ID.nl logo
Bouw een extra router in je thuisnetwerk
© Reshift Digital
Huis

Bouw een extra router in je thuisnetwerk

De kans is groot dat je router afkomstig is van je internetprovider, want heel vaak zitten router en modem in één toestel. Dat is misschien wel makkelijk, maar er hangen best ook wel nadelen aan vast. Je kunt echter een extra router in je netwerk hangen. Waarom en hoe? Je leest het in dit artikel.

Je hebt misschien nog een oude (draadloze) router liggen en anders kun je er vast één voor een prikkie op de kop tikken. Leuk, maar wat doe je daar nou mee? Wij kunnen alvast een boel redenen bedenken waarom een extra router in je netwerk best zinvol kan zijn.

01 Redenen voor een extra router

De modem-router van je provider staat bijvoorbeeld in de meterkast en het draadloze bereik is ondermaats. Dan kan een range-extender of wifi-repeater nog wel uitkomst brengen, maar daarmee halveer je in principe wel de snelheid van je draadloze verbinding. Een andere reden om een tweede router in je netwerk op te nemen is dat je standaardrouter weinig extra opties biedt (en zelf frunniken aan de firmware laat de provider je uiteraard niet toe). En vaak is er geen usb-poort voor een externe schijf, geen vpn-ondersteuning en geen gastnetwerk-mogelijkheid. Of wellicht stellen de uitgebouwde wifi-mogelijkheden teleur: geen simultane dualband, geen ac-wifi enzovoort. Of het handjevol lan-poortjes van de router zit al volgestouwd en je hebt dus behoefte aan extra koppelingsmogelijkheden. Je kunt dan uiteraard een switch kopen, maar een oude router kun je doorgaans ook als switch gebruiken.

Maar je kunt ook een meer ‘geavanceerde’ reden hebben voor zo’n tweede of zelfs derde router: je wilt bijvoorbeeld je netwerk in subnetten opdelen, waarbij gebruikers (of hackers …) van het ene subnet niet bij de apparaten van het andere kunnen. Zo’n afgeschermd subnet kan nuttig zijn voor gebruik door je kinderen of gasten, of wanneer je een server draaien hebt die je van de rest van je netwerk wilt afscheiden. Ook voor onveilige IoT-apparatuur komt een dergelijk gescheiden netwerk van pas.

Een eigen router betekent overigens wel dat je zelf instaat voor de configuratie en upgrades. Even naar de provider bellen voor ondersteuning van je tweede router zit er natuurlijk niet in. Maar dat schrikt een lezer van Computer!Totaal natuurlijk niet af!

©PXimport

02 Routers achter elkaar

Er zijn eigenlijk twee manieren waarop je routers achter elkaar kunt verbinden. Bij het eerste type koppel je een lan-poort van de eerste router via een utp-kabel met een lan-poort van je tweede router. En wel zo dat beide routers zich in hetzelfde lan-ip-segment bevinden, zodat computers en andere netwerkapparaten met beide routers kunnen verbinden. Deze setup is aanbevolen wanneer je bestanden en andere bronnen binnen je hele netwerk wilt kunnen delen, de tweede router dient dan als wifi-accesspoint of switch in je normale netwerk.

Bij het tweede type wordt het wat complexer: hier verbind je een lan-poort van de eerste router met het wan-poort van je tweede router. Beide routers hebben dan verschillende ip-segmenten, zodat apparaten uit het ene segment niet zomaar toestellen uit het andere segment kunnen benaderen. Het omgekeerde is normaliter wel nog mogelijk. Wil je echt twee volledig gescheiden segmenten die elkaar niet kunnen benaderen, dan kun je een Y-opstelling met drie routers overwegen. In dit artikel komen al deze mogelijkheden expliciet aan bod.

©PXimport

©PXimport

02 Lan-lan versus lan-wan: fundamenteel verschillend van opzet.

De eerste methode om twee routers te koppelen, een lan-naar-lan-verbinding, biedt vaak een uitkomst als je extra lan-poorten nodig hebt of wanneer het wifi-bereik van je eerste router ontoereikend is.

03 Basisinformatie verzamelen

Je kunt het gebrek aan wifi-bereik, zoals gezegd, oplossen met een range-extender, repeater of met een powerlinesetje met meerdere adapters (al dan niet met geïntegreerd draadloos toegangspunt), maar dat kost natuurlijk geld. Een extra draadloos toegangspunt kan ook, maar zo’n toestel is doorgaans duurder dan een extra router – zeker als je er nog eentje ergens hebt liggen.

Wij opteren dus voor een extra router, en gaan ervan uit dat je eerste router met het modem is verbonden – voor zover het al niet om één modem-router gaat. Zorg er tevens voor dat een computer met een van de lan-poorten van die eerste router is verbonden. Open vervolgens de opdrachtprompt op die pc en voer het commando ipconfig uit. Noteer het ip-adres van de Standaardgateway (Default Gateway) bij je ethernet-connectie, evenals het Subnetmasker. Dit laatste is normaliter 255.255.255.0.

©PXimport

04 Router-adres

Hang nu je tweede router aan het stroomnet en koppel voorlopig alleen een computer aan een lan-poort van deze router. We gaan er wel van uit dat je het ip-adres en de inloggegevens van die router kent. Ben je die vergeten, dan kun je de router nog resetten zodat die op de standaardconfiguratie terugvalt. Zo’n reset kan gewoonlijk met de 30/30/30-regel: houd het resetknopje met een puntig voorwerp gedurende 30 seconden ingedrukt, schakel de router vervolgens uit en schakel die na 30 seconden weer in waarbij je het knopje nog steeds ingedrukt houdt gedurende een laatste 30 seconden. Raadpleeg ook de (online) handleiding van het apparaat, hier vind je vaak wel het standaard ingestelde ip-adres met gebruikersnaam en wachtwoord.

Start vervolgens je browser op en stem die af op het ip-adres van deze tweede router. Na je aanmelding kun je aan de slag. Allereerst zorg je ervoor dat dit ip-adres binnen hetzelfde ip-segment (subnet) van je eerste router valt. Stel, je eerste router heeft als (lan-)ip-adres 192.168.0.254, dan zou je de tweede router het adres 192.168.0.253 kunnen geven (alleen het laatste cijfer verschilt), met hetzelfde subnetmasker. Om adresconflicten te vermijden, zorg je er wel voor dat dit adres nog niet in gebruik is binnen je netwerk en dat het niet binnen het dhcp-bereik van je eerste router valt. Eventueel moet je dat eerst nog even controleren in de webinterface van je eerste router.

©PXimport

05 Router-configuratie

De eerste stap is gezet, maar gezien er binnen één subnet maar één dhcp-server actief mag zijn, moet je deze service op je tweede router nog deactiveren, zodat het uitdelen van adressen een voorrecht van je eerste router blijft. Verder moet je ook aandacht hebben voor het draadloze gedeelte. Vermoedelijk wil je tussen beide routers kunnen ‘roamen’ en het meest gangbare scenario is in dat geval dat je beide routers dezelfde ssid meegeeft, weliswaar bij voorkeur een andere ssid voor de 2,4 GHz- en de 5 GHz-band (indien beide beschikbaar). Kies op beide routers indien mogelijk voor dezelfde wifi- en encryptiestandaard, met hetzelfde wachtwoord (bijvoorbeeld 802.11n en wpa2-aes). Voor de 2,4GHz-band stel je de tweede router wel op een ander kanaal in, dat idealiter minstens 5 nummers verschilt van dat van je eerste router (bijvoorbeeld kanaal 1 en 6 of kanaal 6 en 11). Positioneer je tweede router optimaal in je woning. Software als het gratis NetSpot kan je bij deze ‘site survey’ helpen, beschikbaar voor Windows en macOS). Verbind beide routers nu met elkaar door middel van een netwerkkabel die je op de lan-poorten aansluit.

©PXimport

Bridge-modus

Sommige routers zijn voorzien van een zogenoemde bridge-modus. Hiermee wordt het nog iets makkelijker om een router als een extra toegangspunt binnen je bestaande netwerk(segment) in te stellen. In de bridge-modus functioneert je router als een accesspoint en worden zaken als de dhcp-server automatisch uitgeschakeld. Ontbeert je router die functionaliteit, dan lukt het misschien wel met een firmware-update of desnoods via een flash met de alternatieve firmware van DD-WRT. Zo’n flash voer je wel geheel op eigen risico uit. We gaan er alvast van uit dat je eerste router geconfigureerd is voor draadloze toegang. Ga vervolgens naar de webinterface van je tweede router en activeer de Bridge Mode of een optie die hierop lijkt. Die vind je wellicht terug in een rubriek als Network Mode, Wireless Mode of Connection Type. Geef deze router een ip-adres mee in hetzelfde ip-segment als de andere router, met hetzelfde subnetmasker. Is je router ingesteld op de bridge-modus, dan kun je de router via de wan-poort met een netwerkkabel aan je netwerk hangen waarna het apparaat functioneert als accesspoint.

©PXimport

Is het je bedoeling om met twee gescheiden subnetten te werken waarbij de computers van het buitenste subnet (verbonden met je eerste router) de toestellen van het binnenste subnet (verbonden met je tweede router) niet kunnen bereiken, dan moet je voor een lan-naar-wan-opstelling gaan. We maken hier de I-opstelling.

06 Wan-gedeelte

Bij een lan-naar-wan-opstelling kun je bijvoorbeeld een of meer servers op het buitenste subnet draaien, of dit subnet inzetten als (draadloze) netwerk voor je kinderen of gasten – eventueel zelfs in combinatie met dns-webfiltering (zie stap 8). Een dergelijke opstelling is bijvoorbeeld ook handig om onveilige IoT-apparatuur te scheiden van je andere netwerkapparaten.

Noteer alvast het ip-adres en het subnetmasker van je eerste router. Ga via de webinterface na of de dhcp-service op deze router wel actief is. Koppel nu een pc aan een lan-poort van je tweede router en ga naar de webinterface van dit toestel (zie stap 4 voor een eventuele router-reset). Ga naar de internetinstellingen van deze tweede router en stel die in op automatische configuratie via dhcp. Dat heeft als gevolg dat het wan-ip-adres van deze router door de dhcp-server van je eerste router wordt toegewezen. Om ervoor te zorgen dat dit ip-adres hetzelfde blijft, kun je je eerste router zo instellen dat je tweede router met dit adres in de lijst met dhcp-reserveringen (oftewel statische leases) wordt opgenomen. Een alternatief is dat je het wan-ip-adres van je tweede router zelf vast instelt, weliswaar buiten het dhcp-bereik van je eerste router. Als standaardgateway van je tweede router vul je in dit geval zelf het lan-ip-adres van je eerste router in.

07 Lan-gedeelte

Over naar het lokale netwerk-gedeelte van je tweede router. Die geef je een lan-ip-adres mee dat in een ander ip-segment ligt dan dat van je eerste router. Je zou je tweede router bijvoorbeeld het adres 192.168.1.1 kunnen meegeven als je eerste router als adres 192.168.0.1 heeft. Wellicht wil je dat ook deze tweede router ip-adressen binnen zijn ip-segment kan uitdelen. Dan moet je op deze router ook de dhcp-service activeren. Je zou die adressen kunnen laten toekennen binnen een bereik van bijvoorbeeld 192.168.1.2 tot 192.168.1.50.

Ben je hiermee klaar en zijn alle instellingen correct doorgevoerd, dan verbind je een lan-poort van je eerste router via een netwerkkabel met de wan-poort van je tweede router. Stel een verschillende ssid in voor elke router en laat het draadloze signaal over een zo uiteenlopend mogelijk kanaal lopen (bijvoorbeeld 1 en 6 of 6 en 11 bij 2,4 GHz, zie ook stap 5).

©PXimport

08 Dns

Zoals gezegd is het voor computers uit het buitenste subnet niet zomaar mogelijk om toestellen uit het binnenste subnet te benaderen, wat maakt dat het buitenste subnet bijvoorbeeld geschikt is voor gebruik door gasten (via wifi) of voor gebruikers die graag experimenteren. Je werkt zelf dan (als je niet aan het knutselen bent) uitsluitend op toestellen in het binnenste subnet. Als je dat verkiest, kun je bijvoorbeeld ook verschillende dns-servers instellen op beide routers. Op de tweede router gebruik je dan de standaard dns-servers van je provider of die van Google (8.8.8.8 en 8.8.4.4), terwijl je op de eerste router eventueel dns-servers met ‘geïntegreerde webfiltering’ instelt, zoals die van OpenDNS (208.67.220.220 en 208.67.222.222). Meer uitleg over deze dns-filtering vind je hier.

©PXimport

09 Port forwarding

Het feit dat je nu met gescheiden subnetten werkt, kan ook onvermoede nadelen opleveren. Wanneer je interne servers (zoals een nas, webcam of een of andere server op een pc) in het binnenste subnet (van je tweede router) plaatst, dan laten die zich niet zomaar benaderen vanaf het internet. Wil je dat toch, dan kun je dat via een dubbele port forwarding oplossen.

Stel, je draait een server op een toestel met lan-ip-adres 192.168.1.148 op poort 8000 en je tweede router heeft als wan-ip-adres 192.168.0.253. Dan stel je eerst port forwarding op je eerste router in, waarbij je aanvragen van buitenaf op poort 8000 naar ip-adres 192.168.0.253 doorstuurt. Vervolgens stel je port forwarding op je tweede router in met aanvragen op poort 8000 naar ip-adres 192.168.1.148. Via het wan-ip-adres van je eerste router is die server op je binnenste subnet nu wel weer bereikbaar vanaf het internet. Weet je niet precies hoe je port forwarding instelt, ga dan hiernaartoe, daar vind je voor talrijke routers de nodige instructies om port forwarding in te stellen.

©PXimport

Je kunt het netwerk nog ‘veiliger’ maken door twee compleet geïsoleerde subnetten te creëren die elkaar niet kunnen bereiken. Daarvoor heb je dan wel drie routers nodig, waarbij je de eerste router rechtstreeks naar de twee andere vertakt – vandaar de naam Y-opstelling. Net als de I-opstelling met twee routers is ook deze oplossing geschikt om onveilige IoT-apparatuur te scheiden van je andere netwerkapparaten.

10 Twee subnetten

Om onze Y-opstelling te maken, hebben we drie routers nodig. De eerste hangt direct aan het internet, met de tweede en derde router creëren we de gescheiden subnetten. Hiervoor ga je op deze twee routers eigenlijk grotendeels op dezelfde manier te werk als hiervoor beschreven bij Manier 2.

Het wan-ip-adres van je eerste router is afkomstig van je internetprovider en als lan-ip-adres heeft die bijvoorbeeld 192.168.0.254. Je zou dan als wan-ip-adres voor je tweede router 192.168.0.253 en voor je derde router 192.168.0.252 kunnen instellen. Dat kan telkens een vast ip-adres zijn of je plaatst beide adressen in de dhcp-reserveringen van je eerste router. Zie hiervoor stap 6. Vervolgens geef je aan je tweede en derde router een lan-ip-adres mee binnen een ip-segment dat zowel van de eerste router als ook van elkaar verschilt. Dat zou bijvoorbeeld 192.168.1.x voor je tweede router en 192.168.2.x voor je derde router kunnen zijn. Zorg ervoor dat op de drie routers de dhcp-service is geactiveerd.

Door deze configuratie krijg je de volgende situatie. Alle verbonden toestellen kunnen internet bereiken. Elke pc kan de andere toestellen benaderen, indien die zich binnen hetzelfde subnet bevinden. De pc’s kunnen ook de drie routers pingen. Heb je servers op je subnet(ten) draaien, dan moet je de nodige port forwarding-regels instellen, zoals beschreven bij stap 9.

Router enkel als switch

Wil je een oude router enkel als switch gebruiken, dan stel en sluit je de router aan op de manier die we in dit artikel als eerste beschrijven (lan-lan). Vervolgens schakel je het wifi-accesspoint van deze tweede router uit. Je kunt de tweede router dan probleemloos als een normale switch gebruiken. Let er wel op dat een wat oudere router misschien niet is voorzien van gigabit-aansluitingen.

▼ Volgende artikel
Review Google Pixel Buds 2a - Prima oordopjes, maar pas echt interessant met korting
© Wesley Akkerman
Huis

Review Google Pixel Buds 2a - Prima oordopjes, maar pas echt interessant met korting

De Google Pixel Buds 2a zijn comfortabele oordopjes en de eerste in de betaalbare A-serie met actieve ruisonderdrukking (ANC). Ze hebben een kleiner en lichter ontwerp dan hun voorganger, wat zorgt voor een betere pasvorm. Daarnaast zijn ze zweet- en waterbestendig en hebben ze een adviesprijs van 149 euro. Hoe bevallen ze in de praktijk?

Uitstekend
Conclusie

De Pixel Buds 2a is een veelzijdige alleskunner die vooral eigenaren van een recente Pixel-smartphone aanspreekt dankzij de naadloze software-integratie. De oordopjes bieden welkome verbeteringen, zoals actieve ruisonderdrukking en een comfortabele pasvorm, maar moeten zich staande houden in een sterk concurrerende markt. Gezien de functies is de adviesprijs gerechtvaardigd, al wordt de prijs-kwaliteitverhouding pas echt interessant wanneer je ze met korting kunt kopen. Rond de 100 à 120 euro veranderen ze van een degelijke keuze in een bijzonder aantrekkelijke optie binnen het middensegment.

Plus- en minpunten
  • Licht en comfortabel
  • Compacte, duurzame oplaadcase
  • Prima software en equalizer
  • Fijn geluid in middensegment
  • Actieve ruisonderdrukking
  • Geen draadloos opladen
  • Volumeregeling alleen digitaal
  • Hogere volumes verslechteren audiokwaliteit

De Pixel Buds 2a hebben een compacter ontwerp gekregen. Zowel de oordopjes als de matte, kiezelvormige oplaadcase zijn kleiner, waardoor je ze gemakkelijker opbergt. Daarnaast heeft Google het draagcomfort verbeterd: de dopjes zijn kleiner en beschikken over subtiele en stabiele vleugeltjes waarmee je ze netjes in je oren parkeert. Ook tijdens het sporten vallen ze niet uit. Je krijgt er bovendien vier maten oortips bij, waardoor er ongetwijfeld een pasvorm voor je bijzit. En met het IP54-certificaat zijn ze ook goed beschermd tegen water en stof.

De belangrijkste upgrade is de toevoeging van active noise cancellation (of actieve ruisonderdrukking), een onderdeel dat je niet vaak aantreft op goedkopere oordopjes. Toch zijn er nog altijd enkele concessies. Je moet het bijvoorbeeld doen zonder draadloos opladen en headtracking. Daarnaast is het aantal microfoons teruggebracht. Dat zijn minpunten waar je prima mee kunt leven. Een groter nadeel is het ontbreken van volumeregeling op de oordoppen zelf, en ook de overige bediening is niet altijd even nauwkeurig in de reactie..

©Wesley Akkerman

Accuduur en in gebruik

De Pixel Buds 2a komen het best tot hun recht op een Android-smartphone, vooral op een Pixel. Op die toestellen zijn de oordopjes direct geïntegreerd in de systeeminstellingen via de bluetoothtegel, zodat je geen aparte app nodig hebt. Gebruik je een ander Android-toestel, dan moet je de Pixel Buds-app installeren om dezelfde instellingen te kunnen beheren. Vanuit dat menu beheer je de batterijstatus, equalizer en transparantiemodus. Functies zoals multipoint moet je handmatig inschakelen. De ondersteuning voor Gemini is aanwezig en werkt prettig via de oordopjes. De software is verder overzichtelijk en eenvoudig in gebruik.

De batterijduur van de oordopjes zelf is prima en haalt de beloofde zeven uur met actieve ruisonderdrukking aan; dat is meestal genoeg voor de werkdag. De oplaadcase is echter teleurstellend met slechts twintig uur totale reserve, waardoor je die elke paar dagen moet opladen. Dat kan dan alleen via een usb-c-kabel, aangezien draadloos laden niet werkt. Een grote vooruitgang is dat je de batterij in de case kunt vervangen. Winst in het kader van duurzaamheid juichen we altijd toe, dus dit spreekt enorm in het voordeel van de Buds 2a.

Geluidskwaliteit en ANC

De Google Pixel Buds 2a beschikt over 11mm-drivers en de Tensor A1-chipset van Google. Samen zorgen die voor een overwegend gebalanceerd geluidsprofiel. De bas is aanwezig maar niet overheersend, waardoor muziek helder klinkt bij uiteenlopende genres en op normaal volume. Bij hogere volumes gaat de geluidskwaliteit wel wat achteruit, met een wat doffer, minder zuiver geluid als gevolg. Met de vijfbands-equalizer in de app kun je het geluid gelukkig eenvoudig naar eigen smaak bijstellen.

De actieve ruisonderdrukking is vooral gericht op het reduceren van constante, monotone achtergrondgeluiden. De technologie presteert sterk bij het wegfilteren van het geluid van ventilatiesystemen, treinmotoren of een stofzuiger, waardoor je daar weinig van meekrijgt. Variabele en onregelmatige geluiden, zoals stemmen, een tv of het tikken op een toetsenbord, worden wel gedempt, maar dringen nog deels door. Al met al is de ANC dus niet verkeerd, maar we hebben beter gehoord. Kijkend naar de prijs past dit wel binnen de verwachtingen.

©Wesley Akkerman

Tot slot is de transparantiemodus bedoeld om omgevingsgeluid door te laten, maar in de praktijk heeft die moeite om de juiste geluiden te onderscheiden. Constante achtergrondgeluiden, zoals het gezoem van een ventilator, kunnen daardoor de stem van je gesprekspartner overstemmen. Voor telefoongesprekken vangen de microfoons je stem goed op, al is de klank minder helder dan direct via de telefoon. Achtergrondruis wordt effectief gefilterd, maar geluiden van dichtbij, zoals het typen op een toetsenbord, blijven in veel gevallen een stoorzender voor je gesprekspartner.

Google Pixel Buds 2a kopen?

De Pixel Buds 2a is een veelzijdige alleskunner die vooral eigenaren van een recente Pixel-smartphone aanspreekt dankzij de naadloze software-integratie. De oordopjes bieden welkome verbeteringen, zoals actieve ruisonderdrukking en een comfortabele pasvorm, maar moeten zich staande houden in een sterk concurrerende markt. Gezien de functies is de adviesprijs gerechtvaardigd, al wordt de prijs-kwaliteitverhouding pas echt interessant wanneer je ze met korting kunt kopen. Rond de 100 à 120 euro veranderen ze van een degelijke keuze in een bijzonder aantrekkelijke optie binnen het middensegment.

▼ Volgende artikel
Nederlands techbedrijf komt met WeTransfer-concurrent
© Vatcharachai - stock.adobe.com
Huis

Nederlands techbedrijf komt met WeTransfer-concurrent

Een Nederlands techberdijf heeft een nieuw platform gelanceerd waarmee bestanden met een omvang tot 100 GB verstuurd kunnen worden. Het platform is volledig in Nederland ontwikkeld en gehost. De dienst is gratis voor incidenteel gebruik en voldoet aan de Euroese privacywetgeving AVG.

Het Nederlandse Msafe introduceert TransferOne, een nieuwe dienst om bestanden te delen zonder dat gebruikersdata worden verwerkt of geanalyseerd door derden. De dienst richt zich op iedereen die waarde hecht aan privacy bij het versturen van bestanden.

“Veel mensen gebruiken WeTransfer vanwege het gemak, maar dat gemak mag niet ten koste gaan van privacy,” zegt Hennie Jansen, commercieel directeur van Msafe. “TransferOne geeft gebruikers controle over wie toegang heeft tot hun bestanden, zonder advertenties of dataverwerking achter de schermen.”

WeTransfer-beleid omtreden

Recente aanpassingen in het beleid van WeTransfer zorgden voor ongerustheid. In de nieuwe voorwaarden staat namelijk dat WeTransfer zichzelf een brede, niet-exclusieve licentie geeft om geüploade bestanden te gebruiken voor het verbeteren van zijn diensten en het ontwikkelen van nieuwe technologieën, waaronder AI-modellen. WeTransfer geeft aan geen e-mailadressen met derden te delen en persoonlijke gegevens na twaalf maanden te anonimiseren of pseudonimiseren.

De TransferOne-dienst versleutelt alle bestanden en biedt extra beveiligingsopties, zoals een pincode of multi-factor-authenticatie (MFA). In de strengste beveiligingsstand ontvangt de ontvanger naast een e-mail ook een sms-code om de bestanden te kunnen openen. Na afloop van de ingestelde bewaartermijn worden alle bestanden automatisch verwijderd.

De basisversie van TransferOne is gratis beschikbaar voor incidenteel gebruik. Voor wie de dienst vaker nodig heeft of extra functies wil, is er TransferOne Ultimate, een betaald abonnement van drie euro per maand.

Volgens CEO Atze Zwirs past de introductie van TransferOne in een bredere ontwikkeling waarin gebruikers meer grip willen houden op hun digitale gegevens. “We combineren eenvoud met veiligheid en privacy,” zegt hij. “Daarbij bouwen we voort op de ervaring die we hebben opgedaan met meer dan 86.000 zakelijke gebruikers van ons Msafe Secure File Transfer-platform.”

Hoe werkt TransferOne?

In tegenstelling tot WeTransfer, waar je over het algemeen vrij snel een bestand kunt versturen, kun je bij TransferOne kiezen voor drie beveiligingsniveaus: Eenvoudig, Veiliger, Veiligste.

Bij de Eenvoudig-optie hoef je alleen je eigen e-mailadres in te vullen en die van de ontvanger en je kunt tot maximaal 4 adressen toevoegen. De upload blijft tot 7 dagen gratis beschikbaar.

Bij de optie Veiliger moet de ontvanger een van tevoren gegenereerde code invullen, maar blijven alle andere opties gelijk als bij de Eenvoudig-optie.

Kiesje voor Veiligste? Dan kan er ter extra verificatie een telefoonnummer van de ontvanger worden toegevoegd. De ontvanger krijgt dan een code op de telefoon die eerst bevestigd moet worden alvorens het bestand kan worden gedownload.

Als bestanden langer dan zeven dagen beschikbaar moet blijven, moet je kiezen voor het Ultimate-abonnement, dat drie euro per maand kost. In dat laatste geval kun je de beschikbaarheid van de bestanden instellen op 60 dagen.