ID.nl logo
Veel voorkomende netwerktermen uitgelegd
© Reshift Digital
Huis

Veel voorkomende netwerktermen uitgelegd

In artikelen over thuisnetwerken en in de specificaties van netwerkapparatuur kom je al snel allerlei termen tegen. We hebben een aantal van de meest voorkomende termen voor je op een rij gezet en we leggen natuurlijk ook uit wat ze betekenen.

Protocollen

DHCP

Een apparaat dat je aansluit op je netwerk via een kabel of wifi krijgt automatisch een verbinding met het netwerk en internet. Je router bevat hiervoor een dhcp-server (Dynamic Host Configuration Protocol). Deze zorgt ervoor dat netwerkapparatuur die je aansluit op het netwerk automatisch een ip-adres en andere netwerkinstellingen krijgt toegewezen. Je kunt in de webinterface van je router instellen hoeveel ip-adressen de dhcp-server kan gebruiken.

©PXimport

DNS

Dns, dat staat voor Domain Name System, zorgt voor de vertaling tussen de urls die je in je browser tikt en de ip-adressen van de achterliggende webservers. Wanneer je in je browser een webadres intikt, dan zorgt dns ervoor dat het adres automatisch naar het juiste ip-adres wordt omgezet, zodat de site op het internet ‘vindbaar’ is. Dns-gegevens worden gecached, waardoor je een website bij bijvoorbeeld een migratie naar een andere server mogelijk tijdelijk niet kunt bereiken.

IGMP (multicast)

In de specificaties van een switch kun je de term igmp-snooping (Internet Group Management Protocol) tegenkomen. Dit is een techniek die ervoor zorgt dat multicast ip-verkeer, dat bijvoorbeeld gebruikt wordt bij ip-televisie, juist afgehandeld wordt. Ip-televisie hangt tegenwoordig steeds vaker in het ‘gewone’ netwerk en zo krijgt de ontvangers dus een ip-adres in dat netwerk. Aparte kabels zijn dan niet nodig.

Een switch met ondersteuning voor igmp-snooping zorgt ervoor dat de televisiestream alleen wordt doorgestuurd naar de poorten die daarom hebben gevraagd en niet naar andere poorten. Hiermee wordt overbodig netwerkverkeer voorkomen, maar ook verbindingsproblemen zoals haperend beeld. Ervaar je dus problemen met of bij het kijken van ip-televisie, dan is het raadzaam om te controleren of je switches ondersteuning hebben voor igmp-snooping.

NFS

Nfs of Network File System is een netwerkprotocol voor Linux waarmee bestanden binnen een netwerk gedeeld kunnen worden. Nfs zorgt in combinatie met op Linux gebaseerde apparaten, zoals bijvoorbeeld mediaspelers, voor betere prestaties dan bij het gebruik van smb. Je kunt beide netwerkprotocollen naast elkaar draaien op bijvoorbeeld een nas en dan per client bepalen wat het beste protocol is.

SMB (CIFS)

Smb staat voor Server Message Block en is een netwerkprotocol waarmee bestanden voornamelijk onder Windows gedeeld kunnen worden. Smb wordt vaak smb/cifs genoemd waarbij cifs staat voor een specifieke oude variant van smb die niet meer gebruikt wordt. Daarnaast kom je op sommige nas-apparaten ook de term samba tegen. Samba is een opensource-implementatie van smb.

Smb wordt vooral voor Windows gebruikt en je komt in de configuratieopties van nas-apparaten dan ook vaak de aanduiding Windows-bestandsservice tegen. Er zijn verschillende versies van smb waarbij de nieuwere versies als smb 2.0 (sinds Windows Vista) en smb 3.0 (sinds Windows 8) sneller werken. Bij sommige nas-apparaten kun je de variant van smb instellen; zorg dan wel dat de nieuwere varianten ook ondersteund worden.

©PXimport

TCP

Tcp staat voor Transmission Communication Protocol. Dit communicatieprotocol wordt gebruikt als een programma een verbinding wil opzetten met een ander programma en wil dat deze verbinding actief blijft. Elk pakket dat ontvangen wordt met tcp, wordt door de ontvangen computer bevestigd naar de afzender. Krijgt de afzender geen bevestiging, dan wordt het pakket opnieuw gestuurd, totdat er wel een bevestiging komt. Tcp verzamelt daarna alle pakketjes en maakt de gegevens weer heel/compleet, voordat het wordt overgedragen aan de applicatie die de data inleest.

Tcp blinkt uit in correcte, goed geordende data, ten koste van wat overhead, zoals het erkennen van elk ontvangen pakket. Dat is een must als je bijvoorbeeld over het internet surft. Je wil niet dat af en toe een woord of letter ontbreekt vanwege een verloren pakket en dus incomplete data.

UDP

Udp is een communicatieprotocol en staat voor User Datagram Protocol. In tegenstelling tot tcp onderhoudt udp geen actieve verbinding. Het is in feite een simpelere variant van tcp dat alleen poortnummers en foutcontrole biedt. Berichten worden onafhankelijk van elkaar verstuurd en er wordt dus geen actieve verbinding onderhouden.

Udp is handig voor toepassingen waarbij je snel wilt zijn met lage overhead. Nuttige toepassingen daarvoor zijn audio en video. Het is erg frustrerend als de audio- of videoverbinding traag is, waarbij het beeld steeds stilstaat en het even duurt voordat alles aankomt. Udp geeft je sneller beeld, ten koste van af en toe wat beschadiging of vervorming van beeld of geluid.

VPN

Vpn staat voor virtual private network en is een manier om netwerkverkeer tussen twee plaatsen te versleutelen. Je kunt vpn gebruiken om veilig gebruik te maken van internet, bijvoorbeeld op een openbaar netwerk. De beheerder van dat netwerk ziet dan alleen de vpn-tunnel, maar niet de informatie die daar overheen gaat. Veel nas-apparaten zijn voorzien van een vpn-server. Hierdoor kun je overal ter wereld surfen via je internetverbinding thuis. Dit kun je gebruiken voor meer privacy, maar ook om landrestricties te omzeilen en zo overal met een Nederlands ip-adres te surfen.

Routerfunctionaliteit

Bridge modus

Vaak krijg je van je internetprovider een(modem)router die weliswaar gebruikt moet worden, maar mogelijk niet alle gewenste functionaliteit biedt. Als je er dan een eigen router op aansluit, heb je te maken met een dubbele nat met alle nadelen van dien. Sommige (modem)routers hebben daarom een bridgemodus.

In bridgemodus worden beide netwerken van de routers aan elkaar gekoppeld en fungeert het apparaat van je internetprovider enkel als modem. Je eigen router krijgt hierdoor dus een extern ip-adres van de internetprovider toegewezen dat direct vanaf internet benaderbaar is. Niet alle (modem)routers bieden een bridgemodus, in dat geval biedt dmz mogelijk uitkomst.

DDNS

Met een ddns of Dynamic Domain Name System koppel je een url aan je ip-adres. Hierdoor kun je je ip-adres van je netwerkverbinding en − indien je dit hebt ingesteld − je apparatuur in je netwerk bereiken via een url.

Het bijzondere van een ddns zit hem in het woordje dynamic. Je internetverbinding heeft doorgaans een dynamisch ip-adres dat door je internetprovider veranderd kan worden. Door een ddns-dienst te koppelen met je nas (of router) wordt dit nieuwe ip-adres doorgegeven aan de ddns-dienst en blijven de ingestelde apparaten in je thuisnetwerk bereikbaar via de ingestelde url. Een ddns-mogelijkheid is zeker handig als je de nas wilt gebruiken als vpn-server. Sommige router- en nas-fabrikanten bieden een gratis ddns-dienst.

©PXimport

Dfs

In de configuratiepagina’s van een draadloze router of accesspoint kun je de term dfs tegenkomen, dat staat voor dynamic frequency selection. Dit zijn de hogere kanalen (boven kanaal 48) op de 5GHz-band waarvoor extra regels bestaan omdat de gebruikte frequenties ook door weer- en luchtvaartradars gebruikt worden en daardoor deze radars kunnen storen.

Wifi-apparatuur moet dergelijke radars voorrang geven, waardoor het gebruik van deze dfs-kanalen in de praktijk niet altijd even soepel werkt. Wordt een radar gedetecteerd, dan moet de router overschakelen naar een ander kanaal. Zeker als je in de buurt van een (lucht)haven woont, kunnen deze kanalen lastiger te gebruiken zijn.

DMZ

Dmz staat voor demilitarized zone en is een gedeelte van een netwerk dat direct voor de buitenwereld toegankelijk is. In een bedrijf is dat een compleet apart netwerk (extranet) waarin bijvoorbeeld webservers zijn opgenomen. Bij een thuisrouter betekent een dmz dat de router dan alle poorten voor een specifiek netwerkapparaat openzet. In de praktijk wordt dmz thuis doorgaans gebruikt om een eigen router in de dmz van de (modem-)router van een internetprovider te zetten als er geen bridge-modus ondersteund wordt. Hierdoor blokkeert de router van de internetprovider geen poorten naar de eigen router en kun de eigen router gebruiken om je netwerk te beheren.

©PXimport

NAT

Nat staat voor Network Adress Translation, en is een functie in de router die zorgt voor de vertaling in het ip-verkeer tussen het netwerk van je internetprovider en je eigen netwerk. Dat is nodig, want je internetprovider geeft je per internetaansluiting maar één ip-adres en met dat ene ip-adres kun je dus precies één apparaat met internet verbinden.

De router lost dat probleem op door als enige direct in verbinding te staan met je provider en daarmee dus dat ip-adres aan te nemen, en vervolgens zelf ip-adressen aan je eigen apparaten uit te delen. Het verkeer wordt vervolgens doorgezet naar het juiste apparaat.

Portforwarding

Met een poort wordt onderscheid gemaakt tussen de verschillende services die op een netwerkapparaat draaien. Zo wordt poort 20 gebruikt voor ftp, poort 80 voor http-verkeer en poort 443 voor https-verkeer. Poorten worden altijd gebruikt in combinatie met het ip-adres dat aan een apparaat is toegewezen. Omdat apparaten binnen je netwerk door het gebruik van nat niet direct vanaf buiten bereikbaar zijn, is je router voorzien van portforwarding. Hiermee wordt verkeer doorgestuurd naar de juiste poort van een apparaat binnen het netwerk.

Als je een poort door wilt sturen in de router naar een bepaald apparaat, dan kan de router onderscheid maken tussen de twee protocollen udp en tcp. Het is belangrijk dat je het juiste protocol kiest, want sommige applicaties maken alleen gebruik van een van de twee protocollen. Je gebruikt portforwarding als je een apparaat binnen je thuisnetwerk vanaf het internet wilt kunnen benaderen. Denk aan een stream van een ip-camera, een webserver of een nas.

QoS

Dankzij Quality of Service kan bepaald netwerkverkeer voorrang krijgen ten opzichte van ander netwerkverkeer. Zo worden bijvoorbeeld streams voor videobellen niet verstoord als een andere netwerkgebruiker iets gaat downloaden.

Subnet

Een subnet is feitelijk een reeks ip-adressen die bij elkaar horen en samen een netwerk vormen. Binnen je lokale netwerk zijn dat privé ip-adressen die niet op internet bestaan. Het eerste deel van elk ip-adres verwijst naar het bijbehorende netwerk, het tweede deel naar een bepaald apparaat ofwel host. Een subnetmasker geeft aan welk deel het netwerk beschrijft.

Vaak heeft je router het ip-adres 192.168.1.1 en je netwerkapparaten adressen tussen 192.168.1.2 en 192.168.1.254. In dat geval geeft het subnetmasker 255.255.255.0 aan welk deel van het ip-adres naar het netwerk verwijst. In dit geval precies de eerste drie getallen, die dus voor elk ip-adres in dat subnet hetzelfde zijn.

Je komt ook vaak de verkorte cidr-notatie tegen (Classless Inter-Domain Routing). Dit specifieke subnet kun je dan schrijven als 192.168.1.0/24.

©PXimport

UPnP

Upnp staat voor Universal Plug and Play en stelt netwerkapparaten in staat om met elkaar te communiceren. Een van de functies is automatische portforwarding, zodat je zelf niets hoeft in te stellen op bijvoorbeeld je spelcomputer om deze te gebruiken als server voor multiplayer-spellen.

Op zich handig, maar upnp brengt een groot beveiligingsrisico met zich mee omdat ieder apparaat zelf portforwarding kan instellen en hier geen authenticatie of toestemming voor nodig is. Ook apparaten die besmet zijn met bijvoorbeeld malware kunnen poorten openzetten. Daarnaast zitten er soms fouten in de upnp-implementatie in routers waardoor dit op afstand te misbruiken is. Het wordt daarom aangeraden om upnp op je router uit te schakelen.

©PXimport

Techniek

Link aggregation (lacp)

Sommige netwerkapparaten zoals een nas zijn voorzien van twee netwerkaansluitingen. Deze kun je combineren voor een hogere snelheid of een extra verbinding (failover) waarmee je voorkomt dat de nas onbereikbaar wordt als de primaire netwerkverbinding uitvalt. Het combineren van twee netwerkaansluitingen wordt link aggregation genoemd. Voor het combineren van twee aansluitingen tot één snellere aansluiting is ook een switch nodig die link aggregation ondersteunt. De nas is dan met een snellere verbinding met je netwerk verbonden waardoor meer clients tegelijkertijd sneller kunnen werken.

Het gebruiken van link aggregation in combinatie met clients zoals een pc zal in de praktijk vaak tot teleurstellingen leiden omdat veel protocollen niet over meerdere verbindingen verdeeld kunnen worden, waardoor bijvoorbeeld een kopieer-actie nog steeds beperkt is door de snelheid van één netwerkaansluiting. Voor hogere snelheden op clientapparaten moet worden overgestapt op een multigigabit-verbinding.

©PXimport

Mac-adres

Het mac-adres is een uniek adres dat toegekend is aan netwerkapparaten en gebruikt wordt om de apparaten uit elkaar te houden en het verkeer naar het juiste apparaat te sturen. Het mac-adres wordt ook wel het hardware-adres of fysieke adres genoemd.

Een mac-adres wordt door de fabrikant van een apparaat toegekend en zou uniek moeten zijn, toch komt het weleens voor dat meerdere apparaten hetzelfde adres hebben. Dat leidt tot problemen als meerdere van deze apparaten binnen hetzelfde netwerk gebruikt worden. Op sommige apparaten is het mogelijk om het mac-adres zelf (tijdelijk) te veranderen (mac-spoofing).

Mesh-netwerk

De laatste jaren zijn wifi-mesh-systemen in opkomst waarin een router gecombineerd wordt met draadloos aangesloten wifi-accesspoints die ook wel nodes worden genoemd. Mesh slaat op de eigenschap dat alle nodes in het systeem onderling verbinding kunnen maken. Een verbinding tussen nodes kan hierdoor potentieel via meerdere routes worden gelegd. In de basis geldt dat hoe meer nodes je plaatst, hoe beter het mesh-netwerk zal functioneren.

©PXimport

Multi-gigabit-ethernet

Gigabit-ethernet is al een decennium de standaard voor thuis én kantoor, maar langzamerhand begint er ook thuis behoefte aan meer snelheid te komen. Snelheden hoger dan gigabit noemen we ook wel multigigabit.

In de vorm van 10GBase-T is er al jarenlang een snellere standaard die gebruikmaakt van normale ethernetkabels, maar deze is prijzig en heeft een relatief hoog energieverbruik. Een 10gigabit-netwerk op basis van sfp+ in combinatie met glasvezelkabels is voor veel consumenten dan weer niet heel praktisch. Met 2.5GBase-T en 5GBase-T, ook wel aangeduid als 802.3bz, is er een oplossing die snelheden van 2,5 en 5 Gbit/s biedt. De benodigde chips zijn aanzienlijk goedkoper en energiezuiniger, en dit jaar lijkt de opmars van in ieder geval 2.5GBase-T op stoom te komen. Op steeds meer moederborden en nas-apparaten vind je een 2,5Gbit-netwerkaansluiting.

©PXimport

PoE

PoE staat voor power over ethernet en wordt gebruikt om netwerkapparaten via de netwerkkabels van voeding te voorzien. Via één netwerkkabel kun je dan bijvoorbeeld een accesspoint van zowel een netwerksignaal als spanning voorzien. Er zijn verschillende PoE-standaarden. Accesspoints hebben doorgaans genoeg aan het ‘normale’ PoE oftewel 802.3af. Let er wel op dat sommige krachtigere accesspoints PoE+ (oftewel 802.3at) vereisen, dat meer vermogen kan leveren. PoE-switches die enkel 803.af ondersteunen zijn goedkoper.

Soms krijg je bij een accesspoint een PoE-injector, deze kun je ook los kopen. Dit is een adapter die je tussen de switch en accesspoint aansluit, en de voeding verzorgt voor het bedraad aangesloten accesspoint. Let er overigens op dat een injector doorgaans gebruikmaakt van passieve PoE, waarbij de spanning altijd op de netwerkkabel staat. Hierdoor kunnen netwerkapparaten die hier niet mee om kunnen gaan, beschadigen. Heb je een switch die de PoE-standaarden 802.3af of 802.3at ondersteunt, dan kun je wel veilig alle apparaten aansluiten.

Roaming

In de praktijk heb je vaak meerdere accesspoints nodig voor een dekkend netwerk, en wil je dat een netwerkapparaat automatisch met het beste accesspoint verbinding maakt. Dit wordt roaming genoemd. In de praktijk blijven netwerkapparaten soms echter aan het verkeerde accesspoint plakken. Het is bij wifi zo dat de roaming beslissing uiteindelijk door de client wordt genomen.

Roamen tussen verschillende accesspoints werkt beter als de accesspoints zo identiek mogelijk zijn. Door gebruik te maken van een centraal beheerd wifi-systeem zoals gekoppelde bekabelde accesspoints of een wifi-mesh-systeem heb je hier extra zekerheid over. Daarnaast kunnen accesspointsystemen clients een handje helpen door roamingstandaarden als 802.11v/k/r te ondersteunen, waarmee clients soepeler schakelen tussen accesspoints. Wel moeten clients deze standaarden ook ondersteunen.

SFP(+)

Op steeds meer routers en switches vind je sfp-aansluitingen. Sfp staat voor small for-factor pluggable en is een aansluiting waar je sfp-modules of speciale dac-kabels op aansluit. Een sfp-aansluiting ondersteunt doorgaans snelheden tot 1 Gbit/s terwijl met sfp+ een snelheid van 10 Gbit/s ondersteund wordt.

Sfp wordt vaak gebruikt voor sfp(+)-glasvezelmodules om een router met sfp-aansluiting direct op de glasvezel van een internetprovider aan te sluiten. Glasvezel kan ook gebruikt worden voor het aanleggen van een 10Gbit-netwerk. Er zijn ook sfp-modules die sfp omzetten naar een normale ethernetaansluiting. Let op: niet elke sfp-module werkt gegarandeerd samen met iedere sfp-aansluiting.

Vlan

Vlan staat voor virtual lan en is precies dat: een virtueel netwerk binnen je netwerk, waarmee je apparaten van elkaar kunt scheiden. Een virtueel netwerk is feitelijk een afgezonderd netwerk – ofwel subnet – dat gewoon je bestaande kabels en switches gebruikt. Om gebruik te kunnen maken van vlans moeten zowel je routers als switches overweg kunnen met vlan. Wil je vlan gebruiken in combinatie met draadloze apparaten, dan moeten ook je accesspoints om kunnen gaan met vlan.

Als alternatief kun je met goedkopere accesspoints een tweede draadloos netwerk maken door ze op de juiste poort van een switch met vlan-ondersteuning aan te sluiten. Vlans worden uit elkaar gehouden door een unieke ‘tag’ of ‘vlan-id’, een waarde van 1 t/m 4094. Een switch bepaalt op basis van de vlan-id naar welke poorten het verkeer moet worden gestuurd.

©PXimport

WOL

Wol, dat staat voor Wake-On-Lan, is een netwerkstandaard waarmee een computer of netwerkapparaat op afstand via het netwerk is in te schakelen. Dit wordt gedaan met een speciaal commando dat ook wel een magic packet wordt genoemd. In de bios van een computer met ingebouwde netwerkadapter vind je doorgaans een instelling om wol in of uit te schakelen.

WPS

Wps (Wi-Fi Protected Setup) is een methode waarmee netwerkapparaten eenvoudig aan het draadloze netwerk zijn te koppelen middels een pincode of het indrukken van een knopje. Het voordeel hiervan is dat je het wpa2-wachtwoord niet hoeft in te geven.

Wps is echter onveilig en we raden aan wps indien mogelijk uit te schakelen op je router. Helaas is wps op sommige routers niet uit te schakelen of blijft het ondanks de optie het uit te schakelen stiekem toch actief.

▼ Volgende artikel
Review Comfy warmte van Beurer – Laat de winter maar komen!
© AK | ID.nl
Huis

Review Comfy warmte van Beurer – Laat de winter maar komen!

Nog niet zo heel lang geleden was een elektrische deken vooral iets voor omaatjes. Maar sinds de gasprijzen eind 2021 enorm opliepen, hebben we allemaal de warmtekussen en -dekens omarmd. Welk deel van je lichaam je ook wilt verwarmen: het aanbod is enorm. Tijd voor een uitgebreide test dus. Zaten we er warmpjes bij?

Het van oorsprong Duitse bedrijf Beurer richt zich vooral op producten die te maken hebben met beauty, medical en wellbeing. Dat loopt van haardrogers tot weegschalen en bloeddrukmeters. Maar van oorsprong – en we hebben het dan over 1919(!) – hield Beurer zich bezig met de productie van warmtekussens. Het is dan ook niet vreemd dat het bedrijf een aanzienlijk aantal warmteproducten in het assortiment heeft. Voor deze test probeerden we vier producten uit: een verzwaarde warmtemat (HK 145), een oplaadbaar warmtekussen (Heaty HK 77), een voetenwarmer met massagefunctie (FWM 45) en tot slot een elektrische bovendeken (HD 82 Stockholm). 

Voor gerichte warmte: HK 145 Cosy Weight Green Planet

We beginnen met de HK 145. Hoewel de HK 145 Cosy Weight door Beurer zelf als verwarmingskussen wordt aangeduid, zouden wij het toch eerder een warmtemat noemen. Dat komt door de langwerpige vorm (60x30 centimeter) en de geringe dikte (iets minder dan 9 centimeter). Heel geschikt dus om op specifieke delen van je lichaam te leggen – denk aan een stijve schouder of pijnlijke knieën. Ook als je bijvoorbeeld menstruatiekrampen hebt, kan de HK 145 helpen.

Bij het uit de doos halen viel meteen het gewicht van de mat op: ongeveer anderhalve kilo. Door de vulling van glaskralen is hij een stuk zwaarder dan traditionele warmtekussens. Wie wel eens onder een verzwaringsdeken heeft geslapen, weet hoe rustgevend dat werkt. Bovendien zorgen de kralen ervoor dat de warmte langer wordt afgegeven. Fijn is dat de mat gemaakt is van superzachte materiaal (100% gerecycled – de HK 145 maakt deel uit van de duurzame Green Planet-lijn).

©AK | ID.nl

De werking is heel simpel: stekker in het stopcontact en de gewenste stand kiezen. In totaal zijn er zes warmtestanden. Omdat wij enorme koukleumen zijn, vonden we de hoogste stand het lekkerst, maar dat is een persoonlijk iets. We hebben het kussen eerst uitgeprobeerd op onze de buik. Dat voelde door het verzwarende effect vooral heel ontspannend. Daarna was onze schouder aan de beurt (de combinatie een zekere leeftijd + 40 uur per week achter de laptop zitten is daar niet al te best voor). De warmte werkte snel en gericht: na een minuut of vijftien voelde de schouder duidelijk soepeler. Langer doorgaan was minder prettig, vooral door het gewicht en de harde rand van de mat, die in onze nek begon te drukken.

Eindoordeel:🔥🔥🔥🔥

Dat de HK 145 warmtemat niet in elke stand even comfortabel blijft aanvoelen, is eigenlijk het enige wat we aan te merken hebben. Ben je op zoek naar warmte voor heel je lichaam, dan is deze warmtemat niet het juiste product voor je. Heb je met enige regelmaat echt gerichte warmte nodig, dan is dit een aanrader.

Om mee te knuffelen: HK 77 Heaty warmtekussen

Zeg je cosy warmte, dan zeg je al snel: warmtekussen. Maar dan wel eentje die in je interieur past. Dat hebben ze bij Beurer goed begrepen: het HK 77 Heaty kussen is verkrijgbaar met een corduroy hoes (in crème, oudroze, blauwgroen) of een velvet hoes (in taupe, roze. blauw). De hoes is wasbaar.

Net als bij de andere producten in deze test wordt ook de Heaty (wij probeerden de velvetblauwe versie) geleverd met een handleiding met een duidelijke schematische tekening waarop alle onderdelen en functies staan uitgelegd. Het enige wat we in de handleiding niet helemaal duidelijk vonden, was of je de accu kunt opladen terwijl hij nog in het zakje van het binnenkussen zat, of dat je hem eerst moet verwijderen. Voor de veiligheid hebben wij hem eruit gehaald. Het opladen zelf wijst zich vanzelf. Drie witte ledjes op het bedieningspaneel (het bruine label aan de buitenzijde) geven de voortgang van het opladen aan. Is de accu helemaal opgeladen, dan regel je via de drukknop op het paneel de hoogte van de warmte. Als het kussen aan staat, zie je zowel de ingestelde temperatuur-indicator als de ledjes van het batterijniveau.

©AK | ID.nl

Om met die warmte te beginnen: we kunnen niet anders concluderen dan dat het ultiem comfort is, snuggelen met een warm kussen. Wij als koukleumen opteerden natuurlijk voor de hoogste stand, maar ook na terugschakelen naar een lagere stand gaf het kussen nog steeds behaaglijke warmte af.

Wel vonden we dat de accu redelijk snel leegliep.Na ongeveer een uur op de hoogste warmtestand waren al twee van de drie witte ledlampjes uit. Volgens Beurer heeft de accu een maximale gebruiksduur van vier uur, maar dat geldt alleen voor de laagste stand. Op de hoogste stand haal je dus waarschijnlijk nét het einde van een romantische kerstfilm niet.

Eindoordeel:🔥🔥🔥🔥

De accuduur is eigenlijk het enige minpunt dat we aan het HK 77 Heaty warmtekussen hebben kunnen ontdekken. En minpunt is misschien te sterk. Minderpunt is een betere benaming. Het is en blijft namelijk een heerlijk knuffelkussen!

Warmte en ontspanning voor je voeten: FWM 45 voetenwarmer

Wie vaak koude voeten heeft, heeft niets aan een warmtekussen. Speciaal voor die mensen is er de FWM 45: een voetenwarmer met een teddyvoering, die twee verschillende warmtestanden heeft én twee verschillende massagestanden. Je kunt zowel de warmte als de massage afzonderlijk of tegelijkertijd gebruiken. Variatie genoeg dus.

Op een thuiswerkdag waarop het buiten behoorlijk koud was hebben wij de voetenzak onder het bureau gezet. Stekker in het stopcontact, even laten opwarmen en voeten erin. Aanvankelijk hielden we daarbij onze sokken aan. Dat voelde oké, maar echt warm: nee. Met blote voeten ging dat wat beter, hoewel het van ons nog wel wat warmer had gemogen. Jammer is dat de warmte alleen van een verwarmingselement aan de onderkant komt en dat de bovenkant niet elastisch sluit, waardoor er een opening blijft waardoor koude lucht naar binnen glipt. Kleine tip: vouw de teddyvoering uit in plaats van die over de zak te laten hangen, zodat je onderbenen beter bedekt zijn. Doen, wat ons betreft.

©AK | ID.nl

Bijzonder aan deze voetenwarmer (geschikt voor voeten tot en met maat 47) is dat er een massagefunctie op zit. Je kunt daarbij kiezen uit twee standen: rustgevend en verkwikkend. De rustgevende modus (stand 1) doet precies wat hij belooft. Je voelt de trilling in je voeten en kuiten. Het is niet hinderlijk en vooral ontspannend. We kunnen ons voorstellen dat dit een prettige stand is bij het tv-kijken na een dag hard werken. Tv-kijken terwijl de verkwikkende modus (stand 2) aan staat, zouden we zelf niet zo snel doen. Het masseren gaat in deze stand namelijk een stuk harder (en maakt ook wat meer geluid). Voelt het vervelend? Nee, dat niet. Maar het voelt ook niet heel lekker – je bent je vooral heel de tijd bewust van het getril onder je voeten. Wij vonden het lastig om ons tijdens deze stand te focussen op ons werk.

Eindoordeel:🔥🔥🔥

Wat ons betreft had de FWM 45 voetenwarmer meer warmte mogen afgeven, en dan het liefst ook vanaf de bovenkant. Massagestand 1 (rustgevend) is een fijne bonus, maar stand 2 vonden we minder plezierig.

Om nooit meer onderuit te kruipen: HD 82 Stockholm warmtedeken

Reviewen is soms hard werken, maar soms is het een feestje. Het uitproberen van de HD 82 warmtedeken was zo'n feestje. Dankzij zijn afmetingen (130x180 centimeter) kun je er helemaal in wegkruipen. Op de handig verlichte bedieningseenheid kun je kiezen uit zes warmtestanden, waarbij koukleumen zoals wij ook bij een lagere stand dan de hoogste nog heerlijk warm blijven.

©AK | ID.nl

De deken is heel zacht (fleece) en ziet er luxueus uit. Geen deken die je na gebruik opbergt omdat hij lelijk staat in je interieur, maar echt een deken om standaard op de bank te hebben liggen. Een fijn idee daarbij is dat er een veiligheidssysteem is ingebouwd: bij een storing schakelt de deken automatisch uit. Ook wanneer hij drie uur heeft aangestaan, schakelt hij automatisch uit. Dat voorkomt dat je hem zelf vergeet uit te zetten. Scheelt weer op je energierekening! Niet veel, want een gemiddelde warmtedeken verbruikt ongeveer 100 watt per uur. Na drie uur is dat dus ongeveer 0,3 kWh. Bij een gemiddelde elektriciteitsprijs van 0,28 euro per kWh (niveau november 2025; bron: ANWB) kom je uit op net iets meer dan 9 cent. Dat is veel goedkoper dan drie uur de kachel aan… 

Eindoordeel:🔥🔥🔥🔥🔥

Wil je je gasrekening deze winter laag houden? Dan is de HD 82 Stockholm een must-have. We hebben aan deze warmtedeken geen enkel minpunt kunnen ontdekken. Heerlijk warm en supercomfortabel: het liefst zouden we er heel de winter onder willen bivakkeren.

ProductSoortAantal warmtestandenOplaadbaarAutomatische uitschakelingWasbaar
HK 145 Cosy Weight Green PlanetWarmtemat6NeeJa, na 90 minutenJa
HK 77 HeatyWarmtekussen3JaJa, na 90 minutenJa (kussenhoes)
FWM 45Voetenwarmer2 (+ 2 massagestanden)NeeNeeJa (teddy voetenzak)
Beurer HD 82 StockholmElektrische bovendeken6NeeJa, na 3 uurJa
▼ Volgende artikel
FRITZ! introduceert compacte wifi 7-stopcontactset voor sneller internet in huis
© FRITZ!
Huis

FRITZ! introduceert compacte wifi 7-stopcontactset voor sneller internet in huis

FRITZ! heeft de Mesh Set 1700 uitgebracht, een nieuwe wifi 7-oplossing die je gewoon in het stopcontact prikt. De compacte set bestaat uit kleine repeaters die samen één groot draadloos netwerk vormen, bedoeld om in elke hoek van het huis snel en stabiel internet te bieden.

De set draait om de vernieuwde FRITZ!Repeater 1200 AX, nu uitgerust met wifi 7 en goed voor snelheden tot 3.600 Mbit/s op de 2,4- en 5GHz-banden – een toename van ongeveer 600 Mbit/s ten opzichte van het vorige model. Dankzij multigigabit-wifi kunnen meer apparaten tegelijk verbonden zijn zonder dat de snelheid merkbaar daalt. De nieuwe wifi 7-functie Multi-Link Operation maakt het mogelijk om data gelijktijdig via beide frequentiebanden te versturen, wat de stabiliteit verder verbetert. Voor vaste apparaten is er bovendien een gigabitpoort aanwezig.

Omdat de repeaters direct in het stopcontact worden gestoken, nemen ze nauwelijks ruimte in en zijn ze eenvoudig te installeren. Gebruikers kunnen kiezen voor een set met twee of drie repeaters, afhankelijk van de grootte van de woning. De FRITZ!Mesh Set 1700 werkt het best samen met een FRITZ!Box, maar kan ook worden gekoppeld aan routers van andere merken. In dat geval fungeert de eerste repeater als centrale wifi-regelaar.

Goed om te weten: alle FRITZ!Box-routers en repeaters worden in Europa geproduceerd, krijgen vijf jaar garantie krijgen en ontvangen gratis beveiligings- en functie-updates.

Beschikbaarheid

De FRITZ!Mesh Set 1700 is per direct verkrijgbaar als set van twee of drie repeaters. De afzonderlijke repeater is ook los te koop onder de naam FRITZ!Repeater 1700.

Wat doet Multi-Link Operation?

Multi-Link Operation is een technologie specifiek binnen wifi 7 waarmee apparaten gelijktijdig gebruikmaken van meerdere frequentiebanden. Hierdoor kan data sneller en stabieler worden verzonden, vooral bij druk gebruik van het netwerk.