ID.nl logo
De hoofdpijnbezorgende ICT-dreigingen in 2012
© Reshift Digital
Huis

De hoofdpijnbezorgende ICT-dreigingen in 2012

Ook dit jaar viel er voor cybercriminelen en hackers weinig te klagen. Voor systeembeheerders en ontwikkelaars des te meer. Webwereld bekijkt een paar hoofdpijnbezorgende ict-herinneringen van 2012.

De wereld van systeembeheerders kent zijn nodige ict-crises. Wie herinnert zich het virus Jerusalem niet dat in de jaren 80 de wereld zou verlammen door massaal op vrijdag de dertiende te activeren? Of de millenniumbug die ons - letterlijk en figuurlijk - een eeuw terug dreigde te zetten? Dit jaar was zeker geen uitzondering. We zetten een aantal van de dreigingen die beheerders kopzorgen gaven op een rij.

Militaire malware

Twee jaar geleden dook Stuxnet op, de malware die zich specifiek richt op de productie van verrijkt uranium in Iran. Omdat dit een wel heel specifiek doelwit is, werd vrij snel algemeen aangenomen dat het hier ging om malware die speciaal voor militaire doeleinden is ontwikkeld. Stuxnet maakte gebruik van een aantal tot dan toe onbekende zero-days, de gaten die in de regel worden ontdekt door beveiligingsonderzoekers en dan pas misbruikt worden.

Dit jaar werd Flame ontdekt. Deze malware schokte de IT-wereld, mede omdat hij al vele jaren in omloop is - al ver voor Stuxnet werd ontdekt. Om de infectie van Flame onopgemerkt te houden, werd de malware voorzien van een vervalst Microsoft-certificaat. Om deze certificaten te faken is een geavanceerde cryptoaanval uitgevoerd.

De Nederlandse onderzoeker Marc Stevens publiceerde enkele jaren geleden een proefschrift over zo'n zogeheten collision-aanval waarmee een hashwaarde kan worden nagebouwd om een nepcertificaat te creëren. Flame gebruikte echter een andere methode, waardoor Stevens met enige zekerheid kan stellen dat de makers van Flame zelf een hash-collision hebben ontworpen. Dat had niet gehoeven als Stevens' proefschrift er al was geweest, dus dat vormt aanvullend bewijs dat Flame en zijn certificaatmethode al jaren bestaan.

Ook Flame neemt het Midden-Oosten op de korrel. Wederom wordt aangenomen dat de VS erachter zit. Eerder dit jaar publiceerde een Witte Huis-journalist van de New York Times een boek waarin wordt beschreven hoe president Obama de aanval met Stuxnet - die al door zijn voorganger Bush in gang was gezet - uitvoerde.

Flame-varianten als Wiper en Shamoon richten nog steeds schade aan, onder meer onlangs bij de Arabische olieproducent Aramco. Deze varianten dienen als digitale spionnen. Ze sturen de verzamelde gegevens door naar een C&C en wissen vervolgens de bootsector van het geïnfecteerde systeem. Het is momenteel nog niet helemaal duidelijk waar deze varianten vandaan komen, het zou kunnen dat cybercriminelen de broncode hebben aangepast om hun eigen aanval uit te voeren. Ook een hacktivistencollectief dreigde Shamoon in te zetten tegen Iran. Anderen denken dat de Stuxnet-makers achter Flame zitten (oftewel de Amerikaanse overheid). Of de Mossad. Of Iran zelf.

Waar het ook vandaan mag komen, de effecten van militaire malware zijn groot. Overheden zitten met de handen in het haar over de potentiële fall-out van cyberwarfare - iets waar ook Obama mee zit. De VS werkt aan nieuwe securitywetten die een tegenaanval mogelijk maken, maar walsen daarmee over de privacy van burgers heen. Omdat de voorstellen daarom steedsstranden in het Congres, heeft Obama een presidentieel bevel uitgevaardigd om de nationale infrastructuur in te kunnen zetten bij een 'cyberramp'. Op deze manier is alvast een pakket maatregelen doorgedrukt om netwerken officieel in te kunnen zetten bij een tegenaanval of juist af te sluiten bij een cyberdreiging.

De eerste tekenen van een tweede effect van de nieuwe oorlogsvoering zagen we ook dit jaar: cybercriminelen vorderen de malware om zelf in te kunnen zetten voor financieel gewin. Het was een kwestie van tijd voor militaire malware door zou breken in de maatschappij en 2012 was het jaar dat we praktijkvoorbeelden zagen van de gevolgen van deze digitale oorlogsvoering.

Op de volgende pagina: afhankelijkheid van de cloud en hét gat dat bedrijven over het hoofd zien.

Instabiele cloud

Dat een uptime van 100 procent een utopie is, moet anno 2012 niemand meer verrassen. Al jaren treffen - over het algemeen kleinschalige - storingen clouddiensten waardoor gebruikers even zonder hun data zitten en dit jaar wasnietanders. Dit jaar kwam een onderzoeker met een waarschuwing dat nu diensten van elkaar afhankelijk worden, dergelijke dependencies kunnen leiden tot een instortende cloud. De professor van Yale werd enkele maanden later van een klein praktijkvoorbeeld voorzien toen orkaan Sandy in New York enkele datacenters omknikkerde, waarna diverse diensten onderuit gingen.

Een cloudcrash bij Google duurde maar kort, maar had een behoorlijke impact. Het demonstreerde niet alleen hoe afhankelijk we aan het worden zijn van onze online gegevens, maar onderstreepte ook nog eens hoezeer diensten van elkaar afhankelijk zijn. Het onderuitgaan van Google-diensten duurde maar 18 minuten, maar trof Gmail, Google Documenten, Google Drive en Google Apps.

Ook Chrome-gebruikers meldden vastgelopen browsers tijdens de storing vanwege de synchronisatiefeature. Google maakte een configuratiefout in de synchronisatieservers, waardoor het dataverkeer daarop werd afgeknepen om overbelasting te voorkomen. Waarna clients als Chrome en Gmail geen contact meer kregen met de server.

Netwerkapparatuur

Hackers ontdekken de netwerkapparatuur als potentiële ingang voor het bedrijfsnetwerk. Gaten in clients en servers worden meestal op tijd gepatcht, maar IT-apparatuur als printers en telefoons wordt vaak over het hoofd gezien. Ook appliances die bijvoorbeeld een firewall draaien, blijven lange tijd ongepatcht en zijn volgens sommige deskundigen daarom soms juist onveiliger dan serverruimtes waar deze dozen niet draaien, vindt beveiligingsonderzoeker Roger A. Grimes.

Printers van Samsung bleken onlangs een beheerdersaccount te hebben die hardcoded is in de apparatuur. Daarmee leverde Samsung effectief een handige ingang voor hackers om het bedrijfsnetwerk te scannen. Cybersnoodaards kunnen het printergeheugen uitlezen en daarmee verwerkte prints bekijken, wat een goudmijn is voor digitale bedrijfsspionnen. Het probleem bleef niet beperkt tot apparaten van de Zuid-Koreaans fabrikant, ook printers van Dell die de Amerikaanse producent overneemt van Samsung zaten met het ingebakken beheerdersaccount te kijken.

Er is inmiddels een patch beschikbaar, maar bedrijven lijken patches voor netwerkapparatuur te negeren. Zo werd vorig jaar een groot beveiligingsgat in HP-printers ontdekt en een jaar later blijkt dat 1 tot 2 procent van de printers zijn gepatcht. Via dergelijke kernelgaten zijn ingebedde netwerksystemen, zoals routers en printers, een potentieel gevaar voor bedrijfsnetwerken. Bedrijfsrouters van Hauwei bleken op hackerscongres Defcon 2012 meerdere gaten te bevatten die aftappen van netwerkverkeer een koud kunstje maken. En grote bedrijven, waaronder internetproviders, bleken dit jaar bedrijfsrouters open te zetten via UDP-poort 161 en daarop schrijfbare SNMP-data toestaan.

Een interessant gat dook deze maand op in VoiP-telefoons van Cisco. De onderzoeker die vorig jaar het lek in HP aantoonde en gefrustreerd was dat een overweldigende meerderheid het probleem negeert, beet zich vast in een kwetsbaarheid in de UNIX-kernel van Cisco. Via dit lek is het mogelijk om het toestel te pwnen en bijvoorbeeld in te zetten als afluisterapparatuur. De aanvaller schakelt dan ook het ledlampje uit dat aangeeft dat de microfoon aanstaat en ontvangt alles wat er gezegd wordt - of er nu gebeld wordt of niet - op zijn smartphone.

Cisco patcht het lek - als het tenminste niet in een toestel zit dat niet wordt ondersteund - maar afgaand op het HP-gat zou het geen verrassing moeten zijn als in december 2013 blijkt dat het gat nauwelijks gepatcht is. Kortom, een handige ingang voor hackers die waarschijnlijk lange tijd te gebruiken is.

Op de volgende pagina: wat hebben banners, Nederlandse gemeenten en Apple-computers gemeen?

Hadiemalware

Malware komt naar de massa, met betere verspreiding van schadelijke software door drive-by-aanvallen op populaire Nederlandse sites, zoals eerder dit jaar op Nu.nl en later Weeronline.nl. In het eerste geval injecteerden hackers malafide code in het contentmanagementsysteem van de populaire nieuwssite om een Java-elementje te starten. Bij weeronline werd er ingebroken op een advertentieplatform. Advertentieplatforms droegen dit jaar wel vaker hun steentje bij aan de verspreiding van virussen. Ook de website van Vrij Nederland werd gepwnd via een gat in een advertentieplatform.

Het advertentieplatform OpenX kwam opnieuw in de kijker tijdens de Java-affaire die de gemoederen afgelopen zomer flink bezig hield. Via het platform werden bezoekers belaagd door diverse drive-by's. Drive-by malware installeert zich via ongedichte gaten in de browser, dus voorheen was het advies om de browser zo goed mogelijk bijgewerkt te houden. Dit jaar kwam daar een opvallend advies bij: gebruik een andere browser.

Onder meer de Duitse overheid adviseerde om Internet Explorer maar even niet te gebruiken toen een Java-lek werd ontdekt in IE. De gebouwde exploit richtten zich allemaal op de browser van Microsoft en daarom werden Firefox en Chrome een stuk veiliger bevonden. Andere organisaties namen het advies over, grappig genoeg zelfs als er intern geen alternatief voorhanden was.

Malware voor Windows is niks nieuws. Het is niet meer dan logisch dat exploits zich richten op het populairste platform, dus schadelijke software richt zich vooral op het besturingssysteem van Microsoft. Maar in 2012 was de malware voor Mac in opkomst. De afgelopen jaren richtte een enkel stukje ongewenste programmatuur zich nog op Apple, inmiddels is er sprake van een stabiele aanvoer van Mac-malware.

De beruchte Mac-trojan Flashback greep dit jaar flink om zich heen onder Apple-gebruikers die zich in het verleden niet hoefden te verdiepen in removal tools waar Windows-gebruikers zo door geplaagd worden. Malware voor Windows nestelt zich trouwens ook op Apple-computers. Daar kan het verder niet veel kwaad, maar de besmetting zorgt er wel voor dat de schadelijke software zich verder kan verspreiden op Windows-pc's.

Wat ons brengt bij het botnet. Dat is een oud verschijnsel. Een scherp groeiend netwerk van overgenomen pc's is ZeroAccess dat vooral gespecialiseerd is in klikfraude. Beheerders slepen dagelijks gezamenlijk bijna 1 miljoen dollar binnen via allerlei frauduleuze praktijken. Botnets in het algemeen traden dat dit jaar wel heel erg in het spotlight van de landelijke pers toen gemeenten deze zomer besmet raakten met het Office-virus Dorifel.

Dorifel sloeg begin augustus opeens wild om zich heen, net toen de dienstverlening trager was vanwege de vakantie. De bedrijfsvoering bij enkele gemeenten kwam zelfs plat te liggen, waardoor bijvoorbeeld geen paspoorten konden worden uitgegeven. Dorifel vond zijn weg via het relatief onbekende botnet Citadel. Webwereld schreef in het begin van 2012 over de nieuwe aanpak van Citadel waarbij gebruikers via een open source-model bijdroegen aan de ontwikkeling van het botnet.

Bovendien worden botnets net als exploitkits inmiddels als een dienst gedraaid: cybercriminelen huren het product volgens een licentiemodel en zetten het in voor het doeleinde dat ze op het oog hebben. Met een leger zombies zijn bijvoorbeeld bankgegevens te verzamelen, bitcoins te delven, virussen uit te rollen of DDoS-aanvallen uit te voeren. Een botnetbeheerder heeft daarmee behoorlijk wat opties en macht en daarom is de malware behoorlijk lucratief.

Beveiligingsdeskundigen spreken al einge jaren van CaaS, Cybercrime-as-a-Service. Citadel is gegroeid uit een open source-project, ging underground toen het voldoende verbeterd was en blijft ondertussen evolueren. Daarbij komt nog dat er diverse zombies rondwaren bij Nederlandse overheden waardoor de kans op een herhaling van een incident als Dorifel ook in 2013 een dreiging blijft.

▼ Volgende artikel
Tracker in je e-bike verstoppen? Dit zijn de beste plekken (en de risico's van een AirTag)
© Halfpoint - stock.adobe.com
Mobiliteit

Tracker in je e-bike verstoppen? Dit zijn de beste plekken (en de risico's van een AirTag)

Wist je dat er dagelijks tussen de 200 en 300 e-bikes gestolen worden? Als jij een elektrische fiets hebt, doe je er natuurlijk alles aan om dat te voorkomen. Maar zelfs wanneer je hem met meerdere sloten vastzet, is dat geen garantie dat dieven hem laten staan. Wordt je fiets toch gestolen, dan kan een tracker helpen om hem terug te vinden. Alleen: waar verstop je zo'n tracker het best, en welke systemen werken echt goed?

Dit artikel in het kort

📡Het verschil: bluetooth vs. GPS-trackers (en wat jij nodig hebt)
📡De 6 populairste plekken om een zender onzichtbaar te monteren
📡Wanneer moet je kiezen voor een gespecialiseerd systeem met abonnement?

Twee soorten trackers: bluetooth vs. GPS

Voordat je een tracker koopt, is het belangrijk om het onderscheid te kennen tussen de twee systemen die op de markt zijn. Het verschil zit hem vooral in de techniek en de prijs.

  1. Bluetooth-trackers (zoals de Apple AirTag): Deze zijn goedkoop (20 tot 40 euro) en compact. Ze hebben geen eigen internetverbinding of GPS, maar 'liften mee' op het signaal van telefoons van voorbijgangers.

  2. GPS-trackers: Ze hebben een ingebouwde simkaart en een eigen GPS-module. Ze zenden zelfstandig hun locatie uit, waar ze ook zijn, maar vereisen vaak wel een abonnement.

Bluetooth-trackers (zoals de Apple AirTag of goedkopere varianten) zijn inmiddels overal verkrijgbaar. De werking is heel simpel: de tracker zendt een bluetooth-signaal uit dat wordt opgepikt door smartphones van toevallige voorbijgangers. Die telefoons sturen vervolgens anoniem de locatie door via hun eigen internetverbinding. In drukke stadscentra werkt dit vaak prima, omdat er altijd wel iemand in de buurt is.

AirTag in je fiets? Dit zijn de nadelen en risico's

Rene Bolt is Chief Technology Officer bij Conneqtech, een bedrijf dat trackingsystemen voor e-bikes ontwikkelt. Volgens de expert is er op zich weinig mis met voordelige trackers, al laten de prestaties vaak te wensen over: bij budgetmodellen is de batterij vaak al na een maand leeg of blijkt de locatiebepaling onnauwkeurig, zegt hij.

Het grootste probleem zit hem volgens Bolt echter in het ontwerp. Een AirTag is bedoeld voor zoekgeraakte sleutels of tassen, niet voor gestolen fietsen. Dat brengt een onbedoeld risico met zich mee: om stalking te voorkomen, waarschuwt Apple automatisch mensen die ongewild gevolgd worden. "Een fietsendief wordt dus ook genotificeerd als er een onbekende AirTag meereist", waarschuwt Bolt. "Als hij een iPhone heeft, geeft die een alarm af en kan hij de tracker zelf opsporen."

🚲Lees ook: In 7 stappen de juiste e-bike-verzekering

©wachiwit - stock.adobe.com

View post on TikTok

Populaire verstopplekken

Juist omdát een dief vroeg of laat een melding op zijn telefoon kan krijgen, is de verstopplek cruciaal. Je wilt immers voorkomen dat hij het zendertje binnen tien seconden van je fiets plukt en weggooit. Wil je ondanks de risico's toch een bluetooth-tracker gebruiken? Zorg dan dat hij extreem moeilijk te vinden is. Populaire verstopplekken zijn onder meer een opbergvakje onder het zadel, de bidonhouder, een fietsbel, een fietstas, een fietsmand of bak, of - bij modellen met brede banden - tussen band en velg.

De meeste trackers geven een prima signaal af wanneer je ze verstopt achter de kunststof onderdelen van je fiets. "Wat je vooral niet moet doen, is de tracker inkapselen in metaal", legt Rene uit. "Het klinkt slim om een tracker binnenin het fietsframe te stoppen, maar waarschijnlijk kun je hem dan helemaal niet traceren."

Meer weten? Check dan: Zo vind je de beste GPS-tracker voor je e-bike

Fietsslot voor je e-bike: dit zijn 5 goede opties

Een tracker is vooral bedoeld voor wanneer je fiets al gestolen ís, maar dat wil je natuurlijk zoveel mogelijk voorkomen. Een goed slot dus:

ART-keurmerk: Het slot moet minimaal ART-2 gecertificeerd zijn (2 sterren).
Tweede slot: Veel verzekeraars verplichten tegenwoordig een tweede slot (ketting- of beugelslot) waarmee je de fiets aan de 'vaste wereld' (zoals een lantaarnpaal) vastzet.
Lengte:
Kies een ketting of vouwslot van minimaal 85 tot 100 cm, zodat je hem makkelijk ergens aan vastmaakt.

1. AXA Defender:Het klassieke ringslot dat op heel veel e-bikes standaard zit. Oersterk, ART-2 gekeurd en makkelijk uit te breiden met een insteekketting.
2. ABUS Iven Chain 8210: Deze ketting van 110 cm is van gehard staal, maar heeft een flexibele hoes die lakschade aan je fiets voorkomt. Uiteraard ART-2.
3. AXA Fold Ultra 90:Een compact alternatief voor de zware ketting. Dit vouwslot is makkelijk mee te nemen in de houder op je frame en vouwt uit tot 90 cm. Voldoet aan de ART-2 norm.
4. AXA Newton Promoto+ 2: Dit slot is ontwikkeld voor scooters, maar dankzij de ART-2 certificering perfect (en extra veilig) voor je e-bike. Voorzien van een neopreen hoes en geharde schakels.
5. AXA Absolute 9-90: Een modern kettingslot dat speciaal is ontworpen voor dagelijks gebruik. De '9-90' staat voor schakels van 9 mm dik en een lengte van 90 cm. Handig in gebruik en ART-2 gecertificeerd.

Netwerk en dekking

Ook de dekking van standaard winkeltrackers is niet altijd optimaal. Bolt noemt de techniek van Apple slim: doordat de locatie wordt bepaald via iPhones in de buurt, werkt het systeem perfect in de bebouwde kom of op drukke plekken. Zodra je de stad verlaat, is het een ander verhaal. In rustigere gebieden zijn er immers minder telefoons om verbinding mee te maken. "Zodra ik buiten de stedelijke omgeving kom," ziet hij in de praktijk, "loopt het signaal direct achter."

©Sebastian Rothe

Gespecialiseerd e-bike-trackers

Voor wie zekerheid wil, raadt Rene Bolt een gespecialiseerde e-bike-tracker aan. Deze systemen vertrouwen niet alleen op bluetooth, maar hebben ook een eigen internetverbinding én GPS. Een drievoudig systeem voor locatietracking dus.

Bekende voorbeelden zijn de Tracefy Bike Tracker of de AXA-IN Smart Guard (ontwikkeld door Conneqtech). Doordat ze meerdere technieken combineren, leveren ze bijna constant een sterk signaal, ongeacht waar de fiets staat. Via een app kunnen eigenaren hun fiets daardoor altijd volgen..

Keurmerk

Deze professionele trackers zijn wel een investering: gemiddeld ben je zo’n 200 euro kwijt aan installatie, plus een jaarlijks abonnement van een paar tientjes. “Toch biedt het wel een hoop waar voor je geld”, verdedigt Bolt de prijs. "We hebben een keurmerk elektronische e-bikebeveiliging van Kiwa en werken ook met verzekeraars samen die bij de duurdere e-bikes een tracker van deze kwaliteit verplichten."

Bescherm je e-bike tegen diefstal met een stevig fietsslot

En maak het dieven niet te gemakkelijk!

Aangifte en opsporing

Mocht je fiets onverhoopt toch gestolen worden, dan is aangifte doen altijd de eerste stap. Dit is verplicht voordat je bij de verzekeraar kunt aankloppen. Verzekeringsmaatschappijen werken vaak samen met particuliere beveiligingsorganisaties die gespecialiseerd zijn in het terugvinden van fietsen. "Je hebt dan een goede kans dat ze je e-bike terugvinden, maakt niet uit waar hij naartoe is vervoerd", aldus Rene.

Deze professionele opsporingsteams werken overigens liever niet met trackers zoals de AirTag, omdat het delen van locatiegegevens daarbij veel omslachtiger is dan bij een gespecialiseerde tracker. Omdat e-bikes met professionele systemen zo goed gemonitord worden, krijgen ze vaak een waarschuwingssticker op het frame. Zo weten dieven direct dat er ergens een zender verstopt zit. Dit kan al een afschrikwekkend effect hebben.

©Rostislav Ageev

Budgetoptie

Wil je niet de hoofdprijs betalen voor beveiliging? Dan kun je voor minder dan tien euro al online een eenvoudige bluetooth-tracker kopen, soms zelfs inclusief slimme opbergaccessoires. Bedenk wel dat hier een risico aan zit: als de fietsendief zelf een iPhone heeft, krijgt hij mogelijk automatisch een melding dat jouw tracker met hem meereist.


▼ Volgende artikel
Beter typen, sneller klikken: met deze Windows-trucs bespaar je heel wat tijd!
© ID.nl
Huis

Beter typen, sneller klikken: met deze Windows-trucs bespaar je heel wat tijd!

Wie nog altijd met de muis door elk menu klikt of herhaaldelijk dezelfde tekst typt, verspilt ongemerkt uren per maand. Gelukkig heeft Windows een grote voorraad verborgen sneltoetsen, verfijnde muisinstellingen en gratis automatiseringstools. Daarmee voer je voortaan elke taak in een handomdraai uit.

Wat gaan we doen?

In dit artikel ontdek je hoe je sneller werkt in Windows zonder nieuwe software te installeren. Je leert navigeren zonder muis, bestanden en tekst razendsnel bewerken en vensters efficiënt ordenen. We laten zien hoe je muisinstellingen optimaliseert, RSI-klachten voorkomt en verborgen toetscombinaties benut. Door deze trucs in je dagelijkse routine op te nemen, win je ongemerkt uren per maand – en werk je comfortabeler dan ooit.

Lees ook: Productiever en creatiever: dit kan Copilot voor jou betekenen

De basis van sneller werken is leren navigeren zonder de muis te gebruiken. Begin bij de verkenner: druk op Windows-toets+E en de bestandsbeheerder springt open, ongeacht het programma waarin je zit. Wil je direct naar de adresbalk om een pad te typen, tik dan Ctrl+L. Zodra je de gewenste map hebt gekozen, open je het contextmenu met Shift+F10; dat bespaart de omweg via de rechtermuisknop.

Wisselen tussen geopende vensters gaat bliksemsnel met Alt+Tab. Houd de toetsen ingedrukt, schuif met de pijltoetsen naar het doelvenster en laat los. Werk je met veel identieke vensters, bijvoorbeeld meerdere Word-documenten? Roep deze numeriek op. Met Windows-toets+1 open of activeer je het eerste pictogram op de taakbalk. Met Windows-toets+2 doe je dat met het tweede enzovoort.

Wanneer je een bestand een andere naam wilt geven, selecteer dat dan en druk op F2 in plaats van langzaam te dubbelklikken. Herhaal je een opdracht, zoals het hernoemen van een reeks foto's, gebruik dan de functietoets telkens opnieuw als je door de lijst bladert.

Supersnelle tekst

Wie veel typt, verspilt vaak seconden aan muisgeklungel bij het selecteren van tekst. Laat dat verleden tijd worden door je selectiepaden met het toetsenbord aan te leren. Plaats de cursor aan het begin van een woord, houd Shift ingedrukt en druk op Ctrl+PijltjeRechts om in één keer het woord te selecteren. Je voegt extra woorden toe door de pijltjestoets opnieuw te gebruiken, of je kiest Ctrl+Shift+PijltjeOmlaag voor een complete alinea.

Wil je alles in een document markeren, dan blijft de toetscombinatie Ctrl+A onovertroffen. Na het selecteren is het knippen, kopiëren of plakken met respectievelijk Ctrl+X, Ctrl+C en Ctrl+V sneller dan welke contextmenu-optie dan ook. De toetscombinatie Ctrl+Shift+V wordt vaak vergeten. Hiermee plak je de tekst zonder opmaak in allerlei apps, zoals Edge, Teams en de nieuwe Notepad.

Heb je een fout gemaakt? Bekijk je aanpassingen met Ctrl+Z en herhaal een ongedaanmaking met Ctrl+Y.

Nog een kleine tijdwinst bij het tikken: gebruik Ctrl+Backspace om direct het vorige woord te wissen in plaats van letters. Door deze commando's in je spiergeheugen op te slaan, hoef je nooit naar de muis te grijpen.

Ook selecteren is een stuk makkelijker, sneller en ergonomisch beter verantwoord met het toetsenbord.

RSI deels te voorkomen

Repetitive Strain Injury (RSI) is een verzamelnaam voor klachten aan spieren, pezen en gewrichten die ontstaan door langdurig herhaalde bewegingen of een statische houding. Wie urenlang klikt en sleept met de muis, belast vooral pols, onderarm en schouder steeds op dezelfde manier. Dat kan leiden tot zeurende pijn, tintelingen of blijvend krachtverlies, als je niets verandert.

Gelukkig kun je die belasting verminderen door vaker slimme toetscombinaties te gebruiken. Daarmee wissel je de microbeweging van je muis af met kortere, preciezere handelingen op het toetsenbord. Zo verdeel je de belasting over meer spieren en voorkom je een verkrampte hand boven je muis.

Blijf daarnaast rechtop zitten, steun je onderarmen op het bureau en neem elke dertig minuten een micropauze: even opstaan, schouders losrollen, handen schudden. Kleine aanpassingen - ook in je softwaregewoonten - houden je handen en polsen gezond en je productiviteit hoog.

Snelle muisinstellingen

Traag cursorgedrag kost meer tijd dan je denkt, maar Windows laat je de muis tot op de millimeter finetunen. Open Start, typ Muisinstellingen en klik op Muisinstellingen bovenaan de resultaten. Gebruik vervolgens Aanvullende muisinstellingen om in het klassieke venster terecht te komen.

Onder het tabblad Aanwijzeropties verplaats je de schuif Selecteer een snelheid voor de aanwijzer naar rechts. Doe dit tot de cursor de volledige breedte van het scherm kan afleggen met een ontspannen polsbeweging van vijf centimeter. Schakel Precisie van de aanwijzer verbeteren uit. Deze versnelling remt of versnelt de cursor afhankelijk van je beweging en maakt precieze kliks minder voorspelbaar.

Ga daarna terug naar het hoofdvenster en activeer Inactieve vensters schuiven. Dankzij deze functie hoef je niet langer op een venster te klikken om het eerst te activeren. Je scrolt simpelweg met het wiel boven het gewenste venster en de inhoud schuift meteen.

Windows 11 biedt veel verschillende instellingen voor je muis, ook in het ietwat verouderde, aanvullende menu.

Vensters ordenen

Zoek je constant naar het juiste venster, dan is Snap Assist je geheime wapen. Druk op Windows-toets+PijltjeLinks of Windows-toets+PijltjeRechts om het huidige venster op de helft van het scherm te plaatsen. Windows toont als je je muis beweegt miniaturen van de resterende apps. Kies met de pijltjestoets of klik een keer om de andere helft op te vullen.

Combineer daarna Windows-toets+PijltjeOmhoog om het venster in een kwadrant te krijgen, ideaal voor drie of vier documenten naast elkaar. In Windows 11 verschijnt bij Windows-toets+Z een rastermenu. Druk direct het bijbehorende cijfer in om de positie te kiezen en je handen blijven op het toetsenbord.

Wil je alles opzij schuiven? Ga dan met de muis boven de taakbalk hangen en gebruik Windows-toets+D om het bureaublad te tonen. Herhaal de toetscombinatie om de vorige indeling terug te halen.

Voor grote projecten creëer je aparte werkomgevingen met Windows-toets+Ctrl+D. Wissel daarna via Windows-toets+Ctrl+PijltjeRechts of Windows-toets+Ctrl+PijltjeLinks. Sluit een desktop met Windows-toets+Ctrl+F4 zonder dat je programma's verliest. Met deze vensterdiscipline bespaar je tijd en voorkom je ruis.

Van secondewinst naar vrije uren

Het lijkt misschien weinig om één seconde te besparen met Ctrl+Backspace of een halve muisbeweging, maar vermenigvuldig die microtijden maar eens met je werkritme en de uitkomst verrast je. Een gemiddelde kantoorwerker wisselt dagelijks zo'n zeshonderd keer tussen vensters, selecteert honderdvijftig tekstfragmenten en opent vijftig bestanden. Met de beschreven toetsen win je ongeveer één seconde per vensterwisseling en evenveel per tekstselectie. Een hergeprogrammeerde middelste muisklik scheelt nog eens één seconde bij elk bestand.

Dat levert alles bij elkaar achthonderd seconden per dag op, wat neerkomt op dertien minuten. Werk je 220 dagen per jaar, dan win je dus bijna 49 uur, oftewel ruim zes volle werkdagen, zonder de inzet van extra software. Investeer je één uur in het aanleren van deze combinaties, dan heb je dat na krap vijf werkdagen alweer terugverdiend. De rest van het jaar kun je die tijd benutten voor een training, een pauzewandeling of lekker wat eerder naar huis.

Nieuwe laptop nodig?

Op Kieskeurig.nl zie je meteen welke modellen het meest in prijs zijn gedaald

Snel starten en zoeken

Als je elke handeling via het startmenu opzoekt, verspil je kostbare seconden. Oefen daarom met het dialoogvenster Windows-toets+R. Typ bijvoorbeeld cmd en druk op Ctrl+Shift+Enter om de opdrachtprompt direct als administrator te openen.

Wil je even snel een systeemtool opstarten? De tools msinfo32, dxdiag en powercfg.cpl liggen allemaal binnen handbereik via hetzelfde venster. Voor gewone bestanden is de toetscombinatie Windows-toets+S je ideale zoekfunctie. Nadat je een term hebt ingevoerd, gebruik je Tab om naar het filtergebied te springen en kies je met de pijltjestoetsen tussen Documenten, Mappen, Instellingen en Web. Door vervolgens op Enter te drukken, open je direct het bovenste resultaat zonder de muis te gebruiken.

Vind je niet wat je zoekt? Open dan Instellingen, navigeer met Alt+PijltjeRechts naar Privacy & Beveiliging en selecteer Zoeken in Windows. Daar kun je kiezen voor Uitgebreid zoeken. Daarmee zoek je niet alleen in de standaardmappen maar je hele pc. Door deze combinatie van snelle opdrachtregelaars en gefilterde zoekacties verschijnt elk bestand precies wanneer jij het nodig hebt, zonder vertraging of extra muisbeweging.

Via het uitvoervenster kun je snel bij instellingen komen die normaal gesproken diep verstopt zitten.

Sneller zonder spierpijn

Productiviteit verdampt zodra polsen of schouders protesteren, dus ergonomie is geen luxe maar voorwaarde. Begin met het toetsenbord: leg je duimen op de spatiebalk en laat je wijsvingers zweven boven F en J, zodat de afstand naar iedere sneltoets wordt verkleind. Precies, daarom zitten die voelbare streepjes op die knoppen.

Houd je pols recht en verplaats je arm vanuit je elleboog. Windows helpt mee. Werk je lang met kleine letters op hoge resolutie, roep dan met de Windows-toets+Plustoets het Vergrootglas. Met Ctrl+Alt+I kies je voor omgekeerde kleuren, waarmee je je ogen ontlast. Door comfort prioriteit te geven blijven snelheidstrucs niet alleen langer hangen, ze worden ook deel van een houdbare routine voor dagelijks computerwerk.

Het vergrootglas is meer dan alleen een simpele zoomfunctie.

Werk slimmer

Je bespaart geen uren door harder te werken, maar door slimmer te klikken en bewuster te typen. De basis is simpel: houd je handen op het toetsenbord, laat Windows het zware werk doen en pas de muis aan jouw manier van bewegen aan. Met slimme sneltoetsen navigeer je razendsnel door bestanden en vensters. Met geoptimaliseerde muisinstellingen raak je nooit meer de cursor kwijt en dankzij pauzeherinneringen blijven je spieren ontspannen. Alle functies zitten al in Windows, dus je hoeft niets te installeren of beheren. Begin vandaag met één reeks toetsen, voeg er morgen een tweede aan toe enzovoort. Zo bespaar je tijd en ontzie je je spieren.

 Lees ook: Onmisbare sneltoetsen op je MacBook en iMac

En wat doe je met die gewonnen tijd?

Wat dacht je van ...