ID.nl logo
Bouw een extra router in je thuisnetwerk
© PXimport
Huis

Bouw een extra router in je thuisnetwerk

De kans is groot dat je router afkomstig is van je internetprovider, want heel vaak zitten router en modem in één toestel. Dat is misschien wel makkelijk, maar er hangen best ook wel nadelen aan vast. Je kunt echter een extra router in je netwerk hangen. Waarom en hoe? Je leest het in dit artikel.

Je hebt misschien nog een oude (draadloze) router liggen en anders kun je er vast één voor een prikkie op de kop tikken. Leuk, maar wat doe je daar nou mee? Wij kunnen alvast een boel redenen bedenken waarom een extra router in je netwerk best zinvol kan zijn.

01 Redenen voor een extra router

De modem-router van je provider staat bijvoorbeeld in de meterkast en het draadloze bereik is ondermaats. Dan kan een range-extender of wifi-repeater nog wel uitkomst brengen, maar daarmee halveer je in principe wel de snelheid van je draadloze verbinding. Een andere reden om een tweede router in je netwerk op te nemen is dat je standaardrouter weinig extra opties biedt (en zelf frunniken aan de firmware laat de provider je uiteraard niet toe). En vaak is er geen usb-poort voor een externe schijf, geen vpn-ondersteuning en geen gastnetwerk-mogelijkheid. Of wellicht stellen de uitgebouwde wifi-mogelijkheden teleur: geen simultane dualband, geen ac-wifi enzovoort. Of het handjevol lan-poortjes van de router zit al volgestouwd en je hebt dus behoefte aan extra koppelingsmogelijkheden. Je kunt dan uiteraard een switch kopen, maar een oude router kun je doorgaans ook als switch gebruiken.

Maar je kunt ook een meer ‘geavanceerde’ reden hebben voor zo’n tweede of zelfs derde router: je wilt bijvoorbeeld je netwerk in subnetten opdelen, waarbij gebruikers (of hackers …) van het ene subnet niet bij de apparaten van het andere kunnen. Zo’n afgeschermd subnet kan nuttig zijn voor gebruik door je kinderen of gasten, of wanneer je een server draaien hebt die je van de rest van je netwerk wilt afscheiden. Ook voor onveilige IoT-apparatuur komt een dergelijk gescheiden netwerk van pas.

Een eigen router betekent overigens wel dat je zelf instaat voor de configuratie en upgrades. Even naar de provider bellen voor ondersteuning van je tweede router zit er natuurlijk niet in. Maar dat schrikt een lezer van Computer!Totaal natuurlijk niet af!

©PXimport

02 Routers achter elkaar

Er zijn eigenlijk twee manieren waarop je routers achter elkaar kunt verbinden. Bij het eerste type koppel je een lan-poort van de eerste router via een utp-kabel met een lan-poort van je tweede router. En wel zo dat beide routers zich in hetzelfde lan-ip-segment bevinden, zodat computers en andere netwerkapparaten met beide routers kunnen verbinden. Deze setup is aanbevolen wanneer je bestanden en andere bronnen binnen je hele netwerk wilt kunnen delen, de tweede router dient dan als wifi-accesspoint of switch in je normale netwerk.

Bij het tweede type wordt het wat complexer: hier verbind je een lan-poort van de eerste router met het wan-poort van je tweede router. Beide routers hebben dan verschillende ip-segmenten, zodat apparaten uit het ene segment niet zomaar toestellen uit het andere segment kunnen benaderen. Het omgekeerde is normaliter wel nog mogelijk. Wil je echt twee volledig gescheiden segmenten die elkaar niet kunnen benaderen, dan kun je een Y-opstelling met drie routers overwegen. In dit artikel komen al deze mogelijkheden expliciet aan bod.

©PXimport

©PXimport

02 Lan-lan versus lan-wan: fundamenteel verschillend van opzet.

De eerste methode om twee routers te koppelen, een lan-naar-lan-verbinding, biedt vaak een uitkomst als je extra lan-poorten nodig hebt of wanneer het wifi-bereik van je eerste router ontoereikend is.

03 Basisinformatie verzamelen

Je kunt het gebrek aan wifi-bereik, zoals gezegd, oplossen met een range-extender, repeater of met een powerlinesetje met meerdere adapters (al dan niet met geïntegreerd draadloos toegangspunt), maar dat kost natuurlijk geld. Een extra draadloos toegangspunt kan ook, maar zo’n toestel is doorgaans duurder dan een extra router – zeker als je er nog eentje ergens hebt liggen.

Wij opteren dus voor een extra router, en gaan ervan uit dat je eerste router met het modem is verbonden – voor zover het al niet om één modem-router gaat. Zorg er tevens voor dat een computer met een van de lan-poorten van die eerste router is verbonden. Open vervolgens de opdrachtprompt op die pc en voer het commando ipconfig uit. Noteer het ip-adres van de Standaardgateway (Default Gateway) bij je ethernet-connectie, evenals het Subnetmasker. Dit laatste is normaliter 255.255.255.0.

©PXimport

04 Router-adres

Hang nu je tweede router aan het stroomnet en koppel voorlopig alleen een computer aan een lan-poort van deze router. We gaan er wel van uit dat je het ip-adres en de inloggegevens van die router kent. Ben je die vergeten, dan kun je de router nog resetten zodat die op de standaardconfiguratie terugvalt. Zo’n reset kan gewoonlijk met de 30/30/30-regel: houd het resetknopje met een puntig voorwerp gedurende 30 seconden ingedrukt, schakel de router vervolgens uit en schakel die na 30 seconden weer in waarbij je het knopje nog steeds ingedrukt houdt gedurende een laatste 30 seconden. Raadpleeg ook de (online) handleiding van het apparaat, hier vind je vaak wel het standaard ingestelde ip-adres met gebruikersnaam en wachtwoord.

Start vervolgens je browser op en stem die af op het ip-adres van deze tweede router. Na je aanmelding kun je aan de slag. Allereerst zorg je ervoor dat dit ip-adres binnen hetzelfde ip-segment (subnet) van je eerste router valt. Stel, je eerste router heeft als (lan-)ip-adres 192.168.0.254, dan zou je de tweede router het adres 192.168.0.253 kunnen geven (alleen het laatste cijfer verschilt), met hetzelfde subnetmasker. Om adresconflicten te vermijden, zorg je er wel voor dat dit adres nog niet in gebruik is binnen je netwerk en dat het niet binnen het dhcp-bereik van je eerste router valt. Eventueel moet je dat eerst nog even controleren in de webinterface van je eerste router.

©PXimport

05 Router-configuratie

De eerste stap is gezet, maar gezien er binnen één subnet maar één dhcp-server actief mag zijn, moet je deze service op je tweede router nog deactiveren, zodat het uitdelen van adressen een voorrecht van je eerste router blijft. Verder moet je ook aandacht hebben voor het draadloze gedeelte. Vermoedelijk wil je tussen beide routers kunnen ‘roamen’ en het meest gangbare scenario is in dat geval dat je beide routers dezelfde ssid meegeeft, weliswaar bij voorkeur een andere ssid voor de 2,4 GHz- en de 5 GHz-band (indien beide beschikbaar). Kies op beide routers indien mogelijk voor dezelfde wifi- en encryptiestandaard, met hetzelfde wachtwoord (bijvoorbeeld 802.11n en wpa2-aes). Voor de 2,4GHz-band stel je de tweede router wel op een ander kanaal in, dat idealiter minstens 5 nummers verschilt van dat van je eerste router (bijvoorbeeld kanaal 1 en 6 of kanaal 6 en 11). Positioneer je tweede router optimaal in je woning. Software als het gratis NetSpot kan je bij deze ‘site survey’ helpen, beschikbaar voor Windows en macOS). Verbind beide routers nu met elkaar door middel van een netwerkkabel die je op de lan-poorten aansluit.

©PXimport

Bridge-modus

Sommige routers zijn voorzien van een zogenoemde bridge-modus. Hiermee wordt het nog iets makkelijker om een router als een extra toegangspunt binnen je bestaande netwerk(segment) in te stellen. In de bridge-modus functioneert je router als een accesspoint en worden zaken als de dhcp-server automatisch uitgeschakeld. Ontbeert je router die functionaliteit, dan lukt het misschien wel met een firmware-update of desnoods via een flash met de alternatieve firmware van DD-WRT. Zo’n flash voer je wel geheel op eigen risico uit. We gaan er alvast van uit dat je eerste router geconfigureerd is voor draadloze toegang. Ga vervolgens naar de webinterface van je tweede router en activeer de Bridge Mode of een optie die hierop lijkt. Die vind je wellicht terug in een rubriek als Network Mode, Wireless Mode of Connection Type. Geef deze router een ip-adres mee in hetzelfde ip-segment als de andere router, met hetzelfde subnetmasker. Is je router ingesteld op de bridge-modus, dan kun je de router via de wan-poort met een netwerkkabel aan je netwerk hangen waarna het apparaat functioneert als accesspoint.

©PXimport

Is het je bedoeling om met twee gescheiden subnetten te werken waarbij de computers van het buitenste subnet (verbonden met je eerste router) de toestellen van het binnenste subnet (verbonden met je tweede router) niet kunnen bereiken, dan moet je voor een lan-naar-wan-opstelling gaan. We maken hier de I-opstelling.

06 Wan-gedeelte

Bij een lan-naar-wan-opstelling kun je bijvoorbeeld een of meer servers op het buitenste subnet draaien, of dit subnet inzetten als (draadloze) netwerk voor je kinderen of gasten – eventueel zelfs in combinatie met dns-webfiltering (zie stap 8). Een dergelijke opstelling is bijvoorbeeld ook handig om onveilige IoT-apparatuur te scheiden van je andere netwerkapparaten.

Noteer alvast het ip-adres en het subnetmasker van je eerste router. Ga via de webinterface na of de dhcp-service op deze router wel actief is. Koppel nu een pc aan een lan-poort van je tweede router en ga naar de webinterface van dit toestel (zie stap 4 voor een eventuele router-reset). Ga naar de internetinstellingen van deze tweede router en stel die in op automatische configuratie via dhcp. Dat heeft als gevolg dat het wan-ip-adres van deze router door de dhcp-server van je eerste router wordt toegewezen. Om ervoor te zorgen dat dit ip-adres hetzelfde blijft, kun je je eerste router zo instellen dat je tweede router met dit adres in de lijst met dhcp-reserveringen (oftewel statische leases) wordt opgenomen. Een alternatief is dat je het wan-ip-adres van je tweede router zelf vast instelt, weliswaar buiten het dhcp-bereik van je eerste router. Als standaardgateway van je tweede router vul je in dit geval zelf het lan-ip-adres van je eerste router in.

07 Lan-gedeelte

Over naar het lokale netwerk-gedeelte van je tweede router. Die geef je een lan-ip-adres mee dat in een ander ip-segment ligt dan dat van je eerste router. Je zou je tweede router bijvoorbeeld het adres 192.168.1.1 kunnen meegeven als je eerste router als adres 192.168.0.1 heeft. Wellicht wil je dat ook deze tweede router ip-adressen binnen zijn ip-segment kan uitdelen. Dan moet je op deze router ook de dhcp-service activeren. Je zou die adressen kunnen laten toekennen binnen een bereik van bijvoorbeeld 192.168.1.2 tot 192.168.1.50.

Ben je hiermee klaar en zijn alle instellingen correct doorgevoerd, dan verbind je een lan-poort van je eerste router via een netwerkkabel met de wan-poort van je tweede router. Stel een verschillende ssid in voor elke router en laat het draadloze signaal over een zo uiteenlopend mogelijk kanaal lopen (bijvoorbeeld 1 en 6 of 6 en 11 bij 2,4 GHz, zie ook stap 5).

©PXimport

08 Dns

Zoals gezegd is het voor computers uit het buitenste subnet niet zomaar mogelijk om toestellen uit het binnenste subnet te benaderen, wat maakt dat het buitenste subnet bijvoorbeeld geschikt is voor gebruik door gasten (via wifi) of voor gebruikers die graag experimenteren. Je werkt zelf dan (als je niet aan het knutselen bent) uitsluitend op toestellen in het binnenste subnet. Als je dat verkiest, kun je bijvoorbeeld ook verschillende dns-servers instellen op beide routers. Op de tweede router gebruik je dan de standaard dns-servers van je provider of die van Google (8.8.8.8 en 8.8.4.4), terwijl je op de eerste router eventueel dns-servers met ‘geïntegreerde webfiltering’ instelt, zoals die van OpenDNS (208.67.220.220 en 208.67.222.222). Meer uitleg over deze dns-filtering vind je hier.

©PXimport

09 Port forwarding

Het feit dat je nu met gescheiden subnetten werkt, kan ook onvermoede nadelen opleveren. Wanneer je interne servers (zoals een nas, webcam of een of andere server op een pc) in het binnenste subnet (van je tweede router) plaatst, dan laten die zich niet zomaar benaderen vanaf het internet. Wil je dat toch, dan kun je dat via een dubbele port forwarding oplossen.

Stel, je draait een server op een toestel met lan-ip-adres 192.168.1.148 op poort 8000 en je tweede router heeft als wan-ip-adres 192.168.0.253. Dan stel je eerst port forwarding op je eerste router in, waarbij je aanvragen van buitenaf op poort 8000 naar ip-adres 192.168.0.253 doorstuurt. Vervolgens stel je port forwarding op je tweede router in met aanvragen op poort 8000 naar ip-adres 192.168.1.148. Via het wan-ip-adres van je eerste router is die server op je binnenste subnet nu wel weer bereikbaar vanaf het internet. Weet je niet precies hoe je port forwarding instelt, ga dan hiernaartoe, daar vind je voor talrijke routers de nodige instructies om port forwarding in te stellen.

©PXimport

Je kunt het netwerk nog ‘veiliger’ maken door twee compleet geïsoleerde subnetten te creëren die elkaar niet kunnen bereiken. Daarvoor heb je dan wel drie routers nodig, waarbij je de eerste router rechtstreeks naar de twee andere vertakt – vandaar de naam Y-opstelling. Net als de I-opstelling met twee routers is ook deze oplossing geschikt om onveilige IoT-apparatuur te scheiden van je andere netwerkapparaten.

10 Twee subnetten

Om onze Y-opstelling te maken, hebben we drie routers nodig. De eerste hangt direct aan het internet, met de tweede en derde router creëren we de gescheiden subnetten. Hiervoor ga je op deze twee routers eigenlijk grotendeels op dezelfde manier te werk als hiervoor beschreven bij Manier 2.

Het wan-ip-adres van je eerste router is afkomstig van je internetprovider en als lan-ip-adres heeft die bijvoorbeeld 192.168.0.254. Je zou dan als wan-ip-adres voor je tweede router 192.168.0.253 en voor je derde router 192.168.0.252 kunnen instellen. Dat kan telkens een vast ip-adres zijn of je plaatst beide adressen in de dhcp-reserveringen van je eerste router. Zie hiervoor stap 6. Vervolgens geef je aan je tweede en derde router een lan-ip-adres mee binnen een ip-segment dat zowel van de eerste router als ook van elkaar verschilt. Dat zou bijvoorbeeld 192.168.1.x voor je tweede router en 192.168.2.x voor je derde router kunnen zijn. Zorg ervoor dat op de drie routers de dhcp-service is geactiveerd.

Door deze configuratie krijg je de volgende situatie. Alle verbonden toestellen kunnen internet bereiken. Elke pc kan de andere toestellen benaderen, indien die zich binnen hetzelfde subnet bevinden. De pc’s kunnen ook de drie routers pingen. Heb je servers op je subnet(ten) draaien, dan moet je de nodige port forwarding-regels instellen, zoals beschreven bij stap 9.

Router enkel als switch

Wil je een oude router enkel als switch gebruiken, dan stel en sluit je de router aan op de manier die we in dit artikel als eerste beschrijven (lan-lan). Vervolgens schakel je het wifi-accesspoint van deze tweede router uit. Je kunt de tweede router dan probleemloos als een normale switch gebruiken. Let er wel op dat een wat oudere router misschien niet is voorzien van gigabit-aansluitingen.

▼ Volgende artikel
Meerdere bestanden hernoemen? PowerRename en Advanced Renamer schieten te hulp
© Maneesh - stock.adobe.com
Huis

Meerdere bestanden hernoemen? PowerRename en Advanced Renamer schieten te hulp

Het organiseren van bestanden kan je flink wat tijd kosten. Hoe doe je dit efficiënter? Kun je in één keer een grote hoeveelheid namen van bestanden veranderen, bijvoorbeeld als je je foto- of muziekcollectie aan het reorganiseren bent? Met hulp van buitenaf is dat zeker mogelijk. Je krijgt daarmee meer controle én je bespaart jezelf heel wat handmatig werk.

In dit artikel laten we zien hoe je meerdere bestanden in één keer hernoemt en tijd bespaart bij het organiseren van je bestanden:

  • Hernoem bestanden in bulk met Windows Verkenner
  • Gebruik PowerRename uit Microsoft PowerToys en voeg ook automatisch datums, nummering en aangepaste tekst toe aan bestandsnamen
  • Of ga aan de slag met het externe programma Advanced Renamer, voor nog meer functies

Ook interessant: Zo wijzig je eenvoudig bestandstypen op je pc

Er zijn verschillende manieren waarop je in één keer een flink aantal bestanden kunt hernoemen. Welke methode je kiest, is afhankelijk van je persoonlijke voorkeur en de eisen die je aan het hernoemen stelt. De vertrouwde Verkenner (Windows-toets+E) helpt je voor de basis al op weg. Selecteer de bestanden die je wilt aanpassen en klik erop met de rechtermuisknop. Kies Naam wijzigen. Je kunt de bestanden ook selecteren en op de F2-toets drukken. Windows Verkenner voegt automatisch een volgnummer toe aan elk bestand en is intelligent genoeg om door te nummeren als je later nieuwe bestanden dezelfde naam geeft.

Met de Verkenner van Windows voer je basisacties uit.

Microsoft PowerToys

Meer controle

De basisfuncties van Windows Verkenner zijn prima, maar wij stellen hogere eisen. Op dit vlak komen de Microsoft PowerToys van pas. Dit is een set slimme uitbreidingen voor Windows die je gratis kunt gebruiken. Zorg dat je de nieuwste versie installeert en open het hoofdvenster.

Kies voor PowerRename. Zoals de naam al doet vermoeden, gebruik je dit onderdeel voor het geavanceerd aanpassen van bestandsnamen. Schakel PowerRename wel eerst in via het instellingenvenster (via de optie PowerRename inschakelen). De werking is vergelijkbaar met de standaardfunctie van de verkenner.

Selecteer nu de bestanden die je onder handen wilt nemen, klik erop met de rechtermuisknop en kies voor Naam wijzigen met PowerRename. Een nieuw venster opent. Rechts vind je de geselecteerde bestanden. Links in het venster bepaal je wat er met de bestandsselectie moet gebeuren. In het vak Zoeken naar geef je de term op die moet worden vervangen. De opties eronder bepalen hoe snel een treffer optreedt. Kies bijvoorbeeld voor Hoofdlettergevoelig als je de zoekterm exact wilt laten overeenkomen. In het vak eronder – Vervangen door – typ je de nieuwe term.

PowerRename maakt deel uit van de gratis Microsoft PowerToys.

Automatische aanvulling

Klik op het informatiepictogram rechts van dit vak. Je opent hiermee een menu waarmee je intelligente vervangingen kunt uitvoeren. In de sectie Vervangen met de aanmaakdatum en -tijd van het bestand voeg je aan de bestandsnaam automatisch de naam van de maand of zelfs de aanmaaktijd tot op de milliseconde nauwkeurig toe.

Blader door naar de sectie Vervangen met geavanceerde tellersyntaxis. Via dit menu voeg je een telwaarde aan de bestandsnaam toe. Ook hier heb je volop controle over de manier. Je kunt de verhogingswaarde aanpassen (bijvoorbeeld elke keer twee cijfers omhoog), of een aangepaste beginwaarde selecteren. Tot slot is er de sectie Vervangen door willekeurige waarden. Hiermee geef je onder meer een willekeurig nummer of tekenreeks aan de bestandsnamen.

In de sectie Toepassen op bepaal je welk deel van de bestandsnaam je wilt aanpassen. Zijn de aanpassingen nodig voor de volledige naam en bestandsextensie (zoals doc of png)? Kies dan Bestandsnaam en extensie. Je kunt ook kiezen voor Alleen bestandsnaam en Alleen extensie. Via de knoppen rechts geef je aan of de vervangingen gelden voor bestanden, mappen en submappen.

Bepaal op welke items je de acties wilt toepassen.

Opmaak bestandsnaam

Met PowerRename kun je verder aangeven hoe de opmaak van de bestands- en mapnamen moet zijn. Bij Tekstopmaak vind je een aantal opties. Zo kun je de namen forceren in kleine letters of juist volledig in hoofdletters opmaken. Ook kun je elk woord met een hoofdletter laten beginnen. Kies de opmaak die je wilt toepassen op de namen.

Rechts in het venster zie je in de eerste kolom de oorspronkelijke bestands- en mapnamen. In de kolom Naam gewijzigd zie je een voorproefje van het resultaat. Je hebt hier de mogelijkheid om items uit te sluiten, bijvoorbeeld als je een specifieke map of bepaald bestand niet wilt aanpassen. Verwijder het vinkje naast het item dat je niet wilt meenemen.

Uiterst rechtsboven in het venster vind je de knop Filteren. Deze komt vooral bij lange lijsten van pas. Kies hier bijvoorbeeld voor Alleen bestanden weergeven waarvan de naam wordt gewijzigd. Zo houd je meer overzicht. Ben je tevreden met de aanpassingen? Klik dan op de knop Toepassen. Via de pijl ernaast heb je toegang tot een tweede knop: Toepassen en afsluiten.

Een voorbeeld

We selecteren een set foto’s waarvan we de naam willen aanpassen. Klik erop met de rechtermuisknop en kies Naam wijzigen met PowerRename. Typ nu de term in van het bestand dat je wilt vervangen. Bijvoorbeeld Foto_. In het vak eronder typ je de term die je wilt invoegen, bijvoorbeeld Zomervakantie 2024. Uiteraard voegen we graag een datum toe aan onze foto’s. Klik op de knop met de i en kies voor Naam van de maand ($MMMM) en Jaar alleen vertegenwoordigd door de laatste twee cijfers ($YY).

Via het menu zie je voorbeelden van beschikbare naamacties.

Rechtermuisknop

In Windows 11 is het menu van de rechtermuisknop flink afgeslankt, bijvoorbeeld als je met de rechtermuisknop op een set bestanden klikt. Pas als je de Shift-toets ingedrukt houdt tijdens het rechtsklikken, verschijnt het volledige menu.

Gelukkig kun je zelf bepalen wanneer de opties van PowerRename worden getoond. Open het instellingenvenster van de PowerToys en kies PowerRename. In de sectie Shell-integratie kies je bij PowerRename weergeven in voor Standaard en uitgebreid contextmenu. Hiermee is PowerRename zelfs in het compacte menu zichtbaar. Je kunt PowerRename ook meer verbergen: kies dan voor Alleen uitgebreid contextmenu.

Extra opties

In het instellingenvenster van PowerRename vinden we nog een aantal andere opties om vervangingen eenvoudiger te maken. Kies voor Automatisch aanvullen inschakelen voor de velden zoeken en vervangen, als je Windows wilt laten meedenken bij het zoeken en vervangen. De functie Recent gebruikte tekenreeksen weergeven zorgt ervoor dat je eenvoudig eerder gebruikte zoek- en vervangtermen opnieuw kunt gebruiken.

Bestanden ontgrendelen

Je kent het ongetwijfeld: je wilt een bestand verwijderen, verplaatsen of hernoemen, maar Windows weigert met de melding dat het bestand in gebruik is. Erg frustrerend, vooral als het om één bestand gaat van een volledige set die je graag in één keer hernoemt. Met File Locksmith, een programma dat toevallig ook deel uitmaakt van de besproken PowerToys, verhelp je deze situatie. Open het dashboard van PowerToys en kies File Locksmith. Zet de schuif op Aan bij File Locksmith inschakelen. Kom je een vergrendeld bestand tegen, klik er dan voortaan met de rechtermuisknop op en kies voor Unlock with File Locksmith.

Handig: vergrendelde bestanden alsnog kunnen openen.

Advanced Renamer

Nog meer functies

Heb je behoefte aan nog meer functies, dan kun je gebruikmaken van externe hulp. Goed voorbeeld hiervan is Advanced Renamer. Je mag deze software gratis gebruiken. Ben je tevreden, dan vragen de makers je om een persoonlijke licentie aan te schaffen voor 25 euro. Op het moment van schrijven bieden de makers twee versies: 3 en 4. Wij maken gebruik van de nieuwste.

Na installatie schakel je het van Engels over naar Nederlands. Ga hiervoor naar Settings (bovenin het venster) en kies de tab Environment. Bij Language selecteer je Dutch. Je geeft eerst aan welke bestanden of mappen je wilt aanpassen. Klik op Bestanden of Mappen en selecteer waar het om gaat. Advanced Renamer gaat er standaard vanuit dat je bestanden hernoemt. Gaat het juist om mappen, dan selecteer je het tabblad Hernoemen mappen. Dat bevindt zich naast de tab Hernoemen Bestanden. De lijst wordt gevuld met de geselecteerde items.

Advanced Renamer biedt nog meer mogelijkheden voor meervoudig hernoemen.

Methoden

Advanced Renamer werkt met verschillende methoden, oftewel werkwijzen. Je maakt hieruit een keuze op basis van wat je met de selectie wilt doen. Linksboven – in de sectie Werkwijzelijst hernoemen – klik je op de knop met het plusteken. Een overzicht van beschikbare methoden verschijnt. Kies bijvoorbeeld voor Vervangingenlijst. Vervolgens geef je aan welk deel van de bestandsnaam moet worden vervangen en met welke tekst dit moet gebeuren. De opties in dit geval zijn vergelijkbaar met die van het eerder besproken PowerRename.

Met de methode Wisselen wissel je delen van een bestandsnaam om. Heb je een collectie muzieknummers met de bestandsnaam ‘Artiest - Muzieknummer.mp3’, dan kun je hiervan ‘Muzieknummer - Artiest.mp3’ maken. De makers hebben bij elke methode een uitgebreide uitleg beschikbaar. Krachtig is dat je meerdere methoden aan de lijst kunt toevoegen en daarmee in één keer de bestanden met meerdere acties onder handen neemt.

Via een bepaalde methode geef je aan wat er met je bestanden moet gebeuren.

Opnieuw ordenen?

Met deze herbruikbare stickers vergis je je niet meer!

Goed controleren

Vooral bij complexe batchbewerkingen is het van belang dat je het eindresultaat controleert voordat je de actie daadwerkelijk toepast. Je ziet het voorproefje in de bestandenlijst, in de kolom Nieuwe bestandsnaam. Eventuele aanpassingen worden direct doorgevoerd in de voorbeeldlijst. Gebeurt dit niet, controleer dan of de optie Automatisch testen (boven in het venster) is geactiveerd. Ben je tevreden met de lijst, dan kun je de wijzigingen toepassen. Klik rechtsboven in het venster op Batch starten. Controleer het overzichtsvenster en bevestig met een klik op Begin. Na afloop vind je in de sectie Laatste resultaat (onder in het venster) een overzicht van de acties. Ben je niet tevreden over het resultaat, dan kun je de batch herstellen naar de oorspronkelijke staat. Klik op Laatste batch ongedaan maken. Kies links in het venster voor de datum van de aanpassing. Rechts zie je om welke bestanden het gaat. Je kunt items ook selectief terugzetten: haal het vinkje weg bij de bestanden die je niet wilt herstellen.

Klik tot slot op Lijst ongedaan maken. Via het overzicht Laatste resultaat voer je nog andere taken uit. Zo kun je snel items aan de lijst toevoegen die niet zijn gelukt (via Items met fouten toevoegen) en bestanden die geen verandering hebben ondergaan (via Ongewijzigde items toevoegen). Vervolgens kun je deze opnieuw bewerken.

Niet tevreden? Je kunt de bestandsacties altijd herstellen naar de originele staat.

Een voorbeeld

Stel, je hebt een flinke hoeveelheid foto’s met nietszeggende namen zoals ‘DSCF1234.jpg’. Verbeter de fotonamen door ze de datum en tijd te geven van het moment waarop je ze hebt gemaakt. Kies in Advanced Renamer voor Bestanden en wijs de bestanden aan. Klik hierna bij Werkwijzelijst hernoemen op het plusteken en kies voor Nieuwe naam. Een overzicht van voorbeeldmethoden verschijnt. Klik op het tabblad Datum/tijd. Hier kun je de acties selecteren. De nieuwe bestandsnaam wordt bijvoorbeeld <IMG Year>-<IMG Month>-<IMG Day>_<IMG Hour>-<IMG Min>-<IMG Sec>.<Ext>.

Ook de rechtermuisknop

Als je vaak gebruikmaakt van Advanced Renamer, kun je het programma eenvoudig toegankelijk maken via het contextmenu van de rechtermuisknop. Klik in Advanced Renamer op Instellingen en open de tab Omgeving. Plaats een vinkje bij de optie Contextmenu in de Verkenner. Om het programma te gebruiken: selecteer meerdere bestanden in de verkenner, klik erop met de rechtermuisknop op en kies Meer opties weergeven. Kies vervolgens voor Add to Advanced Renamer.

Bestandsparen

Over foto’s gesproken: bij foto’s heb je soms te maken met bestandsparen. Dit zijn bestanden die bij elkaar horen. Goed voorbeeld hiervan is een map met foto’s in zowel jpg- als raw-formaat. Van elke foto zijn twee versies beschikbaar. Met Advanced Renamer kun je de bestandenparen ook als één geheel behandelen. Activeer hiervoor de optie Paren hernoemen.

Wil je juist dat de bestanden afzonderlijk worden behandeld en bijvoorbeeld elk een eigen naam krijgen, op basis van de extensie? Schakel deze optie dan uit. Wil je meer informatie over een bestand, bijvoorbeeld omdat je de bestanden met elkaar wilt vergelijken en wilt bepalen welk bestand je wel of juist niet wilt aanpassen? Selecteer hiervoor het bestand in de bestandenlijst en open het tabblad Itemdetails. Hier lees je onder meer de datum en tijd, maar ook aanvullende informatie, zoals metagegevens.

Via het tabblad Itemdetails krijg je meer informatie over het bestand.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
De hele familie veilig: bescherming alom voor iedereen
© Kiattisak
Huis

De hele familie veilig: bescherming alom voor iedereen

We zijn thuis vaak met z'n allen tegelijkertijd online. Kinderen die op de smartphone lekker aan het chatten zijn met hun vrienden, de ouders die nog even snel wat e-mailtjes van kantoor wegwerken en de ander kijkt een film online. Maar wat we vaak vergeten is dat je online goed beveiligd moet zijn.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bitdefender

We kennen Bitdefender natuurlijk van de beveiligingspakketten en is al jarenlang een van de best scorende suites als het aankomt op beveiliging voor consumenten.

De meeste beveiligingssuites die je koopt kun je slechts installeren op een paar apparaten, meestal drie of vijf. Maar wil je beveiligingssoftware voor je hele gezin, dan kom je daar vaak niet ver mee: ieder gezinslid heeft tegenwoordig wel minstens één smartphone en een laptop, dus een gemiddeld gezin heeft dan al zo'n acht tot tien apparaten die beveiligd moeten worden. Dat is doorgaans niet goedkoop.

Familie-abonnementen

Bitdefender biedt daarom speciaal voor gezinnen familie-abonnementen aan. Met het meest uitgebreide abonnement bijvoorbeeld kun je tot maximaal 15 apparaten beveiligen. Te denken valt bijvoorbeeld aan alle laptops, de smartphones van de ouders en kinderen, tablets en ook alle Apple-devices.

Het voordeel van een familie-abonnement is dat er één centrale plek is waar de ouders of degene die hierover gaat, zelf aan de knoppen zitten wat betreft wat de kinderen in de familie mogen zien of doen. Bij het abonnement krijg je namelijk een centrale locatie online - Bitdefender Central - waarin bijvoorbeeld ouders sites kunnen blokkeren of de schermtijd kunnen aanpassen.

Wat krijg je allemaal bij een familie-abonnement? Wanneeer je een familie-abonnement afneemt - en daarbij maakt het niet uit of je dit nu doet voor één jaar, twee jaar of zelfs drie jaar - krijg je naast de standaardbeveiliging die Bitdefender biedt op al je apparaten, ook nog wat extra handige opties:

  • Tot 25 apparaten beschermd
  • Meerlaagse ransomwarebeveiliging
  • Bescherming voor Android-, Windows-, iOS- en MacOS-apparaten
  • Kwetsbaarheidsanalyse
  • Fraudedetectie
  • Autopilot-functie voor de beste beveiliging
  • Een veilige VPN-verbinding voor alle apparaten (200MB per apparaat per dag)
  • Gratis 24/7-ondersteuning

Iedere Bitdefender-gebruiker van het algemene familie-account heeft toegang tot een eigen Bitdefender Central-omgeving, maar kunnen specifieke rollen toegewezen krijgen. Ouders geven zichzelf dan bijvoorbeeld het Family Manager-account voor het algehele beheer, terwijl andere familieleden, zoals kinderen en tieners, een Tiener- of Kind-account kunnen krijgen. Zij kunnen daar dan zelf ook eigen websiteblokkades instellen, maar kunnen bijvoorbeeld niet de schermtijd opheffen of andere leeftijdgebonden restricties aanpassen.

Kindprofielen kun je eenvoudig hier in Bitdefender installeren.

Het maakt niet uit hoeveel apparaten er worden beveiligd, zolang deze allemaal op hetzelfde hoofdaccount zijn aangemeld, vind je ze hier allemaal terug.

De functies voor ouderlijk toezicht zijn relatief uitgebreid. Wil iemand waarvan bijvoorbeeld de internettijd is verlopen, langer toegang tot internet, dan kan hij of zij dit in de app van bijvoorbeeld de smartphone of tablet aangeven; de beheerder van het familieaccount krijgt dan automatisch een melding en kan ervoor kiezen om die extra tijd al dan niet toe te kennen.

Eenvoudig en opgeruimd

Kijken we naar de interface van Bitdefender op de computer, vanuit waar je je apparaat zelf beheert, dan valt meteen op hoe intuïtief de omgeving eruit ziet. Geen overbodige franje maar gewoon een interface die direct de status van de beveiliging van je apparaat laat zien.

Worden er kwetsbaarheden gevonden, dan laat Bitdefender dit weten door middel van een waarschuwing. Je ziet meteen waar actie op moeten worden ondernomen en hoe het probleem kan worden opgelost.

De intuïtieve interface toont direct de status van je computer.

Computeroptimalisatie valt ook onder de mogelijkheden van Bitdefender Total Security. Via de optie Hulpprogramma's vind je bijvoorbeeld de OneClick Optimizer die je computer opschoont door overbodige registersleutels en bestanden van het systeem te verwijderen, zodat je computer optimaal blijft functioneren.

Zuinig en spaarzaam

Het voordeel van de Bitdefender-software is dat deze een lage systeembelasting heeft. Door gebruik te maken van geoptimaliseerde routines en code in de software wordt de processor van je pc, laptop, tablet of smartphone nauwelijks belast, waardoor de werking van je apparaat niet wordt beïnvloed en er geen vertragingen of haperingen zijn. Daarnaast zijn ook de systeemeisen laag: zo heb je voor Windows een computer nodig met 2GB geheugen en is er slechts 2.5 GB vrije ruimte voor nodig.

Ook voor de individuele gebruiker(s) Heb je geen groot gezin of wil je liever beveiliging en antivirus voor jezelf? Kies dan voor een van de andere abonnementsvormen die Bitdefender aanbiedt. Zo kun je bijvoorbeeld kiezen voor Bitdefender Ultimate Security (79,99 euro per jaar) waarmee je tot maximaal vijf apparaten kunt beschermen. Ook dan krijg je toegang tot alle uitgebreide functies die ook in de familie-abonnementen zitten.

Bitdefender scoort hoge ogen

De jaarlijkse AV Comparative is 's-werelds bekende testinstituut voor beveiligingspakketten. Hier worden alle bekende pakketten getest op alertheid, betrouwbaarheid, malware- en virusherkenning en nog tal van andere punten. Bitdefender scoort zowel met haar Windows-software als de Android-app hoge ogen als het aankomt op de beveiliging en belasting van de geteste apparaten.