ID.nl logo
Veilig werken met elektriciteit in huis
Huis

Veilig werken met elektriciteit in huis

Veel mensen zijn wat huiverig voor elektriciteit in huis, vooral als het gaat om hier zelf aan te sleutelen. Geheel onterecht is dat niet, want de netspanning is potentieel dodelijk. Maar: als je een aantal basisregels in acht neemt, hoef je er niet bang voor te zijn!

In dit artikel lees je onder meer:

  • dat je respect moet hebben voor netspanning;
  • dat je altijd tenminste de groep waar je aan werkt in de meterkast uit moet schakelen;
  • hoe je snel spanningen op een fasedraad meet met een spanningszoeker;
  • dat je altijd alert moet blijven bij werken aan een huisinstallatie; een vorige bewoner kan er een potje van gemaakt hebben!
  • dat elektrisch geïsoleerd gereedschap een must is.

Lees ook: Checklist klustools: elektrisch gereedschap dat elke doe-het-zelver moet hebben

Je lichaam als prima geleider

Wat netspanning zo gevaarlijk maakt is de hoogte ervan én de potentiële stroomsterkte die geleverd kan worden. Het menselijk lichaam bestaat voor een groot deel uit (zout) water, dat een uitstekende geleider vormt. Doordat je met je voeten op de grond staat ontstaat er dan een perfecte verbinding tussen bijvoorbeeld fase en aarde als je net een verkeerde stroomdraad beetpakt. Geen prettige ervaring. Toch moet je niet bang zijn voor netspanning, maar moet je er wel ontzag voor hebben. En het spel volgens de regels spelen om vervelende scenario’s te voorkomen. Heel moeilijk is dat gelukkig niet.

©DragonImages - stock.adobe.com

Uitschakelen groepen en meten

Dé gouden regel is natuurlijk om tenminste de elektriciteit van de groep waaraan je gaat werken uit te schakelen in de meterkast. Daarbij moet je wel zeker weten dat het afschakelen van een bepaalde groep het onderdeel waaraan jij gaat werken ook echt spanningsvrij maakt.

In sommige oudere huizen hebben eerdere bewoners soms een hoop geknutseld waardoor – om maar wat te noemen - een setje stopcontacten op zolder aan de groep van de huiskamer is gekoppeld. Kortom: uitschakelen van een groep is een goed idee, maar zorg vervolgens dat je daarna nog altijd de spanning even meet. Dat kan met een eenvoudige spanningszoeker in de vorm van ’t welbekende schroevendraaiertje met daarin een neonlampje. Zodra je die tegen de fasedraad houdt (komen we zo op terug) en je duim op de bovenkant van de spanningszoeker rust, gaat er een lampje branden als er sprake is van netspanning.

Als dat gebeurt bij een uitgeschakelde groep, zit de draad waarop jij spanning detecteert dus op een andere groep! Meer geavanceerd is de multimeter die de exacte spanningen toont. Wil je helemaal op safe spelen, dan kun je best de hoofdschakelaar uitzetten. Nadeel van die methode is, dat alles in huis spanningsloos wordt. En dat kan onhandig zijn als je urenlang aan een elektrisch project moet werken. Want de ijskast, cv-installatie enzovoorts zijn dan ook spanningsloos.

TIP In sommige oude meterkasten tref je nog klassieke zekeringen (‘stoppen’) aan. De standaardwerkwijze daarmee is dat je behalve de groep uitschakelen ook de zekering van de betreffende groep uitdraait. Eventueel op een wat minder zichtbare plek neerleggen voorkomt dat iemand per ongeluk de groep weer aanzet. Met name verstandig om te doen in een druk huishouden.

©PXimport

Basiskennis

Zorg dat je over een béétje basiskennis beschikt over elektriciteit en dan vooral de netspanning in huis. Check eens hoe je meterkast is opgebouwd, wat aardlekschakelaars zijn, wat automatische zekeringen zijn enzovoort. Begrijp dat groepsschakelaars een gegroepeerde set elektrische bekabeling en eindaansluitingen afschakelen.

Als je dan toch in die meterkast aan het kijken ben, label de verschillende groepen dan eens duidelijk. Maar al te vaak is dat niet het geval, vooral niet bij oudere installaties. Zo’n label met daarin kort omschreven welke ruimten de schakelaar bedient maakt toekomstige elektrische klussen makkelijker én veiliger.

Dan zijn er de gestandaardiseerde draadkleuren. Vooral als je je nog nooit in deze kleurcodering hebt verdiept is het noodzakelijk je daarin te verdiepen. Mogelijk zijn die kleuren voor jouw gevoel namelijk wat onlogisch gekozen!

TIP Meet voordat je de groep waaraan je gaat werken uitschakelt altijd even of de kabelkleuren daadwerkelijk overeenkomen met hun officiële functie. Met name in oudere huizen kan een vorige bewoner het wellicht wat minder nauw genomen hebben met kleurcoderingen…

Gereedschap

Goed gereedschap is het halve werk, dat geldt ook voor werken aan en met elektriciteit. Zorg altijd voor passende schroevendraaiers. Te groot of te klein en je draait de wat gevoelige schroefjes in bijvoorbeeld een stopcontact snel kapot. Gebruik verder bij voorkeur geïsoleerd gereedschap dat bedoeld is voor elektrisch werk. Staat er dan onverhoopt toch nog spanning op een aansluiting (of moet je echt een keer werken onder spanning), dan beschermen deze je goed tegen onheil.

Leer jezelf verder – ook al werk je spanningsloos – nooit aan afgestripte kabels of blootliggende contacten te komen; dat moet een tweede natuur worden.

Strippen van kabels doe je niet met een mes, nijptang of schaar. Daarmee beschadig je de koperkern. Iets te hard knijpen kan zelfs voor een dusdanig zwak punt zorgen dat een draad na een tijdje gewoon afbreekt. Gebruik een kabelstripper. Dat kan een breder inzetbare striptang zijn, of zo’n handig klein zakstrippertje dat veel door elektriciens gebruikt wordt.

De tang moet je middels een stelschroef zodanig instellen dat deze wel de kabelisolatie verwijdert maar niet over het koper schraapt. In het geval van de zakstripper lees je de handleiding van jouw exemplaar. Te overwegen zijn – voor de veelknutselaars – elektrisch isolerende handschoenen. Daarmee kun je in geval van nood onder spanning werken. Maar nogmaals: vermijd dat bij voorkeur.

TIP Elektrisch geïsoleerd gereedschap is te herkennen aan het opvallende rood-gele kleurschema en is – indien van goede kwaliteit – altijd voorzien van een VDE-keurmerk. Ook staat de maximale spanning waarop de isolatie werkt duidelijk vermeld. Let daarop voor aanschaf.

©africa-studio.com (Olga Yastremska and Leonid Yastremskiy)

Zonnepanelen

Heb je zonnepanelen in huis, dan vind je meestal bij dat apparaat nog aparte schakelaars. Ga je aan een zonnepaneelinstallatie werken, dan vergt dat sowieso weer extra aandacht. Immers: als de zon schijnt, staat er altijd een (hoge) spanning op de (gezamenlijke) uitgang van de panelen. Blijf in principe dan ook weg van de aanvoerkant, tenzij je heel precies weet wat je doet en je weet hoe je met een installatie onder spanning moet werken. In de inverter-installatie komen tal van gevaarlijke spanningen voor, voor een deel zelfs nog weer (beduidend) hoger dan de netspanning. Bezint eer ge begint!

TIP Als je de zonnepanelen en aanpalende installatie niet zelf heb geplaatst, is het verstandig om voor wijzigingen een erkende monteur in te schakelen, om vervelende problemen te voorkomen.

©zstockphotos

Kinderen

Het is natuurlijk leuk, zo’n kleine koter die een knutselende ouder hoogst interessant vindt. Maar houd ze – natuurlijk – weg van openliggende elektrische installaties. Kijken mag, maar alleen als je er zelf bij staat en volledig je kind in de gaten kunt houden. Waarbij je altijd moet bedenken dat een kinderbrein gek is op dingen naspelen. Vertel dus dat ’t niet de bedoeling is dat de kleine spruit op eigen initiatief de stopcontacten los gaat schroeven, nooit.


Zorg altijd voor geïsoleerd gereedschap

Hier shop je mooie sets voor lage prijzen