ID.nl logo
Zonnepanelen te duur? Zo financier je ze!
© Anna Czapnik
Energie

Zonnepanelen te duur? Zo financier je ze!

Zonnepanelen zijn een effectieve manier om je huis te verduurzamen én te besparen op je energierekening. Niet gek dat steeds meer daken in Nederland vol zonnepanelen liggen. De aanschaf en installatie ervan is echter niet goedkoop. We zetten verschillende mogelijkheden om zonnepanelen te financieren voor je op een rij.

Na het lezen van dit artikel weet je onder meer:

Subsidie

Er is geen landelijke subsidieregeling meer voor het kopen van zonnepanelen, maar wellicht is er vanuit de gemeente waar je woont nog wel iets mogelijk. Gemeenten mogen namelijk zelf bepalen welke energiebesparende maatregelen zij subsidiëren. De aanschaf van een zonneboiler valt trouwens nog wel onder de landelijke subsidieregeling. 

Wel is het mogelijk om subsidie te ontvangen als je met anderen zonnepanelen op het dak van een gebouw laat plaatsen. Dat kan in de vorm van een energiecoöperatie of als Vereniging van Eigenaars (VvE). De regeling staat bekend als de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking, oftewel SCE. Sinds 1 april 2021 vervangt de SCE de postcoderoosregeling.

Als je gemeente geen subsidies op zonnepanelen aanbiedt en de SCE geen optie is, zijn er genoeg andere manieren om de aankoop van zonnepanelen toch mogelijk te maken.

Disclaimer Geld lenen kost geld! Sluit nooit een lening af zonder op de hoogte te zijn van de voorwaarden. Probeer zonnepanelen (voor zover mogelijk) met eigen middelen te financieren om kosten te besparen.

©Maksym Yemelyanov

Hypotheek

Het is vaak mogelijk om een hypotheek af te sluiten voor het verduurzamen van je woning. Als je al een hypotheek hebt, kun je de bestaande hypotheek verhogen. Niet alle banken en hypotheekverstrekkers werken hier aan mee, zelfs niet als je gebruikmaakt van de Nationale Hypotheek Garantie. Het kan dan mogelijk zijn om een extra hypotheek af te sluiten bij een bank die dat wel aanbiedt.

Normaal gesproken kun je maximaal 100 procent van de woningwaarde lenen, maar als je investeert in energiebesparende maatregelen, mag dat maximaal 106 procent van de woningwaarde zijn. Er geldt over het algemeen een maximum van 9.000 euro voor het aanschaffen van bijvoorbeeld zonnepanelen, een warmtepomp of isolatie. Heb je een nul-op-de-meterwoning of energieneutrale woning (EPC0)? In dat geval is het maximale extra leenbedrag 25.000 euro. 

Uiteraard moet je (gezamenlijke) inkomen voor het extra leenbedrag wel toereikend zijn. Ook moet je het extra geleende bedrag daadwerkelijk aan energiebesparende maatregelen uitgeven. Het is dan ook belangrijk om je aankoopbewijzen goed te bewaren.

Hoewel je maandelijks een hoger bedrag kwijt bent aan je hypotheek, zorgen de zonnepanelen ervoor dat de energiekosten omlaag gaan. De totale woonlasten zullen daardoor over het algemeen lager liggen. Uiteraard is deze rekensom onder meer afhankelijk van de rente op je hypotheek en de efficiëntie van je zonnepanelen.

©khwanchai

Energiebespaarlening

Naast het afsluiten van een extra hypotheek is het ook mogelijk om gebruik te maken van de Energiebespaarlening van het Nationaal Warmtefonds. Je kunt hierbij tussen de 1.000 en 65.000 euro lenen om energiebesparende maatregelen te treffen – ook voor het plaatsen van zonnepanelen. 

De rente bedraagt op het moment van schrijven – afhankelijk van de looptijd – tussen de 4,1 en 4,3 procent per jaar. De mogelijke looptijden zijn zeven, tien, vijftien of twintig jaar. Is je verzamelinkomen lager dan 48.625 euro per jaar? Dan betaal je helemaal geen rente voor de Energiebespaarlening. Hierdoor kunnen ook huishoudens met een lager inkomen hun huis verduurzamen.

Duurzaamheidslening

Omdat gemeenten het nemen van duurzame maatregelen (zoals het plaatsen van zonnepanelen) willen stimuleren, bieden veel gemeenten een Duurzaamheidslening aan. Naast zonnepanelen kun je ook financiering aanvragen voor een warmtepomp of het isoleren van je huis. Via de site van Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn) kun je zien of de Duurzaamheidslening ook in jouw gemeente beschikbaar is.

De rente van de Duurzaamheidslening is met 1,6 procent vrij laag. De looptijd bedraagt, afhankelijk van de hoogte van het leenbedrag, tien of vijftien jaar en staat gedurende de hele looptijd vast.

Persoonlijke lening

Een persoonlijke lening is voor verschillende doelen af te sluiten; zo ook voor de aanschaf en installatie van zonnepanelen. Het nadeel van het afsluiten van een persoonlijke lening is dat de rentepercentages vrij hoog zijn in vergelijking met de genoemde alternatieven. Afhankelijk van de looptijd betaal je al snel meer dan 8 procent rente.

Zonnepanelen huren?

Als je geen lening of hypotheek wilt afsluiten om zonnepanelen op het dak te kunnen plaatsen, kun je overwegen ze te huren. Verschillende aanbieders bieden zonnepanelen te huur aan. Het huren van tien zonnepanelen kost rond de 75 euro per maand, afhankelijk van het type zonnepanelen en de aanbieder ervan. 

Het huren van zonnepanelen heeft wel de nodige nadelen. Zo zit je langere tijd aan een huurcontract vast en zijn de zonnepanelen niet van jou. Het is vaak wel mogelijk de zonnepanelen na verloop van tijd over te nemen, maar daar zit wel een prijskaartje aan. Of het huren van zonnepanelen interessant is voor jouw situatie, is voor een groot deel afhankelijk van de energieprijzen. Door de afbouw van de salderingsregeling wordt het in elk geval steeds minder aantrekkelijk om zonnepanelen te huren. 

Meer weten over het huren van zonnepanelen en of het verstandig is? Je leest het op ID.nl.

In termijnen betalen

Naast het huren van zonnepanelen is het bij sommige aanbieders mogelijk om ze in termijnen te betalen. Het voordeel van betalen in termijnen in plaats van huren is dat de zonnepanelen direct jouw eigendom zijn. Dat heeft als voordeel dat je woningwaarde stijgt. Het is wel belangrijk om te weten dat in termijnen betalen een vorm van lenen is. Je bent aan het eind van de rit een stuk meer geld kwijt dan als je de zonnepanelen in één keer had afbetaald.

▼ Volgende artikel
Review Amazon Kindle Paperwhite (2024) – Geen echt grote stap vooruit, maar toch de moeite waard
© Wesley Akkerman
Huis

Review Amazon Kindle Paperwhite (2024) – Geen echt grote stap vooruit, maar toch de moeite waard

Op papier (!) voegt de Amazon Kindle Paperwhite niet ontzettend veel toe. Maar de aanpassingen kunnen wel waardevol zijn voor iedereen die al jaren een (verouderde) Kindle-versie heeft. Wat brengt de 2024-variant?

Uitstekend
Conclusie

Hoewel we enthousiast zijn over de Amazon Kindle Paperwhite (2024) en de aanpassingen zeker de moeite waard vinden, betekent dat niet dat we iedereen aanraden om over te stappen vanaf het 2021-model – want daarvoor zijn de stappen te klein. Maar heb je een veel ouder model, dan kun je dat met een gerust hart wél doen. De basis is vertrouwd gebleven, en ondanks een paar kleine minpunten is dit zeker geen miskoop.

Plus- en minpunten
  • Sneller
  • Hoger contrast
  • Groter scherm
  • Geen echte grote stap vooruit
  • Bekende minpunten

We vallen meteen met de deur in huis. Mocht je de 2021-versie van de Amazon Kindle Paperwhite gekocht hebben, dan zal de stap naar de 2024-variant te klein zijn om opnieuw 180 euro uit te geven aan een (eerlijk is eerlijk: voortreffelijke) e-reader. Maar als jouw Kindle uit 2018 of eerder komt, dan is het wél tijd om de overstap te maken. De Amazon Kindle van de twaalfde generatie heeft namelijk twee belangrijke en waardevolle aanpassingen.

Ten eerste is het systeem nu tot 25 procent sneller. Amazon geeft weinig informatie vrij over de processor en andere specificaties; maar als je een oude en nieuwe Kindle naast elkaar houdt, merk je dat verschil. Het menu reageert vlotter op je aanrakingen, waardoor je minder lang hoeft te wachten. Dit is met name merkbaar wanneer je iets moet intypen, als je een boek zoekt bijvoorbeeld.

Daarnaast is het scherm ten opzichte van de 2021-editie is het scherm met een inch gegroeid. Er past nu net wat meer op het scherm: wat ons betreft betekent dat vooral meer leesplezier. Dat hij daardoor een paar gram zwaarder en wat groter is dan de voorgaande Paperwhite mag eigenlijk geen naam hebben. Met een gewicht van 211 gram en een scherm van 7 inch blijft de 2024-variant namelijk nog steeds een e-reader die niet zwaar of ontzettend groot is. Het is nog steeds een compact apparaat dat je vrijwel overal mee naartoe kunt nemen.

©Wesley Akkerman

Kleine frustratie

Het apparaat ligt lekker in de hand, maar is tevens ontzettend glad waardoor we een hoesje eigenlijk verplicht vinden. Zo voorkom je dat je de e-reader stevig vast wilt houden, waardoor je mogelijk met je duim op het e-inkt-scherm tikt.

Tikken op het scherm betekent dat je van pagina wisselt in een boek of comic. Dat wil je natuurlijk niet per ongeluk doen, want dat kan je een beetje uit het lezen halen. Het is geen groot probleem, maar wel een kleine smet op de ervaring. Verder hebben we weinig aan te merken op het ontwerp. Onderop zit de knop waarmee je hem uit de slaapstand haalt. Ook zit hier de usb-c-poort waarmee je hem oplaadt. De accu kan het tot drie maanden uithouden.

©Wesley Akkerman

(Bijna) hetzelfde, verbeterd

Net als bij andere Kindle-modellen kun je de kwaliteit van het scherm aanpassen op je eigen zicht. Zo heb je verschillende niveaus van helderheid, die er zowel in de avond als overdag prima uitzien. Daarnaast ben je in staat de warmte van het scherm te veranderen. Dan maak je de digitale pagina's in feite meer geel dan wit, maar dat vinden we geen groot probleem. Na een seconde is je zicht daaraan gewend en lees je de woorden prettig van het schermpje. Ook de contrastverhouding is nu hoger. Dat zie je voornamelijk wanneer je comics of graphic novels leest. Een verbetering waarvan we zeggen: meer dan welkom. Maar...

©Wesley Akkerman

Oude(re) Kindle vervangen of niet?

...Ondanks de verbeteringen wat betreft snelheid, schermgrootte en de hierboven beschreven contrastverhouding is de sprong tussen de variant uit 2021 en deze uit 2024 ook weer niet zó groot dat we meteen roepen dat je er nu een moet bestellen. Ja, de ervaring is beter – maar ook weer niet zó veel beter.

Daarnaast is het jammer dat Amazon de Amazon Kindle Paperwhite voorziet van slechts 16 GB aan opslagruimte. Nu zal dat voor je verzameling oude en nieuwe boeken en novels meer dan voldoende zijn, maar fans van audioboeken kunnen beter naar een model kijken met iets meer ruimte. De Paperwhite Signature Edition heeft bijvoorbeeld 32 GB aan opslagruimte, maar kost met 199 euro ook meteen twee tientjes meer.

©Wesley Akkerman

Een Kindle zoals verwacht

Het zal niemand verrassen dat de Amazon Kindle Paperwhite presteert zoals verwacht. Zoals altijd kun je heel fijn je boeken lezen op dit apparaat, zonder vermoeide ogen. De interface is toegankelijk en boeken aanschaffen is zo gepiept. Dat kan direct op de e-reader, met een Amazon-account, of via de website. Dan worden ze naar de e-reader gestuurd. Gekochte boeken worden verder netjes gepresenteerd op het thuisscherm van het apparaat. Zoals altijd is het ook mogelijk gratis epubs met een omweg naar het product te sturen.

Het apparaat biedt een aantal opties voor het aanpassen van de tekstgrootte en het lettertype, maar voelt tegelijkertijd ook een beetje beperkt. We zien graag meer opties in het menu staan. Daarnaast is het jammer dat de nieuwe Paperwhite geen koptelefoonaansluiting heeft en dat je voor luisterboeken bent aangewezen op bluetooth – zeggen we in het kader van veelzijdigheid.

©Wesley Akkerman

Amazon Kindle Paperwhite kopen?

Hoewel we enthousiast zijn over de Amazon Kindle Paperwhite (2024) en de aanpassingen zeker de moeite waard vinden, betekent dat niet dat we iedereen met een 2021-model aanraden om over te stappen – want daarvoor zijn de stappen te klein. Maar heb je een veel ouder model, dan kun je dat met een gerust hart wél doen. De basis is vertrouwd gebleven, en ondanks een paar kleine minpunten is dit zeker geen miskoop.

▼ Volgende artikel
Vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie: welk model vriezer moet ik kiezen?
© Hedgehog94
Huis

Vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie: welk model vriezer moet ik kiezen?

Of het nu gaat om pizza's, ijs of zelf ingevroren maaltijden: een goede vriezer is onmisbaar. Maar kies je voor een vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie? In dit artikel zetten we de verschillen op een rij, zodat jij de beste keuze kunt maken.

⏱ Dit artikel in het kort:

Een nieuwe vriezer kopen? Bedenk dan goed waar je het meeste aan hebt: een vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie. Een vrieskast is een staande vriezer met overzichtelijke lades, die er van buiten uitziet als een koelkast. Een vrieskist is een liggende vriezer met veel opbergruimte (tot wel 600 liter). Een koelvriescombinatie combineert een koelkast en vriezer in één apparaat en heeft vaak een relatief klein vriesgedeelte.

Lees ook: Hier moet je op letten bij de aanschaf van een nieuwe vriezer

Voordat je je zoektocht naar het juiste model vriezer start, is het belangrijk om te bepalen hoeveel vriesruimte je nodig hebt. Het zou zonde zijn als je een duur apparaat in de keuken of schuur hebt staan dat uiteindelijk te weinig opbergruimte blijkt te hebben, of juist een apparaat dat altijd maar tot de helft gevuld is en daardoor onnodig veel energie verbruikt. Of je nu een vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie kiest: voor alle modellen geldt dat je zo'n 50 liter vriesruimte per persoon rekent. Bestaat jouw huishouden uit vier mensen, dan heb je dus een vriezer met een inhoud van minstens 200 liter nodig. Met z'n tweeën heb je vaak genoeg aan 100 tot 150 liter.

Vrieskast

Een vrieskast lijkt door zijn verticale model veel op een koelkast, met als verschil dat de gehele kast bedoeld is om te vriezen. De binnenkant van een vrieskast bestaat dan ook uitsluitend uit lades. Het fijne daaraan is dat een vrieskast erg overzichtelijk is: als je ervoor staat, zie je in één oogopslag welke producten waar liggen. Dat is anders bij een vrieskist, waarin diepvriesproducten op elkaar gestapeld liggen in één groot vriesvak. Ook kun je in een vrieskast over het algemeen erg veel producten kwijt, in tegenstelling tot bijvoorbeeld het compacte vriesgedeelte van een koelvriescombinatie. Vrieskasten zijn er ook in tafelmodellen, die ideaal zijn voor kleinere keukens of huishoudens. Een tafelmodel plaats je bijvoorbeeld onder het keukenblad, waardoor hij geen extra ruimte in je keuken inneemt.

©carballo

Vrieskist

Iets minder populair dan de vrieskast en koelvriescombinatie is de vrieskist: een liggende vriezer met een deksel bovenop. Het voordeel van dit type vriezer is ook meteen een nadeel: een vrieskist is erg groot, waardoor hij niet in de gemiddelde keuken past. Vrieskisten scoren ook op esthetisch gebied wat minder hoog, waardoor de meeste mensen dit apparaat sowieso niet snel in de keuken zouden plaatsen. Toch kunnen vrieskisten juist vanwege hun grote formaat ontzettend handig zijn. Bijvoorbeeld als je vaak in bulk koopt, hobbykok bent, een moestuin hebt of in de zomer veel ijsjes of ijsblokjes wilt bewaren. Sommige vrieskisten hebben zelfs een netto inhoud van 600 liter! Als je ruimte overhebt in je schuur of garage en vaak voedsel invriest, is een vrieskist dus zeker het overwegen waard. Vrieskisten zijn daarnaast relatief goedkoop én energiezuinig, omdat de kou na het openen van het deksel direct weer terug in de kist 'valt'. Het apparaat hoeft na openen dus niet extra hard te werken om de vriesruimte weer op de juiste temperatuur te krijgen.

Lees ook: Een vrieskast in de schuur of garage? Een koud kunstje!

©Vinícius Bacarin

Coole tip: invriezen in diepvriesbakjes

Dan kun je lekker stapelen!

Koelvriescombinatie

Veruit de meeste huishoudens hebben een koelvriescombinatie: een koelkast en vriezer ineen. De vriezer bevindt zich meestal boven of onder het koelgedeelte. Zo'n koelvriescombinatie is natuurlijk hartstikke handig, want het bespaart een hoop ruimte in de keuken. Ook is een koelvriescombinatie over het algemeen goedkoper dan een losse koelkast en vriezer. En omdat er maar één compressor hoeft te draaien, is een koelvriescombinatie vaak ook energiezuiniger dan twee losse apparaten bij elkaar. Maar zo'n twee-in-één-apparaat heeft ook een nadeel: je kunt er veel minder diepvriesproducten in kwijt dan in een losse vrieskast of -kist. Vaak beslaat de koelruimte het grootste gedeelte van het apparaat, en blijven er drie tot vijf lades over voor het vriezen. Voor een gemiddeld gezin dat af en toe wat invriest is dat meestal wel voldoende. Heb je meer vriesruimte nodig, bijvoorbeeld omdat je vaak aanbiedingen koopt of aan mealpreppen doet? Dan heb je aan een koelvriescombinatie mogelijk niet genoeg en is een vrieskast of -kist voor jou een beter idee.

©Indofootage

Extra functies

Als je eenmaal besloten hebt voor welk type vriezer je gaat, zou je ook nog kunnen kijken welke functies je wilt dat het apparaat heeft. Veel moderne vrieskasten, -kisten en koelvriescombinaties beschikken over allerlei slimme functies die helpen om voedsel langer vers te houden en het apparaat efficiënt te laten werken. Zo hoef je met No Frost nooit meer te ontdooien, is de snelvriesfunctie handig voor het snel invriezen van nieuwe boodschappen en voorkomt een deuralarm dat warme lucht de vriezer binnendringt. Bij vrieskisten is binnenverlichting extra belangrijk, zodat je niet eindeloos hoeft te graaien als je een product zoekt. Let ook op het energielabel van je nieuwe vriezer, want vriezers vreten behoorlijk wat stroom. Wil je een zo zuinig mogelijk apparaat, ga dan voor een vriezer met energielabel C of hoger (tot A). Je kunt ook het energieverbruik in kWh/jaar gebruiken om apparaten te vergelijken; dit geeft het absolute verbruik van een vriezer aan.