ID.nl logo
Zo breid je met microcontrollers je computer uit met extra functies
© wittayayut - stock.adobe.com
Huis

Zo breid je met microcontrollers je computer uit met extra functies

Wil je je computer uitbreiden met zelfgemaakte hardware zoals extra waarschuwingsledjes of sensoren, dan kan dat eenvoudig met een microcontroller. Die sluit je via usb aan, waarna je de software op je computer met de microcontroller laat communiceren om de leds in en uit te schakelen of de sensordata uit te lezen. In dit artikel tonen we je hoe dat gaat en bouwen we een webinterface voor de seriële communicatie.

In dit artikel bekijken we wat er nodig is voor de communicatie tussen de computer en de microcontroller. Ook schrijven we de software daarvoor, zowel aan de kant van de microcontroller als aan de kant van je computer. Daarvoor nemen we de volgende stappen:

  • CircuitPython installeren
  • De code-editor Mu installeren
  • Protocol vastleggen
  • Eigen webinterface maken
  • Temperatuursensor installeren en data aan pc laten doorgeven

Lees ook: Tien microcontroller-bordjes vergeleken

Code downloaden In deze workshop worden lange voorbeelden van stukken code gegeven. Omdat overtikken van code erg foutgevoelig is, kun je die code beter downloaden en daarna bekijken of kopiëren. Zie het bestand code-mcusb.txt voor de stukken code die in dit artikel genoemd worden.

Op microcontrollerbordjes zoals een Arduino, Raspberry Pi Pico of ESP32 kun je allerlei leds, knoppen en sensoren aansluiten. Veel van die bordjes hebben een ingebouwde wifi-chip, waardoor je ze op afstand kunt aansturen. Maar soms is wifi niet mogelijk, te lastig of gewoon helemaal niet nodig.

Gelukkig zijn de meeste microcontrollerbordjes uitgerust met een usb-aansluiting en die kunnen we ook gebruiken om vanaf je computer opdrachten naar de microcontroller te sturen of informatie zoals sensordata terug te krijgen.

01 USB CDC

Voor de communicatie tussen microcontroller en computer gebruiken we een seriële interface via USB CDC. Onder Windows is het apparaat dan zichtbaar als een COM-poort, onder Linux als een apparaat zoals /dev/ttyACM0 en onder macOS /dev/cu.usbmodem<ennogiets>. Software op je computer kan dan met de microcontroller communiceren via deze COM-poort of het juiste apparaatbestand.

In de microcontroller moeten we dus een seriële verbinding via USB CDC opzetten. In dit artikel doen we dat met CircuitPython, dat honderden microcontrollerbordjes ondersteunt. Kies wel een bordje met ondersteuning voor USB CDC.

Wij hebben dit met succes getest met de Raspberry Pi Pico (W), Arduino Nano RP2040 Connect, Seeed Studio XIAO SAMD21 en Seeed Studio XIAO nRF52840. In de rest van dit artikel gaan we uit van een Raspberry Pi Pico. Voor de andere bordjes moet je de CircuitPython-code mogelijk lichtjes aanpassen of de firmware op een andere manier installeren.

Zoek in de documentatie van CircuitPython op of je microcontrollerbordje USB CDC ondersteunt.

02 CircuitPython installeren

Download de CircuitPython-firmware voor de Raspberry Pi Pico. Op het moment van schrijven was dat versie 8.2.2. Er is een Nederlandse versie beschikbaar, maar de taal maakt niet zoveel uit. Je ziet dat op de downloadpagina in de lijst met ingebouwde modules usb_cdc staat. Dat bevestigt dat we op dit bordje USB CDC kunnen gebruiken.

Het gedownloade firmwarebestand heeft de extensie .uf2. Houd op de Raspberry Pi Pico de witte knop BOOTSEL ingedrukt, sluit het bordje via een micro-usb-kabel op je computer aan en laat de knop dan los. De interne opslag van het bordje verschijnt nu als een usb-schijf met de naam RPI-RP2 op je computer. Sleep dan het .uf2-bestand naar die schijf. Na het kopiëren verschijnt de schijf onder een andere naam: CIRCUITPY.

Download het firmwarebestand van CircuitPython voor de Raspberry Pi Pico.

03 Mu

De eenvoudigste manier om je bordje in CircuitPython te programmeren is met de code-editor Mu, die zowel voor Windows als voor macOS en Linux bestaat. Start Mu op, klik links bovenaan op Mode en kies CircuitPython uit de lijst. Klik dan op OK. Normaal wordt nu je aangesloten bordje herkend met onderaan de boodschap Detected new CircuitPython device.

In het grote tekstveld kun je nu je code typen die je op je bordje wilt uitvoeren. Om te testen of de hardware werkt, typ je daarin de volgende code die de ingebouwde led doet knipperen:

De code kun je downloaden van deze pagina en daarna vanuit een programma als Kladblok overnemen.

Klik bovenaan op Save, selecteer code.py en bevestig dat je dit bestand wilt overschrijven. Daarna zie je de ingebouwde led van de Raspberry Pi Pico knipperen. Hiermee weet je dat het bordje werkt.

In de code-editor Mu kunnen we CircuitPython-code schrijven en op de Raspberry Pi Pico installeren.

04 Afspraken maken

Voordat we nu de Pico gaan programmeren, moeten we een protocol vastleggen voor de communicatie tussen computer en microcontroller. Zo’n protocol is eigenlijk een lijst van afspraken. Welke communicatie verwacht de Pico en wat doet de microcontroller dan? Voor ons voorbeeld houden we het protocol eenvoudig. Elke opdracht die we aan de microcontroller geven, bestaat uit één teken dat bepaalt wat er met de ingebouwde led moet gebeuren:

0 - Schakel led uit

1 - Schakel led aan

2 - Schakel led om

3 - Knipper de led kort

Met de opdracht 2 schakelt de microcontroller de led dus aan als hij uit is en uit als hij aan is. Met opdracht 3 doet de microcontroller hetzelfde, maar schakelt hij de led na een korte pauze terug naar de originele toestand.

We verwachten ook dat de microcontroller na het uitvoeren van elke opdracht de toestand van de led daarna communiceert naar de computer:

0 - Led is uit

1 - Led is aan

Tot slot is het nog belangrijk om te weten dat we hier spreken over tekens (letters of in dit geval cijfers), maar dat seriële communicatie met bytes werkt. Zowel aan de kant van de computer als aan de kant van de microcontroller moeten de juiste tekens dus nog worden omgezet naar de overeenkomende bytes.

05 Wachten op opdrachten

Nu we weten aan welke afspraken de microcontroller zich moet houden, kunnen we de CircuitPython-code hiervoor programmeren. Maak in Mu eerst een nieuw bestand aan en plaats daarin de volgende code om dataoverdracht via USB CDC mogelijk te maken:

De code kun je downloaden van deze pagina en daarna vanuit een programma als Kladblok overnemen.

Sla dit bestand op onder de naam boot.py. Dit bestand wordt door CircuitPython vlak na het opstarten van de microcontroller uitgevoerd.

Vervang dan de huidige code in code.py door de volgende:

De code kun je downloaden van deze pagina en daarna vanuit een programma als Kladblok overnemen.

We controleren dus in een oneindige lus (while True) of er invoer op de seriële interface is van de computer. Zo ja, dan lezen we met serial.read(1) één byte in. We vergelijken dit dan met de waardes uit ons protocol. Omdat het om bytes gaat, moeten we de tekens naar bytes omzetten. Daarom vergelijken we bijvoorbeeld met b"0". We stellen dan telkens de juiste waarde van de led in. Met led.value = not led.value schakelen we de led om. En uiteindelijk schrijven we met serial.write de waarde van de led naar de seriële interface, waar de computer die kan uitlezen. Sla dit bestand op onder de naam code.py. De Pico wacht nu op opdrachten.

06 Opdrachten geven

Als je goed hebt opgelet, heb je gezien dat bij het aansluiten van je Pico er een COM-poort in Windows is verschenen en bij het programma uit paragraaf 5 zelfs twee. Dat kun je ook zien in het Apparaatbeheer van Windows. De COM-poort met het hoogste volgnummer is de seriële interface die we nodig hebben om opdrachten aan de Pico te geven.

Hoe geven we nu die opdrachten? Een eenvoudige manier is door in de browser Chrome of Edge de website www.serialterminal.com te bezoeken. Die maakt gebruik van de standaard Web Serial. Klik linksboven op Connect. Je browser toont dan een lijst met seriële interfaces. Selecteer de juiste uit de lijst (er staat de naam Pico bij) en klik dan op Verbinding maken.

Vink de opties send with /r, send with /n en echo uit. Voer dan in het tekstveld de opdrachten uit paragraaf 4 in. Typ bijvoorbeeld 1 in en klik rechts op Send. De led op je Pico gaat nu aan, omdat de code uit paragraaf 5 het teken 1 ziet en daarop reageert. Typ dan bijvoorbeeld 2 in. De led schakelt nu om en gaat dus uit. Je ziet in het grote tekstveld onderaan ook de uitvoer van de microcontroller: 1 als de led aan is en 0 als die uit is.

Op de website www.serialterminal.com kun je de seriële communicatie testen.

07 Webinterface

Nu we weten dat de seriële communicatie werkt, kunnen we een handigere interface maken om de led aan te sturen. Dat kan bijvoorbeeld met dezelfde Web Serial-technologie van de website www.serialterminal.com. We maken daarvoor eerst een eenvoudige html-pagina aan:

De code kun je downloaden van deze pagina en daarna vanuit een programma als Kladblok overnemen.

We maken dus een aantal knoppen: Connect om te verbinden; OFF, ON en TOGGLE om de led uit, aan en om te schakelen; en tot slot FLASH om de led te laten knipperen. Tot slot tonen we ook een icoontje van een gloeilamp (in de vorm van een emoji) voor de status van de lamp.

Met deze webinterface sturen we de led op de Raspberry Pi Pico aan.

Uitbreidingsmogelijkheden Voor de eenvoud hebben we ons voorbeeld maar vier opdrachten laten herkennen. Maar op dezelfde manier kun je een complexer protocol definiëren. Voeg bijvoorbeeld een tweede teken aan de opdrachten toe om een volgnummer voor een led te kiezen. Op deze manier kun je meerdere leds aansturen. Of definieer nog extra tekens in de opdracht om de kleur van een led in te stellen. Zo kun je zelfs meerdere RGB-kleurenleds aansturen. Probeer zelf de code in dit artikel eens uit te breiden, zowel aan de kant van de microcontroller als in de webinterface op de computer.

08 JavaScript-code

In de webpagina hebben we het bestand usb-led.js als script ingeladen. Hierin komt dan de code om via de Web Serial-API opdrachten naar de aangesloten microcontroller te sturen:

De code kun je downloaden van deze pagina en daarna vanuit een programma als Kladblok overnemen.

De functie readState leest een byte uit de seriële interface en toont de gloeilamp als dit het teken 1 voorstelt en verbergt de gloeilamp als dit het teken 0 voorstelt. De functie writeCommand schrijft een opdracht naar de seriële interface en leest dan de toestand van de led.

De code erna wordt uitgevoerd nadat de DOM (Document Object Model) volledig is geladen. Dan koppelt die ‘event listeners’ aan alle knoppen. Klik je op Connect, dan wordt de poort gekozen via de Web Serial-API. Een klik op de andere knoppen roept de functie writeCommand aan met de overeenkomende opdracht.

Als je nu de html-pagina in Chrome opent en je Pico is aangesloten, klik dan op Connect. Verbind met de juiste poort en probeer de verschillende knoppen uit om de led van de Pico aan te sturen.

Geef de webpagina toegang tot je microcontroller via Web Serial.

09 Temperatuursensor

Op dezelfde manier kunnen we een temperatuursensor op de Raspberry Pi Pico aansluiten en die via usb zijn sensorwaardes aan de computer laten doorgeven. Voor de temperatuursensor kiezen we de populaire BME280 van Bosch in de uitvoering van Adafruit. Er bestaan ook goedkopere versies van Chinese fabrikanten. Controleer dan dat het om een I²C-versie gaat die op 3,3 V werkt.

Verwijder de usb-kabel van de Pico en prik het bordje op een breadboard. Sluit SDA (bij Adafruit SDI) aan op pin 1 (GP0) van de Pico; SCL (bij Adafruit SCK) op pin 2 (GP1); VCC (bij Adafruit Vin) op 3,3 V; en GND op GND. Twijfel je over de juiste pinnen bij de Raspberry Pi Pico? Bekijk ze dan op https://pico.pinout.xyz. Sluit daarna de Pico weer aan via usb.

Download nu de bundel met Adafruit-bibliotheken voor CircuitPython 8.x. Pak het zip-bestand uit, ga daarin naar de directory lib en kopieer de mappen adafruit_bme280 en adafruit_bus_device naar de directory lib van je CIRCUITPY-station. Hiermee installeer je de CircuitPython-driver voor de BME280.

Sluit de BME280-temperatuursensor op de Raspberry Pi Pico aan.

En wat te denken van een bewegingssensor?

Lees ook: Zo maak je je eigen bewegingssensor

10 Metingen doorsturen

Verander dan in Mu Editor de code in code.py in de onderstaande code, die continu de temperatuur en luchtvochtigheid van de sensor uitleest en die via de seriële interface doorstuurt:

De code kun je downloaden van deze pagina en daarna vanuit een programma als Kladblok overnemen.

Eerst zetten we de I²C-bus op, waarbij we GPIO-pin 1 (GP1) als SCL definiëren en GPIO-pin 0 (GP0) als SDA. Daarna initialiseren we de driver voor de Adafruit BME280 en vragen we de dataverbinding voor de seriële interface op. Tot slot starten we in een oneindige lus het uitlezen van de temperatuur, ronden we die af op één cijfer na de komma en schrijven die naar de seriële interface, met telkens een seconde pauze tussen twee opeenvolgende metingen. Als je dit opslaat in code.py en dan op www.serialterminal.com in Chrome met je Pico verbindt, zie je de temperatuurmetingen over je scherm rollen. Dankzij de aanduiding "\n" (een newline) komt elke meting op een nieuwe regel.

 

Andere firmware en pc-software De kant van de microcontroller hebben we in dit artikel met CircuitPython uitgewerkt. Maar je kunt dit nog met allerlei andere ontwikkelomgevingen doen, bijvoorbeeld met Arduino-code. Zo is de Digispark een handig microcontrollerbordje dat via de Arduino-bibliotheek DigiCDC met je computer kan communiceren. Nu is dit bordje niet meer te koop bij de fabrikant zelf, maar op AliExpress vind je nog altijd Chinese klonen.

Helaas heeft het bordje geen ondersteunde drivers voor nieuwe Windows-versies. Gelukkig zijn er voor de software op de computer ook talloze alternatieven voor Web Serial in de browser. Zo kun je in Python een programma schrijven dat via de bibliotheek pySerial met de seriële poort communiceert. Zolang je ervoor zorgt dat beide kanten hetzelfde protocol gebruiken, zijn de verschillende alternatieven uitwisselbaar.

11 Webinterface

Hoe tonen we die sensorwaardes nu in een webinterface? Een eenvoudige html-pagina zou er zo uitzien:

De code kun je downloaden van deze pagina en daarna vanuit een programma als Kladblok overnemen.

Deze bevat alleen een knop om de seriële verbinding op te zetten en een span-element dat de temperatuur toont. Het bijbehorende JavaScript-bestand usb-bme280.js is ook eenvoudig:

De code kun je downloaden van deze pagina en daarna vanuit een programma als Kladblok overnemen.

We wachten hier dus tot de DOM is geladen en voegen dan een ‘event listener’ toe aan de verbindingsknop. Zodra je daarop klikt en de seriële verbinding is opgezet, blijft de code continu een tekststroom inlezen. Elke keer dat er een regel tekst binnenkomt, wordt die toegekend aan het span-element met de ID temperature. En zo wordt de temperatuur continu bijgewerkt op de webpagina.

Uiteraard kun je dit nog verder uitwerken. Je kunt bijvoorbeeld ook de luchtvochtigheid van de sensor uitlezen en in een ander blokje tekst tonen op de webpagina. En met een stylesheet is de lay-out natuurlijk veel mooier te maken. Dit laten we allemaal als oefeningen over aan jou.

De webpagina wordt continu bijgewerkt met de temperatuur van de sensor.

▼ Volgende artikel
Dit zijn dé tuinklussen om te doen in april
© Leika production
Huis

Dit zijn dé tuinklussen om te doen in april

Het heeft even geduurd, maar de winter is eindelijk (zo goed als) voorbij. De zomertijd is ingegaan, 's morgens vroeg hoor je de vogels weer en de zon zien we ook steeds vaker. Tijd dus om lekker veel buiten te zijn om je tuin helemaal zomerklaar te maken. Dit zijn de tuinklusjes die je in april allemaal kunt doen.

Dit doe je in april: 🌻 Planten afharden 🌻 Rozen, bodembedekkers en zomerbollen planten 🌻 Heggen snoeien en bemesten 🌻 Meeldauw voorkomen en bestrijden 🌻 Het gazon: maaien, bijzaaien en bemesten

📆Handig: onze tuinkluskalender voor heel het jaar rond

Planten afharden

Planten die je in de afgelopen maanden binnen hebt gehouden, kun je nu langzaam laten wennen aan de lagere buitentemperaturen. Begin in de tweede helft van april door ze overdag buiten te zetten en 's avonds weer naar binnen te halen, bijvoorbeeld in de schuur of garage. Hoewel de lente begonnen is, kunnen de nachten nog koud zijn, zeker omdat de IJsheiligen nog niet voorbij zijn. Sommige nachten kan het zelfs nog vriezen. Geef kuipplanten een meststof met langdurige werking, zodat ze voldoende voeding hebben voor de komende maanden. Bescherm eenjarige planten, jonge gewassen en bloesembomen tegen nachtvorst met een vliesdoek.

Rozen, bodembedekkers en zomerbollen planten

Heb je nog geen rozen of heesters geplant? Dan is dit het moment om dat alsnog te doen, zodat ze deze zomer in volle bloei staan. Is het lekker weer in april? Op zonnige dagen kun je ook heiligenbloem of lavendel in de grond zetten. Zorg er wel voor dat je eerst onkruid verwijdert en de bodem losmaakt.

Wil je borderplanten aanplanten? Begin dan met bodembedekkers. Dit is bovendien een ideaal moment om de beplanting een voedingsboost te geven met mest. Heb je in maart eenjarige, tweejarige of vaste planten binnen gezaaid? Dan kun je ze nu voorzichtig verpotten. Nog niet gezaaid? Dat kan nog steeds.

Vanaf half april is het ook een goed moment om zomerbollen te planten. Denk aan lelies, dahlia's, siergember, canna's en gladiolen. Bloembollen die meerdere jaren in de grond blijven, geef je extra voeding met organische mest en een laagje compost. Wil je direct meer kleur in de tuin? Zet dan bakken en potten vol met bloeiende planten. Die zijn nu volop verkrijgbaar bij tuincentra.

🧄🌷🧄🌷 De zomer(bollen) in je hoofd?

Kijk & kies

©Alexander Raths

Heggen en klimplanten

Haal de heggenschaar maar tevoorschijn, want dit is het moment om hagen zoals taxus, conifeer, liguster en leylandii te snoeien. Zo houd je ze in vorm en voorkom je dat ze te breed uitgroeien. Geef de hagen meteen een speciale haagmeststof en leg een laag bodembedekking, houtsnippers of mulch rondom de wortels. Dit helpt de grond vocht vast te houden in de zomer en verbetert de bodemstructuur. Bovendien remt het de groei van onkruid.

Dunne en dode takken in heesters kun je nu ook verwijderen. De hoofdtakken mag je flink terugsnoeien om de struik voller te laten groeien. Dit geldt ook voor winterjasmijn en forsythia, die na de bloei een snoeibeurt kunnen gebruiken. Winterbloeiende heide knip je eenvoudig terug met een heggenschaar. Vergeet niet om klimplanten, zoals clematis, goed vast te zetten. Het kan deze maand namelijk nog flink waaien.

Meeldauw voorkomen en bestrijden

Meeldauw is een plantenziekte die wordt veroorzaakt door een schimmel. Vooral bij warm en droog weer, in combinatie met vochtige nachten door dauw, kan deze ziekte zich snel verspreiden. De schimmel laat een wit, poederachtig laagje achter op de bladeren. Dit is niet alleen lelijk, maar ook schadelijk. De schimmel dringt diep door in het plantenweefsel en onttrekt voedingsstoffen, waardoor de plant minder goed groeit. Rozen, ridderspoor, kamperfoelie, begonia's, aardbeien, tomaten, komkommers, courgette en druiven zijn extra gevoelig voor meeldauw.

Om meeldauw te voorkomen is het belangrijk om bij droog weer extra water te geven en ervoor te zorgen dat er voldoende ruimte tussen de planten blijft. Aangetaste bladeren kun je het beste meteen wegknippen en in de vuilnisbak gooien, zodat de schimmel zich niet verder verspreidt. Gooi ze niet op de composthoop! Daarnaast is het verstandig om meeldauwgevoelige planten niet te plaatsen op plekken waar eerder meeldauw heeft gezeten. Mocht een plant toch helemaal onder deze schimmel zitten, dan is een bestrijdingsmiddel de beste oplossing.

©cocci65

Het gazon: maaien, bijzaaien en bemesten

Controleer of het gazon zieke of kale plekken heeft. Wil je die direct aanpakken? Steek de aangetaste plek dan in een vierkante vorm uit en leg er een nieuw, op maat gesneden grasmat in. Opnieuw inzaaien is natuurlijk ook een optie. Vanaf nu kun je het gras weer maandelijks maaien. Lang gras langs de randen werk je bij met een grastrimmer of kantenknipper, zodat het gazon er weer strak uitziet.

Bemesting is belangrijk voor een gezond gazon. Dit doe je in de periode van maart tot en met september minstens drie keer. Heb je in maart nog niet bemest? Dan is het nu de hoogste tijd. Sluit daarnaast de buitenkraan weer aan, zodat de sproeiers in de tuin klaar zijn voor gebruik.

Lees ook: Grasmaaien: fluitje van een cent met deze tips

▼ Volgende artikel
De perfecte printer kiezen? Hier moet je op letten
© jittawit.21
Huis

De perfecte printer kiezen? Hier moet je op letten

Dubbelzijdig afdrukken, navulbare inktreservoirs, automatische documentinvoer, netwerktoegang, foto’s printen, … Hedendaagse printers kennen heel wat opties. Welke functies je goed kunt gebruiken, hangt grotendeels af van je printgedrag. In dit artikel nemen we de belangrijkste eigenschappen onder de loep, waarna je een goede keuze kunt maken.

In dit artikel laten we zien hoe je de juiste printer kiest op basis van je behoeften:

  • Inkjet of laser?
  • Cardridge of inttank?
  • Welke extra functies: dubbelzijdig afdrukken, scannen en/of kopiëren, wifi-printen?

Lees ook: Printen in de cloud: wat is het en hoe werkt het?

Tip 1 Printtechniek

Het is verstandig om eerst de gewenste printtechniek te kiezen. Er zijn grofweg twee smaken, namelijk laser en inkjet. Zoals de naam al doet vermoeden, gebruikt een laserprinter een laserstraal om de juiste positie van tekst en beeld te bepalen. Dat gebeurt met een speciaal poeder dat in een zogenoemde toner is opgeslagen. Twee voordelen van deze techniek zijn de hoge afdruksnelheid en strakke drukletters. Deze apparaten zijn dan ook erg geschikt voor zakelijke gebruikers en particulieren die vaak omvangrijke documenten printen. De paginaprijs is relatief laag. Laserprinters zijn ongeschikt voor het afdrukken van foto’s en bovendien zijn ze in aanschaf doorgaans stevig aan de prijs.

Voor veruit de meeste thuisgebruikers is een inkjetprinter een logischere keuze. Dit apparaat bevat een heleboel dunne spuitmondjes die piepkleine inktdruppeltjes op het papier aanbrengen. Deze inkt is afkomstig uit cartridges of navulbare inkttanks. Het printen gebeurt uiterst nauwkeurig, waardoor er hoge resoluties haalbaar zijn. Een ander voordeel is dat een inkjetprinter felle kleuren kan afdrukken. Ideaal voor het afdrukken van mooie foto’s! Tot slot is een eenvoudig model al vanaf een paar tientjes te koop.

Een kleurenlaserprinter is doorgaans behoorlijk aan de maat, zoals dit model van Canon.

Tip 2 Inktverwerking

Besluit je om een inkjetprinter te kopen? De goedkoopste producten hebben slechts twee cartridges. Zwart zit in één inktpatroon, terwijl in de andere cartridge de kleuren magenta, geel en cyaan zijn opgeslagen. Voor doorsnee-gebruikers voldoen deze producten goed. Je kunt er foto’s en afbeeldingen in een redelijke kwaliteit mee afdrukken.

Wanneer je een hoge afdrukkwaliteit belangrijk vindt, is een inkjetprinter met vier (of meer) gescheiden cartridges een betere keuze. De eerdergenoemde kleuren hebben dan elk een eigen cartridge. Mooi meegenomen is daarnaast een zuiniger verbruik. Zodra er een bepaalde kleur op is, hoef je tenslotte alleen de overeenkomstige cartridge te vervangen.

In plaats van een inkjetprinter met cartridges kun je ook een exemplaar met zogenoemde inkttanks kopen. Hierbij heeft de behuizing meerdere reservoirs die je met speciale flesjes eigenhandig kunt vullen. Vergeleken met cartridges zijn de afdrukkosten véél lager. Een enkele flessenset is namelijk goed voor het printen van duizenden pagina’s of een heleboel foto’s. Zeker wanneer je relatief vaak afdrukt, is de meerprijs voor een inkttankprinter het overwegen waard. Het bekende merk Epson produceert op grote schaal navulbare printers. Als alternatief hebben Canon en HP ook enkele geschikte modellen.

In een flesje zit heel wat meer inkt dan in een cartridge.

Professionele fotoprinter

Wie graag fotografeert, heeft baat bij een (semi)professionele fotoprinter. Die hebben minimaal vijf cartridges of inkttanks. De extra kleur bestaat veelal uit fotozwarte inkt, waardoor de afdrukken realistischere contrasten bevatten. Een capabele fotoprinter kan namelijk een breder palet aan zwart- en grijstinten aanspreken. Dat resulteert onder meer in natuurgetrouwe schaduwen. Bepaalde producten hebben plek voor nog meer cartridges of inkttanks, al zijn dergelijke modellen wel een stuk duurder. Deze afdrukapparaten hebben een zeer hoog kleurbereik. Zeker wanneer je op een groot papierformaat wilt afdrukken, ogen de kiekjes afkomstig van zo’n uitgebreide fotoprinter levendiger. Tot slot kunnen de betere fotoprinters op A3- of zelfs A2-papierformaat afdrukken.

De dure Epson SC-P5300 is een professionele fotoprinter met maar liefst tien cartridges.

Tip 3 Kopiëren en scannen

Naast afdrukken kun je met de meeste printers ook kopiëren en scannen. Toch is het slim om dat wel even te checken. Zeker op (semi)professionele fotoprinters en laserprinters wil deze functie nog weleens ontbreken. Apparaten met een kopieer- en scanoptie hebben een deksel met een glasplaat. Leg hierop ondersteboven een document en kies op het bedieningspaneel de gewenste taak.

Je gebruikt de scanner ook om oude fotoafdrukken te digitaliseren. Hiervoor is de dpi-waarde een belangrijke eigenschap. Hoe hoger die is, hoe scherper de digitale foto (zie ook tip 5). Zeker wanneer je het kiekje wilt uitvergroten, heb je profijt van een hoge dpi.

De betere printers hebben een papierhouder voor automatische documentinvoer. Hierin passen (geregeld) maximaal vijftig vellen, waarna je de paperassen in één keer achter elkaar scant of kopieert. Dat gaat véél sneller dan elk document handmatig verwisselen op de glasplaat. Nuttig voor lange handleidingen en verslagen. Veel printers ondersteunen ook nog eens dubbelzijdig scannen en kopiëren, zodat je er helemaal geen omkijken naar hebt. Ten slotte hebben bepaalde all-in-one-printers een fax-functie, al zijn die tegenwoordig wel in de minderheid.

Gebruik een all-in-one-printer om oude fotoafdrukken te vereeuwigen.

Tip 4 Dubbelzijdig

Een goede ontwikkeling is dat je met veel betaalbare printers voor consumenten tegenwoordig ook automatisch dubbelzijdig kunt afdrukken. Deze apparaten hebben een mechanisme waarbij de printer elk A’4tje kan omdraaien. Je bespaart daarmee eenvoudig op papier. Bestaat een rapport uit pakweg vijftig pagina’s? In plaats van vijftig vellen heb je voortaan nog maar 25 A4’tjes nodig. Geef vooraf in de instellingen altijd wel even aan wanneer je dubbelzijdig wilt afdrukken. Een afdrukapparaat met deze functie wordt ook wel een duplexprinter genoemd.

Print je vaak lange documenten, dan is een zogenoemde duplexprinter een goede keuze.

Tip 5 Afdrukresolutie

Print je geregeld afbeeldingen, bijvoorbeeld illustraties of foto’s? Let dan op de afdrukresolutie. Fabrikanten drukken deze waarde uit in het aantal dots per inch (dpi). Deze eenheid staat voor het maximaal aantal druppeltjes inkt per vierkante inch. Een enkele inch heeft een oppervlakte van 2,54 × 2,54 centimeter. Hoe hoger de resolutie, hoe scherper het afdrukapparaat kan afdrukken. Foto’s ogen dan bijvoorbeeld gedetailleerder.

De goedkoopste inkjetprinters ondersteunen over het algemeen een resolutie van 4800 × 1200 dpi. In dit voorbeeld deponeren de spuitmondjes van de printer op de horizontale en verticale as respectievelijk 4800 en 1200 druppeltjes. Andere veelvoorkomende resoluties zijn 5760 × 1440 en 4800 × 2400 dpi. Bepaalde producten voor de professionele markt ondersteunen nog ruimere waarden, maar die zijn fors duurder. Houd bij zulke printers trouwens wel rekening met een hoger inktverbruik.

Voor scherpe fotoafdrukken gebruik je bij voorkeur een printer met een hoge afdrukresolutie.

Tip 6 Printer aansluiten

Zodra je de printer uit de productdoos haalt, ga je hem logischerwijs meteen aansluiten. Dat kan op verschillende manieren. Vrijwel alle producten voor de consumentenmarkt hebben een usb-ingang. Creëer daarmee een rechtstreekse verbinding tussen het afdrukapparaat en de pc of laptop.

Staat de computer uit, dan wil je misschien printjes vanaf een smartphone of tablet maken. Of misschien gebruik je in huis wel meerdere computers. Om die reden hebben de meeste hedendaagse producten een draadloze netwerkaansluiting. Verbind de printer daarmee met wifi en druk vanaf elk (mobiel) apparaat in huis af. Een voorwaarde is dat er op de beoogde plek voldoende wifi-dekking is. Je kunt dat vooraf even met een smartphone controleren. De betere producten ondersteunen de 2,4GHz- en 5GHz-frequentieband. Je vergroot daarmee de kans op een stabiele draadloze verbinding. In stedelijke gebieden is de 2,4GHz-frequentieband namelijk vaak drukbezet.

Er bestaan ook modellen met een bekabelde netwerkaansluiting, al betreffen dit hoofdzakelijk printers voor de zakelijke markt. Deze optie heeft vooral nut wanneer de printer in de buurt van een router of switch staat opgesteld. Het voordeel van zo’n fysieke netwerkaansluiting is dat printopdrachten nooit worden verstoord door het signaal van naburige draadloze netwerken.

Een printer met netwerkfunctie hoef je niet per se vlak bij een computer neer te zetten.

Tip 7 Mobiel afdrukken

De laatste jaren is het mobiel versturen van afdruktaken makkelijker dan ooit. Android-apparaten, iPhones en iPads herkennen een recente printer meestal op eigen houtje in het netwerk. Je past vervolgens naar eigen wens de printinstellingen aan en drukt direct af. Voor comptabiliteit met Apple-apparaten check je zekerheidshalve of het product AirPrint ondersteunt. In dat geval kun je bijvoorbeeld vanuit diverse apps printen, zoals Foto’s, Safari en Documenten. Open hiervoor het deelmenu (vierkant met pijl) en kies Druk af. Verder kunnen veel printers overweg met de Mopria-standaard. Je kunt dan rechtstreeks vanuit Android afdrukken.

Mocht jouw smartphone of tablet de printer niet meteen herkennen, dan is er nog geen man overboord. Open in dat geval de Play Store of de App Store en installeer de app van de printerfabrikant. Alle bekende merken hebben namelijk een eigen app, zoals HP, Epson, Brother en Canon. Vanuit deze toepassingen verstuur je alsnog printopdrachten.

Je verstuurt vanaf jouw smartphone rechtstreeks afdruktaken naar een wifi-printer.

Tip 8 Foto-opties

Fotografieliefhebbers kunnen op nog een aantal zaken letten. Heb je kiekjes met een compact-, systeem- of spiegelreflexcamera gemaakt en wil je de mooiste beelden meteen afdrukken? Sommige modellen hebben een geheugenkaartlezer. Plaats je daarin pakweg een SD-kaart, dan verschijnen de foto’s op het display van het afdrukapparaat. Afhankelijk van de printer kun je misschien nog wat zaken aanpassen. Druk de foto daarna op het gewenste papierformaat af. Dankzij deze optie hoef je de fotobestanden niet eerst naar een computer te kopiëren. Bekijk in de specificaties wel even welke geheugenkaarttypes de printer accepteert.

Als alternatief kun je een fototoestel wellicht via usb verbinden en vervolgens een afdruktaak starten. Hierbij is het een vereiste dat de camera met de PictBridge-standaard overweg kan. Selecteer op het display van de camera de gewenste instellingen en druk het kiekje af. Overigens gebruik je deze usb-poort ook om een usb-stick met documenten en foto’s aan te sluiten.

Ten slotte hebben sommige printers een apart vak voor fotopapier. Meestal kun je daarin vellen met een standaardformaat van 15 × 10 centimeter kwijt. Gunstig, want je hoeft dan de normale A4’tjes niet steeds eerst uit de printer te halen.

Haal de SD-kaart uit het fototoestel en steek hem direct in een geschikte printer.

Tip 9 Bediening

Duurdere printers hebben over het algemeen een aanraakscherm. Je tikt in het menu gewoon op de taak die je wilt uitvoeren, zoals scannen of kopiëren. Verder kun je waarschijnlijk ook diverse onderhoudsklusjes doen, zoals de printkop reinigen of firmware-updates installeren. Daarnaast controleer je op het display de actuele inktniveaus. Gebruik je een fotoprinter, dan bekijk hierop ook nog kiekjes van een aangesloten fototoestel of geheugenkaart. In dat geval is een ruim scherm wel zo prettig. Tot slot geeft het display je mogelijk toegang tot diverse (draadloze) netwerkfuncties.

Goedkopere printers hebben een klein of zelfs helemaal geen (aanraak)scherm. Op de behuizing bevinden zich dan meerdere knopjes om uiteenlopende taken te starten. Het bedieningspaneel oogt om die reden drukker. Zo zijn er meestal aparte toetsen om een zwart-wit- of kleurenkopie te maken. Opvallend veel printers hebben overigens een kantelbaar bedieningspaneel. Je kiest zo een comfortabele kijkhoek voor het scherm en de knoppen.

Deze fotoprinter van Epson onderscheidt zich met een ruime schermdiagonaal van 10,9 centimeter.

Tip 10 Behuizing

Eerlijk is eerlijk: de printer is in jouw woning of (thuis)kantoor waarschijnlijk niet het mooiste apparaat. Toch valt er op het gebied van design momenteel best wat te kiezen. Er zijn bijvoorbeeld redelijk wat printers in een zwarte én witte versie verkrijgbaar. Bovendien worden bepaalde series in allerlei vrolijke kleuren uitgebracht. Het is in dat geval wel even zoeken, want afdrukapparaten met een kleurtje liggen niet voor het oprapen.

Heb je weinig ruimte voor de printer, zoals een krap plekje in een kast of verlaten hoekje op het bureau? De kleinste inkjetmodellen zijn erg compact. Vaak kun je diverse onderdelen inklappen, waarna er een compact ‘doosje’ overblijft. Logischerwijs doe je met zo’n klein afdrukapparaat wel enkele concessies. De papierlade heeft bijvoorbeeld weinig ruimte voor A4’tjes en er ontbreekt vermoedelijk een lade voor automatische documentinvoer.

Sommige printers zijn in allerlei exotische kleuren verkrijgbaar.

Kooptips

Wil je een nieuwe printer kopen? We zetten drie breed verkrijgbare producten uit verschillende prijsklassen op een rij.

Canon Pixma TS5150

De Canon Pixma TS5150 is bij bepaalde webwinkels spotgoedkoop. Ondanks de lage aanschafprijs zijn de specificaties prima. Zo print je met dit all-in-one-model op een maximale resolutie van 4800 × 1200 dpi. Druk gerust een paginadik rapport of verslag af, want de Pixma TS5150 kan automatisch dubbelzijdig afdrukken. Wil je liever een scan of kopietje maken? Plaats dan een vel ondersteboven op de glasplaat. Je kiest met behulp van het display en de druktoetsen vervolgens de gewenste actie. De printer heeft onder de motorkap een wifi-adapter. Kortom, verstuur vanaf elk (mobiel) apparaat afdruktaken. Behalve documenten kun je net zo makkelijk foto’s uitprinten. Op een formaat van 15 × 10 centimeter zie je zelfs geen witrand. In de behuizing gaan twee cartridges. Onder de productnaam Pixma TS5151 is het product ook in een witte behuizing te koop.

HP OfficeJet Pro 9730e

Deze inkjetprinter van HP is een regelrechte alleskunner. Naast de gebruikelijke A4’tjes kun je er zelfs afdrukken op A3-formaat mee maken. Print op die manier dus posters! Zoals de naam al doet vermoeden, is de OfficeJet Pro 9730e een goede aanvulling voor elk (thuis)kantoor. Verdeeld over twee lades plaats je maar liefst vijfhonderd vellen. Verder leg je een stapeltje van 35 A4’tjes in de documentinvoer, waarna je ze achtereen kunt scannen of kopiëren. Daarnaast is automatisch dubbelzijdig afdrukken geen probleem. Mooi meegenomen is dat je met de OfficeJet Pro 9730e kiekjes kunt afdrukken, want het apparaat verwerkt moeiteloos fotopapier. De maximale printresolutie bedraagt 4800 × 1200 dpi. Er gaan vier gescheiden cartridges in de behuizing. Je koppelt deze all-in-one-printer via wifi of een kabel met het thuisnetwerk.

Epson EcoTank ET-2870

Print je veel documenten en foto’s? Dan is deze veelzijdige inkttank-printer van Epson een interessante kandidaat. Gebruik de meegeleverde flessenset om de inktreservoirs eigenhandig te vullen. Wegens het slimme flesontwerp gaat dat zonder morsen. Met een maximale resolutie van 5760 × 1440 dpi leent de EcoTank ET-2870 zich perfect voor het scherp afdrukken van foto’s. Bij het standaardformaat van 15 × 10 centimeter en kleinere fotovellen zie je hierbij geen witrand. Wanneer je het apparaat met het draadloze thuisnetwerk verbindt, kun je vanaf elke smartphone, tablet en computer afdrukken; er is hiervoor ondersteuning voor Apple AirPrint ingebakken. Naast printen kun je met dit apparaat ook kopiëren en scannen, al ontbreekt er wel een automatische documentinvoer. Let niet te veel op de hier vermelde adviesprijs, want een heleboel webwinkels vragen een lager bedrag.