ID.nl logo
Veilig rijden op een e-bike: zo fiets je zonder ongelukken
© Виктория Котлярчук
Mobiliteit

Veilig rijden op een e-bike: zo fiets je zonder ongelukken

De enorme toename van het aantal e-bikes, maar ook (elektrische) bakfietsen en andere tweewielers, zorgt steeds meer voor onveilige situaties in het verkeer. Vooral op het fietspad is het dringen en wringen geblazen en blijft er steeds minder ruimte over om veilig te manoeuvreren. Geen wonder dat het aantal ongelukken met e-bikes flink is toegenomen. Wat kun je doen om veilig met een e-bike op pad te gaan? We geven een aantal praktische tips!

In het kort: Om veilig te fietsen op een e-bike moet je de volgende dingen doen (we leggen ze hierna nog verder uit): • Leer je e-bike kennen • Houd de snelheid onder controle • Pas je remgedrag aan • Neem bochten met aangepaste snelheid • Maak slim gebruik van versnellingen • Leer 'opsteppen' af

Lees ook: Grip, comfort en nooit meer lek: alles wat je wilt weten over e-bikebanden

Ontdekken en aanvoelen

Op een e-bike rijd je in de praktijk vaak 8 tot 10 kilometer per uur sneller dan op een normale fiets. Daarom moet je als berijder in eerste instantie wennen aan de hogere snelheid. Niet alleen komen verkeersituaties sneller op je af, ook moet je een situatie vlotter kunnen inschatten. Ook kijk je zo nu en dan op het bedieningsdisplay en op dat moment zijn je ogen niet gericht op de weg voor je. Op een e-bike moet je dus bij de les blijven! Met de hogere snelheden kan het verstandig zijn om een helm te dragen. Hieronder zie je een paar voorbeelden.

Heb je net een nieuwe e-bike, ga de fiets dan eerst eens ontdekken op een rustige weg en op een tijdstip waarop er minder verkeer is. Begin je eerste rit in de laagste ondersteuningsstand. Voelt de e-bike goed aan, dan is het moment daar om de ondersteuning langzaam op te schroeven. Je went daardoor aan de kracht van de motor én aan de snelheid van de e-bike. Probeer thuis eerst de werking van het display uit en kijk welke functies onderweg van belang zijn.

©ferkelraggae - stock.adobe.com

Houd controle over je snelheid

Hoewel een e-bike met het grootste gemak 25 kilometer per uur kan rijden, betekent dit natuurlijk niet dat je genoemde snelheid moet aanhouden. Rijd vooral met een snelheid waarbij je jezelf prettig en veilig voelt. Pas je snelheid aan; niet alleen aan de situatie maar ook aan de kwaliteit van het wegdek. Op een onverharde of hobbelige weg met klinkers is het sowieso niet verstandig om voluit te fietsen. Houd er ook rekening mee dat andere fietsers en weggebruikers de snelheid van een e-bikes lastig kunnen inschatten. Zorg dat je bij oversteekplaatsen goed oppast en afremt; je rijdt ongemerkt een stuk harder dat kruispunt of de rotonde op dan je zelf denkt. En ook al heb je daar voorrang: rijd altijd defensief en laat je niet verleiden om constant in de turbo-stand te rijden.

Wil je graag een beetje sportiever fietsen? Lees ook: De sportieve e-bike: ideaal voor uitdagende fietstrips

Snelheid vraagt om aangepast remgedrag

Niet alleen de snelheid, maar ook het relatief hoge gewicht van de e-bike hebben invloed op de remweg. Om de fiets tot stilstand te brengen, is het verstandig om ver vooruit te kijken in het verkeer. Je kunt dan tijdig je snelheid verminderen en op een veilige manier stoppen. Te bruusk remmen kan leiden tot een hachelijke situatie waarbij de fiets onder je vandaan slipt. In het geval van velgremmen kun je zelfs over de kop slaan. Op een ondergrond van sneeuw, modder, grind of een kletsnat wegdek is het verstandig om alleen de achterrem te gebruiken. Tegen die Hollandse neerslag kun je jezelf trouwens prima beschermen met een regenponcho, te koop via bijvoorbeeld Bol.com.

©René Schmidt - photoschmidt 2020

Bochten vormen een uitdaging

De hoge snelheid van een e-bike vraagt meer behendigheid en stuurmanskunst van de berijder. Vooral bochten zijn voor de beginnende e-biker een uitdaging. Snijd een bocht nooit aan met een snelheid van boven de 15 kilometer per uur. Verminder ruim voor de bocht de snelheid en rem een beetje bij. Zodra je de e-bike onder controle hebt, stuur je langzaam de bocht in en verplaats je de binnenste trapper in de hoogste positie. Zo kom je veilig en zeker een bocht door. Geef pas na de bocht weer druk op de pedalen: doe je dit eerder dan is de kans groot dat door de kracht van de motor één van de wielen zal doorslippen. Vooral bij een gladde ondergrond ligt een slippartij dan op de loer.

Slim gebruikmaken van versnellingen

De versnellingen op een e-bike kunnen bijdragen tot een betere beheersing van de fiets. Door de kracht van de ondersteuning ben je al snel geneigd om de trappers in een groot verzet rond te draaien. Echter bij een stoplicht vertrekken in een zware versnelling vraagt om problemen. Aangezien de motorondersteuning nooit à la minuut bijspringt, is de kans groot dat je de trappers niet rond krijgt. Pas op dat je dan niet met fiets en al omvalt.

Schakel dus tijdig terug naar een kleine versnelling, dan is wegrijden een stuk eenvoudiger. Ook als je op een heuveltje staat is het verstandig om eerst terug te schakelen naar een klein verzet. Bij het rijden in heuvelachtig terrein is het sowieso slim om altijd een lage versnelling te kiezen. Je hebt dan veel meer controle over de fiets en je rijdt veel soepeler bergopwaarts.

©guteksk7 - stock.adobe.com

Steppen zo snel mogelijk afleren

Veel vrouwen zijn er mee opgegroeid: opstappen op een fiets in de vorm van steppen ('opsteppen'). Op een normale damesfiets wellicht de gewoonste zaak van de wereld, maar bij een e-bike kun je dit maar beter snel mogelijk afleren. Aangezien je tijdens het steppen de trappers aanraakt, kan dit voor de motor een signaal zijn om de ondersteuning te starten. Vooral bij e-bikes met een rotatiesensor kan dit betekenen dat de ondersteuning inschakelt en je ineens onverwacht vooruit vliegt. Ga daarom eerst op het zadel zitten, zet daarna je voet op een trapper en fiets dan pas weg. Op deze manier heb je totale beheersing over de fiets.

Op zoek naar een tweedehands e-bike? Lees eerst dit artikel.

▼ Volgende artikel
Review Amazon Kindle Paperwhite (2024) – Geen echt grote stap vooruit, maar toch de moeite waard
© Wesley Akkerman
Huis

Review Amazon Kindle Paperwhite (2024) – Geen echt grote stap vooruit, maar toch de moeite waard

Op papier (!) voegt de Amazon Kindle Paperwhite niet ontzettend veel toe. Maar de aanpassingen kunnen wel waardevol zijn voor iedereen die al jaren een (verouderde) Kindle-versie heeft. Wat brengt de 2024-variant?

Uitstekend
Conclusie

Hoewel we enthousiast zijn over de Amazon Kindle Paperwhite (2024) en de aanpassingen zeker de moeite waard vinden, betekent dat niet dat we iedereen aanraden om over te stappen vanaf het 2021-model – want daarvoor zijn de stappen te klein. Maar heb je een veel ouder model, dan kun je dat met een gerust hart wél doen. De basis is vertrouwd gebleven, en ondanks een paar kleine minpunten is dit zeker geen miskoop.

Plus- en minpunten
  • Sneller
  • Hoger contrast
  • Groter scherm
  • Geen echte grote stap vooruit
  • Bekende minpunten

We vallen meteen met de deur in huis. Mocht je de 2021-versie van de Amazon Kindle Paperwhite gekocht hebben, dan zal de stap naar de 2024-variant te klein zijn om opnieuw 180 euro uit te geven aan een (eerlijk is eerlijk: voortreffelijke) e-reader. Maar als jouw Kindle uit 2018 of eerder komt, dan is het wél tijd om de overstap te maken. De Amazon Kindle van de twaalfde generatie heeft namelijk twee belangrijke en waardevolle aanpassingen.

Ten eerste is het systeem nu tot 25 procent sneller. Amazon geeft weinig informatie vrij over de processor en andere specificaties; maar als je een oude en nieuwe Kindle naast elkaar houdt, merk je dat verschil. Het menu reageert vlotter op je aanrakingen, waardoor je minder lang hoeft te wachten. Dit is met name merkbaar wanneer je iets moet intypen, als je een boek zoekt bijvoorbeeld.

Daarnaast is het scherm ten opzichte van de 2021-editie is het scherm met een inch gegroeid. Er past nu net wat meer op het scherm: wat ons betreft betekent dat vooral meer leesplezier. Dat hij daardoor een paar gram zwaarder en wat groter is dan de voorgaande Paperwhite mag eigenlijk geen naam hebben. Met een gewicht van 211 gram en een scherm van 7 inch blijft de 2024-variant namelijk nog steeds een e-reader die niet zwaar of ontzettend groot is. Het is nog steeds een compact apparaat dat je vrijwel overal mee naartoe kunt nemen.

©Wesley Akkerman

Kleine frustratie

Het apparaat ligt lekker in de hand, maar is tevens ontzettend glad waardoor we een hoesje eigenlijk verplicht vinden. Zo voorkom je dat je de e-reader stevig vast wilt houden, waardoor je mogelijk met je duim op het e-inkt-scherm tikt.

Tikken op het scherm betekent dat je van pagina wisselt in een boek of comic. Dat wil je natuurlijk niet per ongeluk doen, want dat kan je een beetje uit het lezen halen. Het is geen groot probleem, maar wel een kleine smet op de ervaring. Verder hebben we weinig aan te merken op het ontwerp. Onderop zit de knop waarmee je hem uit de slaapstand haalt. Ook zit hier de usb-c-poort waarmee je hem oplaadt. De accu kan het tot drie maanden uithouden.

©Wesley Akkerman

(Bijna) hetzelfde, verbeterd

Net als bij andere Kindle-modellen kun je de kwaliteit van het scherm aanpassen op je eigen zicht. Zo heb je verschillende niveaus van helderheid, die er zowel in de avond als overdag prima uitzien. Daarnaast ben je in staat de warmte van het scherm te veranderen. Dan maak je de digitale pagina's in feite meer geel dan wit, maar dat vinden we geen groot probleem. Na een seconde is je zicht daaraan gewend en lees je de woorden prettig van het schermpje. Ook de contrastverhouding is nu hoger. Dat zie je voornamelijk wanneer je comics of graphic novels leest. Een verbetering waarvan we zeggen: meer dan welkom. Maar...

©Wesley Akkerman

Oude(re) Kindle vervangen of niet?

...Ondanks de verbeteringen wat betreft snelheid, schermgrootte en de hierboven beschreven contrastverhouding is de sprong tussen de variant uit 2021 en deze uit 2024 ook weer niet zó groot dat we meteen roepen dat je er nu een moet bestellen. Ja, de ervaring is beter – maar ook weer niet zó veel beter.

Daarnaast is het jammer dat Amazon de Amazon Kindle Paperwhite voorziet van slechts 16 GB aan opslagruimte. Nu zal dat voor je verzameling oude en nieuwe boeken en novels meer dan voldoende zijn, maar fans van audioboeken kunnen beter naar een model kijken met iets meer ruimte. De Paperwhite Signature Edition heeft bijvoorbeeld 32 GB aan opslagruimte, maar kost met 199 euro ook meteen twee tientjes meer.

©Wesley Akkerman

Een Kindle zoals verwacht

Het zal niemand verrassen dat de Amazon Kindle Paperwhite presteert zoals verwacht. Zoals altijd kun je heel fijn je boeken lezen op dit apparaat, zonder vermoeide ogen. De interface is toegankelijk en boeken aanschaffen is zo gepiept. Dat kan direct op de e-reader, met een Amazon-account, of via de website. Dan worden ze naar de e-reader gestuurd. Gekochte boeken worden verder netjes gepresenteerd op het thuisscherm van het apparaat. Zoals altijd is het ook mogelijk gratis epubs met een omweg naar het product te sturen.

Het apparaat biedt een aantal opties voor het aanpassen van de tekstgrootte en het lettertype, maar voelt tegelijkertijd ook een beetje beperkt. We zien graag meer opties in het menu staan. Daarnaast is het jammer dat de nieuwe Paperwhite geen koptelefoonaansluiting heeft en dat je voor luisterboeken bent aangewezen op bluetooth – zeggen we in het kader van veelzijdigheid.

©Wesley Akkerman

Amazon Kindle Paperwhite kopen?

Hoewel we enthousiast zijn over de Amazon Kindle Paperwhite (2024) en de aanpassingen zeker de moeite waard vinden, betekent dat niet dat we iedereen met een 2021-model aanraden om over te stappen – want daarvoor zijn de stappen te klein. Maar heb je een veel ouder model, dan kun je dat met een gerust hart wél doen. De basis is vertrouwd gebleven, en ondanks een paar kleine minpunten is dit zeker geen miskoop.

▼ Volgende artikel
Vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie: welk model vriezer moet ik kiezen?
© Hedgehog94
Huis

Vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie: welk model vriezer moet ik kiezen?

Of het nu gaat om pizza's, ijs of zelf ingevroren maaltijden: een goede vriezer is onmisbaar. Maar kies je voor een vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie? In dit artikel zetten we de verschillen op een rij, zodat jij de beste keuze kunt maken.

⏱ Dit artikel in het kort:

Een nieuwe vriezer kopen? Bedenk dan goed waar je het meeste aan hebt: een vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie. Een vrieskast is een staande vriezer met overzichtelijke lades, die er van buiten uitziet als een koelkast. Een vrieskist is een liggende vriezer met veel opbergruimte (tot wel 600 liter). Een koelvriescombinatie combineert een koelkast en vriezer in één apparaat en heeft vaak een relatief klein vriesgedeelte.

Lees ook: Hier moet je op letten bij de aanschaf van een nieuwe vriezer

Voordat je je zoektocht naar het juiste model vriezer start, is het belangrijk om te bepalen hoeveel vriesruimte je nodig hebt. Het zou zonde zijn als je een duur apparaat in de keuken of schuur hebt staan dat uiteindelijk te weinig opbergruimte blijkt te hebben, of juist een apparaat dat altijd maar tot de helft gevuld is en daardoor onnodig veel energie verbruikt. Of je nu een vrieskast, vrieskist of koelvriescombinatie kiest: voor alle modellen geldt dat je zo'n 50 liter vriesruimte per persoon rekent. Bestaat jouw huishouden uit vier mensen, dan heb je dus een vriezer met een inhoud van minstens 200 liter nodig. Met z'n tweeën heb je vaak genoeg aan 100 tot 150 liter.

Vrieskast

Een vrieskast lijkt door zijn verticale model veel op een koelkast, met als verschil dat de gehele kast bedoeld is om te vriezen. De binnenkant van een vrieskast bestaat dan ook uitsluitend uit lades. Het fijne daaraan is dat een vrieskast erg overzichtelijk is: als je ervoor staat, zie je in één oogopslag welke producten waar liggen. Dat is anders bij een vrieskist, waarin diepvriesproducten op elkaar gestapeld liggen in één groot vriesvak. Ook kun je in een vrieskast over het algemeen erg veel producten kwijt, in tegenstelling tot bijvoorbeeld het compacte vriesgedeelte van een koelvriescombinatie. Vrieskasten zijn er ook in tafelmodellen, die ideaal zijn voor kleinere keukens of huishoudens. Een tafelmodel plaats je bijvoorbeeld onder het keukenblad, waardoor hij geen extra ruimte in je keuken inneemt.

©carballo

Vrieskist

Iets minder populair dan de vrieskast en koelvriescombinatie is de vrieskist: een liggende vriezer met een deksel bovenop. Het voordeel van dit type vriezer is ook meteen een nadeel: een vrieskist is erg groot, waardoor hij niet in de gemiddelde keuken past. Vrieskisten scoren ook op esthetisch gebied wat minder hoog, waardoor de meeste mensen dit apparaat sowieso niet snel in de keuken zouden plaatsen. Toch kunnen vrieskisten juist vanwege hun grote formaat ontzettend handig zijn. Bijvoorbeeld als je vaak in bulk koopt, hobbykok bent, een moestuin hebt of in de zomer veel ijsjes of ijsblokjes wilt bewaren. Sommige vrieskisten hebben zelfs een netto inhoud van 600 liter! Als je ruimte overhebt in je schuur of garage en vaak voedsel invriest, is een vrieskist dus zeker het overwegen waard. Vrieskisten zijn daarnaast relatief goedkoop én energiezuinig, omdat de kou na het openen van het deksel direct weer terug in de kist 'valt'. Het apparaat hoeft na openen dus niet extra hard te werken om de vriesruimte weer op de juiste temperatuur te krijgen.

Lees ook: Een vrieskast in de schuur of garage? Een koud kunstje!

©Vinícius Bacarin

Coole tip: invriezen in diepvriesbakjes

Dan kun je lekker stapelen!

Koelvriescombinatie

Veruit de meeste huishoudens hebben een koelvriescombinatie: een koelkast en vriezer ineen. De vriezer bevindt zich meestal boven of onder het koelgedeelte. Zo'n koelvriescombinatie is natuurlijk hartstikke handig, want het bespaart een hoop ruimte in de keuken. Ook is een koelvriescombinatie over het algemeen goedkoper dan een losse koelkast en vriezer. En omdat er maar één compressor hoeft te draaien, is een koelvriescombinatie vaak ook energiezuiniger dan twee losse apparaten bij elkaar. Maar zo'n twee-in-één-apparaat heeft ook een nadeel: je kunt er veel minder diepvriesproducten in kwijt dan in een losse vrieskast of -kist. Vaak beslaat de koelruimte het grootste gedeelte van het apparaat, en blijven er drie tot vijf lades over voor het vriezen. Voor een gemiddeld gezin dat af en toe wat invriest is dat meestal wel voldoende. Heb je meer vriesruimte nodig, bijvoorbeeld omdat je vaak aanbiedingen koopt of aan mealpreppen doet? Dan heb je aan een koelvriescombinatie mogelijk niet genoeg en is een vrieskast of -kist voor jou een beter idee.

©Indofootage

Extra functies

Als je eenmaal besloten hebt voor welk type vriezer je gaat, zou je ook nog kunnen kijken welke functies je wilt dat het apparaat heeft. Veel moderne vrieskasten, -kisten en koelvriescombinaties beschikken over allerlei slimme functies die helpen om voedsel langer vers te houden en het apparaat efficiënt te laten werken. Zo hoef je met No Frost nooit meer te ontdooien, is de snelvriesfunctie handig voor het snel invriezen van nieuwe boodschappen en voorkomt een deuralarm dat warme lucht de vriezer binnendringt. Bij vrieskisten is binnenverlichting extra belangrijk, zodat je niet eindeloos hoeft te graaien als je een product zoekt. Let ook op het energielabel van je nieuwe vriezer, want vriezers vreten behoorlijk wat stroom. Wil je een zo zuinig mogelijk apparaat, ga dan voor een vriezer met energielabel C of hoger (tot A). Je kunt ook het energieverbruik in kWh/jaar gebruiken om apparaten te vergelijken; dit geeft het absolute verbruik van een vriezer aan.