ID.nl logo
Tien microcontroller-bordjes vergeleken
© Reshift Digital
Huis

Tien microcontroller-bordjes vergeleken

Toen de Raspberry Pi Foundation begin 2021 de Raspberry Pi Pico aankondigde, bleek dit een geduchte concurrent voor de Arduino-microcontrollerbordjes te zijn. Nog opvallender was dat ze hier een eigen chip voor ontwikkeld hadden: de RP2040. Het duurde niet lang tot andere fabrikanten rond diezelfde chip ook allerlei microcontrollerbordjes bouwden. Maak kennis met tien van deze kleine krachtpatsers.

De wereld van elektronicaknutselaars is in twee domeinen onderverdeeld: die van de singleboardcomputers en die van de microcontrollerbordjes. Een singleboardcomputer, waarvan de Raspberry Pi het bekendste voorbeeld is, heeft een relatief krachtige processor, intern geheugen (RAM), soms eigen opslag, video-uitvoer enzovoort. Allemaal eigenschappen die we van een desktopcomputer of laptop kennen, maar dan in een kleinere vorm.

Een microcontrollerbordje daarentegen, zoals de bekende Arduino-bordjes, is een printplaatje waarop bijna alle functionaliteit in één chip ingebouwd is: de microcontroller. Die bevat doorgaans zowel de processor als het RAM en ROM. De processor in een microcontroller is heel wat minder krachtig dan die in een singleboardcomputer en er is minder geheugen beschikbaar.

Waarom zou je dan een microcontrollerbordje gebruiken als een singleboardcomputer zoveel krachtiger is? Microcontrollers zijn betrouwbaarder omdat ze geen heel besturingssysteem draaien, maar enkel de code die jij erin programmeert. Bovendien zijn ze goedkoper en verbruiken ze minder energie. Voor eenvoudige toepassingen zijn microcontrollers dan ook heel geschikt.

De Arduino-microcontrollerfamilie is het laatste decennium populair geworden bij elektronicaknutselaars. Maar de Raspberry Pi Pico is een geduchte concurrent, niet in het minst door de krachtige RP2040: een dualcore ARM Cortex-M0+-microcontroller van 32 bit. We bekijken tien microcontrollerbordjes met de RP2040-chip.

Raspberry Pi Pico

De Raspberry Pi Pico was het eerste ontwikkelbordje met de RP2040-microcontroller en is nog altijd het beste voor algemene toepassingen. Het is goedkoop (rond de 5 euro) en perfect ondersteund door allerlei ontwikkelsoftware in het RP2040-ecosysteem. Bovendien beschikt het bordje van 51 × 21 mm over 40 pinnen, waarvan 26 GPIO-pinnen die voor algemeen gebruik in te zetten zijn en 3 ADC-pinnen om analoge signalen in te lezen.

De microcontroller programmeren doe je via de micro-usb-aansluiting of via de SWD-pinnen (Serial Wire Debug) aan de andere kant. Naast de chip is er 2 MB flashgeheugen op het bordje gesoldeerd. Dat is het minste van alle RP2040-bordjes, maar ruimschoots voldoende voor de meeste toepassingen. Ter vergelijking: de Arduino Uno en Nano hebben maar 32 KB flashgeheugen en zelfs de Nano 33 BLE is ‘maar’ met 1 MB uitgerust.

De Raspberry Pi Pico is met of zonder header te koop. Er bestaan ook allerlei uitbreidingsbordjes en displaymodules die op de header passen, waardoor je hiermee wel heel eenvoudig je eerste stappen in de microcontrollerwereld zet.

©PXimport

Arduino Nano RP2040 Connect

Hoewel de Raspberry Pi Pico als concurrent voor Arduino-bordjes in de markt wordt gezet, levert de Raspberry Pi Foundation zijn RP2040-chip ook aan concurrerende producenten, en zo ook aan het team achter Arduino. Zij hebben de chip ingebouwd in een premiumbordje (rond de 26 euro): de Arduino Nano RP2040 Connect. Deze heeft de afmetingen van een Arduino Nano (45 × 18 mm met 30 pinnen), maar beschikt dankzij de RP2040 wel over veel meer rekenkracht. Bovendien is er maar liefst 16 MB flashgeheugen aanwezig, de maximale capaciteit die de RP2040 ondersteunt. 

Verder zit het bordje tjokvol functionaliteit. De u-blox NINA-W102-module biedt wifi en bluetooth, en er zit ook een bewegingssensor, microfoon, cryptochip en RGB-led in. Van de 22 GPIO-pinnen zijn er 20 voor PWM (Pulse Width Modulation) bruikbaar en 8 zijn er analoog. De softwareondersteuning is ook uitstekend, zowel in de Arduino IDE als in de ontwikkelomgevingen voor MicroPython en CircuitPython. 

Er is uiteraard ook rechtstreekse ondersteuning voor het bordje in de Arduino IoT Cloud, Arduino’s clouddienst waarin je microcontrollers programmeert. Al met al heeft dit bordje wel een stevige prijs, maar door alle functionaliteit is het een veelzijdig ontwikkelbordje voor IoT-toepassingen.

©PXimport

Adafruit Feather RP2040

Adafruit brengt al jaren ontwikkelbordjes met diverse processorfamilies uit in zijn Feather-reeks, met standaardafmetingen van 50,8 × 22,8 mm en 28 pinnen. Deze Adafruit Feather RP2040 is daar een nieuw lid van. 21 pinnen zijn algemeen bruikbare GPIO-pinnen, waarvan 4 ADC-pinnen, dus één meer dan de Raspberry Pi Pico. Voor wie een extra analoog signaal wil uitlezen, is het bordje dan ook heel interessant. Maar ook daarnaast is het bordje goed uitgerust. Er is niet alleen een rode led, maar ook een RGB-led van het NeoPixel-type. 

Het flashgeheugen van 8 MB is ruim. Gebruik je MicroPython of CircuitPython, dan heb je nog een 7 MB over. Verder heeft de Adafruit Feather RP2040 een STEMMA QT-connector, waardoor je eenvoudig een component met een STEMMA QT-, Qwiic- of Grove I²C-stekker aansluit. Het bordje heeft een usb-c-connector en aan de zijkant een JST-PH-connector voor een LiPo-batterij. De ingebouwde batterijlader laadt een aangesloten batterij als je usb aangesloten hebt.

Zonder usb haalt het bordje zijn voeding uit de batterij. Dat maakt de Adafruit Feather RP2040 dus ideaal voor mobiele toepassingen.

©PXimport

SparkFun Thing Plus - RP2040

Adafruits Feather-formaat staat ook open voor andere fabrikanten en concurrent SparkFun heeft daar gebruik van gemaakt met zijn Thing Plus - RP2040. Het bordje lijkt sterk op de Adafruit Feather RP2040, inclusief de vier ADC-pinnen. We vinden hier dezelfde Qwiic-connector, usb-c-connector en JST-PH-connector voor een LiPo-batterij. Met zijn 59 × 23 mm is het bordje wel iets groter dan zijn voorbeeld. De connectoren staan dan ook net iets anders gepositioneerd. Zo staat de Qwiic-connector naast de batterijconnector. Bovendien heeft het bordje aan de onderkant een microSD-kaartslot. 

Wil je in je microcontrollertoepassing veel data opslaan (voor datalogging van sensormetingen) of inlezen (zoals afbeeldingen of audio), dan is de SparkFun Thing Plus - RP2040 dankzij dit kaartslot een heel interessant bordje. De communicatielijnen zijn aan specifieke GPIO’s toegekend en daarmee kun je je microSD-kaart met bijvoorbeeld MicroPython als massaopslag aanspreken. 

Verder is het bordje ook heel ruim voorzien van 16 MB flashgeheugen, evenals van een blauwe led en NeoPixel-RGB-led. Er zijn ook tien pingaatjes waarop je een header kunt solderen voor JTAG/SWD-debugging.

©PXimport

Seeed XIAO RP2040

Waarschijnlijk de kleinste telg in de RP2040-familie is de Seeed XIAO RP2040, die maar 20 × 17,5 mm meet. Dat heeft natuurlijk zijn weerslag op het aantal GPIO-pinnen: dat zijn er maar 11. Die zijn wel allemaal met PWM te gebruiken en 4 ervan ook als analoge pin. Op de onderkant heb je ook pads voor SWD. De Seeed XIAO RP2040 is uitgerust met 2 MB flashgeheugen, een usb-c-connector, een gewone led en een NeoPixel-RGB-led. In feite maken deze specificaties van de Seeed XIAO RP2040 gewoon een kleinere versie van de Raspberry Pi Pico met een RGB-led.

Maar de veelzijdigheid van de GPIO-pinnen maken het bordje heel flexibel. Dankzij de vier analoge pinnen kun je er potentiometers of analoge sensoren op aansluiten. En omdat alle pinnen PWM ondersteunen, kun je er de helderheid van leds of de snelheid van motoren mee aansturen. Bovendien kun je ook I²C, SPI en UART op de pinnen gebruiken. Kortom, het bordje is geschikt voor heel wat toepassingen waarin compacte afmetingen belangrijk zijn.

©PXimport

Solder Party RP2040 Stamp

De RP2040 Stamp van het Zweedse Solder Party is met zijn 25 × 25 mm iets groter dan de Seeed XIAO RP2040, maar heeft als voordeel dat het toegang geeft tot alle 30 GPIO’s van de microcontroller. Daardoor heb je de beschikking over twee keer I²C, twee keer SPI, twee keer UART, 16 pinnen met PWM en 4 analoge pinnen. Om dit alles zo compact te houden, staan de pingaten aan de vier zijden wel op 2 mm afstand van elkaar, waardoor dit bordje niet op een breadboard past. 

Er is geen usb-connector gemonteerd, maar de usb-pinnen zijn wel beschikbaar. Het bordje kan via deze pinnen gevoed worden of via de ingebouwde voedings- en laadschakeling (zonder bescherming) voor een LiPo-batterij. De flashchip heeft een capaciteit van 8 MB. De RP2040 Stamp is open hardware: alle hardwareschema’s zijn gepubliceerd onder een CERN-licentie.

Solder Party heeft ook een bijbehorend RP2040 Carrier Board dat de Arduino Uno Shield-pinout volgt. Als je de RP2040 Stamp hierop monteert, heb je connectoren voor usb-c, Qwiic/STEMMA QT, een LiPo-batterij, DC-aansluiting en een SWD-header.

Pimoroni Pico LiPo

De Pico LiPo van Pimoroni heeft dezelfde pinout als de Raspberry Pi Pico en is daardoor ook volledig compatibel met allerlei Raspberry Pi Pico-add-ons. Daarnaast komt het bordje met heel wat leuke extra’s. Zo is het uitgerust met een usb-c-poort en een Qwiic/STEMMA QT-connector, evenals een JST-SH-connector voor SWD. Een JST-PH-batterijconnector maakt het plaatje compleet. De laadschakeling heeft een bescherming ingebouwd. Er is ook een aan-uitknop, wat handig is als je bij batterijgevoede toepassingen stroom wilt besparen wanneer je het bordje even niet nodig hebt. 

De Pico LiPo meet 53 × 21 mm, dus twee millimeter langer dan de Raspberry Pi Pico, en is beschikbaar met 4 of 16 MB flashgeheugen. Die laatste versie is zo’n drie keer duurder dan de Raspberry Pi Pico, maar met alle extra functionaliteit én de compatibiliteit met de add-ons is dat zeker niet te duur voor draagbare toepassingen. Zowel MicroPython als CircuitPython en C/C++ zijn ondersteund.

©PXimport

Pimoroni Badger 2040

De Pimoroni Badger 2040 is een RP2040 gemonteerd op de achterkant van een zwart-wit e-paperscherm van 2,9 inch, met vijf knoppen. Hij is uitgerust met 2 MB flashgeheugen, een usb-c-connector en een JST-PH-connector voor een batterij, en een connector voor Qwiic/STEMMA QT. Er zijn ook nog enkele pads aan de achterkant voor toegang tot I²C, UART en SWD.

Pimoroni verkoopt ook een kit met accessoires, waarin twee AAA-batterijen en een batterijhouder zitten, klittenband om de batterijhouder aan het bordje te bevestigen, een usb-c-naar-usb-a-kabel en een nekkoord dat door een sleuf in het bordje past. Hiermee heb je dan een draagbaar schermpje dat door de e-papertechnologie heel zuinig is. Wil je een LiPo-batterij aansluiten, neem er dan een met ingebouwde bescherming, want de Badger 2040 is niet voorzien van batterijbescherming.

Een belangrijke beperking is wel dat het bordje geen batterijlader heeft. Je hebt dus een externe LiPo-lader nodig als je je batterij wilt opladen. Pimoroni’s software maakt het heel eenvoudig om in MicroPython tekst en afbeeldingen op het scherm te tonen.

Cytron Maker Pi RP2040

Wil je met de RP2040 motoren aansturen, bijvoorbeeld voor een robot of om planten water te geven, dan is de Maker Pi RP2040 van Cytron het ideale bordje. De ingebouwde motordriver kan twee DC-motoren (inclusief statusleds en testknoppen) en vier servomotoren aansturen. Er zijn 13 indicatorleds voor de status van de GPIO-pinnen, een piëzozoemer met schakelaar om hem te dempen qua geluid, twee drukknoppen, twee NeoPixel-RGB-leds en maar liefst zeven Grove-connectoren voor I²C, SPI, UART of analoge communicatie. 

De RP2040 op het bordje wordt vergezeld van 2 MB flashgeheugen, een micro-usb-aansluiting en een aansluiting voor een LiPo-batterij. De ingebouwde LiPo/Li-Ion-laadschakeling heeft bescherming tegen overladen en ontladen. Het bordje komt ook met een aan-uitschakelaar en meet 88 × 64 mm. Cytron laadt de chip al met CircuitPython, zodat je onmiddellijk aan de slag kunt. Ook MicroPython, C/C++ en Arduino zijn uiteraard ondersteund. 

Kortom, de Maker Pi RP2040 biedt alles wat je nodig hebt voor het stevigere werk met een combinatie van motoren en sensoren.

©PXimport

Pimoroni PicoSystem

De PicoSystem van Pimoroni is een volwaardige draagbare gameconsole gebouwd rond de RP2040. De microcontroller is vergezeld van een 16MB-flashchip en heeft een 1,54inch-kleurenschermpje met links daarvan een D-pad en rechts vier knoppen. Er is een RGB-led, aan-uitknop en piëzozoemer. De LiPo-batterij met een capaciteit van 525 mAh zou voldoende moeten zijn voor minstens zes uur speelplezier. 

Het PicoSystem meet 96,6 × 42,7 mm en gebruikt een usb-c-kabel om de batterij op te laden en de microcontroller te programmeren. Er zitten ook SWD- en UART-pinnen op de printplaat, maar daarvoor moet je de behuizing openschroeven. Pimoroni levert het PicoSystem met het platformspel Super Square Bros van Scorpion Games, maar je kunt er nog heel wat andere naar uploaden. 

Je eigen games maken kan met de officiële PicoSystem-API voor C++ en MicroPython, met de Stage-bibliotheek in CircuitPython of met de 32bit-SDK in C/C++. Met die laatste creëer je games die zowel op het PicoSystem als op de 32bit-console werken, en ook op Linux, Windows en macOS.

De RP2040, een krachtige microcontroller

De RP2040-chip past in een QFN-56-SMD-behuizing van 7 × 7 mm en wordt met een 40nm-proces gemaakt. De chip heeft twee ARM Cortex-M0+-processorkernen die op een kloksnelheid van 133 MHz draaien en beschikt over 264 KB SRAM. Er is geen intern flashgeheugen of EEPROM: de bootloader laadt de firmware vanaf extern flashgeheugen (de controller ondersteunt capaciteiten tot 16 MB) of de usb-bus. 

Van de 30 GPIO-pinnen kunnen er 4 optioneel als analoge invoer worden gebruikt. Verder heeft de chip twee keer UART, twee keer SPI, twee keer I²C, 16 PWM-kanalen, en een usb1.1-controller en PHY-chip met ondersteuning voor host en device. De RP2040 heeft ook 8 PIO state machines. 

PIO staat voor Programmable I/O en hiermee is het mogelijk om in een extra, kleine processor die los van de ARM-kernen draait speciale code uit te voeren voor efficiënte communicatie met de buitenwereld, zoals extra UARTs, DVI, NeoPixels of CAN-bus.

Conclusie

De RP2040 is een krachtige microcontroller van de makers van de Raspberry Pi waar allerlei fabrikanten ontwikkelbordjes met diverse toepassingsdomeinen omheen hebben gemaakt. Voor je eerste experimenten met de RP2040 is de Raspberry Pi Pico nog altijd het beste bordje, omdat het zo veelzijdig en goedkoop is. Arduino, Adafruit, SparkFun en Pimoroni hebben elk hun eigen varianten met licht verschillende functionaliteit, die elk hun eigen toepassingsdomeinen hebben waarvoor ze optimaal uitgerust zijn.

Moet je toepassing vooral compact zijn, dan zijn de Seeed Xiao RP2040 (zo klein mogelijk) en de Solder Party RP2040 Stamp (zo klein mogelijk met toegang tot alle GPIO’s) niet te kloppen. Daarnaast bestaan er ook heel specifiek uitgeruste bordjes, bijvoorbeeld met een e-paperscherm, motordriver of zelfs een volledige RP2040-gebaseerde gameconsole.

 Wat al deze bordjes gemeen hebben, is dat ze een uitstekende ondersteuning hebben in allerlei ontwikkelomgevingen en ecosystemen zoals MicroPython, CircuitPython en Arduino. In nog geen anderhalf jaar tijd heeft de RP2040 dan ook zeker zijn plaats in de wereld van elektronicaknutselaars ingenomen.

▼ Volgende artikel
Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie
© Versuni
Huis

Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie

Philips introduceert de Baristina Plus Stainless Steel, een semi-automatische koffiemachine met een roestvrijstalen design en iced coffee-functie. Dit derde apparaat in de Baristina-lijn combineert een robuuste uitstraling met veel gebruiksgemak. Kan er echt niks verkeerd gaan? ID.nl testte het uit.

Uitstekend
Conclusie

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie: die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

Plus- en minpunten
  • Stijlvolle uitstraling
  • Gebruiksgemak
  • Meerdere opties voor volume/type koffie
  • Geen handleiding meegeleverd
  • Gevoelig voor vingerafdrukken
  • Prijzig

Ontwerp & specificaties

De Baristina Plus Stainless Steel is een matte, zilverkleurige koffiemachine waarmee je espresso, lungo en cold brew kunt maken van je eigen gewenste soort koffiebonen. In het apparaat zit een grinder die de bonen maalt, de gemalen koffie komt in het portafilter terecht en daarmee zet de Baristina een kop koffie in de gewenste sterkte. De machine is met zijn 5,8 kilo makkelijk te verplaatsen en niet overdreven groot: 35 centimeter hoog, 38 centimeter diep en 15 centimeter breed. De buitenzijde is uitgevoerd in RVS. Smaakvol, maar wel gevoelig voor vingerafdrukken (zoals alle apparaten van roestvrij staal).

©Versuni

Plaats in de Baristina-lijn & techniek

Deze machine is de derde variant in de Baristina-lijn. De eerste, de Baristina, bood in vergelijking met dit apparaat geen ice koffie en was eenvoudiger uitgevoerd. De tweede, de Baristina met Bean swap, bood de gebruikers de keuze om bij elke bak koffie te kiezen tussen twee soorten bonen, of een mix van beide. Dit derde, nieuwe apparaat is een premium-machine die naast een luxe uitstraling de kwaliteit van versgemalen koffie combineert met gebruiksgemak. Als extraatje vergeleken met het instapmodel is er dus de ice coffee-optie. Voor het koffiezetten zet de machine 16 bar pompdruk in voor optimale extractie.

Uitpakken & installatie

De machine zit deugdelijk verpakt in een grote doos met kartonnen bescherming. Er zit geen handleiding bij, alleen een sticker met iconen die aangeven wat er ongeveer moet gebeuren. We vinden dat echt een minpunt; wie nieuw is 'in de koffie' heeft toch wat meer informatie nodig over wat de machine precies kan.

Monteren is een groot woord voor wat je zelf nog moet doen om je eerste kop koffie te zetten. Je pakt het portafilter uit, spoelt het goed om en vult het waterreservoir van 1,2 liter. Dat kan door het reservoir los te halen uit de machine en onder de kraan te vullen. Handiger is het om het klepje bovenaan even open te doen en dan met een kan of maatbeker het water aan te vullen. Bovenin zit een reservoir voor koffiebonen. Ook dit open je met een klepje en vul je tot de rand. Dat is alles!

Bediening & functies

Dit apparaat is duidelijk ontwikkeld voor de koffieliefhebber die houdt van gemak en kwaliteit. De kwaliteit heb je natuurlijk deels zelf in de hand door het type koffiebonen dat je gebruikt. Het gemak uit zich in de bediening van de machine. Aan de bovenzijde zitten verschillende knoppen: een voor espresso, een voor lungo, een voor koffie waar je een ijskoffiedrank mee wilt maken, en een knop voor extra sterke koffie, voor als de standaardinstelling niet voldoende voor je is. Voor de ice coffee wordt de koffie eerst warm gebouwen waarna het doorstroomproces traag verloopt zodat de koffie langzaam afkoelt tijdens het zetten.

De instelling van de molen is niet aanpasbaar, het volume van de koffie in het kopje wel. Hier uit zich het gemis aan een handleiding, deze functie ontdekten we pas toen we op het YouTube-kanaal van Philips wat filmpjes bekeken over de bediening en functies. HIER vind je de betreffende video.

©Versuni

Workflow: van boon tot kop

Je duwt het portafilter in de gleuf links tot deze vastklikt. Dan kies je de gewenste drank, en beweegt (swipet) het portafilter helemaal naar rechts, waar de grinder zit. Het filter zit dan vast en de machine maalt de koffiebonen. Dat maakt uiteraard geluid, vergelijkbaar met andere koffiezetapparaten. Het filter spring terug naar de beginpositie, en de machine zet de gewenste hoeveelheid koffie. Stopt de keuzeknop met knipperen, dan is je 'bakkie' klaar. Het portafilter kun je dan loshalen, ondersteboven boven de vuilnisbak houden en met een druk op de knop de koffiedrab eruit werpen. Dat is alles.

Hier zie je in een Duitstalige video precies hoe dit werkt:

Watch on YouTube

Praktijktest

Koffiemachines moeten natuurlijk getest worden en het liefst door veel verschillende mensen. Ons testexemplaar beleefde de vuurdoop tijdens een drukke verjaardagsvisite, waarbij alle koffiedrinkende bezoekers een kopje Baristina kregen. De vraag was of de machine snel genoeg zou zijn om mensen niet nodeloos lang te laten wachten, en of het geluid van het malen de gesprekken niet zou overstemmen. Voor beide aspecten slaagde de machine met vlag en wimpel. Iedereen was erg te spreken over de smaak van de koffie. Het waterreservoir van 1,2 liter is natuurlijk na enige tijd leeg, dus moet tijdens zulke bijeenkomsten tussentijds wel worden bijgevuld.

Koffiebonen bewaar je niet in de zak uit de supermarkt

Houd ze lang vers in een speciaal bewaarblik

Aandachtspunt

Wel dook er een klein aandachtspunt op. Na enige tijd kwam er nogal waterige koffie met een raar kleurtje uit de machine en klonk het malen ook een beetje gek. De koffiebonen bleken op te zijn. Daar komt verder geen signaal of melding van, maar is iets om in de gaten te houden. Het deksel van het koffiebonen-reservoir is semi-transparant, dus normaliter zou je dat wellicht snel zien. Echter, de machine wordt niet geleverd met een handleiding, maar... met een paarse sticker precies op die plek! Als je die er niet afhaalt, zie je dus niet hoe het gesteld is met de voorraad koffiebonen.

Onderhoud & schoonmaak

De machine heeft verder weinig nodig aan energie van de gebruiker. Het lekbakje is afneembaar en kun je periodiek schoonmaken. Als je zorgt voor voldoende water en bonen en het portafilter elke keer leegmaakt na het zetten van een kopje koffie, kun je een tijd vooruit. Overigens: als je vergeet de drab weg te gooien en aan een nieuwe bak koffie wilt beginnen, kun je het portafilter niet naar de grinder bewegen, dan zit 'ie vast. Je kunt dus nooit verse koffie gemaald krijgen over de drab van een eerdere sessie.

©Versuni

Eindoordeel & alternatieven

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie, maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie. Die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

☕ Bekijk alle koffieapparaten van Philips op Kieskeurig.nl

▼ Volgende artikel
Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt
© ID.nl
Energie

Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Met de huidige energieprijzen letten we allemaal extra op ons stroomverbruik. Zuinig aandoen klinkt logisch, maar is best lastig als je niet weet waar de echte energieslurpers zitten. Soms zitten de kosten in een onverwachte hoek. We zetten vijf apparaten op een rij die meer stroom verbruiken dan je waarschijnlijk denkt.

Dit artikel in het kort

Na het lezen van dit artikel zie je precies welke apparaten in huis ongemerkt meer kosten dan je dacht en hoe energielabels je kunnen helpen om de kosten goed (of in ieder geval beter) in te schatten.

Lees ook: Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!

Altijd doen: energielabel checken of instellingen aanpassen

Als je iets in huis moet vervangen, kijk in de winkel dan altijd eerst naar het energielabel. Dat geeft een duidelijk beeld van het stroomverbruik. Blijf je liever nog even bij je huidige toestel, dan helpt het om zuiniger met de instellingen om te gaan. Denk aan het aanpassen van de standby-stand of het apparaat alleen gebruiken op momenten waarop de stroomprijs lager ligt. Dat levert al snel tientallen euro's voordeel op.

Het energielabel laat in één oogopslag zien hoe energiezuinig een apparaat is. Vanaf maart 2021 zijn de labels voor een groot aantal apparaten aangepast. Voor de meeste apparaten (zoals wasmachines, vaatwassers, koelkasten, televisies en wasdrogers) loopt de nieuwe schaal van A (het zuinigst) tot G (het minst zuinig). Bij deze groep is A+++ dus verleden tijd; een label C of D is hier vaak al erg zuinig.

Let op: Voor sommige productgroepen, zoals ovens, afzuigkappen en airco's, wordt het oude label nog wel gebruikt. Daar is A+++ nog steeds het hoogst haalbare. Kijk dus altijd goed naar de letter én de kleur op de kaart.

Op energielabel.nl kun je per apparaat opzoeken wat hoe de energielabels precies lopen.

©EPREL

1. Kokendwaterkraan: 133 euro per jaar

Meteen kokend water uit de kraan: wie eenmaal een Quooker heeft, wil niet meer zonder. Maar realiseer je wel dat zo'n kraan het water doorlopend op temperatuur moet houden. En dat zie je terug op je energierekening. Een voorbeeld: een gezin van drie personen gebruikt gemiddeld zo'n 10 liter kokend water per dag via een Quooker. Om dit water te verwarmen, is jaarlijks ongeveer 423 kWh aan energie nodig (bron: ANWB Energie) . Daarnaast kost het op temperatuur houden van het water nog eens 87,5 kWh per jaar. Dit komt neer op een totaal energieverbruik van 511 kWh per jaar. Stel dat je een energiecontract hebt waarbij je gemiddeld 0,26 euro per kWh betaalt, dan kost de kraan je 133 euro per jaar. Je moet dus zelf de afweging maken of je het extra comfort vindt opwegen tegen de extra kosten.

Waar zijn deze bedragen op gebaseerd?

Bij het berekenen van de kosten zijn we uitgegaan van een gemiddelde stroomprijs van 0,26 euro per kWh. Dit is het bedrag dat de ANWB noemt als meest actuele stroomprijs (november 2025). Je kunt de berekeningen makkelijk aanpassen door het tarief in te vullen dat je zelf betaalt.

2. Wifi-versterker: 23 euro per jaar

Overal goede wifi in huis: we kunnen niet meer zonder. Zeker wanneer je veel thuis werkt, graag streamt of kids hebt die niet achter hun gameconsole zijn weg te slaan, is een must. Grote kans dus dat je een of meerdere wifi-versterkers of repeaters gebruikt. Omdat die 24/7 hun werk doen, kost dat meer dan je misschien denkt. De gemiddelde wifi-versterker – je hebt ze met verschillende wattages – verbruikt jaarlijks 88 kWh. Dat kost je per jaar dus ongeveer 23 euro per repeater.

Verbruik uitrekenen

Hoe weet je nu hoeveel energie een apparaat verbruikt? Dat kun je zelf uitrekenen als je het vermogen in Watt (W) weet. Dit wattage vind je meestal in de specificaties of achterop het apparaat onder het kopje Vermogen. Bij vergelijkingssites zoals Kieskeurig.nl vind je die informatie ook terug:

Omdat energie op je rekening in kilowattuur (kWh) wordt afgerekend, moet je Watt eerst omrekenen: 1 kilowatt (kW) = 1000 Watt (W).

Bijvoorbeeld: Een stofzuiger van 900 Watt is: 900 ÷ 1000 = 0,9 kW.

Om de kosten te berekenen, gebruik je deze formule: Energieverbruik (kWh) = Aantal uur in gebruik (h) x Vermogen (kW)

Rekenvoorbeeld:
Gebruik je de stofzuiger van 0,9 kW elke week 3 uur? Dan is het verbruik: 0,9 x 3 = 2,7 kWh per week. De kosten hiervan zijn dan 2,7 kWh x 0,26 euro = = 0,702 per week. Op jaarbasis is dat dus ruim 36 euro per jaar.

Let op:
Deze berekening werkt alleen goed voor apparaten die constant vermogen vragen zolang ze ingeschakeld zijn. Denk aan een stofzuiger, waterkoker of straalkachel: die staan 'aan' en verbruiken dan continu stroom. Voor apparaten met een wisselend programma of thermostaat (zoals een wasmachine, vaatwasser of koelkast) werkt deze som niet, omdat ze niet constant op vol vermogen draaien. Daarvoor kun je beter naar het kWh-verbruik op het energielabel kijken.

3. Televisie: afhankelijk van grootte en schermresolutie

Niet verrassend: het stroomverbruik van een televisie is afhankelijk van het formaat van het scherm. Een 65inch-televisie verbruikt bijvoorbeeld twee keer zo veel stroom als een 43inch-exemplaar met hetzelfde energielabel. Vooral de resolutie van het scherm maakt veel uit voor het verbruik. Grotere beeldschermen hebben een hogere resolutie om een scherp beeld te krijgen, zoals een 4K- of zelfs 8K-resolutie. 8K-televisies verbruiken flink meer energie dan een 4K-televisie die net zo groot is. Bij televisies wordt daarom ook vaak het stroomverbruik apart vermeld voor zowel de SDR- als de HDR-video. In dit geval staat SDR voor Standard Dynamic Range met een resolutie van 1080p en HDR voor 4K-content.

Doordat er hier zo veel variabelen een rol spelen, kunnen we geen richtbedrag berekenen. Met deze gegevens en de uitleg over verbruik uitrekenen in het kader hierboven kun je dit het beste zelf doen.
Lees ook: Dit zijn de 11 best geteste televisies van 2025

Ook de beeldkwaliteit bepaalt hoeveel energie wordt verbruikt. Bij SDR-gebruik (1080p) krijgt deze tv energielabel E, terwijl de HDR-stand goed is voor energielabel G, een stuk minder zuinig dus.

4. Extra koelkast - tussen de 30 en 36 euro

Wanneer ze een nieuwe koelkast kopen, zetten veel mensen hun oude koelkast in de schuur of garage. Handig, maar houd er rekening mee dat oude koelkasten wel een stuk minder zuinig zijn dan nieuwe. Stel dat je een simpele, eendeurs oude koelkast als extra koelruimte gaat gebruiken. Grote kans dat zo'n koelkast dan energielabel D, E of zelfs F heeft. Daarvan is het gemiddelde jaarverbruik respectievelijk 113, 130 en 139 kWh. Dat kost je op jaarbasis al snel tussen de 30 en 36 euro op jaarbasis extra.

Het kan dus slimmer zijn om in plaats daarvan één grotere koelkast in de keuken neer te zetten. Neem een energiezuinig model als de Samsung RB38C607AB1: die heeft een koelinhoud van 273 liter en een vriesinhoud van 114. Verbruik op jaarbasis? 108 kWh, dus ongeveer 28 euro. Dat is dus lager dan die simpele, oude eendeurs koelkasten die we hierboven hebben aangehaald!

Weet je niet zeker of je aan één koelkast genoeg hebt? Veel mensen leggen uit gewoonte alles in de koelkast, maar dat is zonde van de ruimte én de energie. Sommige producten horen er zelfs liever niet in: tomaten, komkommers, avocado's en aubergines verliezen door de kou hun smaak. Daarnaast zijn harde groenten zoals pompoen, knolselderij en winterpeen op een koele plek in huis wekenlang houdbaar zonder koeling. En waarom zou je zes flessen frisdrank tegelijk koelen? Er pas een nieuwe fles in zetten wanneer de oude bijna leeg is werkt net zo goed.

Wil je de tweede koelkast toch houden, zet hem dan alleen aan wanneer je hem echt nodig hebt, bijvoorbeeld wanneer je je hele familie hebt uitgenodigd voor het kerstdiner of wanneer je je verjaardag viert.

5. Consoles en gaming-pc's - tussen de 45 en 365 euro

Ben je een fervent gamer of heb je kinderen die dat zijn? Afhankelijk van het apparaat waarmee er gegamed wordt, kunnen de kosten flink oplopen. Gebeurt dat op een Xbox of PlayStation, dan verbruikt deze tussen de 150 en 160 watt per uur. Game je 3 uur per dag, dan zit je per jaar zo aan de 45 euro.

Maar pas écht in de papieren loopt het met een game-pc: het verbruik zo'n machine komt gemiddeld per jaar – inclusief monitor – uit op ongeveer 1.400 kWh. Je hebt het dan, bij een tarief van 0,26 euro/kWh, over zo'n 365 euro. En dat staat gelijk aan het energieverbruik van drie koelkasten. Wil je echt besparen, dan is een gameconsole dus de betere keuze. En door hem echt uit te zetten in plaats van op stand-by wanneer je hem niet gebruikt, ben je nog voordeliger uit.