ID.nl logo
Het verbruik van de warmtepomp, zelfs als het buiten vriest
© © 2014 Verena Matthew
Energie

Het verbruik van de warmtepomp, zelfs als het buiten vriest

Met een warmtepomp heb je minder gas nodig. Het apparaat haalt de energie die nodig is om het huis te verwarmen uit de omgeving. Afhankelijk van het type warmtepomp is de energiebron de bodem, de lucht of het grondwater. Maar wat als het buiten vriest dat het kraakt? Betaal je je dan blauw aan elektriciteit?

In dit artikel willen we je inzicht en handvatten geven, zodat je je afgaande op je eigen situatie een idee kunt vormen van het verbruik, hoe een warmtepomp presteert bij streng winterweer en wat het gevolg is voor je energierekening. Maak je borst nat, want we moeten best wat zaken op een rij zetten.

Je hebt je huis goed geïsoleerd en je overweegt een warmtepomp aan te schaffen. Logisch dat je met vragen zit. Wat mag je van de elektriciteitsfactuur verwachten? En zal de warmtepomp het redden wannneer het buiten vriest? Wil je daarop antwoord zelf berekenen dan moet je het warmteverlies kennen en daarna moet je de prestatiecoëficiënt goed interpreteren,want die fluctueert met de buitentemperatuur. We leggen stapsgewijs uit hoe je dat doet.

Ook interessant: De energierekening in 2024: dit verandert er voor jou

Het nieuwe normaal

Laten we beginnen met een geruststellende boodschap wat betreft comfort. De warmtepomptechnologie komt uit Scandinavië en daar zijn ze 's winters heel wat meer gewend dan in Nederland. Bij Weeronline lezen we dat Nederland slechts 34 dagen heeft met een minimum onder nul. Het aantal vorstdagen is sinds halverwege vorige eeuw afgenomen van 42 naar 34 dagen.

Strenge vorst, waarbij de temperatuur onder de -10°C zakt, komt gemiddeld één keer per winter voor. Daarom hoef je je met een warmtepomp die zelfs een buitentemperatuur van -20° aan kan absoluut geen zorgen te maken. Uiteraard gaan we ervan uit dat de woning fatsoenlijk is geïsoleerd. Bovendien is de technologie van de warmtepompen de afgelopen tien jaar enorm geëvolueerd. 

©Weeronline

Het aantal dagen waarop het vriest in Nederland daalt nog steeds en is nu beperkt tot 34.

Drie belangrijke factoren

Voordat we het verbruik tijdens die 34 dagen onder het vriespunt uitdiepen, moet je rekening houden met de drie factoren waarvan het verbruik afhankelijk is: de eigenschappen van het gebouw, de persoonlijke warmtebehoefte van de bewoners en het type warmtepomp.

De eigenschappen van het gebouw

Om het nodige vermogen van het verwarmingssysteem te kennen, moet je eerst het warmteverlies van de woning berekenen. Dit verlies bestaat uit twee delen. Eerst is er het verlies door de bouwschil (de buitenkant van de woning). Hier is de kwaliteit van de isolatie een belangrijke factor. Daarnaast is er het ventilatieverlies door luchtverversing en tocht.

Heb je een recent energieprestatiecertificaat van een onafhankelijk expert ontvangen, dan heeft die de berekening al gemaakt. Bij Viessmann staat een uitgewerkte online tool om zelf het warmteverlies vrij nauwkeurig te berekenen. Hier geef je de kwaliteit van de isolatie in, de oppervlakte van de ramen, de kwaliteit van de ramen, het ventilatiesysteem en het percentage van de woning dat moet worden verwarmd. Bovendien noteer je de gewenste binnentemperatuur en de koudste buitentemperatuur die het verwarmingssysteem moet kunnen opvangen. 

©Viessmann

Doorloop de verschillende stappen in de berekening en je leest het warmteverlies.

Inschatten op basis van het gemiddelde gasverbruik Er is nog een tweede, ietwat ruwere manier om de warmtebehoefte in kWh te schatten, waarbij je afgaat op het huidige jaarlijkse gasverbruik. Je vermenigvuldigt het gemiddelde gasverbruik in m³ met 10. Daarna corrigeer je dat resultaat door het verbruik van warmwater af te trekken met 100 m³ gas per bewoner.

Stel dat het gemiddelde gasverbruik per jaar 1.400 m³ is. Bestaat je gezin uit vier personen, dan corrigeer je dat door dit getal met 400 m³ te verminderen. Deze 1.000 m³ vermenigvuldig je met 10 om de warmtebehoefte in kWh te bepalen. 1000 m³ x 10 = 10.000 kWh.

Persoonlijke warmtebehoefte

Om het totale verbruik te vergelijken, moet je uiteraard rekening houden met de gewenste kamertemperatuur. Draag je 's winters graag een T-shirt binnen of ga je voor een warme trui? Als je de thermostaat 1°C hoger zet, zul je 6 procent meer verbruiken. Onderschat ook niet hoeveel warmwater je verbruikt. Dat is afhankelijk van het aantal bewoners en hun gewoonten. Gaan ze regelmatig in bad, gebruiken ze de douche met spaarkop of genieten ze graag vorstelijk van een rainshower?

Type warmtepomp

Het verbruik wordt ook bepaald door het type warmtepomp. Hoe hoger het rendement van de warmtepomp, hoe minder hij zal verbruiken – en dat vertaalt zich in de energierekening. Dat rendement wordt uitgedrukt in COP (Coefficient of Performance). Dat is de verhouding tussen opgenomen energie en afgegeven energie. Het gemiddelde van de meeste warmtepompen bedraagt 4.  Dat betekent dat er voor de productie van 4 kWh warmte 1 kWh elektriciteit nodig is. Bij een bodem-waterwarmtepomp ligt het rendement hoger.

SCOP Om warmtepompen met elkaar te kunnen vergelijken, gebruikt men eerder SCOP (Seasonal Coefficient of Performance). Eigenlijk is dat niets meer of minder dan een gemiddelde COP over een jaar, waarbij de seizoenen in een bepaalde regio zijn meegewogen. Dat seizoensrendement weerspiegelt het werkelijke energieverbruik gemeten over een volledig jaar en houdt zelfs rekening met temperatuurschommelingen en stand-by-periodes.

Verbruik warmtepomp inschatten

Om het verbruik van de warmtepomp te kunnen voorspellen, deel je het energieverbruik van de woning in kWh door de COP. Bijvoorbeeld een nieuwbouwwoning, waarin 150 m² wordt verwarmd en vier bewoners leven, heeft een gemiddeld jaarlijks verbruik voor verwarming en warm water van 14.000 kWh. Als je deze 14.000 kWh deelt door de COP van de warmtepomp krijg je een goed idee wat dit verbruik zal kosten met de warmtepomp. 

Bij een lucht-waterwarmtepomp met een COP van 4 bedraagt dat 14.000 : 4 = 3.500 kWh. Met een elektriciteitsprijs van € 0,37 kom je dan uit op ongeveer € 1.295 per jaar voor warm water en verwarming. Pas je dezelfde berekening toe op een bodem-waterwarmtepomp (14.000 : 5) x € 0,37, dan kom je uit op € 1.036 per jaar.

COP daalt bij lage temperatuur

Het rendement van de warmtepomp – de COP – is echter geen constante. Bij een bodemwarmtepomp die zijn energie diep vanuit de ondergrond haalt, is de brontemperatuur redelijk stabiel: ongeveer 7°C. Maar bij een lucht-waterwarmtepomp moet de compressor harder werken wanneer het buiten kouder wordt, en de compressor verbruikt evenens stroom.

Het rendement van een warmtepomp neemt af bij lagere temperaturen, vooral als de buitentemperatuur onder het vriespunt zakt. Hieronder zie je de grafiek van een fictieve warmtepomp (lucht-water). Je ziet drie curves van dezelfde warmtepomp die het rendement tonen wanneer het cv-water wordt ingesteld op 35°C, 45°C en 55°C.

©Dirk Schoofs | ID.nl

De cv-watertemperatuur van 35°C geeft een veel hoger rendement dan 45° of 55°C.

De Temperatuur-lift

De COP is dus afhankelijk van het temperatuurverschil tussen de bron en het afgiftesysteem. Als het buiten 1°C is en de warmtepomp moet deze temperatuur optrekken naar 35°C, dan is het verschil 34°C. Dat verschil noemen we Tlift, of de lift in temperatuur. Die Tlift kan op twee manieren groter worden: doordat de buitentemperatuur daalt en/of doordat de temperatuur van het cv-water stijgt. Op de buitenluchttemperatuur heb je geen invloed.

Wat je wel kunt aanpassen, is de temperatuur van het cv-water bij het afgiftesysteem. Die uitvoertemperatuur wordt ingesteld door de installateur en heeft een belangrijke invloed op het rendement. De blauwe curve toont een veel hoger rendement dan de oranje of grijze curve, en dat bij elke buitentemperatuur. Dat betekent niet dat het binnenskamers kouder wordt wanneer de uitvoer is afgesteld op 35°C in plaats van 45°C. De regeling gebeurt op basis van een buitensonde en kamerthermostaat. Wanneer je de ingestelde binnentemperatuur kunt halen met 35°C watertemperatuur, zal de verwarming zuiniger werken. Dankzij een vuistregel weet je hoeveel de temperatuur-lift kost. 

De 2%-vuistregel Er is een vuistregel bij installateurs die bepaalt dat bij elke graad die je bij de cv-watertemperatuur verhoogt, het rendement van de cv-warmtepomp (de COP dus) met 2 procent daalt. Dat betekent meteen dat de energiekosten met 2 procent zullen stijgen.

Andersom is gelukkig ook waar. Voor elke graad minder van de cv-watertemperatuur zal de warmtepomp 2 procent zuiniger worden. De 2%-regel is een vuistregel die in de praktijk kan afwijken, maar hij toont wel degelijk het effect op het rendement als je de ingestelde watertemperatuur verhoogt of verlaagt.

20% duurder voor hetzelfde comfort 

Een voorbeeld maakt bovenstaande duidelijk. Bij twee identieke woningen (dezelfde isolatie, verwarmingssysteem, kamertemperatuur, aantal bewoners) verschilt slechts één ding: de cv-watertemperatuur. In woning A staat die ingesteld op 35°C, bij woning B staat die op 45°C. De buitentemperatuur is bij beide woningen 10°C. Dat betekent dat bij woning A de Tlift 25°C bedraagt (35 - 10), bij woning B is de Tlift 35°C (45 - 10).

Op basis van onze vuistregel geeft het verschil van 10°C een rendementsverschil van 20 procent. De eigenaar van woning B betaalt dus een vijfde méér voor zijn verwarming dan de eigenaar van woning A. 

Een model

De efficiëntie of de COP van de warmtepomp neemt af naarmate het kouder wordt. In onderstaande tabel gaan we uit van een lucht-waterwarmtepomp in een woning met een jaarlijks energiebehoefte van 13.689 kWh. Dat is een huishouden van vier personen dat voorheen 14.000 m³ gas gebruikte. We hanteren daarbij een gemiddelde elektriciteitsprijs € 0,37/kWh (januari 2024). Bij een buitentemperatuur van 10°C verbruikt de warmtepomp € 2,62 per dag. Wanneer de temperatuur naar 0°C daalt, dan spreken we over een verbruik van € 3,65 per dag. 

Rekening houdend met het feit dat er nauwelijks dagen zijn dat het kwik onder de -10°C zakt en dat er zelfs weinig dagen zijn met een gemiddelde temperatuur van -5°C, lijkt het ons niet zinvol om de energiekosten per maand te tonen. Op een vriesdag kunnen de stookkosten dus wel enkele euro’s per dag stijgen. Op jaarbasis valt dat mee in vergelijking met de cv-ketel. Bovendien kunnen zonnepanelen het verbruik ook nog compenseren.

Buitentemp. (°C) COPEnergieverbruik (kWh/dag) Energiekosten (€/dag)
206,65,7€ 2,10
155,66,7€ 2,48
105,37,1€ 2,62
54,58,3€ 3,08
03,89,9€ 3,65
−53,411,0€ 4,08
−102,813,4€ 4,96
−152,614,4€ 5,34
−202,316,3€ 6,03

Voor de volledigheid tonen we ook de gemiddelde temperaturen in Nederland van de afgelopen drie jaar, waarin je ziet dat er geen enkele maand is geweest met een gemiddelde temperatuur lager dan 3,6°C. Wat niet betekent dat je tijdens de 34 vriesdagen kou moet lijden, maar het helpt wel om een realistisch beeld te krijgen van hetgeen de warmtepomp gemiddeld zal verwerken. 

Jaarjanfebmrtaprmeijunjulaugsepoktnovdec
20235,85,778,713,519,418,117,617,513,27,86,9
20225,36,87,39,31417,118,62014,713,18,73,6
20213,44,36,46,711,218,21816,915,911,67,45,4

Bron: Wintergek.nl

Vraag een offerte aan voor isolatie:

▼ Volgende artikel
Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?

Ben je op zoek naar een nieuwe televisie? Grote kans dat de afkortingen je om de oren vliegen. 4K, OLED, QLED... en dan ook nog die eindeloze lijst aan HDR-formaten. Vandaag zoomen we in op een specifieke term die je vaak op de doos ziet staan, vooral bij televisies van Samsung, Panasonic en Philips: HDR10+. Is het een marketingkreet of zie je het echt?

Het is een bekend scenario: je staat in de elektronicawinkel of scrolt door een webshop, en de specificatielijst van je droomtelevisie lijkt wel een geheimtaal. Fabrikanten beloven gouden bergen met termen die indrukwekkend klinken, maar waarvan de betekenis vaak vaag blijft. Toch is het zonde om deze termen zomaar te negeren, want achter die cryptische afkortingen gaan technieken schuil die je filmavond aanzienlijk kunnen upgraden. Het gaat tegenwoordig namelijk niet meer alleen om hoeveel pixels je scherm heeft, maar vooral om de kwaliteit van die pixels. Om te begrijpen waarom die plus in de naam HDR10+ zo belangrijk is, moeten we terug naar de basis.

Eerst even terug: Wat is HDR ook alweer?

HDR staat voor High Dynamic Range. Simpel gezegd zorgt deze techniek ervoor dat de beelden op je tv een groter contrast en meer kleuren hebben. Het zwart is dieper zwart en de felle lichten, zoals een explosie of de zon, knállen echt van je scherm zonder dat de rest van het beeld flets wordt. De standaardvorm hiervan heet HDR10. Dit is de basislaag die bijna elke moderne 4K-televisie ondersteunt. Maar HDR10 heeft één beperking: hij bepaalt aan het begin van de film de instellingen voor helderheid en contrast, en houdt die vervolgens de hele film vast.

©ER | ID.nl

De plus maakt het dynamisch

Hier komt HDR10+ om de hoek kijken. Die plus staat eigenlijk voor dynamische metadata. In plaats van één instelling voor de hele film, stuurt HDR10+ extra informatie mee naar je tv. Hierdoor kan de televisie het beeld scène voor scène of zelfs frame voor frame aanpassen. Zie het als een lichttechnicus die continu aan de knoppen draait om te zorgen dat elk specifiek shot er perfect uitziet, in plaats van dat hij het licht aan het begin instelt en daarna rustig koffie gaat drinken.

Wanneer zie je het verschil echt?

Klinkt goed op papier, maar merk je dit in de praktijk? Het antwoord is ja, vooral in films met veel wisselingen tussen licht en donker. Stel, je kijkt een film die begint met een scène in een zonovergoten woestijn, gevolgd door een scène in een pikdonkere grot. Bij standaard HDR10 stelt de tv zich in op het gemiddelde van de hele film. Omdat die woestijn zo fel is, kan de grot-scène er daarna wat te donker of dichtgelopen uitzien, waardoor details in de schaduw wegvallen.

Bij HDR10+ krijgt je tv, zodra de camera de grot in gaat, een seintje dat het donker wordt en het contrast moet worden aangepast. Hierdoor zie je opeens wél de details op de rotswanden en de texturen in de schaduw, terwijl de felle scènes nog steeds spathelder blijven. Kortom, HDR10+ haalt meer detail uit zowel de donkerste schaduwen als de felste hooglichten, precies op het moment dat het nodig is.

©Gorodenkoff - stock.adobe.com

Wat heb je nodig?

Om van HDR10+ te genieten, moeten alle schakels in de ketting kloppen. Allereerst heb je een geschikte televisie nodig. Vooral Samsung is de grote aanjager van HDR10+, maar ook merken als Panasonic, Philips en TCL ondersteunen het vaak. Let er wel op dat LG en Sony meestal kiezen voor de concurrent Dolby Vision.

Daarnaast moet de content (de film of serie die je kijkt) in HDR10+ geschoten zijn. Amazon Prime Video is de grootste aanbieder van HDR10+-materiaal op streaming-gebied, maar ook Apple TV+ en Google Play Movies bieden het aan. Netflix gebruikt helaas voornamelijk concurrent Dolby Vision. Tot slot ondersteunen veel 4K Ultra-HD Blu-rays het formaat ook als je liever fysieke schijfjes kijkt.

Direct aanschaffen dan maar...?

Is HDR10+ een reden om je huidige tv direct bij het grofvuil te zetten? Nee, dat niet. Maar sta je op het punt een nieuwe tv te kopen, bijvoorbeeld een Samsung, dan is het wel een hele fijne bonus. Het zorgt ervoor dat je films en series ziet zoals de regisseur ze bedoeld heeft: levendig, contrastrijk en vol detail. En ze hoeven tegenwoordig al helemaal niet meer de wereld te kosten.

▼ Volgende artikel
Bedankt, AI! Dit kun je tegenwoordig allemaal doen met Microsoft Paint
© Microsoft
Huis

Bedankt, AI! Dit kun je tegenwoordig allemaal doen met Microsoft Paint

Voor miljoenen gebruikers was Microsoft Paint de eerste stap richting digitale creativiteit. Kinderen tekenden er hun eerste computerkunstwerkjes in, volwassenen plakten er snel iets functioneels mee in elkaar. Sinds Windows 11 is Paint door de toevoeging van AI-functies en de ondersteuning van lagen veel slimmer geworden, zonder zijn eenvoud te verliezen.

Dit artikel in het kort

Microsoft Paint is in Windows 11 flink uitgebreid met AI-functies en ondersteuning voor lagen. In dit artikel laten we zien hoe je met Image Creator afbeeldingen maakt op basis van tekst, hoe het AI-saldo met boosts werkt en wat je kunt verwachten van functies als achtergrond verwijderen en generatief wissen. Ook leggen we uit hoe lagen werken in Paint en hoe je meerdere afbeeldingen en tekst combineert tot één geheel. Zo ontdek je dat Paint inmiddels veel meer kan dan alleen tekenen.

Lees ook: Van prompt tot filmpje: zo maak je je eigen AI-video met Bing Video Creator

Geen download, geen licentie en altijd beschikbaar … Paint is er al sinds de vroegste Windows-versies en het is er nog altijd. Hoewel de mogelijkheden beperkt zijn, blijft het geliefd om zijn eenvoud en simpele bediening of puur vanwege nostalgie. Zelfs wie zwaardere grafische software heeft, grijpt vaak terug naar Paint om snel iets te tekenen, een schermafbeelding bij te snijden of iets te markeren. Met de nieuwe functies groeit het programma uit tot meer dan een digitaal speeltje. 

Image Creator

Met Image Creator maak je in Paint rechtstreeks afbeeldingen door simpelweg te beschrijven wat je voor je ziet. De functie gebruikt het DALL·E-model van OpenAI voor tekst-naar-beeldgeneratie. Open Microsoft Paint en klik bovenaan op Copilot. Selecteer vervolgens Image Creator om het zijvenster te openen. In de interface van Cocreator verschijnt een tekstvak waarin je beschrijft wat je wilt zien en in welke stijl. Hoe preciezer en gedetailleerder je bent, hoe beter het resultaat aansluit bij je verwachtingen.

Kies vervolgens een stijl – bijvoorbeeld Houtskool, Ink Sketch, Anime, Fotorealistisch of een andere – en klik op Maken. Image Creator genereert telkens drie varianten van je afbeelding. Selecteer de versie die je het meest bevalt om die meteen op het canvas te plaatsen.

Aan de hand van een tekstopdracht genereert Paint een afbeelding.

AI-saldo

Om afbeeldingen te genereren met Image Creator in Microsoft Paint, moet je aangemeld zijn met een persoonlijk Microsoft-account. Dit werkt doorgaans niet met een zakelijk- of schoolaccount.

Microsoft hanteert een 'fair use'-systeem voor de rekenkracht die nodig is voor AI. Voor gratis gebruikers heet dit systeem boosts. Je krijgt dagelijks vijftien gratis boosts. Eén boost staat voor één snelle generatie van een set afbeeldingen. Zijn je boosts op? Dan kun je vaak nog steeds doorgaan, maar duurt het genereren aanzienlijk langer. De boosts worden elke dag aangevuld en je kunt ze niet opsparen.

Let op: Heb je een betaald Microsoft 365-abonnement (Personal of Family)? Dan werkt het soms net even anders. Je krijgt dan vaak maandelijks een vast aantal AI-credits (bijvoorbeeld 60) die je kunt inzetten voor diverse AI-functies binnen Microsoft-apps. In tegenstelling tot de dagelijkse boosts van gratis gebruikers, worden deze credits pas aan het begin van een nieuwe maand aangevuld.

Wil je onbeperkt en snel werken? Dan ben je aangewezen op een Copilot Pro-abonnement, waarmee je dagelijks 100 snelle generaties krijgt. Losse boosts bijkopen is in de standaardversie niet mogelijk.

In het deelvenster van AI staat een knop die je naar een webpagina met je AI-tegoedsaldo brengt.

Achtergronden

Een veelvoorkomende taak in beeldbewerking is het isoleren van een onderwerp uit de achtergrond. Met de functie Achtergrond verwijderen wordt dat verrassend eenvoudig. Houd er wel rekening mee dat deze functie niet zo verfijnd werkt als in Photoshop. Bij fijne details zoals haartjes, takjes of kleine blaadjes kan Paints AI soms een wat grof resultaat opleveren.

Ook hier start je via het pictogram Copilot. Kies vervolgens Achtergrond verwijderen. Paint analyseert het beeld en probeert automatisch te bepalen wat het onderwerp is en wat tot de achtergrond behoort. Aan de rechterkant verschijnt een miniatuurvoorbeeld waarin de achtergrond vervangen is door een schaakbordpatroon. Dat is de standaardweergave voor transparantie.

Onderaan in de zijbalk staat een vierkant pictogram. Als je daarop klikt, verschijnt hetzelfde schaakbordpatroon ook in de grote afbeelding. Je kunt via dit pictogram ook een achtergrondkleur kiezen in plaats van transparantie. Wil je een afbeelding opslaan met transparantie (bijvoorbeeld nadat je een achtergrond hebt verwijderd), dan moet je een bestandsformaat gebruiken dat transparantie ondersteunt. Het veelgebruikte jpg-formaat doet dat niet. Kies in dat geval voor png, dat wel transparante achtergronden kan bewaren.

Het schaakbordpatroon geeft het transparante gebied aan

Generatief wissen

Je kunt ook het selectiegereedschap linksboven gebruiken om een object in de afbeelding te verwijderen. Kies hiervoor het gereedschap Rechthoekige selectie of Vrije vorm selectie. Zodra je een gebied hebt geselecteerd, verschijnt er een klein contextmenu naast de selectie. Kies daar de optie Generatief wissen.

Je vindt deze functie ook via de knop Copilot. Vervolgens zie je een blauwe rechthoekige animatie rond het geselecteerde object. Paint analyseert de omgeving en vervangt het object door een realistisch ogende achtergrond die past bij de rest van de afbeelding.

Eerst selecteren, dan volgt een korte animatie en daarna is de selectie verdwenen.

Meerdere vensters openen

In Microsoft Paint lijkt het alsof je niet meerdere Paint-vensters tegelijk kunt openen. Wanneer je bijvoorbeeld een afbeelding hebt bewerkt, zoals het transparant maken van de achtergrond, en je probeert via Bestand / Openen een nieuw grafisch bestand te openen, vraagt Paint je eerst om het huidige bestand op te slaan.

Toch zijn er twee manieren om wel meerdere bestanden tegelijk in Paint te openen. Houd de Shift-toets ingedrukt terwijl je op het Paint-pictogram in de taakbalk of het startmenu klikt. Of klik met de rechtermuisknop op het Paint-pictogram in de taakbalk en kies opnieuw de opdracht Paint. Daarnaast is er nog een andere methode om afbeeldingen in een bestaand bestand toe te voegen. Daarover straks meer.

Met de Shift-toets kun je meerdere Paint-vensters openen.

Creatiever in Paint? Een goede muis is het halve werk

Of je nu AI-afbeeldingen genereert, teksten toevoegt of delen van een foto wilt wegsnijden: met het touchpad van je laptop blijft het behelpen. Voor nauwkeurig selectiewerk en het fijnere tekenwerk is een fysieke muis eigenlijk onmisbaar. Je voorkomt kramp in je vingers en werkt een stuk preciezer. Let bij aanschaf vooral op de DPI (hoe hoger, hoe nauwkeuriger) en extra knoppen die je zelf kunt instellen, bijvoorbeeld voor 'Ongedaan maken'.

Hier zijn drie muizen die het werken in Paint een stuk aangenamer maken:

1. De alleskunner: Logitech MX Master 3S Dit wordt door velen gezien als de beste muis voor creatief werk. Hij is prijzig, maar ligt fantastisch in de hand. Het unieke aan deze muis is het tweede scrolwieltje bij je duim. Dit kun je instellen om in Paint horizontaal te scrollen of om in en uit te zoomen op je canvas. Daarnaast is hij extreem nauwkeurig, waardoor je pixel-precies selecties kunt maken.

2. De ergonomische keuze: Logitech Lift Ben je urenlang bezig met het finetunen van je AI-creaties? Dan ligt een muisarm op de loer. De Logitech Lift is een zogeheten verticale muis. Je houdt hem vast alsof je iemand de hand schudt. Dit zorgt voor een veel natuurlijkere houding van je pols en onderarm. Even wennen in het begin, maar daarna wil je niet meer anders.

3. De prijsbewuste optie: Trust Ozaa Je hoeft geen honderd euro uit te geven voor een goede draadloze muis. De Trust Ozaa is een prima, betaalbaar alternatief. Hij is oplaadbaar (dus geen gedoe met batterijen), ligt prettig in de hand en heeft extra duimknoppen waarmee je snel tussen vensters kunt schakelen. Een uitstekende keuze voor de hobbyist die gewoon comfortabel wil klikken en slepen.

Lagen

Lagen: verwijderen

De nieuwe Microsoft Paint (vanaf versie 11.2306.30.0 op Windows 11) ondersteunt lagen. Dit is een belangrijke stap richting meer geavanceerde beeldbewerking. Lagen werken als transparante vellen met afzonderlijke elementen die je op elkaar stapelt. Elke laag kun je apart bewerken zonder de andere lagen te beïnvloeden. Dat biedt veel meer controle en flexibiliteit tijdens het creatieproces. We tonen dit met een voorbeeld.

We beginnen met een afbeelding van een meisje. Via Copilot / Achtergrond verwijderen halen we de achtergrond weg. Klik je vervolgens bovenaan op de knop Lagen, dan zie je dat de achtergrond is vervangen door het schaakbordpatroon.

Open Lagen en verwijder de achtergrond.

Lagen: combineren

Achter het meisje willen we nu een nieuwe achtergrond plaatsen. Daarvoor klik je in bij Lagen op het plusteken, zodat er een tweede, transparante laag wordt toegevoegd. Klik op de miniatuur van deze nieuwe laag om die actief te maken. Vervolgens gebruik je de opdracht Bestand / Importeren naar canvas / Uit een bestand om een nieuwe afbeelding - de achtergrond - toe te voegen op deze tweede laag. Let op, als je vergeet eerst de juiste laag te selecteren vóór je importeert, wordt de laag met het meisje overschreven door de nieuwe afbeelding.

In Lagen kun je de laagvolgorde wijzigen door te slepen. Zorg ervoor dat de laag met het meisje boven de achtergrondlaag staat. Op die manier verschijnt het meisje op de voorgrond in een nieuwe omgeving. Wil je het meisje nog wat naar links of rechts verplaatsen? Druk dan op Ctrl+A om alles in de actieve laag te selecteren. Vervolgens verschijnt de verplaatsingshandgreep, waarmee je het onderwerp kunt verschuiven.

Wijzig de volgorde van de lagen.

Lagen: manipuleren

Wanneer je met de rechtermuisknop op Lagen klikt, dan zie je zes mogelijkheden. Je kunt de laag verbergen. Dan verschijnt er in de rechterbovenhoek van de miniatuur een oogje dat doorstreept is. Als je op dit pictogram klikt, wordt deze verborgen laag opnieuw zichtbaar. Je kunt ook de opdracht Ctrl+H (met de H van hide) gebruiken om de geselecteerde laag te verbergen.

De opdracht Dubbele laag kies je als je een laag wilt dupliceren. De opdracht Samenvoegen naar beneden gebruik je wanneer je klaar bent, om alle laaginformatie te bundelen in één laag. Dat is vooral nuttig als je de afbeelding wilt opslaan in een formaat dat geen lagen ondersteunt. De opties Naar boven en Naar beneden gebruik je om lagen te verplaatsen. Persoonlijk slepen we de lagen liever in het deelvenster. En ten slotte is er de opdracht Laag verwijderen.

Met de rechtermuisknop kun je de lagen manipuleren.

Lagen: tekst toevoegen

Je kunt ook tekst toevoegen op een aparte laag. Zorg er eerst voor dat je een nieuwe, lege laag aanmaakt via het plusteken in het lagenvenster voordat je het tekstgereedschap gebruikt. Zodra je met het tekstgereedschap op het canvas klikt, verschijnt er een extra werkbalk waarin je het lettertype, de lettergrootte en de stijl instelt. Via een schuifregelaar kies je een lettergrootte tussen 8 en 72 pt. Let wel: bij foto's blijkt zelfs 72 pt vaak te klein. Je kunt dit oplossen door handmatig een groter getal in te voeren in het veld voor lettergrootte.

In ons voorbeeld kozen we een lettergrootte van 800 pt. In de knoppenbalk bovenaan kun je zowel de tekstkleur als de achtergrondkleur van het tekstvak instellen. Klik op de bovenste grote kleurcirkel om de tekstkleur te kiezen via de kleurstalen of de kleurkiezer. Klik op de onderste kleurcirkel om een achtergrondkleur voor het tekstvak te selecteren. In de tekstwerkbalk moet je de optie Opvulling voor achtergrond activeren als je wilt dat de tekstachtergrondkleur zichtbaar moet zijn.

Hier hebben we een lettergrootte van 800 pt toegepast.

Paint is groot geworden

Kijk je naar de nieuwe mogelijkheden in Paint, dan kun je gerust zeggen dat het programma volwassen is geworden. Het is nog steeds even laagdrempelig als vroeger, maar inmiddels wel uitgerust met een AI-brein en een flink aantal nieuwe functies. Of je nu snel iets wilt knutselen of een slimme bewerking wilt uitvoeren met lagen en AI, Paint laat zien dat zelfs oude software prima meekan met de tijd. En het mooiste? Je hoeft niets te installeren of te betalen. Gewoon openen, klikken en creëren. Met of zonder AI-hulp, die keuze is aan jou!

Zeg je Paint, dan zeggen wij

(stiekem, want guilty pleasure): BOB ROSS 🎨