ID.nl logo
De beste dekking: mesh-wifi voor iedereen
© PXimport
Huis

De beste dekking: mesh-wifi voor iedereen

Met de komst van 802.11ac behoren draadloze snelheidsproblemen tot het verleden. Helaas zijn dekkingsproblemen in vergelijking met het ouderwetse 802.11n op de 2,4GHz-band alleen maar groter geworden. Dat komt doordat de 5GHz-band van nature een minder goed bereik heeft. Kortom, meerdere wifi-accesspoints zijn noodzakelijk en sinds kort beloven wifi-systemen voor consumenten in de vorm van draadloze wifi-accesspoints een eenvoudige oplossing te bieden. Wat is mesh-wifi precies, en hoe werkt het?

Een goede wifi-dekking in heel het huis wordt steeds belangrijker. Waar je een aantal jaren geleden wellicht alleen een laptop had die je draadloos wilde gebruiken, hebben tegenwoordig meerdere gezinsleden ieder een smartphone, laptop en tablet. Ook andere apparaten als smart-tv’s, spelcomputers en Chromecasts vereisen een internetverbinding en worden vaak via wifi aangesloten. Tel daar de opkomst van andere ‘slimme’ apparaten als camera’s, thermostaten en draadloze luidsprekers bij op en de conclusie is al snel duidelijk: wifi is belangrijker en drukker dan ooit.

Helaas is dit niet alleen bij jou zo, ook al je buren maken meer dan ooit gebruik van wifi. De nog altijd meest gebruikte vorm van wifi, 802.11n op de 2,4GHz-band, is totaal niet berekend op zo veel gebruikers tegelijkertijd. De frequentieruimte op de 2,4GHz-band is beperkt en netwerken storen elkaar dan ook al heel snel. Van die overvolle 2,4GHz-band hoeven we dan ook niet heel veel meer te verwachten. Gelukkig is er in de vorm van de 5GHz-band een oplossing die lucht geeft. Die 5GHz-band is natuurlijk niet nieuw en is al jarenlang bruikbaar op dualband-802.11n-accesspoints. Maar deze band is pas echt in opkomst sinds het uitkomen van 802.11ac. Deze snellere opvolger van 802.11n maakt exclusief gebruik van de 5GHz-band (de nog altijd aanwezige 2,4GHz-band gebruikt 802.11n) en heeft ervoor gezorgd dat veel meer clients om kunnen gaan met de 5GHz-band.

5 GHz: meer snelheid, minder dekking

Met de komst van 802.11ac, dat dus gebruikmaakt van de 5GHz-band, zijn snelheidsproblemen rondom wifi voorlopig opgelost. Een nettosnelheid van 400 Mbit/s of meer is geen enkel probleem. Wifi is dus zeker snel genoeg om ook een draadloze internetverbinding snel te gebruiken. Qua bandbreedte biedt de 5GHz-band met negentien individuele kanalen die elkaar niet in de weg zitten, veel meer ruimte dan de drie tegelijkertijd bruikbare kanalen op de 2,4GHz-band. Toch is er minder ruimte dan je aanvankelijk zou denken, want bij ac worden normaal gesproken vier kanalen van 20 MHz gebundeld tot één kanaal van 80 MHz, waardoor er zonder overlap dus eigenlijk drie kanalen overblijven. Nog lastiger is dat alleen het eerste blok van vier kanalen echt vrij te gebruiken is, de rest van de kanalen zijn zogenoemde dfs-kanalen met extra regulering. In de praktijk zijn deze dfs-kanalen daardoor niet altijd goed bruikbaar. Storingen door het netwerk van je buren blijft in potentie dus nog steeds een probleem. In de praktijk heb je hier minder last van dan bij de 2,4GHz-band. Dat komt doordat 5GHz-signalen van nature een veel minder groot bereik hebben en veel minder goed door materialen als steen en gewapend beton heen dringen.

Om in heel je huis een dekkend 802.11ac wifi-netwerk te krijgen heb je meerdere accesspoints nodig

-

Dfs-kanalen

De 5GHz-frequentieband is verdeeld in negentien kanalen van 20 MHz. De eerste vier kanalen kennen geen verdere beperkingen en mogen vrij gebruikt worden. De andere kanalen zijn zogenoemde dfs-kanalen (dynamic frequency selection), die frequenties gebruiken die bijvoorbeeld ook gebruikt worden door weer- of luchtvaartradars. Wifi-apparatuur moet dergelijke radars voorrang geven, waardoor het gebruik van deze dfs-kanalen in de praktijk niet altijd even soepel werkt. Wordt een radar gedetecteerd, dan moet de router overschakelen naar een ander kanaal. Zeker als je in de buurt van een luchthaven of haven woont, kunnen deze kanalen lastiger te gebruiken zijn.

Zwakke signalen

Doordat 5GHz-signalen minder goed door bijvoorbeeld muren en plafonds heen komen, heb je veel minder last van het wifi-netwerk van je buren. Daar krijg je tegelijkertijd wel weer een ander probleem voor terug: de beperkte dekking van dat razendsnelle wifi-netwerk in je eigen huis. Want dat wifi-signaal wordt ook veel sterker gedempt door de materialen binnen jouw huis. Vooral nieuwere huizen met vloeren van gewapend betond zijn berucht en zorgen ervoor dat er van je razendsnelle wifisignaal op de begane grond op de eerste verdieping, en zeker op de zolder, weinig over is.

Netwerkfabrikanten komen echter met steeds snellere (en vooral duurdere) routers die ook zouden zorgen voor een betere dekking. Een paar jaar geleden was AC1750 state of the art, tegenwoordig kun je al AC5400 kopen. Mensen die wifi-problemen ervaren, zijn in eerste instantie begrijpelijk geneigd om hun draadloze router te vervangen door één van de superrouters. Fabrikanten beloven op de doos namelijk niet alleen een hogere snelheid, maar ook een betere dekking. De verwachtingen zijn hoog en de teleurstelling des te groter als blijkt dat na een forse uitgave op de eerste verdieping of zolder nog steeds geen goede dekking is.

Dat zelfs een supersnelle router ondanks een extra 5GHz-radio of ondersteuning voor mu-mimo niet voor een betere dekking zorgt, komt doordat het in de basis dezelfde 5GHz-radiosignalen blijven. Dat radiosignaal moet voldoen aan dezelfde wettelijke eisen qua zendvermogen. De supersnelle routers zijn bedoeld voor mensen die op één plek (bijvoorbeeld dezelfde verdieping) meer dan tien apparaten draadloos willen gebruiken op topsnelheid. Daar komt nog bij dat je doorgaans zwakkere clients ook in staat moeten zijn om een signaal terug te sturen naar je router.

©PXimport

Meerdere accesspoints

Er is uiteindelijk maar één oplossing voor wifi-problemen: om in heel je huis een dekkend 802.11ac wifi-netwerk te krijgen heb je meerdere accesspoints nodig. Er zijn diverse mogelijkheden om dit voor elkaar te krijgen. De beste oplossing is een bedraad aangesloten accesspoint, maar dan moet je natuurlijk wel op iedere verdieping een netwerkaansluiting hebben. Repeaters en powerline-adapters zijn in de praktijk dan weer een stuk langzamer dan een bedraad accesspoint.

2017 moet het jaar van een nieuw soort wifi-systeem worden, dat door de fabrikanten onder de namen mesh-wifi of multiroom-wifi op de markt wordt gezet. In de Verenigde Staten zijn deze systemen al een stuk langer verkrijgbaar van bijvoorbeeld eero, Luma en Google Wi-Fi. Eind 2016 kwam met Netgears Orbi het eerste wifi-systeem naar Nederland en begin dit jaar volgden Linksys met Velop en Ubiquiti met AmpliFi HD. Wat al deze wifi-systemen met elkaar gemeen hebben, is dat de bedraad aangesloten router ondersteund wordt door draadloos aangesloten accesspoints die de dekking in je huis uitbreiden. Zo zou je, zonder dat je draden naar iedere verdieping in je huis hoeft te trekken, toch je hele huis moeten kunnen voorzien van een snel wifi-netwerk. We noemen een accesspoint binnen een wifi-systeem ook wel een node.

Betere roaming

Werken met meerdere accesspoints lost dekkings- en snelheidsproblemen op, maar zorgt wel weer voor een ander probleem: je clients moeten verbinding maken met het juiste accesspoint. Dat lukt doorgaans prima als je voor het eerst verbinding maakt, de moeilijkheid begint pas als je bijvoorbeeld naar een andere verdieping loopt. Clients blijven dan aan het verkeerde accesspoint plakken. Het is bij wifi zo dat de roamingbeslissing uiteindelijk door de client wordt genomen. Roamen tussen verschillende accesspoints werkt beter als de accesspoints zo identiek mogelijk zijn. Door gebruik te maken van een wifi-systeem heb je hier uiteraard zekerheid over. Daarnaast kunnen accesspoints clients een handje helpen door bijvoorbeeld roamingstandaarden als 802.11v/k/r te ondersteunen, waarmee clients soepeler schakelen tussen accesspoints. Wel moeten clients deze standaarden ook ondersteunen. Daarnaast gebruiken de wifi-systemen één ssid voor zowel de 2,4- als de 5GHz-band. Hierdoor kan je client altijd verbinding maken zonder dat jij hoeft te schakelen.

©PXimport

Qualcomm-technologie

Het is niet geheel toevallig dat er nu min of meer tegelijkertijd wifi-systemen van diverse fabrikanten op de markt komen. Natuurlijk hebben eero en Luma laten zien dat er behoefte is aan een eenvoudige oplossing om wifi in het hele huis te verdelen. Wat echter ook meespeelt is dat Qualcomm begin 2016 onder de naam Wi-Fi SON een productreeks heeft gelanceerd die bestaat uit diverse SoC’s en radio’s bedoeld voor samenwerkende wifi-producten. SON staat voor Self-Organizing Networks en houdt in dat de accesspoints in een wifi-systeem zo efficiënt mogelijk samen werken. Zo wordt bijvoorbeeld de beschikbare frequentieruimte zo goed mogelijk verdeeld. Deze accesspoints kunnen hierbij zowel traditionele bedrade varianten zijn als accesspoints die werken als draadloze repeaters. SON moet er bovendien voor zorgen dat een client zonder onderbrekingen verbonden wordt met het beste accesspoint in het netwerk. Dit is dus een goede basis voor netwerkfabrikanten. Qualcomm SON wordt gebruikt in Netgear Orbi, Linksys Velop en Google Wi-Fi. Daarnaast zouden de nog te verschijnen systemen van TP-Link, D-Link en ASUS gebaseerd zijn op Wi-Fi SON. Sowieso zijn de wifi-systemen voor thuis een Qualcomm-feestje, want ook eero, luma en Ubiquiti AmpliFi maken gebruik van Qualcomm-chips.

©PXimport

Wat komt er nog meer aan?

Netgear, Linksys en Ubiquiti zijn de eerste fabrikanten met een wifi-systeem in Nederland. Sitecom is met Huddle vermoedelijk de volgende. Huddle maakt gebruik van twee radio’s per node op basis van AC1750-technologie. Later dit jaar komt ASUS met HiveSpot en HiveDot. HiveSpot is een AC2200-systeem met drie radio’s per node terwijl HiveDot een AC1300-ststeem is met twee radio’s per node. D-Link komt in de loop van dit jaar met Covr, waarbij een router gecombineerd wordt met bijbehorende draadloze nodes. Covr heeft ook node die verbinding kan maken via powerline. Tot slot heeft TP-Link Deco M5 aangekondigd, een mesh-systeem dat gebruikmaakt van AC1300-technologie. In de vorm van de Deco M5 Plus kan het systeem ook overweg met powerline. Al deze systemen maken voor zover wij weten gebruik van Qualcomms Wi-Fi SON-technologie.

©PXimport

Zelfde basis, toch verschillen

Dat fabrikanten dezelfde Qualcomm-technologie als basis gebruiken voor hun wifi-mesh-systemen, wil niet zeggen dat alle systemen precies hetzelfde werken en presteren. Netwerkfabrikanten maken bijvoorbeeld hun eigen keuzes qua radioconfiguratie. Neem als voorbeeld Netgear Orbi en Linksys Velop. Deze maken allebei gebruik van dezelfde quadcore IPQ4019 SoC. Deze SoC biedt een 2,4GHz- en een 5GHz-radio, ieder met twee datastromen met een maximale theoretische snelheid van 400 en 866 Mbit/s. Aanvullend op die SoC hebben zowel Linksys als Netgear een extra 5GHz-radio geplaatst. Netgear kiest bij de Orbi voor een extra 5GHz-radio die exclusief gereserveerd is voor de draadloze verbinding tussen de nodes. Orbi’s linkradio is daarbij een heel indrukwekkend exemplaar met maar liefst vier datastromen voor een theoretische bandbreedte van 1733 Mbit/s. Ook Linksys gebruikt een extra 5GHz-radio, maar heeft bij de Velop gekozen voor een exemplaar met twee datastromen. De draadloze link tussen de nodes wordt bij Velop verzorgd door één van de twee 5GHz-radio’s. Het systeem bepaalt zelf welke van de twee radio’s wordt ingezet voor de link.

©PXimport

Mesh slaat op de eigenschap dat alle nodes in het systeem onderling verbinding kunnen maken

-

Mesh: onderlinge communicatie

Fabrikanten noemen hun wifi-systemen ook wel mesh-systemen. Mesh slaat op de eigenschap dat alle nodes in het systeem onderling verbinding kunnen maken. Een verbinding tussen nodes kan hierdoor potentieel via meerdere routes worden gelegd. In de basis geldt dat hoe meer nodes je plaatst, hoe beter het mesh-netwerk zal functioneren. Nu is dit voordeel van meerdere nodes wel deels theoretisch, want thuis zul je doorgaans werken met een router aangevuld door twee draadloze accesspoints. In de praktijk wordt het hierdoor mogelijk dat een signaal vanuit de router naar een accesspoint via een ander accesspoint doorgegeven kan worden. Zo kan een signaal naar zolder doorgeven worden via een node op de eerste verdieping. Fabrikanten beloven dat, hoewel een signaal meerdere ‘hops’ moet maken, de snelheid toch goed blijft. Linksys’ Velop en Ubiquiti’s AmpliFi HD ondersteunen een mesh-configuratie. Netgears Orbi niet, want de satellieten kunnen alleen direct communiceren met de router. Hiermee werkt Orbi enkel in een zogenoemde sterconfiguratie. Netgear heeft wel aangegeven te werken aan communicatie tussen de satellieten onderling.

Conclusie

Steeds meer mensen lopen tegen de beperkingen van één draadloos accesspoint aan en het vervangen van de draadloze router door één supersnelle router blijkt in de praktijk geen oplossing voor dekkingsproblemen. Ook thuis ontkom je er steeds vaker niet aan om meerdere wifi-accesspoints te gebruiken. De ontwikkeling van volledig geïntegreerde wifi-systemen voor de consument staat echt nog in de kinderschoenen. Vooralsnog wordt er vooral ingezet op vrijwel geheel draadloze systemen. Begrijpelijk, want hoewel een bedraad netwerk altijd het beste blijft, is dat in veel consumentensituaties vaak niet haalbaar.

Uiteindelijk zien wij de toekomst in systemen die bedraad en draadloos combineren. Zo heb je altijd de meest optimale verbinding tussen de verschillende accesspoints of nodes in het systeem (ook wel backhaul), met tegelijkertijd de grootste flexibiliteit. Zelfs als je dan alles bedraad zou willen doen, heb je ten opzichte van consumentenoplossingen die je nu kunt kopen het voordeel dat het hele systeem vanuit één interface of app geconfigureerd wordt. Zo hoef je niet meer bij iedere router of accesspoint afzonderlijk in te loggen om bijvoorbeeld het wachtwoord van je netwerk aan te passen. Wel zo makkelijk, want uiteindelijk wil je simpelweg dat je wifi overal werkt.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 betaalbare pc-monitors van 32 inch of groter
© Stocks Marketing
Huis

Waar voor je geld: 5 betaalbare pc-monitors van 32 inch of groter

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we binnen een bepaald thema naar zulke deals. Ben je op zoek naar een groot computerscherm? Vandaag hebben we vijf interessante modellen voor je gespot.

Iiyama ProLite XCB3494WQSN-B5

In plaats van twee schermen kun je natuurlijk ook gewoon één grote pc-monitor aansluiten. Met een riante beelddiagonaal van 34 inch open je op de Iiyama ProLite XCB3494WQSN-B5 moeiteloos twee programmavensters naast elkaar. Het licht gebogen scherm telt 3440 × 1440 pixels, zodat je in een hoge resolutie video's kunt streamen. Bovendien leent dit model zich wegens de snelle reactietijd van slechts 0,4 milliseconde goed voor games. Dankzij ondersteuning voor FreeSync werkt de monitor naadloos met de betere videokaarten samen.

Er is een zogeheten KVM-switch ingebakken. Hierdoor schakel je soepel tussen verschillende aangesloten pc's. Net zoals de meeste hedendaagse monitors heeft dit exemplaar een DisplayPort-, HDMI- en usb-c-ingang. Via de drie reguliere usb-poorten sluit je eventueel diverse randapparaten aan. Daarnaast is er een ethernetpoort beschikbaar. Kortom, de ProLite XCB3494WQSN-B5 is in feite een volwaardig dockingstation waarop je een laptop met een enkele kabel kunt aansluiten. De fabrikant besteedt ook aandacht aan een goede ergonomie, want het scherm is in hoogte verstelbaar.

LG 34WQ75C-B

Zoek je een betaalbare pc-monitor met een gebogen ips-paneel, dan is de LG 34WQ75C-B een goede keuze. Dit paneeltype staat garant voor levendige kleuren en goede kijkhoeken. Het 34inch-scherm heeft 3440 × 1440 pixels en is dus ideaal voor videostreaming. De ondersteuning voor HDR10 komt hierbij goed van pas. Films en series van de betere streamingdiensten hebben hierdoor een realistischer kleurverloop. Zet deze LG-monitor gerust in een (thuis)kantoor met veel licht, want het scherm heeft een anti-reflecterende coating.

Aan aansluitopties geen gebrek! Zo kies je voor de beeldoverdracht tussen usb-c, DisplayPort en tweemaal HDMI. Daarnaast zijn er ook nog eens vier usb-poorten en een ethernetaansluiting voorhanden. Nuttig voor wie zijn of haar laptop snel op de monitor inclusief alle randapparaten wil aansluiten. Denk onder meer aan een muis, toetsenbord en externe harde schijf. Via een enkele usb-c-kabel bereiken data en stroom de laptop, terwijl het beeldsignaal in tegengestelde richting naar het scherm wordt verzonden. Overige pluspunten zijn de geïntegreerde speakers en in hoogte verstelbare standaard.

Samsung LC32R500FHPXEN

De Samsung LC32R500FHPXEN is op het moment van schrijven een van de goedkoopste pc-monitors van 32 inch die je kunt kopen. Net zoals veel andere schermen van dit formaat heeft ook dit model een lichte kromming van 1500R. Het gebogen scherm verhoogt het kijkcomfort. De maximale resolutie bedraagt 1920 × 1080 pixels, zodat je films, series en/of tv-programma's in Full-HD-kwaliteit kunt streamen. Ondanks de relatief lage prijs heeft de LC32R500FHPXEN zeer dunne schermranden.

Een voordeel is dat je via de zogeheten Eye Saver Mode het blauwe licht kunt minimaliseren. Zo verklein je de kans op vermoeide ogen. Voor liefhebbers van videospellen is er een gamemodus ingebakken. Sluit via de HDMI-ingang dus gerust een game-pc aan. Bij aanwezigheid van een videokaart met FreeSync-ondersteuning wordt de vernieuwingsfrequentie geoptimaliseerd. Dat voorkomt haperende beelden. Je kunt na aanschaf van deze monitor trouwens meteen aan de slag, want er is een HDMI-kabel inbegrepen.

Lees ook: 🖥️ Nieuwe monitor kopen? 5 fouten die je niet moet maken

Samsung Odyssey G5 LC34G55TWWPXEN

Deze 34inch-monitor van Samsung is uitermate geschikt voor fanatieke gamers. Zo presteert het paneel op een maximale vernieuwingsfrequentie van 165 hertz. Hierdoor ervaar je uiterst vloeiende gameplay. Als je een pc met een geschikte grafische kaart aansluit, wordt de vernieuwingsfrequentie continu geoptimaliseerd. Dat werkt via de techniek FreeSync. Voor het spelen van multiplayergames is de rappe reactietijd van één milliseconde een groot voordeel. Zo reageer je razendsnel op (online) tegenstanders. Met een resolutie van 3440 × 1440 pixels verschijnen de animatiebeelden ook nog eens scherp in beeld.

Deze luxe monitor kan uit de voeten met HDR10, waardoor de beelden van games, films en series zeer realistisch ogen. Je sluit een computer of laptop op twee manieren aan, namelijk via DisplayPort of HDMI. Dankzij de lichte kromming neem je moeiteloos pal voor het scherm plaats. Het beeld sluit goed aan bij je gezichtsveld, waardoor je de monitor ook voor regulier kantoorwerk kunt gebruiken. Daarnaast leent de Odyssey G5 LC34G55TWWPXEN zich goed voor beeldbewerking. Het scherm is trouwens niet in hoogte verstelbaar; er is alleen een kantelfunctie beschikbaar.

Philips Evnia 34M2C6500/00

Voor oled-begrippen valt de vraagprijs van de Philips Evnia 34M2C6500/00 alleszins mee. Dit model bevat om precies te zijn een hoogwaardig qd-oled-paneel. Deze schermtechniek staat bekend om zijn inktzwarte contrasten, hoge helderheid en natuurgetrouwe kleuren. Aangezien iedere pixel individueel wordt aangestuurd, zie je volop details. Deze pc-monitor is geschikt voor wie games, video's en foto's in een hoge kwaliteit wil bewonderen. Voor nog fraaiere beelden schakel je tussen verschillende HDRI-modi. Je sluit met behulp van DisplayPort en HDMI (2×) één of meerdere computers aan. Verder telt de onderzijde van het scherm twee usb-poorten.

De Evnia 34M2C6500/00 ondersteunt een respectabele resolutie van 3440 × 1440 pixels. Daarnaast valt de riante vernieuwingsfrequentie van 175 hertz op. Snel bewegende beelden verschijnen dus scherp op het qd-oled-paneel. Dankzij het gebogen ontwerp volg je vanuit jouw zitpositie  alle activiteiten op het scherm. Gamers slaan hun persoonlijke voorkeuren optioneel in eigen profielen op. Switch zo bij ieder spel naar de juiste beeldinstellingen. Voor schiet-, race- en strategiegames zijn er overigens voorgekauwde instellingen beschikbaar. Tot slot heeft Philips ook aan een goede ergonomie gedacht. Je kunt de Evnia 34M2C6500/00 kantelen, zwenken én in hoogte verstellen.

▼ Volgende artikel
Klaar met Twitter/X? Dit zijn de populairste alternatieven
© gguy - stock.adobe.com
Huis

Klaar met Twitter/X? Dit zijn de populairste alternatieven

Steeds meer mensen verlaten het socialemediaplatform X, veelal uit onvrede over de koers van eigenaar Elon Musk. In Nederland zijn er vorig jaar bijna een half miljoen gebruikers vertrokken. Veel van hen ruilen het voormalige Twitter daarom in voor een soortgelijk alternatief. In dit artikel bespreken we de drie populairste X-concurrenten.

De drie populairste X-alternatieven zijn Threads, Bluesky en Mastodon. Alle drie doen in de basis hetzelfde, maar zijn natuurlijk niet identiek. In dit artikel gaan we specifiek in op de verschillen tussen deze drie platformen en X.

Lees ook: Van Facebook tot TikTok: welk van deze acht diensten past bij jou?

Threads

Threads is momenteel het populairste X-alternatief, met dagelijks meer dan 100 miljoen actieve gebruikers, iets wat Bluesky en Mastodon verre van halen. Met naar schatting meer dan 1 miljoen Nederlandse gebruikers (waarvan 500.000 dagelijks actief) is het platform hier ook aardig populair. Overigens is X met zijn circa 240 miljoen dagelijkse gebruikers (waarvan 1,4 miljoen Nederlands) nog steeds groter dan alle concurrenten bij elkaar.

Deze populariteit heeft Threads hoogstwaarschijnlijk te danken aan de lage instapdrempel, mits je al gebruikmaakt van Instagram. Beide platformen zijn onderdeel van moederbedrijf Meta en diep met elkaar verbonden. Door met je Instagram-account in te loggen op de X-concurrent heb je meteen een Threads-account (inclusief je Instagram-profielfoto en -bio) en volg je automatisch dezelfde accounts als op de foto-app. Zo heb je al meteen een goedgevulde tijdlijn.

Aan de andere kant zijn Threads en Instagram misschien wat té verbonden. Je kunt namelijk alléén inloggen op Threads met een Instagram-account, waardoor je de foto-app verplicht moet downloaden. Ook is het niet mogelijk om privéberichten te sturen via Threads – Meta wil dat je daarvoor Instagram blijft gebruiken.

Er zijn nog geen advertenties, maar Meta heeft al wel laten weten die op korte termijn te willen invoeren (in de VS worden reclames al getest). Voor het tonen van gepersonaliseerde advertenties gebruikt het bedrijf zowel je Threads- als Instagram-activiteit.

Een DM sturen om te vragen waar je pakketje blijft is helaas niet mogelijk op Threads.

Bluesky

Bluesky lijkt als twee druppels water op X. Of eigenlijk: X voordat het X heette. De tekenlimiet is met 300 tekens ongeveer gelijk aan de originele limiet van Twitter (voordat dat werd opgehoogd naar 4000 voor betalende gebruikers) en Bluesky heeft ook een soort Tweetdeck. Dat was een populaire functie op het vroegere Twitter, waarmee je meerdere tijdlijnen schermvullend kunt weergeven. Musk heeft Tweetdeck (nu X Pro genoemd) achter een betaalmuur gezet, maar op Bluesky is deze functie nog gratis.

Er zijn wel een paar unieke opties aanwezig, zoals de mogelijkheid om je tijdlijnen naar smaak aan te passen. Als je net nieuw bent, begin je met twee feeds: een met posts van gevolgde accounts en een met aanbevolen posts op basis van je activiteit op het platform, zoals de berichten die je liket. Je kunt ze echter vervangen door tijdlijnen die door andere gebruikers zijn samengesteld, zoals een trendingfeed, een tijdlijn met alleen maar kattenfoto's of een met louter Nederlandstalige berichten. Een andere onderscheidende functie is Starter Packs. Daarmee kun je met één klik groepen gebruikers volgen die aansluiten bij je interesses, zoals Nederlandse politici, techjournalisten of voetbalvolgers.

Tegelijkertijd ontbreken er nog verschillende functies die al enige tijd een vaste waarde zijn op X. Zo kun je je accounts en posts niet op privé zetten, kun je maar één afbeelding of video aan een post toevoegen en is het ook niet mogelijk om groeps-chats te organiseren. Ook advertenties ontbreken, maar die zul je vast niet missen. Het platform werkt wel aan een betaald abonnement om de gemiste reclame-inkomsten op te vangen.

Op Bluesky kun je je eigen feeds samenstellen.

Mastodon

Mastodon is eigenlijk geen opzichzelfstaand platform. Het bestaat namelijk uit allerlei losstaande servers, die je een beetje kunt zien als losse e-maildiensten (zoals Gmail en Outlook). Je kunt zelf een server opstellen, maar je kunt je ook aansluiten bij een bestaande open server, waarvan mastodon.social het populairst is. Voor de meeste gebruikers maakt het weinig uit welke server je kiest. Je kunt namelijk ook posts zien en reacties ontvangen van gebruikers op andere servers. Wel is er een aparte tijdlijn waarop je alleen berichten ziet van gebruikers die op dezelfde server zitten. Goed om te weten: als je je account om welke reden dan ook naar een andere server wilt verhuizen, worden je posts níét overgedragen.

Voor een socialmediaplatform is de opzet vrij complex. Het is dan ook niet verrassend dat Mastodon van de drie X-alternatieven het minst populair is. In Nederland zijn er 'slechts' naar schatting 200.000 gebruikers actief.

Toch zitten er ook voordelen aan zo'n open, decentrale aanpak. Er is daardoor bijvoorbeeld niet één bedrijf of miljardair 'de baas' die kan bepalen wat er met het platform gebeurt en gegevens van gebruikers kan verzamelen voor zaken als gepersonaliseerde advertenties (sterker nog: er is helemaal geen algoritme aanwezig om posts aan te raden op basis van je activiteiten). Voor mensen die met lede ogen hebben aangezien hoe Elon Musk Twitter eigenhandig een richting op stuurde waar ze het stellig mee oneens waren, is dat een geruststellende gedachte.

Mastodon heeft geen aanbevelingsalgoritme; de feeds geven enkel de recentste posts weer.

Helemaal klaar met social media?

Je kunt mensen ook in het echt ontmoeten