ID.nl logo
Vliegen, filmen, monteren: zo haal je alles uit lichte cameradrones
© Marek Uliasz | Marek Uliasz | MarekPhotoDesign.com, stock.adobe.com
Huis

Vliegen, filmen, monteren: zo haal je alles uit lichte cameradrones

Cameradrones zijn klein, licht en bieden verrassend veel mogelijkheden. Je stopt ze eenvoudig in je rugtas en toch leveren ze indrukwekkende foto's en video's op. In dit artikel lees je waar je op moet letten bij de keuze van een lichte drone, hoe je ze bedient, welke regels gelden en hoe je het maximale uit je beelden haalt met slimme nabewerking.

Dit artikel in vogelvlucht

Ontdek alles over het gebruik van lichte cameradrones op reis. We bespreken de voor- en nadelen van de populaire Neo en Flip, laten zien hoe je ze bedient en welke extra functies ze hebben. Je leest welke regels gelden in Nederland, de EU en daarbuiten, en hoe je je drone registreert bij het RDW. Verder krijg je praktische tips voor vervoer in het vliegtuig en advies voor het filmen en fotograferen op locatie. Tot slot leggen we uit hoe je je dronebeelden bewerkt in DaVinci Resolve, inclusief kleurcorrectie met LUT-bestanden.

Drones zijn een prachtige aanvulling in je camerakit. Ze worden commercieel gebruikt, bijvoorbeeld om winkels of woningen te presenteren. Maar ook op reis kun je eenvoudig een heel ander perspectief en daarmee extra flair aan je materiaal geven. Het zijn eigenlijk vliegende camera's, die tegenwoordig ook eenvoudig zijn te bedienen. Sterker nog, dankzij intelligente opnamemodi kunnen ze geheel zelfstandig vliegen. Denk aan het volgen of het maken van een creatieve opname.

De drone vertrekt vanaf de palm van je hand, maakt de opname en keert zelf weer terug. Een controller is niet per se nodig. Dat scheelt veel gedoe tijdens een wandeling. Een smartphone blijft handig om extra opties in te stellen of handmatig te vliegen. Een controller óók, voor meer controle en een (veel) groter vliegbereik. Maar ook daarvoor hoef je geen ervaren piloot te zijn. De regels zijn bovendien gunstig voor de lichte drones die we in dit artikel bespreken. Wel is een registratie bij de RDW nodig, die meteen geldig is in heel de EU.

We geven tips voor de handigste drones, leggen uit wat de regels zijn, geven praktische informatie voor het meenemen en gebruiken van een drone op reis, en geven tot slot nog tips voor de nabewerking.

🚁 Hardware

Keuze

We beginnen met enkele aandachtspunten bij het kiezen van een drone. We richten ons op de kleine en lichte exemplaren, die ideaal zijn voor op reis of bij sportieve uitstapjes. Ze wegen alle minder dan 250 gram, wat als bijkomend voordeel heeft dat je in Nederland en de rest van de EU dan geen vliegbewijs nodig hebt. Verderop behandelen we deze regels wat uitvoeriger.

Er is een breed aanbod van lichte drones, al is het gros afkomstig van één fabrikant: het Chinese DJI. Deze fabrikant is al jaren marktleider op het gebied van drones, zowel onder consumenten als in het zakelijke segment. Daarnaast ken je het bedrijf wellicht van actioncamera's zoals de Osmo Action 4 en accessoires zoals gimbals, die zorgen dat je vloeiende en stabiele beelden met je smartphone kunt maken.

Zo'n gimbal vind je ook in de Osmo Pocket 3, een compacte camera van DJI die enorm populair is onder vloggers, maar ook heel praktisch als reiscamera. In dit artikel zoomen we vooral in op de relatief nieuwe drones: de Neo en de Flip. Die neem je makkelijk mee op reis en bieden innovatieve functies, waarmee het bedrijf een nieuwe, bredere doelgroep lijkt aan te spreken.

©DJI

DJI heeft een breed aanbod aan consumentendrones met camera.

Bediening

Vóór de aanschaf van een drone moet je eigenlijk al bedenken hoe je hem gaat bedienen. Ze worden namelijk vaak met een controller gebundeld. De Neo is een vrij zeldzame uitzondering en kun je ook los kopen. Dit heeft te maken met de intelligente opnamemodi, die je overigens ook op de Flip vindt. Hierdoor kun je de drone zonder controller gebruiken (zie kader 'Intelligente modi').

Met een smartphone kun je die opnamemodi eventueel nader instellen en ook handmatig vliegen, al is het bereik beperkt tot ongeveer twintig meter. Een controller is daarom geen overbodige luxe en verhoogt het bereik zelfs in stedelijk gebied gemakkelijk tot meerdere kilometers.

De RC-N3 en RC 2 zijn het meest gangbaar en werken met alle genoemde drones (Neo, Flip en Mini 4 Pro). De RC-N3 gebruik je in combinatie met een smartphone die je er bovenop zet en via een kabel aansluit. Bij de RC 2 hoeft dat niet: dit is een 'smart controller' met ingebouwd scherm met extra hoge helderheid. Er zijn (nog) niet veel smartphones die qua schermhelderheid in de buurt komen.

©DJI

De Flip kan net als de Neo zelfstandig een intelligente opname maken.

Intelligente modi

De Neo en de Flip kunnen dankzij de intelligente modi, ook wel QuickShots genoemd, volledig zelfstandig vliegen. Via een knopje op de drone kies en bevestig je de gewenste optie. Daarna start de drone vanaf de palm van je hand, maakt de gekozen opname, en keert vervolgens ook weer zelfstandig terug. De volgmodus zal jou volgen terwijl je bijvoorbeeld wandelt of fiets.

Ook kun je creatieve shots laten maken. Zoals Dronie, waarbij de drone achteruit en omhoog van een gekozen onderwerp vliegt (meestal jijzelf), terwijl de camera op jou gericht blijft. Bij Rocket stijgt de drone snel op met de camera omlaag gericht. Circle laat de drone cirkelen rondom een onderwerp, zoals een bergtop. Spiral maakt een spiraalvormige opname rond het onderwerp. Bij Boomerang vliegt de drone in een boemerangvormige baan rond het onderwerp. Zo zijn er nog wat handige opties.

Het is handig om ze wat specifieker in te stellen met je smartphone. Het volgen geeft bijvoorbeeld een mooier resultaat op wat grotere afstand.

Neo versus Flip

De Neo (135 gram) is lichter dan de Flip (249 gram) en heeft een kortere vliegtijd op één batterijlading (18 versus 31 minuten). De Neo mist een obstakeldetectie, maar blijkt wel zeer robuust. Een ongelukje blijkt zelden fataal. De Flip biedt wel (enigszins beperkte) obstakeldetectie. De beeldkwaliteit van de Neo is wat minder, al kun je onder goede omstandigheden een mooi resultaat behalen. Het is vooral nuttig om de scherpte iets terug te brengen, al kan dat helaas alleen via een controller.

Dat je de Neo zo makkelijk mee neemt is een pre. De beste camera is uiteindelijk de camera die je altijd bij je hebt. De Flip is met zijn kenmerkende uitklapbare propellers net wat forser, zelfs in vergelijking met de Mini 4 Pro. De camera van de Flip is merkbaar beter, vergelijkbaar met die van de Mini 4 Pro.

©DJI

De Flip heeft een betere camera dan de Neo.

Bundels

Hoewel de Neo zoals gezegd los verkrijgbaar is, koop je een drone vaak als bundel met controller. De Neo is leverbaar met de RC-N3 in een Fly More Combo. Zo'n bundel bevat naast de controller vaak ook handige accessoires, zoals extra batterijen, een oplaadhub en draagtas.

Een leuke meerwaarde van de Neo is de FPV-ondersteuning, wat spannende en zeer dynamische beelden kan opleveren, al is het niet voor iedereen geschikt (zie kader 'First Person View met de Neo'). Voor FPV-vliegen kun je de Motion Fly More Combo overwegen met onder meer de RC Motion 3-afstandsbediening en de DJI Goggles N3.

De Flip is verkrijgbaar als Fly More Combo met de RC-N3-controller of met de RC 2-smartcontroller, maar kun je niet voor FPV-vliegen gebruiken.

First Person View met de Neo

First Person View (FPV) is een bijna futuristische manier van dronevliegen waarbij je door de 'ogen' van de drone kijkt, meestal via een bril, zoals de Goggles N3. Hierdoor kun je bijvoorbeeld door smalle steegjes vliegen, onder bruggen door, of zweven rond rotsformaties, terwijl je de drone met een speciale controller bestuurt.

De DJI Avata 2 heeft de norm gezet, maar de Neo kan aantrekkelijker zijn, door de lagere prijs en het feit dat geen drone-vliegbewijs nodig is. Het FPV-vliegen zelf is echter niet zo geschikt voor beginners. De kans op crashes is groter en dat risico neemt toe in een onbekende omgeving of met obstakels in de buurt. Bovendien heb je extra spullen nodig, waar je op reis niet altijd plek voor hebt.

Opslag

Je zult niet al je apparatuur meenemen op reis, waardoor toegang tot de gemaakte beelden lastiger kan zijn. De Neo heeft 22 GB intern geheugen, genoeg voor ongeveer veertig minuten filmen in 4K-resolutie, maar je kunt het niet uitbreiden.

In de Flip past een microSD-geheugenkaart. Zeker op reis is een extra kaartje heel praktisch, vooral als je beelden niet direct kunt veiligstellen. Dat moet voor 4K-beelden wel een snel exemplaar zijn, zoals een SanDisk Extreme Pro of Samsung Pro Plus. Eventueel kun je beelden van de Neo of Flip met de DJI Fly-app overzetten naar je smartphone om direct ruimte te maken voor nieuwe creaties.

©SanDisk

De SanDisk Extreme Pro is een populaire SD-kaart voor dronevideo's.

Praktisch

Lichte drones zoals de Neo en de Flip zijn gevoelig voor wind. Tot ongeveer 8 m/s (windkracht 4) lukt het vliegen met de Neo nog, terwijl de Flip tot 10,7 m/s (windkracht 5) werkt, daarboven zijn ze lastiger te besturen en minder stabiel. De Neo heeft het al snel lastiger dan de Flip. Bij veel wind krijg je een waarschuwing om lager te vliegen of zelfs te landen.

Belangrijk om te weten is dat de Neo geen obstakeldetectie heeft. Er zijn wel sensors aan de onderkant, maar die helpen (in combinatie met gps) alleen bij de verticale positionering. Sommige QuickShot-modi hebben relatief veel ruimte rondom nodig. Pas daar dus op, zeker als je de Neo gebruikt. Het wordt daarnaast afgeraden om boven water te vliegen met de Neo. Water is een reflecterend oppervlak waardoor de sensors verkeerde metingen kunnen doen. Vlieg dan wat hoger en controleer of er genoeg gps-satellieten zijn gevonden (zestien of meer). De Flip heeft wel een obstakeldetectie, maar wat beperkt, dus je kunt er niet volledig op vertrouwen. Controleer ook altijd of deze wel actief is. In de snelle sportieve modus worden de sensors bijvoorbeeld standaard uitgeschakeld.

©DJI

De Flip kan veel obstakels van voren detecteren en ontwijken.

Ook leuk: Drones, actiecamera's en meer: slimme gadgets voor buitenliefhebbers

👮 Regels

Dronewetgeving

Sinds 2021 zijn er nieuwe regels voor het vliegen met drones die in alle EU-lidstaten gelden. Die zijn, na enkele overgangsregelingen, sinds januari 2024 volledig van kracht. Er gelden dezelfde regels voor alle EU-lidstaten, in plaats van een aparte dronewetgeving per land. De regels zijn eenvoudig, maar geven soms toch verwarring. Omdat de besproken drones minder dan 250 gram zwaar zijn, heb je om te beginnen geen vliegbewijs nodig. Voor drones onder 250 gram is geen registratie nodig, tenzij ze over een camera beschikken. Voor speelgoed geldt een uitzondering, maar deze drones vallen daar niet onder.

Buiten de EU gelden andere regels. Controleer deze altijd voordat je op reis gaat. Registratie is voor drones tot 250 gram vaak niet nodig, maar er zijn uitzonderingen zoals in sommige Aziatische landen (zoals Thailand en Indonesië) en Zuid-Amerika. In die landen kan registratie of een melding wel verplicht kan zijn.

Landen als Cuba, India, Egypte en Marokko zijn heel streng, laat je drone thuis als je daar naartoe gaat! Het risico is groot dat je de drone al bij de douane mag inleveren. Voor FPV-vliegen kunnen strengere regels of beperkingen gelden, omdat je strikt genomen niet zelf naar je drone kijkt (line of sight), wat vaak verplicht is. In de EU is het vaak voldoende als je een spotter (waarnemer) naast je hebt die wel zicht op de drone heeft.

©DJI

Controleer altijd de regels per land voor het vliegen met je drone en het maken van beelden.

Registratie

Registratie bij het RDW kun je eenvoudig zelf online doen. Je logt in met DigiD en na het invullen van je naam, e-mailadres en telefoonnummer kun je betalen via iDEAL. Je registreert je hierbij feitelijk als drone-operator en ontvangt een exploitantnummer. Het is daarna niet nodig om je drone(s) apart te registreren. Je betaalt eenmalig 23 euro (prijspeil september 2025) voor de aanvraag van het exploitantnummer, dat één jaar geldig blijft. Daarna kun je het steeds met een jaar verlengen voor 13 euro (prijspeil september 2025), maar alleen als het nog niet is verlopen.

Het eerste deel van het exploitantnummer (vóór het streepje) moet je op je drone(s) aanbrengen, bijvoorbeeld met een label. Het exploitantnummer van RDW of een andere EU-lidstaat is in heel de EU geldig. Als je al in Nederland bent geregistreerd, hoef je dit dus niet opnieuw te doen voor andere EU-landen. Op https://www.rdw.nl/drones vind je alle informatie.

©ID.nl

Via de RDW moet je jezelf als drone-operator registreren.

Beperkingen

Volg altijd de basisregels bij het vliegen en check lokale beperkingen. Zo mag je meestal niet hoger vliegen dan 120 meter. In de praktijk vliegen de meeste dronepiloten veel lager. Je mag boven mensen vliegen, maar niet boven menigtes. Je mag in woonwijken vliegen, zolang het veilig is en je rekening houdt met de privacywetgeving. Er zijn zones die je moet vermijden, zoals vliegvelden, militaire zones en snelwegen. Via de officiële dronekaart kun je dat controleren, bijvoorbeeld voor Nederland op https://www.godrone.nl. Op de kaart zie je verboden zones, zones met beperkingen en zones waar je vrij mag vliegen. Er is ook een mobiele app beschikbaar.

©Screenshot GoDrone.nl

Op de officiële dronekaart zie je in welke zones je niet mag vliegen.

Vliegbewijs voor zwaardere drones

De meeste hobbydrones vallen in de open categorie, die is opgedeeld in A1, A2 en A3. Alleen voor drones zwaarder dan 250 gram is een vliegbewijs nodig. Hiervoor kun je online een kennistest doorlopen. Als je bent geslaagd kun je een vliegbewijs aanvragen bij de RDW. Dit kan allemaal online. De vliegscholen die door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat zijn aangewezen vind je op https://www.kwikr.nl/drles. Er is een basiscertificaat A1/A3. Dit kost ongeveer 40 tot 100 euro. Je kunt aanvullend het certificaat A2 halen. Je mag dan met zwaardere drones vliegen in bebouwde gebieden. Een vliegbewijs is vijf jaar geldig.

Bagage

Je mag een drone meestal meenemen in het vliegtuig, maar controleer de actuele regels bij je vliegmaatschappij. Een kleine drone tot 10 kg zul je veelal als handbagage meenemen, grotere drones gaan in de ruimbagage. De accu's moeten echter altijd mee in je handbagage, veilig verpakt. Je kunt accu's in de originele verpakking opbergen of een hittebestendig hoesje gebruiken. Als alternatief kun je de contactpunten met niet-geleidende tape afplakken. Vaak mag je voor een drone maximaal twee batterijen meenemen. Voor exemplaren tot 100 Wh is geen speciale toestemming nodig. De hier besproken drones blijven daar ver onder (ongeveer 10 tot 25 Wh).

©DJI

Je kunt een compacte drone makkelijk meenemen als handbagage.

📹 Videotips

Camerastandpunten

Een groot voordeel van een drone is dat je deze kunt manoeuvreren naar plekken waar je zelf niet makkelijk komt. Denk aan panoramische shots van bovenaf of op een bergtop. De zwevende drone kan je statief vervangen, bijvoorbeeld voor een spontane groepsfoto. Waar het uitkomt, kun je natuurlijk ook vanuit de hand filmen.

Heel krachtig is ook de 'reveal', waarbij je bijvoorbeeld vanachter een boom of rots omhoog vliegt. Ook volgshots kunnen interessant zijn, zolang je ze afwisselt. Het is handig als je tijdens het filmen al een idee hebt van het resultaat dat je nastreeft of het verhaal dat je wil overbrengen. Zo werkt het soms beter om te beginnen bij het einde van een shot, zoals een mooi uitzichtpunt, waarna je naar achteren of omhoog vliegt. In nabewerking draai je dit vervolgens om, waarbij je eventueel delen versnelt of vertraagt.

Trainingsmateriaal voor DaVinci Resolve

Dronebeelden zijn al snel indrukwekkend dankzij het unieke perspectief. Toch kun je deze in nabewerking pas echt tot leven laten komen, met de juiste shotselectie, mooie overgangen (zoals de wat complexere speedramp), het gebruik van effecten en muziek, en soms noodzakelijke kleurcorrecties. Probeer hier zoveel mogelijk mee te oefenen en experimenteren.

Wil je leren werken met DaVinci Resolve? Blackmagic Design, het bedrijf achter de videobewerkingssoftware, biedt veel gratis trainingsmateriaal aan via https://www.kwikr.nl/dvtrv. Naast gratis video's vind je daar ook een uitgebreide beginnersgids in pdf-formaat onder de naam The Beginner's Guide to DaVinci Resolve 19. Dat is momenteel de nieuwste versie van deze software.

Bewerking

De gratis versie van DaVinci Resolve is erg compleet, en populair voor het bewerken van dronevideo's. Begin met het maken van nieuw project en open de projectinstellingen via het tandwielicoon rechtsonder. Onder het kopje Timeline Format kies je bij Timeline resolution de resolutie, zoals 3840 × 2160 voor 4K, en bij Timeline frame de framerate, zoals 30 frames per seconde (fps). Ga naar de tab Media, zoek je dronebeelden op en voeg ze toe aan je media-pool. Hebben de beelden een andere framerate, zoals 60 fps, dan krijg je de vraag of de framerate van de tijdlijn moet worden aangepast. Meestal doen we dit niet. Als je opneemt in 60 fps en afspeelt op 30 fps, kun je het beeld namelijk tot 50% van de originele snelheid vertragen zonder dat het gaat haperen of schokkerig wordt. Bewerk je video onder Edit.

©ID.nl

Zorg dat je de resolutie correct hebt ingesteld in de projectinstellingen.

Kleurprofielen

Met geavanceerdere drones als de Flip en de Mini 4 Pro kun je in D-Log M opnemen, een logaritmisch kleurprofiel. Hiermee wordt een groter dynamisch bereik vastgelegd, waardoor je in nabewerking flexibeler kleur, contrast en helderheid kunt aanpassen, bijvoorbeeld om de beelden een creatieve stijl te geven. De aanpassingen vallen onder de zogenoemde color grading. Dit is bij D-Log M noodzakelijk: de beelden zien er standaard vlak en grauw uit. Minimaal is een basisconversie naar een standaard kleurprofiel zoals Rec.709 nodig. Hiervoor kun je een LUT (LookUp Table) gebruiken, een bestand (vaak in .cube-formaat) dat een soort opzoektabel bevat die helpt bij het omzetten van kleurwaarden. Zo'n LUT kun je toevoegen en gebruiken in de meeste moderne video-editors.

We zullen kort laten zien hoe je dat gebruikt in DaVinci Resolve. Haal eerst een standaard LUT voor Rec.709 op. Hiervoor ga je naar https://www.dji.com/downloads. Zoek je je drone op onder Products en download onder het kopje Transcoders het .cube-bestand. Open DaVinci Resolve, klik op het tandwielpictogram rechtsonder. Ga naar Color Management. Klik op Open LUT Folder en zet het .cube-bestand in deze of een andere map. Ga terug naar DaVinci Resolve en klik op Update Lists. Je kunt het bestand nu gebruiken voor kleurcorrectie.

©ID.nl

Je kunt vooraf de gewenste LUT-bestanden toevoegen.

Kleurprofiel toepassen

Om een kleurprofiel toe te passen, ga je naar het tabje Color. Rechts zie je dat een zogenoemde node is toegevoegd. Klik op de node en dan op Alt+S om een tweede node daarachter toe te voegen. Je kunt er nog meer toevoegen en dan in elke node een specifieke correctie toepassen, zoals helderheid en contrast.

Voor de technische correctie klik je op een node. Kies dan LUT en blader naar het hiervoor toegevoegde bestand. Je ziet nu het resultaat van de correctie. Met Alt+D kun je snel wisselen tussen het beeld met en zonder alle correcties. Na deze technische correctie zul je vaak nog creatieve aanpassingen willen maken via de extra nodes, met behulp van een extra LUT of handmatig, in specifieke delen van het beeld. Dat is tijdsintensief en maakt je workflow een stuk trager, wat het minder geschikt maakt voor hobbyprojecten of snelle posts op social media.

©ID.nl

Via een node kun je een LookUp Table (LUT) toepassen om de kleuren te corrigeren.


▼ Volgende artikel
Review Dreame V30 – Doet niet onder voor een Dyson
© Wesley Akkerman
Huis

Review Dreame V30 – Doet niet onder voor een Dyson

De meeste mensen zullen het merk Dreame inmiddels kennen als een fabrikant van robotstofzuigers en nat-droogstofzuigers. Maar het Chinese bedrijf maakt ook steelstofzuigers die onder meer de concurrentie aangaan met Dyson en Samsung, met als laatste wapenfeit de Dreame V30 die we in deze recensie behandelen.

Uitstekend
Conclusie

Hoewel de Dreame V30 echt geen perfecte steelstofzuiger is, is dit wel een prettig apparaat waarmee je flink wat gedaan krijgt. De zuigkracht is hoog genoeg, de bediening is eenvoudig en het onderhoud is minimaal. De wendbaarheid, het plaatsen op de oplaadbasis en de laser op de kop laten nog wat te wensen over, maar je haalt dan ook geen Dyson of AI Jet van Samsung in huis. In het kader van gemak en prijs-kwaliteit is de Dreame V30 dan ook een dikke aanrader.

Plus- en minpunten
  • Knikbare stang
  • Genoeg zuigkracht
  • Verschillende opzetstukken
  • 90 minuten gebruikstijd
  • Betaalbaar t.o.v. concurrentie
  • Kop wat minder wendbaar
  • V30 op basis plaatsen onwennig
  • Laser laat te wensen over

In vergelijking met de concurrentie is de Dreame V30 in elk geval een stuk betaalbaarder. De steelstofzuiger heeft een adviesprijs van 599 euro. Nog steeds een hele hoop geld, maar hij is online her en der gelukkig al voor minder te vinden. Je krijgt er bovendien niet alleen allerlei accessoires bij (zoals verschillende opzetstukken), ook zit er een oplaadstation in de verpakking. Als je de V30 daar op parkeert, inclusief zijn batterij, dan laadt hij het apparaat netjes voor je op. Ook is er ruimte voor het opbergen van de andere stofzuigermonden.

Het plaatsen van de Dreame V30 vergt even wat oefening en voelt wat onhandig aan. Zeker wanneer je nog een tweede zuigmond op de basis klikt. Je moet daar dan omheen manoeuvreren, terwijl je een vrij smalle opening zoekt waar de contactpunten voor het opladen samenkomen. Het gaat een stuk makkelijker zonder accessoires die in de weg zitten, maar we vinden het juist zo handig dat we die ook op de basis kwijt kunnen. Dat levert een klein dilemma op.

©Wesley Akkerman

Premium ontwerp

Qua ontwerp doet de Dreame V30 niet onder voor de concurrentie. De handgreep ligt comfortabel in de hand en het geheel heeft een premium uitstraling. Net als bij andere steelstofzuigers maakt Dreame gebruik van kunststof, maar daardoor is het gewicht ook prima. Met iets meer dan 2 kilo aan de pols houd je het best een hele stofzuigronde uit. Hoewel de steel uitschuift, kun je hem niet verhogen, maar hij komt met 1,1 meter gelukkig hoog genoeg.

Dankzij de batterijcapaciteit van 3200 mAh houdt de Dreame V30 het tot 90 minuten uit op een volle accu, mits je de gewone stand gebruikt. Zet je hem in de turbomodus, waardoor je volledig toegang krijgt tot de 330 watt aan zuigkracht, dan slinkt het aantal gebruikersminuten al snel. Dat is niet vreemd voor een steelstofzuiger, maar wel iets om rekening mee te houden. Opladen duurt met 4 uurtjes niet uitzonderlijk lang en is vergelijkbaar met concurrerende stofzuigers.

©Wesley Akkerman

Dreame V30 in de praktijk

De stofzuigprestaties zijn gelukkig van hoog niveau. De Dreame V30 wordt geleverd met een kop voor harde vloeren en een kop voor zachte oppervlakken, en in beide gevallen zijn we tevreden over de prestaties. Haren, zand, wat grover vuil en zelfs kiezelsteentjes zijn niet veilig voor het stofzuigmonster. De stand heeft bovendien een handige functie waarmee je de buis 90 graden kunt knikken, waardoor je makkelijker onder stoelen, tafels en banken komt.

In de kop zit verder een kleine laser waarmee je haren en stof op de grond ziet liggen. Daar waar die bij Dyson vaak de grond over de hele breedte van de zuigkop belicht, zien we hier dat de laser aan de zijkant zit. Daardoor zie je in feite maar de helft van het vloeroppervlak. Maar wát je ziet, valt gelukkig nog steeds op. Je zult alleen wat vaker heen en weer lopen om zeker te weten dat er niets meer op de grond ligt. Zal vast iets met patenten te maken hebben, maar is toch een beetje onhandig.

©Wesley Akkerman

Volle (zuig)kracht vooruit

Bij sommige steelstofzuigers gebeurt het nog weleens dat de zuigkracht automatisch omlaag wordt geschroefd zodra je de kierenzuiger pakt, bijvoorbeeld voor in de auto of tussen bankkussens. Irritant. Maar dat doet de Dreame V30 dus níet. Die houdt altijd toegang tot drie standen: auto, laag en max. Ook met opzetstukken. Daardoor is dit model net zo bruikbaar voor snelle schoonmaakklusjes in huis als voor het uitzuigen van kruimels en zand in de auto.

De bediening werkt simpel via twee knoppen onder het kleurrijke lcd-scherm. Daarmee wissel je tussen zuigstanden en zie je welk vuil hij precies naar binnen trekt. Wel merk je dat de stofzuiger niet altijd even soepel stuurt en dat de vloerborstel wat stroef kan aanvoelen. Het onderhoud daarentegen is eenvoudig: alle onderdelen klik je los en maak je zelf schoon wanneer het apparaat daar aan toe is.

Dreame V30 kopen?

Hoewel de Dreame V30 echt geen perfecte steelstofzuiger is, is dit wel een prettig apparaat waarmee je flink wat gedaan krijgt. De zuigkracht is hoog genoeg, de bediening is eenvoudig en het onderhoud is minimaal. De wendbaarheid, het plaatsen op de oplaadbasis en de laser op de kop laten nog wat te wensen over, maar je haalt dan ook geen Dyson of AI Jet van Samsung in huis. In het kader van gemak en prijs-kwaliteit is de Dreame V30 dan ook een dikke aanrader.

▼ Volgende artikel
ZinVolt helpt je kiezen: thuisbatterij kopen of wachten?
© ZinVolt
Energie

ZinVolt helpt je kiezen: thuisbatterij kopen of wachten?

De salderingsregeling loopt op z’n eind, terugleverkosten stijgen en de winter staat voor de deur. Is het slim om nu al een thuisbatterij te kopen of kun je beter nog even wachten? We zetten de belangrijkste feiten, voordelen en overwegingen op een rij, met de ZinVolt Base als voorbeeld van hoe toegankelijk energieopslag inmiddels is geworden.

Partnerbijdrage - in samenwerking met ZinVolt

De energiemarkt is volop in beweging. Steeds meer mensen met zonnepanelen merken dat hun terugleververgoeding daalt, terwijl vaste kosten juist stijgen. Energieopslag – je eigen zonnestroom bewaren voor later – klinkt dan steeds logischer. Toch twijfelen veel mensen: is het nú het moment om een thuisbatterij te kopen, of kun je beter nog even afwachten?

Waarom dit hét moment is om te oriënteren

De salderingsregeling stopt in 2027 in één keer. Tot die tijd mag je nog verrekenen wat je opwekt met wat je verbruikt, maar de vergoeding voor teruggeleverde stroom wordt steeds kleiner. Tegelijkertijd rekenen energiebedrijven hogere terugleverboetes voor stroom die je terug het net in stuurt. Kortom: zelf je zonnestroom gebruiken wordt steeds waardevoller, en juist dáár komt een thuisbatterij van pas. Daarmee laad je overdag op met zonne-energie en gebruik je die 's avonds, zonder het net te belasten.

©ZinVolt

Wat kost een thuisbatterij anno 2025?

De prijs hangt vooral af van de capaciteit. Een compacte batterij van 4 kWh kost rond de 3500 euro tot 4500 euro. Grotere systemen met 8 kWh of meer lopen richting de 6000 à 7000 euro, inclusief btw en installatie. Plug & play-systemen zoals de ZinVolt Base drukken die prijs flink, omdat er geen installateur nodig is: je steekt hem gewoon in het stopcontact en de slimme software doet de rest.

Daarnaast kun je bij het gebruik van een dynamisch energiecontract vaak 21 procent btw terugvragen. Dat scheelt honderden euro's en maakt de terugverdientijd een stuk korter.

Wat levert het op?

Een thuisbatterij maakt je minder afhankelijk van energieleveranciers. Je gebruikt meer van je eigen zonnestroom en minder dure netstroom tijdens piekuren. Bij een gemiddeld huishouden met zonnepanelen kan dat je honderden euro's per jaar schelen, afhankelijk van verbruik en contract.

Nog een voordeel: je hebt grip op je energiestromen. Een slimme batterij zoals de ZinVolt Base laadt automatisch op als stroom goedkoop is en levert terug als de prijs hoog is. Alles verloopt soepel via de meegeleverde app en de P1-dongle die met je slimme meter praat.

©ZinVolt

De winterfactor

Maar wacht even: 's winters wek je toch veel minder zonne-energie op? Klopt, maar juist dan kan een batterij handig zijn. Overdag laden met goedkope dalstroom, 's avonds gebruiken tijdens de duurdere piekuren – dat levert direct winst op bij dynamische contracten.

Daarnaast geeft het systeem een stukje zekerheid. De ZinVolt Base heeft bijvoorbeeld standaard een noodstroomstopcontact. Valt de stroom uit, dan blijven je koelkast, modem en verlichting gewoon aan. Handig, zeker gedurende de winter wanneer storingen vaker voorkomen.

Wachten of nu instappen?

Er zijn redenen om even af te wachten. De technologie wordt steeds efficiënter en prijzen dalen langzaam. Toch kiezen veel mensen ervoor om nu al te starten, juist omdat:

  • de salderingsregeling binnenkort echt verdwijnt

  • terugleverkosten blijven stijgen

  • levertijden oplopen nu de vraag toeneemt

  • btw-teruggave niet voor altijd gegarandeerd blijft

Een systeem zoals de ZinVolt Base is bovendien modulair: je kunt klein beginnen met 4 kWh en later uitbreiden naar 8 kWh of zelfs 24 kWh. Zo groei je mee met je huishouden, zonder opnieuw te hoeven investeren in een compleet ander systeem.

©ZinVolt

Wat de slimme keuze nu is

Wie zijn zonne-energie optimaal wil benutten, doet er goed aan zich nú te oriënteren. Wachten kan altijd, maar de kans is groot dat je dan hogere kosten hebt en langer op levering moet wachten.

Met een plug & play-oplossing zoals de ZinVolt Base kun je alvast klein beginnen. Je hebt geen installateur nodig, geen verbouwing in je meterkast en je kunt meteen profiteren van lagere netafhankelijkheid.

Persoonlijk advies van ZinVolt

Twijfel je nog of een thuisbatterij in jouw situatie loont? Bij ZinVolt kun je vrijblijvend een adviesgesprek aanvragen. Een expert bekijkt samen met jou je verbruik, zonnepanelen en toekomstplannen, zodat je precies weet wat slim is om te doen.
👉 Plan direct je adviesgesprek

De slimme stap vooruit

De thuisbatterij is niet langer toekomstmuziek, maar een logische volgende stap in slim energiegebruik. De ZinVolt Base laat zien hoe eenvoudig dat inmiddels kan: insteken, koppelen, klaar. Of je nu alvast wilt besparen of je voorbereidt op de winter, de stap naar energievrijheid begint hier. Reserveer de ZinVolt Base nu voor 50 euro en betaal bij levering het restbedrag!

👉 Ook een ZinVolt Base in huis?

Ontdek alle details en claim jouw plek via de officiële pre-orderpagina!