ID.nl logo
Maak je eigen fiets- en wandelroutes met Google Maps
© PXimport
Mobiliteit

Maak je eigen fiets- en wandelroutes met Google Maps

Ben je een fervent wandelaar of fietser, dan kun je eigenlijk niet zonder je telefoon. Er zijn namelijk diverse apps die je helpen met het uitstippelen van een interessante route, denk aan Google Maps. Hoe maak je eigen fiets- en wandelroutes in de app? Wij leggen het uit.

Tip 01: Google Maps

Zin in een heerlijke wandeling of fietstocht? Je maakt tegenwoordig eenvoudig je eigen wandel- of fietsroute aan in Google Maps op je computer. Om dit te doen, meld je je met je Google-account aan op de website https://maps.google.nl. Klik rechtsboven in het browserscherm op Inloggen en voer jouw gebruikersgegevens in. Of selecteer hier een Google-account als je al eerder aangemeld bent geweest. Vervolgens klik je links bovenin op het menupictogram. Dat zijn drie liggende streepjes boven elkaar. Kies de optie Mijn plaatsen en ga naar het tabblad Kaarten. Op dit tabblad zie je straks alle kaarten die je aanmaakt, oftewel jouw eigen wandel- en fietsroutes. Om de eerste route aan te maken, klik je onder in het tabblad op Kaart maken.

©PXimport

Tip 02: Fietsen of wandelen

Om een route uit te zetten zoek je eerst het startpunt op via het zoekvak boven in het scherm of door met de muis het juiste kaartdeel op te zoeken. Klik daarna onder het zoekvak op Een lijn tekenen en kies Fietsroute toevoegen of Looproute toevoegen. Die keuze is belangrijk, want zo weet Google Maps over welke wegen en paden jouw route mag lopen. Nu is het een kwestie van je favoriete route intekenen. Dat kan op twee manieren. Klik je eerst op het beginpunt en daarna twee keer op het eindpunt? Dan kiest Google Maps automatisch een snelle en efficiënte route. Heb je zelf een mooiere route in gedachten? Dan kun je enkele tussenpunten aanwijzen om de route hierlangs te leiden. In de volgende tip laten wij zien hoe je dat doet. Ook als jouw route weer bij het beginpunt uitkomt, zul je tussenpunten moeten gebruiken. Want anders denkt Google Maps dat je al op je bestemming bent.

©PXimport

Tip 03: Klik ‘m in elkaar

Om de route in goede banen te leiden, zet je weer eerst het startpunt op de kaart. Daarna beweeg je de muis geleidelijk in de gewenste richting. Google Maps tekent weer automatisch een efficiënte route over wegen en paden. Ga daarom niet meteen naar het eindpunt, maar naar een plek waar je graag langs wilt komen. Klik daar één keer om een tussenpunt te plaatsen. Al doende loop je stukje bij beetje de gewenste route af naar de eindbestemming. Daar aangekomen klik je twee keer om de route af te sluiten. De route die je hebt uitgezet wordt toegevoegd aan het kader links op het scherm. Zijn er weinig keuzemomenten tot aan de eindbestemming? Dan heb je maar een paar tussenpunten nodig. Zijn er juist veel wegen en splitsingen, dan zul je meer tussenpunten moeten plaatsen. Wil je een saai stuk snel doorkruisen? Dan laat je Google Maps lekker zelf de kortste route bepalen.

©PXimport

Tip 04: Interessante punten

Zijn er onderweg leuke of bijzondere bezienswaardigheden, is er een restaurant waar je graag een tussenstop maakt, of wil je tijdens een langere tocht overnachten op jouw favoriete adres? Dan kun je daar alvast een markering plaatsen, zodat je er niet per ongeluk voorbijloopt of -fietst en het hele eind weer terug moet. Maak in het kader links eerst Naamloze laag actief door ergens in het wit ervan te klikken. Er verschijnt een blauwe balk voor. Klik daarna onder de zoekbalk op het pictogram Markering toevoegen en klik op de kaart waar je een markering wilt hebben. Kies een verhelderende naam, tik eventueel een toelichting in voor deze markering en klik op Opslaan. Alle markeringen komen netjes bij elkaar in het kader te staan.

©PXimport

Heb je een mooiere route in gedachten, wijs dan tussenpunten aan

-

Tip 05: Er dwars doorheen

Ga je naar een gebied waar je vrij door het terrein mag dwalen of met paadjes die niet op de kaart staan? Dan heeft het geen zin Google Maps netjes de paden te laten volgen, als die er al zijn. Kies in dat geval onder het zoekvak voor Een lijn tekenen en kies Lijn of vorm toevoegen. Klik je nu op de kaart om punten aan te geven, dan worden er alleen rechte lijnen tussen getrokken. Of er een weg is of niet, daar trekt Google Maps zich niets van aan. Klik één keer voor het beginpunt en voor elk tussenpunt, dubbelklik weer op het laatste punt. Als er geen wegen zijn, toont de standaardkaart meestal te weinig herkenningspunten. Activeer in het kader links dan tijdelijk Satelliet in plaats van Basiskaart. Dan zie je een stuk beter hoe je wilt lopen of fietsen.

©PXimport

Tip 06: Kaartlagen

Wat je in Google Maps maakt zijn kaartlagen waarmee je extra informatie toevoegt. Die lagen worden vervolgens boven op de standaardkaart getoond. In het kader links op het scherm zie je alle lagen die je hebt aangemaakt. Bijvoorbeeld de markeringen voor interessante punten die je onderweg tegenkomt, maar ook de route die je uitstippelt. Lagen kun je een andere naam geven door erop te klikken, zodat je ook later nog weet wat je ermee bedoelt. Van markeringen kun je niet alleen de naam veranderen, je mag ze ook een handige kleur geven en van een toepasselijk pictogram voorzien. Zo zie je meteen of het bijvoorbeeld een restaurant, overnachtingsadres of fotohotspot is.

©PXimport

Tip 07: Mijn kaarten

Route klaar? Klik links in het kader nog even op Naamloze kaart om jouw route een duidelijke titel en beschrijving te geven. Alles wordt automatisch opgeslagen. Dus zodra je in Google Maps teruggaat naar het kaartentabblad (zie tip 1), is jouw zelfgemaakte kaart daar nu ook zichtbaar. Klik erop en je krijgt de route als een extra laag boven op de standaardkaart te zien. Nu zal je deze route vast niet met een laptop in de hand willen wandelen of fietsen. Dat hoeft natuurlijk ook niet, want Google Maps draait ook op jouw smartphone (en tablet). Start daar dus de app op, tik in het menu (drie liggende streepjes) op Mijn plaatsen en blader in de kopregel naar het tabblad Kaarten. Prompt zie je al je zelfgemaakte wandel- en fietsroutes en kun je aan een tocht beginnen. Zorg wel dat je in de app met hetzelfde Google-account aangemeld bent.

Smartphone nodig voor je wandel- of fietsroute? Bekijk het aanbod op Bol.com

Tip 08: Route exporteren

Een zelfgemaakte route kun je bewaren als een KMZ-bestand, zodat je hem ook in andere programma’s of apps kunt gebruiken. Om dit te doen ga je eerst even terug naar Google Maps in de browser. Ga via Mijn plaatsen in het menu naar het tabblad Kaarten. Klik op een route en kies Openen in My Maps. Je bent nu terug bij het scherm waar je daarnet jouw route in elkaar hebt gezet. Je kunt de route hier onder andere aanpassen of uitbreiden, maar dus ook exporteren. Klik in het kader achter de naam van jouw kaart op de drie puntjes, kies Exporteren naar KML/KMZ en klik op de knop Downloaden. Als je het bestand bij een clouddienst zoals Dropbox bewaart, kun je de route makkelijk oppakken op je telefoon. Je kunt hem natuurlijk ook lokaal op je computer opslaan en daarna via bijvoorbeeld e-mail naar jezelf sturen.

©PXimport

Tip 09: Maps.me

Op zowel Android- als Apple-telefoons is het gratis Maps.me een leuke app als je van wandelen of fietsen houdt. De kaarten van deze app bevatten namelijk aanzienlijk meer terreininformatie dan Google Maps. Kaarten van een gebied of complete landen kun je vooraf gratis op je toestel downloaden, zodat je in het veld geen data hoeft te verstoken. Ideaal is dat je een route die je in Google Maps in elkaar hebt gezet, ook in Maps.me kunt gebruiken. Als voorbeeld doen we dat via Dropbox. Het KMZ-bestand dat je in tip 8 hebt gedownload, sla je dus eerst op in je Dropbox. Vervolgens start je de Dropbox-app op je telefoon en zoekt daar het bestand weer op. Tik op de drie puntjes bij de naam. Op een Android-telefoon kies je Openen met en tikt op Maps.me in de lijst met apps die je te zien krijgt. Op een iPhone kies je Exporteren, Openen in en daarna Kopieer naar maps.me.

Tip 10: De pret kan beginnen

In Maps.me tik je vervolgens onder in het scherm op het pictogram van twee sterretjes met drie streepjes ernaast. Je ziet hier groepen met zogenaamde bladwijzers. Dat kunnen de uit Google Maps geïmporteerde markeringen en routes zijn, maar ook locaties die je in de app zelf markeert. Tik op de naam van jouw kaart. Er verschijnt een lijst met zowel de route als de markeringen. Tik ergens op en je springt er meteen naartoe op de kaart. Vervolgens kan het fiets- en wandelplezier beginnen. Je hoeft alleen de routelijn maar te volgen en ziet tegelijkertijd gedetailleerde terreininformatie.

©PXimport

Tip 11: Fietsplanner

Als fietser heb je vast een voorkeur voor mooie routes waarbij je lekker kunt doortrappen, vooral als je lange afstanden aflegt. In dat geval is het handig de routeplanner van de Fietsersbond te gebruiken. Je kunt dan eventueel gebruik maken van de zogenaamde fietsknooppunten: een bewegwijzerd netwerk van knooppunten in Nederland, speciaal bedoeld voor fietsers. In de meest eenvoudige vorm geef je op de website alleen het beginpunt en het eindpunt op en laat je met een klik op Plan route je route automatisch plannen. Klik je op meer opties, dan kun je aangeven welk type route jouw voorkeur heeft, zoals Makkelijk doorfietsen, Racefietsroute of Natuurroute. Dat geeft je veel meer grip op het bepalen van de route. Ook kun je via de voorkeuren aangeven of je zaken als onverharde wegen en veerpontjes wilt vermijden.

©PXimport

Tip 12: Punten klikken

Zolang de extra opties uit de vorige tip getoond worden, ben je ook in de gelegenheid om tussenpunten aan je route toe te voegen. Er is nu namelijk een extra veld genaamd Via te zien, direct onder de twee standaardvelden Van en Naar. Via de knop Voeg extra via punten toe voeg je er zoveel toe als je nodig hebt. Klaar? Klik op Plan route om een route via alle opgegeven tussenpunten te bepalen. Als alternatief mag je de punten ook rechtstreeks op de kaart zetten. Klik in dat geval eerst op het beginpunt, zodat daar een witte vlag met een tekstballon verschijnt. Klik bij Stel in op het type van. Plaats daarna één voor één de tussenpunten en kies in de tekstballonnen telkens voor via. Als laatste plaats je het eindpunt en dat geef je het type naar. Klik weer op de knop Plan route en je fietsroute wordt bepaald.

©PXimport

Tip 13: Naar je telefoon

Zodra je op Plan route hebt geklikt zie je links op het scherm gedetailleerde informatie over jouw fietsroute. Via de knop print kun je dit uitprinten, maar wij slaan de route natuurlijk liever op in een bestand, zodat we tijdens het fietsen eenvoudig op onze telefoon kunnen meekijken. Klik daarom op de knop GPS, geef de route een herkenbare naam en klik op de knop KML bestand. Sla dit bestand bij voorkeur net als eerder bij Google Maps meteen op in je Dropbox (zie tip 8). Je pakt de route dan makkelijk op in de app Maps.me, zoals beschreven in tip 9.

©PXimport

Tip 14: Kant-en-klare routes

Een keertje geen zin om je eigen route te bedenken? Dat hoeft ook niet, want er bestaan veel kant-en-klare routes. Bij de routeplanner van de Fietsersbond klik je op het beginscherm rechts bovenin op voorgeplande fietsroutes. Je geeft de minimale en maximale lengte op, een provincie of je woonplaats en klikt op Zoek routes. Vervolgens zie je een overzicht van fietsroutes die aan deze criteria voldoen. Let erop dat je ook weer terug moet fietsen, tenzij je zojuist Fietsrondje hebt aangeklikt bij de routevoorkeuren. Klik op een fietsroute die jou wel wat lijkt om de details ervan te bekijken. Je bewaart de fietsroute net als daarnet via de knop GPS (zie vorige tip) en kunt hem daarna naar je telefoon overzetten.

©PXimport

Geen zin om je eigen route te bedenken? Er bestaan veel kant-en-klare routes

-

Tip 15: Wandelnet

Als fervent wandelaar kun je terecht bij Wandelnet om je routes te plannen of bestaande wandelingen op te vragen. Het is wel nodig om je gratis te registreren als je een route wilt downloaden. Via Eigen route plannen krijg je een kaart te zien waarmee je de wandeling plant. Belangrijk is dat je bij Routevoorkeur eerst aangeeft hoe dat moet gebeuren. Zo kun je bijvoorbeeld voor de kortste wandelroute kiezen, maar ook voor lange-afstandswandelpaden (het zogenaamde LAW-netwerk) en streekpaden zoals het Pieterpad. Vervolgens geef je het beginpunt op, eventuele tussenpunten en het eindpunt. Dat kan door op de kaart te klikken of een adres op te geven. Klik twee keer op Volgende stap en geef de route een naam en beschrijving. Om hem te downloaden kies je onder de plattegrond bij GPS voor het ietwat cryptische otn_download_googleearth voor een KMZ-bestand en klikt op Download. Daarmee is de route klaar voor gebruik in Maps.me op je telefoon.

©PXimport

Tip 16: Wandelroutes zoeken

Om bestaande wandelroutes te bekijken kies je op de startpagina van Wandelnet voor Wandelroute zoeken. Vervolgens geef je de gewenste routekenmerken aan, zoals Bosrijk, Kust en duinen, Rondwandeling of Stedelijk. Klik vooral even op Toon alle kenmerken om alle keuzes te zien. Vergeet niet om ook de minimale en maximale afstand in te stellen via de dubbele schuifregelaar. Bij Type wandelroute kun je eventueel aangeven dat je geïnteresseerd bent in een streekpad of een LAW. Klik vervolgens op Zoeken en alle wandelingen die aan jouw zoekcriteria voldoen verschijnen in een lijst en op een plattegrond. Zodra je een wandeling uitkiest, krijg je een korte beschrijving te zien. Onder het kaartje vind je weer de mogelijkheid om deze route als KMZ-bestand te downloaden. Hiervoor dien je wel aangemeld te zijn met je account.

©PXimport

De paden op ...

Wandelschoenen nodig? Kijk en vergelijk op Kieskeurig.nl

▼ Volgende artikel
Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt
© DigitalGenetics | Adobe Stock
Energie

Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Door de stijgende energieprijzen en het verdwijnen van de salderingsregeling moeten we meer dan ooit op ons verbruik letten en bewuster om moeten gaan met het gebruik van elektrische apparaten. Dat is niet altijd even makkelijk, want hoe weet je nu hoeveel energie elk apparaat verbruikt? In dit artikel nemen we je mee door de lijst van apparaten die meer verbruiken dan je denkt.

🔌 Na het lezen van dit artikel weet je welke apparaten in huis je meer geld kosten dan je denkt en hoe het zit met energielabels. Weten welke duurzame maatregelen je nog meer kunt treffen voor jouw woning? Lees dan Energieneutraal wonen, kan ik dat ook?

Check altijd het energielabel

Als het tijd is om een apparaat in huis te vervangen, werp dan in de winkel eerst een blik op het energielabel. Dat zegt namelijk alles over het stroomverbruik. Wil je nog zeker een paar jaar door met het huidige apparaat, dan is het slim om te kijken hoe je er zuiniger mee om kunt gaan. Bijvoorbeeld door naar de instellingen van de standby-stand te kijken of het door apparaat alleen aan te zetten op momenten dat je minder energiekosten betaalt. Dat kan je echt tientallen euro’s schelen.

Het energielabel geeft aan hoe energiezuinig een apparaat is. Een A+++-label is het zuinigst, label G het minst zuinig. Het energielabel is er voor wasmachines, drogers, vaatwassers, koelkasten, vriezers en beeldschermen, maar zal aan steeds meer apparaten worden toegevoegd. Bekijk hier een uitgebreide uitleg over de energielabels.

©Lenti Hill - stock.adobe.com

1. Kokendwaterkraan - 138 euro per jaar

Tuurlijk, zo'n kraan is erg handig en als je hem eenmaal hebt, dan wil je nooit meer zonder. Dat zo'n Quooker-kraan ervoor zorgt dat je direct heet water krijgt. Maar, het addertje onder het gras is wel dat die kraan niet alleen het water kookt, maar ook op temperatuur moet houden. Dat kost energie. Een voorbeeld: een gezin van drie personen gebruikt gemiddeld zo’n 10 liter kokend water per dag via een Quooker. Om dit water te verwarmen, is jaarlijks ongeveer 423 kWh aan energie nodig (bron: ANWB Energie) . Daarnaast kost het op temperatuur houden van het water nog eens 87,5 kWh per jaar. Dit komt neer op een totaal energieverbruik van 511 kWh per jaar. Stel dat je een energiecontract hebt waarbij je gemiddeld € 0,27 cent per kWh betaalt, dan kost die Quooker je 138 euro per jaar.

Tóch een kokendwaterkraan in huis?

Hier vind je de nieuwste modellen voor de beste prijs!

2. Wifi-versterker - 32 euro per jaar

Overal goede wifi in huis is een must, zeker als je veel thuiswerkt en veelgebruikers in huis hebt. Zitten er op strategische plekken in huis wifi-versterkers of repeaters in de stopcontacten? Dan zitten deze er doorgaans de hele tijd in en dat kost je meer geld dan je misschien denkt. De gemiddelde wifi-versterker – je hebt ze met verschillende wattages – verbruikt jaarlijks 88 kWh. Dat kost je per jaar dus ongeveer 32 euro.

Andere repeater nodig?

Kijk hier voor een paar hele mooie deals!

Verbruik uitrekenen

Hoe weet je nu hoeveeel energie een apparaat verbruikt? Dat kun je uitrekenen als je beschikt over het vermogen in Watt (W) van het apparaat. Dat wattage wordt meestal genoemd in de specificaties onder Stroomverbruik. Bij vergelijkingssites zoals Kieskeurig.nl vind je die informatie ook terug:

Omdat energie vaak in kilowatt (kW) wordt gemeten, moet je Watt eerst omrekenen: 1 kilowatt (kW) = 1000 Watt (W).

Bijvoorbeeld: Een stofzuiger van 900 Watt is hetzelfde als: 900 ÷ 1000 = 0,9 kW.

Om te weten hoeveel energie een apparaat verbruikt, gebruik je deze formule: Energieverbruik (kWh) = Hoeveel uur je het gebruikt (h) x Vermogen in kW

Bijvoorbeeld: Als je een stofzuiger van 0,9 kW elke week 2 uur gebruikt: 0,9 x 2 = 1,8 kWh per week.

3. Grote televisie

Wist je dat het stroomverbruik van een televisie afhankelijk is van het formaat van het scherm? Een 65inch-televisie verbruikt bijvoorbeeld twee keer zo veel stroom als een 43inch-exemplaar met hetzelfde energielabel. Jouw thuisbioscoop kost je daardoor misschien heel wat meer dan je dacht.

Lees ook: Dit zijn de 15 beste televisies van 2024

Vooral de resolutie van het scherm maakt veel uit voor het verbruik. Grotere beeldschermen hebben een hogere resolutie om een scherp beeld te krijgen, zoals een 4K- of zelfs 8K-resolutie. 8K-televisies verbruiken flink meer energie dan een 4K-televisie die net zo groot is.

Bij televisies wordt om die reden ook vaak het stroomverbruik apart vermeld voor zowel de SDR- als de HDR-video. In dit geval staat SDR voor Standard Dynamic Range met een resolutie van 1080p en HDR voor 4K-content.

Een grote televisie gebruikt meer dan een kleine, en ook de beeldkwaliteit bepaalt hoeveel energie wordt verbruikt, zoals hier op dit label is te zien. bij SDR-gebruik (1080p) krijgt deze Hisense-tv dus een energielabel E, terwijl de HDR-stand goed is voor energielabel G, een stuk minder zuinig dus.

©Casa imágenes - stock.adobe.com

4. Extra koelkast

Heb jij een extra koelkast in de garage of bijkeuken omdat de inbouwkoelkast eigenlijk te klein is of omdat hamsteren je hobby is? Dan gaat het vaak om een ouder exemplaar met een energielabel dat richting de G gaat en dat slurpt energie.

Kies in de plaats daarvan voor één grotere koelkast en bekijk kritisch naar wat je er allemaal in stopt: jouw voorraad frisdrank kun je prima bewaren op een andere plek en pas koelen als de vorige fles bijna op is. Wil je de tweede koelkast toch houden, zet hem dan alleen aan als je ‘m gaat gebruiken, bijvoorbeeld rond de periode dat je (veel) eters verwacht of een dinertje hebt georganiseerd.

Nieuwe zuinige koelkast nodig?

Bekijk ze op Kieskeurig.nl

5. Gaming-pc’s

Heb je gamers in huis of ben je zelf ook niet vies van een potje Fortnite op z'n tijd? Dan kan al dat gegame jouw energierekening naar serieuze hoogten brengen. Vooral game-pc's zijn echte energieslurpers: het jaarverbruik zo'n machine komt gemiddeld per jaar – inclusief monitor – uit op ongeveer 1.400 kWh. En dat staat gelijk aan het energieverbruik van drie koelkasten. Staat er een Xbox of PlayStation te loeien in huis, dan verbruikt deze tussen de 150 en 160 watt per uur. Game je 3 uur per dag, dan zit je per jaar zo aan de 70 euro.

Tip! Door de spelcomputer in de slaapmodus te zetten, bespaar je veel geld. Nog beter is het om hem helemaal uit te schakelen als je ‘m niet gebruikt.

Toch lekker gamen?

Hier vind je de dikste pc's voor de beste prijs!

▼ Volgende artikel
Consumenten testen: de Philips 5000-serie handstomer
© Philips
Gezond leven

Consumenten testen: de Philips 5000-serie handstomer

Op zoek naar een snelle en gemakkelijke manier om kleding er verzorgd uit te laten zien zonder gedoe met strijkplanken of zware strijkijzers? De Philips 5000-serie handstomer biedt een gebruiksvriendelijke oplossing die is ontworpen voor gemak en snelheid. De bevindingen van het Review.nl Testpanel tonen aan dat dit apparaat geliefd is bij een breed publiek.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Philips

Het ontwerp van de Philips 5000-serie handstomer (STH5020/40) is een van de sterkste punten volgens onze testers. Dankzij een laag gewicht en een ergonomische vorm ligt het apparaat prettig in de hand en is het eenvoudig te gebruiken, zelfs voor langere sessies. Het compacte formaat maakt het bovendien een ideale metgezel voor op reis. Meerdere testers, waaronder Manonv, prezen dat aspect: "Hoe handig is deze stomer voor op reis! Hij warmt binnen 30 seconden op en stoomt kreukels er makkelijk uit, zelfs als je kleding op een hanger blijft hangen."

Daarnaast benadrukken testers het intuïtieve gebruiksgemak. Het apparaat is direct na het inschakelen klaar voor gebruik en heeft geen ingewikkelde instellingen. Dat maakt 'm geschikt voor zowel ervaren gebruikers als nieuwkomers als het aankomt op handstomers. Toch werd er door sommige testers, zoals MandyK, opgemerkt dat het snoer wat langer had mogen zijn om volledige bewegingsvrijheid te bieden.

©Philips

Prestaties: snelheid en resultaat

Wat betreft prestaties maakt deze handstomer indruk met zijn vermogen om kledingstukken snel op te frissen. Het apparaat biedt twee standen: Eco voor een energiezuinige stoomproductie en Max voor intensere toepassingen. Tester Saliziia benadrukte de flexibiliteit van de standen: "De Eco-stand werkt fijn voor lichte opfrissingen, maar de Max-stand is een uitkomst bij hardnekkige kreukels. Het is geen vervanging voor een strijkijzer, maar het komt aardig in de buurt."

De testers waren vooral te spreken over de snelheid waarmee het apparaat zijn werk doet. Binnen 30 tot 35 seconden is het apparaat volledig opgewarmd en klaar voor gebruik, wat ideaal is voor wie weinig tijd heeft. Het verwijderen van lichte kreukels is zo gepiept en zelfs stoffen met details, zoals ruches en plooien, worden snel gladgemaakt dankzij de verstelbare stoomkop. Hoewel dikkere stoffen zoals jeans of zware gordijnen minder gemakkelijk glad worden, zijn de meeste testers het erover eens dat het apparaat uitblinkt in alledaags gebruik.

“Binnen 35 seconden is hij klaar voor gebruik. Ideaal voor een snelle touch-up!”

- Ilse de Haas

Flexibiliteit en accessoires

Deze handstomer van Philips onderscheidt zich door zijn veelzijdigheid en de meegeleverde accessoires, zoals een handschoen en een extra waterreservoir. De verstelbare kop maakt het mogelijk om kleding in verschillende posities te stomen, zowel hangend als liggend. Tester Bentesara kon dat wel waarderen: "De verstelbare kop maakt het richten van de stoom veel makkelijker, vooral bij kledingstukken met lastige hoeken of details."

De handschoen, bedoeld om de handen te beschermen tegen de hete stoom, wordt door veel testers als handig ervaren, hoewel de grootte van de handschoen wel tegenvalt. Ilse de Haas merkte op: "De handschoen is aan de grote kant, waardoor je wat grip verliest tijdens het stomen, maar gelukkig is het niet per se nodig om hem te gebruiken." Het extra waterreservoir bleek voor veel testers een welkome toevoeging, omdat je nu meerdere kledingstukken kunt stomen zonder tussendoor bij te hoeven vullen.

©Philips

Vormgeving en duurzaamheid

Het design van de Philips 5000-serie is modern en strak, maar over de kleur waren de meningen verdeeld. Terwijl sommigen, zoals Rocky1998, het ontwerp prachtig vonden, gaf tester MandyK aan dat de echte kleur wel een beetje tegenviel in vergelijking met de afbeelding op de verpakking. Desondanks werden het compacte formaat en de robuuste afwerking door bijna iedereen gewaardeerd. Clemens benadrukte het gemak van opbergen: "Het apparaat is licht en compact, waardoor hij makkelijk in een kast of koffer past."

Wat betreft duurzaamheid scoort de handstomer hoog. De testers merkten op dat het apparaat stevig aanvoelt en bestand lijkt tegen intensief gebruik.


✅ Pluspunten

  • Snel opwarmen: Binnen 30 seconden gebruiksklaar

  • Compact en licht: Gemakkelijk mee te nemen en op te bergen

  • Flexibel: Geschikt voor hangende en liggende kledingstukken

  • Veiligheid: Handschoen beschermt tegen hete stoom

  • Eco- en Max-standen: Aanpasbaar aan verschillende stofsoorten en kreukels

❌ Minpunten

  • Minder effectief bij zware stoffen: Beperkte werking bij dikke stoffen of diepe kreukels

  • Kort snoer: Beperkt de bewegingsvrijheid

  • Grootte van de handschoen: Niet voor iedereen comfortabel

  • Klein waterreservoir: Sneller bijvullen bij intensief gebruik


Conclusie

Met een gemiddelde score van een 8,2 overtuigt de Philips 5000-serie handstomer als een veelzijdige oplossing voor het snel opfrissen van kleding. Het apparaat biedt snelheid, gebruiksgemak en flexibiliteit, waardoor het een ideale keuze is voor mensen die tijd willen besparen en toch netjes voor de dag willen komen. Tester Joyce vat de algemene ervaring samen: "Het is geen vervanging voor een strijkijzer, maar het werkt perfect voor een snelle opfrisbeurt en haalt lichte kreukels moeiteloos weg."

Hoewel het apparaat enkele beperkingen heeft, zoals de effectiviteit bij dikkere stoffen en de grootte van de handschoen, wegen de voordelen ruimschoots op tegen de nadelen. Voor dagelijks gebruik of als reisgenoot is deze Philips-handstomer een waardevolle toevoeging aan elke garderobe.

De uitgebreide reviews van het Review.nl Testpanel lees je hier!