ID.nl logo
De hoofdpijnbezorgende ICT-dreigingen in 2012
© Reshift Digital
Huis

De hoofdpijnbezorgende ICT-dreigingen in 2012

Ook dit jaar viel er voor cybercriminelen en hackers weinig te klagen. Voor systeembeheerders en ontwikkelaars des te meer. Webwereld bekijkt een paar hoofdpijnbezorgende ict-herinneringen van 2012.

De wereld van systeembeheerders kent zijn nodige ict-crises. Wie herinnert zich het virus Jerusalem niet dat in de jaren 80 de wereld zou verlammen door massaal op vrijdag de dertiende te activeren? Of de millenniumbug die ons - letterlijk en figuurlijk - een eeuw terug dreigde te zetten? Dit jaar was zeker geen uitzondering. We zetten een aantal van de dreigingen die beheerders kopzorgen gaven op een rij.

Militaire malware

Twee jaar geleden dook Stuxnet op, de malware die zich specifiek richt op de productie van verrijkt uranium in Iran. Omdat dit een wel heel specifiek doelwit is, werd vrij snel algemeen aangenomen dat het hier ging om malware die speciaal voor militaire doeleinden is ontwikkeld. Stuxnet maakte gebruik van een aantal tot dan toe onbekende zero-days, de gaten die in de regel worden ontdekt door beveiligingsonderzoekers en dan pas misbruikt worden.

Dit jaar werd Flame ontdekt. Deze malware schokte de IT-wereld, mede omdat hij al vele jaren in omloop is - al ver voor Stuxnet werd ontdekt. Om de infectie van Flame onopgemerkt te houden, werd de malware voorzien van een vervalst Microsoft-certificaat. Om deze certificaten te faken is een geavanceerde cryptoaanval uitgevoerd.

De Nederlandse onderzoeker Marc Stevens publiceerde enkele jaren geleden een proefschrift over zo'n zogeheten collision-aanval waarmee een hashwaarde kan worden nagebouwd om een nepcertificaat te creëren. Flame gebruikte echter een andere methode, waardoor Stevens met enige zekerheid kan stellen dat de makers van Flame zelf een hash-collision hebben ontworpen. Dat had niet gehoeven als Stevens' proefschrift er al was geweest, dus dat vormt aanvullend bewijs dat Flame en zijn certificaatmethode al jaren bestaan.

Ook Flame neemt het Midden-Oosten op de korrel. Wederom wordt aangenomen dat de VS erachter zit. Eerder dit jaar publiceerde een Witte Huis-journalist van de New York Times een boek waarin wordt beschreven hoe president Obama de aanval met Stuxnet - die al door zijn voorganger Bush in gang was gezet - uitvoerde.

Flame-varianten als Wiper en Shamoon richten nog steeds schade aan, onder meer onlangs bij de Arabische olieproducent Aramco. Deze varianten dienen als digitale spionnen. Ze sturen de verzamelde gegevens door naar een C&C en wissen vervolgens de bootsector van het geïnfecteerde systeem. Het is momenteel nog niet helemaal duidelijk waar deze varianten vandaan komen, het zou kunnen dat cybercriminelen de broncode hebben aangepast om hun eigen aanval uit te voeren. Ook een hacktivistencollectief dreigde Shamoon in te zetten tegen Iran. Anderen denken dat de Stuxnet-makers achter Flame zitten (oftewel de Amerikaanse overheid). Of de Mossad. Of Iran zelf.

Waar het ook vandaan mag komen, de effecten van militaire malware zijn groot. Overheden zitten met de handen in het haar over de potentiële fall-out van cyberwarfare - iets waar ook Obama mee zit. De VS werkt aan nieuwe securitywetten die een tegenaanval mogelijk maken, maar walsen daarmee over de privacy van burgers heen. Omdat de voorstellen daarom steedsstranden in het Congres, heeft Obama een presidentieel bevel uitgevaardigd om de nationale infrastructuur in te kunnen zetten bij een 'cyberramp'. Op deze manier is alvast een pakket maatregelen doorgedrukt om netwerken officieel in te kunnen zetten bij een tegenaanval of juist af te sluiten bij een cyberdreiging.

De eerste tekenen van een tweede effect van de nieuwe oorlogsvoering zagen we ook dit jaar: cybercriminelen vorderen de malware om zelf in te kunnen zetten voor financieel gewin. Het was een kwestie van tijd voor militaire malware door zou breken in de maatschappij en 2012 was het jaar dat we praktijkvoorbeelden zagen van de gevolgen van deze digitale oorlogsvoering.

Op de volgende pagina: afhankelijkheid van de cloud en hét gat dat bedrijven over het hoofd zien.

Instabiele cloud

Dat een uptime van 100 procent een utopie is, moet anno 2012 niemand meer verrassen. Al jaren treffen - over het algemeen kleinschalige - storingen clouddiensten waardoor gebruikers even zonder hun data zitten en dit jaar wasnietanders. Dit jaar kwam een onderzoeker met een waarschuwing dat nu diensten van elkaar afhankelijk worden, dergelijke dependencies kunnen leiden tot een instortende cloud. De professor van Yale werd enkele maanden later van een klein praktijkvoorbeeld voorzien toen orkaan Sandy in New York enkele datacenters omknikkerde, waarna diverse diensten onderuit gingen.

Een cloudcrash bij Google duurde maar kort, maar had een behoorlijke impact. Het demonstreerde niet alleen hoe afhankelijk we aan het worden zijn van onze online gegevens, maar onderstreepte ook nog eens hoezeer diensten van elkaar afhankelijk zijn. Het onderuitgaan van Google-diensten duurde maar 18 minuten, maar trof Gmail, Google Documenten, Google Drive en Google Apps.

Ook Chrome-gebruikers meldden vastgelopen browsers tijdens de storing vanwege de synchronisatiefeature. Google maakte een configuratiefout in de synchronisatieservers, waardoor het dataverkeer daarop werd afgeknepen om overbelasting te voorkomen. Waarna clients als Chrome en Gmail geen contact meer kregen met de server.

Netwerkapparatuur

Hackers ontdekken de netwerkapparatuur als potentiële ingang voor het bedrijfsnetwerk. Gaten in clients en servers worden meestal op tijd gepatcht, maar IT-apparatuur als printers en telefoons wordt vaak over het hoofd gezien. Ook appliances die bijvoorbeeld een firewall draaien, blijven lange tijd ongepatcht en zijn volgens sommige deskundigen daarom soms juist onveiliger dan serverruimtes waar deze dozen niet draaien, vindt beveiligingsonderzoeker Roger A. Grimes.

Printers van Samsung bleken onlangs een beheerdersaccount te hebben die hardcoded is in de apparatuur. Daarmee leverde Samsung effectief een handige ingang voor hackers om het bedrijfsnetwerk te scannen. Cybersnoodaards kunnen het printergeheugen uitlezen en daarmee verwerkte prints bekijken, wat een goudmijn is voor digitale bedrijfsspionnen. Het probleem bleef niet beperkt tot apparaten van de Zuid-Koreaans fabrikant, ook printers van Dell die de Amerikaanse producent overneemt van Samsung zaten met het ingebakken beheerdersaccount te kijken.

Er is inmiddels een patch beschikbaar, maar bedrijven lijken patches voor netwerkapparatuur te negeren. Zo werd vorig jaar een groot beveiligingsgat in HP-printers ontdekt en een jaar later blijkt dat 1 tot 2 procent van de printers zijn gepatcht. Via dergelijke kernelgaten zijn ingebedde netwerksystemen, zoals routers en printers, een potentieel gevaar voor bedrijfsnetwerken. Bedrijfsrouters van Hauwei bleken op hackerscongres Defcon 2012 meerdere gaten te bevatten die aftappen van netwerkverkeer een koud kunstje maken. En grote bedrijven, waaronder internetproviders, bleken dit jaar bedrijfsrouters open te zetten via UDP-poort 161 en daarop schrijfbare SNMP-data toestaan.

Een interessant gat dook deze maand op in VoiP-telefoons van Cisco. De onderzoeker die vorig jaar het lek in HP aantoonde en gefrustreerd was dat een overweldigende meerderheid het probleem negeert, beet zich vast in een kwetsbaarheid in de UNIX-kernel van Cisco. Via dit lek is het mogelijk om het toestel te pwnen en bijvoorbeeld in te zetten als afluisterapparatuur. De aanvaller schakelt dan ook het ledlampje uit dat aangeeft dat de microfoon aanstaat en ontvangt alles wat er gezegd wordt - of er nu gebeld wordt of niet - op zijn smartphone.

Cisco patcht het lek - als het tenminste niet in een toestel zit dat niet wordt ondersteund - maar afgaand op het HP-gat zou het geen verrassing moeten zijn als in december 2013 blijkt dat het gat nauwelijks gepatcht is. Kortom, een handige ingang voor hackers die waarschijnlijk lange tijd te gebruiken is.

Op de volgende pagina: wat hebben banners, Nederlandse gemeenten en Apple-computers gemeen?

Hadiemalware

Malware komt naar de massa, met betere verspreiding van schadelijke software door drive-by-aanvallen op populaire Nederlandse sites, zoals eerder dit jaar op Nu.nl en later Weeronline.nl. In het eerste geval injecteerden hackers malafide code in het contentmanagementsysteem van de populaire nieuwssite om een Java-elementje te starten. Bij weeronline werd er ingebroken op een advertentieplatform. Advertentieplatforms droegen dit jaar wel vaker hun steentje bij aan de verspreiding van virussen. Ook de website van Vrij Nederland werd gepwnd via een gat in een advertentieplatform.

Het advertentieplatform OpenX kwam opnieuw in de kijker tijdens de Java-affaire die de gemoederen afgelopen zomer flink bezig hield. Via het platform werden bezoekers belaagd door diverse drive-by's. Drive-by malware installeert zich via ongedichte gaten in de browser, dus voorheen was het advies om de browser zo goed mogelijk bijgewerkt te houden. Dit jaar kwam daar een opvallend advies bij: gebruik een andere browser.

Onder meer de Duitse overheid adviseerde om Internet Explorer maar even niet te gebruiken toen een Java-lek werd ontdekt in IE. De gebouwde exploit richtten zich allemaal op de browser van Microsoft en daarom werden Firefox en Chrome een stuk veiliger bevonden. Andere organisaties namen het advies over, grappig genoeg zelfs als er intern geen alternatief voorhanden was.

Malware voor Windows is niks nieuws. Het is niet meer dan logisch dat exploits zich richten op het populairste platform, dus schadelijke software richt zich vooral op het besturingssysteem van Microsoft. Maar in 2012 was de malware voor Mac in opkomst. De afgelopen jaren richtte een enkel stukje ongewenste programmatuur zich nog op Apple, inmiddels is er sprake van een stabiele aanvoer van Mac-malware.

De beruchte Mac-trojan Flashback greep dit jaar flink om zich heen onder Apple-gebruikers die zich in het verleden niet hoefden te verdiepen in removal tools waar Windows-gebruikers zo door geplaagd worden. Malware voor Windows nestelt zich trouwens ook op Apple-computers. Daar kan het verder niet veel kwaad, maar de besmetting zorgt er wel voor dat de schadelijke software zich verder kan verspreiden op Windows-pc's.

Wat ons brengt bij het botnet. Dat is een oud verschijnsel. Een scherp groeiend netwerk van overgenomen pc's is ZeroAccess dat vooral gespecialiseerd is in klikfraude. Beheerders slepen dagelijks gezamenlijk bijna 1 miljoen dollar binnen via allerlei frauduleuze praktijken. Botnets in het algemeen traden dat dit jaar wel heel erg in het spotlight van de landelijke pers toen gemeenten deze zomer besmet raakten met het Office-virus Dorifel.

Dorifel sloeg begin augustus opeens wild om zich heen, net toen de dienstverlening trager was vanwege de vakantie. De bedrijfsvoering bij enkele gemeenten kwam zelfs plat te liggen, waardoor bijvoorbeeld geen paspoorten konden worden uitgegeven. Dorifel vond zijn weg via het relatief onbekende botnet Citadel. Webwereld schreef in het begin van 2012 over de nieuwe aanpak van Citadel waarbij gebruikers via een open source-model bijdroegen aan de ontwikkeling van het botnet.

Bovendien worden botnets net als exploitkits inmiddels als een dienst gedraaid: cybercriminelen huren het product volgens een licentiemodel en zetten het in voor het doeleinde dat ze op het oog hebben. Met een leger zombies zijn bijvoorbeeld bankgegevens te verzamelen, bitcoins te delven, virussen uit te rollen of DDoS-aanvallen uit te voeren. Een botnetbeheerder heeft daarmee behoorlijk wat opties en macht en daarom is de malware behoorlijk lucratief.

Beveiligingsdeskundigen spreken al einge jaren van CaaS, Cybercrime-as-a-Service. Citadel is gegroeid uit een open source-project, ging underground toen het voldoende verbeterd was en blijft ondertussen evolueren. Daarbij komt nog dat er diverse zombies rondwaren bij Nederlandse overheden waardoor de kans op een herhaling van een incident als Dorifel ook in 2013 een dreiging blijft.

▼ Volgende artikel
Review Dyson V8 Cyclone – Betrouwbaar basismodel doet wat-ie moet doen
© Wesley Akkerman
Huis

Review Dyson V8 Cyclone – Betrouwbaar basismodel doet wat-ie moet doen

Met een prijskaartje van 399 euro is de Dyson V8 Cyclone een van de meest betaalbare draadloze steelstofzuigers van het Britse merk. Je haalt hiervoor een redelijk compacte maar krachtige huishoudhulp in huis, die een aantal duidelijke kanttekeningen heeft.

Goed
Conclusie

De Dyson V8 Cyclone is een geslaagde steelstofzuiger voor wie krachtige prestaties zoekt zonder overbodige luxe. Vooral op tapijt en bekleding komt hij sterk naar voren, en ook het verwijderen van haren gaat hem goed af. Het harde, smalle handvat en de wat stugge vloermond voelen niet altijd even prettig aan, maar dat past deels bij de prijsklasse. Jammer is ook het ontbreken van een lcd-display met handige informatie, al is dat net als het gebrek aan een automatische zuigstand goed te overzien. Alles bij elkaar is dit een betrouwbaar basismodel dat doet wat hij moet doen.

Plus- en minpunten
  • Krachtig zuigsysteem
  • Lekker wendbaar
  • Prima batterijduur
  • Handig opvang- en leegsysteem
  • Twee knoppen voor de bediening
  • Verrassend compleet
  • Voelt soms wat basaal
  • Handvat is niet comfortabel
  • Nieuwe vloermond tikt hard op de grond
  • Geen lcd-display
  • Zelf van zuigstand wisselen

De Dyson V8 heeft een nieuw ontwerp gekregen. Weg is de trekker die je constant moet indrukken om het apparaat te laten zuigen. In plaats daarvan beschikt hij voortaan over een handige aan-uitknop. Daarnaast zit een moduswisselaar, die met verschillende kleuren aangeeft welke zuigstand je gebruikt. Opvallend is ook dat Dyson voor de V8 Cyclone geen spannende kleuren voor de plastic onderdelen gebruikt. In plaats daarvan zien we een combinatie van kaki, rood, grijs en zwart; het geheel valt daardoor minder op.

©Wesley Akkerman

De nieuwe Dyson V8 Cyclone

De nieuwe V8 levert 30 procent meer zuigkracht en een 50 procent langere accuduur. In de laagste zuigstand houdt hij het tot 60 minuten vol. Helaas ontbreekt een handig lcd-scherm (dat wel op duurdere modellen zit) voor de resterende accutijd; ook hier moet je het doen met iets te simpele led-indicators. Onderop zit een nieuwe vloerzuigmond, die Dyson de 'Motorbar' noemt. Die moet dankzij het gebruik van speciale kammetjes effectief zijn tegen vastzittende haren, maar de stofzuiger moet het verder ook zonder moderne functies doen zoals lasers of stofsensoren.

Met slechts 2,7 kilogram is de Dyson V8 Cyclone lekker licht en wendbaar, waardoor je moeiteloos vloeren en zelfs hoekjes op het plafond schoonhoudt. Het stofreservoir (540 milliliter) heeft een handig uitwerpsysteem waarbij je het vuil niet hoeft aan te raken. Toch zijn we niet helemaal tevreden over alle eigenschappen van de zuigmodule. Het handvat is namelijk smal en klein, waardoor je grip bij langer gebruik oncomfortabel is. Ook kan het bij je duim gaan schuren. Dit is waarschijnlijk de minst ergonomische Dyson die we op de redactie hebben getest.

©Wesley Akkerman

Dyson V8 Cyclone in de praktijk

Gelukkig biedt de Dyson V8 Cyclone met 297 air-watts in de Boost-stand een flinke verbetering in zuigkracht (ten opzichte van zijn voorganger). De standaardmodus levert 79 aW en dat is voor ons ruim voldoende voor dagelijkse taken. Vooral het vloerkleed moet eraan geloven: haren, kruimels en ander vuil worden daar moeiteloos uit gezogen. Op hardere vloeren stelt de Cyclone eveneens niet teleur, al valt er wel één ding op. Wanneer je de stofzuiger oppakt nadat je bijvoorbeeld wat kruimels of korrels opzuigt, kan het zijn dat er een paar uit de mond vallen.

Daarnaast missen we een zachte(re) borstel op de Dyson V8 Cyclone. De huidige zuigmond ratelt namelijk hard over de vloer, wat niet zo prettig is voor (onder)buren in een flat- of appartementsgebouw of slapende kinderen. En dat terwijl de motor zelf stiller is dan verwacht. Gelukkig neemt de zuigmond moeiteloos allerlei soorten haren op en raken die niet in de borstel verstrengeld. Ook goed om te weten: de Cyclone past zijn zuigkracht niet automatisch aan, zoals duurdere modellen dat wel doen, waardoor je dat dus zelf in de gaten moet houden. Geen groot probleem, maar toch.

©Wesley Akkerman

Batterij en accessoires

Zoals gezegd gaat de batterij maximaal een uurtje mee wanneer je de zuinigste modus inschakelt. Anders moet je rekening houden met ongeveer een halfuur in de normale stand. Zet je de Boost-modus aan en laat je die aanstaan, dan is het binnen tien minuten wel gedaan. Geen vreemde scores als je kijkt naar het formaat en de behoorlijk indrukwekkende zuigkracht. Een groot pluspunt is daarnaast dat je de accu kunt verwisselen. Daardoor kun je de levensduur aanzienlijk verlengen door mettertijd een nieuwe batterij aan te schaffen.

Je krijgt trouwens twee accessoires bij aanschaf van de Dyson de V8 Cyclone: een kierenzuiger en een gemotoriseerde miniborstel. Hoewel dat misschien wat karig lijkt vergeleken met eerdere modellen, zijn oude V8-hulpstukken compatibel (mocht je die nog hebben). In de praktijk blijkt de basisset echter compleet genoeg. De kierenzuiger werkt goed voor meubels en lastige hoeken, terwijl de miniborstel onmisbaar is voor trappen, matrassen en bekleding. Ondanks het beperkte pakket biedt de stofzuiger dus voldoende opties voor de meeste huishoudens.

©Wesley Akkerman

Dyson V8 Cyclone kopen?

De Dyson V8 Cyclone is een geslaagde steelstofzuiger voor wie krachtige prestaties zoekt zonder overbodige luxe. Vooral op tapijt en bekleding komt hij sterk naar voren, en ook het verwijderen van haren gaat hem goed af. Het harde, smalle handvat en de wat stugge vloermond voelen niet altijd even prettig aan, maar dat past deels bij de prijsklasse. Jammer is ook het ontbreken van een lcd-display met handige informatie, al is dat net als het gebrek aan een automatische zuigstand goed te overzien. Alles bij elkaar is dit een betrouwbaar basismodel dat doet wat hij moet doen.

▼ Volgende artikel
Last van hoge energiekosten in de winter? Zo laat je je was en vaat zuiniger draaien
© ID.nl
Huis

Last van hoge energiekosten in de winter? Zo laat je je was en vaat zuiniger draaien

In de winter loopt de energierekening al snel op. De droger gaat vaker aan omdat de was buiten niet droogt, en omdat we vaker thuis koken en eten gaat ook de vaatwasser vaker aan. Ook de wasmachine draait op volle toeren, want nat weer en dikke kleding leveren extra was op. Hét moment dus om even stil te staan bij het energieverbruik van deze drie apparaten. Met wat kleine aanpassingen zorg je voor een zichtbaar (gunstig!) verschil op je stroomrekening.

In het kort

In dit artikel lees je hoe je met eenvoudige ingrepen energie bespaart bij het wassen, drogen en afwassen. We kijken naar slimme instellingen, zuinige programma's en klein onderhoud waarmee je het energieverbruik omlaag brengt.

Lees ook: 5 stille wasmachines met zuinig label

Slim plannen loont

Wie een slimme meter of dynamisch energietarief heeft, kan precies zien wanneer stroom het goedkoopst is. Door het programma van je wasmachine, droger of vaatwasser daarop af te stemmen, draai je letterlijk op de voordeligste momenten. Veel moderne apparaten hebben een startuitstelknop, waarmee je eenvoudig plant dat een was 's nachts of vroeg in de ochtend klaar is.

Heb je geen dynamisch contract, dan is het slim om eerst te kijken of jouw leverancier een piek- en daltarief hanteert. Bij een dubbeltariefmeter geldt het lagere tarief meestal alleen tussen ongeveer 23.00 en 07.00 uur, niet standaard in het weekend. Even checken bij je energieleverancier voorkomt verrassingen.

Gebruik van nachtstroom

Heb je een dubbeltariefmeter, dan betaal je tijdens de daluren vaak minder. Handig om te weten, maar houd rekening met geluid als je apparaten laat draaien terwijl je slaapt. Sluit de deur van het washok of gebruik het stille programma als dat aanwezig is.

Wassen op lagere temperatuur

De grootste energiebesparing zit in de temperatuur van het waswater. Een was van 30 graden is meestal voldoende schoon, zeker met de huidige wasmiddelen die ook bij lage temperatuur goed werken. Alleen bij sterk vervuilde was of handdoeken kan een hogere stand nodig zijn. Een wasbeurt op 60 graden of af en toe een machinereiniger houdt de trommel fris en voorkomt vetluis - een kookwas op 90 graden is bij moderne machines niet meer nodig.

Een andere eenvoudige stap is de wasmachine pas te laten draaien als hij goed vol is. Een halve was verbruikt bijna evenveel energie als een volle: zonde. Ook de juiste dosering helpt: te veel wasmiddel kan op den duur zeepresten achterlaten, waardoor de machine harder moet werken.

Droger of droogrek?

De droger is een onmisbare hulp in de winter, maar verbruikt veel stroom. Centrifugeer je was daarom eerst op de hoogste stand, zodat er minder vocht overblijft. Hoe droger het de trommel ingaat, hoe korter het droogprogramma duurt. Warmtepompdrogers verbruiken het minst stroom, al bespaar je nog meer door de was af en toe op te hangen. In een goed geventileerde kamer, bijvoorbeeld bij de verwarming, droogt het prima zonder dat je ernaar hoeft om te kijken.

Zuiniger én veiliger

Reinig na elke droogbeurt het pluizenfilter en controleer het rooster aan de achterkant. Ophoping van stof belemmert de luchtstroom, waardoor het apparaat langer draait en warmer wordt. Dat verhoogt niet alleen het energieverbruik, maar ook het risico op oververhitting.

Liever niet de wasdroger gebruiken?

Ga voor een droogrek!

De vaatwasser slim inzetten

Een vaatwasser verbruikt vooral energie om water te verwarmen. Kies daarom het eco-programma: dat duurt wat langer, maar gebruikt minder stroom en water doordat het water op lagere temperatuur wordt verwarmd. Grote etensresten kun je beter even wegschrapen, maar spoel servies niet voor onder de kraan - dat is onnodig en verspilt warm water. Licht aangekoekte pannen en schalen vormen voor moderne vaatwassers echt geen probleem.

Wie zonnepanelen heeft, kan de vaatwasser het beste overdag laten draaien, zodat de stroom direct uit eigen opwekking komt. Ook hier geldt dat een startuitstelknop handig is: je plant eenvoudig in dat het programma start zodra de zon op het dak staat.

Onderhoud maakt echt verschil

Goed onderhoud klinkt saai, maar heeft een direct effect op het energieverbruik. Een verstopt filter, kalk in de sproeiarmen of pluis in de droger laten apparaten harder werken dan nodig. Zet ze af en toe op een onderhoudsprogramma of gebruik een speciale reiniger. Dat voorkomt niet alleen geurtjes, maar zorgt ook dat de machine weer zo goed (lees: zo zuinig) mogelijk zijn werk kan doen.

Kleine aanpassingen, harde euro's

Energie besparen is vooral een optelsom van gewoontes. Door slimmer te plannen, de juiste temperatuur te kiezen en je apparaten schoon te houden, daalt het verbruik ongemerkt. En misschien nog belangrijker: je verlengt de levensduur van apparaten die het dagelijks zwaar te verduren hebben. Daarmee bespaar je ook op de langere termijn.