ID.nl logo
Website zonder database bouwen met flat-file CMS
© PXimport
Huis

Website zonder database bouwen met flat-file CMS

Wil je een eenvoudige website of blog opzetten, dan is een volledig CMS met database soms wat overdadig. Een zogeheten flat-file CMS werkt met platte bestanden, wat opvallend veel voordelen met zich meebrengt. Wil je een website zonder database bouwen? In dit artikel leggen we uit hoe dat werkt.

Een contentbeheersysteem, ofwel CMS, werkt meestal in combinatie met een database. In veel gevallen is dat MySQL of het compatibele MariaDB, maar ook bijvoorbeeld SQLite en PostgreSQL kom je tegen. Dit brengt enkele nadelen met zich mee. Niet iedereen heeft om te beginnen de kennis om een database te maken, beheren en beveiligen. Een CMS zoals WordPress neemt weliswaar veel werk uit handen, maar niet de beheertaken. Daardoor kan bijvoorbeeld het verhuizen van je blog een flinke uitdaging zijn. 

Tegenwoordig bestaan er talloze op platte bestanden gebaseerde CMS’en die zonder database werken. We noemen ze ook wel flat-file CMS. Zeker voor een eenvoudige website bieden ze meer dan voldoende mogelijkheden, naast het extra gemak en veel hogere prestaties. Om laatstgenoemde reden ligt een flat-file CMS steeds vaker ook aan de basis van zeer drukbezochte websites. In deze masterclass leggen we uit wat de voor- en nadelen zijn, bespreken we de bekendste systemen en laten we zien hoe snel en makkelijk je ermee aan de slag kunt.

Voor- en nadelen

Eerlijk is eerlijk: aan een CMS met database ontkom je in sommige gevallen niet. Zo kun je er bij een heel uitgebreide website niet omheen. Dat geldt ook voor bijvoorbeeld blogs met verschillende auteurs of een webshop met veel producten. Tegelijkertijd is juist voor een eenvoudige website met één of enkele pagina’s, een niet te complexe blog of een online portfolio een CMS zoals WordPress vaak weer overdadig. Een CMS die met platte bestanden werkt, geeft je meer dan genoeg mogelijkheden en is veel makkelijker te gebruiken en te beheren. Bovendien werkt de uiteindelijke website vaak vele malen sneller. Ook op een licht systeem als een Raspberry Pi kun je dit hosten. Je bespaart dus vaak kostbare servercapaciteit. 

Een simpele webserver kan enorme bezoekersaantallen verwerken. Het verschil met bijvoorbeeld WordPress is enorm. Een CMS met database zal namelijk elke pagina dynamisch genereren, waarbij op de achtergrond veel verzoeken aan de database worden gedaan. Hoewel caches dat kunnen versnellen, vraagt dat weer om extra geheugencapaciteit. Je merkt zeker een vertraagde paginaopbouw ten opzichte van een flat-file CMS. Nog een voordeel is dat je alle content relatief eenvoudig kunt bewaren in een versiebeheersysteem zoals Git – al dan niet in combinatie met GitHub – waar we in het volgende nummer van PCM in zullen duiken. Je hele website bestaat immers uit platte bestanden. Het merendeel van deze oplossingen is tot slot ook nog opensource.

©PXimport

Welke systemen?

Bij CMS’en met een database die je zelf kunt hosten, voeren WordPress, Joomla en Drupal al jaren de boventoon. In de wereld van flat-file CMS’en is het echter een komen en gaan van oplossingen. Bekende voorbeelden zijn Grav, Jekyll, Kirby, Bludit, Statamic, Typemill, Pico en Automad. Een voordeel van dit soort oplossingen is dat er veel minder beheertaken zijn. Je hoeft niet, zoals bij WordPress, steeds te zorgen dat alle software en plug-ins up-to-date zijn. Uiteraard is het wel belangrijk om de achterliggende toepassingen up-to-date te houden, omdat er kwetsbaarheden in kunnen zitten. 

Dat geldt weer niet of nauwelijks voor systemen die van je content simpelweg statische html-pagina’s maken, die vervolgens in de www-map van de webserver worden gezet. Dat gaat met één simpel commando via een opdrachtregel. Dat is bijvoorbeeld hoe Jekyll werkt. De systemen die we hier bekijken, maken gebruik van php als hulpje, maar werken uiteraard met platte bestanden en zonder database. Met behulp van Git of een pakketbeheerder Composer zijn ze relatief eenvoudig te installeren en ook up-to-date te houden. Een webserver is niet nodig, omdat we de ingebouwde server van php gebruiken, maar je kunt natuurlijk ook Apache of Nginx gebruiken.

©PXimport

Wat te kiezen?

Je kunt de genoemde systemen relatief eenvoudig uitproberen. Ze zijn over het algemeen heel goed gedocumenteerd. Het zal je zeker helpen een goede keuze te maken. Het systeem dat we wat uitgebreider behandelen is Typemill, dat vooral is gericht op schrijvers en ‘micro-uitgevers’. Hiermee kun je eenvoudig een handleiding, kennisbank, e-book of documentatie maken. Wil je een normale, standaard website bouwen, een eenvoudige blog of een website van één enkele pagina, die in no-time online staat, dan is Bludit een goede optie. Wil je het nog simpeler houden, dan kun je Pico CMS overwegen. Je hebt daarin geen zogeheten front-end (zoals een controlepaneel) voor het beheer van je content. Je wordt dus meer overgelaten aan een structuur van mappen en platte bestanden.

Voor commerciële bedrijfswebsites kun je denken aan wat geavanceerdere oplossingen als Statamic, Kirby en Grav. Die laatste richt zich wel meer op ontwikkelaars en is voor niet-techneuten wat complexer. In deze masterclass komt Typemill zoals gezegd wat uitgebreider aan bod, maar laten we ook zien hoe makkelijk je van start gaat met Pico CMS, Grav en Bludit. Wat ze allemaal gemeen hebben, is dat ze php als basis gebruiken.

©PXimport

Basissysteem

Als uitgangspunt voor deze masterclass nemen we een eenvoudige Linux-server op basis van Ubuntu 20.04. We loggen daarop in met een normaal gebruikersaccount met sudo-rechten. Zorg dat het systeem up-to-date is met:

sudo apt-update

sudo apt-upgrade

Corrigeer indien nodig de tijdzone met de opdracht:

sudo dpkg-reconfigure tzdata

Voor de genoemde systemen is php nodig. Er is meestal een sterke voorkeur voor php 7.x vanwege de flink hogere prestaties. Deze versie is tegenwoordig heel gangbaar en staat ook in de standaardpakketbronnen van recente edities van Ubuntu. Om te controleren welke versie van php voor jouw systeem beschikbaar is, voer je deze opdracht uit:

sudo apt-cache policy php

Op ons systeem is dat php 7.4.x, dat we samen met enkele aanvullende pakketten installeren met de opdracht:

sudo apt install php php-cli curl git unzip

Afhankelijk van het CMS dat je gaat gebruiken, kunnen er extra php-modules nodig zijn. De modules die nodig zijn voor de in deze masterclass besproken CMS’en voegen we in één handeling toe met:

sudo apt-install php-mbstring php-xml php-curl php-zip php-gd

Webserver testen

Hoewel je een webserver als Apache of Nginx kunt gebruiken, wat in een productieomgeving ook valt aan te raden, kun je voor demonstratiedoeleinden uitstekend de ingebouwde server van php gebruiken. Om de werking te demonstreren, maken we in de thuismap een mapje, waar we vervolgens naartoe navigeren, met de opdrachten:

mkdir ~/cms

cd ~/cms

We maken met de opdracht nano info.php een bestand met de volgende regels:

<?php

phpinfo();

?>

Bewaar het bestand met Ctrl+O en verlaat de editor met Ctrl+X. We starten nu de interne webserver van php met:

php -S 0.0.0.0:8000

Het adres 0.0.0.0 zorgt dat de webserver vanaf elke browser in het netwerk toegankelijk is, dus niet alleen vanaf het systeem zelf (localhost). Je kunt met de webserver php-bestanden aanbieden, maar ook gewone bestanden zoals html-documenten. In ons voorbeeld, waarbij de server het ip-adres 10.0.10.25 heeft, kunnen we de pagina info.php bereiken via http://10.0.10.25:8080/info.php. Deze pagina geeft informatie over php en de geïnstalleerde modules. In de console zie je een log met alle http-verzoeken. Je kunt hierin de uitvoering stoppen met Ctrl+C om weer de controle over de console te krijgen.

©PXimport

Composer installeren

Composer is een heel praktische tool. Deze bekende pakketbeheerder voor php gaan we gebruiken bij de installatie van Typemill. Om Composer te installeren, gaan we naar onze homedirectory met cd ~ en halen vervolgens het installatiescript voor Composer op met:

curl -sS https://getcomposer.org/installer -o composer-setup.php

Vervolgens installeren we het met:

sudo php composer-setup.php --install-dir=/usr/local/bin --filename=composer

Na de installatie kun jij (en elke andere gebruiker) de tool vanaf elke locatie starten met simpelweg de opdracht composer gevolgd door de gewenste parameters.

©PXimport

Documentatiesite

Als eerste voorbeeld gebruiken we Typemill om documentatie te genereren. Deze mogelijkheid is vooral voor tekstschrijvers en gebruikers bedoeld die bijvoorbeeld handleidingen, jaarboeken en gebruikershandleidingen willen maken. Typemill is ook heel sterk in de combinatie van web- en printpublicaties. We maken eerst een map aan waarin we Typemill en straks ook de andere systemen gaan installeren (elk in een eigen map), waar we vervolgens naartoe navigeren, met de opdrachten:

mkdir -p ~/cms

cd ~/cms

Installeer vervolgens Typemill vanaf Git met:

git clone "https://github.com/typemill/typemill.git"

Er wordt een mapje Typemill gemaakt, waar je naartoe gaat met:

cd typemill

De volgende stap is het installeren van de vereiste bibliotheken via Composer. Deze zijn al opgenomen in het bestand composer.json. Met deze opdracht worden ze automatisch geïnstalleerd en/of bijgewerkt:

composer update

Start daarna de webserver met:

php -S 0.0.0.0:8000

Als je het adres in de browser bezoekt (in ons voorbeeld http://10.0.10.25:8000) kom je op een setuppagina waar je direct een beheeraccount kunt maken. Hierna zie je een landingspagina waar je via een knop de instellingenpagina binnen de beheeromgeving voor de website kunt openen.

©PXimport

Instellingen

Voor onze demowebsite veranderen we onder Instellingen / Systeem alleen de titel en auteur. Bewaar de wijziging en ga rechtsboven naar Site bekijken. Zoals je ziet, is er de nodige voorbeeldcontent waar we mee gaan werken, een soort grondige uitleg van het systeem. We raden je aan deze voorbeelden door te lezen. Zo vind je bijvoorbeeld handige syntaxvoorbeelden voor Markdown, de opmaaktaal die door Typemill wordt gebruikt en door veel andere flat-file CMS’en,. Ook op GitHub en Reddit kom je deze taal tegen. Ben je nog niet zo bedreven in Markdown, dan kun je overigens ook gewoon de visuele editor van Typemill gebruiken.

We gaan terug naar de beheeromgeving, die bereik je door /tm/login achter het adres te zetten. Volg dan de link naar Inhoud. Links zie je een overzicht met de verschillende pagina’s van je website en hoe deze zijn gestructureerd via mappen en bestanden. Je kunt het vergelijken met de hoofdstukken en pagina’s van een boek. De volgorde kun je naar voorkeur veranderen door items te verslepen. Rechts zie je verdeeld over twee tabbladen de inhoud van de gekozen pagina en metagegevens. Op het tabblad meta kun je bijvoorbeeld metagegevens voor Google instellen of met een vinkje voorkomen dat de pagina in het navigatiemenu wordt getoond.

©PXimport

Inhoud bewerken

Als voorbeeld voegen we via Item toevoegen een bestand toe dat we de naam contactgegevens geven. Klik erop om deze pagina te bewerken. Er zijn al een titel en paragraaf ingevuld, die je kunt bewerken door erop te klikken. Wat je hier ziet, is de standaard visuele editor. Via knoppen kun je eenvoudig extra paragrafen, headers van klein tot groot (binnen html beter bekend als h1, h2 en h3), lijsten, code, tabellen, lijsten, quotes, afbeeldingen of links toevoegen.

Op de achtergrond werkt Typemill zoals gezegd met Markdown. De opmaak kun je zien als je via de knop onbewerkte modus omschakelt. Meestal zal de visuele editor de voorkeur krijgen. Tabellen zijn bijvoorbeeld erg lastig te maken in Markdown, terwijl je ze met de visuele editor in een handomdraai hebt gemaakt. Datzelfde valt te zeggen voor afbeeldingen, die je met de visuele editor gewoon kunt uploaden vanaf je pc of selecteren in de mediabibliotheek.

Elke pagina kan ook zijn eigen inhoudsopgave hebben. Je kunt bovenaan zo’n inhoudsopgave toevoegen (Table of Contents), die vervolgens de verwijzingen naar alle headers in je artikel laat zien op het betreffende niveau (zoals h1, h2 of h3). Ook binnen langere pagina’s kun je zodoende een goede structuur aanbrengen.

©PXimport

Publiceren

Als je klaar bent met het bewerken van een pagina, kies je Publiceren. Je ziet dat in je paginaoverzicht het blokje voor de paginatitel nu groen wordt in plaats van rood. Als het blokje oranje is betekent het dat je een pagina hebt bewerkt, maar de wijzigingen nog niet hebt opgeslagen. Het kán natuurlijk dat je met Typemill geen boek wilt maken, maar bijvoorbeeld een site met nieuwtjes of een blog met allerlei berichten. In dat geval kun je op een map klikken en dan bij de metagegevens instellen dat deze map geen pagina’s maar aparte posts bevat. Deze worden dan op datum gesorteerd in het overzicht, in plaats van een handmatig te kiezen volgorde.

Thema’s en plug-ins

Als je naar Instellingen / Themes gaat, kun je een thema kiezen en enkele instellingen voor het thema veranderen. Je kunt ook een van de andere thema’s downloaden. Verder voeg je onder Plug-ins extra features toe. Voor een overzicht van plug-ins bezoek je de store bezoeken op https://plugins.typemill.net. Het meest interessant is de plug-in die van je website (of geselecteerde onderdelen) een pdf- of epub-document kan maken. Daarbij kun je bovendien uit verschillende lay-outs kiezen.

Het installeren van plug-ins wordt niet heel duidelijk uitgelegd, maar is niet moeilijk. Als voorbeeld voegen we de plug-in toe voor het maken van e-books. Hiervoor gaan we met naar de hoofdmap van Typemill:

cd ~/cms/typemill

En maken we een mapje voor plug-ins met:

mkdir plugins

Blader achtereenvolgens naar die map en download het zip-bestand van de plug-in naar ebooks.zip met:

cd plugins

wget -O ebooks.zip https://plugins.typemill.net/download?plugins=ebooks

Vervolgens pakken we het zip-bestand uit met:

unzip ebooks.zip

Als je naar de instellingenpagina gaat, kun je deze activeren en instellingen aanpassen. Onder General Settings zetten we beide vinkjes aan, zodat we extra verwijzingen krijgen voor het genereren van e-books. In de volgende paragraaf laten we zien hoe dat in zijn werk gaat.

©PXimport

E-book genereren

Op de instellingenpagina vind je een nieuw onderdeel Ebooks. Hiermee maak je van je website een pdf- en/of epub-document. Let erop dat deze tool alleen onder Google Chrome en andere op Chromium gebaseerde browsers werkt. Als eerste kies je de gewenste lay-out. Afhankelijk van de gekozen lay-out kunnen er extra instellingen zijn. De twee bestaande lay-outs zijn vooral aanwezig om de mogelijkheden van de plug-in te demonstreren. Je kunt er namelijk ook voor kiezen om een eigen lay-out te maken.

Als voorbeeld kiezen we typemill. In de volgende stap bij settings kun je onder andere een titel, auteursnaam en enkele omschrijvingen invullen en een coverafbeelding kiezen. Je kunt een automatisch gegenereerde inhoudsopgave toevoegen, en de kleuren instellen. In de sectie content kies je welke pagina’s in je e-book moeten worden opgenomen. Standaard zullen alle pagina’s worden gebruikt. Hierna vind je onder epub nog enkele velden specifiek voor epub-bestanden.

Ten slotte kun je een pdf-preview bekijken. Controleer of alles naar wens is. In Chrome kun je de preview als pdf-bestand bewaren via het Menu (met de drie puntjes) en Afdrukken (Ctrl+P) en de optie Opslaan als pdf. Zorg dat bij Marges de optie Geen is geselecteerd en dat er een vinkje staat bij Achtergrondafbeeldingen.

©PXimport

Alternatieven

We zullen ten slotte nog kort de installatie van enkele alternatieven behandelen, in dit geval Bludit, Grav en Pico. Deze zijn net zo eenvoudig te installeren als Typemill. Bludit kun je als eenvoudig alternatief voor WordPress zien. Grav en Pico werken met bestanden in het Markdown-formaat. Grav is wat complexer, maar heel flexibel uit te breiden. Bovendien kun je alles optioneel via een controlepaneel beheren. Pico biedt dat niet, en kijkt simpelweg naar bestanden en mappen in een specifieke contentmap. In dat geval gebruik je dus je favoriete teksteditor om je content te schrijven.

Terwijl Bludit gewone php-tags gebruikt voor dynamische inhoud, werken Grav en Pico met het uitgebreidere templatesysteem Twig. Je kent dit misschien van enkele geavanceerdere CMS’en zoals Craft, Bolt en October. Het is zeker de moeite waard om deze templatetaal te leren als je je eigen templates wilt maken of om je bestaande html-templates aan te passen, zodat je deze kunt gebruiken binnen één van de genoemde CMS’en.

Alternatieven installeren

Om Bludit te installeren, gebruiken we Git om de zogeheten repository van dit CMS te klonen. Hiervoor gaan we met cd ~/cms naar de map die we voor al onze toepassingen hadden gemaakt en geven dan de volgende opdracht:

git clone https://github.com/bludit/bludit.git

Bludit is hiermee in een onderliggend mapje gezet dat je benadert met cd bludit. Vervolgens kun je de ingebouwde webserver van php starten met:

php -S 0.0.0.0:8000

Bezoek met je browser het websiteadres om bij een installatiepagina van Bludit te komen. Hier selecteer je eerst een taal en stel je vervolgens een wachtwoord in voor de admin-gebruiker. De beheeromgeving van Bludit bereik je vervolgens door /admin achter de url te zetten. Je ziet een heel eenvoudige omgeving waarin je content kunt beheren. Dit spreekt grotendeels voor zich. Om de uitstraling van je website te veranderen, vind je op https://blthemes.pp.ua diverse gratis thema’s. Je kunt ze uiteraard ook zelf maken.

©PXimport

Grav en Pico

Om Grav te installeren, gaan we met cd ~/cms eerst weer naar de basismap en geven vervolgens de opdracht:

composer create-project getgrav/grav grav

Ga dan naar deze map met en start de ingebouwde webserver starten met:

cd ~/cms/grav

bin/grav server

Bij Grav stel je alles in via configuratiebestanden en beheer je de content beheren in de vorm van losse bestanden met Markdown-opmaak. Optioneel installeer je via een plug-in een geavanceerd controlepaneel.

Pico werkt volledig zonder zo’n front-end voor het beheer van je site. Om dit CMS te installeren ga je weer met cd ~/cms naar de basismap en geef je de opdracht:

composer create-project picocms/pico-composer pico

Blader naar de nieuw aangemaakte map met cd pico en start de webserver van php met:

php -S 0.0.0.0:8000

Als je het adres bezoekt met je browser, zie je een informatiepagina van pico. Zodra je zelf een bestand index.md in de map content aanmaakt, zal Pico die pagina laten zien.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd
Huis

Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd

LG blijft verbetert de oled-techniek nog veel verder en dat werpt dit jaar eindelijk zijn vruchten af. De LG OLED EVO 65G56LS is uitgerust met een nieuw type oled-paneel dat aanzienlijk meer piekhelderheid en kleurbereik levert. Daarnaast heeft LG webOS 25 uitgerust met een aantal AI-functies die het gebruiksgemak moeten verbeteren.

Fantastisch
Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De LG OLED EVO 65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit. De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

Plus- en minpunten
  • Alpha11-processor met uitstekende beeldverwerking
  • Fantastische HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
  • Goede kijkhoek en anti-reflectie
  • WebOS 25, met vijf jaar lang nieuwe versies
  • Advertenties op het Home-scherm
  • Geen ondersteuning voor HDR10+ en DTS
  • Voorlopig weinig meerwaarde met AI

 

LG OLED EVO 65G56LS (2025)

  • Adviesprijs: 3,299 euro
  • Wat: Ultra HD 4K 165 Hz W-OLED-tv
  • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, HFR), 3x usb, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, 1x IR-blaster, Wifi 6 (802.11ax), ethernet, Bluetooth 5.3, WiSA
  • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, webOS 25, AirPlay 2, Google Cast, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 11 gen2 processor
  • Afmetingen: 1.441 x 910 x 263 mm (incl. voet)
  • Gewicht: 26,6 kg (incl. voet)
  • Verbruik (per 1000 uur): SDR 85 kWh (E) / HDR 222 kWh (G) 

De nieuwe G-serie van LG is verkrijgbaar in twee versies. Een met een centrale voet in doos zoals ons testmodel, te herkennen aan de letters ‘LS’ achteraan en een model met een meegeleverde wandbeugel, die modellen hebben de letters ‘LW’ achteraan. De G-reeks mikt nog steeds in eerste instantie op wandmontage. Het toestel zelf is 24mm diep, dat lijkt misschien veel, maar die dikte heeft het wel over het hele oppervlak. Er is geen behuizing voor elektronica die verder uitsteekt. De rand is afgewerkt met een zilverkleurige strip, en dat geeft deze tv van opzij bekeken echt een premium look. De wandbeugel is verstelbaar, je kunt het toestel beperkt links en rechts draaien. De voet kun je monteren in twee posities, hoog en laag, in de hoge positie is er ruim plaats voor een soundbar. Het moet gezegd ook op een tv-meubel ziet hij er prima uit, wandmontage is zeker geen verplichting. 

Aansluitingen

De selectie aansluitingen die LG gebruikt is al enige tijd onveranderd gebleven, maar is dan ook erg goed. Met vier hdmi-poorten die allemaal de maximale hdmi 2.1-bandbreedte (48Gbps) leveren, zitten gamers in ieder geval gebeiteld. Verdere gamingfuncties zijn ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync). PC-gamers kunnen zelfs tot 4K165 gaan, dat is een duidelijke upgrade ten opzichte van vorig jaar. Input-lag is altijd een sterk punt geweest bij LG, dat is dit jaar niet anders, in 4K60 meten we 10,5ms, in 2K120 zelfs maar 5,5ms. Op poort 2 kan je ARC/eARC gebruiken, gamers die een soundbar willen aansluiten, houden nog steeds drie volwaardige HDMI-poorten over. 

Wil je de opstelling zo netjes mogelijk houden, altijd mooi bij een premium tv, dan kun je de bijgeleverde IR-blaster gebruiken om brontoestellen te besturen met de LG-afstandsbediening, ook als die apparaten bijvoorbeeld in een kast staan. De G5 ondersteunt het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association), maar is beperkt tot 2.1-configuraties. Daarmee is jammer genoeg geen draadloze surroundopstelling mogelijk. Alle kabels kun je via twee clips en twee verzonken kanalen wegleiden naar de voet. 

Nieuw oled-paneel, nieuw record

Nieuwe ontwikkeling op vlak van oled-technologie zijn niet uitzonderlijk. Twee jaar geleden introduceerde LG bijvoorbeeld oled-panelen met een laag microlenzen die voor een mooie verbetering in helderheid zorgden. Die microlenzen zijn op de G5 echter niet meer aanwezig. In ruil gebruikt dit model een gloednieuw paneel dat een andere opbouw van de oled-materialen gebruikt. Onder de naam OLED evo Met Brightness Booster Ultimate belooft de G5 hogere piekhelderheid en een breder kleurbereik. En dat blijken geen loze beloftes. Op het 10%-venster haalt de G5 2409 nits, en op een volledig wit beeld zelfs 356 nits. 

Lees ook: Zo testen we televisies

Dat alles gemeten in de uitstekend gekalibreerde HDR Filmmaker mode. Ter verduidelijking, dat is een 50 procent verbetering tegenover de G4 van vorig jaar, en voldoende om de kop van het oled-peloton aan te voeren. Vooral de verbetering op het volledig wit veld is impressionant. Daardoor moet de G5 nu de helderheid veel minder laten dalen als het beeld veel wit bevat, iets wat op vorige generaties nog merkbaar was. Ook het kleurbereik is weer groter geworden, en met 99,9% P3 is de G5 perfect uitgerust voor prachtige HDR-beelden. Het paneel had een uitstekende uniformiteit en weert zeer goed reflecties. De kijkhoek is prima.

De Filmmaker Mode is er voor wie minimale beeldverwerking wil, en de mooiste beelden getrouw aan de intentie. In SDR laat dat prachtige resultaten zien, maar de echte pracht van de G5 komt tevoorschijn bij HDR-beelden. Ook hier is de kalibratie nagenoeg perfect met enorm veel witdetail, intense kleuren, en dankzij de hoge piekhelderheid tintelende lichtaccenten. Kleuren worden goed bewaard als ze zeer helder zijn, dat dankt de tv aan het nieuwe paneel. Enkel in de donkerste beelden laat de G5 wat steken vallen. Er is veel schaduwdetail, maar in sommige beelden merken we veel ruis die het beeld ruw maakt en detail verbergt. In een ander geval was er wat blokvorming en bandvorming zichtbaar. We hopen dat LG nog wat aan de software kan sleutelen. 

Prima beeldverwerking

De Alpha11 beeldprocessor is aan zijn tweede generatie toe, maar nieuwe features lijken er niet te zijn. De upscaling en ruisonderdrukking zijn erg goed. In deinterlacing van 1080i-beeld merkten we op een testpatroon opnieuw een foutje waardoor kamvorming zichtbaar was, al bleek dat bij de meeste content niet tot problemen te leiden. Kleurstroken in zachte gradiënten elimineer je met de Vloeiende Gradatie-instelling, maar activeer die enkel als je het echt nodig acht, en dan alleen in de laagste stand. In een van onze testclips veegde die instelling ook wolken uit de lucht. Ook de dynamische tonemapping waar we gebruikelijk erg tevreden over zijn, laat je op dit model beter uit inactief.

Die maakte het beeld te helder, waardoor het aan contrast en impact verliest. Bovendien levert de G5 ook zonder dynamische tonemapping knap beeld. Goede punten waren er voor de bewegingsscherpte. Het oled-paneel laat nauwelijks of geen dubbele rand optekenen rond bewegende voorwerpen. Wie in 24Hz-filmmateriaal te veel last heeft van judder bij snelle camerabewegingen, activeert best TruMotion, bijvoorbeeld in ‘Cinematografische Beweging’ als je minimale invloed wenst. Maar ook hogere instellingen leverden goede resultaten, en de G5 toonde erg weinig beeldfouten zelfs met TruMotion in de Vloeiend-stand. 

Geen DTS-ondersteuning meer

Het is jammer, maar de G5 ondersteunt alleen nog maar Dolby Atmos, geen DTS meer. Vooral voor mensen met een uitgebreide bibliotheek Blu-ray schijven is dat een tegenvaller. Streaming gebruikt overwegend Dolby Atmos, dus daar weegt dat gebrek minder. De 60 Watt 4.2 kanaalsoplossing leek ons onveranderd. De klank is goed gebalanceerd, met een warm karakter en duidelijke baslijn. Zelfs surround is goed hoorbaar. Voor veel mensen zal dit volstaan, maar voor echte bioscoop audio zal een soundbar toch vereist zijn. Nieuw dit jaar is de Personal Sound Wizard. Die laat je een aantal keer in groepen van vier fragmenten horen met verschillende geluidsinstellingen, jij duidt aan wat je het best vindt klinken. Na de test bepaalt de processor op basis van je keuzes je geprefereerde klankinstellingen. Iets gelijkaardig bestond vorig jaar al voor beeld, maar we vinden dat je daar beter voor Filmmaker Mode of Cinema beeldmode kiest. Bij audio mogen persoonlijke voorkeuren wat meer doorwegen. 

WebOS 25, AI als persoonlijk hulpje

Kunstmatige intelligentie moet de nieuwe troef zijn van webOS 25, maar al deze nieuwe functies bleken niet te werken in het Nederlands. Voice ID, waarbij de tv je herkent op basis van je stem is nog niet beschikbaar in Nederlands. Maar ook andere functies, zoals de AI Chatbot die je moet helpen bij eenvoudige vragen zoals het aanpassen van beeldkwaliteit of aanbevelingen geven voor content, leek zelden te weten wat hij met onze vragen moest doen. LG kondigde ook generatieve kunst aan die je kan gebruiken in de screensaver, maar ook dit was nog niet beschikbaar. Nu missen we die AI-functies wel niet, de G5 is zo ook gebruiksvriendelijk, maar we hopen toch dat dit via software updates verbeterd wordt. 

In dit overzichtsartikel vind je alle informatie over webOS. WebOS 25 is van uitzicht niet echt veranderd op wat details na. Zo kan je live tv en HDMI-ingangen nu als tegels toevoegen in de rij met apps op het Home-scherm. Apps en Quick Cards die je niet gebruikt, kan je verbergen. Het app-aanbod is erg ruim en de G5 ondersteunt Airplay2 en Google Cast. LG toont helaas reclame op het Home-scherm en in de screensaver, lees in dit artikel hoe je reclame verwijdert.

De ‘Magic Remote’ heeft een nieuw ontwerp gekregen. Een rechthoekige vorm met afgeronde hoeken, en vooral minder toetsen. Weg zijn de cijfer- en kleurtoetsen, de volume- en kanaaltoetsen zijn nu kanteltoetsen. De mute-toets is verdwenen, muten doe je door de volume knop lang naar beneden te duwen. De ingangen-toets is vervangen door een Home Hub-toets, maar wanneer je die lang indrukt, toont de tv de ingangen. De aanwijsfunctie is gebleven, je kan de cursor op het scherm besturen door de afstandsbediening te bewegen. De afstandsbediening oogt moderner, en het gebruiksgemak is prima, maar we zouden hem niet beter noemen dan de oude versie. 

Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De OLED65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit.

De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

▼ Volgende artikel
Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android
Huis

Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android

Het is misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar ook Android heeft – net als Windows – een klembord. Daarmee kun je gemakkelijk tekst kopiëren van de ene app naar de andere. Maar hoe open je dat klembord eigenlijk? En waar vind je wat erop staat? Je leest het in dit artikel!

Wat gaan we doen?

In dit artikel leggen we uit hoe kopiëren en plakken in Android precies werkt. Dat geldt voor zowel Android-smartphones en Android-tablets.

  • Zo werkt kopiëren, knippen en plakken
  • Knippen en plakken vanuit toetsenbord
  • Verbeteringen dankzij Android 13

Wil je meer weten over de veiligheid van Android? Lees dan het artikel Alles wat je moet weten over Android-beveiliging

Tekst of afbeeldingen kopiëren en plakken: het is een van de basisfuncties van elk besturingssysteem. Ook Android ondersteunt dit natuurlijk. Je kunt iets kopiëren in de ene app en het vervolgens plakken in een andere. Maar het Android-klembord kan meer dan alleen dat. Alles wat je kopieert, wordt daar namelijk tijdelijk opgeslagen. Handig als je per ongeluk iets hebt weggehaald, iets wilt terugvinden of gewoon even wilt kijken wat je allemaal hebt gekopieerd.

Let wel: hoe je precies bij het klembord komt, hangt af van je toestel en de Android-versie die je gebruikt. Zo hebben merken als Samsung en LG hun eigen klembordfunctie ingebouwd. Andere toestellen vereisen meestal een specifieke toetsenbord-app om het klembord te kunnen openen. In dit artikel leggen we je uit hoe je dat doet met zo’n toetsenbord-app.

Klembord binnen toetsenbord-apps

Om toegang te krijgen tot het klembord, heb je een toetsenbord-app nodig die die functie ondersteunt. Populaire keuzes zijn Gboard van Google en SwiftKey van Microsoft. Beide bieden vergelijkbare klembordfuncties, dus je kunt zelf kiezen welke je het prettigst vindt. Download en installeer de app, en stel deze daarna in als je standaard toetsenbord.

©PXimport

Met een ander toetsenbord in Android heb je meer mogelijkheden.

Dat instellen doe je via het instellingenmenu van je Android-telefoon. Gebruik het zoekveld bovenin het scherm en typ 'toetsenbord'. Je krijgt dan een lijst met resultaten. Kies de optie waarmee je het standaard toetsenbord kunt wijzigen en tik daarop.

Kies vervolgens de toetsenbord-app die je net hebt geïnstalleerd, zoals Gboard of SwiftKey. Let op: de vormgeving van de instellingen kan per toestel verschillen. Gebruik je liever een andere toetsenbord-app met klembordfunctie? Geen probleem – zolang je maar de juiste app selecteert bij het instellen.

Tekst kopiëren en plakken

Het klembord werkt meestal alleen met tekst. Wil je iets kopiëren naar een andere app? Selecteer dan een stuk tekst en kopieer het. Open bijvoorbeeld WhatsApp, ga naar een chat en houd het tekstveld even ingedrukt om de tekst direct te plakken. Soms zie je ook een klembordsymbooltje verschijnen, net boven het toetsenbord en onder het tekstveld. Tik daarop om het volledige klembord te openen.

Zie je dat symbooltje niet meteen? Dan krijg je waarschijnlijk eerst de suggestie om alleen de laatst gekopieerde tekst te plakken. Tik in dat geval op het witte rondje met het pijltje naar rechts – zo krijg je alle opties te zien.

Onder het kopje Recent zie je een lijstje met wat je als laatste hebt gekopieerd. Tik op een item om het direct in het tekstveld te plakken. Let wel: deze lijst wordt na een tijdje automatisch geleegd. Gebruik je vaak dezelfde tekst? Dan kun je die vastpinnen, zodat hij bewaard blijft. Zowel Gboard als SwiftKey ondersteunen deze functie: houd het item ingedrukt en kies voor Vastpinnen.

Klembord sinds Android 13

Sinds Android 13 is het klembord flink verbeterd. De basis is nog steeds hetzelfde: je kopieert tekst of een afbeelding in de ene app en plakt die in een andere. Maar de manier waarop je het klembord gebruikt, is een stuk handiger en overzichtelijker geworden. Dat maakt het werken met meerdere fragmenten tegelijk een stuk efficiënter.

Een van de grootste vernieuwingen is dat je nu meerdere items kunt bewaren – zowel tekst als afbeeldingen. Alles wat je kopieert, verschijnt in een nieuw klembordpaneel. Je opent dat paneel via het meldingscentrum of door een tekstveld lang ingedrukt te houden. Daar kun je door je gekopieerde items bladeren, kiezen wat je wilt plakken, en dingen die je niet meer nodig hebt, direct verwijderen. Je kunt zelfs een tekstfragment nog aanpassen voordat je het plakt.

Het klembordpaneel dat in Android 13 zijn intrede heeft gemaakt.

Met de komst van Android 13 werden er ook meteen een aantal nieuwe privacyfuncties voor het klembord geïntroduceerd. In eerdere versies konden apps op de achtergrond soms ongemerkt meelezen wat je had gekopieerd – met alle risico’s van dien. Nu heb je als gebruiker veel meer controle. Zo is er een nieuwe toestemmingsvraag voor klembordtoegang én krijg je een melding als een app probeert mee te kijken. Een stuk veiliger dus.