ID.nl logo
Koopgids: Mesh-wifi of gewoon draadloos netwerk?
© PXimport
Huis

Koopgids: Mesh-wifi of gewoon draadloos netwerk?

Dat wifi-mesh-systemen voor velen een ideale oplossing zal zijn staat niet ter discussie, maar is het per definitie voor iedereen de beste oplossing? In dit artikel bespreken we een aantal alternatieven voor mesh-systemen die afhankelijk van jouw huis en jouw situatie zeker ook interessant kunnen zijn.

De opkomst van wifi-mesh-systemen is wellicht de meest interessante ontwikkeling op netwerkgebied van de laatste jaren. Toch zijn er nog genoeg argumenten om niet direct voor een kant-en-klaar mesh-systeem te gaan. Elke omgeving is tenslotte anders en de indeling van elk huis, de huidige hardware en de exacte wifi-problematiek verschilt soms ook sterk. Ons primaire argument blijft dat er nog altijd niets boven een kabel gaat. Het veelgehoorde argument dat een kabel trekken veel gedoe is, houdt geen stand voor de echt intensieve gebruiker die echt de garantie van prestaties en stabiliteit zoekt.

Toch komt ook in een volledig bekabeld huis menig wifi-mesh-systeem tot zijn recht; veel producten ondersteunen immers een bedrade backhaul, wat grote voordelen biedt boven alles volledig draadloos. Verder bestaan er ook nog andere alternatieven die we in dit artikel zullen bespreken.

We kunnen ons ook voorstellen dat de kosten van een compleet mesh-systeem een rol spelen, de prijs van een betaalbaar mesh-systeem met twee satellieten neigt al richting de tweehonderd euro. En wat doe je als je een goede router hebt staan en die je liever niet volledig aan de kant schuift?

©PXimport

Als je budget krap is, dan is een alternatieve – en inmiddels al best oude – oplossing voor een matig wifi-bereik een repeater (ook vaak range-extender genoemd). Afhankelijk van de specificaties kun je een repeater al kopen vanaf twee tientjes.

Een repeater en een mes-systeem lijken in de basis best veel op elkaar. Het pakt je bestaande wifi-netwerk op, op een plek in huis waar de verbinding nog goed is en breidt dat uit. Helaas zijn de prestaties van veel repeaters ronduit slecht … iets wat ook onze ervaring is met tientallen geteste repeaters door de jaren heen.

Waar de meeste mesh-oplossingen krachtige, moderne op elkaar afgestemde chips, goede ondersteunende componenten en uitgekiende software gebruiken wordt op de meeste repeaters tot aan de bodem bezuinigd. Vergelijk de ervaring zoals die tussen een high-end en een budgettelefoon: ze lijken in theorie op elkaar, maar de ervaring is totaal anders.

©PXimport

Tweede netwerk

Het gros van de repeaters zet een ander netwerk op. Elke vorm van ‘seamless roaming’ is veelal niet mogelijk, oftewel dat je zonder dat je merkt wordt overgezet van het netwerk van je router naar dat van je repeater. Daarbij komt dat sommige smartphones en tablets maar al te graag hun huidige netwerk ‘vasthouden’ en zelfs wanneer de verbinding matig is niet overschakelen naar de repeater. Het resultaat is een ongelukkige gebruiker.

Zelfs als je dat als handige gebruiker weet te verhelpen, blijft het probleem dat je per definitie vijftig procent van je capaciteit inlevert, als gevolg van de manier waarop repeaters werken. Luxere repeaters zoals de AVM Fritz!WLAN Repeater 1160 ondervangen dat door slim met de vrije 2,4- of 5GHz-band om te gaan, maar zo’n product komt qua prijs al in de buurt van de mesh-systemen (en de andere alternatieven in dit artikel).

Desondanks kan een repeater prima zijn, als je voor jouw huis enkel een oplossing zoekt om de wifi-prestaties in een klein deel van het huis te verbeteren. Bijvoorbeeld als een matige verbinding hebt in de schuur, bijkeuken of op het toilet. Plekken waar je niet zoveel snelheid nodig hebt (video streamen hoeft daar niet), maar waar een repeater het wifi-netwerk net voldoende boost kan geven om ook daar gewoon even iets op te kunnen zoeken met je browser. Dan valt er wat betreft prijs en installatiegemak weinig op een repeater af te dingen.

©PXimport

Als je reeds een degelijke router hebt, dan voelt de aanschaf van een kant-en-klaar mesh-systeem mogelijk als geldverspilling. En als je een prosumer-router hebt vanwege de veelal zeer uitgebreide functionaliteit, bijvoorbeeld voor de vpn-verbinding of uitgebreide vlan-functionaliteit, dan constateren we dat de gebruiksvriendelijkheid van wifi-mesh-systemen vaak ten koste gaat van dergelijke specifieke functies. Het uitbreiden vanaf je huidige router kan dus interessant zijn zowel vanwege je budget als mogelijkheden. Dat is dan ook iets waar een aantal bedrijven zich dan ook vol op richten. We bespreken twee voorbeelden van sterk verschillende implementaties, van ASUS en AVM.

©PXimport

AVM Fritz!Box

AVM is in Nederland vooral bekend van de Fritz!Box-routers die Xs4all-gebruikers bij hun abonnementen krijgen. Maar ook hun los verkochte routers worden structureel door ons getest (overwegend positief) wat betreft prestaties en functionaliteit. Niet vreemd dat het bedrijf daar verder op wil bouwen. Inmiddels heeft AVM ook mesh-producten.

Waar het gros van de concurrenten geheel nieuwe producten op de markt zetten, kiest de Duitse marktleider voor firmware-updates voor hun bestaande producten. Hierdoor hebben veel AVM-gebruikers in een klap een mesh-router in huis. Vervolgens toverde AVM het topmodel repeater/accesspoint, de Fritz!WLAN repeater 1750E, om tot mesh-satelliet.

AVM heeft dus geen breed assortiment satellieten, maar zeventig euro voor een losse mesh-satelliet is een scherpe prijs, zeker voor een merk dat normaliter niet om hun lage prijzen bekend staat.

In dezelfde testopstelling als bij de test van wifi-mesh-systemen houden de 1750E-satellieten goed stand. Concurrentie voor de betere AC2200 triband-satelliet is geen enkele dualband-product, maar als AC1750-product presteert de 1750E prima. En daarbij raken de extreem uitgebreide mogelijkheden van de Fritz!Box zelf niet verloren.

Rekenen we de kosten van een luxe Fritz!Box mee, dan vinden we het puur voor de mesh een pittig geprijsd pakket. Maar wanneer je al zo’n router hebt, is deze mesh-uitbreiding wel het aantrekkelijkste alternatief.

AVM Fritz!Box

Prijs
€ 79,- – € 249,- (router), € 70,- (satelliet)
Website
https://nl.avm.de8Score80

  • Pluspunten

  • Behoud van uitstekende routerfuncties

  • Betaalbare mesh-uitbreidingen

  • Prima gemeten prestaties

  • Minpunten

  • Qua prijs vooral interessant bij bestaande Fritz!Box

Uitbreiden wordt universeel

AVM en ASUS zijn zeker niet de enige die inzetten op het uitbreiden van je huidige netwerk, maar doen dat wel op de meest opvallende manier. Ze voegen mesh-functionaliteit toe aan vrijwel de hele productlijn en zijn de enige twee producten in dit artikel die wij in dezelfde opstelling hebben getest als een eerdere test van mesh-systemen. Ook D-Link en Netgear hebben mesh-extenders, maar de lijst met compatibele routers is daar vooralsnog een stuk kleiner. Evengoed loont het zeker om te controleren of er een mesh-update en -uitbreiding is voor jouw router.

©PXimport

ASUS AiMesh

Hoewel ASUS ook dit jaar weer met zijn Lyra-product meedoet in onze vergelijkende test van wifi-mesh-systemen, lijkt hun hart eigenlijk te liggen bij het concept AiMesh. Wat AiMesh uniek maakt, is dat je alle AiMesh-compatibele producten (momenteel enkele tientallen bestaande routers) naar eigen inzicht kunt opstellen als mesh-router of mesh-satelliet. Hierdoor kun je vrij mesh-combinaties maken, afhankelijk van je budget en wensen, met in theorie zeer krachtige routers als mesh-satellieten.

Ook hier is het voordeel dat je je bestaande router kunt behouden en daarmee de uitstekende routerfuncties van ASUS behoudt, bijvoorbeeld op gebied van vpn, extreme tweak-opties en meerdere gastnetwerken.

Wij gingen met AiMesh aan de slag met twee ASUS Blue Cave-routers. Deze router kost circa 200 euro en heeft uitstekende 5GHz-prestaties en een 4x4-antenneopstelling. De installatie stelt weinig voor: je update de firmware, stelt één exemplaar als AiMesh-router in en de ander als AiMesh-node. Voor de echte leek is gewone mesh eenvoudiger, maar met minimale kennis kom je er eenvoudig doorheen.

Goed, maar kan beter

De Blue Cave-router is als router beter dan de routers van de gewone wifi-mesh-systemen. In de praktijk valt op dat deze AiMesh-opstelling onze basiseis van ‘gewoon overal goed wifi’ zeker kan waarmaken, voor het gevoel werkt het overal goed. Duiken we echter wat dieper in de prestaties, zeker met de kosten in ons achterhoofd, dan valt daar nog wel iets op af te dingen. Zo is een Blue Cave-router een dualband-apparaat met een capaciteit die niet kan tippen aan een (goedkoper) AC2200-mesh-systeem. In theorie zouden twee van deze routers dankzij MU-MIMO zeer slim onderling kunnen communiceren, bijvoorbeeld door twee van de vier aanwezige 5GHz-streams als backhaul in te zetten en de twee overgebleven 5GHz-streams te gebruiken om met de client te communiceren. In de praktijk is daar geen sprake van.

Het AiMesh-systeem werkt absoluut, maar we denken dat er veel meer in zou moeten zitten. Op de manier waarop het nu werkt, functioneert een van de routers vooral als een iets slimmere repeater met spierballen, met vooral de basale mesh-voordelen zoals een gedeeld ssid en betere roaming als pluspunten. We houden een slag om de arm totdat we zelf een triband-AiMesh-combinatie in de praktijk zien en testen.

Vooralsnog is ook AiMesh vooral interessant als je reeds geïnvesteerd hebt in een stevige ASUS-router. Heb je nog geen bestaande AiMesh-apparaten, dan zijn er aantrekkelijkere AC2200-mesh-systemen.

©PXimport

ASUS AiMesh

Prijs
€ 99,- – € 349,- per router/node
Website
www.asus.com8Score80

  • Pluspunten

  • Behoud van uitstekende routerfuncties

  • Uitstekende routerprestaties

  • In potentie een extreem krachtige mesh-oplossing

  • Minpunten

  • Er zit meer in AiMesh dan in de praktijk gehaald wordt

  • Qua prijs enkel interessant bij bestaande ASUS-router

Powerline

Powerline-technieken zijn meegegroeid met onze draadloze netwerken, en het heeft enkele jaren geduurd voordat we echt degelijke implementaties zagen. Mocht je ooit met powerline hebben geëxperimenteerd en de techniek hebben afgeschreven vanwege een gebrek aan stabiliteit en prestaties, dan kunnen we verklappen dat daar grote stappen in zijn gemaakt.

Powerline-systemen gebruiken de elektrische bedrading in je huis. Niet echt draadloos dus, maar de meeste woningen bevatten meer dan genoeg elektrakabel in de muur. Het idee is eenvoudig: elektriciteit werkt op louter op de 50Hz-frequentie over die bedrading (althans in Nederland en België) en het is prima mogelijk om signalen op andere frequenties over diezelfde bedrading te sturen voor andere zaken. In dit geval: jouw data.

©PXimport

Powerline met wifi

De powerline-adapters met wifi zijn een bekende uitbreiding op het bestaande netwerk, waarbij je begint op een met ethernet bekabeld stukje van je huis en met powerline een brug slaat naar een plek waar de wifi matig is … waar vervolgens een draadloos netwerk wordt uitgezonden. Feitelijk een accesspoint zonder ethernetkabels. Sommige kits bieden zelfs twee wifi-punten of geïntegreerde (slimme) contactdozen. Qua kosten duurder dan een simpele repeater, maar in een huis waar powerline werkt zijn de prestaties normaal gesproken veel beter. Het doortrekken van de ethernetkabel blijft echter altijd het beste.

©PXimport

Prestaties schommelen

Het is belangrijk dat je beseft dat de prestaties van powerline-producten, ongeacht merk of type, sterk situatieafhankelijk zijn. Bij wifi kunnen de prestaties per huis ook wel wat schommelen, maar bij powerline kan een product in huis A uitstekend werken, terwijl het in huis B ronduit slecht of zelfs helemaal niet werkt. Dat geldt zelfs voor een product dat in een test uitstekende prestaties neerzet. Dat maakt het nagenoeg onmogelijk om powerline-producten daadwerkelijk hard aan te bevelen. Je moet het namelijk altijd zelf uitproberen. Koop je product daarom bij een winkel met een goed retourbeleid! Powerline-producten of mesh-producten die door powerline ondersteund worden zijn in potentie topoplossingen wanneer het trekken van ethernetkabels niet mogelijk is, maar in sommige huizen zal het simpelweg niet werken.

Mesh met powerline

Een interessante nieuwe type productgroep zijn de mesh-systemen met powerline-backhaul. Wij hebben de nieuwe TP-Link Deco P7 geprobeerd. Intern is het een Deco M5, maar extra is powerline-backhaul. Ook Devolo combineert met zijn Devolo Magic de voordelen van mesh-wifi met powerline. Het voordeel van dergelijke producten is dat je wel de voordelen van de mesh-oplossingen krijgt, zoals een eenvoudige installatie, geen gedoe met meerdere losse netwerken en over het algemeen goede prestaties. Het nadeel is dat de prijs wel hoger is dan van pure mesh-systemen.

©PXimport

Zoals gezegd gaat er wat pure prestaties betreft niets boven een bedrade backhaul. Mesh-oplossingen die daar gebruik van kunnen maken zijn uitstekend, maar als alles bekabeld is dan zijn losse accesspoints een goed alternatief. Op pagina ## leggen we uit hoe je je hele huis voorziet van netwerkkabels.

Een eenvoudig accesspoint werkt niet heel anders dan je draadloze router. Het is dan ook niet vreemd dat menig router ook als accesspoint kan functioneren. Zaken als roaming (oftewel het overschakelen van accesspoint naar accesspoint) zijn wel iets om rekening mee te houden. Immers, wanneer je (verschillende) routers als accesspoint of losse accesspoints gebruikt, zal het roamen tussen de accesspoints minder soepel verlopen dan wanneer je accesspoints gebruikt die onderdeel zijn van een systeem zoals Ubiquiti Unifi of een wifi-mesh-systeem.

Losse accesspoints zijn veelal goedkoop (slechts enkele tientjes) en meestal betrouwbaarder dan vergelijkbaar geprijsde repeaters en powerline-oplossingen (al geldt ook hier dat goedkoop soms duurkoop is). Zolang die kabels er maar liggen, zijn er geen goedkopere alternatieven die even goed werken.

©PXimport

Zakelijk voor thuis

De volgende stap zijn de zakelijke accesspoints: ze zijn sneller, betrouwbaarder en hebben meer mogelijkheden. Ze bieden zeer uitgebreide software, die voor zowel zakelijke gebruikers als prosumers interessant zijn. Vooral het gecentraliseerde beheer waarbij meerdere punten vanuit één programma worden beheerd, is interessant. Daarin ligt ook de uitdaging, want menig zakelijk accesspoint-systeem vereist dat je de software op een fysiek systeem hebt draaien om aanpassingen aan het netwerk te maken, of aanschaf van een zogenoemde controller die die rol over neemt (wat extra kosten met zich meebrengt). Voor de tech-fanaat geen probleem, maar voor de echte leken zijn deze systemen niet gebruiksvriendelijkheid genoeg – ze hebben het labeltje ‘zakelijk’ niet voor niets.

Toch zijn wij uitermate gecharmeerd van het Auranet-systeem van TP-Link. Je kunt al voor circa 60 euro een AC1200-klasse accesspoint van dat merk op de kop tikken. Tevens zijn we fan van het iets duurdere Ubiquiti UniFi-systeem, dat zich door de jaren heen dik bewezen heeft. Wat prestaties betreft zijn deze producten ongeslagen en ze zijn extreem betrouwbaar. Net als mesh-oplossingen zijn dergelijke systemen veelal in staat om ook zaken als roaming en hand-over goed uit te voeren. En als je ze combineert met een PoE-switch, dan kan kun je ze meestal heel chic aan de muur of het plafond wegwerken. Voor de tech-fanaat met bekabeling in huis is dit dus de te bewandelen weg.

©PXimport

AC-klasse accesspoints

De AC-klasse van een accesspoint moet je niet vergelijken met die van een mesh-systeem, want een derde radio voor de onderlinge verbinding is door het gebruik van een netwerkkabel niet nodig. Tri-band kan wel interessant zijn voor zeer intensieve omgevingen, maar voor de meeste situaties zal een AC1200- of AC1300-accesspoint voldoen. Heb je een MacBook Pro of laptop met een 3x3-stream-netwerkadapter? Dan kan de upgrade naar een AC1750- of AC1900-accesspoint interessant zijn.

Conclusie

Zoek je goede wifi in huis, dan is er genoeg te kiezen. Zeker nu mesh-systemen breed beschikbaar zijn, is goede wifi nog nooit zo makkelijk geweest. Afhankelijk van de aanwezige hardware in jouw huis, de staat van de bekabeling (zowel ethernet als elektra) en je budget, zijn er de nodige alternatieve oplossingen die echt het overwegen zijn.

▼ Volgende artikel
Hoe betrouwbaar zijn weer- en regenapps eigenlijk?
© Kaspars Grinvalds
Huis

Hoe betrouwbaar zijn weer- en regenapps eigenlijk?

Wel of niet een terrasje pakken? Jas mee of hoeft dat niet? Vanavond de BBQ aan of toch maar binnen de airfryer? Even snel de weerapp checken is inmiddels een automatisme geworden. Vooral in de zomer bekijken we massaal de regenradar. Maar hoe betrouwbaar zijn die voorspellingen eigenlijk? Waarom kloppen ze soms tot op de minuut, en lijken ze op andere momenten nergens op? En kun je erop vertrouwen als je je planning erop afstemt?

☀️⛅☔ In dit artikel lees je:

• Hoe weerapps aan hun data komen • Waarom voorspellingen soms wel, en soms niet kloppen • Hoe je een weerapp zo goed mogelijk interpreteert • Waarom het weer (vooral lokaal!) toch altijd blijft verrassen

Lees ook: De handigste apps voor een onvergetelijke zomer

Van meting tot melding: hoe een app aan zijn data komt

Weerapps maken geen eigen voorspellingen, maar gebruiken data van meteorologische instituten zoals het KNMI, ECMWF (European Centre for Medium-Range Weather Forecasts) of het Amerikaanse NOAA (National Oceanic and Atmospheric Administration). Die instellingen verwerken gigantische hoeveelheden informatie uit weerstations, satellieten, vliegtuigen, weerballonnen en radars. Op basis daarvan draaien ze computermodellen die het weer proberen te voorspellen. Zo'n model analyseert bijvoorbeeld hoe luchtdruksystemen zich bewegen, hoe windrichtingen veranderen en wat de temperatuurverschillen zijn in verschillende lagen van de atmosfeer.

Een weerapp kiest één of meer van die modellen als basis en combineert dat met eigen algoritmes en visualisaties. De bekende buienradars gaan nog een stap verder en laten regen zien die al is gevallen of onderweg is. Daarvoor gebruiken ze gegevens van neerslagradars, die elk kwartier of zelfs elke vijf minuten een nieuwe 'foto' maken van waar regenbuien zich bevinden en hoe die zich verplaatsen.

Waarom voorspellingen wél en soms juist níet kloppen

In grote lijnen zijn de verwachtingen van weerapps vaak behoorlijk accuraat, zeker als het om de eerstkomende uren gaat. Hoe dichter je bij het moment zit, hoe betrouwbaarder de voorspelling. Dat komt omdat het weer zich op korte termijn minder grillig gedraagt dan op langere termijn. Je kunt een bui redelijk goed volgen over een tijdsbestek van een uur of twee, maar het is veel lastiger om drie dagen vooruit exact te zeggen wanneer en waar die bui valt.

Vooral bij regenval in de zomer zit daar vaak de grootste afwijking. Zomerse buien ontstaan door opwarming van de lucht en ontwikkelen zich snel en lokaal. Op het ene moment lijkt er nog niets aan de hand, en tien minuten later valt er een wolkbreuk in één wijk, terwijl een paar straten verderop de stoep droog blijft. Dat maakt het haast onmogelijk om op straatniveau precies te voorspellen waar het gaat regenen.

Daarnaast hangt veel af van welk weermodel de app gebruikt. Het Europese ECMWF-model wordt wereldwijd gezien als zeer nauwkeurig, maar is ook duur om te gebruiken. Sommige apps kiezen daarom voor Amerikaanse modellen of zelfs simpelere versies om kosten te besparen. Dat maakt de ene app betrouwbaarder dan de andere, ook al lijken ze qua uiterlijk op elkaar.

©ID.nl

De weerapp goed interpreteren

Wie slim omgaat met weerapps, kan er veel profijt van hebben. Kijk niet alleen naar het icoontje van een zon of wolk, maar naar de verwachte neerslag in millimeters en het tijdstip daarvan. Bekijk ook de regenradar in beweging en niet als stilstaand beeld: je ziet dan hoe snel een bui zich verplaatst en of je die kunt ontwijken.

Veel apps geven tegenwoordig ook aan hoe 'zeker' een voorspelling is. Staat er bijvoorbeeld 40% kans op regen? Dan betekent dat: op 4 van de 10 vergelijkbare dagen in het verleden viel er daadwerkelijk neerslag. Het is geen gokje, maar een inschatting op basis van modelberekeningen. En hoe hoger dat percentage, hoe groter de kans dat het ook echt nat wordt.

Waarom het weer (vooral lokaal!) blijft verrassen

Ondanks alle technologie blijft het weer een natuurverschijnsel met een eigen wil. Geen enkel model is feilloos. Kleine veranderingen in luchtdruk of windrichting kunnen grote gevolgen hebben, zeker in een land als Nederland waar zee, rivieren en open vlaktes allemaal invloed uitoefenen. Dat verklaart waarom het soms ineens hard begint te regenen terwijl je app nog droog weer beloofde – of andersom.

Toch is de betrouwbaarheid van de meeste apps de afgelopen jaren sterk toegenomen. Snellere computers, betere satellietbeelden en geavanceerdere modellen zorgen ervoor dat de inschattingen steeds dichter bij de werkelijkheid komen. Maar honderd procent garantie biedt geen enkele app, en dat is misschien maar goed ook: want we moeten natuurlijk wel íéts hebben om over te klagen, toch?

Regen én harde wind?

Kijk voor stormparaplu's

▼ Volgende artikel
10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen
© Mustafa_Art
Huis

10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen

Een robotstofzuiger scheelt flink wat werk, maar alleen als je hem goed gebruikt. Wie er net een in huis heeft, merkt al snel dat hij niet alles vanzelf doet. En ook als je al langer een robotstofzuiger gebruikt, valt er vaak nog winst te halen. Met deze tien praktische tips werkt je robotstofzuiger beter – en hoef jij minder te doen!

In het kort

Een robotstofzuiger kan je flink wat werk uit handen nemen, maar alleen als je hem goed gebruikt. Met deze 10 slimme tips werkt hij beter, blijft hij langer mee gaan en past hij zich aan jouw huishouden aan. Van zones instellen tot onderhoud: zo maak je er écht een huishoudhulp van.

Lees ook: Hier moet je op letten wanneer je een robotstofzuiger wilt kopen

1. Laat hem eerst je huis leren kennen

Veel robotstofzuigers kunnen een plattegrond van je woning maken. Dat kost eenmalig wat tijd, maar levert daarna veel gemak op. Tijdens zo'n verkenningsronde reinigt hij meestal nog niet, maar scant hij alleen. Geef hem de ruimte en zorg dat er geen spullen over de vloer slingeren. Als de kaart eenmaal is aangemaakt, kun je zones instellen, schoonmaakschema's maken en no-go-gebieden markeren.

2. Zorg voor voldoende licht

Robotstofzuigers met optische sensoren hebben licht nodig om goed te navigeren. Als je hem 's avonds laat rijden terwijl de lampen uit zijn, herkent hij obstakels minder goed. Plan het schoonmaken liever overdag of laat een lamp aan in de ruimte waar hij aan het werk is. Als het apparaat regelmatig moeite heeft om meubels of muren goed te herkennen, komt dat mogelijk door te weinig licht.

Licht, laser & optische sensoren

De lichtbehoefte van robotstofzuigers verschilt sterk per navigatiesysteem. Modellen met LiDAR-technologie (lasernavigatie) werken uitstekend in het donker omdat ze zelf licht uitstralen om obstakels te detecteren. Camera-gebaseerde robots daarentegen zijn afhankelijk van omgevingslicht om hun omgeving te kunnen 'zien' en hebben problemen in donkere ruimtes. Goedkopere modellen met alleen infrarood- of aanrakingssensoren navigeren weliswaar zonder licht, maar werken veel minder nauwkeurig en rijden vaker tegen obstakels aan.

3. Stel schoonmaakzones en kamers in

In de app van de meeste modellen kun je na de kaartopbouw aangeven welke kamers of delen van het huis wanneer moeten worden schoongemaakt. Dat is handig als je bijvoorbeeld elke ochtend de gang en keuken wilt laten doen, maar de slaapkamers alleen op zaterdag. Door het schoonmaken slim te verdelen, werkt de robotstofzuiger efficiënter en hoeft hij tussendoor minder vaak op te laden.

©Wesley Akkerman | ID.nl

4. Gebruik virtuele afbakeningen waar nodig

Veel modellen bieden de mogelijkheid om virtuele grenzen aan te maken: gebieden waar de robotstofzuiger niet mag komen. Denk aan een speelkleed met speelgoed, een losse kabel achter de bank of een plek waar de vloer nat kan zijn. In plaats van zo'n verboden plek elke keer handmatig af te schermen, door er bijvoorbeeld iets voor te zetten, stel je die zones gewoon één keer digitaal in. Het apparaat houdt daar vanaf dan automatisch rekening mee en weet dat hij daar niet meer mag komen.

5. Dweilen? Wees voorzichtig met schoonmaakmiddelen

Kan jouw robotstofzuiger ook dweilen? Gebruik dan alleen het aanbevolen reinigingsmiddel of gewoon water. Veel gewone schoonmaakmiddelen zijn te sterk of laten resten achter, waardoor leidingen of sproeiers kunnen verstoppen. Sommige robotstofzuigers hebben een speciaal reservoir voor schoonmaakmiddel, maar dat geldt niet voor elk model. Iets om naar te kijken voordat je een robotstofzuiger gaat kopen.

6. Maak borstels, wieltjes en sensoren regelmatig schoon

Haren, stof en vuil hopen zich snel op rond de draaiende onderdelen van de robotzuiger. Vooral huisdierharen kunnen oor problemen zorgen. Maak elke week de hoofdborstel los, controleer de zijborstels en veeg vuil weg met een droge doek of meegeleverd hulpstuk. Vergeet ook de val- en navigatiesensoren niet: die kunnen door stof minder goed functioneren, wat de navigatie beïnvloedt.

©Vershinin Evgenii

7. Leeg het stofreservoir af en toe ook zelf

Veel robotstofzuigers hebben een zelflegende functie. Handig, maar ook dan is het slim om af en toe zelf te controleren of alles goed blijft werken. Het stofreservoir is meestal klein en raakt sneller verstopt dan je denkt. Leeg het na een paar schoonmaakbeurten, zeker als je merkt dat hij minder vuil opzuigt of als hij zelf aangeeft dat het reservoir leeg is, maar je toch nog stof en kruimels op de vloer ziet liggen.

8. Zet het laadstation op een vaste plek

Een robotstofzuiger onthoudt zijn omgeving en zoekt na elke beurt zijn laadstation op. Verplaats je dat station naar een andere plek, dan moet hij opnieuw leren waar hij zich bevindt. Zet het station dus op een centrale, bereikbare plek waar voldoende ruimte is en laat het daar staan. Zo voorkom je dat hij de weg kwijt raakt of fouten maakt bij het navigeren.

9. Pas op bij huisdieren

Een ongelukje van een huisdier kan vervelende gevolgen hebben als de stofzuiger erdoorheen rijdt. Laat hem daarom liever schoonmaken op momenten dat je huisdieren buiten zijn of je zeker weet dat de vloer schoon is. Zo voorkom je niet alleen vieze sporen, maar ook schade aan het apparaat en extra schoonmaakwerk achteraf.

©Надія Коваль - stock.adobe.com

10. Automatiseer waar het kan, maar houd controle

Robotstofzuigers zijn bedoeld om werk uit handen te nemen. Toch blijft het verstandig om regelmatig de app te openen, meldingen te controleren en updates uit te voeren. Soms kun je met een kleine aanpassing – zoals het verplaatsen van een kabel, het instellen van een extra schoonmaakbeurt op vrijdag – het resultaat flink verbeteren.

Robotstofzuiger klaar? Zuigen maar!

Het is simpel: hoe beter je robotstofzuiger weet wat hij moet doen, hoe beter hij zijn werk doet. Met deze tips zorg je ervoor dat dat het geval is. En ja, je moet zelf ook af en toe nog wat doen, zoals het stofreservoir controleren of dierenhaar uit de wieltjes te peuteren, maar dat kost hooguit een paar minuutjes van je tijd. Want je weet nu hoe je ervoor zorgt dat de omstandigheden zo goed mogelijk zijn én hoe je hem 'traint'. En daarmee komt hij dicht in de buurt van je ideale huishoudhulp!


🤖 🧹 Accessoires voor je robotstofzuiger?

Je vindt ze