ID.nl logo
Hackscenario's bij multifactorauthenticatie (mfa)
© Reshift Digital
Huis

Hackscenario's bij multifactorauthenticatie (mfa)

Multifactorauthenticatie ofwel mfa is in opkomst als een manier om accounts extra te beveiligen, zodat slechts een wachtwoord niet meer volstaat om binnen te komen. Deze methode is zonder meer veiliger, maar waterdichte garanties zijn er evenmin. We bekijken enkele uiteenlopende hackscenario’s.

Steeds meer diensten en websites dwingen gebruikers tot veiliger oplossingen op basis van multifactorauthenticatie (mfa), ook wel multi factor verification (mfv) genoemd – hoewel de termen authenticatie en verificatie niet helemaal identiek zijn.

Ook al wordt in bedrijfsomgevingen vaak adaptieve mfa toegepast, waarbij contextuele gegevens en bedrijfsregels bepalen welke factoren in een gegeven situatie gebruikt moeten worden, gaat het bij de meeste mfa-implementaties om twee factoren (2fa). Hierbij heb je naast iets wat je kent of weet, zoals een pincode of een wachtwoord, ook een factor nodig die je bezit, zoals een usb-token of een smartcard, of een die je ‘bent’. Bij dit laatste gaat het dan om biometrische authenticatie, zoals een vingerafdruk of een retinascan. 

Heel wat diensten en websites spreken wel over 2fa, maar laten een gebruiker inloggen met twee factoren van hetzelfde type. Over het algemeen tweemaal iets wat je kent. In die gevallen hebben we het (slechts) over tweestapsauthenticatie.

Het mag duidelijk zijn dat mfa (en 2fa) absoluut veiliger is dan sfa (singlefactorauthenticatie, dus alleen een wachtwoord bijvoorbeel), en producenten pakken daarom graag uit met de claim dat hun mfa-oplossing nog nooit is gehackt. Maar zelfs áls dat zo is, dan kunnen er de volgende dag wellicht wél kwetsbaarheden worden gevonden, of dat nu door pentesting, fuzz testing, een kwetsbaarhedenscan of threat modeling gebeurt. Bij threat modeling worden alle denkbare bedreigingen geïdentificeerd, vervolgens geprioriteerd en (hopelijk) ook opgelost.

Mfa-componenten

Het grootste veiligheidsprobleem met mfa blijft wel dat zo’n oplossing allerlei ondersteunende componenten en infrastructuren bevat waar de producent van de mfa-oplossing geen controle over heeft. Veiligheidsexpert Roger Grimes hamert er in zijn uitstekende boek ‘Hacking Multifactor Authentication’ voortdurend op dat zowat elk onderdeel op een of andere manier vatbaar is voor hacking. We beperken ons hier tot twee componenten.

Zo is een van de eerste fasen in een mfa-proces de initiële registratie, ook wel provisioning of enrollment genoemd. Dat gebeurt via een identity provider die op basis van enkele unieke attributen de identiteit van de aanvrager hoort te bevestigen. Helaas bewijst de praktijk vaak anders. Zo vertrouwen veel services op ‘geverifieerde’ accounts van Google of Facebook, terwijl er massale hoeveelheden frauduleuze accounts actief zijn. 

Of neem een op zich degelijk systeem als PGP (Pretty Good Privacy). Ook hier zetten frauduleuze gebruikers publieke sleutels van anderen in, omdat ontvangers toch zelden de geldigheid van de bijhorende digitale handtekening checken.

©PXimport

Hardware is uiteraard ook een onmisbare component in mfa-implementaties, en of het nu gaat om computers, telefoons of netwerkinterfaces, hardware blijkt altijd wel te compromitteren, waarna het authenticatieproces niet langer betrouwbaar is.

Initiatieven als Trusted Computing proberen dat tegen te gaan en ervoor te zorgen dat elke niet-geautoriseerde aanpassing wordt gedetecteerd. Een typisch voorbeeld is het Trusted Boot-proces van Windows 10, waarbij de bootchip-code van de UEFI-firmware digitaal is ondertekend en elke daaropvolgende hardwarecomponent op de vorige vertrouwt om zijn eigen handtekening te verifiëren, tot Windows is opgestart.

Social engineering

De meeste mfa-aanvallen blijken een mix te zijn van social engineering-technieken en zuiver technische malversaties, waarbij de eerste vaak het pad effenen voor de tweede.

Social engineering zou in al zijn varianten, zoals spear phishing, vishing (phishing over voice) en smishing (phishing via sms), voor zo’n 80 procent van alle digitale inbreuken verantwoordelijk zijn. Ook mfa-oplossingen zijn zeker niet immuun voor dit type aanvallen.

Het meest populair is de truc waarbij een gebruiker via phishing naar een valse site wordt gelokt die niet zelden voorzien is van een geldig digitaal certificaat, dankzij gratis diensten als Let’s Encrypt. Zo’n site imiteert een legitieme site waarop de gebruiker zich aanmeldt met mfa, bijvoorbeeld op basis van de Google Authenticator-app. Zodra het wachtwoord en de gegenereerde code zijn ingevoerd, vraagt de valse site om extra beveiligingsinformatie, zoals wachtwoordherstel- of creditcardgegevens, en pas daarna wordt de gebruiker alsnog naar de echte site doorverwezen.

Een andere, vaak toegepaste social engineering-truc is als een scammer iemand opbelt of een bericht stuurt, zogezegd uit naam van zijn financiële instelling. De scammer waarschuwt de gebruiker dat er frauduleuze transacties zijn vastgesteld, maar dat de instelling die kan blokkeren zodra de gebruiker zijn inloggegevens ter verificatie heeft doorgegeven.

©PXimport

Met deze gegevens kan de scammer het gebruikersaccount nu in herstelmodus plaatsen; alsof je je wachtwoord vergeten bent. Veel mfa-aanbieders bieden alternatieve authenticatiemethodes aan als het een legitieme gebruiker niet meer lukt zich aan te melden. Helaas zijn deze back-up-authenticatieprocedures meestal weinig dwingend.

Door de herstelmodus zal de nietsvermoedende gebruiker bijvoorbeeld een nieuwe code op een alternatief e-mailadres doorgestuurd krijgen. In het slechtste geval kan zo’n code zelfs naar een niet eerder geregistreerd e-mailadres worden verstuurd, wat het de scammer wel heel makkelijk maakt, aangezien hij dan een eigen adres kan invullen. In het andere geval meldt de scammer aan de gebruiker dat ook deze code ter verificatie moet worden doorgestuurd, waarna hij met die code het account kan overnemen.

Heel wat diensten laten de gebruiker in de herstelmodus een aantal vooraf beantwoorde persoonlijke vragen oplossen. Vragen als je geboortedatum, je postcode en de locatie van de eerste ontmoeting met je partner. Stemmen de antwoorden overeen, dan gaat zo’n dienst ervan uit dat het om de legitieme gebruiker gaat. Deze drie herstelvragen volstonden bijvoorbeeld om het e-mailaccount van oud-vicepresidentskandidate Sarah Palin over te nemen.

De moraal van dit verhaal: als het ook maar enigszins mogelijk is, vermijd dan de persoonlijke vragen voor de herstelmodus. Maak je er toch gebruik van, verzin dan bij voorkeur specifieke antwoorden voor iedere website en bewaar ze in een wachtwoordbeheerder.

Brute force

Ook zijn er nog altijd accounts die zich via ‘brute force’-technieken laten hacken. Hierbij worden talloze pogingen met telkens andere wachtwoorden of pincodes uitgevoerd tot de login slaagt. Dat kan zowel handmatig als met geautomatiseerde tools, zoals L0phtcrack, John the Ripper of Burp Suite. Zo werd met Burp Suite bijvoorbeeld een mfa-oplossing op basis van een otp (one-time password) gehackt

De hacker ontving een otp-verzoek, en na een analyse van het bewuste pakket wist hij dat er een code van zes cijfers werd verwacht. Hij sluisde het pakket door naar het tabblad Intruder van de Burp Suite, waar hij het bewuste otp-veld via brute force door diverse mogelijke combinaties liet vervangen tot de otp door de server werd geaccepteerd.

©PXimport

Een min of meer vergelijkbare poging op de otp-oplossing van Instagram werd succesvol uitgevoerd door een whitehat-hacker (die daarvoor een bug bounty van 30.000 dollar van Facebook ontving). Ook deze service verwachtte een code van zes cijfers voor de 2fa – binnen de otp-verlooptijd van 10 minuten. Bovendien liet Instagram niet meer dan 250 pogingen toe per ip-adres.

Wel bleek het mogelijk tot 500 pogingen te ondernemen wanneer er afwisselend een ander ip-adres werd gebruikt. Voor 150 dollar kon de hacker via een cloudservice-provider ten slotte de brute force-aanval uitvoeren, vanaf zo’n 4000 ip-adressen tegelijk.

Mite en mitb

Een andere manier om gegevens buit te maken, zijn mitm-aanvallen (man-in-the-middle), maar uiteraard zijn er ook mite-aanvallen mogelijk. Dat staat voor man-in-the-endpoint, waarbij een hacker erin slaagt een toestel van de gebruiker zelf te compromitteren. Het zal je weinig verbazen dat in zo’n scenario eigenlijk geen enkele communicatiewijze nog betrouwbaar is, en dus ook mta niet.

Zo’n mite-aanval vinden we bijvoorbeeld vaak terug bij banking trojans. Hierbij wordt in de lokale pc met behulp van social engineering of drive-by-downloads eerst een trojan geïnstalleerd. Die monitort heimelijk wat er in de browser gebeurt (man-in-the-browser, mitb). Wanneer er een trefwoord herkend wordt dat aangeeft dat de gebruiker zich aanmeldt bij een bancaire instelling, start de trojan een tweede, verborgen browsersessie. Zodra de gebruiker – al dan niet via mfa – is aangemeld en zijn rekeningen bekijkt, wijzigt de trojan stiekem de accountinformatie en doet een bankoverschrijving naar een frauduleus bankaccount. Vraagt de bank om nadere uitleg, dan komt die automatisch terecht bij de hackers.

Om deze praktijken tegen te gaan, stuurden banken bij wijze van mfa authenticatiecodes door, gelinkt aan een specifieke transactie. Aanvankelijk hielp dat, maar de banking trojans pasten zich aan. Voortaan wachtten ze tot de gebruiker zelf een banktransactie deed, om dan in het geniep alleen de eigen transactie naar de bank te verzenden. Die stuurde daarop de mfa-code voor de frauduleuze transactie door en de gebruiker tikte die nietsvermoedend in.

©PXimport

Namespace hijacking

Een ‘namespace’ verwijst naar een gedeeld systeem waarbinnen objecten op een specifieke wijze opgeslagen en gelokaliseerd worden. Bekende namespaces zijn bijvoorbeeld AD (Active Directory in domeinnetwerken), LDAP (Lightweight Directory Access Protocol) en DNS (Domain Name System). Deze laatste zet webadressen om in de bijhorende ip-hostadressen en is daarmee een gewild doelwit voor allerlei aanvallen, waaronder DNS-hijacking.

We beperken ons hier tot een paar veelgebruikte methodes, waarvan de eenvoudigste de zogenoemde ‘doppelganger domains’ zijn. Dat zijn domeinnamen die bijna identiek zijn aan bekende exemplaren, zoals www.arnazon.com (in plaats van amazon), www.llnkedin.com (linkedin) en www.micosoft.com (microsoft). Iets technischer is malware die de instellingen van de DNS-client aanpast, meestal door de DNS-server bij de gebruiker te wijzigen of door het hosts-bestand van malafide ingangen te voorzien.

 Dit laatste kun je in Windows snel zelf uitzoeken. Druk op Windows-toets+R en voer %windir%\system32\drivers\etc in. Versleep het bestand hosts naar je bureaublad en open dit in Kladblok. Voeg de regel <ip-adres> <hostnaam> toe, met het ip-adres van een andere webserver dan die van de hostnaam). Sla het bestand op, versleep het weer naar de originele submap en sta de operatie toe. 

Herstart je pc en tik de hostnaam in je browser in. Je wordt nu omgeleid naar de webserver van het ip-adres. Een andere populaire techniek zijn de domain hijacks. Een hacker slaagt erdan in een ‘authoritative’ DNS-server over te nemen (wellicht via het account van een DNS-beheerder), waarna hij het ip-adres van een DNS-record naar een onbetrouwbare locatie laat verwijzen.

©PXimport

Access token

Wanneer een gebruiker zich succesvol authenticeert, genereren de meeste authenticatiesystemen een access (control) token en sturen dat door naar (het betreffende proces van) die gebruiker. Zo’n token kan de vorm aannemen van bijvoorbeeld een Kerberos-ticket (in een Windows-netwerk), maar kan net zo goed een html-cookie zijn, bijvoorbeeld als de gebruiker zich bij een website wil aanmelden. Dit token zorgt ervoor dat de gebruiker zich voor de daaropvolgende handelingen binnen dezelfde sessie niet telkens opnieuw hoeft aan te melden.

Natuurlijk, wie zo’n access token in handen krijgt, kan zich dus binnen zo’n sessie voordoen als de legitieme gebruiker (session hijacking). Dat kan in principe op twee manieren. Zo zijn er nog altijd heel wat websites die eenvoudig te raden sessie-ID’s gebruiken, zodat ze makkelijk kunnen worden gereproduceerd. Maar tokens stelen is vaak nog eenvoudiger, bijvoorbeeld door het kapen van een netwerksessie met tools als het reeds eerder vermelde Burp Suite of WebScarab (een onderdeel van Kali Linux). 

In feite komt dit neer op een mitm-aanval. Zo’n opzet is bijvoorbeeld mogelijk wanneer de hacker ongemerkt een proxy node opzet die alle commando’s van de client en de server naar de andere partij doorstuurt. In een lan kan dat bijvoorbeeld via arp poisoning. Loopt de communicatie over internet, dan kan de gebruiker bijvoorbeeld via phishing of met een doppelganger domain naar de malafide proxy worden gelokt waar alle input van de gebruiker, waaronder zijn mfa-authenticatie, in het geheim wordt doorgestuurd naar de echte doelsite (en omgekeerd).

©PXimport

Onbetrouwbare software

Soms maken de ontwikkelaars van mfa-oplossingen of van een van de ondersteunende componenten hackers het ongewild makkelijk. Er duiken namelijk nog vrij vaak kwetsbaarheden op in zulke software. Hier vind je een lijst met veelvoorkomende software-onvolkomenheden, specifiek voor authenticatie-doeleinden.

Wil je zelf uitzoeken of er hiaten zijn gevonden bij een (authenticatie-)product of softwareproducent, raadpleeg dan de CVE Details-database (Common Vulnerability and Exposures). Hier zie je ook de meest gebruikelijke programmeerfouten. We beperken ons hier tot twee bekende types: xss en buffer overflow.

Xss staat voor cross-site scripting en is een aanval op basis van code-injectie aan de clientzijde. Deze injectie kan bijvoorbeeld plaatsvinden wanneer je een webpagina met een malafide code bezoekt (persistent xss) of er via een ‘foute’ link terechtkomt (reflected xss). Bij deze laatste zijn dan aan het einde van de url extra parameters toegevoegd die door de server als commando’s worden geïnterpreteerd. Die kunnen er bijvoorbeeld voor zorgen dat de gebruiker stiekem naar een andere site wordt omgeleid.

Het andere type, buffer overflow, is bijna net zo oud als het programmeren zelf. Hierbij wordt bijvoorbeeld aan een listening service andere dan de verwachte en ook meer data doorgespeeld, waardoor deze input niet alleen de voorziene dataruimte opvult, maar ook de coderuimte, zodat de programma-instructies van de hacker worden uitgevoerd.

©PXimport

Fysieke aanval

Xss en buffer overflow zijn dus ongewilde bugs door ontwikkelaars van mfa-oplossingen, maar aan de andere kant van het spectrum bevinden zich de doelbewuste hardware-manipulaties door hackers. Dat kan zo simpel zijn als ‘schoudersurfen’ (meekijken over de schouder van een weinig alerte gebruiker – daarom ook hangen er doorgaans spiegels bij bankautomaten) of diefstal van het mfa-apparaat, zoals een totp-apparaat (time-based one-time password). Maar het kan ook veel geavanceerder, tot zogenoemde side-channel attacks (laterale kanaalaanvallen) aan toe.

Bij zo’n aanval wordt informatie verkregen door de fysieke implementatie van een systeem, zoals een specifiek energieverbruik, ultrasone emanaties (van beeldschermen) of elektromagnetische lekken. Op deze site kun je meer technische details lezen over een side-channel-aanval van begin 2021 op de security keys van Google Titan en YubiKey op basis van elektromagnetische straling.

Of wat tenslotte te denken van cold boot-aanvallen, waarbij geheugenchips zoals de TPM-chip (Trusted Platform Module) worden bespoten met vrieslucht, zodat de inhoud van de chips even behouden blijft – waaronder bijvoorbeeld de (decryptie)sleutel van een encryptietool als BitLocker. Vervolgens kan een hacker de inhoud van die chips met speciale software naar een ander apparaat kopiëren en daar uitlezen om zo de sleutel te bemachtigen. 

Dergelijke aanvallen zijn al met succes gedemonstreerd en ook op YouTube vind je hier aardig wat video’s over. Net zoals over vele andere aanvallen waarmee ook mfa-oplossingen te omzeilen zijn.

▼ Volgende artikel
Review Ring Outdoor Cam Pro – Interessant, maar niet voor iedereen
© Wesley Akkerman
Zekerheid & gemak

Review Ring Outdoor Cam Pro – Interessant, maar niet voor iedereen

De Ring Outdoor Cam Pro is een redelijk prijzige, slimme beveiligingscamera voor buiten die flink wat in zijn mars heeft. Het apparaat kost 199,99 euro en daar komt – waarschijnlijk – nog maandelijks een abonnement bovenop.

Goed
Conclusie

De Ring Outdoor Cam Pro biedt fijne hardware, waaronder 4K-video met 10x digitale zoom (die nog redelijk acceptabel is ook). De installatie is eenvoudig, maar de camera mist wel de nodige smarthome-integraties (waardoor hij dus niet voor iedereen even handig is). Bovendien is hij aan de prijzige kant en heb je voor het optimale gebruik een abonnement nodig, waardoor je maandelijks of jaarlijks terugkerende kosten hebt. Daardoor betaal je hier meer voor dan bij Eufy, en daarom is de Outdoor Cam Pro alleen interessant als je al andere Ring-producten hebt.

Plus- en minpunten
  • Goede beeldkwaliteit
  • Nachtzicht met of zonder kleur
  • Installatie zo gepiept
  • Beschermd tegen weer en wind
  • Geen invloed op beeldkwaliteit
  • Abonnement voelt bijna nodig
  • Mist smarthomefuncties
  • Geen lokale opslagopties

De nieuwe Ring Outdoor Camera Pro heeft een compact, stabiel en minimalistisch ontwerp waardoor je hem direct als een Ring-apparaat herkent. Dankzij de compacte afmetingen kun je hem subtiel aan de muur ophangen. Je bent verzekerd van bescherming tegen weer en wind (een IP-rating is niet bekend) en er is een extra afdekking voor de kabelaansluitingen. Ring levert de camera daarnaast met een kogel-gelagerde muurbeugel en montagemateriaal. De stroomvoorziening verloopt via de usb-c-kabel achterop; dit is helaas geen model met eigen batterij.

De installatie is, zoals gebruikelijk bij Ring, snel en ongecompliceerd. Je maakt verbinding via wifi na het scannen van de QR-code en over het algemeen is de verbinding stabiel. We hebben gedurende de testperiode geen storingen opgemerkt. Mocht je de camera willen ophangen, dan moet je wel zelf even een gaatje boren; daar zit voornamelijk het werk in. In de doos zit overigens alles wat je nodig hebt om dat te doen. Denk dan aan die eerdergenoemde muurbeugel, maar ook aan alle schroeven en dergelijke. Je hoeft alleen de boor er zelf bij te pakken.

©Wesley Akkerman

Weinig zeggenschap over het beeld

De Ring Outdoor Cam Pro heeft een 4K-resolutie en een brede kijkhoek van 140 graden. Overdag zorgen natuurlijke kleuren en HDR-ondersteuning ervoor dat details en gezichten duidelijk herkenbaar blijven, zelfs bij tegenlicht. 's Nachts schakelt de camera automatisch over op helder zwart-witbeeld dankzij infrarood. Het systeem is bovendien in staat nachtvisie in kleur te leveren, maar daarvoor is er wel voldoende licht nodig. Hij schakelt automatisch van stand op basis van de hoeveelheid licht; je kunt helaas niet zelf bepalen of je in kleur of zwart-wit filmt.

Ring maakt verder gebruik van betrouwbare bewegingsdetectie, waarbij je via de app zones kunt instellen om vals alarm te voorkomen. De Ring Outdoor Cam Pro heeft 3D-bewegingsdetectie en Bird's Eye View (een typische Ring-uitvinding) voor nauwkeurige afstandsmetingen en het volgen van bewegingen. Met een Ring Protect-abonnement krijg je toegang tot geavanceerde herkenning van personen, dieren en voertuigen. Voor zaken als tweewegcommunicatie en de live-feed hoef je gelukkig niet in de buidel te tasten.

Het gebrek aan kleur komt door de mist.

Verplichte cloudopslag

Over het abonnement gesproken: daarmee krijg je ook nog toegang tot een uitgebreide videohistorie. Dat kost je wel minimaal 3,99 euro per maand. De opgenomen beelden blijven dan voor 180 dagen bewaard. Een belangrijk punt blijft echter de cloud-exclusiviteit; Ring maakt het nog steeds niet mogelijk om beelden lokaal op te slaan. Je bent dus verplicht een abonnement af te nemen als je je huisbeveiliging een beetje serieus neemt. De app faciliteert wel een overzichtelijk rechtenbeheer voor gezinsleden en waarschuwt bij allerlei ongeregeldheden.

De Ring-camera integreert tot slot met Alexa (de slimme assistent van Amazon) en IFTTT (een gratis en eenvoudige service voor smarthome-automatiseringen), maar mist helaas ondersteuning voor Google Home en Apple HomeKit (zoals dat al jaren het geval is). Via de Ring-app, beschikbaar voor Android en iOS, heb je de controle over de instellingen, inclusief het in- of uitschakelen van de sirene en bewegingsdetectie. De app toont een overzicht van gebeurtenissen en maakt het mogelijk voorgeprogrammeerde berichten af te spelen voor je bezoekers.

Van links naar rechts: infraroodnachtzicht, nachtzicht met kleur en nachtzicht zonder infrarood.

Lees ook onze review van de Ring Floodlight Cam Pro (2e gen)

Ring Outdoor Cam Pro kopen?

De Ring Outdoor Cam Pro biedt fijne hardware, waaronder 4K-video met 10x digitale zoom (die nog redelijk acceptabel is ook). De installatie is eenvoudig, maar de beveiligingscamera mist wel de nodige smarthome-integraties (waardoor hij dus niet voor iedereen heel handig is). Bovendien is hij aan de prijzige kant en heb je voor het optimale gebruik een abonnement nodig, waardoor je maandelijks of jaarlijks terugkerende kosten hebt. Daardoor betaal je hier meer voor dan bij Eufy, en daarom is de Outdoor Cam Pro alleen interessant als je al andere Ring-producten hebt.

▼ Volgende artikel
Tracker in je e-bike verstoppen? Dit zijn de beste plekken (en de risico's van een AirTag)
© Halfpoint - stock.adobe.com
Mobiliteit

Tracker in je e-bike verstoppen? Dit zijn de beste plekken (en de risico's van een AirTag)

Wist je dat er dagelijks tussen de 200 en 300 e-bikes gestolen worden? Als jij een elektrische fiets hebt, doe je er natuurlijk alles aan om dat te voorkomen. Maar zelfs wanneer je hem met meerdere sloten vastzet, is dat geen garantie dat dieven hem laten staan. Wordt je fiets toch gestolen, dan kan een tracker helpen om hem terug te vinden. Alleen: waar verstop je zo'n tracker het best, en welke systemen werken echt goed?

Dit artikel in het kort

📡Het verschil: bluetooth vs. GPS-trackers (en wat jij nodig hebt)
📡De 6 populairste plekken om een zender onzichtbaar te monteren
📡Wanneer moet je kiezen voor een gespecialiseerd systeem met abonnement?

Twee soorten trackers: bluetooth vs. GPS

Voordat je een tracker koopt, is het belangrijk om het onderscheid te kennen tussen de twee systemen die op de markt zijn. Het verschil zit hem vooral in de techniek en de prijs.

  1. Bluetooth-trackers (zoals de Apple AirTag): Deze zijn goedkoop (20 tot 40 euro) en compact. Ze hebben geen eigen internetverbinding of GPS, maar 'liften mee' op het signaal van telefoons van voorbijgangers.

  2. GPS-trackers: Ze hebben een ingebouwde simkaart en een eigen GPS-module. Ze zenden zelfstandig hun locatie uit, waar ze ook zijn, maar vereisen vaak wel een abonnement.

Bluetooth-trackers (zoals de Apple AirTag of goedkopere varianten) zijn inmiddels overal verkrijgbaar. De werking is heel simpel: de tracker zendt een bluetooth-signaal uit dat wordt opgepikt door smartphones van toevallige voorbijgangers. Die telefoons sturen vervolgens anoniem de locatie door via hun eigen internetverbinding. In drukke stadscentra werkt dit vaak prima, omdat er altijd wel iemand in de buurt is.

AirTag in je fiets? Dit zijn de nadelen en risico's

Rene Bolt is Chief Technology Officer bij Conneqtech, een bedrijf dat trackingsystemen voor e-bikes ontwikkelt. Volgens de expert is er op zich weinig mis met voordelige trackers, al laten de prestaties vaak te wensen over: bij budgetmodellen is de batterij vaak al na een maand leeg of blijkt de locatiebepaling onnauwkeurig, zegt hij.

Het grootste probleem zit hem volgens Bolt echter in het ontwerp. Een AirTag is bedoeld voor zoekgeraakte sleutels of tassen, niet voor gestolen fietsen. Dat brengt een onbedoeld risico met zich mee: om stalking te voorkomen, waarschuwt Apple automatisch mensen die ongewild gevolgd worden. "Een fietsendief wordt dus ook genotificeerd als er een onbekende AirTag meereist", waarschuwt Bolt. "Als hij een iPhone heeft, geeft die een alarm af en kan hij de tracker zelf opsporen."

🚲Lees ook: In 7 stappen de juiste e-bike-verzekering

©wachiwit - stock.adobe.com

View post on TikTok

Populaire verstopplekken

Juist omdát een dief vroeg of laat een melding op zijn telefoon kan krijgen, is de verstopplek cruciaal. Je wilt immers voorkomen dat hij het zendertje binnen tien seconden van je fiets plukt en weggooit. Wil je ondanks de risico's toch een bluetooth-tracker gebruiken? Zorg dan dat hij extreem moeilijk te vinden is. Populaire verstopplekken zijn onder meer een opbergvakje onder het zadel, de bidonhouder, een fietsbel, een fietstas, een fietsmand of bak, of - bij modellen met brede banden - tussen band en velg.

De meeste trackers geven een prima signaal af wanneer je ze verstopt achter de kunststof onderdelen van je fiets. "Wat je vooral niet moet doen, is de tracker inkapselen in metaal", legt Rene uit. "Het klinkt slim om een tracker binnenin het fietsframe te stoppen, maar waarschijnlijk kun je hem dan helemaal niet traceren."

Meer weten? Check dan: Zo vind je de beste GPS-tracker voor je e-bike

Fietsslot voor je e-bike: dit zijn 5 goede opties

Een tracker is vooral bedoeld voor wanneer je fiets al gestolen ís, maar dat wil je natuurlijk zoveel mogelijk voorkomen. Een goed slot dus:

ART-keurmerk: Het slot moet minimaal ART-2 gecertificeerd zijn (2 sterren).
Tweede slot: Veel verzekeraars verplichten tegenwoordig een tweede slot (ketting- of beugelslot) waarmee je de fiets aan de 'vaste wereld' (zoals een lantaarnpaal) vastzet.
Lengte:
Kies een ketting of vouwslot van minimaal 85 tot 100 cm, zodat je hem makkelijk ergens aan vastmaakt.

1. AXA Defender:Het klassieke ringslot dat op heel veel e-bikes standaard zit. Oersterk, ART-2 gekeurd en makkelijk uit te breiden met een insteekketting.
2. ABUS Iven Chain 8210: Deze ketting van 110 cm is van gehard staal, maar heeft een flexibele hoes die lakschade aan je fiets voorkomt. Uiteraard ART-2.
3. AXA Fold Ultra 90:Een compact alternatief voor de zware ketting. Dit vouwslot is makkelijk mee te nemen in de houder op je frame en vouwt uit tot 90 cm. Voldoet aan de ART-2 norm.
4. AXA Newton Promoto+ 2: Dit slot is ontwikkeld voor scooters, maar dankzij de ART-2 certificering perfect (en extra veilig) voor je e-bike. Voorzien van een neopreen hoes en geharde schakels.
5. AXA Absolute 9-90: Een modern kettingslot dat speciaal is ontworpen voor dagelijks gebruik. De '9-90' staat voor schakels van 9 mm dik en een lengte van 90 cm. Handig in gebruik en ART-2 gecertificeerd.

Netwerk en dekking

Ook de dekking van standaard winkeltrackers is niet altijd optimaal. Bolt noemt de techniek van Apple slim: doordat de locatie wordt bepaald via iPhones in de buurt, werkt het systeem perfect in de bebouwde kom of op drukke plekken. Zodra je de stad verlaat, is het een ander verhaal. In rustigere gebieden zijn er immers minder telefoons om verbinding mee te maken. "Zodra ik buiten de stedelijke omgeving kom," ziet hij in de praktijk, "loopt het signaal direct achter."

©Sebastian Rothe

Gespecialiseerd e-bike-trackers

Voor wie zekerheid wil, raadt Rene Bolt een gespecialiseerde e-bike-tracker aan. Deze systemen vertrouwen niet alleen op bluetooth, maar hebben ook een eigen internetverbinding én GPS. Een drievoudig systeem voor locatietracking dus.

Bekende voorbeelden zijn de Tracefy Bike Tracker of de AXA-IN Smart Guard (ontwikkeld door Conneqtech). Doordat ze meerdere technieken combineren, leveren ze bijna constant een sterk signaal, ongeacht waar de fiets staat. Via een app kunnen eigenaren hun fiets daardoor altijd volgen..

Keurmerk

Deze professionele trackers zijn wel een investering: gemiddeld ben je zo’n 200 euro kwijt aan installatie, plus een jaarlijks abonnement van een paar tientjes. “Toch biedt het wel een hoop waar voor je geld”, verdedigt Bolt de prijs. "We hebben een keurmerk elektronische e-bikebeveiliging van Kiwa en werken ook met verzekeraars samen die bij de duurdere e-bikes een tracker van deze kwaliteit verplichten."

Bescherm je e-bike tegen diefstal met een stevig fietsslot

En maak het dieven niet te gemakkelijk!

Aangifte en opsporing

Mocht je fiets onverhoopt toch gestolen worden, dan is aangifte doen altijd de eerste stap. Dit is verplicht voordat je bij de verzekeraar kunt aankloppen. Verzekeringsmaatschappijen werken vaak samen met particuliere beveiligingsorganisaties die gespecialiseerd zijn in het terugvinden van fietsen. "Je hebt dan een goede kans dat ze je e-bike terugvinden, maakt niet uit waar hij naartoe is vervoerd", aldus Rene.

Deze professionele opsporingsteams werken overigens liever niet met trackers zoals de AirTag, omdat het delen van locatiegegevens daarbij veel omslachtiger is dan bij een gespecialiseerde tracker. Omdat e-bikes met professionele systemen zo goed gemonitord worden, krijgen ze vaak een waarschuwingssticker op het frame. Zo weten dieven direct dat er ergens een zender verstopt zit. Dit kan al een afschrikwekkend effect hebben.

©Rostislav Ageev

Budgetoptie

Wil je niet de hoofdprijs betalen voor beveiliging? Dan kun je voor minder dan tien euro al online een eenvoudige bluetooth-tracker kopen, soms zelfs inclusief slimme opbergaccessoires. Bedenk wel dat hier een risico aan zit: als de fietsendief zelf een iPhone heeft, krijgt hij mogelijk automatisch een melding dat jouw tracker met hem meereist.