ID.nl logo
De kleuren van stroomdraden: dit moet je erover weten!
© fotoliaanjak - stock.adobe.com
Huis

De kleuren van stroomdraden: dit moet je erover weten!

Duik in de wereld van elektrische installaties en begrijp beter hoe je huis is bedraad. Ontdek alles wat je moet weten over de kleurcodering van elektrische bedrading in Nederlandse huizen.

Of je nu een doe-het-zelver bent, een professional in opleiding of gewoon nieuwsgierig, dit uitgebreide artikel geeft je een overzicht van de betekenis van de kleuren bruin, blauw, zwart en groen-geel in moderne huizen, en de kleurcombinaties die je in oudere woningen kunt tegenkomen.

Lees ook: Checklist klustools: elektrisch gereedschap dat elke doe-het-zelver moet hebben

Pas op bij zelf doen

Het is van (levens)belang om te weten welke draadkleuren waarvoor staan in de elektrische bedrading van je huis. Maak je hier fouten mee, dan kunnen er zeer gevaarlijke situaties ontstaan. Vandaar dat het wettelijk verplicht is om fase, nul, schakeldraad en aarde van een specifieke kleur te voorzien. We zetten ze hieronder voor je op een rij. Alvast een tip vooraf: lees ook ons artikel over veilig werken met elektriciteit grondig door.

Tip Vertrouw je jezelf niet helemaal, of voel je je niet lekker bij het werken met netspanning? Geen schande, dan is er altijd nog de elektriciën! Onder het motto: schoenmaker blijf bij je leest.

©wip-studio - stock.adobe.com

Zelf aan de slag met elektriciteit in huis is prima te doen, maar zorg wel dat je over voldoende (basis)kennis beschikt.

Bruin: de fasedraad

Omdat er in huis wisselspanning wordt gebruikt, tref je een nuldraad en een fasedraad aan. De fasedraad voert de eigenlijke spanning en die wisselt 50 keer per seconde (50 Hertz) van richting. De fasedraad is bruin gekleurd. Gevoelsmatig lijkt bruin misschien een wat meer onschuldige kleur, maar het is toch echt de meest gevaarlijke. Die bruine draad is ook het exemplaar wat je een dodelijke elektrische schok kan geven. Heel voorzichtig mee zijn dus! Vanzelfsprekend zet je sowieso altijd eerst de hoofdschakelaar in de meterkast uit als je gaat werken aan elektriciteit, maar vergeten is menselijk. Kortom: heb respect voor die bruine draad!

Spanningszoeker gebruiken

Meten is weten, om de fase te achterhalen kun je gebruik maken van een spanningszoeker (meestal in de vorm van het bekende schroevendraaiertje). Houd je duim op het geleidende vlak aan de bovenkant en de schroevendraaierkant tegen een afgestript stukje draad. Heb je de netspanning in de meterkast aan staan (extra goed opletten dus!) dan gaat er een lampje branden. Dat hoort alleen op de fasedraad en eventueel de schakeldraad te gebeuren. Gebeurt het ook op de nul of – veel ernstiger – de aarddraad dan zit er iets fout in je installatie!

©Olga Yastremska, New Africa, Africa Studio

Met zo’n simpele spanningszoeker bepaal je in een handomdraai wat de fase is: het neonlampje in de schroevendraaier gaat dat branden.

Blauw: de nuldraad

De blauwe draad is de nuldraad. In theorie zou je die beet kunnen pakken zonder daar ernstige consequenties van te ervaren. Echter: omdat je nooit honderd procent zeker weet of een van de vorige bewoners van jouw huis knullig aan het knutselen is geweest met de elektrische installatie geldt ook nu weer: veiligheid boven alles en beter niet aan zitten als de hoofdschakelaar nog niet uitgezet is.

Zwart: schakeldraad

De zwarte draad komt van een schakelaar af. In principe sluit je een enkelpolige lichtschakelaar aan de ene kant op de fasedraad (bruin) aan, waarna je aan de ‘uitgang’ een zwarte draad naar de lamp trekt. Op de lamphouder sluit je dan de zwarte en blauwe draad aan. Waarna geldt: schakelaar aan, lamp aan.

Tip Vaak zie je een setje van vier draden uit muur of plafond komen op de plek waar je een lamp aan kunt sluiten: bruin, blauw, zwart en groen/geel. Handig, want zo kun je naast de lamp ook eventueel nog een (opbouw)stopcontact plaatsen op deze plek.

©splitov27 - stock.adobe.com

Groen-geel: aarddraad

De groen-gele draad is een extreem belangrijke, want deze zorgt, bij apparaten voorzien van een metalen behuizing, voor jouw veiligheid. Elk apparaat (en dat is bijvoorbeeld ook een metalen lamp waarin een aardaansluiting zit) waarop is aangegeven dat het geaard moet worden, moet dat ook. Een wasmachine aansluiten op een ongeaard stopcontact is bijvoorbeeld levensgevaarlijk. Bij een lek kan dan bijvoorbeeld de hele vloer om het apparaat heen onder spanning komen te staan. Let dus altijd op meegeleverde instructies en aardingsvoorwaarden en houd je daaraan.

Een goede aarding is trouwens alleen mogelijk als er in de meterkast een officiële aardingskabel aanwezig is. Is die er niet, laat die dan beslist aanleggen!

Zorg voor veilig gereedschap!

Met geïsoleerde tools voorkom je ongelukken met stroom

Tip Als houtje-touwtje-oplossing zijn er aardklemmen voor op waterleidingen en verwarmingsbuizen. Probleem daarbij is, dat als er ergens in huis een stukje kunststof leiding gebruikt wordt (en dat kan al vanaf de buitenaanvoer zijn!) er geen sprake is van aarding. Sterker nog: je kun dan je waterleiding- of cv-buizen onder spanning zetten in geval van een aardsluiting in een of ander apparaat. Niet doen dus, nooit.

©salita2010 - stock.adobe.com

De groen-gele aarddraad is de belangrijkste als het om je eigen veiligheid gaat; besteed hier dus altijd extra aandacht aan!

Oude kleuren

Zoals beloofd nog even de draadkleuren op een rijtje die je in echt oudere huizen soms nog aantreft:

Groen = fase

Rood = nul

Grijs = aarddraad

Zijn dit draden met een kunststof omhulsel en ziet alles er nog goed uit, dan hoef je die niet te vervangen. Maar bij uitbreidingen dien je dan wel extra aandacht te geven aan het koppelen van moderne kleuren met de oude kleurcodering. Zitten er in jouw antieke huis nog met katoen omwonden draden, dan is het een goed idee deze wél te vervangen door moderne draden. Is een klus, maar zorgt wel voor een veilige en up-to-date installatie waar je – als je het goed doet – je vingers nooit meer aan zult branden.

Tip: Ga je in het buitenland klussen aan elektrische bedrading van bijvoorbeeld je vakantiehuisje? Check dan eerst de lokaal geldende kleuren, wetten en andere bijzonderheden. Nog beter: laat het doen door een al even lokale elektricien, die kent de regels aldaar immers!


▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen