ID.nl logo
Zo scheid je het IoT van je thuisnetwerk
© Reshift Digital
Huis

Zo scheid je het IoT van je thuisnetwerk

Het Internet of Things heeft op het gebied van veiligheid geen goede reputatie. Om dergelijke apparaten dan zomaar te mixen met je eigen computers en tablets, zorgt voor een groot risico. Een veilige aanpak is om je IoT- en domotica-apparaten te scheiden van de rest van het thuisnetwerk, iets wat je op verschillende manieren kunt doen. Zo kun je je eigen IoT beveiligen.

Het probleem met domotica en IoT is natuurlijk veiligheid. Alle fabrikanten zijn nu eerst zo druk bezig om toepassingen te vinden voor hun IoT-apparaten, dat ze niet nadenken over de veiligheid ervan. Een koelkast of wasmachine met Android, of zelfs een broodrooster aangesloten op internet. Deze apparaten vormen potentie enorme veiligheidsproblemen als ze verbonden worden met wifi. De grootste ddos-aanval tot nog toe was bijvoorbeeld niet mogelijk geweest zonder alle met het internet verbonden camera’s.

Waarom is het Internet of Things dan zo onveilig? Daar zijn verschillende redenen voor. Veel van die apparaten hebben geen automatische updates. Dat is op z’n zachtst gezegd niet zo’n goed idee voor een apparaat dat met internet verbonden is. Veel van die apparaten worden bovendien gebouwd door start-ups; door nieuwe bedrijven die veiligheid niet hoog op de prioriteitenlijst hebben staan. De standaardinstellingen zijn vaak onveilig en moeten handmatig veranderd worden, iets wat maar weinig gebruikers überhaupt weten, laat staan dat ze het doen. Sowieso is het niet eenvoudig om dat soort apparaten goed te beveiligen, dat kost veel extra moeite van de fabrikant. Bovendien komt het volgende product alweer snel uit, dus waarom zou de fabrikant de oudere versie dan nog van updates voorzien? In veel gevallen gebeurt dat dan ook niet.

Daarom laten we je in deze masterclass zien hoe je voor je domotica- en IoT-apparaten een gescheiden netwerk op kunt zetten. We beginnen eerst met een gastnetwerk, voor als je een enkele router hebt of veel draadloze apparaten. Daarna laten we zien hoe je een firewall kunt gebruiken, en hoe je een aparte router kunt gebruiken om je slimme apparaten mee te verbinden. Na die stap pakken we het helemaal professioneel aan met een apart vlan (oftewel virtual lan) voor je IoT-apparaten. Als laatste bekijken we nog een andere oplossing, namelijk speciale routers bedoeld voor het scannen van internetverkeer gericht op veiligheid van IoT.

01 Gastnetwerk opzetten

Een van de eenvoudigere stappen om je IoT-apparaten te beveiligen en te scheiden is door een gastnetwerk op te zetten. Op die manier splits je het internetverkeer. Dat heeft als voordeel dat je het gastnetwerk op softwareniveau kunt scheiden en beter kunt beheren. Via een gastnetwerk is het namelijk niet mogelijk om bij apparaten op het lokale netwerk te komen of bij andere wifi-apparaten. Bij sommige routers kun je zelfs limieten instellen op het gastnetwerk. Dat is handig, want zo voorkom je dat de IoT-apparaten opeens al je bandbreedte in beslag nemen. Let er bij het opzetten van een gastnetwerk op dat al je eigen apparaten verbinding maken met het normale wifi-netwerk. Stel alleen de ‘risico-apparaten’ zo in dat ze verbinding maken met het gastnetwerk. Als je dan toch verbinding wilt maken met een van je IoT-apparaten, dan hoef je alleen te wisselen van wifi-netwerk. Of je houdt een oude telefoon of tablet bij de hand die je wel permanent onderdeel maakt van het gastnetwerk.

Je schakelt het gastnetwerk in door in te loggen in je router, als die de functie ondersteunt. Zoek daarvoor even het gateway-adres van je router (zie kader ‘Inloggen in je router’). Eenmaal ingelogd, zoek je in je router tussen de opties voor het draadloze netwerk een optie als Gastnetwerk (guest network). Schakel die optie in. Zorg ervoor dat je een wachtwoord instelt op het gastnetwerk en het gastnetwerk beveiligt met wpa2-aes.

©PXimport

Inloggen in je router

Je logt als volgt in op je router: heb je een Netgear-router, dan typ je in de adresbalk simpelweg http://routerlogin.com. Log dan in met je gebruikersnaam en wachtwoord. Weet je die niet? Raadpleeg dan even de handleiding. Voor slimme Linksys-routers ga je naar http://myrouter.local. Voor TP-Link ga je naar http://192.168.1.1 in je browser en voor Asus typ je in http://router.asus.com. Voor een Synology-router kun je naar http://router.synology.com. Voor andere routers of modem-routers, moet je op zoek naar het gatewayadres. Dat vind je door rechts te klikken op de Startknop in Windows, kies voor Opdrachtprompt en typ ipconfig. Zoek naar de interface waarmee je verbonden bent. In de lijst zie je Default Gateway. Typ dat adres in de browser in.

02 AP Isolation & upnp

Handig is de optie AP Isolation bij een gastnetwerk. Met AP Isolation kunnen de apparaten op het gastnetwerk elkaar niet zien. Als op die manier dan een van je apparaten gehackt en besmet wordt met malware, kan dat zich moeilijker verspreiden naar de andere IoT-apparaten. Zet daarom bij het gastnetwerk de optie AP Isolation of Wireless isolation aan. Bij sommige routers kun je in het gastnetwerk upnp aan- of uitzetten. Met upnp zijn IoT-apparaten zelf in staat om poorten door te sturen, maar upnp is in veel routers niet heel veilig. Het beste laat je het uit staan en forward je zelf de poorten door in je router. Raadpleeg per apparaat de handleiding en bekijk welke poorten open moeten. In de router ga je dan naar Portforwarding of naar iets als Apps en games. Zorg er dan gelijk voor dat elk IoT-apparaat een statisch ip-adres heeft.

©PXimport

03 DD-WRT firewall

Een andere oplossing waar je voor kunt gaan is om een firewall te gebruiken op je router. Je stelt dan een aantal firewallregels in, waardoor je IoT-apparaten alleen maar met de buitenwereld mogen communiceren en niet met het lokale netwerk. Veel consumentenrouters hebben hiervoor niet heel uitgebreide mogelijkheden. Je bent doorgaans het beste af met een router voorzien van DD-WRT, dan is het mogelijk om iptables te gebruiken, waarmee je veel meer configuratiemogelijkheden hebt dan normaal. Voordat je hiermee aan de slag gaat, stel je een statisch ip-adres in voor al je IoT- en domotica-apparaten. Daarvoor ga je in DD-WRT naar Services / Services / Static Leases. Vervolgens vul je het mac-adres in van het apparaat, een hostnaam en het gewenste ip-adres. Bij Client Lease Time vul je niets in, zodat dat apparaat altijd dat ip-adres zal krijgen. Scrol naar onderen en sla de wijzigingen op.

©PXimport

04 DD-WRT ssh

Vervolgens is het nodig om ssh-toegang in te schakelen in je router. In DD-WRT ga je daarvoor naar Services / Services. Bij de sectie Secure Shell schakel je SSHd in. Je kunt er dan voor kiezen om wachtwoordautorisatie in te schakelen. Het alternatief is autorisatie met een publiek-privé-sleutelpaar. Zolang je de ssh-poort niet openzet voor de buitenwereld en als je zodra je klaar bent ssh niet vergeet uit te zetten, kan het wel even met wachtwoordautorisatie.

Download dan PuTTY voor Windows. Voer het gedownloade bestand uit. Bij Host Name voer je het ip-adres van je router in. Klik dan op Open. Typ dan bij Username de gebruikersnaam root en bij wachtwoord het wachtwoord dat je gebruikt om in de router in te loggen. Op sommige andere routers is het ook mogelijk om ssh-toegang te verkrijgen, bijvoorbeeld op de routers van Synology. Zolang de router iptables gebruikt, zit je goed.

©PXimport

05 DD-WRT firewallregels

In SSH, voer je dan het volgende commando in:

iptables -t filter -I FORWARD -s 192.168.1.xx -d 192.168.1.0/24 -j DROP

Vervang 192.168.1.xx door het correcte ip-adres van het apparaat dat je de toegang tot je lan wilt ontzeggen. We gaan ervan uit dat je router ip-adressen uitdeelt in 192.168.1.0 reeks. Is dat niet het geval, wijzig het commando hierboven dan, bijvoorbeeld naar 10.1.0.0/24. Om te controleren welke regels er op dit moment actief zijn in iptables, voer je het volgende commando uit: iptables -L

Als je een regel weer wilt verwijderen uit de firewall, doe je dat op basis van wat die doet. Stel je wilt de bovenstaande regel verwijderen, dan voer je het commando uit:

iptables -D FORWARD -s 192.168.1.xx -d 192.168.1.0/24 -j DROP

©PXimport

Alternatief: ouderlijk toezicht

Niet elke router heeft ssh-toegang of kan DD-WRT draaien. Als je dan toch zelf wát actie wilt ondernemen, zou je nog op z’n minst ouderlijk toezicht in kunnen schakelen. Routers met die functie hebben dan de optie om kwaadaardige en phishingwebsites te blokkeren. Als je die filters toepast op je IoT-apparaten, heb je in ieder geval één vorm van bescherming. Sommige apparaten kun je bovendien alleen lokaal gebruiken. Je kunt ze dan aan het netwerk hangen en via ouderlijk toezicht in de router alle verbindingen met de buitenwereld ontzeggen. Dan ben je ook veilig.

©PXimport

06 Twee extra routers

Een gastnetwerk is een goede oplossing, maar in de praktijk zit er een aantal haken en ogen aan. Het werkt sowieso alleen met wifi, niet voor bedrade apparaten. Ook hebben sommige routerfabrikanten het gastnetwerk niet (veilig) geïmplementeerd. Het probleem is soms dat je het gastnetwerk niet kunt versleutelen met wpa2-aes, maar dat je een open netwerk opzet en dan eenmaal in een portal een wachtwoord in moet voeren om verbinding te maken. Dat is onveilig, want dan kan iedereen met het verkeer van je netwerk meekijken.

Een veiligere oplossing is om één of twee extra routers te gebruiken. De eerste situatie is dat we ervan uitgaan dat je een modem-router (in één apparaat) hebt van je provider plus nog twee extra routers. Dan kun je het beste je netwerk scheiden. Wat je dan doet, is dat je je twee routers aansluit op je modem-router van je provider. Normaal zouden we je dan aanraden om de DMZ-modus in te schakelen, maar die kan het verkeer maar naar één host doorsturen. In plaats daarvan schakel je in beide routers de firewall uit. Zolang de modem-router dan een actieve firewall heeft, is er niets aan de hand. Anders is het namelijk nodig om elke poort twee keer door te sturen. Vervolgens hang je al je IoT-apparaten aan de ene router en je eigen netwerkapparaten aan de andere. Op die manier heb je een gescheiden netwerk, waarbij de IoT-apparaten niet bij je lokale apparaten kunnen.

07 Een extra router

Als je twee routers hebt of een router en een modem-router, dan kun je een vergelijkbaar resultaat behalen door de routers op elkaar aan te sluiten. De wan-poort van de achterste router (doorgaans je eigen router) sluit je aan op een lan-poort van de voorste router (vaak de router van je internetprovider). Belangrijk is dan dat de twee hun eigen dhcp-servers en adresruimte hebben. Dat betekent dat de ene router bijvoorbeeld ip-adressen uitdeelt in de ruimte 192.168.1.1 tot en met 192.168.1.128 en de andere in 192.168.2.2 tot en met 192.168.2.128. Die twee adresruimtes mogen niet gelijk zijn. Daarvoor log je in op een van de routers en zoek je naar DHCP. Daar vind je welke ip-adressen de router uitdeelt. Je kunt bijvoorbeeld de x in 192.168.x.0 wijzigingen naar een willekeurig getal in beide routers.

Als je dat eenmaal ingesteld hebt, is het belangrijk dat je de IoT-apparaten op de ‘voorste’ router aansluit. Apparaten aangesloten op de voorste router kunnen niet bij de apparaten op de router erachter, omdat die router de adressen niet gaat zoeken in die tweede router maar bij zichzelf, en die niet kan herleiden. De apparaten aangesloten op de tweede of achterste router kunnen wel bij de apparaten in de eerste router, maar alleen als je dan het ip-adres uit je hoofd weet. De achterste router is dus beschermd tegen de IoT-apparaten vooraan en geschikt voor je eigen apparaten. Je kunt dan op elke router de wifi-netwerken opzetten zoals je zelf wilt.

08 Vlan

Als je het echt professioneel aan wilt pakken, dan wordt het tijd om te kijken naar vlan’s. Een vlan, virtual lan, is een netwerk dat opgedeeld is in segmenten. Bij sommige routers kun je elke poort scheiden van de rest. Dat heet ‘vlan tagging’. Je geeft dan een poort een bepaalde kleur, oftewel je tagt deze. Apparaten aangesloten op de ene kleur kunnen niet communiceren met de apparaten in de andere kleur. De eenvoudigste manier om een vlan op te zetten als je router het niet ondersteunt, is met een managed switch. Die heb je al voor een paar tientjes. Let op dat je dan echt een managed switch koopt, anders kun je geen vlan aanmaken. Ons IoT-netwerk ziet er als volgt uit: aan je modem koppel je je switch. Aan je switch hang je vervolgens bijvoorbeeld twee routers: een voor IoT en een voor je eigen, veilige apparaten.

©PXimport

09 Switch-configuratie

Heb je bijvoorbeeld een managed Netgear-switch, zoek dan het ip-adres van de switch in de router door te kijken bij aangesloten apparaten. Voer dat adres in je browser in en log in op de webinterface van de switch. Sommige goedkopere managed switches hebben overigens geen webinterface, maar beheer je via een programma in Windows. Daarna ga je naar het tabblad VLAN / Advanced. Standaard is elke poort lid van VLAN 1. Maak een nieuwe vlan door een VLAN ID in te vullen. Kies daarvoor een willekeurig getal en een VLAN Name, bijvoorbeeld IoT-netwerk. Klik op Add. Doe dat nog een keer voor je eigen netwerk. Ga nu naar de optie VLAN Membership. Kies hier je net aangemaakte VLAN ID. Je ziet nu bij de poorten U of T. U betekent ‘untagged’, t betekent ‘tagged’. Kies dan een poort die je wilt gebruiken voor je IoT-netwerk en klik op Apply. Doe dat daarna nog een keer voor je eigen netwerk. Je kunt nu de interface verlaten.

Nu pak je je twee routers erbij en sluit je die aan op de poorten die je net hebt gekozen. Het verkeer tussen beide is nu compleet gescheiden. Je kunt de routers daarna zoals normaal opzetten als twee losse netwerken.

Router kiezen

Als je op zoek bent naar een router en al veel slimme apparaten in huis hebt, denk dan aan de volgende aspecten. Belangrijk bij een router die goed is voor IoT, zijn de configuratiemogelijkheden. Je wilt veel opties en mogelijkheden om je netwerk te kunnen configureren en te beveiligen. Dan zit je wel al snel in het wat hogere en duurdere segment van de routermarkt. Een belangrijk ander punt kan zijn om te controleren op ondersteuning voor DD-WRT of OpenWRT. Je vindt een lijst met DD-WRT-ondersteuning hier terwijl je hier kunt kijken voor OpenWRT-ondersteuning. DD-WRT kan in veel gevallen vlan’s aanmaken, indien je router een Broadcom-chip bevat. Dan heb je geen extra hardware meer nodig daarvoor en sla je twee vliegen in een klap. Een lijst met routers die in ieder geval vlan ondersteunen vind je hier.

Extra veiligheidsmaatregelen

Zorg ervoor dat elke router in je netwerk goed is beschermd. Controleer regelmatig op updates en blijf op de hoogte van beveiligingsnieuws van de fabrikant. Verander het wachtwoord van de beheerdersinterface van je router. Ook stel je je router zo in dat je alleen toegang kunt krijgen tot de beheerdersinterface als je verbonden bent met een kabel in plaats van via wifi, en dat deze niet extern toegankelijk is. Verder is een belangrijke wijziging om wps uit te zetten, want dat is toch alleen maar een beveiligingslek, en schakel ook upnp uit, want dat is in veel routers een (alhoewel handige) onveilige functie. Je kunt verschillende veiligheidstests uitvoeren met Shields UP!, dat je vind hier. Zo kun je bijvoorbeeld controleren of er poorten open staan.

Extra veilige routers

Het nadeel van alle tot nu toe besproken oplossingen is dat je inlevert op gebruiksvriendelijkheid. Voor een gastnetwerk, aparte routers, firewallregels of voor vlan’s is het nodig om steeds op z’n minst één cross-netwerkapparaat te hebben zodat je toch nog bij je IoT-apparaten kunt. Je kunt het ook anders aanpakken, in de vorm van een extra apparaat dat al je andere apparaten in het netwerk gaat scannen of dat een apart, beveiligd netwerk opzet. Veel beveiligingsbedrijven erkennen de dreiging van IoT en komen daarom met eigen oplossingen. We beschrijven een paar extra veilige producten.

10 BitDefender BOX

Een van de eerste apparaten daarvan is de BitDefender BOX. Deze router is specifiek gericht op IoT-veiligheid. Fijn is dat je meteen licenties krijgt voor internetsecurity om je Windows-, Android- en macOS-apparaten lokaal mee te beveiligen. De BOX sluit je aan op je bestaande router of zet je apart op als beveiligd netwerk. Sommige routers kunnen automatisch geconfigureerd worden, maar niet alle. Eenmaal opgezet, kun je de BOX beheren via een app. Wat betreft veiligheidsfuncties worden kwaadaardige websites automatisch geblokkeerd in de router. Bovendien scant de router het netwerk op kwetsbaarheden en zal het je daarvan automatisch op de hoogte stellen. De BOX is nog niet beschikbaar in Europa.

©PXimport

11 F-Secure Sense

Een andere oplossing biedt F-Secure met Sense. Deze oplossing komt in de zomer dit jaar beschikbaar in Europa. Sense scant net als de BOX zowel binnenkomend als uitgaand verkeer en analyseert het, bedreigingen worden geblokkeerd op basis van de reputatie en het gedrag. Handig is dat Sense meteen een extraatje biedt: het blokkeert namelijk ook trackers op het internet en beidt daardoor meer privacy. De noodzaak voor standaard beveiligingssoftware wordt kleiner: Sense blokkeert al malware, virussen, spyware, adware en phishing op alle apparaten in huis. Je kunt Sense aansluiten op een bestaande router of los gebruiken.

©PXimport

12 Norton Core

Op de CES 2017 kondigde ook Symantec de securityroutermarkt te gaan betreden, met de Norton Core-router. Deze router heeft een opvallend ontwerp. Norton Core biedt bescherming tegen alle typen malware, maar ook tegen netwerkaanvallen en het biedt een veiligheidsscore voor je netwerk. Net als de Sense van F-Secure komt de Core in de zomer beschikbaar, maar voorlopig alleen nog in de Verenigde Staten.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Tweede ronde voor toptech: ontdek onze nieuwe Vinted-pagina
Huis

Tweede ronde voor toptech: ontdek onze nieuwe Vinted-pagina

Op ID.nl en op het TikTok-kanaal Power Unlimited Tech zie je geregeld tests van de nieuwste gadgets en apparaten. Daarnaast worden op Review.nl (dat ook bij ons moederbedrijf hoort) allerlei producten getest door gewone consumenten. Alles wat na afloop terugkomt, krijgt een tweede kans bij ons. Correctie: bij júllie. Want de Pu Tech Tweedehands-Vintedstore is nú geopend!

View post on TikTok

🧪Wat Review.nl precies doet

Review.nl is ons platform waar consumenten nieuwe producten testen. Want die kijken toch anders naar producten dan professionele reviewers. Hoe iets bevalt in de praktijk, in het dagelijks leven, ook bij langer gebruik: dat is wat veel mensen willen weten voordat ze zelf naar de (web)winkel lopen.

Vaak willen deze consumentenreviewers het product dat ze getest hebben overnemen, omdat ze eigenlijk niet meer zonder kunnen. Maar soms komen er ook spullen terug, bijvoorbeeld omdat testers al iets vergelijkbaars hebben. Die producten zijn vaak maar een paar weken gebruikt. Zo goed als nieuw dus – en daarom verdienen ze een tweede leven.

🎯Tweede ronde op Vinted

De beste exemplaren bieden we nu aan via onze nieuwe Vinted-pagina. Daar vind je tweedekans elektronica die er nog prima uitziet, maar niet meer als nieuw verkocht wordt. Denk aan smartwatches, koptelefoons, muizen en toetsenborden. Het aanbod wordt regelmatig aangevuld, dus het loont om af en toe even te kijken.

Toptechtweedehands!

Check de Pu Tech Tweedehands-Vintedstore
▼ Volgende artikel
❄️ Ook in december kun je lekker tuinieren: van snoeien tot een tweede leven voor je kerstboom
© ID.nl
Huis

❄️ Ook in december kun je lekker tuinieren: van snoeien tot een tweede leven voor je kerstboom

December is een drukke, bomvolle maand met al die feestdagen. Grote kans dus dat je niet direct denkt aan tuinieren. Toch is het wél belangrijk. Door nu een paar uurtjes te besteden aan blad harken, snoeien en kwetsbare planten beschermen tegen de vorst, kun je volgend voorjaar weer volop van je tuin genieten!

Dit artikel in het kort

  • Geef de tuin kleur (ook vooral in de winter)

  • Blad van het gazon halen en tussen de planten leggen

  • Planten tegen vorst beschermen

  • (Fruit)bomen snoeien

  • Kerst voorbij? Kerstboom de tuin in!

Lees ook: Van januari tot en met december tuinieren: tips voor het hele jaar buiten bezig

Geef de tuin kleur (ook vooral in de winter)

In veel tuinen oogt het nu wat flets en leeg, maar met een paar simpele ingrepen breng je meteen meer leven in het geheel. Een skimmia doet het bijvoorbeeld goed in dit seizoen. Deze groenblijver houdt van een plek met halfschaduw en geeft direct wat kleur aan de tuin. Je kunt ook kiezen voor een winterbloeiende sneeuwbal. Die plant je, net als andere bladverliezende struiken en bomen, gewoon in deze periode. Een wintergroene haag zorgt er ook voor dat je tuin levendiger blijft. Druk de aarde rondom nieuwe aanplant stevig aan. Dat voorkomt dat wortels loskomen door harde wind. En wacht met planten als de grond bevroren is.

Wil je in het voorjaar graag sneeuwklokjes, narcissen, krokussen of blauwe druifjes ziet opkomen, dan heb je nog even de tijd om die te planten: doe dit uiterlijk half december en vóór de vorst. Wil je juist nu nog vrolijke plantjes? Ga dan voor winterharde viooltjes. Die zijn verkrijgbaar in allerlei kleuren. Omdat ze tot het eind van het voorjaar doorbloeien, heb je daar de komende maanden veel plezier aan.

©Evgeniya - stock.adobe.com

Skimmia japonica 'Rubella' zorgt voor een toefje rood in je tuin.

Nu planten, in de lente kleur in je tuin

Bloembollen shop je ook

Blad van het gazon halen en tussen de planten leggen

De bomen worden nu echt kaal, en dat betekent dat je tuin waarschijnlijk vol ligt met blad. Tijd om weg te halen. Begin met je terras en eventuele paadjes; laat je het blad daar liggen, dan kan het glad worden. Haal ook het blad weg rond rots- en vetplanten: deze planten doen het namelijk beter in een droge omgeving en het blad zorgt ervoor dat de grond vochtig blijft. Gebruik tot slot een bladblazer of een hark om je gazon bladvrij te krijgen. Laat je het blad op het gras liggen, dan krijgt het geen zonlicht meer, waardoor je in het voorjaar daar lelijke of kale plekken krijgt.

Gooi de bladeren niet meteen op de composthoop of in de afvalbak, maar gebruik het om de grond tussen de planten ermee af te dekken: zo bescherm je je planten tegen vorst. Ook zorgen de verterende bladeren ervoor dat er meer voedingsstoffen in de grond komen. Win-win dus voor je planten!

Lees ook: Composteren kun je leren: de beginnersgids voor compost

Bladblazer kopen? Let dan hier op

Een bladblazer kies je op basis van het type aandrijving, de kracht en het gemak tijdens gebruik. Een elektrische blazer met snoer is geschikt voor kleine tuinen. Een accublazer geeft meer bewegingsvrijheid en werkt prettig voor middelgrote tuinen. Voor grote tuinen of zwaar werk, zoals nat blad, werkt een benzinemodel krachtiger. Let daarnaast op blaaskracht en luchtvolume, want dat bepaalt hoe effectief je bladeren wegblaast. Gewicht speelt ook mee: hoe lichter het model, hoe langer je er comfortabel mee kunt werken. Sommige blazers kunnen naast blazen ook zuigen en versnipperen. Verder is het goed om te kijken naar geluidsniveau en onderhoud, omdat benzinemodellen vaker geluid maken en meer verzorging vragen dan elektrische varianten.

Drie bekende merken bladblazers

Einhell

Einhell staat bekend om toegankelijke prijzen en praktische machines voor alledaags tuinonderhoud. Het merk richt zich op gebruikers die een degelijk gereedschap zoeken zonder hoge kosten. De apparaten zijn vaak licht, makkelijk in gebruik en geschikt voor gemiddelde tuinen. Een breed verkrijgbaar model is de Einhell GC-EL 3000 E, een elektrische bladblazer met genoeg vermogen voor standaard tuinklussen.

Black+Decker

Black+Decker heeft een lange geschiedenis in elektrisch gereedschap en tuinmachines. Het merk staat bekend om gebruiksvriendelijke, veelzijdige oplossingen voor huis en tuin. De focus ligt op comfort, eenvoudige bediening en brede beschikbaarheid. Een veelgekozen model is de Black+Decker BEBLV300SB-QS, een elektrisch model dat handig is voor kleinere tuinen en snelle opruimklussen.

Makita

Makita is een Japans merk dat bekendstaat om duurzame bouwkwaliteit, een groot accuplatform en machines die soepel en prettig werken. Vooral de accublazers zijn populair, omdat ze kracht combineren met wendbaarheid. Een veelgekozen model is de Makita DUB185Z, een lichte accublazer die ideaal is voor terrassen, oprijlanen en kleinere tuinen.

Planten tegen vorst beschermen

Wordt er vorst verwacht? Dat is hét moment om je planten te beschermen tegen de kou. Gebruik noppenfolie of vliesdoek en pak daarmee planten in bakken en potten goed in. Kuipplanten die je binnen hebt gezet om te overwinteren, geef je water als de aarde droog is. Haal ook twee keer per maand dor blad bij de kuipplanten weg. Is het weer zacht? Zet dan een raampje of deur open in de ruimte waar je de kuipplanten hebt gezet; zo krijgen ze wat frisse lucht.

Is het een lange periode droog buiten? Geef dan de planten in potten en bloembakken in de tuin ook water. En heb je een buitenkraan? Sluit die dan nu af, zodat je geen vorstschade krijgt.

©Olga Seyfutdinova

(Fruit)bomen snoeien

Tussen december en februari kun je de leilinde weer netjes in vorm te snoeien. In deze rustige wintermaanden reageert de boom het best op een snoeibeurt. Bij druif, berk en esdoorn ligt het anders. Die hebben een andere sapstroom en moet je daarom uiterlijk voor half december snoeien. Doe dat op een dag zonder vorst, zodat de snoeiwonden rustig kunnen sluiten.

Ook kleinfruit kun je nu aanpakken. Haal bij de braam de takken weg die dit jaar vruchten droegen, zodat jonge scheuten alle ruimte krijgen. De zomerframboos snoei je door de jonge scheuten te verwijderen. Bij de herfstframboos knip je de takken die vrucht gedragen hebben juist helemaal tot aan de grond af. Daarmee geef je de struiken een sterke start in het nieuwe seizoen.

Kerst voorbij? Kerstboom de tuin in!

Een kerstboom met kluit kun je eenvoudig een tweede leven geven in de tuin. Vooral kleinere exemplaren slaan goed aan. Fijnspar, Servische spar en fraserspar zijn soorten die herplanten doorgaans goed verdragen. Laat de boom eerst wennen aan koelere temperaturen door hem tijdelijk op een lichte, onverwarmde plek te zetten.

Daarna kan hij in een pot naar buiten, waar hij verder kan herstellen. Pas als de vorst uit de grond is, plant je hem in de volle grond. Kies een zonnige of halfschaduwrijke plek waar de boom de ruimte heeft om te groeien. Volgend jaar kun je hem dan weer binnenhalen als kerstboom. Of je laat hem buiten staan en versiert hem – zo breng je meteen wat kerststemming in de tuin.

©ID.nl