ID.nl logo
De mooiste wandelroutes of fietsroutes maken met Viking
© Reshift Digital
Huis

De mooiste wandelroutes of fietsroutes maken met Viking

Wil je ontspannen aan de wandel of een fietstocht maken zonder dat je je steeds afvraagt of je nog wel de goede kant opgaat, geen mooie weggetjes en fotogenieke plekken overgeslagen hebt of verdwaalt in gebieden waar je amper de weg kent? Stippel dan voordat je van huis gaat je ideale route uit op de computer. Met Viking kun je de mooiste fiets- en wandelroutes maken.

Tip 01: Voorbereid op pad

Ben je meer een planner dan op de bonnefooi ergens op pad te gaan, dan kun je thuis alvast een fraaie en afwisselende route in elkaar zetten met het programma Viking. Dan weet je zeker dat je de mooiste plekken tegenkomt en de tocht niet kilometerslang over saaie rechte asfaltwegen voert. Je kunt ook kant-en-klare routes van een wandel- of fietswebsite downloaden of past zo’n route aan jouw wensen aan. Dan weet je zeker dat je gerust om je heen kunt kijken en optimaal kunt genieten van je tocht, zonder je bezig te moeten houden hoe je moet lopen of fietsen. Tot slot kun je een prachtige route die jij kent, vastleggen, zodat je hem met anderen kunt delen.

Tip 02: Kaartlaag

Viking is opensource en mag je volledig gratis gebruiken. Download Viking hier. In het begin ziet het er allemaal wel nog wat kaal uit. Dat komt doordat Viking met lagen werkt die je naar eigen inzicht aan en uit kunt zetten. 

Om routes in te tekenen, heb je allereerst een laag met kaartmateriaal nodig dat geschikt is voor wandelen of fietsen. Deze topografische kaart maak je zichtbaar via Edit / Layer Defaults / Map. In het venster dat verschijnt kies je bij Map Type voor OpenStreetMap (Mapnik). Herstart hierna het programma zodat de kaart van Open Street Maps zichtbaar wordt. Je kunt eventueel ook voor een andere kaart kiezen, zoals OpenStreetMap (Cycle).

Begin je altijd vanaf hetzelfde punt, stel dat dan in als standaardlocatie 

-

Tip 03: Waar ben ik?

Zodra de kaart aanstaat, zoek je het gebied op waar je een route wilt uitzetten. Dat kan door de kaart met ingedrukte muisknop te verschuiven. Om snel grote afstanden af te leggen, is het dan wel zo handig om eerst flink uit te zoomen en pas rond de plaats van bestemming weer in te zoomen. Dat zoomen kun je doen met het muiswieltje. Let er dan wel op dat in de gereedschapsbalk bovenin het gereedschap Pan Tool of Select Tool geselecteerd moet zijn. 

Een andere methode is door via View / Go to Location een plaatsnaam of de naam van een bekende locatie op te geven. Dan spring je daar in één keer naartoe. Heb jij een favoriete locatie waar je vaak wandelt of fietst? Plaats het dan onder de kruisharen op het scherm en stel het in als thuislocatie via Edit / Set the Default Location. Denk aan het parkeerterrein van een natuurgebied, een parkje bij jou om de hoek of je eigen huis.

Daarna kun je er heel gemakkelijk via View / Go to the Default Location naartoe gaan. Om dit als standaardlocatie bij het openen van het programma in te stellen, ga je naar Edit / Preferences en kies je op het tabblad Startup bij Startup Method voor Home Location

©PXimport

Tip 04: Routelaag

Om een route uit te zetten, heb je een nieuwe laag nodig, de zogeheten routelaag. Klik daarom met rechts op Top Layer en kies New Layer / TrackWaypoint. Klik daarna op deze nieuwe laag (TrackWaypoint), zodat dit de actieve laag wordt. Activeer nu het gereedschap Edit track in de gereedschapsbalk bovenin, klik op de plek waar jouw route moet beginnen en geef een routenaam op in het venster Add Track. Daarna is het een kwestie van jouw route stap voor stap intekenen op de kaart, bijvoorbeeld door op elke kruising of splitsing te klikken waar je van richting wilt veranderen. Deze punten worden automatisch verbonden door een rechte lijn.

Rechte wegen en paden zijn daardoor gemakkelijk in te tekenen. Voor bochtige wegen en kronkelpaadjes heb je een meer tussenpunten nodig om de wegen enigszins te kunnen blijven volgen. Dat hoeft niet heel precies, zolang tijdens je wandeling of fietstocht maar duidelijk is waar je naartoe moet. Dat je niet dwars over een weiland moet fietsen, maar via het fietspad ernaast, is dan vast wel duidelijk.

©PXimport

Tip 05: Route completeren

Af en toe moet je het kaartmateriaal verschuiven om je route verder vast te kunnen leggen. Activeer daarvoor tijdelijk het gereedschap Pan Tool, totdat je het juiste stukje kaart in beeld hebt staan. Daarna kun je je route verder afmaken via Edit track. Viking gaat automatisch verder vanaf het laatste door jou ingetekende punt. Voeg je per ongeluk de verkeerde plek toe aan de route? Klik dan met rechts om deze actie ongedaan te maken. Je kunt dit meerdere keren herhalen.

Is jouw route compleet? Druk op de Esc-toets of klik met rechts op de laag TrackWaypoint en kies Finish Track. De route blijft zichtbaar op de kaart. Wil je toch nog iets veranderen? Klik dan met ingedrukte Shift-toets op het laatste punt om je wijzigingen toe te passen.

Met het gereedschap Pen Tool kun je je beeld verschuiven en de route aanpassen

-

Tip 06: Route verfijnen

Om een route te verfijnen, heb je het gereedschap Select Tool nodig. Klik hiermee eerst op een routepunt om het te selecteren en sleep het daarna naar een betere locatie. De route past zich automatisch aan zodra je de muisknop weer loslaat. Wil je extra routepunten toevoegen om bijvoorbeeld nauwkeuriger een bocht te volgen? Selecteer op die plek dan eerst een bestaand punt, klik met rechts, kies Insert Points en geef aan of je dit nieuwe punt voor of na het geselecteerde punt wilt toevoegen. Dit kun je zo vaak herhalen als je wilt. 

Nieuwe punten worden altijd in het midden van twee bestaande punten toegevoegd. Daarna kun je het zelf naar de gewenste plek op de route slepen. Om een bestaand punt te verwijderen, selecteer je het, klik je er met rechts op en kies je voor Delete Points / Delete Selected Point.

©PXimport

Tip 07: Bezienswaardigheden

Op veel routes zijn er plekken waar je niet zomaar aan voorbij wilt gaan. Je kunt zulke plekken markeren door een zogeheten waypoint aan te maken. Het wordt ook wel een POI, oftewel een Point Of Interest genoemd. Klik met het gereedschap Create Waypoint op de kaart en tik in het venster Waypoint Properties bij Name een naam in, zodat duidelijk is wat daar te zien is. Een opmerking (Comment) en omschrijving (Description) toevoegen kan ook, al is het niet zeker dat je deze extra informatie straks ook op je smartphone te zien krijgt. Hetzelfde geldt voor het pictogram dat je aan een waypoint kunt toekennen via het veld Symbol onderaan. 

Om de informatie van een waypoint aan te passen, activeer je het gereedschap Select Tool, klik je op het waypoint om het te selecteren, rechtsklik je ergens en kies je voor Properties. Wil je het geselecteerde punt alleen maar verplaatsen, dan sleep je het simpelweg naar de gewenste plek met de Select Tool.

Tip 08: Hergebruiken

Wil je een nieuwe route uitzetten die gedeeltelijk gebaseerd is op een eerder door jou aangemaakte route? Dan hoef je die route niet helemaal opnieuw te maken. Je kunt de bestaande route namelijk hergebruiken. Klik met rechts op de eerder aangemaakte route en kies Copy. Klik daarna met rechts op het kopje Tracks erboven en kies Paste. Hiermee maak je een kloon aan die je herkent aan het volgnummer in de naam. 

Selecteer de kopie en klik er nogmaals op om de naam aan te passen, zodat je origineel en kopie niet per ongeluk met elkaar verwart. Haal voor de zekerheid ook het vinkje achter de originele route even weg, zodat die tijdelijk niet op de kaart getoond wordt en je zeker weet dat je de kopie bewerkt.

©PXimport

Tip 09: Splitsen

Zoek nu het punt op waar de nieuwe route afwijkt van het origineel en selecteer dit met een klik (met de Select Tool ingeschakeld). Klik daarna (ergens) met rechts en kies Split / Split at Trackpoint. Alles na dit punt wordt nu afgesplitst in een los routesegment. Dat zie je aan de extra route die onder het kopje Tracks is verschenen, ook weer met een volgnummer in de naam. Kun je ook daar nog een gedeelte van hergebruiken, bijvoorbeeld voor de terugweg? Selecteer daarin dan het punt waar de nieuwe route straks weer op moet aansluiten en splits opnieuw. 

Het middenstuk dat je voor deze route niet nodig hebt, kun je weggooien door met rechts op de naam te klikken en voor Delete te kiezen. Het is verstandig om via de vinkjes nog even te controleren welk routesegment je weg wilt gaan gooien.

©PXimport

Een eerder aangemaakte route kun je hergebruiken door hem op te splitsen in meerdere fragmenten

-

Tip 10: Aansluiting zoeken

Stel dat je het beginstuk en eindstuk van een eerdere route hebt overgehouden. Dan zijn dit nu twee losse segmenten geworden. Dan is het zaak om de route vanaf het eindpunt van het beginsegment in te tekenen op de kaart en uit te komen bij het beginpunt van het eindsegment. Dat lijkt ingewikkelder dan het is. Klik eerst met de Select Tool op het eindpunt van het eerste segment, klik daarna met rechts en kies Extend Track End. Nu kun je vanaf hier de nieuwe route intekenen. 

Zodra je bij het eindsegment in de buurt bent, klik je met ingedrukte Shift-toets op het dichtstbijzijnde punt van dat fragment uit de bestaande route. Daarna heb je weer één mooie lange route. Dat kun je controleren in het onderdeel Tracks.

Route of spoor?

We hebben het steeds over routes, terwijl je in Viking een spoor (track) maakt. Hoe zit dat? Officieel is een spoor een eerder afgelegd traject dat je met een gps-ontvanger of app op je smartphone hebt vastgelegd. Een route is iets wat je van plan bent te gaan volgen. Nu kun je in Viking allebei maken, dus waarom maken we een spoor en geen route? Simpelweg omdat bij een route meteen het begrip navigeren om de hoek komt kijken, terwijl onze insteek is dat je een vooraf bedachte wandeling of fietstocht maakt via de mooiste weggetjes en paadjes.

Het doel is dus niet om via de snelste of kortste weg naar je eindbestemming te navigeren met je telefoon. Mocht je toch liever een route willen maken, dan kan dat met het gereedschap Edit Route. De werkwijze is verder hetzelfde. Eventueel kun je een spoor omzetten in een route door er met rechts op te klikken en Transform / Convert to a Route te kiezen. Andersom kan ook, dus van een route een track maken.

©PXimport

Tip 11: Track exporteren

Om een route naar jouw smartphone over te zetten of te delen met anderen, klik je met rechts op TrackWaypoint en kies je Export Layer / Export as GPX. Kies een map en geef het bestand een naam. Hiermee bewaar je alle in deze routelaag aanwezige routes en waypoints. Wil je één specifieke route opslaan, klik daar dan met rechts op en kies Export Track as GPX.

Daarna is het een kwestie van het gpx-bestand overzetten naar je telefoon. Bijvoorbeeld door het op Dropbox te plaatsen en daarna in de Dropbox-app op je telefoon aan te geven met welke app je dat bestand wilt openen. Dat kan bijvoorbeeld in het veelzijdige kaartenprogramma OsmAnd. In de app daarvan zie je jouw route vervolgens als een gekleurde lijn die je tijdens het fietsen of wandelen kunt volgen.

©PXimport

De route exporteer je als gpx-bestand, zodat je hem kunt gebruiken op je smartphone

-

Tip 12: Bestaande routes

Zoals we in tip 1 al vermeldden, kun je ook kant-en-klare gpx-routes downloaden van een van de vele wandel- en fietswebsites die ons land rijk is. Of je neemt een wandeling of fietstocht op met jouw smartphone via een app en slaat dit op als gpx-bestand. Dit gpx-bestand kun je vervolgens in Viking openen via File / Open (sneltoets Ctrl+O). 

Elk gpx-bestand dat je in Vinking opent, komt netjes in een eigen laag onder Top Layer te staan. Zo’n bestand kan één of meer sporen en waypoints bevatten. Wegooien kan door een exemplaar te selecteren en op Delete of Backspace te drukken, of klik er met rechts op en kies Delete

Tip 13: Foutjes wegpoetsen

Viking is ook erg handig om zelf opgenomen sporen te corrigeren. Stel dat je een route wilt delen die begonnen is vanaf je huis, maar liever niet hebt dat vreemden te weten komen waar je woont. Of dat je een route vergeten bent te stoppen, waardoor de volledige rit naar huis ook opgenomen is. In dat laatste geval kun je niet eens meer zien hoelang je hebt gewandeld en hoeveel kilometer je hebt afgelegd. 

Je heft het gpx-bestand alleen maar te importeren in Viking, om vervolgens de route af te splitsen zoals in tip 9 gedaan is. Vervolgens kun je de aangepaste route opslaan als een nieuw gpx-bestand.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt
© Anders Beier
Huis

Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt

Lange documenten in Word voorzie je natuurlijk van paginanummers. Maar wat als je project begint met een voorblad en een inhoudsopgave? Dan wil je de paginanummering misschien pas later laten starten, bijvoorbeeld bij het eerste hoofdstuk. Gelukkig kun je zelf bepalen vanaf welke pagina de nummering begint en hoe die wordt weergegeven.

Stap 1: Sectie-einde

Stel dat je de paginanummering pas op pagina vier wilt laten beginnen. Plaats dan de cursor aan het einde van de tekst op de derde pagina. Ga naar het tabblad Indeling, klik op Eindemarkeringen en kies onder Sectie-einden de optie Volgende pagina. Zo voeg je een sectie-einde toe tussen pagina drie en vier.

Plaats een sectie-einde voor de pagina waar de nummering moet beginnen.

Stap 2: Ontkoppel de sectie

Klik in de kop- of voettekst van pagina vier. Je ziet nu het label Koptekst (Sectie 2) of Voettekst (Sectie 2) verschijnen. Zodra je dit doet, opent automatisch het tabblad Koptekst en voettekst. Klik op Aan vorige koppelen in de groep Navigatie om de kop- en voettekst van deze sectie los te koppelen van de vorige. Zo voorkom je dat de paginanummers ook op de eerste drie pagina’s verschijnen.

Zorg dat de optie 'Aan vorige koppelen' is uitgeschakeld voordat je nummers toevoegt.

Stap 3: Nummering plaatsen

Plaats de cursor opnieuw in de kop- of voettekst van pagina vier waar je de nummering wilt starten. Ga naar Paginanummer, kies waar je het nummer wilt tonen (bovenaan of onderaan) en kies een stijl. Je ziet nu waarschijnlijk dat pagina vier het cijfer 4 krijgt. Dat wil je aanpassen. Klik opnieuw op Paginanummer en kies Opmaak paginanummers. Selecteer hier Beginnen bij en vul het gewenste startnummer in – in dit voorbeeld: 1. Klik op OK. Nu begint de nummering pas op pagina vier, met het cijfer 1.

De eerste drie pagina’s hebben nu geen nummering. Als je die drie pagina’s door middel van Romeinse cijfers wilt nummeren, dan ga je terug naar de allereerste pagina en weer klik je op Paginanummer. Je beslist of de nummering boven- of onderaan de pagina moet komen. In het pop-up venster Opmaakpaginanummers selecteer je bovenaan de Romeinse stijl en in het vak Beginnen bij selecteer je 1.

Vanaf nu krijgt de vierde pagina het nummer 1.

▼ Volgende artikel
Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken
© ID.nl
Huis

Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken

Vroeg of laat moet je bepaalde informatie digitaal delen. Denk aan contracten, medische gegevens of vertrouwelijke rapporten. Dat is vaak ook precies het moment waarop het mis kan gaan. Eén foutieve klik en je bestand belandt in verkeerde handen. Gelukkig zijn er slimme en relatief eenvoudige manieren om het risico te beperken, zonder paranoïde toestanden.

Wat gaan we doen

In deze workshop leer je stap voor stap hoe je gevoelige informatie digitaal kunt delen zonder risico. We laten zien hoe je metadata verwijdert, bestanden versleutelt met 7-Zip en toegang beperkt via OneDrive. Ook ontdek je hoe je e-mails extra beveiligt met Outlook, Gmail of Proton Mail. Zo weet je precies welke methode het beste past bij jouw situatie en houd je vertrouwelijke documenten echt vertrouwelijk.

Lees ook: 20 tips om je online privacy te waarborgen

Om te voorkomen dat vertrouwelijke informatie terechtkomt bij onbevoegden, gebruik je bij voorkeur een combinatie van beveiligingsmaatregelen. Versleutel je bestanden vóór verzending, gebruik wachtwoorden of toegangsrechten en kies voor veilige overdrachtsdiensten in plaats van standaardmail. Beperk daarnaast de toegang tot enkel de juiste personen of groepen. Zo houd je je data echt privé, ook na verzending. 

Metadata verwijderen

Welke versie van Windows je ook gebruikt: als je gevoelige bestanden deelt, is het verstandig om eerst de metadata te wissen. Wanneer je een bestand aanmaakt, slaat het systeem automatisch extra gegevens op, zoals de naam van de auteur, de datum van de laatste wijziging, de computernaam en meer. Deze metadata kunnen onbedoeld gevoelige informatie prijsgeven.

Gelukkig kun je deze metadata in Windows Verkenner eenvoudig verwijderen. Navigeer naar het bestand dat je wilt delen. Klik er met de rechtermuisknop op en kies Eigenschappen. Of gebruik de toetscombinatie Alt+Enter. Ga naar het tabblad Details. Klik onderaan op Eigenschappen en persoonlijke gegevens verwijderen. Hier kun je ook de optie Maak een kopie waarbij alle mogelijke eigenschappen zijn verwijderd selecteren. Bevestig met OK. Hierdoor ontvang je een kopie van het bestand zonder de metadata.

Je kunt ook selectief de metadata selecteren die je wilt verwijderen.

➡️7-Zip

Installeren

Ben je van plan om een bestand via internet te versturen? Dan is versleuteling een slimme zet. Door een bestand te versleutelen, voorkom je dat onbevoegden toegang krijgen tot de inhoud, zelfs als ze dat per ongeluk in handen krijgen. Hoewel Windows 11 zelf versleutelingsopties biedt, zijn die alleen bedoeld voor lokale opslag en dus niet geschikt voor bestanden die je wilt delen. Gebruik daarom een externe tool zoals 7-Zip, een gratis, opensource-programma dat uitstekend werkt voor veilige compressie én encryptie.

7-Zip installeer je via de Opdrachtprompt: Open het Startmenu en zoek naar Opdrachtprompt. Klik met de rechtermuisknop op het resultaat en kies Als administrator uitvoeren. Typ de volgende opdracht en druk op Enter: winget install --id 7zip.7zip.

De tool wordt automatisch gedownload en geïnstalleerd. Zodra 7-Zip klaarstaat, kun je je bestand inpakken in een met een wachtwoord beveiligd archief (7z of zip) met sterke AES-256-encryptie. Op die manier kun je het bestand veilig versturen, bijvoorbeeld via e-mail of een cloudservice, mits je het wachtwoord apart en veilig deelt.

Installeer 7-Zip via de Opdrachtprompt.

Versleutelen

Om 7-Zip te starten, zoek je via Startmenu naar 7-Zip File Manager. Open de app en navigeer naar het bestand dat je wilt beveiligen. Selecteer dat en klik op de groene knop Toevoegen. Onderaan, in het gedeelte Versleuteling, vul je een wachtwoord in om het bestand te beveiligen. Typ het wachtwoord twee keer ter bevestiging.

Je kunt ervoor kiezen om het wachtwoord zichtbaar te maken, zodat je zeker weet dat je geen typfouten maakt. Daarnaast kun je ook de bestandsnaam versleutelen. Dat zorgt ervoor dat zelfs de naam van het bestand niet meer herkenbaar is, wat de inhoud extra goed afschermt voor nieuwsgierige ogen. Het resultaat is een versleuteld archiefbestand - een soort digitale container - dat alleen geopend kan worden met het ingestelde wachtwoord.

Standaard blijft het originele, niet-versleutelde bestand behouden. Wil je dat automatisch laten verwijderen? Vink dan in het venster Toevoegen aan archief de optie Bestanden na inpakken verwijderen aan. Zo blijft enkel de beveiligde versie over.

Voer een wachtwoord in om de container te beveiligen.

Uitpakken

Op het eerste gezicht lijkt het misschien alsof het bestand niet aan een programma is gekoppeld, maar 7-Zip herkent het formaat en pakt het zonder problemen uit. Houd er rekening mee dat de ontvanger ook over 7-Zip moet beschikken om het versleutelde archief te openen.

Deze opent het bestand in 7-Zip, selecteert het en klikt op de knop Uitpakken. Daarna vraagt 7-Zip waar het uitgepakte bestand moet worden opgeslagen en voert de ontvanger het juiste wachtwoord in. Stuur het wachtwoord nooit samen met het bestand. Verstuur het wachtwoord via sms, telefoon of een ander chatplatform.

Geef aan waar de container wordt uitgepakt en voer het wachtwoord in.

Versleutelen en splitsen

Wil je nog een extra beveiligingslaag toevoegen? Dan kun je het bestand niet alleen versleutelen met 7-Zip, maar ook opsplitsen in meerdere delen. Vervolgens kun je elk deel apart versturen, eventueel zelfs op verschillende momenten of via verschillende kanalen.

Open opnieuw 7-Zip en voeg het bestand toe dat je op deze manier wilt beveiligen. Stel een encryptiewachtwoord in en bevestig dat. In het veld Opsplitsen in volumes, bytes kies je de gewenste bestandsgrootte per deel. Dit is vooral handig voor grote bestanden. Stel dat het originele bestand 40 MB groot is. Als je 10 MB opgeeft, maakt 7-Zip er automatisch vier gelabelde delen van.

Voor maximale veiligheid kun je elk deel via een andere dienst of e-mailaccount verzenden. De ontvanger selecteert alle delen in 7-Zip (houd hiervoor de Ctrl-toets ingedrukt tijdens het aanklikken) en kiest daarna Uitpakken. Zodra het juiste wachtwoord wordt ingevoerd, worden de delen automatisch samengevoegd en ontsleuteld.

Op deze manier wordt het bestand opgesplitst in pakketten van maximaal 10 MB.

➡️OneDrive

Machtigingen

Met OneDrive stel je eenvoudig machtigingenin waarmee je bepaalt wie er toegang krijgt tot het bestand dat je eerder met 7-Zip hebt versleuteld. Het delen kun je op elk moment weer stopzetten. Open OneDrive via verkenner en navigeer naar de map waarin de versleutelde container staat. Klik met de rechtermuisknop op het bestand en kies voor Delen.

In het pop-upvenster voer je het e-mailadres in van de persoon met wie je het bestand wilt delen. Je kunt ook meerdere e-mailadressen of een mailgroep invoeren. Klik vervolgens op het potloodicoon om aan te geven of de ontvanger het bestand mag Bewerken of Alleen mag bekijken. Ben je klaar? Klik dan op Verzenden. De ontvanger krijgt een e-mail met een link om het bestand te downloaden.

Mag de ontvanger het bestand alleen lezen of mag hij het ook wijzigen?

➡️Outlook

E-mailversleuteling

Heb je een Microsoft 365-abonnement? Dan kun je gebruikmaken van de ingebouwde versleutelfunctie in Outlook om je e-mails en bijlagen extra te beveiligen.

Open de Outlook-app en klik op Nieuwe e-mail om een nieuw bericht op te stellen.Ga eventueel naar het tabblad Invoegen en kies Bestand bijvoegen.Selecteer via Op deze computer zoeken het gewenste bestand en klik op Openen.

Daarnaga je naar het tabblad Opties bovenaan het Lint.Klik op de knop Versleutelen. Je kunt hier ook kiezen uit verschillende beveiligingsniveaus.Maak je bericht af zoals gewoonlijk en klik op Verzenden.De e-mail wordt nu automatisch versleuteld verstuurd. De inhoud is onderweg beschermd en kan alleen worden geopend door de bedoelde ontvanger.

Gebruik de knop Versleutelen in het tabblad Opties.

Beveiligingsopties

Onder de knop Versleuteling zie je drie opties als je een Microsoft 365 Family- of Personal-abonnement gebruikt. De eerste optie is Niet doorsturen. Hierdoor blijft je bericht versleuteld binnen Microsoft 365 en kan de ontvanger het niet kopiëren of naar anderen doorsturen. Kies je Versleutelen, dan kunnen ontvangers met een Outlook.com- of Microsoft 365-account de bijlagen downloaden vanuit Outlook.com of de mobiele Outlook-app.

Wie een andere e-mailclient gebruikt, zoals Gmail, Thunderbird of Apple Mail, ontvangt een bericht dat er een Microsoft Office 365-versleutelde e-mail op hem wacht. Als de ontvanger op de link Bericht lezen klikt, dan schakelt hij naar het Microsoft 365 Portal voor berichtversleuteling en daar moet hij zich aanmelden met een eenmalige wachtwoordcode. Die code ontvangt hij in zijn e-mailclient en daarmee kan hij dan het bericht op de portal openen.

De derde optie is Geen machtiging ingesteld en daarmee verwijder je eerdere machtigingen. De versleutelfunctie in Outlook is ideaal voor wie snel en zonder technische omwegen gevoelige informatie wil delen binnen een professionele context. Je hoeft geen extra tools te installeren.

Gebruikt de ontvanger geen Outlook, dan wordt hij verwezen naar de Microsoft 365 Portal.

➡️Gmail

Vertrouwelijke modus

De extra beveiliging in Gmail heet Vertrouwelijke modus. Hiermee versleutel je je berichten, zodat alleen de bedoelde ontvanger ze kan lezen, zelfs als iemand anders toegang krijgt tot diens mailbox. Klik op Opstellen om een nieuw bericht te maken. Vul het e-mailadres van de ontvanger in, kies een onderwerp en typ je bericht. Voor je op Verzenden klikt, activeer je de extra beveiliging. Onderaan het berichtvenster zie je een aantal grijze knoppen. Helemaal rechts staat een pictogram van een slot met een wijzerplaat. Klik daarop om de Vertrouwelijke modus in te schakelen.


Gebruik je de mobiele app? Tik dan op de drie puntjes rechtsboven en kies daar het slotje. Ontvangers kunnen deze mail vervolgens niet doorsturen, kopiëren, afdrukken of downloaden. Er verschijnt ook een pop-upvenster waarin je de vervaltijd van het bericht instelt. Je kunt kiezen uit: 1 dag, 1 week, 1 maand, 3 maanden of 5 jaar. Na afloop van de gekozen periode verdwijnt het bericht automatisch uit de postbus.

Terwijl je de vervaltijd instelt, zie je ook de exacte einddatum.

Sms-beveiliging

In hetzelfde pop-upvenster kun je een extra beveiligingslaag toevoegen via de optie Toegangscode vereisen. Vink hier de optie Sms-toegangscode aan. De ontvanger kan het bericht dan pas lezen nadat hij of zij een code invoert die via sms op de mobiele telefoon wordt bezorgd. Hiermee voeg je een tweede beveiligingsfactor toe, wat het voor een indringer vrijwel onmogelijk maakt om toegang te krijgen. Die moet immers niet alleen de mailbox, maar ook de sms-berichten van de ontvanger onderscheppen. Dat is een bijzonder lastige combinatie.

Klik op Opslaan en vervolgens op Verzenden. Op dit moment kun je eventueel nog de vervaltijd van het bericht aanpassen. Dan verschijnt er nu een tweede pop-upvenster waarin je het telefoonnummer van de ontvanger moet invoeren. Klik opnieuw op Verzenden. De ontvanger krijgt vervolgens een e-mail met daarin een knop om het vertrouwelijke bericht in de browser te openen. Is sms-verificatie ingeschakeld? Dan ziet de ontvanger ter bevestiging de laatste twee cijfers van zijn of haar gsm-nummer. Na een klik op Send passcode wordt de toegangscode per sms verstuurd.

Voer het gsm-nummer in van de ontvanger.

Lees ook: 20 (écht) onmisbare tips voor Gmail

Documenten ondertekenen op je iPhone? Zo maak je een handtekening aan

View post on TikTok

➡️Proton Mail

Zwitserse veiligheid

De grote mailproviders maken er geen geheim van dat ze het e-mailverkeer scannen. Volgens eigen zeggen doen ze dat om hun dienstverlening te verbeteren. Daarbij richten ze zich vooral op de metadata van berichten: wie met wie communiceert, wanneer en hoe vaak. Ben je op je privacy gesteld, dan geeft dit idee een onbehaaglijk gevoel, zeker wanneer het om vertrouwelijke informatie gaat.

In dat geval kun je overstappen naar een ultraveilige aanbieder zoals Proton Mail (https://proton.me), een dienst die privacy centraal stelt. De servers staan in Zwitserland, waardoor de dienst onderworpen is aan een van de strengste privacywetgevingen ter wereld. Proton Mail werkt standaard met end-to-end-encryptie. Bij gewone e-mails is de verbinding tussen jou en de server meestal wel versleuteld met TLS (Transport Layer Security), maar de e-mail zelf wordt op de server in leesbare vorm opgeslagen.

End-to-end-encryptie (E2EE) bij e-mail betekent dat alleen de afzender en de beoogde ontvanger de inhoud van het bericht kunnen lezen. Zelfs de e-maildienst zelf kan niet zien wat er in de e-mail staat, omdat de versleuteling pas wordt verwijderd op het toestel van de ontvanger.

De gratis versie, Proton Free, biedt dezelfde sterke beveiliging als de betaalde formules, maar met enkele beperkingen. Je beschikt over één e-mailadres en 1 GB e-mailopslag. Daar staat tegenover dat je volledig reclamevrij werkt, niet gevolgd wordt en je berichten niet worden geanalyseerd of gelogd. Wie meer nodig heeft, kan upgraden naar een betaald abonnement, zoals Mail Plus (3,99 euro per maand bij jaarlijkse betaling).

Bij Proton Mail geniet je van end-to-end-versleuteling, wachtwoordbeveiliging en automatische verwijdering.


Zeg je Zwitsers en handig, dan zeg je …

Zakmessen!