ID.nl logo
Fietsstoel, bakfiets of fietskar: zo neem je je kinderen (veilig!) mee op de fiets
© Татьяна Кутина - stock.adobe.com
Mobiliteit

Fietsstoel, bakfiets of fietskar: zo neem je je kinderen (veilig!) mee op de fiets

Heb je kinderen? Om ze naar school, de opvang of de sportclub te brengen kun je natuurlijk de auto pakken, maar vaak kan het net zo gemakkelijk op de fiets. ID.nl praat je bij over kinderen vervoeren in een fietsstoeltje, fietskar en bakfiets en legt uit hoe je dat op een zo veilig mogelijke manier doet.

In dit artikel kijken we naar manieren waarop je (kleine) kinderen veilig kunt vervoeren met de fiets. We leggen uit waar je op moet letten als je een fietsstoeltje wilt gebruiken | Hoe je kinderen veilig meeneemt in een bakfiets | Wat aandachtspunten zijn bij fietskarren.

Lees ook: Veilig fietsen op een bakfiets doe je zo


Eén of twee fietsstoeltje aanschaffen is veruit de goedkoopste oplossing en zal voor veel ouders prima volstaan. Wil je qua vervoer echter meer flexibiliteit hebben (of heb je een groot gezin) dan is de aanschaf van een bakfiets of fietskar aanlokkelijk. Besef echter wel dat je hiervoor stevig in de buidel moet tasten en ook thuis genoeg stallingsruimte moet hebben. Om de keuze wellicht iets eenvoudiger te maken, geeft ID.nl in dit artikel meer informatie over alle drie de mogelijkheden.

Fietsstoeltjes

Kinderen vanaf 9 maanden tot ongeveer 2 jaar zitten meestal in een stoeltje voor op de fiets. Dit heeft als voordeel dat je je kindje heel de tijd in de gaten kunt houden. Er zijn echter ook nadelen: bij een botsing vangt de peuter de eerste klap op en dat kan vervelend uitpakken. Voorzichtigheid is dus geboden. Een ander nadeel van voor op zitten is dat de fiets minder handelbaar wordt, doordat het stoeltje de bewegingsvrijheid van de fietser belemmerd. Het is daarom verstandig om het zadel wat lager te zetten, zodat je sneller een voet aan de grond kunt zetten of kunt afstappen. De zogenaamde moederfietsen of familybikes hebben meer afstand tussen het zadel en het kinderzitje. Hierdoor ontstaat er meer ruimte om de trappers rond te laten gaan en om op- en af te stappen.

Als het kind groter wordt, is het tijd om over te schakelen naar een zitje achterop. Zorg voor een stevig stoeltje met in elk geval voetsteunen, een goede pasvorm en een kindbestendige veiligheidsgordel. Ondeugdelijke fietsstoeltjes worden tegenwoordig nog steeds aangeboden. In combinatie met de kinderlijke ontdekkingsdrang kunnen zij een gevaar opleveren. Controleer regelmatig de jasbeschermers en de bevestigingspunten van het fietsstoeltje. Tip: monteer altijd een standaard met een dubbele poot, de fiets staat dan veel stabieler. Dat maakt het makkelijker (en veiliger) om het kindje in en uit het stoeltje te tillen.

©Dmytro Titov - stock.adobe.com

Aan welke veiligheidseisen moeten fietsstoeltjes voldoen?

Voor fietsstoeltjes bestaat er een Europese norm (EN14344). In deze norm zijn de volgende veiligheidseisen opgenomen:
• Fietsstoeltjes moeten voorzien zijn van een spaakafscherming. Wanneer deze afscherming ontoereikend is, moet er een jasbeschermer bij het fietsstoeltje worden geleverd.
• Fietsstoeltjes aan het stuur mogen alleen nog maar tussen de berijder en het stuur worden bevestigd en niet meer aan de voorzijde van het stuur.
• Fietsstoeltjes voorop mogen niet enkel aan het stuur worden gehangen maar alleen in combinatie met een extra bevestiging aan de stuurpen of het frame.
• Fietszitjes achter op de fiets moeten beschikken over een hoge rugleuning en stoeltjes op de bagagedrager moeten een extra bevestiging aan het frame van de fiets hebben.
• Gebruik van een gordel in het fietsstoeltje is verplicht.


Bakfiets

Kinderen vinden het te gek om in de bakfiets te zitten, maar toch schuilen er ook gevaren in het vervoer per bakfiets. Aangezien de kinderen zelf in de bak klimmen, is de kans groot dat de gordels vergeten worden. Daarnaast worden de zijwielen dikwijls niet afgeschermd, waardoor er een handje tussen de spaken zou kunnen komen.

Veilig vervoer per bakfiets begint met de aanschaf van de bakfiets. Kies liever voor een merkbakfiets dan voor een prijsknaller uit een reclamefolder. Bedenk ook goed of je een bakfiets met twee of met drie wielen wilt. Een belangrijk verschil tussen deze twee uitvoeringen is de stabiliteit. Bij het rechtdoor fietsen zijn de bakfietsen met drie wielen het meest stabiel, zeker als de kinderen niet stil zitten. Het nemen van bochten gaat echter veel soepeler met een bakfiets op twee wielen. Bovendien zijn deze bakfietsen minder breed, waardoor ze thuis makkelijke te stallen zijn en op het fietspad minder plaats innemen.

Lees ook: Hoeveel kinderen passen er in een bakfiets?

©pikselstock - stock.adobe.com

Kinderen mee in de bakfiets? Hier moet je op letten

• Alle zitplaatsen moeten met gordels zijn uitgerust.
• Haast is een slechte raadgever: doe ook bij tijdnood altijd de kinderen in de gordels.
• Zorg voor reflectoren aan de zijkant van de bak en verlichting aan de voor- en achterkant.
• De bakfiets moet een goede parkeerrem hebben.
• Aan de bak mogen geen scherpe hoeken en randen zitten.
• De spaakwielen moeten afgeschermd zijn, zodat een kind niet met zijn vingers tussen de spaken kan komen.
• Een goede antislipmat of vloer in de bak voorkomt glijpartijen.


Fietskar

Volgens een onderzoek van de Duits ADAC is een kar achter de fiets een van de meest veilige manieren om kinderen te vervoeren. Daarnaast vinden kinderen het vervoer per kar meestal leuk en biedt de fietskar meer bewegingsruimte dan een fietsstoeltje. Bij slecht weer kan de fietskar ook afgesloten worden, waardoor de kinderen droog blijven.

Kies bij de aanschaf altijd voor een gerenommeerd merk en voor een fietskar met een strakke, stabiele bodem. Er zijn nogal wat prijsstunters die fietskarren met een slappe nylon bodem aanbieden. Deze goedkope karren zijn niet alleen minder stabiel, maar ook minder veilig. Ook belangrijk: een felle kleur en een veiligheidsvlaggetje op de kar vergroten de zichtbaarheid in het verkeer.

©Olleg1 - stock.adobe.com

Waar je op moet letten als je een fietskar gebruikt

• De spaken van de fietskar moeten afgeschermd zijn.
• Zorg dat de fietskar goed zichtbaar is in het verkeer.
• De fietskar moet naast de koppeling nog een extra bevestiging aan de fiets hebben, meestal in de vorm van een riempje.
• Een fiets met fietskar is zwaarder dan alleen een gewone fiets. Hierdoor gaat het opstarten langzamer en is de remweg langer.
• Controleer de fietskar regelmatig op gebreken. Kijk vooral naar de koppeling en controleer of de extra zekering van de koppeling nog goed is.
• Plaats een spiegel op het stuur waarmee je de fietskar en je kinderen in de gaten kunt houden.
• Neem geen obstakels zoals een stoeprand met de fietskar. De kar kan dan omkiepen.|
• Wil je een autostoeltje of babyschaal in de fietskar bevestigen? Doe dat dan alleen met een daarvoor geschikte bevestigingsset.
• Zet de kinderen altijd in de gordels!


▼ Volgende artikel
Zo verhelp je in maximaal 10 stappen je wifi-problemen in Windows 11
© lalafinaa | Plaifah - stock.adobe.com
Huis

Zo verhelp je in maximaal 10 stappen je wifi-problemen in Windows 11

Veel problemen in Windows 11 hebben te maken met de wifi-verbinding. En dat is behoorlijk irritant. Geen connectie, wegvallend internet of een tergend trage verbinding? Met dit stappenplan breng je alles weer op volle snelheid.

Wat gaan we doen

In dit stappenplan werk je van simpel naar diepgaand. Je begint met snelle controles, zoals vliegtuigstand en een herstart van pc en router. Daarna ga je verder met probleemoplossers, een vers wifi-profiel en een volledige netwerkreset. Tot slot bekijk je driverproblemen, services die zijn gestopt en updates die roet in het eten gooien. Door de stappen in deze volgorde te volgen, spoor je de oorzaak gericht op en krijgt je verbinding weer de snelheid die je gewend bent.

Foutmeldingen als 'Geen internettoegang', 'Onbekend netwerk' of 'Beperkte toegang' kunnen je tot wanhoop drijven. Volg daarom dit stappenplan in de juiste volgorde.

Je gaat niet zomaar meteen je netwerk resetten als je niet eerst gecontroleerd hebt of je pc in vliegtuigmodus staat of dat het probleem eenvoudig verholpen zou zijn door de pc en de router te herstarten. Zie het als een plan van aanpak waarbij je het hoofd koel houdt. 

Lees ook: 5 redenen waarom je toe bent aan een nieuwe router

Stap 1: Check de vliegtuigstand

Controleer eerst of de wifi werkt op een andere laptop, tablet of smartphone. Heeft ook dat toestel geen verbinding, dan ligt het probleem niet aan je computer. Werkt de wifi op andere apparaten wél, kijk dan of op je pc de vliegtuigmodus per ongeluk is ingeschakeld en of de wifi-adapter aan staat. De vliegtuigmodus schakelt alle draadloze communicatie uit, zoals bluetooth en wifi. Handig in een vliegtuig of om de batterij te sparen, maar uiteraard funest voor je internetverbinding. Klik op het netwerkpictogram in het systeemvak om te zien of de vliegtuigmodus actief is. In datzelfde menu kun je ook controleren of wifi is ingeschakeld.

Controleer of je niet per ongeluk de vliegtuigstand hebt geactiveerd.

Stap 2: Start pc en router opnieuw op

Vaak is de oplossing eenvoudiger dan je denkt: herstart zowel je pc als je router. Schakel eerst de computer uit. Haal daarna de stekker van de router uit het stopcontact en wacht dertig seconden. Sluit de router weer aan en zet hem aan. Zodra alle lampjes normaal branden, start je de computer opnieuw op.

©Antonioguillem - stock.adobe.com

Je kunt ook de resetknop van de wifi-router gebruiken.

Stap 3: Probleemoplossers

Windows heeft ingebouwde probleemoplossers die je helpen bij netwerkstoringen. Open de Instellingen met Windows-toets+I. Daar klik je op Systeem en daarna op Problemen oplossen. Klik op Andere probleemoplossers. In de groep Meest voorkomende zie je de probleemoplosser voor Netwerk en Internet. Klik op Uitvoeren. Er verschijnt een pagina met de melding 'Wij helpen u bij het maken van de verbinding.' De probleemoplosser zoekt naar de oorzaak en stelt een oplossing voor, zoals wifi inschakelen, vliegtuigmodus uitschakelen, de computer opnieuw opstarten of het opnieuw instellen van de netwerkadapter. Volg de aanbevolen stappen en laat de tool je begeleiden. Na het toepassen van de suggesties is de kans groot dat je pc weer verbinding maakt met het draadloze netwerk.

Windows heeft een ingebouwde set probleemoplossers.

Tips voor een sterker wifi-signaal

Plaats de wifi-router zo centraal mogelijk in huis en niet in de buurt van grote metalen voorwerpen die het signaal verstoren. Wanneer je het verbindingsprobleem volgens dit stappenplan aanpakt, ga je dichter bij de wifi-router zitten. Met een laptop is dat eenvoudig. Hiermee sluit je alvast problemen met de afstand uit. Hoe verder je van de router bent verwijderd, hoe zwakker de sterkte van het draadloze signaal, wat zich vertaalt in verbindingsproblemen. Hou de router ook uit de buurt van apparaten die interferentie veroorzaken. Het is bekend dat magnetrons, babyfoons, draadloze telefoons en draadloze speakers het wifi-signaal verstoren omdat ze dezelfde 2,4GHz-band gebruiken, waardoor het signaal trager of instabiel kan worden. Start de router regelmatig op om het geheugen te wissen en de prestaties te verbeteren.

©lalafinaa | Plaifah - stock.adobe.com

Wanneer je verbindingsproblemen aanpakt, plaats je de laptop zo dicht mogelijk bij de wifi-router.

Stap 4: Wifi herstellen met nieuwe netwerkverbinding

Een andere manier om een onbetrouwbare wifi-verbinding te herstellen is het netwerk verwijderen en daarna opnieuw toevoegen. Open met Windows-toets+Ide Instellingen en klik op Netwerk en internet. Selecteer Wifi en klik op Bekende netwerken beheren. Selecteer het draadloze netwerk dat het probleem veroorzaakt en klik op de knop Niet onthouden. Vervolgens gebruik je de knop Netwerk toevoegen. Je geeft het nieuwe netwerk een naam en je selecteert een beveiligingstype, bijvoorbeeld WPA2-Personal AES en je voert een wachtwoord in. Vink de optie Automatisch verbinden aan en doe hetzelfde met Verbinding maken, zelfs wanneer dit netwerk niet uitzendt. Klik tot slot op Opslaan. Door van een nieuw netwerk te vertrekken, wis je automatisch verouderde of beschadigde netwerkconfiguraties en maakt Windows een frisse verbinding met het wifi-netwerk.

Verwijder het oude netwerk en begin met een nieuw netwerk.

Stap 5: Netwerk resetten

De probleemoplosser heeft het al gesuggereerd: je kunt de netwerkresetfunctie gebruiken om de netwerkadapters te verwijderen en opnieuw te installeren. Dit is een veelgebruikte oplossing voor de meeste draadloze problemen. Open de Instellingen en ga weer naar Netwerk en internet. Klik onderaan op de pagina op Geavanceerde instellingen om een overzicht van de netwerkadapters te zien. In het gedeelte Meer instellingen klik je op Netwerk opnieuw instellen. Op deze pagina gebruik je de knop Nu opnieuw instellen. Hiermee worden alle netwerkadapters verwijderd en daarna opnieuw geïnstalleerd. Ook de instellingen van andere netwerkonderdelen worden teruggezet naar de standaardwaarden. Na afloop herstart je de pc. Let op: gebruik je VPN-software, dan moet je die opnieuw installeren. Ook moet je daarna handmatig opnieuw verbinding maken met het wifi-netwerk.

Hiermee worden alle netwerkadapters verwijderd en opnieuw geïnstalleerd.

Nieuwe laptop nodig?

Bekijk nu de prijsdalers

Stap 6: Wifi-stuurprogramma verwijderen en opnieuw installeren

Een beschadigd, verouderd of incompatibel wifi-stuurprogramma kan de oorzaak zijn van de draadloze netwerkproblemen. Dit los je op door het stuurprogramma te verwijderen en opnieuw te installeren. Maak voordat je begint een herstelpunt aan (zie kader: Herstelpunt). Mocht er iets misgaan, dan kun je het systeem terugzetten naar een eerdere staat. Typ in het zoekveld van de taakbalk Apparaatbeheer en open het programma. Dubbelklik op Netwerkadapters. Klik met de rechtermuisknop op het wifi-stuurprogramma en selecteer in het contextmenu de opdracht Apparaat verwijderen. Bevestig deze opdracht in het pop-upvenster. Start de computer opnieuw. Windows zoekt automatisch naar de opgeslagen drivers op het systeem en zal die ook meteen installeren. Maak opnieuw verbinding met wifi en kijk of er verbinding is. Als het probleem verder aanhoudt, ga je voor de volgende stap.

Als je de wifi-netwerkadapter kent, kun je die verwijderen.

Wat is mijn wifi-netwerkadapter?

Meestal is het gemakkelijk om in Apparaatbeheer de wifi-netwerkadapter te vinden. Vouw Netwerkadapters uit en zoek naar een adapter met wireless of wifi in de naam, bijvoorbeeld: Intel(R) wifi 6 AX201 160MHz. Soms zie je geen naam die naar wifi of wireless verwijst. In dat geval gebruik je de opdrachtprompt om de juiste wifi-netwerkadapter te achterhalen. Druk op Windows-toets+R, typ cmd en druk op Enter. Daarna typ je het volgende commando in: netsh wlan show drivers. Vervolgens lees je de naam van de wifi-adapter en de fabrikant.

Hier is de wifi-chip Realtek RTL8822CE 802.11ac PCIe-adapter.

Herstelpunt

Met een herstelpunt kun je de computer terugzetten naar een vorige goed functionerende staat. Typ Herstelpunt als zoekterm naast de startknop. Je komt dan direct bij het tabblad Systeembeveiliging van Systeemeigenschappen. Selecteer de lokale systeemschijf in het overzicht en vervolgens klik je op de knop Configureren. Schakel in het volgende venster Systeemherstel in. Met de schuifregelaar onderaan bepaal je de hoeveelheid schijfruimte die voor de herstelpunten mag worden gebruikt. Bevestig met Toepassen en klik op OK. Terug in het vorige venster klik je op Maken. Windows vraagt welke naam je dit herstelpunt wilt geven zodat je dit later gemakkelijk kunt herkennen. Klik nog eens op de knop Maken. Je ontvangt een melding als het herstelpunt succesvol is aangemaakt. Wil je later terugkeren naar dit herstelpunt, dan open je weer Systeemeigenschappen / Systeembeveiliging. Daar gebruik je de knop Systeemherstel en dan krijg je een overzicht van de herstelpunten waarnaar je kunt terugkeren.

Je krijgt ook de datum en tijd te zien van het herstelpunt dat je kunt aanspreken.

Stap 7: Handmatig het nieuwste wifi-stuurprogramma

Heb je het wifi-stuurprogramma verwijderd en opnieuw geïnstalleerd, maar blijft het probleem bestaan? Dan kan het zijn dat Windows Apparaatbeheer niet de juiste driver heeft geïnstalleerd. Windows heeft een ingebouwde tool, Windows Update, die de drivers automatisch up-to-date moet houden, maar soms worden die driver-updates overgeslagen. Fabrikanten doen er vaak lang over om hun drivers aan Windows Update toe te voegen. En Windows Update zelf negeert soms driverupdates omdat het die als optioneel beschouwt, terwijl ze eigenlijk heel belangrijk zijn. In dat geval ga je bij de fabrikant op zoek en geef je het model van je pc in. Daarna bepaal je welke Windows-versie je hebt en of je computer 32- of 64-bits is. Ga door naar de downloadpagina van de fabrikant van het apparaat. Zoek het juiste stuurprogramma en download de driver. Soms zit de driver in een zip-bestand. Dat is een gecomprimeerd bestand, een archief dat je eerst moet uitpakken of ontzippen. In Windows doe je dat door met de rechtermuisknop op het zip-bestand te klikken en dan Alles uitpakken te selecteren. Daarna kun je het exe-bestand dubbelklikken en de instructies op het scherm volgen om het stuurprogramma te installeren. Als je computer geen internettoegang heeft, dan zoek je deze driver via een andere computer en je transporteert de exe-installer met een usb-stick om het daarna op de pc met het wifi-probleem te installeren.

Iedere fabrikant heeft zijn eigen supportpagina waar je de stuurprogramma's kunt downloaden.

⭐Consumenten testen: de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set

Op Review.nl testen gewone consumenten de meest uiteenlopende producten. zo hebben ze ook de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set thuis uitgebreid uitgeprobeerd. Benieuwd naar hun bevindingen? Dit is het oordeel van het Review.nl-testpanel over de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set.

Stap 8: Schakel de WLAN AutoConfig-service in

Het systeem bevat een hulpprogramma dat het beheer van draadloze verbindingen op de achtergrond voor zijn rekening neemt: WLAN AutoConfig-service. Als deze service actief is, selecteert deze dynamisch met welk draadloos netwerk de pc automatisch verbinding maakt. Bovendien configureert deze service de nodige instellingen op de draadloze netwerkadapter. Soms kan deze door een fout niet meer goed werken. Het is zelfs mogelijk dat het foutbericht 'Windows kan de WLAN AutoConfig-service niet starten' verschijnt wanneer je een draadloze verbinding met het internet probeert te maken. Om de service in te schakelen druk je op Windows-toets+R in om het venster Uitvoeren te openen. Typ hier services.msc en klik op OK. Nu krijg je een lange lijst van services te zien. Scrol naar beneden en selecteer WLAN AutoConfig. In het contextmenu selecteer je Eigenschappen. In het tabblad Algemeen selecteer je bij Opstarttype de optie Automatisch. Daarna klik je achtereenvolgens op Toepassen, Start en OK om de wijzigingen op te slaan. Nu moet je de pc opnieuw opstarten en opnieuw verbinding trachten te maken met het draadloze netwerk om te zien of het werkt.

Reset de WLAN AutoConfig-service.

Stap 9: Geef het ip-adres vrij en leeg de DNS-cache

Kun je wel een wifi-verbinding maken, maar heb je toch geen toegang tot het internet, dan kan dit probleem veroorzaakt worden door je ip-adres of het DNS (Domain Name System). Je kunt deze instellingen resetten, zodat Windows een nieuw ip-adres opvraagt en de DNS-cache leegt. Klik op de Windows-zoekbalk en typ cmd in het zoekvak. Als resultaat verschijnt de app Opdrachtprompt en daar selecteer je de optie Als administrator uitvoeren. Nu typ of plak je de volgende 5 opdrachten één na één in opdrachtprompt en na elke opdracht druk je op Enter:

netsh winsock reset
netsh int ip reset
ipconfig /release
ipconfig /renew
ipconfig /flushdns

Als je daarmee klaar bent, herstart je en verbind je de computer opnieuw met wifi.

In de opdrachtprompt kun je het ip-adres vrijgeven en de DNS leegmaken.

Stap 10: Update verwijderen

Is het wifi-probleem ontstaan nadat je een Windows-update hebt uitgevoerd, dan kun je de recente updates verwijderen om te kijken of daarmee het probleem opgelost is. Open de Instellingen en selecteer Windows Update in het linkertabblad. Dan kun je aan de rechterkant Geschiedenis van updates bekijken en in de lijst zie je telkens wanneer de installatie van de update is uitgevoerd. Onderaan bij Verwante instellingen vind je Installatie van updates ongedaan maken. Als je daarop klikt, zie je welke updates je ongedaan kunt maken. Selecteer de update die je wilt verwijderen en klik op Installatie ongedaan maken. Klik op Ja wanneer er een dialoogvenster verschijnt. Probeer opnieuw verbinding te maken met het draadloze netwerk en te internetten.

Selecteer de update die je wilt verwijderen.

Je hebt er wél wat geduld nodig

(Koffie uit deze mok helpt)
▼ Volgende artikel
Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt
© Anders Beier
Huis

Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt

Lange documenten in Word voorzie je natuurlijk van paginanummers. Maar wat als je project begint met een voorblad en een inhoudsopgave? Dan wil je de paginanummering misschien pas later laten starten, bijvoorbeeld bij het eerste hoofdstuk. Gelukkig kun je zelf bepalen vanaf welke pagina de nummering begint en hoe die wordt weergegeven.

Stap 1: Sectie-einde

Stel dat je de paginanummering pas op pagina vier wilt laten beginnen. Plaats dan de cursor aan het einde van de tekst op de derde pagina. Ga naar het tabblad Indeling, klik op Eindemarkeringen en kies onder Sectie-einden de optie Volgende pagina. Zo voeg je een sectie-einde toe tussen pagina drie en vier.

Plaats een sectie-einde voor de pagina waar de nummering moet beginnen.

Stap 2: Ontkoppel de sectie

Klik in de kop- of voettekst van pagina vier. Je ziet nu het label Koptekst (Sectie 2) of Voettekst (Sectie 2) verschijnen. Zodra je dit doet, opent automatisch het tabblad Koptekst en voettekst. Klik op Aan vorige koppelen in de groep Navigatie om de kop- en voettekst van deze sectie los te koppelen van de vorige. Zo voorkom je dat de paginanummers ook op de eerste drie pagina’s verschijnen.

Zorg dat de optie 'Aan vorige koppelen' is uitgeschakeld voordat je nummers toevoegt.

Stap 3: Nummering plaatsen

Plaats de cursor opnieuw in de kop- of voettekst van pagina vier waar je de nummering wilt starten. Ga naar Paginanummer, kies waar je het nummer wilt tonen (bovenaan of onderaan) en kies een stijl. Je ziet nu waarschijnlijk dat pagina vier het cijfer 4 krijgt. Dat wil je aanpassen. Klik opnieuw op Paginanummer en kies Opmaak paginanummers. Selecteer hier Beginnen bij en vul het gewenste startnummer in – in dit voorbeeld: 1. Klik op OK. Nu begint de nummering pas op pagina vier, met het cijfer 1.

De eerste drie pagina’s hebben nu geen nummering. Als je die drie pagina’s door middel van Romeinse cijfers wilt nummeren, dan ga je terug naar de allereerste pagina en weer klik je op Paginanummer. Je beslist of de nummering boven- of onderaan de pagina moet komen. In het pop-up venster Opmaakpaginanummers selecteer je bovenaan de Romeinse stijl en in het vak Beginnen bij selecteer je 1.

Vanaf nu krijgt de vierde pagina het nummer 1.