuwe premium smartphones (minimaal 20 watt).

©Rens Blom

Specificaties

Twee belangrijke specificaties van de S25 FE zijn minder goed dan in de andere S25-modellen. Zo is het werkgeheugen 8 GB – tegenover 12 GB in de rest – en kiest Samsung voor een eigen Exynos-processor. Die processor is minder krachtig dan de Qualcomm-chip in de andere S25-modellen, al is de S25 FE wel gewoon lekker snel.

Samsungs keuze om de S25 FE in zijn goedkoopste configuratie van 128 GB opslagcapaciteit te voorzien, vinden wij niet verstandig. Wil je de smartphone jarenlang gebruiken, dan is die 128 GB door je apps, foto's en het installeren van updates op een gegeven moment vol. Wij raden daarom de 256GB-versie aan, ook al is die eenmalig duurder.

Van de accuduur worden we niet heel enthousiast. Samsung benadrukt dat de accucapaciteit van 4900 mAh in de S25 FE even groot is als in de S25 Plus, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat de accuduur even goed is. Naar ons idee konden wij de S25 Plus comfortabeler een hele dag gebruiken. De S25 FE houdt het ook een lange dag vol, maar is dan ook echt bijna leeg.

©Rens Blom

Het draadloos opladen hebben we al genoemd. Opladen via de usb-c-poort gaat sneller, namelijk met maximaal 45 watt. Een prima snelheid, want met de juiste adapter springt de accu in een half uur van 0 naar circa 62 procent. Een volledige oplaadbeurt neemt vijf kwartier in beslag. Let erop dat je zelf een (ondersteunde) adapter moet regelen, want vanwege EU-wetgeving zit er geen adapter in het smartphonedoosje.  

Camera's

De camera's van de S25 FE zijn goed en veelzijdig, maar kwalitatief net een stapje onder de reguliere S25 (Plus). Je maakt foto's met een fijne hoofdcamera, niet opvallende groothoekcamera en telelens met drie keer optische zoom. Hieronder zie je een paar fotoseries, om de mogelijkheden van de camera's te verduidelijken.

©Rens Blom

©Rens Blom

©Rens Blom

7 jaar updates

Een premium Samsung-smartphone krijgt zeven jaar complete softwareupdates. Dat geldt voor de S25-serie en ook voor de S25 FE. Een prettige zekerheid die we vinden passen bij het prijskaartje van de telefoon. Apple en Google zijn merken die ook een dergelijk lang updatebeleid aanbieden in dit prijssegment.

Uit de doos draait de Galaxy S25 FE op Android 16, met daaroverheen de nieuwste versie van Samsungs OneUI-schil. Net zoals op de andere S25-modellen wil de software heel graag dat je een Samsung-account aanmaakt (wat niet verplicht is) en kun je wat extra functies en apps verwachten. De software-ervaring is dik in orde; je kunt veel zaken aanpassen en Samsung maakt steeds meer AI-functies beschikbaar. Sommige AI-functies werken al goed, andere functies doen het de ene keer beter dan de andere keer.

©Rens Blom

Conclusie: Samsung Galaxy S25 FE kopen?

De Samsung Galaxy S25 FE is geen heel spannende smartphone, want daar was de S25-serie voor bedoeld. Je moet de S25 FE zien als een S25 met enkele compromissen en een scherpere prijs. Hoewel de smartphone inderdaad een prima prijs draagt, is de S25 (Plus) de afgelopen tijd in prijs gedaald. Zo concurreert de S25 FE niet alleen met telefoons van andere merken, maar ook met de S25 (Plus). Het loont dus goed om prijzen te vergelijken.

▼ Volgende artikel
Voel het geluid: meer sensatie op de iPhone
© Iryna Melnyk
Huis

Voel het geluid: meer sensatie op de iPhone

Wie een iPhone 12 of nieuwer heeft met daarop iOS 18 of nieuwer, kan voortaan frequenties in muziek voelen. We ervaren sowieso diepe bassen via ons lichaam, maar deze trillingen gaan nog een stapje verder en zijn zeker niet alleen bedoeld voor mensen met een auditieve beperking.

Ook interessant: Apple Intelligence spreekt eindelijk Nederlands

Stap 1: Muzieksignalen

Eigenlijk gaat het om zogeheten haptische waarneming. Een technologie die door middel van beweging communiceert met de gebruiker. Wie een Apple Watch heeft, weet hoe zo’n horloge door middel van trillingen aangeeft of je onderweg met de app Kaarten links of rechts moet afslaan.

Ook in de iPhone zit een trilmotor die de maat van de muziek volgt en nuances in de zang aangeeft. De trilfunctie werkt alleen met nummers uit de Apple Music-bibliotheek. Het is mogelijk dat een bepaald nummer de functie nog niet ondersteunt, maar volgens Apple werkt het ondertussen wel al met miljoenen nummers. Om de functie in te schakelen open je de Instellingen en navigeer je naar Toegankelijkheid. Onder het kopje Horen tik je op de knop Voelbare muzieksignalen. Zet de schakelaar aan en je kunt meteen een voorbeeld afspelen om deze functie te ervaren.

Schakel de Voelbare muzieksignalen in bij Toegankelijkheid.

Stap 2: Bedieningspaneel

Het is ook mogelijk om de voelbare muzieksignalen snel in en uit te schakelen via het Bedieningspaneel. Open het Bedieningspaneel, tik op een lege plek en hou deze ingedrukt. Onderaan tik je op de optie Voeg een regelaar toe. Typ in de zoekbalk muziek en vervolgens kun je de knop voor Voelbare muzieksignalen selecteren.

Als een nummer de trilfunctie niet ondersteunt, verschijnt er bij de knop een driehoekje met een uitroepteken.

Via het Bedieningspaneel kun je deze functie snel pauzeren.

Stap 3: Dynamic Island

Recente iPhones hebben ook een Dynamic Island. Dat is een balkje bovenaan het scherm om de huidige activiteiten te bekijken, zoals de muziek die wordt afgespeeld, een audio-opname of een routebeschrijving van Kaarten. Met het Dynamic Island kun je ook de Voelbare muzieksignalen pauzeren en activeren. Terwijl het nummer afspeelt, hou je Dynamic Island lang ingedrukt, tot er meer bedieningsknoppen verschijnen. Hier zul je ook de schakelaar voor Voelbare muzieksignalen zien. Tik hierop om de functie aan en uit te zetten.

Ook in het Dynamic Island kun je bij de knop voor Voelbare muzieksignalen.