ID.nl logo
Dit zijn de verschillen tussen een centraal en decentraal ventilatiesysteem
© amixstudio
Energie

Dit zijn de verschillen tussen een centraal en decentraal ventilatiesysteem

Het ventileren van je woning is erg belangrijk, maar er zijn verschillende manieren om dit te doen. In dit artikel bespreken we welke opties je hebt voor ventilatie. Ook gaan we dieper in op de verschillen tussen centrale en decentrale ventilatiesystemen.

In dit artikel vertellen we je: • Uit welke ventilatiemogelijkheden je kunt kiezen. • Wat de verschillen zijn tussen centrale en decentrale ventilatiesystemen. • In welke situatie je het beste voor welk ventilatiessyteem kunt kiezen. • Wat je ongeveer kwijt bent voor een ventilatiesysteem.

In principe is ventileren niet meer of minder dan het aanvoeren van verse lucht en het afvoeren van vuile lucht. Frisse lucht zorgt voor een aangenamer binnenklimaat, voorkomt vochtproblemen en vermindert gezondheidsproblemen. Daarnaast kan goede ventilatie bijdragen aan een lagere energierekening. Het is dus geen slecht idee om je te verdiepen in de verschillende soorten ventilatiesystemen.

Ventileren kan op deze manieren

Het ventileren van je huis kan op verschillende manieren. Zo bestaat er natuurlijke ventilatie in de vorm van kieren en gaten, ventilatieroosters en het regelmatig openzetten van ramen en deuren. De laatstgenoemde optie is het minst effectief, omdat je de ramen en deuren in de wintermaanden vanwege de kou doorgaans niet voor een langere tijd open laat. 

Daarnaast kun je kiezen voor mechanische ventilatie. Er zijn zowel volledig mechanische ventilatiesystemen als gecombineerde systemen. In het laatste geval is er bijvoorbeeld sprake van een natuurlijke toevoer en een mechanische afvoer of juist andersom. Als het systeem zowel over een mechanische toevoer als een mechanische afvoer beschikt, spreken we van balansventilatie. Het ventilatiesysteem zorgt namelijk voor een evenwicht, oftewel balans, tussen de aan- en afvoer van lucht. 

Balansventilatie maakt over het algemeen gebruik van warmteterugwinning (WTW). De luchtstromen bij een dergelijk systeem zijn gescheiden. De ene regelt de aanvoer van verse lucht van buiten en de andere zorgt voor de afvoer van vervuilde binnenlucht. De WTW-unit bevat een warmtewisselaar die de warmte van de afgevoerde binnenlucht overdraagt op de koelere buitenlucht die wordt aangevoerd. Hierbij mengen de twee luchtstromen niet. Doordat de verse binnenlucht automatisch wordt verwarmd door de oude lucht, hoef je minder te stoken. Het ventilatiesysteem bevat doorgaans ook filters om de verse buitenlucht te filteren voordat de lucht het huis in wordt geblazen. 

Ook interessant: Dit is waarom je je slaapkamer elke dag zou moeten luchten

Centrale of decentrale ventilatie: dit zijn de verschillen

Een centraal ventilatiesysteem bestaat uit één apparaat dat de aan- en afvoer van lucht in alle aangesloten ruimtes regelt. Die ruimtes staan in verbinding met elkaar door middel van een buizennetwerk. Centrale ventilatie kan voor alle kamers in je woning gebruikt worden, maar je kunt er ook voor kiezen om alleen het toilet, de badkamer en de keuken aan te sluiten op het centrale systeem. 

Bij decentrale ventilatie is er juist sprake van een apart apparaat per ruimte. Dat betekent dat je in elke ruimte die je mechanisch wilt ventileren dus een apart ventilatiesysteem moet aanbrengen. Er is dan ook geen luchtdoorstroom tussen de verschillende ruimtes van je woning. Beide opties hebben zo hun voor- en nadelen. Of je beter voor een centraal of decentraal systeem kunt kiezen, hangt niet alleen af van je wensen, maar ook van je woonsituatie. 

©ronstik

Moet ik kiezen voor een centraal of decentraal ventilatiesysteem?

Een centraal ventilatiesysteem klinkt als de meest aantrekkelijke keuze, maar voor een bestaande woning is de installatie ervan erg ingrijpend. Hoewel je maar één systeem nodig hebt om alle kamers in huis te ventileren, moet de lucht ook ergens doorheen verplaatst worden. Dit gebeurt door middel van een netwerk van buizen. In oudere woningen is hier bij de bouw geen rekening mee gehouden. Dat betekent dat er veel boorwerk moet plaatsvinden, zoals in de plafonds en muren. Daarnaast lopen de buizen – doorgaans afgewerkt met koven – voor een deel door de kamers, waardoor je effectieve ruimte in je woning mist. De ventilatiekanalen kunnen ook nog eens voor de nodige geluidshinder zorgen. 

Met een centraal ventilatiesysteem bespaar je energie doordat je maar één systeem hoeft te laten draaien, maar de aanschaf van de unit zelf is vaak duurder dan van een aantal decentrale systemen (tenzij je natuurlijk alle ruimtes van een decentrale unit voorziet). De nadelen voor bestaande woningen zijn echter niet zomaar te overzien. Je kunt dan ook het beste kiezen voor centrale ventilatie als je voor een nieuwbouwwoning kiest. Het ventilatieplan moet dan wel af zijn voordat de woning gebouwd is. Je kunt er ook voor kiezen als je al van plan bent om flink te verbouwen. 

Decentrale ventilatie is een goede optie als je minder geld wilt uitgeven aan je ventilatie en niet per se elke ruimte mechanisch wilt ventileren. Het plaatsen van dit systeem heeft minder impact omdat er geen boorwerk noodzakelijk is. Aan de andere kant moet je wel meerdere ventilatiesystemen plaatsen, wat weer ruimte in beslag neemt. Meerdere systemen betekent ook meer stroomverbruik. Doordat er geen ventilatiekanalen nodig zijn, is er van geluidshinder echter vrijwel geen sprake. Een decentraal systeem is vooral aan te raden in bestaande woningen, waarbij je zonder een al te drastische verbouwing de belangrijkste kamers in huis goed kunt ventileren. 

Dit zijn de prijzen van centrale en decentrale ventilatiesystemen

De prijzen van een ventilatiesysteem zijn afhankelijk van het type dat je kiest. Centrale mechanische ventilatie met natuurlijke luchtaanvoer of -afvoer kost tussen de 3.500 en 4.000 euro, terwijl je voor centrale balansventilatie al snel tussen de 6.500 en 8.500 euro betaalt. Bij een decentrale unit kun je rekenen op zo'n 650 euro per apparaat als er sprake is van natuurlijke luchtafvoer. Bij balansventilatie kom je uit op 1.000 tot 1.500 euro per unit. Een goedkopere oplossing is het plaatsen van een inbouwventilator in een kleine ruimte zoals het toilet of in de badkamer. Zo'n ventilator heb je al voor een paar tientjes en voert de vuile lucht af via een opening in het dak of in de muur.

Lees ook: Luchtreiniger in huis? Ook dan moet je ventileren!


💡 Tip: Neem een vakman in de arm wanneer je ventilatie wilt aanleggen!

Vraag een offerte aan voor aannemers:

▼ Volgende artikel
Kan een Quooker op elke plek in de keuken? Dit moet je weten voor installatie
© Quooker
Huis

Kan een Quooker op elke plek in de keuken? Dit moet je weten voor installatie

Een Quooker is handig, veilig en energiezuinig. Maar voordat je zo'n systeem in huis haalt, is het goed om te weten of je keuken er eigenlijk wel geschikt voor is. Kan een Quooker zomaar onder elke gootsteen worden geplaatst? Past het reservoir altijd in het kastje? En hoe zit het met stroom, ventilatie en leidingen? In dit artikel leggen we uit waar je op moet letten.

Quooker (laten) installeren? Dan moet je hieraan denken:
  • Ruimte onder de spoelbak
  • Stopcontact en stroomvoorziening
  • Ventilatie in het keukenkastje
  • Bereikbaarheid van de waterleidingen
  • Situaties waar extra aandacht nodig is

Lees ook: Hoe werkt een Quooker eigenlijk?

Ruimte onder de spoelbak

Het hart van een Quooker-systeem is het reservoir. Dit staat in het keukenkastje onder de kraan en neemt daar de nodige ruimte in. Het PRO3-reservoir, dat alleen kokend water levert, is 47 cm hoog en heeft een diameter van 15 cm. Het COMBI(+)-reservoir, dat ook warm water levert, is iets groter: 49 cm hoog en zo'n 20 cm in diameter.

Bij sommige Quooker-kranen, zoals de Flex, komt er ook een uittrekbare slang onder het aanrechtblad te hangen. Houd in dat geval rekening met extra ruimte: zo'n 40 cm hoogte onder het blad is wenselijk.

Heb je gekozen voor een Quooker met CUBE, waarmee je ook gekoeld en bruisend water kunt tappen? Dan komt er een aparte koelunit én een CO₂-cilinder bij. Die nemen extra ruimte in beslag: de koelunit is vergelijkbaar met het reservoir, en de cilinder is ongeveer zo groot als een wijnfles. Controleer dus vooraf of je keukenkastje groot genoeg is – zeker als je ook al een COMBI-reservoir gebruikt.

Een vaak onderschat aandachtspunt is de positie van de spoelbak. Die hangt in veel keukens diep in het aanrechtblad en kan deels in het kastje uitsteken. Hierdoor blijft er minder bruikbare ruimte over voor het reservoir. Ook aanwezige sifons of lades kunnen in de weg zitten. Heb je een uittreklade in plaats van een kastdeurtje? Dan is de kans groot dat er maatwerk nodig is of dat de lade niet meer bruikbaar is.

💡 Tip: meet het kastje goed op en controleer niet alleen de vrije hoogte, maar ook de diepte, breedte en de plek van afvoerbuizen.

©Paul Bradbury/KOTO

Stopcontact en stroomvoorziening

Een Quooker werkt op elektriciteit. Je hebt dus altijd een geaard stopcontact nodig in het keukenkastje. Dat stopcontact moet goed bereikbaar zijn en bij voorkeur vrij van andere apparaten. Gebruik geen verlengsnoer of stekkerblok: het systeem staat permanent onder stroom, en goede aarding en beveiliging zijn cruciaal.

Het stroomverbruik hangt af van het type reservoir. Een PRO3 heeft gemiddeld een vermogen van zo'n 1600 watt; een COMBI of COMBI+ kan pieken tot 2200 watt. In keukens met meerdere zware apparaten op één groep (zoals een inductiekookplaat, vaatwasser of oven) is het verstandig om een aparte groep voor de Quooker te overwegen.

Let op: in oudere woningen zijn er soms geen stopcontacten onder het aanrecht. Dan moet er een elektricien aan te pas komen.

Ventilatie in het keukenkastje

Hoewel een Quooker goed geïsoleerd is en weinig warmte afgeeft tijdens normaal gebruik, blijft ventilatie belangrijk. Zeker bij een COMBI(+) of wanneer je het systeem uitbreidt met een CUBE voor gekoeld en bruisend water, is goede luchtcirculatie in het kastje nodig.

De warmte die vrijkomt moet weg kunnen. Anders ontstaat er risico op condensvorming of oververhitting. Ventilatieroosters in het deurtje of in een zijwand van het kastje bieden een eenvoudige oplossing. Bij onvoldoende ventilatie kan de werking van het systeem minder efficiënt of instabiel worden.

Bereikbaarheid van de waterleidingen

Een Quooker wordt in ieder geval altijd aangesloten op de koudwaterleiding. Bij een COMBI-reservoir volstaat alleen een koudwateraansluiting. Kies je voor een COMBI+, dan zijn zowel koud- als warmwateraansluiting vereist. De leidingen moeten goed bereikbaar zijn en zich bij voorkeur in hetzelfde kastje bevinden. Soms is een verlengset nodig, bijvoorbeeld in oudere of afwijkende keukenopstellingen.

Tijdens het opwarmen loost het reservoir een kleine hoeveelheid expansiewater. Daarom moet het systeem altijd op een afvoer worden aangesloten, via de meegeleverde inlaatcombinatie en afvoerslang. Idealiter ligt deze afvoer lager dan het reservoir.

©Quooker

Situaties waar extra aandacht nodig is

In sommige keukens vraagt de installatie van een Quooker om extra voorbereiding: Carrouselkasten: weinig vlakke wandruimte voor het plaatsen van een reservoir of CUBE. Kastjes met volledig uittreklades: leiden vaak tot conflicten met het reservoir of de afvoer. Granieten of stenen werkbladen: voor het boren van het kraangat is speciaal gereedschap nodig. Dichte plinten of gesloten kastfronten: ventilatieroosters zijn dan onmisbaar.

Samenvattend

Een Quooker kan in de meeste keukens worden geplaatst, maar niet zonder voorbereiding. Controleer of er voldoende ruimte is onder de spoelbak, of er een geaard stopcontact beschikbaar is, en of de leidingen en afvoer goed bereikbaar zijn. Denk ook aan ventilatie en houd rekening met extra ruimte bij kranen met een uittrekslang.

Twijfel je of jouw keuken geschikt is? Laat je goed voorlichten door je keuken- of witgoedspecialist Dan kun je altijd een installateur inschakelen voor een keukenscan of een vrijblijvende beoordeling vooraf. Zo weet je zeker dat de montage soepel verloopt – en kun je straks probleemloos genieten van kokend water uit de kraan.

▼ Volgende artikel
Zo stel je een afbeeldingswachtwoord in op Windows
© sopix - stock.adobe.com
Huis

Zo stel je een afbeeldingswachtwoord in op Windows

Om de toegang tot je pc te beveiligen, denk je meestal aan een wachtwoord of pincode. Maar het is ook mogelijk om als slot een zelfgekozen afbeelding te gebruiken waarop je specifieke bewegingen uitvoert.

In dit artikel lees je hoe je een afbeelding gebruikt als wachtwoord voor Windows:

  • Open de Aanmeldingsopties in Instellingen
  • Kies een afbeelding en voer de gewenste gebaren uit
  • Verwijder of wijzig de afbeelding als het niet goed werkt

Eenmaal ingelogd is vergrendelen nog steeds handig: Verboden toegang voor onbevoegden: zo vergrendel je je pc

Aanmeldingsopties

Zo’n afbeeldingswachtwoord in Windows 11 is vooral interessant als je een pc met een touchscreen hebt. De gebaren die je op de afbeelding uitvoert, kunnen het trekken van lijnen, cirkels of tikbewegingen zijn. Dit heeft enkele voordelen. Met een persoonlijke afbeelding maak je de computer weer iets meer persoonlijk. Bovendien is een afbeeldingswachtwoord moeilijker te raden, omdat de gebaren op een specifieke afbeelding plaatsvinden. Ook kan dit een oplossing zijn voor mensen die moeite hebben met het onthouden van wachtwoorden. Uiteraard moet je de gebaren telkens op de correcte plaatsen en in de juiste volgorde uitvoeren. En je let er natuurlijk op dat niemand je gebaren kan zien.

Om een afbeeldingswachtwoord in te stellen, open je met Windows-toets+I het instellingenvenster van Windows en ga je naar Accounts / Aanmeldingsopties.

Ga via de instellingen naar de aanmeldingsopties.

Afbeelding en gebaren

Vervolgens selecteer je Afbeeldingswachtwoord en klik je op Toevoegen om het proces te starten voor het aanmaken van een afbeeldingswachtwoord. Eerst moet je het huidige wachtwoord invullen. Daarna klik je op Afbeelding kiezen om het plaatje te selecteren dat je wilt zien bij het aanmelden. Klik op Deze afbeelding gebruiken.

Vervolgens moet je drie gebaren uitvoeren op de afbeelding. Teken rechtstreeks op het scherm. In het volgende scherm moet je deze drie gebaren herhalen ter bevestiging. Je kunt altijd opnieuw beginnen door op de knop Opnieuw te klikken. Ben je klaar, dan klik je op Voltooien. Je ontvangt de melding De installatie is gelukt. Wanneer je je de volgende keer aanmeldt op je pc, dan zie je de afbeelding die je daarnet hebt geselecteerd.

Selecteer eerst de afbeelding waarop je de gebaren wilt toepassen.

Verwijderen en wijzigen

Wil je het afbeeldingswachtwoord later alsnog verwijderen, dan ga je weer naar Instellingen / Accounts / Aanmeldingsopties / Afbeeldingswachtwoord en klik je op Verwijderen. Ook wanneer je problemen ondervindt bij het ontgrendelen van Windows 10 en 11, kun je beter het afbeeldingswachtwoord wijzigen. In dat geval selecteer je op dezelfde plaats de optie Wijzigen.

Je kunt altijd het afbeeldingswachtwoord aanpassen of verwijderen.

Watch on YouTube