ID.nl logo
Mrb-gesleutel maakt elektrisch rijden (weer) duurder
© Hyundai
Mobiliteit

Mrb-gesleutel maakt elektrisch rijden (weer) duurder

Er gaat veel veranderen in de belastingwetgeving rond elektrische auto’s (EV’s). Terwijl die tot dusver vooral werd gebruikt om de aanschaf van EV’s te stimuleren, zet het demissionair kabinet er nu de rem op. Wat betekent dit voor de aanschaf van elektrische auto’s – en de gebruikskosten?

Een kort overzicht van onderstaand artikel:

  • Afname van mrb-kortingen voor EV's vanaf 2026 tot het volle tarief in 2031; bpm stijgt in 2025

  • Afschaffing van de Sepp-subsidie voor gebruikte EV's in 2025, met vermelding van populaire modellen

  • Discussie over rekeningrijden en mogelijke compensaties voor het hogere gewicht van EV's

  • Daling van de verkoop van nieuwe EV’s en consumentenvoorkeuren tegen hoge aanschafkosten

  • Ook interessant: Kabinet verlengt belastingvoordeel voor elektrische auto's, maar nadeel voor hybride rijders

Download nu GRATIS het EV Duurtest-rapport 2024!

In het EV Duurtest-rapport zijn nieuwe elektrische auto's door verschillende consumenten getest. Alle resultaten vind je terug in dit digitale rapport. Door het invullen van je naam en e-mailadres meld je je aan voor ontvangst van het Kieskeurig EV Duurtest-rapport. Tevens ben je ingeschreven voor de Kieskeurig.nl EV-nieuwsbrief.

De Nederlandse overheid heeft jaren geleden al sterk ingezet op het stimuleren van de elektrische auto, een initiatief dat ten koste ging van de diesel- en benzineauto. Vooral de zakelijke markt profiteert van de verschillende regelingen, maar ook voor particulieren trok de overheid de portemonnee. Zo zijn EV’s, net als andere voertuigen zonder directe CO₂-uitstoot, vrijgesteld van motorrijtuigenbelasting (mrb).

Die regeling, die trouwens altijd al als een tijdelijke maatregel was bedoeld, gaat op de schop; wie een nieuwe EV koopt, krijgt de komende jaren nog altijd mrb-korting, maar die zal gaandeweg afnemen. Vanaf 2026 betaalt de EV-rijder 60 procent van het benzinetarief, per 2027 70 procent, vanaf 2030 75 procent en vanaf 1 januari 2031 betaalt de EV-koper het volle mrb-tarief.  

Alle kortingen op 0

Niet alleen die maatregel maakt elektrisch rijden duurder, dat doet ook de verhoging van de bpm, simpel gezegd de ‘aanschafbelasting’ voor auto’s. Deze bpm bestaat uit een basisbedrag (440 euro in 2024), verhoogd met een opslag per gram CO₂-uitstoot van de betreffende auto’s. Dat laatste heeft een EV niet, en dus wordt daarover geen bpm geheven. Maar het basisbedrag voor personenauto’s gaat per 1 januari 2025 met ongeveer 200 euro omhoog. Afhankelijk van de inflatie past het kabinet dat bedrag nog aan.  

Kort en goed gezegd gaan met ingang van 2031 alle kortingen op de motorrijtuigenbelasting waar de EV-rijder nu nog van profiteert naar nul, terwijl de aanschaf van elektrische occasions bovendien duurder wordt. Want ook de aanschafsubsidie op gebruikte elektrische voertuigen, de zogeheten SEPP, komt per 2025 te vervallen. Via die regeling kun je dit jaar nog 2.000 euro subsidie krijgen op de aanschafprijs van een gebruikte EV. In die subsidiepot zat voor 2024 29,4 miljoen euro, en hij is al voor meer dan de helft leeg (48 procent per 23 april). De meeste gebruikers van de regeling kozen in 2023 trouwens respectievelijk voor een gebruikte Renault Zoe, gevolgd door de Nissan Leaf en de Volkswagen Golf. 

©Volkswagen AG

Aanschafsubsidie verdwijnt 

De SEPP-regeling voor nieuwe elektrische auto’s blijft bestaan, maar die is in vergelijking met de occasionregeling veel minder populair. Geen wonder, want nieuwe EV’s zijn nu eenmaal duur, en zelfs de subsidie van 2.950 euro is voor de meeste mensen te laag om er zomaar een te kunnen betalen. Per 23 april zat de subsidiepot van 58 miljoen euro nog voor 75 procent vol.

Ironisch genoeg gebruikt het kabinet de afschaffing van de SEPP voor tweedehandsauto’s om geld vrij te maken voor de voorgenomen belastingkorting op EV’s. En dat niet alleen, ook de plug-in hybride wordt aangepakt om geld vrij te maken voor de nieuwe belastingplannen. Eigenaars van plug-in hybrides met een uitstoot van maximaal 50 gram CO₂ per kilometer betalen nu nog 50 procent van het benzinetarief aan mrb, maar die korting verdwijnt: in 2025 betaalt de eigenaar 75 procent van het benzinetarief, vanaf 2026 verdwijnt het mrb-voordeel voor plug-in hybrides helemaal.  

Niet alles is al zeker 

De belastingplannen van het kabinet passen in eerder aangekondigd beleid, maar ze zijn nog lang niet in beton gegoten. Het belastingstelsel voor personenauto’s is immers al jarenlang het toneel van politiek gekrakeel. Kijk maar naar de langlopende discussie over de invoering van een kilometerheffing, of een vorm daarvan – in de volksmond ook wel ‘rekeningrijden’ genoemd. Zo’n systeem zou onherroepelijk betekenen dat de motorrijtuigenbelasting in zijn huidige vorm moet verdwijnen.

Op de kortere termijn is de vraag of het kabinet ingaat op de kritiek van partijen als de ANWB en Bovag, die willen dat er een compensatie of gewichtscorrectie komt voor het hogere gewicht van een EV ten opzichte van een conventioneel aangedreven auto. EV’s zijn immers veel zwaarder dan vergelijkbare benzinemodellen doordat de accupakketten honderden kilo’s meer gewicht op de schaal brengen. Omdat de mrb wordt berekend aan de hand van het wagengewicht, is de EV-rijder daarmee behoorlijk in het nadeel, soms met honderden euro’s per jaar.

©Frans | stock.adobe.com

Kilometerheffing: de toekomst van autobelastingen in Nederland? In Nederland laait de discussie over kilometerheffing of 'rekeningrijden' weer op. Dit systeem laat automobilisten belasting betalen per gereden kilometer in plaats van een vast mrb-tarief. Voorstanders benadrukken de eerlijkheid, potentieel minder files en lagere CO₂-uitstoot door variabele tarieven tijdens spitsuren. Tegenstanders wijzen op de nadelen voor mensen met een lager inkomen en privacyzorgen door het monitoren van rijgedrag. Het kabinet plant invoering in 2030 met een verwacht tarief van 7-8 cent per kilometer. De komende tijd moet uitwijzen hoe dit systeem effectief en rechtvaardig kan worden geïmplementeerd.

Aanschafprijs nieuwe EV nog te hoog

Ook het consumentengedrag kan nog gevolgen hebben op het voorgenomen beleid. De verkoop van nieuwe elektrische auto’s daalt immers al maandenlang, ondanks het feit dat er sinds vorig jaar een internationale prijzenoorlog woedt tussen verschillende autofabrikanten. Bovendien groeit het aantal mensen dat zegt niet van plan te zijn om elektrisch te gaan rijden, zo blijkt uit de Elektrisch Rijden Monitor 2023 van de ANWB.

In dit onderzoek gaf 28 procent van de respondenten aan niet binnen vijf jaar elektrisch te willen gaan rijden, tegenover 27 procent die dat wel overweegt. De nee-zeggers geven als belangrijkste reden de hoge aanschafprijzen van EV’s. Volgens de onderzoekers hebben ze een punt: een nieuwe elektrische auto kost gemiddeld 45.850 euro, terwijl de gemiddelde koper niet meer wil uitgeven dan 31.699 euro. 

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.