ID.nl logo
RetroPie installeren op Raspberry Pi: Bouw je eigen retro-spelcomputer
© PXimport
Huis

RetroPie installeren op Raspberry Pi: Bouw je eigen retro-spelcomputer

De gameshistorie is rijk en om al die spellen te blijven beleven, hoef je echt niet elke console op je tv aangesloten te houden. We gaan RetroPie installeren op een Raspberry Pi zodat we onze favoriete retrogames altijd bij de hand hebben. Ook staan we stil bij de hardware die je precies nodig hebt.

De Raspberry Pi is een fantastisch computertje en dankzij de enorme gemeenschap die rond dit minuscule moederbordje is ontstaan, kun je er de creatiefste dingen mee maken. Met de komst van de verhoudingsgewijs bloedsnelle Raspberry Pi 4 zijn die mogelijkheden alleen maar verder uitgebreid. Een bijzonder aardige toepassing heet RetroPie: dat is een pakket met emulators voor andere systemen, in dit geval gamecomputers.

Zo’n emulator bootst met software de hardware van een andere computer na, zoals de Super Nintendo, de Playstation, ZX Spectrum of zelfs arcadehalmachines. Je kunt er software van vroeger mee openen en zo dus games van héél lang geleden opnieuw beleven. 

Wil je weer eens een ouderwets potje Pac-Man spelen met de originele versie van dit spel? Of Donkey Kong over het scherm zien stuiteren? Verbaas je over het pixelfeest dat Afterburner in de arcadehal eigenlijk was of wat trakteer je huisgenoten op een ouderwets robbertje vechten met Tekken 3. Dat kan allemaal met je Raspberry Pi, want RetroPie draait hier geweldig op.

RetroPie systeemeisen en benodigdheden

RetroPie bestaat al een paar jaar, je kunt dus in principe ook de wat oudere Raspberry Pi 3 gebruiken. Maar de Raspberry Pi 4 is veel sneller en daarom ook beter geschikt om er een RetroPie-machine mee te bouwen: de framerates zijn hoger en de laadtijden korter.

Welke versie je ook kiest: neem er eentje met 2 GB geheugen. Eén gigabyte is wat aan de krappe kant, met twee heb je meestal meer dan genoeg. Meer mag natuurlijk, maar daar zul je voor deze toepassingen geen voordeel aan hebben. RetroPie heeft op zijn minst één usb-gamecontroller nodig. Je kunt probleemloos een controller van een Playstation of Xbox gebruiken als je die hebt liggen.

Voor de behuizing gebruiken wij een Retroflag NESPi-behuizing, maar alleen omdat het er leuk uitziet: dit is namelijk een exacte kopie van de behuizing van het oorspronkelijke Nintendo Entertainment System (NES). Extra voordeel daarvan is dat er een aan-uitknop en een resetknop op zit waarmee je Pi zich als een echte gameconsole gaat gedragen. 

Maar voor het functioneren van RetroPie maakt het niets uit. Heb je een andere behuizing? Ook prima. Voor het functioneren van RetroPie en je gameplezier maakt het helemaal niets uit welke je kiest. Het boodschappenlijstje ziet er verder als volgt uit:

Benodigdheden

  • Raspberry Pi 4 2 GB (€ 39,95)
  • Raspberry Pi 4 usb-c-voeding (€ 9,95)
  • Micro-HDMI-naar-HDMI-kabel 1 meter (€ 6,95)
  • SNES-type usb-gamecontroller (€ 8,95)
  • 64 GB microSD-kaart (€ 15,-) Totale kosten: ca. € 81,- Optioneel
  • Retroflag NESPi 4 Case (€ 39,95)
  • Tweedehands SATA-ssd (ca. € 20,-) De meeste producten zijn in de bekende Nederlandse Raspberry Pi-winkels zoals Kiwi Electronics, RaspberryStore en SOS Solutions te krijgen. Heb je geduld, dan zou je de Retroflag NESPi 4 Case, kabels, controllers en voeding ook via AliExpress kunnen kopen.

©PXimport

Raspberry Pi voorbereiden op RetroPie

De installatie van het besturingssysteem Raspberry Pi OS op een microSD-kaart doe je met de gratis tool Raspberry Pi Imager die je vanaf de website van de Raspberry Pi Foundation kunt downloaden.

Start Raspberry Pi Imager na het installeren en gebruik de knoppen in beeld om het gewenste besturingssysteem te kiezen en de locatie van de microSD-kaart aan te geven. Ben je zeker dat alles goed staat? Druk op Write, waarna de software het juiste image downloadt en de microSD-kaart flasht. Dat duurt met een beetje rappe internetverbinding een paar minuten.

We raden je aan om een microSD-kaartje van minimaal 16 GB te gebruiken. Maar in verband met de opslag van game-ROM’s, ‘wear leveling’ en de duurzaamheid van je kaartje, geldt hoe groter hoe beter. Dus gelijk 64 GB of groter is nog beter, voor de kosten hoef je het niet laten. Zie ook het kader ‘Slijtage SD-kaart voorkomen’.

Schuif daarna de microSD-kaart in je Pi, koppel het computertje met de HDMI-kabel aan je televisie of monitor, prik een usb-toetsenbord in een van de poorten en zet het hem aan. De Pi start meteen op en al spoedig zie je de prompt op het scherm. Standaard is de gebruikersnaam pi en het wachtwoord raspberry. Het systeem zal je na het inloggen aanraden om het wachtwoord te veranderen in iets beters.

Gebruik je een flinke televisie dan zijn de letters in beeld heel klein. Wil je niet zitten turen, veranderen dit met het commando:

sudo setfont /usr/share/consolefonts/Lat15-TerminusBold32x16.psf.gz

Activeer de wifi-verbinding door je netwerkgegevens in te voeren in het bestand wpa_supplicant.conf. Dat doe je met het commando:

sudo nano /etc/wpa_supplicant/wpa_supplicant.conf

Voeg daar het volgende blok aan toe:

network={ ssid="jouw_netwerk" psk="jouw_wachtwoord" country="NL" }

Met daarin natuurlijk de details van jouw wifi-netwerk. Herstart nu de wifi-verbinding met:

sudo wpa_cli -i wlan0 reconfigure

Controleer daarna of je een ip-adres hebt gekregen en de draadloze interface inderdaad draait met het commando:

ifconfig wlan0

Als alles goed is, zie je achter het woord inet het ip-adres dat je Pi van de DHCP-server in je router heeft gekregen. Nu je systeem draait, is het verstandig om de software helemaal bij te werken, dat doe je door achtereenvolgens deze commando’s in te tikken:

sudo apt update sudo apt full-upgrade

Duik ook even de opties in het Raspberry-configuratiescherm in om te zien of er nog iets tussen zit wat je wilt wijzigen, dat doe je met het commando:

sudo raspi-config

Werk eerst dit gereedschap bij met de optie Update en check daarna in ieder geval de systeemtijd met de optie Localisation options. En als je toch bezig bent: zet het geluid op het HDMI-kanaal, als je tenminste het geluid van je nieuwe gamecomputer uit de televisie wilt laten komen. Selecteer System options / Audio. Activeer daar de optie HDMI en sluit raspi-config af.

RetroPie installeren

Nu je basissysteem draait, kun je RetroPie gaan installeren. Als je de gamecontroller(s) nog niet in de usb-poorten van je Pi had gestoken, doe dat dan nu. Download en installeer de RetroPie-software met de volgende commando’s:

git clone --depth=1 https://github.com/RetroPie/RetroPie-Setup.git cd RetroPie-Setup chmod +x retropie_setup.sh sudo ./retropie_setup.sh

Het hoofdprogramma van RetroPie heet EmulationStation, deze kun je na de installatie opstarten met het commando: 

emulationstation

Het scherm van EmulationStation zal je televisie vullen en vraagt je daarna de knoppen van je controllers te configureren. Kijk goed wat het programma van je vraagt en waar jouw voorkeuren liggen. Je wijst een knop toe aan een functie door deze een halve seconde ingedrukt te houden waarna het programma doorspringt naar de volgende knop. 

Heb je een bepaalde knop niet op je controller, druk dan een willekeurige knop twee seconden in, waarna het programma verder springt. Geen zorgen als het niet in één keer goed gaat, je kunt altijd opnieuw beginnen.

©PXimport

Vanaf dit moment kun je EmulationStation met je controller bedienen. Nu wordt het tijd om de installatie af te ronden. Stop EmulationStation via de Select-knop van je controller en kies voor Quit, waarna je weer bij de Linux-prompt van je Pi belandt. 

Nu je weet dat het programma goed werkt, kun je instellen dat deze bij de start van je Pi ook direct opstart om je Pi in een echte gamecomputer te veranderen. Dat doe je door nog een keer het volgende commando uit te voeren (aangenomen dat je je nog steeds in /home/pi/RetroPie bevindt):

sudo ./retropie_setup.sh

Je ziet dan het inmiddels bekende blauwe menu, navigeer naar de optie Configuration / Tools / autostart. Kijk even de opties na, maar doorgaans is het vrij eenvoudig: selecteer Start Emulationstation at boot en je bent klaar.

Herstart je Pi met: 

sudo reboot

als het allemaal goed is gegaan, zal je machine herstarten in Emulationstation. Het HDMI-geluid kun je vanuit deze interface nog niet direct testen, maar daar gaan we wat aan doen door games te installeren.

ROM's downloaden en installeren

Games kun je downloaden als een zogenoemde ROM. Dat is een image van het spel zoals dat in de originele arcademachine, of op de cartridge of cd-rom van (vul maar in) Nintendo/Playstation/Mega Drive aanwezig was. Er is wel een probleem: in vrijwel alle gevallen gaat het om auteursrechtelijk beschermd materiaal. Ieder spel is immers de vrucht van een creatief team en de oudste games die je kunt downloaden zijn afkomstig uit de vroege jaren tachtig. Dat is veertig jaar geleden en de auteursrechten zijn nog lang niet verjaard. Eigenlijk is iedere download van zo’n ROM een illegale download.

Als je via een zoekmachine zoekt naar bijvoorbeeld ROM MAME, dan vind je heel veel websites waar je dergelijke ROM’s kunt downloaden. (Overigens staat MAME voor Multiple Arcade Machine Emulator, het is de belangrijkste emulator die in RetroPie op de achtergrond meedraait.) De meeste sites zijn helemaal open, niks via torrents of het dark web. Blijkbaar wordt er weinig tegen deze sites opgetreden, hoewel Nintendo nog wel eens actie wil ondernemen.

Wellicht staan sommige van de oorspronkelijke makers dergelijk gebruik oogluikend toe en vinden ze het misschien wel mooi dat hun bijna antieke games op deze manier nog voortleven. De retro-gamecommunity is heel groot en zul je vrijwel alles vinden wat je zoekt. Of je deze bestanden daadwerkelijk downloadt, is dus je eigen morele afweging. Het is op z’n best een grijs gebied.

©PXimport

Als je besluit om zo’n ROM te zoeken en te downloaden, dan is het installeren daarvan best eenvoudig. Sluit EmulationStation af of open een ssh-verbinding naar je Pi. In de directory van RetroPie vind je de directory roms – in ons geval is dat in /home/pi/RetroPie/roms, omdat we het RetroPie-setup script vanuit de pi-homedirectory hebben uitgevoerd. 

Als je de lijst bekijkt, zie je daar directory’s met alle gamemachines die door RetroPie worden ondersteund. Een gedownloade ROM voor MAME zit in een zip-bestand die je zonder wijzigingen in de map mame-libretto kunt plaatsen. Misschien is het aardig als je ook wat ROM’s voor andere systemen download en in de juiste mappen plaatst. Je zou de ROM’s rechtstreeks met je Pi kunnen downloaden of je verplaatst ze van je gewone pc naar de Pi met een usb-stick of via het netwerk.

Staan de ROM’s in de juiste directory’s? Start EmulationStation opnieuw, de software detecteert de ROM’s en laat nu de bijbehorende emulators op het scherm zien. Het enige wat je hoeft te doen, is met je controller door de lijsten op je scherm te gaan en ze te selecteren om ze te starten. Veel speelplezier gewenst!

▼ Volgende artikel
Zo maak je je Android-smartphone sneller
© AK | ID.nl
Huis

Zo maak je je Android-smartphone sneller

Wordt je smartphone steeds trager? Geen paniek, je hoeft echt niet meteen een nieuw toestel te kopen. Vooral bij Android kun je met een paar simpele aanpassingen je telefoon weer merkbaar sneller maken, gewoon via de instellingen die al op je toestel staan. Door opslagruimte vrij te maken en het energieverbruik te verlagen, werkt je telefoon weer als een zonnetje. In dit artikel lees je wat echt werkt.

Wordt je Android-telefoon traag? Probeer dit:

• Verwijder overbodige apps en bestanden • Zet automatische helderheid eventueel uit • Schakel de donkere modus in (bij oled-scherm) • Activeer batterijoptimalisatie • Gebruik de onderhoudsfunctie van je toestel • Herstart je telefoon regelmatig • Verlaag de verversingssnelheid van het scherm • Zet onnodige verbindingen uit • Installeer updates voor Android en apps • Als laatste redmiddel: doe een fabrieksreset

Lees ook: 8 smartphones getest: veel kwaliteit tussen 300 en 500 euro

Tip 1: Ruim overbodige apps en bestanden op

Veel smartphones worden trager omdat het geheugen langzaam volloopt. Dat begint vaak bij apps die je allang niet meer gebruikt. Verwijder ze: ze nemen opslagruimte in, draaien soms op de achtergrond mee en hebben vaak nog toegang tot je gegevens. Kijk daarna meteen even in je Downloads-map. In de app 'Bestanden' (op Samsung-toestellen heet die 'Mijn bestanden') zie je snel wat de grootste ruimtevreters zijn. Grote video's, pdf-bestanden of oude screenshots? Verwijder ze of zet ze over naar de cloud.

Tip 2: Check de automatische helderheid

De automatische helderheid (adaptive brightness) past het scherm aan op je omgeving en werkt meestal prima. Maar soms wordt het scherm onnodig fel, bijvoorbeeld in de zon of als je toestel je gebruik niet goed inschat. Dat vraagt extra energie en kan je telefoon wat langzamer maken, vooral als de accu bijna leeg is. Merk je dat je scherm vaak onnodig fel staat, zet dan de helderheid handmatig iets lager.

Tip 3: Schakel donkere modus in

Heb je een telefoon met een oled-scherm, dan loont het om de donkere modus te gebruiken. Bij deze schermtechniek betekent zwart letterlijk 'uit', wat batterij bespaart en warmteontwikkeling tegengaat. Bovendien ziet het er voor veel mensen rustiger uit.

©ID.nl

Zo zit het met energieverbruik en snelheid

Een hoog energieverbruik maakt je telefoon op zichzelf niet trager, maar kan wel leiden tot situaties waarin de prestaties omlaag gaan. Als je toestel veel stroom verbruikt, bijvoorbeeld door zware apps of een fel scherm, ontstaat er warmte. Om oververhitting te voorkomen, beperken veel moderne telefoons dan automatisch hun snelheid – dat heet 'thermal throttling'. Ook bij een bijna lege batterij schakelen sommige toestellen over op een zuinige stand, waarbij de snelheid bewust wordt teruggeschroefd. Daarom helpen simpele ingrepen zoals het sluiten van achtergrond-apps of het uitschakelen van 5G vaak dubbelop: ze besparen energie én zorgen dat je toestel sneller blijft reageren.

Tip 4: Activeer batterijoptimalisatie en Adaptive Battery

Android biedt slimme energiebesparingsopties waarmee apps die je weinig gebruikt automatisch worden begrensd. In het instellingenmenu vind je onder 'Batterij' of 'Energiebeheer' de functie 'Adaptive Battery'. Ook kun je per app instellen of Android achtergrondactiviteit mag beperken. Zo voorkom je dat apps die je niet meer gebruikt ongemerkt op de achtergrond blijven draaien en je telefoon onnodig vertragen.

©ID.nl

Extra 🔋 nodig voor je smartphone?

Tijd voor een powerbank!

Tip 5: Gebruik de onderhoudsfunctie van je toestel

Op veel Android-smartphones, vooral van Samsung, zit een optie als 'Apparaatonderhoud' of 'Device Care'. Hiermee kun je geheugen vrijmaken, overtollige processen sluiten en tijdelijke bestanden verwijderen. Je kunt instellen dat je toestel dit automatisch doet, bijvoorbeeld dagelijks of bij een herstart.

©ID.nl

Tip 6: Herstart je telefoon regelmatig

Zeg eens eerlijk: zet jij je telefoon weleens helemaal uit? Grote kans van niet. De meeste mensen laten hun toestel continu aanstaan, waardoor tijdelijke bestanden zich langzaam opstapelen. Na een tijdje merk je dat aan de snelheid. Door je telefoon af en toe automatisch te laten herstarten (bijvoorbeeld dagelijks of wekelijks) geef je het systeem de kans om zichzelf op te ruimen. Je vindt die optie bij de geavanceerde instellingen van de onderhoudsapp.

Tip 7: Verlaag de schermverversing of resolutie

Veel moderne toestellen gebruiken een adaptieve verversingssnelheid die zichzelf automatisch aanpast aan wat er op je scherm gebeurt. Toch loont het soms om handmatig naar 60 Hz terug te schakelen,  bijvoorbeeld als het toestel snel warm wordt of als de batterij opvallend snel leegloopt. Van zo'n lagere verversingssnelheid merk je zelf nauwelijks iets, maar het kan wel gunstig zijn voor de prestaties en de accuduur. Kun je dit aanpassen op jouw toestel? Kijk dan bij Instellingen → Beeldscherm → Verversingssnelheid of Schermresolutie.

©ID.nl

Tip 8: Zet onnodige verbindingen uit

Bluetooth en NFC zijn handig voor het koppelen van apparaten of contactloos betalen, maar vaak heb je ze helemaal niet nodig. Hetzelfde geldt voor functies zoals locatieservices of automatische app-updates op mobiele data. Bij moderne telefoons is het energieverbruik van deze verbindingen normaal gesproken minimaal, maar bij slecht bereik of veel achtergrondactiviteit kunnen ze toch voor extra belasting zorgen. Door overbodige functies uit te schakelen bespaar je niet alleen wat batterij, maar verminder je ook de kans op thermal throttling.

Tip 9: Installeer updates voor Android en je apps

Een simpele maar belangrijke stap: updates bevatten bugfixes, beveiligingspatches en prestatieverbeteringen. Als je apps een tijd niet zijn geüpdatet, kunnen ze trager reageren of vastlopen. Dat geldt ook voor Android zelf: zorg dat je ook je systeemversie up-to-date houdt. Regelmatig updaten zorgt dat je telefoon goed blijft draaien.

Tip 10: Laatste redmiddel: je telefoon volledig resetten

Helpen alle tips hierboven niet voldoende? Dan is een fabrieksreset het proberen waard. Daarmee verwijder je alles wat ooit traagheid heeft veroorzaakt – van corrupte bestanden tot fout geïnstalleerde apps. Vergeet niet een back-up te maken voordat je begint. Daarna voelt je toestel vaak weer als nieuw.

Zo simpel kan het zijn!

Met deze aanpassingen – van opruimen tot slimme instellingen – geef je je Android-telefoon een flinke oppepper. Je verlengt niet alleen de levensduur van je toestel, maar kunt ook die aanschaf van een nieuwe telefoon nog even uitstellen.


 

▼ Volgende artikel
Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!
© Roman R
Energie

Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!

Heb je zonnepanelen, dan is je energierekening lager dan huishoudens zónder. Maar dankzij de almaar dalende terugleververgoeding en de stijgende terugleverkosten wordt dat verschil wel steeds kleiner. Wat je kunt doen om er nog wél iets aan te verdienen, lees je hier.

In het kort

Zonnepanelen zijn nog altijd rendabel, maar het verschil met huishoudens zonder panelen wordt kleiner. De terugleververgoeding daalt, terwijl terugleverkosten stijgen. Om hoeveel euro dat kan gaan, lees je in dit artikel.

Gelukkig kun je nog steeds besparen, zolang je zoveel mogelijk van je eigen zonnestroom direct verbruikt. Wij geven je 7 tips waarmee je toch nog geld overhoudt aan je zonnepanelen.

Lees ook: Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Dat zonnepanelen steeds minder rendabel zijn, daar is al veel over geschreven. Natuurlijk, de energierekening van huishoudens met zonnepanelen zijn nog altijd lager dan die van huishoudens zonder. Om hoeveel euro het gaat, is vaak lastig in te schatten, maar Energievergelijk.nl heeft er een analyse op losgelaten. Daarbij zijn ze uitgegaan van een huishouden met een stroomverbruik van 3.000 kWh per jaar en zonnepanelen van 400 Wp per paneel.

Minder voordeel bij meer panelen

Een huishouden met acht zonnepanelen bespaart gemiddeld 34,81 euro per maand op de energierekening ten opzichte van een huishouden zonder. Is hierbij gekozen voor het goedkoopste energiecontract van dit moment, dan loopt dit op tot maximaal 43,30 euro per maand. Maar zou je in plaats acht panelen er twintig plaatsen (dus x 2,5), dan heb je níet ook 2,5 keer zoveel voordeel. Bij twintig panelen ligt het maximale voordeel op slechts 47,76 euro per maand. Dat is een verschil van slechts 4,46 euro per maand…

Dat komt vooral door twee dingen: de terugleververgoeding (wat je krijgt) en de terugleverkosten (wat je betaalt). Waar die vergoeding vooral steeds lager en lager wordt, worden de kosten steeds hoger. Die zijn namelijk sterk afhankelijk van hoeveel stroom je aan het net teruggeeft. Bij acht panelen wordt in het voorbeeld van Energievergelijk.nl gemiddeld 1.904 kWh teruggeleverd. Bij het goedkoopste energiecontract wordt daarvoor gemiddeld 17,25 euro per maand aan terugleverkosten berekend. Wie twintig zonnepanelen heeft, levert veel meer terug, gemiddeld zo'n 5.440 kWh. En daar betaal je bij het goedkoopste energiecontract 63,50 euro per maand voor. In de grafiek hieronder zie je duidelijk dat investeren in meer zonnepanelen dus niet de oplossing is om er nog redelijk wat aan over te houden – helemaal al niet omdat in 2027 de salderingsregeling verdwijnt én de terugleververgoeding helemáal miniem wordt.

©Data Energievergelijk.nl | Visualisatie BS ID.nl

 

Hoe kun je dan wél nog verdienen met je zonnepanelen?

Het antwoord is eigenlijk heel simpel. Zorg dat je zoveel mogelijk van je zelf opgewekte stroom verbruikt. Energievergelijk.nl heeft becijferd dat wie zonnepanelen heeft, gemiddeld zo'n 30 procent van de opgewekte stroom meteen zelf in huis verbruikt. Dat scheelt, want die stroom hoef je niet zelf in te kopen. Wanneer je erin slaagt om nog meer zelf opgewekte stroom te verbruiken, maak je zelfs dubbele winst: je hoeft minder stroom in te kopen en omdat je minder teruglevert, heb je ook minder terugleverkosten. Maar hoe doe je dat?

Tip 1: Zet elektrische apparaten overdag aan

Zet stroomvreters zoals de wasmachine, vaatwasser of airco op het moment dat je panelen de meeste stroom opwekken. Dat kun je handmatig doen, maar je kunt ook een timer instellen. Er zijn zelfs apparaten die automatisch kunnen starten op het moment dat je zonnepanelen veel stroom opwekken. Heb je de mogelijkheid om je elektrische auto overdag thuis op te laden? Dat is ook een prima manier om je eigen zonnestroom te gebruiken.

Tip 2: Krijg inzicht in je energiegebruik

Er zijn allerlei apps die bijhouden hoeveel stroom je zonnepanelen opwekken, maar waarop je ook kunt zien ook hoeveel energie je op dit moment van de dag gebruikt. Ook zijn er slimme stekkers waarmee je het stroomgebruik van een elektrisch apparaat kunt meten. Dit inzicht kun je twee kanten op gebruiken: wordt er veel stroom opgewekt, dan kun je bijvoorbeeld meer apparaten aanzetten. Is het een dag met weinig opbrengst, dan zou je ervoor kiezen om sommige apparaten juist níet aan te zetten. Hoe erg is het bijvoorbeeld om de was een dag later te doen?

Tip 3: Verspreid je zonnestroom-verbruik over de dag

In plaats van energieslurpers allemaal tegelijk in te schakelen — denk aan wasmachine, droger en vaatwasser — verdeel je hun gebruik over de dag. Zet één apparaat in de ochtend aan, een ander in de middag. Zo vermijd je dat je panelen onvoldoende leveren op een moment dat meerdere apparaten draaien en voorkom je dat je netstroom moet afnemen terwijl dat met een betere planning niet nodig zou zijn.

Tip 4: Vervang apparaten door elektrische varianten

Stap over op elektrische alternatieven: een robotgrasmaaier in plaats van een benzinegrasmaaier, inductiekoken in plaats van gas, een warmtepomp of elektrische verwarming in plaats van een traditionele cv-installatie. Daarmee bespaar je op kosten voor gas én je zorgt ervoor dat je meer van je zelf opgewekte stroom verbruikt. Waarmee je weer bespaart op netstroom die je zelf moet afnemen. Een win-win-win-situatie dus.

Tip 5: Oost, west …

Veel mensen kiezen voor zonnepanelen op het zuiden, omdat die op een zonnige dag de hoogste opbrengst geven. Toch kan het juist slim zijn om panelen te verdelen over oost en west. Zo sluit de stroomopwekking beter aan op het dagelijkse energiegebruik. Panelen op het oosten leveren vooral in de ochtend stroom, terwijl panelen op het westen juist aan het einde van de middag meer opwekken. Je voorkomt daarmee dat je alleen rond het middaguur een piek aan zonne-energie hebt. De totale opbrengst ligt iets lager dan wanneer je alleen maar zonnepanelen op het zuiden hebt, maar doordat je de stroom meer verspreid gebruikt, haal je er in de praktijk vaak meer voordeel uit

Tip 6: Gebruik een energiemanagementsysteem (EMS)

Een energiemanagementsysteem (EMS) is een slim kastje in je meterkast dat je zonnepanelen, laadpaal, warmtepomp en andere elektrische apparaten met elkaar verbindt en aanstuurt. Via software houdt het systeem continu in de gaten hoeveel stroom je opwekt, wat je verbruikt en – als je een dynamisch energiecontract hebt – wat de actuele stroomprijzen zijn. Ook weersvoorspellingen worden meegenomen, zodat het systeem vooruit kan plannen.

Op basis van al die informatie zorgt een EMS ervoor dat je elektrische auto of thuisaccu automatisch wordt geladen wanneer er veel zon is of als de stroom goedkoop is. Dreigt terugleveren juist nadelig te worden door lage prijzen of hoge terugleverkosten? Dan schakelt het systeem teruglevering uit en kiest voor direct verbruik of opslag. Ook apparaten zoals een warmtepomp of boiler worden slim aangestuurd, zodat ze draaien op de momenten dat het qua energieverbruik en financieel het gunstigst is.

Tip 7: Vergelijk leveranciers op terugleververgoeding en -kosten

Het netto bedrag dat je overhoudt bij terugleveren (vergoeding min kosten) kan sterk schelen per leverancier. Zo zul je vanaf 1 januari 2027 bij Vattenfall bijvoorbeeld per teruggeleverde kWh netto 0,00230 euro krijgen (minder dan een kwart cent) en bij Eneco en Greenchoice 0,00250 euro (een kwart cent), terwijl bijvoorbeeld Innova Energie een tarief van 0,00968 euro (bijna een cent) hanteert. Wanneer je precies weet hoeveel jouw panelen opwekken en wat je verbruikt (zie Tip 2), weet je ook hoeveel kWh je teruglevert. Door voor het aflopen van je huidige energiecontract goed te vergelijken en een berekening te maken, kun je zien bij welke energieleverancier je het beste af bent bij het afsluiten van je nieuwe contract.

TipEffect op eigen gebruikVoordeel na 2027
Apparaten overdag gebruikenHoogMinder stroom nodig van het net
Inzicht via apps of stekkersHoogBeter plannen wanneer je stroom gebruikt
Verbruik spreiden over de dagGemiddeldvoorkomt dat je meer gebruikt dan je opwekt
Overstappen op elektrischGrootMeer opgewekte stroom direct zelf gebruiken
Panelen oost- en west-georiënteerd plaatsenGemiddeldStroomopwekking sluit beter aan op je verbruik gedurende de dag
EMS gebruikenGrootapparaten draaien automatisch op zonnige momenten
Energieleverancier vergelijkenGeen invloed op verbruik, wel op kostenHogere vergoeding voor stroom die je teruglevert
Thuisbatterij: ja of nee?

Steeds meer mensen vragen zich af of een thuisbatterij een slimme investering is, nu de salderingsregeling in 2027 verdwijnt en terugleververgoedingen onder druk staan. Een thuisbatterij slaat stroom op die je zonnepanelen overdag opwekken, zodat je die 's avonds of op bewolkte momenten zelf kunt gebruiken. Dat klinkt aantrekkelijk: je verbruikt meer van je eigen stroom, vermijdt terugleverkosten en wordt minder afhankelijk van energieleveranciers.

Toch zitten er ook haken en ogen aan. De aanschafprijs van een thuisbatterij ligt tussen de vier- en twaalfduizend euro en de terugverdientijd is vaak langer dan de technische levensduur van de batterij. Bovendien zijn ze meestal te klein om heel je huishouden meerdere dagen van stroom te voorzien. In de winter speelt bovendien nog mee dat je zonnepanelen minder stroom opwekken, waardoor de thuisbatterij vaak maar deels gevuld zal kunnen worden.

In sommige gevallen kan een thuisbatterij wél interessant zijn. Wie overdag weinig stroom gebruikt of een dynamisch energiecontract heeft, kan de batterij benutten om stroom op te slaan wanneer die goedkoop of er veel wordt opgewekt is. Dat geldt zeker voor huishoudens met een elektrische auto of warmtepomp. Die verbruiken relatief veel, en door dat verbruik slim te timen in combinatie met een thuisbatterij, kun je flink besparen op netstroom.

Voor de meeste huishoudens geldt echter dat afwachten verstandiger is. De technologie ontwikkelt zich snel, prijzen dalen, en de markt voor opslag is nog volop in beweging. Een thuisbatterij kán dus interessant zijn, maar alleen als je goed weet wat je doet, bereid bent om te investeren en je eigen situatie past bij wat zo'n systeem biedt.


Vraag een offerte aan voor thuisbatterij: