ID.nl logo
Energiebewust stoken? Dit moet je weten over warmteoverdracht
© brizmaker - stock.adobe.com
Energie

Energiebewust stoken? Dit moet je weten over warmteoverdracht

Wanneer je de thermostaat hoger zet, voel je in de ene woning duidelijk een bron van warme lucht en in de andere wordt het lekker warm zonder dat je enig idee hebt waar de warmte vandaan komt. Wil je echt optimaal kunnen profiteren van de specifieke eigenschappen van je verwarmingssysteem, dan helpt het als je begrijpt hoe warmteoverdracht werkt. ID.nl legt het je uit.

In dit artikel leggen we kort de drie verschillende soorten warmteoverdracht uit: geleiding (conductie), stroming (convectie) en straling (radiatie).

Heb je dit artikel gelezen, dan weet je: 🔥 Waarom het nuttig is om een reflecterende laag aan de achterkant van een radiator te plaatsen 🔥 Waarom de warmte ineens weg is als er iemand voor je haard staat 🔥 Waarom je bij voorkeur geen grote tapijten legt bij vloerverwarming 🔥 Waarom een radiator snel de temperatuur van het water overneemt 🔥 Waarom convectoren geen goede oplossing zijn voor mensen met een allergie

Ook interessant voor jou: Dit is de ideale temperatuur voor in huis.

Veel mensen denken dat de warmte die ze voelen altijd hetzelfde is, of die warmte nu afkomstig is van een radiator, van een convector, van een straalkacheltje of van vloerverwarming. Dat klopt niet. Misschien hebben je opa of oma ooit weleens gezegd dat de warmte van hun oude kolenkachel toch anders aanvoelt dan de warmte van een radiator of vloerverwarming. Onzin? Nee, ze hebben écht gelijk.

Het is een natuurwet dat warmte, of energie, zich altijd verplaatst van een plaats met een hogere temperatuur naar een plaats met een lagere temperatuur. Die warmteverplaatsing kan slechts op drie manieren gebeuren: geleiding (conductie), stroming (convectie) en straling (radiatie). Deze drie manieren van warmteoverdracht hebben ieder hun voor- en nadelen. Het is zo dat de warmte die we voelen meestal een combinatie is van alle drie manieren, maar bij de ene verwarmingstechniek zal bijvoorbeeld straling overheersen en bij de andere convectie.

©ID.nl

De warmteoverdracht gebeurt door geleiding (conductie), stroming (convectie) en straling (radiatie).

Geleiding of conductie

Geleiding is de overdracht van warmte doordat objecten fysiek contact met elkaar maken. Als je met de blote voeten op een koude vloer staat, krijg je het koud. We warmen onze huizen niet op door geleiding, maar binnenin de verschillende verwarmingstoestellen gebeurt wél geleiding. Een plaatstalen radiator neemt zeer snel de temperatuur over van het water dat door de leidingen stroomt. De snelheid waarmee de warmte wordt overgedragen is afhankelijk van de thermische weerstand, of de warmteweerstand. Water en staal zijn goede warmtegeleiders en hebben een lage thermische weerstand. Wanneer er lucht in de radiatoren of in de verwarmingsleidingen komt, zullen ze nauwelijks warm worden, omdat lucht een hoge thermische weerstand heeft. Anders gezegd, lucht isoleert prima. Regelmatig ontluchten dus met behulp van een ontluchtingssleutel. Ook vloerverwarming moet je ieder jaar rond het einde van de herfst even ontluchten.

©TOMASZ MAJCHROWICZ

Lucht in de leidingen verstoort de warmteoverdracht in de leidingen.

Stroming of convectie

Bij convectie wordt de lucht in de kamer verwarmd. De warme lucht stijgt tot het plafond, koelt af en zakt opnieuw. Hierdoor krijg je luchtcirculatie. Dit heeft als gevolg dat je behoorlijke temperatuurverschillen kunt meten tussen de vloer (kouder) en het plafond (warmer). Het verschil in temperatuur kan tot wel 6°C oplopen. In moderne gebouwen met een open traphal en een mezzanine zal men daarom convectoren afraden. De warme lucht zal vooral naar de hoger gelegen ruimtes stijgen.

 Bij een convector stroomt warm water onderaan door een smalle buis die omgeven is door lamellen. De lamellen vergroten het contact met de lucht en doen tegelijk dienst als warmtewisselaar. Een voordeel is dat je convectoren in de vloer kunt inbouwen bij grote raampartijen en schuifpuien. Daar geven ze warme lucht af in de vorm van een luchtsluier. De warme lucht stijgt recht naar boven op uit de convectorput tegen het raam. Wanneer de lucht afkoelt, daalt die meteen weer in de convector om opnieuw te worden opgewarmd. Op die manier blijft de warme luchtsluier circuleren en voorkom je een koude luchtstroom aan de ramen.

 Convectoren warmen sneller op en koelen sneller af. Door de snelle opwarming kun je de verwarming met convectoren sneller regelen. Je moet convectoren wel vaker schoonmaken omdat ze veel stof aantrekken vanwege de luchtstroom. Door de aanhoudende luchtcirculatie is deze verwarming niet ideaal voor wie last heeft van een stofallergie. 

©Afonkin Yuriy

Vaak plaatst men een convectorpunt bij ramen.

Straling of radiatie

Het mooiste voorbeeld van een stralingsverwarmer is de zon. Op een windstille winterdag in de volle zon kan het heerlijk zijn. Hoewel de luchttemperatuur laag blijft, zorgt de straling van de zon dat we het toch lekker warm krijgen en als er ook nog sneeuw ligt, dan versterkt dit de straling door weerkaatsing. Net als bij de zon zal een verwarmingssysteem op straling de lucht niet opwarmen, maar wel de objecten en de mensen in de ruimte – zoals de vloer, de muur en de meubels. Infraroodstraling is een directe verwarming, bij convectie moet eerst de lucht worden verwarmd. Bij straling heb je ook geen luchtcirculatie nodig. Vloerverwarming is gebaseerd op stralingswarmte en ook radiatoren geven voornamelijk straling af. De eerste werkt op lage temperatuur, de tweede op hoge temperatuur.

Alles wat warm is, zendt infraroodstraling uit. Wanneer een vloer wordt opgewarmd door verwarmingsbuizen, of door elektrisch opgewekte warmte, dan zal die vloer infrarode straling produceren. Tot ongeveer 100°C zendt een warmtebron uitsluitend langgolvige infraroodstralen uit. Dat is voor ons interessant, omdat onze huid 98% van de langegolfstralen absorbeert en omzet in warmte.

 Er is wel een nadeel: straling werkt in één richting. Wanneer er een object tussen jou en de stralingsbron staat, dan zorgt dit voor een schaduw waardoor de straling bijna volledig wegvalt. Je merkt dit bijvoorbeeld zelf al wanneer je voor een straalkachel of infraroodstraler gaat staan. Dan is je buik bijvoorbeeld warm, maar je rug koud.

©Dario Sabljak - stock.adobe.com

Vloerverwarming werkt op basis van straling.

Straling en glas? “Wij hebben een woning met grote raampartijen en we verwarmen met vloerverwarming… Gaat er dan geen groot deel van die straling verloren door het glas?” Neen, infraroodstraling kan niet door glas. Er is warmteverlies mogelijk aan de ramen, omdat het buiten kouder is dan binnen en omdat zelfs dubbel glas minder geïsoleerd is dan een buitenmuur. Maar thermische straling ontsnapt niet door het glas.

Sterker nog, stralingswarmte is aangenaam. In een woning die volledig wordt verwarmd door stralingswarmte, kun je de temperatuur rustig instellen op 19°C om toch een comfortabel gevoel te verkrijgen. Dit is één van de redenen waarom stralingswarmte energiezuinig is.

Infraroodmatten

Als uitsmijter willen we verwarring voorkomen. Naast het traditioneel systeem van vloerverwarming met warm water dat door de leidingen in vloer loopt en dat dus infraroodstraling produceert, is er ook ‘infrarood vloerverwarming’ op de markt. Dat zijn verwarmingsmatten of folies die rechtstreeks onder de tegels of laminaat worden aangebracht. Door die matten of folie wordt elektriciteit geleid om infraroodstraling op te wekken. Dit is een dun systeem, met lage opbouwhoogte, dat dus vooral geschikt is voor renovatie. Deze matten produceren snel warmte en zijn zuinig voor oppervlakken kleiner dan 10 m2. Voor grote ruimtes heb je te veel energie nodig en ben je goedkoper uit met een andere manier van verwarming.

©sveta - stock.adobe.com

De infrarood vloerverwarming is geschikt voor kleine ruimtes.

Watch on YouTube

Bekijk de hele ID.nl video-collectie over Verwarming op YouTube.

Heb jij vloerverwarming nodig?

Vraag een offerte aan voor vloerverwarming :

▼ Volgende artikel
Help, de deur van mijn wasmachine gaat niet open! Wat nu?
© StockPhotoPro - stock.adobe.com
Huis

Help, de deur van mijn wasmachine gaat niet open! Wat nu?

Blijft de deur van je wasmachine dicht, ook al is het programma afgelopen, en krijg je hem niet open? Dat probleem komt vaak voor en heeft meestal een eenvoudige oorzaak. In dit artikel noemen we vijf redenen waarom de deur niet opengaat en wat je zelf kunt doen om dat snel en veilig op te lossen.

In dit artikel ontdek je:
  • Waarom de deur van je wasmachine soms geblokkeerd blijft
  • Welke eenvoudige stappen je zelf kunt nemen om de deur te openen
  • Hoe je de noodontgrendeling gebruikt als niets anders werkt
  • Wanneer er sprake is van een defect slot en je een monteur nodig hebt
  • Praktische tips om dit probleem in de toekomst te voorkomen

Ook interessant: Slimmer wassen: deze functies maken je wasmachine nét even handiger

Het komt vaker voor dan je denkt: de wasmachine is klaar, maar de deur weigert open te gaan. Lastig, zeker als je schone was nog nat in de trommel ligt. Gelukkig is er meestal geen reden tot paniek. Vaak ligt het aan een simpele oorzaak die je zelf kunt oplossen.

1 - Water in de trommel

De meest voorkomende boosdoener is achtergebleven water. Zolang er water in de machine zit, blijft de deur bewust op slot om lekkage te voorkomen. Zie je nog water in de trommel? Start dan opnieuw het afvoerprogramma. Werkt dat niet, maak dan het filter onderin schoon en laat via het slangetje of de opening het restwater weglopen. Vaak schiet de deur daarna vanzelf los.

2 - Het kinderslot is ingeschakeld

Sommige modellen hebben een kinderslot of extra beveiliging. Staat dit ingeschakeld, dan blijft de deur dicht, ook al is het programma afgerond. Controleer in de handleiding hoe je het slot uitschakelt. Meestal gaat het om een combinatie van knoppen op het display. Pas als dit is gedeactiveerd, kun je de deur openen.

©Engin Akyurt

Zie je nog water in de trommel? Start dan opnieuw het afvoerprogramma.

3 - Elektronische vertraging of reset

Bij veel moderne machines zit er enkele minuten vertraging tussen het einde van het programma en het ontgrendelen van de deur. Even wachten kan dus al genoeg zijn. Blijft de deur toch op slot, haal de stekker er een paar minuten uit en sluit hem opnieuw aan. Zo wordt de elektronica gereset en komt de deur vaak alsnog vrij.

4 - Handmatige noodontgrendeling

Lukt het nog steeds niet, dan is er vaak een handmatige oplossing. De meeste wasmachines hebben een noodontgrendeling, meestal te vinden achter het klepje bij het filter of onderaan de machine. Door hier voorzichtig aan te trekken, kun je de deur veilig openen zonder schade. Raadpleeg de handleiding voor de exacte plek en werkwijze.

5 - Defecte vergrendeling

Als geen van deze stappen helpt, kan de vergrendeling zelf kapot zijn. Dit onderdeel slijt met de tijd en kan uiteindelijk defect raken. Soms helpt het tijdelijk om de machine spanningsvrij te maken, maar blijft de deur gesloten, dan is vervanging van het slot nodig. Dit is werk voor een monteur.

Problemen voorkomen

Met goed onderhoud voorkom je veel ellende. Maak filter en afvoer regelmatig schoon zodat de machine altijd goed leegloopt. Zet de wasmachine pas uit als het programma volledig is afgerond en controleer of er geen kledingstukken klem zitten tussen deur en rubber. Draai af en toe een lege was op hoge temperatuur met een reinigingsmiddel of wat azijn, zodat zeepresten en vuil zich niet ophopen en het deurslot soepel blijft werken.

Wanneer moet je hulp inschakelen?

Blijft de deur hardnekkig dicht of merk je andere signalen, zoals vreemde geluiden of een brandlucht, stop dan direct met zelf proberen. Forceren kan schade veroorzaken. In dat geval is het verstandig een monteur te bellen.

Een geblokkeerde deur hoeft in elk lang niet altijd een groot probleem te zijn. Vaak is een eenvoudige reset, het verwijderen van restwater of het uitschakelen van het kinderslot al genoeg. Lukt het niet, dan kan de noodontgrendeling of een monteur uitkomst bieden. Met regelmatig onderhoud en een beetje oplettendheid verklein je de kans dat je opnieuw voor een gesloten deur staat.

▼ Volgende artikel
Wat is Liquid Glass? Alles over instellen en aanpassen op je iPhone
© Apple
Huis

Wat is Liquid Glass? Alles over instellen en aanpassen op je iPhone

Liquid Glass is een nieuwe manier waarop Apple de vormgeving van knoppen, tabbladen, iconen en widgets neerzet. Alles krijgt een glasachtige uitstraling: halfdoorzichtig en met kleuren die meekomen uit je wallpaper of de inhoud van een app. Het reageert bovendien vloeiend op beweging, omdat het beeld steeds in realtime wordt opgebouwd. Zo ontstaat een herkenbare stijl die op al je Apple-apparaten hetzelfde aanvoelt.

In dit artikel lees je wat Apple's nieuwe Liquid Glass precies is en wat het doet. We laten zien hoe je de instellingen aanpast, het effect naar smaak bijstelt en wat je kunt doen als je het rustiger wilt houden.

Lees meer over iOS 26

Op je iPhone zie je Liquid Glass meteen terug in het toegangsscherm, het Dock, de zoekbalk en appmappen. Iconen ogen daarbij gelaagd en glanzend of zelfs helemaal doorzichtig. Wil je dat proberen, houd dan je beginscherm ingedrukt tot de iconen bewegen, tik op Wijzig, kies Pas aan en zet Helder aan. Tik daarna ergens op het scherm om te bevestigen. Je ziet direct hoe de achtergrond subtiel door de iconen heen komt. Vind je het toch minder prettig, dan kun je op dezelfde plek altijd terug naar Automatisch of Donker.

Op welke toestellen en vanaf welke versie?

Liquid Glass is onderdeel van iOS 26, dat vanaf 15 september beschikbaar is voor alle ondersteunde iPhones. Extra downloads zijn niet nodig. Apple geeft aan dat iPhone 11 en iPhone SE (2e generatie) en nieuwer worden ondersteund.

Wil je nagaan of jouw toestel in aanmerking komt, open Instellingen, kies Algemeen en tik op Software-update. Zie je iOS 26 staan, dan kun je meteen bijwerken. Maak vooraf een back-up en update je apps. Voer de update bij voorkeur uit via wifi en zorg dat de batterij minstens halfvol is, of sluit je iPhone aan op de oplader. Wil je controleren of de installatie geslaagd is, ga dan in Instellingen naar Algemeen, open Info en bekijk het versienummer.

Ook iPadOS 26 en macOS Tahoe 26 ondersteunen Liquid Glass, zodat de uitstraling op je iPad en Mac aansluit bij die van je iPhone. Apple heeft dezelfde stijl bovendien doorgetrokken naar watchOS en tvOS, waardoor al je apparaten er herkenbaar en consistent uitzien.

©Apple

Zo maak je Liquid Glass rustiger

Liquid Glass helemaal uitschakelen kan niet, maar je kunt het effect wel verzachten. Open Instellingen, tik op Toegankelijkheid, kies Weergave en tekstgrootte en zet Maak minder doorzichtig aan. Achtergronden worden dan donkerder, waardoor contrast en leesbaarheid verbeteren zonder dat de glaslook verdwijnt.

Wil je nog meer verschil zien, zet op dezelfde pagina ook Verhoog contrast aan. Voor een snelle manier ga je in Instellingen naar Toegankelijkheid, open je Activeringsknop en vink je Maak minder doorzichtig aan. Je kunt de functie dan via het bedieningspaneel eenvoudig aanpassen.

Vind je vooral de transparante iconen te overheersend, houd dan opnieuw je beginscherm ingedrukt, tik op Wijzig, kies Pas aan en ga terug naar Automatisch of Donker. Donkere achtergronden en de Donkere modus (te vinden bij Beeldscherm en helderheid) dempen het glaseffect eveneens, bijvoorbeeld buiten in fel zonlicht. Zo houd je in elke situatie zelf de regie over hoe nadrukkelijk Liquid Glass aanwezig is.

Hoesje nodig

Voor je iPhone 17?