ID.nl logo
Je eigen website bouwen? Kies je Wordpress of een alternatief?
© PXimport
Huis

Je eigen website bouwen? Kies je Wordpress of een alternatief?

Vraag je aan iemand (met kennis van zaken) wat het beste pakket is voor het bouwen van een website, dan is de kans zeer groot dat het antwoord WordPress is. En terecht, WordPress is een fantastisch en veelzijdig pakket, maar vereist wel wat kennis. Gelukkig zijn er ook heel veel alternatieven, waarvan we er enkele bespreken. Voor de één is wat kennis van websites nodig, voor de ander totaal niet. We zetten een aantal alternatieve zelfbouwsites voor je op een rij.

Tip 01: Joomla!

Lang voor de opmars van WordPress was Joomla! (het uitroepteken hoort erbij) hét pakket dat je gebruikte wanneer je snel een mooie website wilde bouwen. Het marktaandeel is inmiddels geslonken tot 5 procent. Het pakket is net als WordPress helemaal gratis. Het is eenvoudig te installeren door het pakket te uploaden naar je server en je browser naar de installatiepagina te sturen. Het aantal modules en componenten dat je kunt downloaden om het pakket uit te breiden is fors maar niet gigantisch zoals bij WordPress. Joomla! Is erg krachtig en vooral geschikt voor ontwikkelaars. De leercurve is steiler dan bij WordPress en het beheer is lang niet zo gebruiksvriendelijk. Ook is het een relatief zwaar pakket dat je server aanzienlijk kan belasten. Met weinig bezoek op je site maakt dat weinig uit, maar met flinke bezoekersaantallen en veel content ga je dat wel merken. Bovendien zijn niet alle componenten die je downloadt of koopt open source, hetgeen betekent dat je er zelf niets aan kunt veranderen. Een Joomla!-site is net als WordPress eenvoudig van uiterlijk te veranderen met behulp van templates.

©PXimport

Tip 02: Drupal

Drupal is al jaren het op twee-na populairste open-source cms. Hoewel het marktaandeel van 4 procent niet te vergelijken is met de 60 procent van WordPress, zijn er wel degelijk goede redenen om voor Drupal te kiezen. Het cms is net als Joomla! en WordPress heel eenvoudig te installeren en is daarnaast ook nog eens het meest veelzijdige en meest stabiele cms dat er is. Artikelen toevoegen, een pagina inrichten en een template configureren is allemaal best eenvoudig, maar het cms blinkt niet uit in gebruiksgemak. En wil je meer dan de absolute basis, dan kom je niet ver zonder programmeerkennis. Daarom wordt het voornamelijk gebruikt door ontwikkelaars van zware en complexe sites. Het cms heeft ook een krachtige server nodig. Voor privé- en mkb-sites is Drupal dus meestal overkill, maar als je programmeertechnisch onderlegd bent en graag je site compleet wilt kunnen controleren is het wellicht een geschikte keuze.

©PXimport

Je kunt met DocuWiki heel eenvoudig je eigen Wikipedia bouwen

-

Tip 03: DokuWiki

Als je graag artikelen of blogs publiceert, dan is een cms als WordPress, Joomla! of Drupal zeer geschikt. Ben je meer op zoek naar een site als Wikipedia, dan is een dergelijk cms niet de beste keuze. Theoretisch kun je er wel een wiki mee bouwen, maar dat is complex en onnodig, want er zijn pakketten die daarin gespecialiseerd zijn. DokuWiki is daar eentje van. Het interessante van het installeren van een pakket als dit, is dat je in vergelijking met een blog weinig grafische opties hebt en er weinig te configureren valt (afgezien van paginarechten, beheerders, enzovoort). Immers, WikiPedia is ook ooit begonnen met één pagina en van daaruit uitgebouwd tot de immense informatiebron die het nu is. Zo ga jij (en de mensen die je helpen) ook te werk. De installatie is vrij eenvoudig en daarna kun je meteen aan de slag met het aanmaken van pagina’s. Bouwen is dus eenvoudig, maar voordat je écht een goedgevulde wiki hebt, ben je wel duizenden manuren verder.

©PXimport

Tip 04: phpBB

Vóór de opkomst van sociale netwerksites als Facebook en Twitter waren internetfora heel populair om meningen en informatie uit te wisselen. Inmiddels zijn fora een stuk minder populair maar verdwenen zijn ze allerminst. Er bestaan nog steeds allerlei grote en zeer populaire fora op allerlei gebieden. Zeker voor bepaalde niches zijn ze nog altijd heel praktisch. Bijvoorbeeld wanneer je een website runt voor een vereniging en je wil mensen graag van informatie voorzien én ze de mogelijkheid geven om te reageren. Ook opensource-communities maken meestal gebruik van fora. Op dit gebied is er één pakket dat we je aanraden, en dat is phpBB. Qua installatie net zo eenvoudig als WordPress en Joomla (script uploaden en installatie uitvoeren). Daar zeggen we bij dat je niet teveel eisen moet hebben met betrekking tot het uiterlijk, want dan zul je toch echt wat programmeerkennis in huis moeten hebben. Accepteer je wat je krijgt, dan heb je binnen een mum van tijd je eigen forum online en kun je van start met het inrichten ervan in secties en het instellen van diverse gebruikersrechten.

©PXimport

Tip 05: Magento

Dan is er natuurlijk ook nog de webwinkel. WordPress heeft daarin de afgelopen jaren een flinke opmars gemaakt, dankzij WooCommerce, verreweg de meest eenvoudige manier om een webwinkel te bouwen. Fantastisch als je net begint, maar WooCommerce wordt al snel te beperkt om echt een grote, drukke webwinkel te bouwen. En dan is er wat ons betreft maar één alternatief: Magento. Magento is een fantastisch en zeer veelzijdig pakket om een webwinkel mee te bouwen. Het nadeel? Het is ook verschrikkelijk ingewikkeld. Je hoeft er niet voor te kunnen programmeren, maar je zult er wel kennis voor moeten opdoen van werken met een CLI (command line interface). In alle eerlijkheid: dat is lang niet zo moeilijk als het lijkt, maar natuurlijk wel tien stappen verder dan wat je bij een site als WordPress doet. Bij Magento zul je echt hulp nodig hebben, dus is het handig om een provider te kiezen die die hulp ook daadwerkelijk biedt.

©PXimport

Eigen beheer = eigen verantwoordelijkheid

Het zelf ‘bouwen’ en beheren van je website kan heel erg leuk zijn en het kan je veel voldoening geven, maar ook veel stress opleveren. Bijvoorbeeld als je een site hebt gebouwd met veel bezoekers (of beter nog, veel verkoop) en de boel werkt ineens niet meer, bijvoorbeeld na een update. Op dat moment sta je er alleen voor en moet je het zelf zien op te lossen. En als het een zakelijke site of webwinkel betreft is iedere downtime zeer ongewenst. Een goed alternatief – en voor zakelijke sites zelfs aan te raden – is om een site (bij voorkeur in WordPress) te laten bouwen en onderhouden door een professional. Dan heb je geen omkijken naar de techniek, updates en vormgeving. Zo kun je zonder stress de inhoud en eventueel elementaire vormgeving beheren, hoewel je ook dat kunt uitbesteden. Latere visuele en/of functionele aanpassingen zijn ook geen probleem, hoewel daar dan wel een prijskaartje aanhangt.

Tip 06: Wix

Wanneer je gezocht hebt naar manieren om je eigen website te bouwen, zul je Wix ongetwijfeld voorbij hebben zien komen in Google, of in advertenties. Het voordeel van het werken met een pakket als Wix is dat er geen installatieproces is en geen technische zaken die aan jouw kant mis kunnen gaan. Het ontwerpproces is daarbij erg gebruiksvriendelijk. Je maakt een account aan, geeft aan wat voor soort website je wil maken (bijvoorbeeld blog, webshop of restaurant), waarna je kunt kiezen om Wix aan de hand van een aantal vragen je website te laten ontwerpen of dat zelf te doen met de editor. Wij raden aan: kies voor het eerste, het is echt superhandig en je kunt alles later nog aanpassen. Je kunt daarbij zelfs afbeeldingen van een bestaande andere site of vanaf Facebook importeren. Tot slot kies je een stijl, en bam, je website is online. Werken met Wix is gratis, tot je geavanceerdere functies wilt, zoals het koppelen van je eigen domein, geen advertenties van Wix, en meer opslagcapaciteit. Pakketten variëren van 4,50 tot 24,50 euro per maand.

©PXimport

Jimdo geeft je de keus: alles uit handen geven of toch een beetje controle hebben

-

Tip 07: Jimdo

Jimdo is een directe concurrent van Wix, beide partijen bieden een soortgelijke dienst aan en zijn goed met elkaar te vergelijken. Ook op Jimdo maak je eenvoudig en gratis je website. Je meldt je aan of registreert met Facebook en daarna kies je of je een gewone website wilt bouwen of een webwinkel. Het mooie van Jimdo is, dat ze je de keuze bieden tot een website waarin alles voor je is gedaan – en je niets van code hoeft te weten – en een website waarin je zelf zaken kunt veranderen aan de code. Ook mooi is dat Jimdo je laat kiezen tussen het maken van een site voor jezelf/een kleine groep mensen of een site voor iedereen. De koppeling met Facebook en Instagram is bij Jimdo veel groter dan bij WIx, zodat je site direct al veel meer is afgestemd op je wensen. Zo leidt de site van je (eventuele) Facebookpagina af wat voor soort site je probeert te bouwen. De site die Jimdo voor ons bouwde voelde voor ons ook direct meer áf en we werden wat meer aan het handje gehouden bij de configuratie. Ook Jimdo heeft betaalde pakketten, van 9 euro tot 39 euro per maand, waarbij het duurste pakket je onbeperkte opslagcapaciteit geeft.

©PXimport

Tip 08: Mijnwebwinkel.nl

Zoals we al aangaven bij het onderdeel Pakketten, is een webwinkel natuurlijk heel iets anders dan een blog. Waar we bij een blog nog geneigd zijn om te zeggen: “Probeer het installeren van WordPress of Joomla gewoon eens uit”, is het risico bij een webwinkel écht te groot als je geen kennis van zaken hebt. Immers, het gaat hier om klantgegevens, bestellingen, facturen, verplichtingen aan de belastingdienst, daar wíl je gewoon geen gezeur mee hebben. Er zijn gelukkig prachtige diensten die je kunnen ontzorgen, zoals Shopify en Lightspeed. Toch vinden we die diensten niet altijd even gebruiksvriendelijk. Mijnwebwinkel.nl is een platform dat veel meer gericht is op de beginnende online winkelier. Binnen een paar stappen heb je een winkel gebouwd, waarbij je voor de basisversie zelfs helemaal niets hoeft te betalen. Betaalde opties zijn er ook, van 2500 producten voor 19 euro per maand tot een onbeperkt aantal producten plus heel veel extra’s voor 49 euro per maand. Is je webwinkel een doorslaand succes en heb je meer flexibiliteit nodig, dan kun je altijd nog overstappen op bijvoorbeeld Magento. Tot die tijd doe je er echt goed aan om een dienst als deze te gebruiken.

Tip 09: SlimWiki

Bij het onderdeel Pakketten hebben we het al even gehad over het maken van je eigen kleine variant van Wikipedia over een onderwerp dat je aanspreekt. Zoals je een blog kunt maken met behulp van een online platform, kun je dat ook met een wiki doen. SlimWiki is een dienst die je in staat stel om binnen een paar muisklikken je eigen wiki op te zetten. Je hebt dan niets te maken met de installatie van een script, en kunt direct aan de slag. Je flexibiliteit is dan wel een stuk minder en je kunt zelf niets aan de scripts aanpassen. Het maken van een wiki via SlimWiki is helemaal gratis, en de makers zeggen dat dit ook altijd zo zal blijven (al blijft altijd een nogal dubieus begrip als het om internet gaat). De gratis variant biedt je echter niet de mogelijkheid om je eigen domein aan je wiki te koppelen of om meerdere beheerders aan te stellen. Daarvoor zul je dan toch een betaald account moeten nemen, je betaalt daar dan 20 dollar per maand voor en dat is dan weer best veel als het om een hobbysite gaat.

©PXimport

Tip 10: Blogger

Ach, hoe zouden we het oude vertrouwde Blogger kunnen overslaan in dit overzicht. Excuseer ons als dit een tikje nostalgisch klinkt, maar het is nu eenmaal een feit dat Blogger (vroeger Blogspot genaamd) werd opgericht in 1999, jaren voordat Joomla! en Wordpress het levenslicht zagen. Het concept was (en is nog steeds) briljant: je gaat naar de site, maakt een blog aan, en tien minuten later kun je je eerste blog al online hebben. Door de jaren heen is er uiteraard heel veel veranderd. Je hebt nu veel meer invloed op het uiterlijk van je blog dankzij de templates die je kunt toepassen en je kunt eenvoudig geld verdienen met je blog door er een AdSense-account aan te hangen. Daarnaast is het fijn dat je opgenomen bent in het Blogger-netwerk, zodat je niet met een publiek van 0 mensen hoeft te beginnen. En het fijne is dat Blogger na al die jaren nog steeds helemaal gratis is.

©PXimport

Minder flexibel

Wanneer je voor het eerst begint met het maken van een website, raden we je absoluut één van deze diensten aan. Een website aanmaken, inrichten en onderhouden is al intensief genoeg en je wilt je daarnaast niet constant zorgen hoeven maken over alles dat er aan de technische kant mis kan gaan. Dat gezegd hebbende, zul je gaandeweg merken dat de flexibiliteit redelijk beperkt is. Hoewel dit verschilt per partij, zul je merken dat bepaalde zaken gewoon niet kunnen (zoals advertenties plaatsen op een bepaalde plek, samenwerken met affiliate-partijen enzovoort), terwijl je die wel nodig hebt. Dat is dan ook het moment om over te stappen op een pakket als WordPress of één van de andere pakketten die we in dit artikel hebben genoemd. Het enige dat we je in dat geval kunnen aanraden is: back-up, back-up, back-up!

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.