ID.nl logo
Welke Raspberry Pi kun je het beste kopen?
© PXimport
Zekerheid & gemak

Welke Raspberry Pi kun je het beste kopen?

Tussen het eerste model van de Raspberry Pi en de meest recente zit een heel verschil. Maar wil je zo'n knutselcomputer in huis halen, dan is de nieuwste Pi niet per se de beste. Het hangt er maar net vanaf wat je ermee wil doen. Vraag je je af welke Raspberry Pi je nodig hebt? We staan stil bij de verschillen en overeenkomsten.

In acht jaar tijd zijn er al heel wat modellen van de Raspberry Pi verschenen, en zelfs de originele Raspberry Pi Model B is voor sommige toepassingen nog bruikbaar. Maar in dit artikel geven we een overzicht van de meer recente modellen en waarvoor je deze kunt inzetten.

Voor we de verschillen bespreken, is het nuttig om nog even aan te stippen wat ze gemeenschappelijk hebben. Alle modellen van de Raspberry Pi hebben een 40pin-gpio-header (behalve het eerste model uit 2012, dat 26 pinnen telt), waarop je uitbreidingsbordjes (HAT’s) kunt aansluiten of zelf elektronische onderdelen kunt solderen of met jumperwires kunt aansluiten. Dat maakt elk model geschikt om met elektronica te experimenteren.

©PXimport

Elk model heeft ook een cameraconnector en een micro-sd-kaart (behalve weer het eerste model, dat gebruikt een grotere sd-kaart).

Aan de softwarekant is vooral Raspberry Pi OS interessant, het officiële besturingssysteem voor de Raspberry Pi. Vroeger heette het besturingssysteem Raspbian. Opvallend is dat de makers achterwaartse compatibiliteit garanderen: de nieuwste versie van Raspberry Pi OS ondersteunt nog altijd het eerste model van de Raspberry Pi.

Dat gezegd hebbende, laten we de individuele Pi's erbij pakken.

Raspberry Pi 4 Model B

©PXimport

De Raspberry Pi 4 Model B, het nieuwste model uit de familie van de minicomputer, is het vlaggenschip. Het processorbordje heeft een krachtige Cortex-A72-processor (ARMv8, quadcore en 64 bit) met een kloksnelheid van 1,5 GHz. Door die processorkracht en hoeveelheid geheugen is het bordje nu eindelijk zelfs comfortabel als desktopcomputer te gebruiken, ook dankzij de twee micro-hdmi-aansluitingen.

De twee usb3.0-poorten en de gigabit-ethernetinterface maken de Raspberry Pi 4B met een externe harde schijf geschikt als nas. Ook als mediacenter, bijvoorbeeld met Kodi op het besturingssysteem LibreELEC, staat dit model zijn mannetje.

Wel is de warmteafvoer een aandachtspunt: de Raspberry Pi 4B wordt aanmerkelijk warmer dan zijn voorgangers en heeft dan ook goede ventilatie of een koelblok nodig. Er zijn ook aluminiumbehuizingen die nauw aansluiten op de processor, zoals de Argon Neo, en daardoor de warmte goed afvoeren.

Raspberry Pi 4-versies

©PXimport

Er zijn versies met drie hoeveelheden intern geheugen in omloop: 2 GB, 4 GB en 8 GB. In het begin was er nog geen versie met 8 GB, maar wel een met 1 GB. Die laatste is inmiddels uit de handel genomen.

Welke versie heb je nodig? Het model met 2 GB volstaat voor de meeste gebruikers: dat is al twee keer zoveel als in zijn voorganger. Een hoeveelheid van 4 GB is handig als je de Raspberry Pi als desktopmachine wilt gebruiken of er veel servertoepassingen op wilt draaien.

Het topmodel met 8 GB is vooral bedoeld voor veeleisende toepassingen zoals kunstmatige intelligentie en videobewerking. Om de volledige 8 GB te kunnen gebruiken, heb je wel de 64bit-versie van Raspberry Pi OS nodig, die momenteel nog een bètaversie is.

Raspberry Pi 3 Model B+

©PXimport

De Raspberry Pi 3 Model B+ is nog steeds een prima bruikbare minicomputer. Hij is voorzien van een Cortex-A53-processor (ARMv8, quadcore en 64 bit) op 1,4 GHz, 1 GB intern geheugen, 4 usb2.0-poorten, een gigabit-netwerkaansluiting (wel via usb 2.0, dus de volle gigabit-snelheid is niet haalbaar), 2,4- en 5GHz-wifi en bluetooth.

Doordat het 2GB-model van de Pi 4 Model B vrijwel gelijk is geprijsd, heeft het weinig zin om nog een Pi 3 Model B+ nieuw te kopen. Tenzij je minder rekenkracht nodig hebt en juist iets energiezuinigers zoekt met minder warmteontwikkeling.

Raspberry Pi 3 Model A+

©PXimport

De Raspberry Pi 3 Model A+ is een wat vreemde eend in de bijt. Enerzijds zijn er de processorbordjes op de standaardgrootte en anderzijds de Zero-modellen die veel kleiner zijn. De A-modellen (waarvan de Raspberry Pi 3 Model A+ de tweede versie is) zitten daar qua grootte tussen.

Ook wat prestaties betreft zit dit model in de middenmoot. Er zit dezelfde processor op als in de Raspberry Pi 3 Model B+, maar dan met slechts 512 MB geheugen. Dat maakt het bordje minder krachtig dan de Raspberry Pi 3 en 4, maar wel stukken sneller dan de Raspberry Pi Zero.

Door de kleinere afmetingen zijn er connectoren weggevallen: er is geen ethernet en er is maar één usb2.0-poort. Dat maakt het model vooral geschikt voor (talloze) toepassingen die weinig interfaces, weinig geheugen maar wel wat rekenkracht vereisen. Denk aan een ip-camera of een computerbordje voor een multiroom-audiosysteem.

Ook als domoticacontroller zou de Raspberry Pi 3 Model A+ geschikt kunnen zijn, als je hoogstens één adapter via usb gaat aansluiten en tevreden bent met wifi. De processor is krachtig genoeg om een flinke hoeveelheid gegevens te verwerken en de 512 MB geheugen is voor veel domotica-opstellingen voldoende. Dat kan bijvoorbeeld met Home Assistant.

Raspberry Pi Zero W(H)

©PXimport

De Raspberry Pi Zero W is de kleinste telg van de familie, fysiek de helft van de Raspberry Pi 3 Model A+. De processor is identiek aan de eerste generatie van de Raspberry Pi, maar dan met een kloksnelheid van 1 GHz in plaats van 700 MHz. Ook de hoeveelheid geheugen is identiek: 512 MB. Dit is dan ook geen model om zware taken op uit te voeren.

Het kleine processorbordje heeft een mini-hdmi-connector. Als je hierop een scherm aansluit, zou je de Raspberry Pi Zero W als een informatiescherm kunnen inzetten. Verder is er één micro-usb-aansluiting die usb on-the-go ondersteunt. Uiteraard heb je ook de camera-interface en de gpio-header, al is die laatste in de standaarduitvoering niet op het bordje gesoldeerd.

Heb je de gpio-pinnen nodig, dan dien je de hele 40pin-header nog zelf te solderen of koop je een kant-en-klare Raspberry Pi Zero WH met vooraf gesoldeerde header. Het bordje heeft ook wifi en bluetooth, en in combinatie met zijn kleine afmetingen en lage stroomverbruik is het daardoor ideaal voor allerlei sensortoepassingen.

Je zou het als bluetoothbeacon kunnen inzetten om je aanwezigheid te detecteren aan de hand van het bluetoothsignaal van je telefoon. Of je sluit er met jumperwires of gesoldeerde draden sensoren op aan, die je door de Raspberry Pi Zero WH laat uitlezen en via wifi laat doorsturen.

Dat kan zelfs buiten, als je er een voedingsschakeling met zonnepaneel en batterij op aansluit. Je plaatst het kleine bordje dan in een waterdichte behuizing.

Raspberry Pi Zero

©PXimport

De goedkoopste Pi is de Raspberry Pi Zero. Die is nagenoeg identiek aan de Raspberry Pi Zero W, maar dan zonder wifi en bluetooth. Dat lijkt het bordje nogal te beperken, maar toch zijn er veel toepassingen mogelijk, ook zonder netwerkconnectiviteit.

Je kunt er bijvoorbeeld een sensorbordje van maken dat gegevens via een ander draadloos protocol stuurt, met een transceiver die op 433,92 MHz uitzendt. Voor een paar euro koop je zo’n transceiver die je op de Raspberry Pi Zero soldeert. Of je kunt een infraroodontvanger op de Raspberry Pi Zero aansluiten, zodat je het bordje met de afstandsbediening van je tv aanstuurt.

Er bestaan allerlei uitbreidingsbordjes op het formaat van een Raspberry Pi Zero: pHAT’s. Deze prik je eenvoudigweg op de gpio-header van de Raspberry Pi Zero en breiden die dan uit met een schermpje, audio, leds, extra aansluitmogelijkheden enzovoort.

Met de usb-otg-aansluiting gebruik je de Raspberry Pi Zero in gadgetmodus. Als je dan via die usb-poort het bordje op je computer aansluit, kan het zich voordoen als een seriële poort, een netwerkkaart, een opslagapparaat, een midi-apparaat, een toetsenbord, een audioapparaat enzovoort.

Raspberry Pi Compute Module 3+

©PXimport

De Raspberry Pi wordt ook in industriële omgevingen ingezet. Maar daar is het vaak de Compute Module 3+, een versie die je als thuisgebruiker normaal nooit zult tegenkomen. Het processorbordje heeft de vorm van een geheugenmodule en past zelfs in een ddr2-sodimm-connector.

Het is dan ook de bedoeling dat je de Compute Module 3+ in een aangepast moederbord steekt, specifiek ontworpen voor een toepassing. Voor wie wil experimenteren, heeft de Raspberry Pi Foundation een ontwikkelbordje gemaakt, de Compute Module Development Kit.

De Compute Module 3+ is gebaseerd op de Raspberry Pi 3 Model B+, de vorige generatie van de Raspberry Pi. De specificaties komen dan ook overeen. Een belangrijk verschil is dat je geen micro-sd-kaartslot hebt voor je besturingssysteem, maar ingebouwde emmc-flash-opslag (8, 16 of 32 GB). De Compute Module 3+ Lite is een variant zonder emmc. Die gebruik je dan in combinatie met een opslagapparaat op het moederbord.

De Compute Module 3+ heeft toegang tot alle functionaliteit van de BCM2837-chip, en dat betekent dan ook dat er meer gpio-pennen en andere interfaces beschikbaar zijn dan in de standaard Raspberry Pi-modellen. Naast de officiële ontwikkelkit zijn er ook andere moederborden, zoals de balenaFin, die een mini-pcie-slot en simkaartslot toevoegt en twee camera’s ondersteunt.

Wat ga je ermee doen?

Uit deze vergelijking zou duidelijk moeten zijn in welke omstandigheden je het best welk model gebruikt. Maar de software en zelfs de meeste hardware-uitbreidingen zijn doorgaans volledig uitwisselbaar tussen de verschillende modellen. Dat is dan ook de grote kracht van het Raspberry Pi-ecosysteem.

Voor een project dat je met één model hebt uitgewerkt, kun je heel snel en met slechts minimale (vaak zelfs geen) aanpassingen overschakelen naar een ander model. Ook tijdens het experimenteren is dat handig. Als je bijvoorbeeld een robot bouwt die een Raspberry Pi Zero W als hart moet hebben, kun je de software beginnen te programmeren op een Raspberry Pi 4.

Je profiteert dan van de hogere snelheid (handig als je software dient te compileren) en van ethernet zodat je tijdens het ontwikkelen nog geen wifi hoeft op te zetten. Voor de uiteindelijke implementatie van je project steek je dan gewoon het micro-sd-kaartje in een Raspberry Pi Zero W, die je op de robotonderdelen aansluit.

Als je tenslotte nog op zoek bent naar inspiratie voor leuke knutselprojecten, raden we je de Cursus Hardware Programmeren aan.

▼ Volgende artikel
Review Ring Buitencamera Plus – Veelzijdig voor binnen en buiten
© Wesley Akkerman
Zekerheid & gemak

Review Ring Buitencamera Plus – Veelzijdig voor binnen en buiten

Laat je niet misleiden door de naam van de Ring Buitencamera Plus, want dit model is ook gewoon binnen te gebruiken. Het is daarmee een van de meest veelzijdige beveiligingscamera's van dit moment, en dat voor een prijs van nét geen 100 euro.

Goed
Conclusie

Ring heeft met de Buitencamera Plus een typisch product neergezet. De beelden ogen scherp en kleurrijk (ook 's avonds), al is de HDR-stand net iets te veel van het goede. Je bent goed verstaanbaar door de speakers, terwijl de stemmen van andere mensen prettig opgepikt worden door de microfoon op het apparaat. De installatie is daarnaast ontzettend flexibel, voor zowel binnen als buiten, en de app-opties zijn zoals altijd een sterk punt. Echter, om volledig toegang te krijgen tot alles wat de Ring Buitencamera Plus biedt, dien je toch echt dat abonnement af te sluiten.

Plus- en minpunten
  • Hoge resolutie
  • Kleurrijke beelden
  • Gemakkelijke installatie
  • Overzichtelijke app
  • Groot kijkveld
  • Nachtzicht in kleur
  • Niet compleet zonder abonnement
  • Stand in HDR wat heftig

Wat de Ring Buitencamera Plus zo veelzijdig maakt, is het feit dat je hem zowel bedraad als op batterij kunt gebruiken. Je kunt hem daardoor vrijwel overal neerzetten of ophangen, ongeacht de locatie, ongeacht het stopcontact en ongeacht het oppervlak. Je plaatst hem moeiteloos op een plank, kast of vensterbank en kunt hem ook ophangen aan een muur of plafond. Het voetstuk van de camera kun je namelijk loskoppelen en aan de achterkant bevestigen. Plus: je kunt hem helemaal om z'n as draaien en in een gewenste hoek positioneren.

Dat is echter niet de belangrijkste boodschap van Ring. De grootste aanpassing heeft namelijk te maken met de resolutie. Die is verhoogd van 1920 bij 1080 pixels bij het vorige model (ooit de Stick Up Cam 3rd Gen, maar nu Buitencamera) naar 2560 bij 1440 pixels. De marketingafdeling van menig camerabedrijf maakt je wijs dat dit een 2K-resolutie is, maar niets is minder waar. De officiële term is Quad-HD, maar dat bekt minder lekker. Plus: 2K doet denken aan de helft van 4K. Dat is een positieve connotatie waar veel bedrijven gretig gebruik van willen maken.

©Wesley Akkerman

Ziet meer dan de voorganger

Het vervelende is echter dat je onterecht kunt denken dat 2K een verdubbeling is van 1080p. Maar ook dat klopt niet: voor 1080p kijken we naar het cijfer achter de x, terwijl we voor de marketingterm 2K naar het cijfer vóór x kijken. Dat is dus appels met peren vergelijken. Maar dat betekent niet dat er geen beeldwinst is. Horizontaal gezien zijn er 360 en verticaal 640 pixels bij gekomen. Dat verschil valt vooral op wanneer je bijvoorbeeld inzoomt op een persoon. Gezichten komen een stuk scherper in beeld, al moet je natuurlijk niet té ver inzoomen.

De kijkhoek is er daarnaast ook op vooruitgegaan. De Ring Buitencamera Plus ziet net iets meer dan zijn voorganger, met hoeken van 140 graden horizontaal, 80 graden verticaal en 160 graden diagonaal. De voorganger heeft respectievelijk 115, 59 en 143 graden. Daarnaast is er zowel nachtvisie in zowel kleur als in grijs-wit – net wat je prettiger vindt. In alle gevallen hebben we gemerkt dat we de omgeving hier goed hebben kunnen volgen. De beelden ogen duidelijk en scherp. In de HDR-modus ogen kleuren wel iets té verzadigd, maar die kun je uitschakelen.

©Wesley Akkerman

Ring Vision

De Ring Buitencamera Plus beschikt over Ring Vision, een nieuw onderdeel dat het merk begin 2025 aankondigde. Vision combineert verschillende hardwarecomponenten (zoals antireflecterend glas) met software-optimalisatie (zoals dynamische beeldverwerking) en de expertise van het team om de beste beelden te presenteren. Natuurlijk klinken dit soort dingen vaak mooier dan ze zijn, maar de beelden liegen er niet om. Zowel in het donker als overdag ogen de beelden rustig, kleurrijk en scherp. Precies zoals je zou willen.

Omdat dit geen high-end of dure camera is van Ring, mis je misschien wel een aantal zaken. Denk dan aan het vogelperspectief en de 3D-bewegingsdetectie. Eerlijk is eerlijk: die hebben we tijdens het testen niet echt gemist. Dat is wellicht ook afhankelijk van hoe je het systeem inzet en welke mate van beveiliging je zoekt. Daar staat dan wel weer een flexibele installatie tegenover. Zoals gezegd kun je de camera op allerlei manieren installeren; je kunt er ook voor kiezen om een zonnepaneel op aan te sluiten, zodat je er helemaal geen omkijken meer naar hebt.

©Wesley Akkerman

Met of zonder zonnepaneel

Als je de Ring Buitencamera Plus niet direct op het stroomnet aansluit, mis je een belangrijke functie: pre-roll in 1080p. Dat is een korte video waarin je ziet wat er gebeurde vlak vóór een bewegingsmelding of het aanbellen. Deze functie werkt alleen als de camera via een stekker op netstroom is aangesloten.

Goed om te weten: de Buitencamera Plus met zonnepaneel kost 159 euro. Een losse batterij kost meestal tussen de 20 en 30 euro. Je kunt de camera zowel met als zonder batterij aanschaffen, maar in beide gevallen betaal je 99,99 euro voor de basisversie.

Verder werkt deze camera zoals je van Ring gewend bent. Via de app kun je van alles instellen: van bewegingszones en het zwartmaken van delen van het beeld (zodat de camera daar geen beweging detecteert) tot het aanpassen van de gevoeligheid. Je kunt de bewegingssensor ook helemaal uitschakelen of alleen de meldingen dempen. Met een handig tijdschema bepaal je bovendien precies wanneer de camera actief moet zijn. Op dat vlak doet de Ring Buitencamera Plus zeker niet onder voor andere Ring-modellen.

Met of zonder abonnement?

De Ring Buitencamera Plus ondersteunt ook slimme meldingen. Daarmee bepaal je zelf waarvoor je een notificatie ontvangt – bijvoorbeeld bij detectie van een voertuig, persoon of pakket. De opgenomen beelden worden standaard in de cloud opgeslagen, maar die kun je alleen terugkijken als je een abonnement afsluit. Dat is typisch voor Ring: zonder abonnement fungeert de camera vooral als live meekijk-apparaat met microfoon en speaker, maar kun je geen opnames terugzien.

Heb je meerdere Ring-camera's en maak je er intensief gebruik van, dan kan een abonnement wel de moeite waard zijn. Met het duurdere pakket krijg je bijvoorbeeld toegang tot de beeld-in-beeldmodus en kun je meerdere camera's tegelijk volgen. Kies je voor het meest uitgebreide abonnement, dan worden ook 24/7-opnames mogelijk – al betaal je daar wel 19,99 euro per maand voor. De goedkoopste variant kost 3,99 euro per maand en geeft toegang tot basisfuncties in de cloud, die veel andere aanbieders tegenwoordig kosteloos leveren. Daardoor vallen de totale kosten van een Ring-camera uiteindelijk toch wat hoger uit.

©Ring

Ring Buitencamera Plus kopen?

Over de installatie hebben we in deze review bewust weinig gezegd – die is namelijk simpel en snel. Met de Buitencamera Plus levert Ring opnieuw een typisch Ring-product af: de videobeelden zijn scherp en kleurrijk, ook 's avonds. Wel is de HDR-modus wat aan de overdreven kant. De ingebouwde speaker zorgt ervoor dat je goed verstaanbaar bent, terwijl de microfoon stemmen van anderen helder oppikt. De installatie is bovendien flexibel en geschikt voor zowel binnen- als buitentoepassing, en de app biedt zoals altijd uitgebreide instelmogelijkheden.

Toch blijft het bekende pijnpunt: om alles uit de Ring Buitencamera Plus te halen, heb je een abonnement nodig. Dat is al vaker een zwakke plek geweest bij Ring, en voorlopig lijkt daar geen verandering in te komen. Als eenvoudige deurcamera is dit model aan de prijzige kant – er zijn goedkopere alternatieven beschikbaar. Maar heb je al een Ring-abonnement of ben je bereid daarin te investeren, dan is deze camera zeker het overwegen waard. Nu is het alleen nog wachten tot Ring ook echt werk maakt van lokale opslag.

▼ Volgende artikel
Review Google Pixel 9a – Fijne smartphone voor een fijne prijs
© Rens Blom
Huis

Review Google Pixel 9a – Fijne smartphone voor een fijne prijs

De Google Pixel 9a is een prettige en complete smartphone die zeven jaar softwareupdates krijgt. Heel wat mensen zijn met dit toestel daarom jaren onder de pannen, denken we. In deze review lees je onze bevindingen met de Google Pixel 9a na twee weken intensief testen.

Uitstekend
Conclusie

De Google Pixel 9a is een midrange smartphone die een goede indruk achterlaat. De telefoon is degelijk gebouwd, heeft complete specificaties en krijgt zeven jaar updates. Je kunt dus lang met het toestel doen, zeker als je eenmalig meer betaalt voor de 256 GB-versie. Er zijn in dit prijssegment echter ook veel andere goede smartphones, dus het loont om te vergelijken of een ander toestel nog beter bij jouw wensen aansluit.

Plus- en minpunten
  • Zeven jaar updates
  • Heel compleet
  • Lange accuduur
  • Houdt minder lekker vast
  • Basismodel slechts 128 GB opslagcapaciteit

De Pixel 9a is het nieuwste model in de Pixel 9-serie, die in augustus is uitgebracht in de vorm van de 9, 9 Pro, 9 Pro XL en 9 Pro Fold. Toestellen van bijna duizend euro tot bijna tweeduizend euro voor de vouwbare 9 Pro Fold. Toptoestellen, zo bleek uit onze reviews. Maar er zijn ook genoegen redenen om géén hele dure telefoon te nemen. Als jij maximaal 550 euro wilt uitgeven aan je volgende nieuwe smartphone, is de Pixel 9a het overwegen waard.

Google's Pixel 9a verschijnt in vier kleuren, waaronder knalroze, het fraaie geteste lila en meer zakelijke zwart en wit. Wij zijn enthousiast over de lila kleur van de smartphone en vinden het toestel premium genoeg overkomen. De matte kunststof achterkant toont nauwelijks vingerafdrukken, waardoor de telefoon er netjes blijft uitzien. Al kunnen we ons ook goed voorstellen dat je een hoesje om de Pixel 9a stopt voor de nodige bescherming. Een hoesje kan ook helpen om de ergonomie van de telefoon te verbeteren. De Pixel 9a is namelijk nogal vlak en ligt daarom wat minder prettig in de hand dan telefoons die een meer gebold ontwerp hebben. Google weet in ieder geval hoe dat moet, want de Pixel 8a van een jaar geleden had zo'n boller ontwerp en lag daarom ook zonder hoesje lekker in de hand.

©Rens Blom

Als we het nog even over bescherming hebben: de Pixel 9a heeft een iP68-certificering en kan daarom tegen (zoet) water en stof.

Je kunt de Pixel 9a redelijk goed met één hand bedienen, doordat het scherm met 6,3 inch relatief compact is. De 186 gram wegende smartphone is even breed als de Samsung Galaxy S25 en Apple iPhone 16, en een fractie hoger. Het Full-HD-oledscherm ziet er erg mooi uit en heeft een hoge verversingssnelheid van 120 Hz. Op zonnige lentedagen is het beeldscherm prima af te lezen.

©Rens Blom

Complete specificaties

Van een smartphone die 550 euro kost, verwachten we tegenwoordig een complete en soepele gebruikservaring. Zo'n toestel moet in principe jaren meekunnen. De Pixel 9a lijkt aan die verwachtingen te voldoen. Hij draait op dezelfde snelle Tensor G4-processor als zijn duurdere Pixel 9-broers, heeft 8 GB werkgeheugen en een 5100 mAh-accu die zonder zorgen een lange dag meegaat. Opladen kan vlot genoeg via usb-c (je dient zelf een adapter te regelen) of langzamer bij draadloos opladen.

Minder blij zijn we met Google's keuze om het instapmodel van de Pixel 9a uit te rusten met 128 GB opslagcapaciteit. Daar kun je in de praktijk namelijk geen 128 GB van gebruiken en als je jaren met het toestel wilt doen, is 128 GB voor veel mensen op de langere termijn onvoldoende. De opslag uitbreiden via een microSD-kaartje is niet mogelijk. Het loont daarom waarschijnlijk om eenmalig meer te betalen voor de 256 GB-variant van de Pixel 9a. Die kun je langer met een gerust hart gebruiken. Veel concurrerende smartphones hebben overigens standaard 256 GB.

©Rens Blom

Camera's

Achterop de Pixel 9a zitten twee camera's. Die zijn goed, maar in de meeste situaties niet beter dan de camera's van de Pixel 8a. Dat geeft weinig en in het donker doet de Pixel 9a het wél beter dan zijn voorganger. Snel bewegende huisdieren blijven lastig om scherp vast te leggen. Dat zie je ook op onderstaande foto: de kat is nét niet lekker scherp.

©Rens Blom

Met de groothoekcamera leg je een wijder deel van de omgeving vast. De Pixel 9a kan ook inzoomen, via de hoofdcamera. Op onderstaande serie zie je de verschillen in de praktijk.

©Rens Blom

De hoofdcamera, groothoekcamera en 2x zoom.

7 jaar updates

Google's bezuiniging om de Pixel 9a van slechts 128 GB opslagcapaciteit te voorzien, maakt dat er op andere vlakken meer ruimte is voor een premium ervaring. Een goed voorbeeld is de softwareondersteuning. Google geeft de smartphone liefst zeven jaar Android-upgrades en beveiligingsupdates. Dat is even lang als de veel duurdere Pixel 9-toestellen en ook even lang als Samsungs Galaxy-topsmartphones en Apple iPhones. Veel concurrenten van de Pixel 9a krijgen vier tot zes jaar updates. De Pixel 9a kan dus langer mee. Of je daadwerkelijk zeven jaar met een smartphone doet, is een tweede.

Ook fijn is dat Google de software lekker schoon levert en allerlei eigen AI-functies toevoegt. Die worden steeds handiger en zijn gratis beschikbaar.

©Rens Blom

Conclusie: Google Pixel 9a kopen?

De Google Pixel 9a is een midrange smartphone die een goede indruk achterlaat. De telefoon is degelijk gebouwd, heeft complete specificaties en krijgt zeven jaar updates. Je kunt dus lang met het toestel doen, zeker als je eenmalig meer betaalt voor de 256 GB-versie. Er zijn in dit prijssegment echter ook veel andere goede smartphones, dus het loont om te vergelijken of een ander toestel nog beter bij jouw wensen aansluit.