ID.nl logo
Bouw een extra router in je thuisnetwerk
© Reshift Digital
Huis

Bouw een extra router in je thuisnetwerk

De kans is groot dat je router afkomstig is van je internetprovider, want heel vaak zitten router en modem in één toestel. Dat is misschien wel makkelijk, maar er hangen best ook wel nadelen aan vast. Je kunt echter een extra router in je netwerk hangen. Waarom en hoe? Je leest het in dit artikel.

Je hebt misschien nog een oude (draadloze) router liggen en anders kun je er vast één voor een prikkie op de kop tikken. Leuk, maar wat doe je daar nou mee? Wij kunnen alvast een boel redenen bedenken waarom een extra router in je netwerk best zinvol kan zijn.

01 Redenen voor een extra router

De modem-router van je provider staat bijvoorbeeld in de meterkast en het draadloze bereik is ondermaats. Dan kan een range-extender of wifi-repeater nog wel uitkomst brengen, maar daarmee halveer je in principe wel de snelheid van je draadloze verbinding. Een andere reden om een tweede router in je netwerk op te nemen is dat je standaardrouter weinig extra opties biedt (en zelf frunniken aan de firmware laat de provider je uiteraard niet toe). En vaak is er geen usb-poort voor een externe schijf, geen vpn-ondersteuning en geen gastnetwerk-mogelijkheid. Of wellicht stellen de uitgebouwde wifi-mogelijkheden teleur: geen simultane dualband, geen ac-wifi enzovoort. Of het handjevol lan-poortjes van de router zit al volgestouwd en je hebt dus behoefte aan extra koppelingsmogelijkheden. Je kunt dan uiteraard een switch kopen, maar een oude router kun je doorgaans ook als switch gebruiken.

Maar je kunt ook een meer ‘geavanceerde’ reden hebben voor zo’n tweede of zelfs derde router: je wilt bijvoorbeeld je netwerk in subnetten opdelen, waarbij gebruikers (of hackers …) van het ene subnet niet bij de apparaten van het andere kunnen. Zo’n afgeschermd subnet kan nuttig zijn voor gebruik door je kinderen of gasten, of wanneer je een server draaien hebt die je van de rest van je netwerk wilt afscheiden. Ook voor onveilige IoT-apparatuur komt een dergelijk gescheiden netwerk van pas.

Een eigen router betekent overigens wel dat je zelf instaat voor de configuratie en upgrades. Even naar de provider bellen voor ondersteuning van je tweede router zit er natuurlijk niet in. Maar dat schrikt een lezer van Computer!Totaal natuurlijk niet af!

©PXimport

02 Routers achter elkaar

Er zijn eigenlijk twee manieren waarop je routers achter elkaar kunt verbinden. Bij het eerste type koppel je een lan-poort van de eerste router via een utp-kabel met een lan-poort van je tweede router. En wel zo dat beide routers zich in hetzelfde lan-ip-segment bevinden, zodat computers en andere netwerkapparaten met beide routers kunnen verbinden. Deze setup is aanbevolen wanneer je bestanden en andere bronnen binnen je hele netwerk wilt kunnen delen, de tweede router dient dan als wifi-accesspoint of switch in je normale netwerk.

Bij het tweede type wordt het wat complexer: hier verbind je een lan-poort van de eerste router met het wan-poort van je tweede router. Beide routers hebben dan verschillende ip-segmenten, zodat apparaten uit het ene segment niet zomaar toestellen uit het andere segment kunnen benaderen. Het omgekeerde is normaliter wel nog mogelijk. Wil je echt twee volledig gescheiden segmenten die elkaar niet kunnen benaderen, dan kun je een Y-opstelling met drie routers overwegen. In dit artikel komen al deze mogelijkheden expliciet aan bod.

©PXimport

©PXimport

02 Lan-lan versus lan-wan: fundamenteel verschillend van opzet.

De eerste methode om twee routers te koppelen, een lan-naar-lan-verbinding, biedt vaak een uitkomst als je extra lan-poorten nodig hebt of wanneer het wifi-bereik van je eerste router ontoereikend is.

03 Basisinformatie verzamelen

Je kunt het gebrek aan wifi-bereik, zoals gezegd, oplossen met een range-extender, repeater of met een powerlinesetje met meerdere adapters (al dan niet met geïntegreerd draadloos toegangspunt), maar dat kost natuurlijk geld. Een extra draadloos toegangspunt kan ook, maar zo’n toestel is doorgaans duurder dan een extra router – zeker als je er nog eentje ergens hebt liggen.

Wij opteren dus voor een extra router, en gaan ervan uit dat je eerste router met het modem is verbonden – voor zover het al niet om één modem-router gaat. Zorg er tevens voor dat een computer met een van de lan-poorten van die eerste router is verbonden. Open vervolgens de opdrachtprompt op die pc en voer het commando ipconfig uit. Noteer het ip-adres van de Standaardgateway (Default Gateway) bij je ethernet-connectie, evenals het Subnetmasker. Dit laatste is normaliter 255.255.255.0.

©PXimport

04 Router-adres

Hang nu je tweede router aan het stroomnet en koppel voorlopig alleen een computer aan een lan-poort van deze router. We gaan er wel van uit dat je het ip-adres en de inloggegevens van die router kent. Ben je die vergeten, dan kun je de router nog resetten zodat die op de standaardconfiguratie terugvalt. Zo’n reset kan gewoonlijk met de 30/30/30-regel: houd het resetknopje met een puntig voorwerp gedurende 30 seconden ingedrukt, schakel de router vervolgens uit en schakel die na 30 seconden weer in waarbij je het knopje nog steeds ingedrukt houdt gedurende een laatste 30 seconden. Raadpleeg ook de (online) handleiding van het apparaat, hier vind je vaak wel het standaard ingestelde ip-adres met gebruikersnaam en wachtwoord.

Start vervolgens je browser op en stem die af op het ip-adres van deze tweede router. Na je aanmelding kun je aan de slag. Allereerst zorg je ervoor dat dit ip-adres binnen hetzelfde ip-segment (subnet) van je eerste router valt. Stel, je eerste router heeft als (lan-)ip-adres 192.168.0.254, dan zou je de tweede router het adres 192.168.0.253 kunnen geven (alleen het laatste cijfer verschilt), met hetzelfde subnetmasker. Om adresconflicten te vermijden, zorg je er wel voor dat dit adres nog niet in gebruik is binnen je netwerk en dat het niet binnen het dhcp-bereik van je eerste router valt. Eventueel moet je dat eerst nog even controleren in de webinterface van je eerste router.

©PXimport

05 Router-configuratie

De eerste stap is gezet, maar gezien er binnen één subnet maar één dhcp-server actief mag zijn, moet je deze service op je tweede router nog deactiveren, zodat het uitdelen van adressen een voorrecht van je eerste router blijft. Verder moet je ook aandacht hebben voor het draadloze gedeelte. Vermoedelijk wil je tussen beide routers kunnen ‘roamen’ en het meest gangbare scenario is in dat geval dat je beide routers dezelfde ssid meegeeft, weliswaar bij voorkeur een andere ssid voor de 2,4 GHz- en de 5 GHz-band (indien beide beschikbaar). Kies op beide routers indien mogelijk voor dezelfde wifi- en encryptiestandaard, met hetzelfde wachtwoord (bijvoorbeeld 802.11n en wpa2-aes). Voor de 2,4GHz-band stel je de tweede router wel op een ander kanaal in, dat idealiter minstens 5 nummers verschilt van dat van je eerste router (bijvoorbeeld kanaal 1 en 6 of kanaal 6 en 11). Positioneer je tweede router optimaal in je woning. Software als het gratis NetSpot kan je bij deze ‘site survey’ helpen, beschikbaar voor Windows en macOS). Verbind beide routers nu met elkaar door middel van een netwerkkabel die je op de lan-poorten aansluit.

©PXimport

Bridge-modus

Sommige routers zijn voorzien van een zogenoemde bridge-modus. Hiermee wordt het nog iets makkelijker om een router als een extra toegangspunt binnen je bestaande netwerk(segment) in te stellen. In de bridge-modus functioneert je router als een accesspoint en worden zaken als de dhcp-server automatisch uitgeschakeld. Ontbeert je router die functionaliteit, dan lukt het misschien wel met een firmware-update of desnoods via een flash met de alternatieve firmware van DD-WRT. Zo’n flash voer je wel geheel op eigen risico uit. We gaan er alvast van uit dat je eerste router geconfigureerd is voor draadloze toegang. Ga vervolgens naar de webinterface van je tweede router en activeer de Bridge Mode of een optie die hierop lijkt. Die vind je wellicht terug in een rubriek als Network Mode, Wireless Mode of Connection Type. Geef deze router een ip-adres mee in hetzelfde ip-segment als de andere router, met hetzelfde subnetmasker. Is je router ingesteld op de bridge-modus, dan kun je de router via de wan-poort met een netwerkkabel aan je netwerk hangen waarna het apparaat functioneert als accesspoint.

©PXimport

Is het je bedoeling om met twee gescheiden subnetten te werken waarbij de computers van het buitenste subnet (verbonden met je eerste router) de toestellen van het binnenste subnet (verbonden met je tweede router) niet kunnen bereiken, dan moet je voor een lan-naar-wan-opstelling gaan. We maken hier de I-opstelling.

06 Wan-gedeelte

Bij een lan-naar-wan-opstelling kun je bijvoorbeeld een of meer servers op het buitenste subnet draaien, of dit subnet inzetten als (draadloze) netwerk voor je kinderen of gasten – eventueel zelfs in combinatie met dns-webfiltering (zie stap 8). Een dergelijke opstelling is bijvoorbeeld ook handig om onveilige IoT-apparatuur te scheiden van je andere netwerkapparaten.

Noteer alvast het ip-adres en het subnetmasker van je eerste router. Ga via de webinterface na of de dhcp-service op deze router wel actief is. Koppel nu een pc aan een lan-poort van je tweede router en ga naar de webinterface van dit toestel (zie stap 4 voor een eventuele router-reset). Ga naar de internetinstellingen van deze tweede router en stel die in op automatische configuratie via dhcp. Dat heeft als gevolg dat het wan-ip-adres van deze router door de dhcp-server van je eerste router wordt toegewezen. Om ervoor te zorgen dat dit ip-adres hetzelfde blijft, kun je je eerste router zo instellen dat je tweede router met dit adres in de lijst met dhcp-reserveringen (oftewel statische leases) wordt opgenomen. Een alternatief is dat je het wan-ip-adres van je tweede router zelf vast instelt, weliswaar buiten het dhcp-bereik van je eerste router. Als standaardgateway van je tweede router vul je in dit geval zelf het lan-ip-adres van je eerste router in.

07 Lan-gedeelte

Over naar het lokale netwerk-gedeelte van je tweede router. Die geef je een lan-ip-adres mee dat in een ander ip-segment ligt dan dat van je eerste router. Je zou je tweede router bijvoorbeeld het adres 192.168.1.1 kunnen meegeven als je eerste router als adres 192.168.0.1 heeft. Wellicht wil je dat ook deze tweede router ip-adressen binnen zijn ip-segment kan uitdelen. Dan moet je op deze router ook de dhcp-service activeren. Je zou die adressen kunnen laten toekennen binnen een bereik van bijvoorbeeld 192.168.1.2 tot 192.168.1.50.

Ben je hiermee klaar en zijn alle instellingen correct doorgevoerd, dan verbind je een lan-poort van je eerste router via een netwerkkabel met de wan-poort van je tweede router. Stel een verschillende ssid in voor elke router en laat het draadloze signaal over een zo uiteenlopend mogelijk kanaal lopen (bijvoorbeeld 1 en 6 of 6 en 11 bij 2,4 GHz, zie ook stap 5).

©PXimport

08 Dns

Zoals gezegd is het voor computers uit het buitenste subnet niet zomaar mogelijk om toestellen uit het binnenste subnet te benaderen, wat maakt dat het buitenste subnet bijvoorbeeld geschikt is voor gebruik door gasten (via wifi) of voor gebruikers die graag experimenteren. Je werkt zelf dan (als je niet aan het knutselen bent) uitsluitend op toestellen in het binnenste subnet. Als je dat verkiest, kun je bijvoorbeeld ook verschillende dns-servers instellen op beide routers. Op de tweede router gebruik je dan de standaard dns-servers van je provider of die van Google (8.8.8.8 en 8.8.4.4), terwijl je op de eerste router eventueel dns-servers met ‘geïntegreerde webfiltering’ instelt, zoals die van OpenDNS (208.67.220.220 en 208.67.222.222). Meer uitleg over deze dns-filtering vind je hier.

©PXimport

09 Port forwarding

Het feit dat je nu met gescheiden subnetten werkt, kan ook onvermoede nadelen opleveren. Wanneer je interne servers (zoals een nas, webcam of een of andere server op een pc) in het binnenste subnet (van je tweede router) plaatst, dan laten die zich niet zomaar benaderen vanaf het internet. Wil je dat toch, dan kun je dat via een dubbele port forwarding oplossen.

Stel, je draait een server op een toestel met lan-ip-adres 192.168.1.148 op poort 8000 en je tweede router heeft als wan-ip-adres 192.168.0.253. Dan stel je eerst port forwarding op je eerste router in, waarbij je aanvragen van buitenaf op poort 8000 naar ip-adres 192.168.0.253 doorstuurt. Vervolgens stel je port forwarding op je tweede router in met aanvragen op poort 8000 naar ip-adres 192.168.1.148. Via het wan-ip-adres van je eerste router is die server op je binnenste subnet nu wel weer bereikbaar vanaf het internet. Weet je niet precies hoe je port forwarding instelt, ga dan hiernaartoe, daar vind je voor talrijke routers de nodige instructies om port forwarding in te stellen.

©PXimport

Je kunt het netwerk nog ‘veiliger’ maken door twee compleet geïsoleerde subnetten te creëren die elkaar niet kunnen bereiken. Daarvoor heb je dan wel drie routers nodig, waarbij je de eerste router rechtstreeks naar de twee andere vertakt – vandaar de naam Y-opstelling. Net als de I-opstelling met twee routers is ook deze oplossing geschikt om onveilige IoT-apparatuur te scheiden van je andere netwerkapparaten.

10 Twee subnetten

Om onze Y-opstelling te maken, hebben we drie routers nodig. De eerste hangt direct aan het internet, met de tweede en derde router creëren we de gescheiden subnetten. Hiervoor ga je op deze twee routers eigenlijk grotendeels op dezelfde manier te werk als hiervoor beschreven bij Manier 2.

Het wan-ip-adres van je eerste router is afkomstig van je internetprovider en als lan-ip-adres heeft die bijvoorbeeld 192.168.0.254. Je zou dan als wan-ip-adres voor je tweede router 192.168.0.253 en voor je derde router 192.168.0.252 kunnen instellen. Dat kan telkens een vast ip-adres zijn of je plaatst beide adressen in de dhcp-reserveringen van je eerste router. Zie hiervoor stap 6. Vervolgens geef je aan je tweede en derde router een lan-ip-adres mee binnen een ip-segment dat zowel van de eerste router als ook van elkaar verschilt. Dat zou bijvoorbeeld 192.168.1.x voor je tweede router en 192.168.2.x voor je derde router kunnen zijn. Zorg ervoor dat op de drie routers de dhcp-service is geactiveerd.

Door deze configuratie krijg je de volgende situatie. Alle verbonden toestellen kunnen internet bereiken. Elke pc kan de andere toestellen benaderen, indien die zich binnen hetzelfde subnet bevinden. De pc’s kunnen ook de drie routers pingen. Heb je servers op je subnet(ten) draaien, dan moet je de nodige port forwarding-regels instellen, zoals beschreven bij stap 9.

Router enkel als switch

Wil je een oude router enkel als switch gebruiken, dan stel en sluit je de router aan op de manier die we in dit artikel als eerste beschrijven (lan-lan). Vervolgens schakel je het wifi-accesspoint van deze tweede router uit. Je kunt de tweede router dan probleemloos als een normale switch gebruiken. Let er wel op dat een wat oudere router misschien niet is voorzien van gigabit-aansluitingen.

▼ Volgende artikel
Maximaal leescomfort: zo werk je prettiger op een Mac
© Kaspars Grinvalds - stock.adobe.com
Huis

Maximaal leescomfort: zo werk je prettiger op een Mac

Een lange werkdag achter het scherm eindigt vaak met vermoeide ogen en een stijve nek. macOS biedt gelukkig talloze verborgen opties waarmee je het beeld, de tekst en zelfs de cursor precies op jouw voorkeuren afstemt. Door deze slim te combineren, verbeter je de leesbaarheid van de tekst op je scherm. Je hebt zelfs geen extra software nodig om binnen een paar minuten meer fijner met macOS te werken.

Omdat een te hoge resolutie voor piepkleine letters zorgt en een te lage voor kartelige pictogrammen, begin je met het vinden van de juiste balans - en die is voor iedereen anders. Open Systeeminstellingen via het Apple-logo linksboven of de losse app, kies Beeldschermen en probeer de verschillende opties die je ziet even uit. Elke optie geeft een andere pixelverhouding weer: de uiterst linkse vergroot, de uiterst rechtse verkleint.

Gebruik je een externe monitor? Dan kun je per scherm een andere schaal kiezen, zodat het ingebouwde Retina-scherm loepzuiver blijft terwijl de 4K-monitor comfortabel grote elementen toont. Bij Geavanceerd vind je overigens nog wat instellingen over hoe je muis omgaat met meerdere schermen. Experimenteer een paar minuten en geef je ogen even de tijd om aan een nieuwe instelling te wennen.

Als je letters en vensters vaak te klein of te groot vindt, kun je de algehele schermresolutie aanpassen.

Tekstvergroting in apps

Als de systeemschaal goed staat, maar je in Safari of Mail nog steeds moeite hebt de letters te lezen, kun je ook alleen de tekst vergroten. Start Safari, open een pagina en druk op Cmd+Plusteken (Cmd++) tot de letters prettig groot zijn. Klik vervolgens in de menubalk op Safari en kies Instellingen / Websites en vervolgens Zoomniveau aan de linkerkant. Kies nu voor elke openstaande website het standaard-zoomniveau.

Mail werkt vergelijkbaar: open Mail, kies Instellingen / Lettertype en kleur en klik op Selecteer om het font groter te maken.

Omdat Finder in macOS Ventura is samengevoegd met Voorvertoning, krijg je ook daar consistente resultaten; open een map, druk op Cmd+J en stel onder in het menu bij Tekstgrootte een grotere tekstgrootte in. Door per app te werken, voorkom je het rare effect dat randmenu’s reusachtig worden terwijl artikelkolommen nog onleesbaar klein blijven.

Ook in de Mail-app heb je voldoende invloed op de grootte van de tekst.

Hoog contrast en kleurfilters

Tekst wordt pas echt leesbaar wanneer het contrast tussen letters en achtergrond groot genoeg is. Ga naar Systeeminstellingen / Toegankelijkheid / Beeldscherm en schakel Verhoog contrast in. MacOS verhoogt dan onmiddellijk het onderscheid tussen wit en zwart, maar behoudt subtiele schaduwen, zodat pictogrammen herkenbaar blijven. Als je liever de kleuren aanpast in plaats van het licht-donkerverschil, activeer dan Keer kleuren om of zet helemaal onderaan de slider bij Kleurfilters aan, open het menu Filtertype en selecteer Protanopie, Deuteranopie of Tritanopie voor specifieke kleurenblindheid. Klik op het uitklapmenu Intensiteit en versleep de schuif tot je zonder moeite rode koppen van blauwe links onderscheidt. De instellingen gelden voor je hele systeem, zodat games, pdf-lezers en zelfs virtuele machinevensters profiteren.

Heb je moeite met specifieke kleuren? Die kun je in de systeeminstellingen helemaal naar wens aanpassen.

Retina, pixels en puntdichtheid uitgelegd

Bij het afstemmen van leesbaarheid stuit je vaak op termen als Retina en ppi (pixels per inch). Een klassiek lcd-scherm toont tekst met relatief weinig pixels per letter, terwijl een Retina-display het aantal pixels per element verdubbelt of verdrievoudigt, zodat individuele pixels bij normaal gebruik niet meer zichtbaar zijn. MacOS beschrijft resolutie daarom in punten: een punt is de logische eenheid waarop het besturingssysteem interface-elementen tekent. Op een 27inch-iMac wordt één punt bijvoorbeeld gerenderd door twee-bij-twee fysieke pixels, terwijl een niet-Retina externe monitor nog steeds een-bij-een werkt. Wanneer je in Beeldschermen een schaaloptie kiest, rendert macOS de interface op een alternatieve interne resolutie die vervolgens wordt geschaald naar de fysieke pixels, waarbij slimme anti-aliasing wordt toegepast om de scherpte te behouden. Het verklaart ook waarom sommige resoluties in de lijst er wazig uitzien: het zijn tussenwaarden waarbij de pixelverhouding niet gelijk is aan die van het scherm. Kies dus altijd een schaal die tot een exact veelvoud leidt, bijvoorbeeld 1920 × 1080 op een 4K-scherm (dat heeft exact viermaal zoveel pixels). 

Donkere modus, Night Shift en True Tone

De donkere modus vermindert lichtschittering en is daarom onmisbaar bij comfortabel werken in schemerige omgevingen. Open Systeeminstellingen / Weergave en kies bij Weergave voor Donker of Automatisch. Bij die laatste koppelt macOS de omschakeling aan het dag-nachtritme. Ga vervolgens terug naar de instellingen voor Beeldschermen, klik onderaan op Night Shift en zet het dropdown-menu bij Schema op Zonsondergang tot zonsopgang. Het systeem past nu ‘s avonds de kleurtemperatuur warm aan, waardoor blauw licht wordt gefilterd.

Gebruik de schuif Kleurtemperatuur om het effect subtiel te houden; te veel oranje of blauw maakt bijvoorbeeld foto-editing onmogelijk. True Tone is ten slotte de sensorfunctie die witpunten gelijkstelt aan het omgevingslicht. Zet deze optie op dezelfde pagina aan en kijk hoe het scherm minder fel oplicht wanneer een wolk voor de zon schuift.

Vergeet niet dat een externe monitor soms eigen logica heeft voor de kleurtemperatuur; zet in dat geval de fabrieksinstelling op neutraal en laat macOS de rest doen. Door de drie technologieën samen te laten werken, blijft tekst op elk moment van de dag helder maar vriendelijk voor de ogen.

Krijg je vooral ‘s avonds last van je ogen? Dan komt Night Shift goed van pas.

Zoomen, vergroting en Hover Text

 Voor wie regelmatig kleine cijfers in spreadsheets moet controleren, is de ingebouwde zoomfunctie een absolute zegen. Navigeer naar Systeeminstellingen / Toegankelijkheid / Zoomen en selecteer Schermzoom. Kies bij Stijl de optie Beeld-in-beeld, zodat alleen het vergrootglasvenster inzoomt en de rest van het bureaublad overzichtelijk blijft. Stel met de schuiven Maximale vergroting en Minimale vergroting onder Geavanceerd een comfortabele factor in en bevestig met OK. Vervolgens druk je tijdens het werken op Option+Command+= om in te zoomen en op Option+Command+- om weer uit te zoomen. Loop ook zeker nog even door de rest van de instellingen in het Geavanceerd-scherm.

Je kunt er bijvoorbeeld instellen dat de zoomfactor wordt gereset bij het opnieuw opstarten van je Mac, dat kleuren in het beeld-in-beeld-venster worden omgedraaid voor een beter contrast, of dat het schermpje op een vaste plaats blijft staan, ongeacht de bewegingen van je muis. Je kunt zelfs trackpadgebaren instellen om de cursor te verplaatsen als je ingezoomd bent.

Zoomen werkt niet alleen in specifieke apps, je kunt er ook een Mac-brede instelling voor gebruiken.

Toegankelijkheid voor iedereen

Toegankelijkheid klinkt misschien als iets dat vooral bedoeld is voor mensen met een visuele of motorische beperking, maar in werkelijkheid profiteert vrijwel iedereen van deze functies. Heb je weleens moeite gehad met het lezen van kleine tekst op een Retina-scherm, of gemerkt dat je ogen vermoeid raken na een paar uur achter je laptop? Dan ben je niet de enige. Situaties zoals fel zonlicht, contrastarme websites of gewoon een lange werkdag kunnen het leescomfort flink beïnvloeden. Toegankelijkheidsinstellingen zoals grotere lettertypes, hogere contrasten, kleurfilters of zelfs schermlezeropties zoals VoiceOver kunnen dan ineens verrassend handig zijn.

Deze functies helpen je niet alleen om beter te lezen, maar zorgen er ook voor dat je productiever en met minder inspanning werkt. Door toegankelijkheid te zien als een vorm van personalisatie, wordt duidelijk dat het niet alleen gaat om toegang in de letterlijke zin, maar ook om comfort, rust en controle over je digitale omgeving.

Muisinstellingen

Een verloren cursor zoeken kost tijd en frustreert, vooral op grote schermen. Open daarom Systeeminstellingen / Toegankelijkheid / Beeldscherm en vergroot de aanwijzer met de slider Aanwijzergrootte. Houd het voorbeeldvenster in de gaten totdat de aanwijzer opvalt. Zet vervolgens Schud de muisaanwijzer om deze te vinden aan; een snelle zigzagbeweging vergroot de aanwijspijl tijdelijk, zodat je ‘m makkelijk kunt vinden. Wie contrastrijke muiskleuren wil, kiest bij Contourkleur aanwijzer bijvoorbeeld een fluorescerend groen en bij Vulkleur aanwijzer diepzwart. De combinatie versnelt navigatie in complexe grafische of codeprojecten aanzienlijk.

MacOS biedt verschillende toegankelijkheidsinstellingen voor zowel je muis als je trackpad.

Spraak, VoiceOver en Live Captions 

Als lezen vermoeiend is, kan luisteren uitkomst bieden. Activeer Systeeminstellingen / Toegankelijkheid / Live spraak. Je ziet nu een schermpje boven in beeld waarin je tekst kunt typen of plakken. Met de Afspeelknop kun je de systeemstem het stuk tekst uit laten spreken. Voor volledige schermnavigatie schakel je onder Toegankelijkheid / VoiceOver de gelijknamige functie in. De snelle rondleiding legt de belangrijkste toetscombinaties uit; onthoud vooral Ctrl+Option+PijltjeRechts om naar de volgende regel te springen.

In videoconferenties kan verminderde gehoorcapaciteit een probleem vormen. Zet dan onder Systeeminstellingen / Toegankelijkheid / Horen de optie Ondertiteling aan. MacOS plaatst automatisch ondertiteling onder elk FaceTime-venster en in vele apps van derden, zolang de taal op Nederlands staat. Let op: niet elke Mac ondersteunt deze functie.

Je kunt tekst laten voorlezen door de systeemstem.

Comfortabeler kijken zit in de details

Met enkele kleine aanpassingen verander je het beeldscherm in een productievere werkomgeving. Door eerst resolutie en tekstgrootte goed te zetten, kun je letters makkelijker lezen. Contrast- en kleurfilters brengen duidelijkheid, terwijl de donkere modus met Night Shift de lichtbelasting verlaagt. Zoom en een opvallende cursor houden details zichtbaar, zelfs bij complexe projecten. VoiceOver en Live Captions geven je ogen rust door teksten te laten uitspreken.  

▼ Volgende artikel
Hoor het verschil met de nieuwe Fresh 'n Rebel Clam Ace 2
© Fresh ’n Rebel
Huis

Hoor het verschil met de nieuwe Fresh 'n Rebel Clam Ace 2

Fresh 'n Rebel introduceert de Clam Ace 2, een draadloze over-ear koptelefoon die technologie en comfort slim samenbrengt. Hij klinkt niet alleen goed, maar past zich ook aan jou aan. Met gepersonaliseerd geluid, intelligente noise cancelling en een batterij die het moeiteloos meerdere dagen volhoudt is dit een koptelefoon die meebeweegt met jouw dag.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Fresh 'n Rebel

Stilte wanneer jij dat wilt

Of je nu werkt, reist of ontspant: de Clam Ace 2 helpt je de juiste focus te vinden. Dankzij Adaptive Hybrid Active Noise Cancelling bepaal je zelf hoeveel van de wereld je hoort. De technologie filtert storend geluid weg, en jij bepaalt zelf hoeveel daarvan je wilt dempen. In de My Sound App stel je het niveau eenvoudig bij, afhankelijk van waar je bent – op kantoor, in de trein of thuis op de bank. Zo houd je zelf de controle over wat je wel en niet hoort.

Met de Ambient Sound Mode blijf je alert op wat er om je heen gebeurt. Het omgevingsgeluid wordt subtiel versterkt, zodat je bijvoorbeeld het verkeer hoort of iemand kort kunt aanspreken. De Quick Access-functie maakt het extra handig: houd kort de linkeroorschelp ingedrukt en je schakelt direct over naar hear-through, zonder instellingen te veranderen.

©Fresh ’n Rebel

Geluid dat zich aan jou aanpast

Iedereen hoort anders, en dat merk je pas echt met Personal Sound by Audiodo. Deze technologie, geïntegreerd in de My Sound App, meet met een gehoortest hoe goed jij verschillende frequenties waarneemt. Op basis daarvan wordt een geluidsprofiel aangemaakt dat de muziek afstemt op jouw gehoor. De lage tonen worden iets krachtiger waar nodig, de hoge juist helderder. Zo klinkt elke noot precies goed!

De app geeft bovendien volledige controle over je instellingen. Je kunt de equalizer aanpassen, knoppen een eigen functie geven, het volume begrenzen of batterijbesparing activeren. Alles in één overzichtelijke interface.

©Fresh ’n Rebel

Schakelen zonder onderbreking

De Clam Ace 2 ondersteunt Multipoint Bluetooth, waarmee je twee apparaten tegelijk kunt verbinden. Zo kun je moeiteloos wisselen tussen laptop en smartphone. Een inkomend telefoontje aannemen terwijl je muziek luistert of een video bekijkt? De koptelefoon schakelt automatisch over.

Tijdens gesprekken zorgen twee Environmental Noise Cancelling-microfoons dat je stem helder blijft, zelfs in een rumoerige omgeving. En met Wind Noise Cancelling blijft ook buiten het geluid helder, zelfs als het waait. Dankzij on-ear detectie pauzeert de muziek automatisch als je de koptelefoon afzet, en gaat hij verder zodra je hem weer opzet. Met het volumewieltje en de klikbare knop op de oorschelp bedien je muziek, noise cancelling en spraakassistent zonder je telefoon erbij te hoeven pakken.

©Fresh ’n Rebel

Dagenlang luisteren zonder opladen

Een van de grootste pluspunten van de Clam Ace 2 is de speeltijd. Met meer dan 100 uur luisteren op één lading hoef je nauwelijks nog aan opladen te denken. Zelfs met actieve noise cancelling ingeschakeld haal je nog 60 uur speeltijd, en met tien minuten snelladen heb je alweer acht uur muziek. Handig als je vaak onderweg bent.

Het draagcomfort is net zo goed doordacht. De zachte oorkussens vormen zich naar je oren, terwijl de flexibele hoofdband ook bij lange luistersessies prettig blijft zitten. Na gebruik klap je de Clam Ace 2 eenvoudig in en berg je hem op in het meegeleverde tasje.

Kleur en karakter

Fresh 'n Rebel staat bekend om zijn frisse kleuren, en dat zie je terug in de Clam Ace 2. Van subtiel Ice Grey en Storm Grey tot opvallender Dreamy Lilac, Dried Green, True Blue en Pastel Pink – er is altijd een uitvoering die bij je past. Welke kleur je kiest, maakt voor de prijs geen verschil: die is voor elke tint 99,99 euro.

©Fresh ’n Rebel

In het kort: dit zijn de belangrijkste features van de Clam Ace 2

  • My Sound App + Audiodo Personal Sound

  • +100 uur speelduur

  • Adaptive Hybrid Active Noise Cancelling

  • Multipoint Bluetooth (verbind 2 apparaten tegelijkertijd)

  • Ambient Sound Mode met Quick Access

Dit maakt de Clam Ace 2 bijzonder

De Clam Ace 2 past zich aan jou aan. Hij filtert storend geluid weg, stemt het geluid af op jouw gehoor met Personal Sound by Audiodo en houdt het moeiteloos dagenlang vol. Een slimme koptelefoon die meedenkt, comfortabel zit en altijd klaarstaat. Zoals het hoort. Zoals jíj het hoort!