ID.nl logo
Maak je draadloze netwerk stabieler en sneller
© PXimport
Huis

Maak je draadloze netwerk stabieler en sneller

Het draadloos netwerk is een ongekend succes. Helaas is het niet zo stabiel als een bekabeld netwerk en zeker niet zo snel als routerfabrikanten ons beloven. Met een paar eenvoudige aanpassingen kun je echter veel verbeteren. Ook het onzichtbare wifi laat zich namelijk prima optimaliseren.

Tip 01: Access-point

Optimaliseren begint bij de bestaande infrastructuur. Als je weet wat die kan, kun je soms met een paar kleine aanpassingen al winst boeken. Start de browser en ga naar de configuratiepagina van je router door het IP-adres daarvan in de adresbalk te typen. Druk op Enter.

Log in met de gebruikersnaam en het wachtwoord. Meestal bevat een router ook een draadloos access-point, dat is de zender/ontvanger van het draadloos netwerk. Zoek daarom naar het onderdeel Draadloos of WLAN of Wi-Fi. Kijk bij de instellingen welke protocollen worden ondersteund.

In volgorde van oplopende snelheid zijn dat 802.11a, b, g, n of ac. Kijk ook of je router alleen de 2,4GHz-band ondersteunt of ook de 5GHz-band. En of het een zogeheten dualband-router is die gelijktijdig twee netwerken kan onderhouden, één in de 2,4GHz- en één in de 5GHz-band.

©PXimport

Tip 01 Weet je niet precies wat je router allemaal kan, log dan eens in op de webinterface en grasduin in de mogelijkheden.

Tip 02: Plaatsing

Voor het gebruik zijn de twee belangrijkste kenmerken van een draadloos netwerk de snelheid en de reikwijdte. Deze twee zijn met elkaar verbonden. Staat een apparaat dat het draadloos netwerk gebruikt verder van een access-point af, dan neemt de signaalsterkte af en dalen ook snelheid en stabiliteit van de verbinding. Apparaten die dus een goede verbinding nodig hebben, zet je liefst zo dicht mogelijk bij een access-point.

Muren en plafonds hinderen het draadloos signaal. Ze blokkeren het en absorberen het. Ook al staat een apparaat aan de andere kant van de muur waar het access-point staat, dan toch kan de kwaliteit van het signaal al tekort schieten. De muur verwijderen is geen optie, het access-point verplaatsen soms wel. Door de router te draaien of een paar centimeter te verschuiven, kun je al een flinke verbetering van het signaal bereiken.

Andere trucs zijn de router rechtop te zetten wanneer die ligt of juist andersom. Of wanneer de router over externe antennes beschikt, deze anders te richten.

©PXimport

Tip 02 Beschikt je router zoals deze ASUS RT-AC68U over echte antennes, dan kun je door deze anders te richten een flinke verhoging van de wifi-snelheid bereiken.

Tip 03: Bekabelen

Behalve dat de afstand tot een access-point de snelheid van wifi beïnvloedt, doet het aantal apparaten dat ook. Wifi is namelijk een gedeeld medium. Zodra er meer dan één apparaat het wifi-netwerk gebruikt, delen zij de beschikbare snelheid.

Dit is volledig anders dan bij een bekabeld netwerk waar elk apparaat de maximale (interne) netwerksnelheid heeft en dit ook niet verandert wanneer er apparaten bijkomen of afvallen. Door het aantal apparaten dat het draadloos netwerk gebruikt te verminderen, kun je extra snelheid boeken. Kijk rond in huis welke apparaten via wifi verbonden zijn, terwijl ze eigenlijk altijd op dezelfde plaats staan en ook over een vaste netwerkaansluiting beschikken. Denk hierbij aan een smart-tv, mediaspeler en een NAS.

Probeer zoveel mogelijk van die apparaten op het bekabelde netwerk aan te sluiten. Verbindt ze met een goede netwerkkabel met een van de LAN-poorten op de router of op een aparte switch. Schakel in het apparaat de draadloze netwerkverbinding ook echt uit zodat zeker is dat het apparaat alleen nog de netwerkkabel gebruikt. Moet hiervoor een netwerkkabel dwars door de kamer worden gelegd, ga dan bijvoorbeeld onderlangs door de kruipruimte of werk de kabel weg in een holle plint.

Een andere mogelijkheid is een Powerline-setje te gebruiken om het netwerksignaal via het stopcontact bij het apparaat te krijgen.

©PXimport

Tip 03 De 1000 megabit per seconde Full Duplex van een bekabeld netwerk is een snelheid die draadloos alleen in theorie haalbaar is.

Tip 04: Oude standaarden

Andere 'vervuilers' van wifi zijn apparaten die alleen een oude standaard ondersteunen. Zeker oudere type routers hebben het moeilijk wanneer zij meerdere standaarden naast elkaar uitvoeren, de zogeheten mixed modus. Beter is het zo'n router in modus 'N Only' of bij een nog ouder model in modus 'G Only' te zetten.

De eerste mogelijkheid is apparaten die alleen de oude standaard ondersteunen over te zetten naar een kabelverbinding. Voor niet-Windows-apparaten is dat vaak de enige mogelijkheid. Windows-pc's en notebooks profiteren van de mogelijkheid via een driver nieuwe hardware te ondersteunen. Pc's en notebooks kunnen middels een wifi-adapter in usb-formaat worden geüpdatet naar nieuwere wifi-standaarden. De pc of notebook wordt dan zelf sneller.

Minstens zo belangrijk is dat wanneer er geen apparaten meer zijn die nog 802.11g nodig hebben, deze standaard op de router uitgeschakeld kan worden. Hierdoor wordt de kwaliteit van het wifi-signaal beter en de snelheid van het netwerk wordt hoger.

©PXimport

Tip 04 Pc's en notebooks zijn relatief gemakkelijk te upgraden doordat er voor Windows vaak ruim drivers worden meegeleverd.

Tip 05: Een nieuwe router

Ondersteunen je apparaten wel nieuwere standaarden dan 802.11g, maar je router niet, dan is een nieuwe router onvermijdelijk. De 802.11g-standaard is te langzaam om bijvoorbeeld muziek en HD-films te streamen.

Sinds de introductie van 802.11g in 2003 zijn er belangrijke verbeteringen in de draadloze netwerktechniek doorgevoerd zowel voor snelheid, stabiliteit als beveiliging. De keuze voor dit moment is tussen 802.11n (de bewezen standaard) en 802.11ac (de nieuwe standaard). Belangrijk is dat de apparaten in het netwerk in elk geval een van deze standaarden ondersteunen.

De kans dat je computers en smartphones 802.11ac ondersteunen is bijna nul, die voor Apple-apparaten zoals iPad en iPhone zelfs helemaal nul. Toch kan het interessant zijn om een AC-router te nemen, immers: ze presteren goed, ondersteunen gelijktijdig de 2,4GHz- en de 5GHz-band en zijn voorbereid op de toekomst. Een goede opties zijn bijvoorbeeld de ASUS RT-AC68U of Sitecom X8 AC1750, twee AC-routers die goed uit verschillende tests kwamen.

Kies hoe dan ook voor een dualband-router die parallel de 2,4Ghz- en de 5GHz-band kan gebruiken.

©PXimport

Tip 05 Als een verouderde router de bottleneck is van het wifi-netwerk, dan is een nieuwe 802.11n- of 802.11ac-router de beste investering.

Tip 06: 80211n of 802.11ac?

802.11ac is de nieuwste wifi-standaard en de opvolger van 802.11n. 802.11ac moet natuurlijk sneller zijn dan zijn voorganger en doet dat door uitsluitend de 5GHz-band te gebruiken. 802.11n kan maar drie kanalen gebruiken in de 2,4GHz-band, 802.11ac heeft in de 5GHz-band tot 23 van die kanalen ter beschikking. Bovendien kan 802.11ac acht kanalen bundelen tot één datastroom, in 802.11n maar drie.

Is 802.11ac daarom automatisch altijd de beste keuze? Nee, zeker niet. De 5GHz-band is veel gevoeliger voor muren en plafonds dan de 2,4GHz-band, waardoor een 802.11ac-router in principe een minder goed bereik heeft dan een 802.11n-router. Tenzij de fabrikant investeert in zwaardere antennes of 'beamforming' toevoegt. Bij beamforming bepalen access-point en netwerkapparaat samen de beste verbindingskwaliteit. Deze functie is echter optioneel en zal door de complexiteit ervan in veel 802.11ac-access-points juist ontbreken.

Verder is de 802.11n-standaard van nu niet meer dezelfde 802.11n-standaard van de introductie. De eerste 802.11n-routers werkten enkel op de 2,4GHz-band en met maar één van de eerder genoemde kanalen per datastroom, de nieuwere 802.11n-routers zijn dualband en ondersteunen zowel de 2,4GHz als de 5GHz-band en tot drie datastromen. Doordat 802.11n eerder compatibel zal zijn met de apparaten in je netwerk en mogelijk een beter bereik heeft, kan het in bepaalde gevallen ook een goede keuze zijn.

Beveiliging

Beveiliging is geen direct onderdeel van optimalisatie. Toch is het te belangrijk om buiten beschouwing te laten. De beveiliging van het draadloos netwerk begint met het veranderen van het standaardwachtwoord van de router. Sommige routers behandelen dit tijdens de installatie als stap in de wizard, andere niet.

Log dan in op de webinterface van de router en kijk naar Instellingen / Wachtwoord router of Gebruikersbeheer / Admin-wachtwoord. Vaak is er geen ander beheerdersaccount mogelijk dan de 'admin', dus zet er een goed en moeilijk wachtwoord op. Belangrijk is ook dat je het beheer vanaf internet uitschakelt en liefst ook beheer via wifi. In router-termen is dat vaak Disable webaccess from WAN/WLAN of beperk de beheertoegang tot één specifiek IP-adres.

Kies tot slot bij de draadloze netwerken voor WPA2-Personal met AES-encryptie als beveiliging en typ ook daar een sterk wachtwoord als encryptiesleutel.

Tip 07: Signaal verlengen

Wil je het signaal van het draadloos netwerk verlengen tot een plek in huis of tuin waar nu geen goede ontvangst is, dan kun je kiezen voor een range-extender (ook wel wifi-genoemd). Zo'n extender pakt het signaal op en stuurt het weer door. Daarbij wordt het signaal weer versterkt, waardoor het verder komt dan het signaal van het basisstation.

©PXimport

Tip 07 Met een programma als InSSIDer kun je een goede plaats bepalen om een range-extender te plaatsen.

Een extender heeft om zijn werk goed te kunnen doen, zelf ook een behoorlijk goed signaal nodig. Plaats de extender daarom niet aan de rand van het netwerk waar het oorspronkelijke signaal al zwak is, maar zoek een plek in de richting van waar je het netwerk naartoe wil uitbreiden, maar waar het signaal nog voldoende krachtig is. Een programma zoals InSSIDer helpt daarbij. Download de pc-versie. Nog handiger is de versie voor tablet of smartphone uit een app-store te halen.

©PXimport

Tip 07 Om het bereik van het wifi-signaal te vergroten gebruik je een wifi-extender.

Start InSSIDer en selecteer het netwerk dat je wil observeren. Kies voor I am optimizing this network. Op het tabblad 2,4GHz of 5GHz zie je de netwerken en hun sterkte grafisch weergegeven. Hoe hoger een staaf in de diagram, hoe sterker het signaal. Ook kun je kijken op het tabblad Networks. Je ziet van elk netwerk de sterkte. Door nu met de tablet of smartphone rond te lopen in de richting van waar je de extender wil plaatsen, kun je de plek zoeken waar het signaal nog goed genoeg is voor de extender.

©PXimport

Tip 07 Het uitgerekte netwerk krijgt dezelfde beveiliging als het netwerk op het access-point.

Tip 08: Extender is trager

Elke range-extender is onderdeel van het draadloze netwerk dat het verlengt. Binnen een draadloos netwerk mag altijd maar één apparaat zenden. Wanneer een netwerkpakketje van de router naar een tablet wordt verstuurd die verbonden is via de extender, dan gaat dit langzamer dan wanneer de tablet direct met de router verbonden is.

Zolang de extender datapakketjes stuurt naar de tablet, moet de router namelijk wachten tot het zenden van de extender klaar is. Een wifi-extender is daardoor altijd de helft langzamer dan de snelheid van het netwerk dat het versterkt. Behalve wanneer de extender voor het zenden en ontvangen gescheiden banden gebruikt: bijvoorbeeld wanneer het met de 2,4GHz-band onderdeel is van het eigenlijke netwerk en via de 5GHz-band communiceert met de pc's en tablets. Dit heet 'cross-band' en nog maar weinig range-extenders bieden dit aan.

Een voorbeeld van een extender die dit wel ondersteunt, is de Netgear WN2500RP.

Tip 09: Extra access-point

Een goed alternatief voor een extender is een tweede access-point. Daar kun je een oude router voor gebruiken. Mogelijk heeft die een mogelijkheid om alleen als access-point te fungeren. Maar wat altijd werkt, is een router-routerkoppeling maken. Je verbindt dan een oude router met een netwerkkabel met een LAN-poort van de nieuwe router. Daarna configureer je op die oude router een nieuwe IP-reeks en een eigen draadloos netwerk.

Ga als volgt te werk, maar let op: het kan zijn dat menu-items in je router net wat anders heten. Het is soms even zoeken. Sluit de oude router aan op het stroomnet, maar nog niet op het netwerk. Schakel de router in en wacht tot deze volledig is opgestart. Sluit dan een pc aan op één van de LAN-poorten van de oude router. Start je browser en log in op de oude router. Ga naar de instellingen voor de Internetverbinding en kies daar voor Automatische configuratie (DHCP). Ga dan naar de instellingen voor het Lokale netwerk of LAN. Hier configureer je als IP-adres router een ander adres (!) dan je in je thuisnetwerk gebruikt.

Bijvoorbeeld, gebruikt je thuisnetwerk de reeks 192.168.0.1 tot en met 192.168.0.254, dan gebruik je hier bijvoorbeeld 192.168.1.1. Ook pas je de reeks aan die de oude router gebruikt voor zijn DHCP-server. Die moet dan in de reeks van 192.168.1.1 tot en met 192.168.1.254 liggen, bijvoorbeeld 192.168.1.100 tot en met 192.168.1.150.

©PXimport

Tip 09 Zet de internetverbinding naar DHCP en configureer voor het nieuwe netwerk een eigen reeks.

Tip 10: Aparte wifi-naam

We gaan verder vanaf de vorige tip: log uit van de webinterface van de oude router. Start de pc opnieuw op. Controleer of je internetverbinding hebt. Dat zou nu moeten werken. Log dan weer in met je browser op de webinterface van de oude router.

Ga naar de instellingen voor Beveiliging en schakel de firewall Uit. Hiermee zorg je ervoor dat de twee netwerken in je huis optimaal samen gebruikt kunnen worden. Ga dan naar het onderdeel Draadloos en configureer hier een tweede draadloos netwerk. Geef het een andere naam, vermeld in de naam bijvoorbeeld het protocol dat dit netwerk gebruikt, bijvoorbeeld ZolderG. Dankzij de naam weet je voortaan dat je op zolder het oudere netwerk gebruikt, trager maar wel met een goede verbinding. Configureer het draadloos netwerk verder precies zoals je gewend bent, met alle verdere beveiligingsmaatregelen.

Je kunt de MAC-filtering gebruiken om nieuwere apparaten die je niet met deze tragere oude router wil verbinden, uit te sluiten door hun MAC-adres niet op te nemen in de lijst met toegestane apparaten.

©PXimport

Tip 10 Configureer op de oude router aparte draadloze netwerken met een duidelijk herkenbare naam.

▼ Volgende artikel
11 ergernissen in Windows 11 en hoe je ze uit de weg ruimt
© MehmetDinler
Huis

11 ergernissen in Windows 11 en hoe je ze uit de weg ruimt

Wanneer je naar Windows 11 overstapt, zijn er ongetwijfeld zaken waaraan je moet wennen. Maar soms kunnen die dingen ronduit irritant zijn. Daarom bekijken we de grootste ergernissen van Windows 11 én de manieren om ze te verhelpen.

In dit artikel laten we zien hoe je de grootste ergernissen in Windows 11 aanpakt en het systeem naar je hand zet:

  • Schakel onnodige opstart-apps en achtergrondprocessen uit
  • Zet hinderlijke widgets, badges en meldingen uit
  • Beperk of verwijder OneDrive-synchronisatie en koppeling
  • Verwijder de Microsoft Edge-browser en andere bloatware
  • Zet de Game Bar en Game Mode uit als je geen gamer bent
  • Herstel het klassieke startmenu met Open-Shell
  • Beperk reclame en tracking via de privacy-instellingen
  • Maak Windows stiller en overzichtelijker met Niet storen
  • Ruim je systeem op door handmatig ongewenste vooraf geïnstalleerde apps te verwijderen

Lees ook: Geen fan van Windows Verkenner? Dit zijn je alternatieven

Wat voor de een ergernis is, kan voor de ander simpelweg een verrassende functie zijn. Alles draait om persoonlijke perceptie. We zijn in de fora van Windows 11-gebruikers gedoken om de pijnpunten te vinden. De belangrijkste klachten zijn: de dagelijkse prestatieproblemen die worden veroorzaakt door te veel achtergrondprocessen, Microsoft stuurt je voortdurend richting haar betaalde diensten en overdreven bemoeizucht bij meldingen, badges en reclame. In plaats van te klagen, zorgen wij voor een oplossing. 

Opstartvertraging

Onnodige opstartapps zijn altijd al een bron van ergernis geweest in Windows. Ze belasten de pc doordat ze waardevolle cpu-bronnen aanspreken en zorgen voor een opstartvertraging. Windows 11 bevat zelfs meer bloatware dan Windows 10. Bloatware is een term voor toepassingen die je niet nodig hebt en die het systeem afremmen. Deze toepassingen worden vaak voor de aankoop op nieuwe apparaten geïnstalleerd of ze sluipen op je pc via downloads waarin ze gebundeld zitten. Hoe meer programma’s je hebt, hoe meer achtergrondprocessen die het opstarten kunnen vertragen.

Je kunt ze te slim af zijn door ze te beëindigen in Taakbeheer. Klik met de rechtermuisknop op de taakbalk en kies voor Taakbeheer. Klik met de rechtermuisknop op alle processen die zijn gekoppeld aan ongebruikte applicaties en gebruik de opdracht Beëindigen. Daarna schakel je de onnodige opstartapps definitief uit. Druk op Windows-toets+I om de Instellingen te openen. Ga naar Apps / Opstarten en zet de apps uit waarvan je niet wilt dat ze samen met het systeem automatisch opstarten.

Wees terughoudend wat betreft toepassingen die automatisch opstarten.

Nieuwsfeeds uitschakelen

Widgets zijn een soort mini-apps. Ze tonen bijvoorbeeld de weersverwachting, een overzicht van je agenda-afspraken of de voetbalresultaten. Standaard toont Microsoft ook zijn nieuwsfeed van het MSN-netwerk, wat doorgaans geen toegevoegde waarde heeft. Oorspronkelijk waren widgets bedoeld om nieuwsfeeds en sociale media in het besturingssysteem te integreren.

Sommige gebruikers houden ervan, anderen haten de widgets hartgrondig, omdat er toch al van alle kanten steeds meer nieuws en sociale info op ons afkomen. Wie zit te wachten op de volgende vondst die meer van hetzelfde levert? Als je tot deze laatste groep behoort, dan kun je de functie uitschakelen. Ga naar Instellingen / Persoonlijke instellingen / Taakbalk / Taakbalkitems en schakel daar Widgets uit.

Gebruik je de widgets zelden of nooit, zet ze dan uit.

OneDrive beperken

Microsoft heeft er een handje van om je met zachte hand naar haar online opslagdienst OneDrive te dirigeren. Bij de eerste set-up krijg je de vraag om OneDrive te gebruiken en daarna maakt OneDrive automatisch en zonder waarschuwing verschillende back-upmappen op OneDrive aan. Dat lijkt op een assertieve dienstverlening, maar de waarheid is dat je als gebruiker op die manier sneller tegen de limiet van 5 gigabyte gratis OneDrive-opslagruimte aanbotst. Het is een marketingtactiek van Microsoft waardoor je gedwongen wordt om te upgraden. Hierdoor ga je sneller overwegen om een betaald abonnement te nemen. Met een Personal Microsoft 365-account krijg je 1 TB aan opslag en 6 TB met een Microsoft Family-abonnement.

Je kunt je overigens afvragen in hoeverre hier een loopje wordt genomen met je privacy. Online back-ups zijn handig, maar ben je ermee gediend dat je gegevens op de servers van Microsoft worden opgeslagen? Misschien wil je liever gebruikmaken van een andere online back-updienst? Nu wordt de indruk gewekt dat de concurrentie tweede keuze is. Ben je het niet eens met deze overijverige OneDrive-synchronisatie, dan klik je met rechts op het pictogram van OneDrive in het systeemvak. Vervolgens selecteer je het tandwieltje rechtsboven om de Instellingen van OneDrive te openen om naar het tabblad Synchroniseren en back-up maken te gaan. Dan klik je op Back-up beheren. Daar kun je aangeven om documenten, afbeeldingen of je bureaublad niet online te bewaren.

Bepaal zelf de mappen waarvan OneDrive een back-up moet maken.

OneDrive ontkoppelen

Wanneer je OneDrive niet vaak gebruikt, kun je deze dienst op je Windows-apparaat ontkoppelen en zelfs verwijderen. Door de koppeling met je Microsoft-account zijn de persoonlijke bestanden in OneDrive beschikbaar op elk apparaat waarop je bent ingelogd met hetzelfde Microsoft-account. Je bent dus niet meer aan een vaste werkplek gebonden. Door te ontkoppelen weet je zeker dat de lokale map niet meer kan synchroniseren met de online opslag.

Klik met rechts in het systeemvak op het pictogram van OneDrive (het wolkje). Kun je dit pictogram niet zien? Klik dan eerst op het PijltjeOmhoog van het systeemvak. Daarna open je het instellingenvenster van OneDrive en ga je naar het tabblad Account. Onder je account selecteer je Deze pc ontkoppelen / Account ontkoppelen. De gegevens die al in OneDrive staan, blijven hierdoor onaangeroerd en de speciale OneDrive-map op de computer verandert in een normale map. Je kunt er bestanden in plaatsen, verwijderen en verplaatsen, maar ze worden niet langer automatisch gesynchroniseerd in de cloud.

Ook al ontkoppel of verwijder je OneDrive, de virtuele map blijft staan in het navigatievenster van Windows Verkenner.

Weg met OneDrive en Edge

Ben je OneDrive echt helemaal beu? Weet dan dat je OneDrive zelfs kunt verwijderen. Het zal je Windows-pc niet beschadigen. Ga naar Instellingen / Apps en open het lijstje met Geïnstalleerde apps. Daar vind je Microsoft OneDrive. Klik op de drie puntjes achter de naam van deze app en selecteer Verwijderen net zoals je dat met elk ander programma zou doen. Het duurt een paar seconden voor de app is verwijderd. Ondertussen heeft Microsoft er ook voor gezorgd dat je op dezelfde manier de browser Edge kunt verwijderen. In het begin van Windows 11 was deze functie nog lichtgrijs gemarkeerd.

Dankzij de nieuwe antimonopoliewet kun je sinds maart 2024 ook de browser van Microsoft verwijderen.

Game Bar voor niet-gamers

De instellingen van Windows 11 bevatten een speciaal onderdeel bedoeld voor gaming. Wanneer je de toetscombinatie Windows-toets+G gebruikt, open je de Windows Game Bar. Daarmee kun je schermafdrukken en clips vastleggen van games die door Microsoft zijn geverifieerd. Eigenlijk is deze functie bedoeld voor het vastleggen van Xbox-games, maar je kunt hem ook gebruiken voor schermopnames van gewone programma’s.

Geen kwaad woord over de Windows Game Bar. Maar als je geen of zelden games speelt, heeft het geen zin om de Game Bar en Game Mode op de computer in te schakelen. Bovendien kan deze applicatie veel cpu en geheugen gebruiken. Om de Game Bar uit te schakelen, ga je weer naar het instellingenvenster van Windows. Daar kies je Gaming / Game Bar. Vervolgens schakel je bovenaan de optie uit bij Je controller mag Game Bar openen. Daarna ga je terug naar het venster Gaming en je kiest het tabblad Gamemodus om ook hier de optie Gamemodus uit te zetten.

Ben je geen gamer, schakel dan de Game Bar uit.

Badges in de kiem smoren

Windows 11 toont voortdurend meldingen op de taakbalk die je waarschuwen voor onder meer updates en nieuwe e-mail. Deze zogenaamde badges staan standaard ingeschakeld. Ze blijven eindeloos opduiken. Bankwebsites sturen je constant badges, maar ook browserextensies doen dat. Het wordt snel te veel van het goede. Nogal wat gebruikers ergeren zich hieraan, wat heel begrijpelijk is.

Je kunt de badges uitschakelen door met rechts op de taakbalk te klikken en dan te kiezen voor Taakbalkinstellingen. Scrol aan de rechterkant naar beneden en klik op Taakbalk. Vervolgens scrol je nog wat verder naar beneden tot je bij Gedrag van taakbalk bent. Hier kun je de optie uitschakelen bij Badges weergeven in taakbalk-apps. Dit is trouwens ook de plaats waar je de uitlijning van de taakbalk wijzigt. Standaard staan de pictogrammen gecentreerd op de taakbalk. Hier kun je aangeven dat die links moeten worden uitgelijnd. Hierdoor wordt het Startmenu aan de linkerkant weergegeven zoals vroeger.

In de taakbalk kun je de badges verbergen.

Terug naar bekend startmenu

Mis je het startmenu van Windows 10? Er is een interessante tweak waarbij je het Windows 11-startmenu vervangt door het type uit Windows 10. Download Open-Shell van de GitHub-website. De laatste versie op het moment van schrijven is OpenshellSetup 4.4.195. Je hebt de keuze tussen een zelfuitvoerbaar exe-bestand of een gecomprimeerd 7Z-bestand. Wij gaan voor het exe-bestand.

In de set-upwizard schakel je de opties Classic Explorer en Classic IE uit. De optie Create a start menu folder moet aangevinkt blijven. Zodra het installatieproces voltooid is, open je via Windows Zoeken de Open-Shell Menu Settings. Daarna kun je kiezen tussen de Classic Style, Classic with two columns of Windows 7 style.

Misschien wil je ook de knop naar het startmenu aanpassen zodat deze op die van Windows 10 lijkt. Hiervoor vink je de optie Replace start button aan. Vervolgens kies je een van de drie voorstellen uit, of je klikt op Pick Image. Zoek op het web naar een afbeelding van het Windows 10-startmenu en selecteer die. Wil je op je schreden terugkeren en Open-Shell verwijderen? Dat doe je via Instellingen / Apps / Geïnstalleerde apps. Selecteer Open-Shell en gebruik de optie Verwijderen.

Geef het startmenu zijn oude look terug.

Advertenties uitschakelen

Windows 11 genereert een unieke identifier, een zogenaamde reclame-ID, om je activiteiten te volgen. Hiervoor gebruikt Microsoft je zoekopdrachten, eerdere aankopen van Microsoft-producten en online activiteiten die gekoppeld zijn aan je Microsoft-account. Adverteerders kunnen die gebruiken om jou gerichte advertenties te sturen wanneer je apps gebruikt. Ben je gevoelig voor je privacy, dan zet je hier ook het mes in.

Open Instellingen en ga naar Privacy en beveiliging. Klik rechts op het onderdeel Algemeen. Zet de schakelaar uit bij Laat apps me persoonlijke advertenties zien door mijn reclame-id te gebruiken. Doe hetzelfde bij Websites hebben toegang tot mijn lijst met talen zodat er inhoud kan worden weergegeven die relevant is voor mijn locatie. Optioneel schakel je ook de optie daaronder uit: Start en zoekresultaten door Windows laten verbeteren door app-lanceringen bij te houden. Tot slot zet je ook de vierde optie uit: Suggesties voor inhoud in de app Instellingen weergeven.

Draag zorg voor je privacy en schakel reclamemeldingen uit.

Meldingen uitschakelen

In het Berichtencentrum komen ook systeemwaarschuwingen, ongelezen berichten, nieuwe artikelen van je favoriete websites en meer meldingen binnen. Deze kunnen nuttig zijn om je op de hoogte te houden van wat er gebeurt, maar het is best mogelijk dat de hoeveelheid meldingen en geluiden overweldigend is en op je zenuwen gaat werken. Daarom kun je meldingen uitschakelen om afleiding te minimaliseren. Open de Instellingen en klik op Systeem. Aan de rechterkant klik je op de pagina Meldingen. Hier kun je de schakelaar Meldingen uitschakelen omzetten. Wil je nog verder gaan, dan zet je de schakelaar Niet storen aan.

Zo, dat scheelt een hoop afleiding.

Snoeien in bloatware

Een nieuwe pc komt met een hoop bloatware en bij Windows 11 is dat niet anders. Het gaat om software waar je niet om hebt gevraagd. Bloatware neemt niet alleen geheugenruimte in beslag, hij verslechtert ook de prestaties van het systeem. Meestal gaat het om spelletjes, testversies van beveiligingssuites en virusscanners, cloudservices en zelfs fotoboeken.

Er zijn freewaretools die scannen naar bloatware, ook wel crapware genoemd, om die automatisch te verwijderen. Maar als je er niet goed in thuis bent, kun je hiermee meer kwaad dan goed doen. Sommige applicaties zijn immers noodzakelijk voor de goede werking van het systeem. De website Should I Remove It is gespecialiseerd in het vinden en verwijderen van bloatware. Hier vind je uitgebreide overzichten van bloatware bij alle belangrijke computermerken. Neem bijvoorbeeld Toshiba, die heeft meer dan dertig applicaties die als testversie worden geïnstalleerd. Snoei de bloatware dus handmatig. Dat doe je via Instellingen / Apps / Geïnstalleerde apps. Daar zie je alle programma’s die op de machine zijn geïnstalleerd. Blader door de lijst en controleer welke programma’s je kunt verwijderen.

Volgens de website Should I Remove It bevat een Toshiba de meeste bloatware.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Welke vaatwasprogramma’s en functies heeft je vaatwasser, en wanneer gebruik je ze?
Huis

Welke vaatwasprogramma’s en functies heeft je vaatwasser, en wanneer gebruik je ze?

Na een uitgebreid diner of gewoon een simpele doordeweekse maaltijd is het heerlijk dat je de afwas niet met de hand hoeft te doen. De vaatwasser regelt het wel. Maar met al die programma's en knopjes is het niet altijd duidelijk wat je nou precies wanneer moet gebruiken. Daarom zetten we de belangrijkste vaatwasprogramma's én functies voor je op een rij.

Dit artikel in het kort:

  • Dit zijn de vaatwasprogramma's die je het meest tegenkomt
  • De extra opties en programma's op je vaatwasser uitgelegd

Ook interessant om te lezen: Bespaar 30 procent energie met deze tips voor je vaatwasser!

De meest gebruikte vaatwasprogramma's

Vrijwel elke vaatwasser beschikt over een basisset van vijf tot zes programma's. Daarnaast zijn er vaak nog aanvullende functies die je met een druk op de knop kunt inschakelen. We beginnen bij de standaardprogramma’s die je op vrijwel elk apparaat zult vinden:

Standaardprogramma (55-65°C)

Ideaal voor licht vervuilde vaat zoals ontbijtborden, kopjes en bestek. Laat je er pannen met aangekoekte etensresten in meedraaien? Dan is dit programma meestal niet krachtig genoeg. Vaak is dit het hoofdprogramma, tenzij de machine een automatisch programma heeft.

Autoprogramma (50-70°C)

De slimme keuze voor normaal bevuilde vaat. De machine scant hoe vuil alles is en past daar automatisch de temperatuur, duur en waterhoeveelheid op aan. Hoe viezer de vaat, hoe intensiever het programma.

Ecoprogramma (rond 50°C)

Wil je energie en water besparen? Dan is het ecoprogramma de beste optie voor je dagelijkse afwas. Het resultaat is vergelijkbaar met het autoprogramma, al duurt het gemiddeld wel vier uur. Langzamer, maar zuiniger.

©Suzi Media

Het Ecoprogramma is het meest zuinige programma voor gewoon vieze vaat. Je bespaart er gemiddeld tot 30 procent stroom en 25 procent water mee (vergeleken met het standaardprogramma). Om wasbeurten te besparen, zet je de vaatwasmachine pas aan als-ie helemaal vol zit. Door consequent de vaatwasser pas te laten draaien als-ie vol zit, bespaar je gemiddeld 15 procent op je energieverbruik.

Kort programma (40-45°C)

Heb je vooral borden en glazen gebruikt die nauwelijks vuil zijn? Dan is dit programma handig. Het is snel klaar, maar droogt vaak minder goed en verbruikt relatief veel energie. Sommige vaatwassers hebben in plaats hiervan een 'kort'-knop met hetzelfde effect.

Intensief programma (70-75°C)

Voor vieze pannen, ovenschalen en andere sterk vervuilde vaat is dit de krachtigste optie. Het schoonmaakresultaat is uitstekend, maar het programma verbruikt ook meer stroom en water.

Glas- of delicaat programma

Glaswerk en gevoelige items vragen om een zachte aanpak. Dit programma gebruikt minder agressieve temperaturen en past de waterhardheid aan om glascorrosie te voorkomen. Het droogt ook wat langer voor een glanzend resultaat.

©Paolo

De meeste vaatwassers geven via een display of projectie aan hoelang het programma nog draait.

Extra functies en speciale programma's

Naast de standaardprogramma's hebben veel vaatwassers ook aanvullende functies die je naar behoefte kunt inschakelen:

Voorspoelen

Geen zin om eerst met de hand af te spoelen? Met deze functie wordt grof vuil verwijderd voordat je het hoofdprogramma start.

Multitablet-functie

Gebruik je all-in-one tabletten? Dan zorgt deze functie ervoor dat het programma daar optimaal op is afgestemd. Vaak wordt de programmaduur iets verlengd en krijg je een melding als het glansspoelmiddel bijna op is.

©Olga Yastremska, New Africa, Africa Studio

Uitgestelde start

Handig als je de machine pas ’s nachts wilt laten draaien of op een goedkoper stroommoment. Je kunt vaak instellen hoeveel uur later het programma moet starten.

Hygiëne- of antibacterieel programma

Bij dit programma draait de vaatwasser extra heet – vaak rond de 80°C – om bacteriën te doden. Sommige machines voegen ook een extra spoelbeurt toe voor optimale hygiëne.

Babyprogramma

Speciaal voor jonge gezinnen: dit programma reinigt flesjes, speentjes en babyservies extra grondig op hoge temperatuur.

Halve belading

Geen volle vaatwasser, maar toch dringend wat servies nodig? Kies dan voor halve belading. De machine maakt dan alleen een deel van de vaat schoon (bijvoorbeeld boven- of onderin), en is sneller klaar én zuiniger in verbruik.

Intensieve zone

Sommige vaatwassers hebben een speciale zone – vaak onderin – waar extra krachtige sproeiers actief zijn. Ideaal voor aangekoekte pannen of servies met hardnekkig vuil.

Nieuwe vaatwasser nodig?

Hier vind je de nieuwste modellen voor de beste prijzen!