Zo maak je een lichtplan voor slimme verlichting in de tuin
Voordat je aan de slag gaat met slimme buitenverlichting, is het verstandig om een lichtplan te maken. Een lichtplan kan je namelijk helpen in kaart te brengen hoeveel lampen je van elke soort nodig hebt en waar je de lampen gaat plaatsen. Zo weet je precies waar je eventueel extra stroompunten moet aanbrengen en kies je makkelijker de juiste soort lampen uit. We leggen je uit hoe je het best aan de slag gaat.
Na het lezen van dit artikel weet je:
- Hoe je stapsgewijs een lichtplan maakt
- Waar je op moet letten voordat je slimme lampen voor buiten koopt
- Ook interessant: Zo maak je je eigen programmeerbare ledstrips voor buiten
Stap 1: Maak een ruwe schets van je tuin
Om een lichtplan te maken, gebruik je doorgaans een schets van je tuin. Die kun je zelf met de hand tekenen. Een lichtplan hoeft er niet ingewikkeld uit te zien. Een globale schets van je tuin is voldoende, zolang je een goed beeld hebt van de verschillende gedeeltes binnen je tuin. Zorg bijvoorbeeld voor een duidelijk onderscheid tussen een terras, tuinpad en vijver. Geef ook unieke elementen in je tuin goed weer, zoals een grote boom of de treden van een trap.
Kan je tuin wel wat licht gebruiken?
Na het maken van een lichtplan koop je hier de ideale verlichting!
Stap 2: Breng het doel van elke lamp in kaart
Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen de verschillende doelen van de slimme verlichting die je in je tuin wilt aanbrengen: functionele verlichting, sfeerverlichting en accentverlichting. Dat kun je doen aan de hand van stiften met verschillende kleuren (één kleur voor elk doel).
Begin je lichtplan met de functionele verlichting, zodat je een goede basislaag aanbrengt. Deze hang je bijvoorbeeld onder een overkapping, of aan een gevel of schutting. Ook kun je deze lampen langs een pad of andere plek waar je vaak langsloopt plaatsen.
©Duangjai M.
Daarna is het tijd om de sfeerverlichting in kaart te brengen. Deze lampen plaats je op verschillende plekken in je tuin om een gezellige sfeer te creëren, zoals bij een zithoek, maar ook tussen je planten. Sfeerlampen zijn doorgaans een stuk minder fel dan functionele lampen.
Met accentverlichting leg je de focus op een object in je tuin, zoals een boom, fontein of standbeeld. Hiervoor gebruik je vaak spotverlichting, zoals een prikspot of grondspot. Ook een wandlamp kan voor een accent zorgen.
Stap 3: Neem de stroompunten op in je lichtplan
Slimme verlichting heeft nog steeds stroom nodig om te kunnen branden. Daarom is het belangrijk om op je lichtplan in kaart te brengen waar je stroompunten zitten. Zo maak je inzichtelijk of je alle lampen met je huidige stroomvoorzieningen van stroom kunt voorzien. Als dat niet zo is, kun je overwegen extra stroompunten aan te leggen. Ook kun je denken aan andere oplossingen, zoals slimme lampen op zonne-energie.
Stap 4: Bepaal hoeveel lumen je nodig hebt
Hoeveel lumen je nodig hebt voor slimme buitenverlichting, hangt wederom af van het gebruiksdoel. Over het algemeen kies je bij functionele lampen voor ongeveer 500 tot 700 lumen. Voor sfeerverlichting is een lamp van rond de 250 lumen meestal voldoende. Het aantal lumen dat je nodig hebt, hangt ook af van hoeveel lampen je gebruikt en hoe dicht ze bij elkaar staan.
In je lichtplan kun je met cirkels aangeven hoe ver het licht ongeveer zal stralen. Bij sfeerverlichting is dat een cirkel van ongeveer 1,8 meter in diameter en bij functionele lampen zal dit ongeveer 2,8 meter in diameter zijn. Zorg ervoor dat de cirkels elkaar niet te veel overlappen, maar ook dat er niet te veel ruimte tussen zit. Een lichtplan helpt om dat goed in kaart te brengen.
Stap 5: Voeg de locatie van slimme accessoires toe
Door middel van slimme accessoires maak je je slimme buitenverlichting nóg slimmer. Wil je sensoren in je smarthome – of beter gezegd smartgarden – toepassen, neem deze dan ook op in je lichtplan.
Een bewegingssensor die de lampen inschakelt als er beweging wordt gedetecteerd, plaats je bijvoorbeeld bij de voor- of achterdeur, of bij de poort. Zo is er voldoende licht als je ‘s avonds in het donker thuiskomt, maar het licht schrikt ook eventuele indringers af.
©Photographer: Alexandre Zveiger
Stap 6: Haal de slimme lampen uit je plan in huis
Nu je een goed beeld hebt van de hoeveelheid en het soort lampen dat je nodig hebt, is het tijd om ze in huis te halen. Maar voordat je tot aankoop overgaat, is het belangrijk om te weten hoe je de lampen gaat bedienen. We leggen je in een ander artikel uit waar je precies op moet letten voordat je slimme verlichting voor buiten koopt.
De lampen moeten bijvoorbeeld geschikt zijn voor buitengebruik, maar ook de verbinding (met bluetooth, wifi of een ander smarthomeprotocol) van de lampen met je smartphone en/of smarthomeplatform moet toereikend zijn. Houd bij het uitkiezen van slimme buitenlampen ook rekening met de kleurtemperatuur (warm wit of koud wit) van de lampen, zodat ze eenheid uitstralen. Als het gaat om sfeer- of accentverlichting kun je ook denken aan RGB-lampen om je tuin speelser te maken. Natuurlijk doen gekleurde lampjes het ook heel goed op een tuinfeest!