ID.nl logo
Dit zijn de beste alternatieven voor de Raspberry Pi
© PXimport
Huis

Dit zijn de beste alternatieven voor de Raspberry Pi

De Raspberry Pi is voor heel veel hobbyprojecten de ideale singleboardcomputer. Snel, veelzijdig en bovenal heel goed gedocumenteerd en ondersteund. Maar helaas zijn alle modellen ook heel slecht verkrijgbaar! Daarom laat ID.nl je zien wat de beste alternatieven zijn voor de Raspberry Pi en geven we je tips hoe je je favoriete toepassingen op die systemen kunt installeren.

Wie zoekt naar singleboardcomputer voor een hobbyproject zal al snel bij de Raspberry Pi uitkomen. Niet gek, de Raspberry Pi is snel, veelzijdig en bovendien goed gedocumenteerd. Eén probleem: de Raspberry Pi is ook moeilijk verkrijgbaar. Gelukkig zijn er ook andere opties, in dit artikel maakt ID.nl jou bekend met de beste alternatieven. We behandelen het volgende:

Home Assistant OS is hier in een virtuele machine in Proxmox VE geïnstalleerd. We zijn fan van de Raspberry Pi en zullen niet aarzelen de singleboardcomputer te adviseren voor uiteenlopende zelfbouwprojecten. Maar er is wél een probleem: hij is het afgelopen jaar vaak lastig te verkrijgen of alleen tegen een forse meerprijs. Daarom ben je helaas, als jouw project het toelaat, meestal beter af met een van de alternatieven. Dat is niet altijd makkelijk. De Raspberry Pi is namelijk ontzettend goed gedocumenteerd en wordt ondersteund tot de vroegste versies aan toe. Bovendien heeft het Raspberry Pi-ecosysteem veel fans. Dit alles maakt het interessant om voor het platform te ontwikkelen. De uitstekende beschikbaarheid van opensource-drivers maakt dit ook veel makkelijker dan bij veel alternatieven. Sommige projecten zijn zelfs vernoemd naar de Pi, zoals Pi-hole en RetroPie. Gelukkig is het in de meeste gevallen geen probleem om je project op andere hardware te draaien. Daarom gaan we op zoek naar aantrekkelijke alternatieven voor de Pi. In het tweede deel van deze basiscursus laten we zien hoe je ze voor jouw favoriete projecten kunt inzetten. Je zult zien dat je indien nodig prima zonder de Pi kunt! 

©Jatuporn Tansirimas

De Raspberry Pi is populair in allerlei knutselprojecten, maar helaas al langere tijd heel slecht verkrijgbaar. 

 

Beschikbaarheid Raspberry Pi 

De Raspberry Pi is al meer dan een jaar heel slecht verkrijgbaar. De oorzaak ligt bij wereldwijde chiptekorten in combinatie met een sterk toegenomen vraag. Wat wel op de markt komt is snel weg, omdat er immers nog veel orders openstaan. Ook worden ze soms massaal opgekocht om elders tegen woekerprijzen weer op te duiken. Wat het niet beter maakt, is dat het gros van de productie nog altijd naar grote bedrijven en de industrie gaat, die er ook hard om zitten te springen. Het gaat om alle reguliere modellen zoals Pi 4 model B, de Compute Module 4 en de Pi Zero 2 W. De microcontrollers van de fabrikant, de Pico en Pico W, zijn wel eenvoudiger te verkrijgen. Wanneer de problemen zijn opgelost is niet bekend. 

©Guillaume - stock.adobe.com

Wie een hele stapel Raspberry Pi’s nodig heeft, zoals voor een clusterproject, heeft het met de huidige verkrijgbaarheid en woekerprijzen nog moeilijker. 

 

Platforms 

 

• Singleboardcomputer 

De Raspberry Pi is een singleboardcomputer en heeft in dat segment niet heel veel concurrentie. Het beste alternatief is momenteel de Odroid N2+ met Amlogic S922X (ARM) van het Zuid-Koreaanse Hardkernel, verkrijgbaar met 2 of 4 GB. De verkrijgbaarheid is prima (zie kader ‘Verkrijgbaarheid Odroid N2+’), maar de prijzen lopen wel flink uiteen. Het bordje heeft vier rappe Cortex A73-cores en twee energiezuinige Cortex A53-cores. De kloksnelheid ligt hoger dan bij de eerdere versie van de N2. Wel vraagt het stevige koellichaam om een ventilator als je hem langere tijd volledig gaat belasten. 

 

De N2+ loopt overigens met gemak een Pi 4 voorbij. In verschillende benchmarks, waaronder Dhrystone-2, is het apparaat meer dan twee keer zo snel. Ook grafisch levert het uitstekende prestaties. Je hoeft ook niet meer met een soms kwetsbare SD-kaart te werken, omdat er plek is voor een snellere en betrouwbaardere eMMC-module. Verder kunnen de onlangs geïntroduceerde Odroid H3 en H3+ met Jasper Lake-processor (x86) van Intel nog een interessante optie zijn. Al gaan die veel meer richting een mini-pc zoals de Intel NUC. Je zult ze eerder als zuinige server of eenvoudige desktop gebruiken. Verder heb je de Tinker Board-reeks van Asus, al zijn deze wat minder populair en vaak ook duurder. 

De Odroid N2+ is een stuk krachtiger dan de Raspberry Pi 4. 

 

• Verkrijgbaarheid Odroid N2+ 

De Odroid N2+ vind je bij een handjevol Nederlandse winkels. Als je over de grens gaat kijken, komen er nog heel wat meer opties bij. Bekende opties voor Nederlandse shoppers zijn Reichelt en Conrad, maar daar liggen de prijzen over het algemeen wel wat hoger. De prijzen lopen flink uiteen: voor de 4 GB zagen we prijzen tussen 109 en 195 euro. 

 

Let op dat je ook de nodige extra’s nodig hebt. Je hebt in ieder geval een voeding nodig (12 volt met 2 ampère). Ook handig zijn een CR2032-batterij voor de RTC (realtime clock), een passende behuizing, een 80mm-ventilator (optioneel) en eMMC-module (optioneel) voor opslag. 

 

• Microcontroller 

Microcontrollers zijn populair en vaak heb je er genoeg aan voor IoT-projecten of als je met elektronica gaat knutselen. Populaire opties zijn de ESP8266 en ESP32 of de Pico (W) van de Raspberry Pi Foundation. Verder heb je het brede aanbod van Arduino. Het is heel makkelijk om aan zulke microcontrollers te komen en de meeste kosten minder dan een tientje. Ze zijn minder krachtig dan de Pi, maar wel veel zuiniger en doorgaans rijkelijk voorzien van allerlei aansluitingen voor sensors, schakelaars, lampen, camera’s of kleine displays. Er zijn ook microcontrollers met gespecialiseerde hardware voor bijvoorbeeld kunstmatige intelligentie. In vergelijking met de Pi hebben ze geen volwaardig besturingssysteem. Je kunt ze programmeren met bijvoorbeeld Arduino. Met wat voorbeelden en geholpen door bibliotheken kun je vrij snel iets maken. Je hoeft niet altijd te programmeren. In het artikel Maak je eigen luchtkwaliteitsmonitor kun je bijvoorbeeld lezen hoe je met ESPHome op een ESP8266- of ESP32-module met enkele sensors een luchtkwaliteitsmonitor kunt maken. De basis daarvan is een configuratiebestand. En met de WLED-software (zie het kader ‘WLED op een ESP32’), kun je eenvoudig je ledstrips aansturen. 

©wittayayut - stock.adobe.com

Een microcontroller is vaak al genoeg voor knutselprojecten rondom IoT. 

• NAS 

Op een NAS kun je rechtstreeks toepassingen installeren, maar dat is soms wel iets complexer. Handiger en veiliger is het gebruik van Docker. Dat kan bij veel modellen van Synology en QNAP. Ze bieden daarvoor ook een heel gebruiksvriendelijke interface. Het is, als je die mogelijkheid hebt, slim om het geheugen uit te breiden naar bijvoorbeeld 8 of 16 GB. Dat komt de prestaties ten goede als je wat meer gaat doen. Soms kun je in plaats van een Docker-container ook een virtuele machine maken. De prestaties liggen dan meestal wel lager. 

Op een NAS kun je meestal met Docker werken voor het draaien van allerlei applicaties in een zogenoemde container. 

 

• Pc of server 

Een pc of server is een ideale optie als je wat meer rekenkracht nodig hebt dan een singleboardcomputer zoals de Pi je biedt. We noemen ze ook wel x86-systemen, als tegenhanger voor de op ARM-gebaseerde Raspberry Pi en de meeste Odroids. Je kunt eenvoudig een pc of oude laptop inzetten die je niet meer gebruikt. 

 

De Intel NUC is ook een populaire optie als thuisserver. Dergelijke systemen zijn relatief zuinig en afhankelijk van de uitvoering vaak ook behoorlijk krachtig. Let wel op dat het energieverbruik natuurlijk wel hoger is in vergelijking met de Pi. Het kan nog wel iets zuiniger als je de componenten daar specifiek op uitzoekt. Zo heeft een ASRock DeskMini 310 met een 6-core i5-9400-processor een verbruik in rust van ongeveer 16 watt. Dat is met beperkte taken, maar in de praktijk doen servers de meeste tijd vrijwel niets tot weinig. Hoewel je veel software rechtstreeks kunt installeren in bijvoorbeeld Linux, ook wel ‘bare-metal’ genoemd, is het meestal handiger om virtualisatie toe te passen (zie kader ‘Virtualisatie met pc of server’). 

Een Intel NUC zou je als energiezuinige server kunnen inzetten. 

🟢 **Virtualisatie met pc of server **

Via virtualisatie kun je een server eenvoudig voor uiteenlopende toepassingen inzetten, die onafhankelijk van elkaar opereren. Een populaire optie is Docker, waarin je containers voor je favoriete toepassingen kunt starten. Op een wat krachtiger systeem is het opensource Proxmox VE een aanrader. Daarin kun je met lichtgewicht Linux-containers (LXC) werken met bijvoorbeeld Ubuntu. Ook kun je volledige virtuele machines maken (Kernel-based Virtual Machine ofwel KVM). Daarin kun je van alles installeren. Bijvoorbeeld de servereditie van Ubuntu, een volwaardige desktopomgeving met Linux of Windows (met toegang via remote desktop), of de op FreeBSD-gebaseerde router/firewallsoftware pfSense. Je kunt daarbij ook nog met Docker werken, dat je zowel in een virtuele machine als in een Linux-container kunt installeren. Dan kun je er écht alle kanten mee op. Je hebt naast Proxmox VE ook andere goede virtualisatieopties zoals TrueNAS en Unraid. 

Binnen Proxmox VE kun je onder andere virtuele machines aanmaken.

Installatietips 

 

• Thuisautomatisering 

Voor thuisautomatisering worden vooral Home Assistant, Domoticz en openHAB veel gebruikt. Zowel Domoticz als openHAB kun je op een Raspberry Pi installeren, maar ook onder Windows, Linux en macOS. Ook kun je ze in een Docker-container draaien of op een NAS van bijvoorbeeld Synology. Soms zijn er dan wel wat extra configuratiestappen. Home Assistant is óók flexibel op verschillende systemen te installeren. Deze software komt elders in dit nummer uitgebreider aan bod. 

 

Wil je het heel praktische Home Assistant OS als basis gebruiken, dan is de Odroid N2+ 4 GB tegenwoordig het aanbevolen systeem. Deze singleboardcomputer maakte ook deel uit van de hardware-kit Home Assistant Blue (zie kader ‘Home Assistant Blue’). Je kunt Home Assistant OS overigens ook uitstekend draaien in een virtuele machine binnen bijvoorbeeld Proxmox VE. Dan profiteren ook andere toepassingen van de (gedeelde) kracht van de server. Om het je gemakkelijk te maken, kun je een installatiescript gebruiken, je vindt dat via https://tteck.github.io/Proxmox/

Home Assistant OS is hier in een virtuele machine in Proxmox VE geïnstalleerd. 

 

🟢 Home Assistant hardware-kits 

Home Assistant brengt zo nu en dan zelf hardware-kits op de markt. Deze bieden veel gemak. Meestal hoef je de hardware alleen aan te sluiten op stroom en het netwerk. Zo lanceerde het ongeveer twee jaar geleden de Home Assistant Blue. De basis voor deze Blue is een Odroid N2+ met 4 GB geheugen en een 128 GB eMMC-geheugenkaart waarop de software al aanwezig is. Daarnaast bevat de kit een mooie aluminium behuizing met het bekende logo. De Blue werd in een beperkte oplage uitgegeven en is inmiddels niet meer te koop.    Binnenkort wordt wel de Home Assistant Yellow verwacht. Deze hardware-kit heeft een Raspberry Pi Compute Module 4 als basis en ondersteunt onder andere ZigBee en een NVMe-ssd via een M.2-poort.    Kun of wil je daar niet op wachten? Je kunt ze natuurlijk eenvoudig zelf nabouwen. De Blue is het makkelijkst, want de onderdelen voor dit model zijn goed leverbaar. Je moet wel zelf de software installeren. Je kunt een passende behuizing zoeken, maar ook de behuizing uit de kit namaken in plastic met een 3D-printer. Het 3D-model is vrij beschikbaar op Thingiverse. De Yellow zou je ook na kunnen bouwen, vooropgesteld dat je aan de Compute Module 4 kunt komen. Voor een beschrijving van de onderdelen raden we je aan de crowdfunding-pagina te bezoeken. 

Met een 3D-printer kun je een behuizing voor een nagebouwde Home Assistant-kit zelf maken. 

 

• Energieverbruik monitoren 

Om het energieverbruik in huis te monitoren via je slimme meter is P1 Monitor voor de Raspberry Pi 4 een heel mooie toepassing. Meer daarover lees je ook in het artikel Zo kun je je slimme meter uitlezen met een Raspberry Pi. Maar als er in je meterkast al een server staat te draaien (zoals in onze situatie), is dat wel een beetje zonde. Gelukkig kun je P1 Monitor tegenwoordig ook via Docker installeren. Hiervoor installeer je zowel Docker als Docker Compose. Maak dan een nieuwe map op dat systeem met een docker-compose.yml-bestand waarin je de configuratie zet. Zie ook https://github.com/intelwolf/p1monitor voor een voorbeeld en meer informatie. Een update installeren is vervolgens reuze eenvoudig, omdat alleen de toepassingscontainer hoeft te worden vervangen. Alle relevante data worden lokaal opgeslagen. Heb je P1 Monitor nu draaien op een Pi? Exporteer dan eerst alle gegevens via de instellingen (onder in- export) voordat je de Pi afkoppelt. Je kunt alle gegevens weer in je nieuwe installatie importeren (eveneens via de gebruikersinterface) voor een nagenoeg naadloze overgang. 

Voor het beheren van je energieverbruik kun je P1 Monitor binnen Docker installeren, in plaats van op een losse Raspberry Pi. 

 

• Elektronica 

Wil je knutselen met elektronica via bijvoorbeeld GPIO-pinnen? De modellen van Odroid bieden je daarvoor vergelijkbare opties als een Raspberry Pi. Soms is een ESP8266- of ESP32-module echter al toereikend. Je kunt deze microcontrollers programmeren met de Arduino IDE in C++, maar ook met het populaire Python. Hiervoor kun je de MicroPython- of CircuitPython-firmware installeren. Je schrijft met bijvoorbeeld Thonny IDE je Python-programma gewoon onder Windows en zet hem dan over naar de microcontroller. Voor deze kleine Python-releases zijn ook uiteenlopende bibliotheken beschikbaar, zodat je snel veel gedaan kunt krijgen. Zo stuur je met de NeoPixel-bibliotheek eenvoudig individueel adresseerbare ledstrips aan. Met een paar regels heb je al een werkende opstelling. Een alternatief voor dit doel is de WLED-software waarbij je helemaal niets hoeft te programmeren (zie kader ‘WLED op een ESP32’). 

MicroPython is een speciale uitvoering van Python voor microcontrollers. 

• WLED op een ESP32 

Wil je ledstrips aansturen zonder te programmeren, dan is het programma WLED op bijvoorbeeld een ESP32-module een aanrader. Hier schreven we reeds over in het artikel Ledstrips voor buiten: aan de slag met programmeerbare buitenverlichting (https://id.nl/zekerheid-en-gemak/slim-huis/slimme-verlichting/ledstrips-voor-buiten-aan-de-slag-met-programmeerbare-buitenverlichting). Je hoeft WLED slechts eenmalig op de ES32-module te flashen. Daarna log je via een app of browser in eerste instantie in op de wifi-hotspot, waarna je je eigen wifi-netwerk configureert. Vervolgens kun je de ledstrips instellen, allerlei kleuren en effecten kiezen, of de ledstrips in segmenten indelen. Het laat goed zien wat er met een relatief eenvoudige microcontroller mogelijk is. 

 

• Netwerkspeler voor muziek 

Een singleboardcomputer is zo compact dat je hem handig als netwerkspeler voor muziek kunt inzetten. Het geluid kun je digitaal doorgeven via bijvoorbeeld HDMI of s/pdif, al kun je een versterker met luidsprekers ook gewoon analoog aansluiten. Nu heeft de Raspberry Pi wel een analoge audiopoort, maar de kwaliteit van de ingebouwde DAC (digitaal-naar-analoog converter) is nogal matig. Daarom is een goede externe DAC aan te raden. Bij andere singleboardcomputers ligt dat soms anders. Zo heeft de Odroid N2+ zowel hoorbaar als meetbaar een veel betere geluidskwaliteit, waardoor het inpluggen van een 3,5mm-audiojack voor de meeste gebruikers volstaat. Als software kun je bijvoorbeeld het bekende programma Volumio gebruiken. Desgewenst kun je altijd nog later een externe DAC aansluiten. 

Volumio kun je op uiteenlopende systemen installeren. 

 

• Andere toepassingen 

Wil je andere toepassingen installeren, dan is DietPi een handige optie. DietPi is een zeer lichte Debian-installatie van waaruit je eenvoudig talloze toepassingen kunt installeren. Het is behalve voor de Pi ook geschikt voor bijvoorbeeld de modellen van Odroid. Je kunt wat inspiratie opdoen als je de softwarelijst bekijkt. 

Vanuit DietPi kun je eenvoudig toepassingen op je singleboardcomputer installeren. 

Veel toepassingen kun je natuurlijk ook rechtstreeks installeren. Een goed voorbeeld is Pi-Hole waarmee je advertenties in je netwerk kunt blokkeren nog voordat ze je pc hebben bereikt. Het werkt op basis van een lokale DNS-server met filters. Je kunt het bijvoorbeeld binnen Debian of Ubuntu installeren of een Docker-container opzetten. 

Voor RetroPie, waarmee je een retro gameconsole bouwt, zien we dezelfde installatieopties. Op een Odroid N2+ raden we de fork The Retro Arena aan. 

Wil je een mediaspeler voor het streamen van video? Dan is CoreELEC een voor de hand liggende optie. De Odroid N2+ heeft hier zeker een meerwaarde: het apparaatje levert uitstekende prestaties bij het decoderen van audio in video, met ondersteuning voor onder meer 4K, H.265, diverse HDR-formaten en bekende audioformaten als DTS-HD en Dolby Atmos. 

Pi-Hole voor het blokkeren van advertenties werkt niet alleen op de Pi. 

 

▼ Volgende artikel
Zo sluit je het best een receiver aan
© JBL
Huis

Zo sluit je het best een receiver aan

De achterzijde van een doorsnee receiver telt al gauw tientallen aansluitingen. Bij duurdere modellen loopt dat aantal vaak op tot bijna honderd. Voor het aansluiten van audiovisuele apparaten bestaan er dan ook meestal meerdere opties. In dit artikel lees je welke poorten je het best kunt gebruiken.

In dit artikel bespreken we:

• Welke aansluitingen een receiver heeft • Hoe je speakers aan de juiste uitgangen koppelt • Hoe je een televisie, cd-speler, draaitafel, tv-ontvanger en andere apparaten het beste kunt aansluiten

Ook interessant: Receiver kopen? Let op deze aandachtspunten

Bekende audiomerken als Denon, Onkyo, Marantz en Yamaha brengen geregeld uitgebreide receivers op de markt. Dat resulteert in een nogal drukke achterkant met een heleboel in- en uitgangen. Gelukkig helpen de fabrikanten je alvast een handje. Zo staat bij vrijwel alle aansluitingen vermeld waarvoor je de bewuste poort kunt gebruiken. Toch is een nadere uitleg geen overbodige luxe. Kijken we bijvoorbeeld naar het koppelen van een cd-speler, dan zijn er doorgaans drie mogelijkheden. En zo stuit je wellicht op nog meer aansluitdilemma's.

©Onkyo

In de witte vlakken zie je welke apparaten en luidsprekers je allemaal op de receiver kunt aansluiten. Tip: klik op de afbeelding om hem te vergroten.

Speakers aansluiten

Afhankelijk van hoeveel audiokanalen de receiver ondersteunt, zijn er meerdere speakeruitgangen beschikbaar. Sluit op Front de twee voorste luidsprekers aan. Het is hierbij belangrijk dat je de linker en rechter speaker aan de overeenkomstige uitgangen koppelt. Fabrikanten duiden dat doorgaans aan met L en R. Let bovendien op de plus- en min-aansluiting. Die zijn respectievelijk rood en zwart.

In een klassieke 5.1-kanaals surroundopstelling bevindt zich onder de televisie een middenspeaker. Koppel die aan de rode en zwarte uitgang bij Center. Daarnaast heb je als het goed is ook nog twee speakers achter de zitpositie opgesteld. Die verbind je met de Surround-uitgangen van de receiver. Verder kun je een subwoofer op Sub, Sub out of Subwoofer out aansluiten. In tegenstelling tot reguliere luidsprekers gebruik je voor deze basspeaker slechts één stekker.

Ondersteunt jouw receiver nog meer kanalen, dan zie je vermoedelijk namen als Back, Surround Back en/of Height. Hierop kun je optioneel extra speakers aansluiten. Bij gebruik van een geschikte receiver en de juiste luidsprekers creëer je daarmee een driedimensionaal geluid (Dolby Atmos/DTS:X). Houd er rekening mee dat fabrikanten van receivers geen luidsprekerkabels meeleveren. Voor een goed geluid loont het de moeite om in kwalitatieve kabels te investeren.

©Maikel Dijkhuizen

Er lopen vanaf elke luidspreker normaliter twee (verbonden) kabels naar de receiver.

Televisie aansluiten

Uiteraard wil je het (surround)geluid van tv-zenders en video-apps via de receiver afspelen. Verbind de televisie bij voorkeur met de HDMI-ARC-uitgang van het audiosysteem. Op hedendaagse beeldbuizen vind je zo'n zelfde HDMI-ARC-aansluiting. Bijzonder aan deze poort is dat het beeld en geluid in tegengestelde richting kan transporteren. De afkorting ARC staat dan ook voor Audio Return Channel. Open je op de smart-tv bijvoorbeeld Netflix, Videoland of een andere app, dan nemen de receiver en aangesloten luidsprekers het audiospoor voor hun rekening.

Heeft jouw televisie geen HDMI-ARC-poort? Geen probleem, want je kunt het tv-geluid waarschijnlijk alsnog via je receiver afspelen. Check eerst of de beeldbuis een optische uitgang heeft. Dit staat aan de achterzijde van de televisie bijvoorbeeld aangeduid met Optical digital audio out of een soortgelijke benaming. Heeft de receiver eveneens een digitale optische poort, dan luister je naar een mooi surroundgeluid.

Als je nog een hele oude televisie hebt, kun je die wellicht analoog aansluiten. Gebruik hiervoor een witte en rode tulpingang achterop de receiver. Overigens luister je bij een analoge verbinding uitsluitend naar stereogeluid.

©Pioneer

Let op dat je een televisie aan een HDMI-poort met ARC-ondersteuning koppelt.

Videobronnen aansluiten

Voor het koppelen van videobronnen heeft vrijwel elke recente receiver meerdere HDMI-inputs. Sluit hierop bijvoorbeeld een tv-ontvanger, blu-ray-speler, spelcomputer en/of mediaspeler aan. De receiver verwerkt het audiospoor van de gekozen videobron en geeft het beeldsignaal door aan de televisie. Dat laatste gebeurt via de HDMI-ARC-uitgang (zie vorige paragraaf).

Bij iedere HDMI-poort op de receiver staat doorgaans de naam van een bepaalde videobron vermeld. Het is verstandig om je daaraan te houden. Je kunt dan met aparte knoppen op de afstandsbediening simpel naar de juiste videobron schakelen. Sommige receivers hebben ook nog analoge video-ingangen, zoals component (groen/blauw/rood), composiet (geel) en s-video. Die zijn met name nuttig voor het geval je oude videoapparatuur wilt aansluiten.

Cd-speler aansluiten

Als je een cd-speler wilt aansluiten, heb je meestal keuze uit drie mogelijkheden. Veel receivers hebben twee verschillende digitale ingangen, namelijk optisch en coaxiaal. Wanneer jouw cd-speler over een van deze uitgangen beschikt, kun je de audiobron digitaal aansluiten. In dat geval zet de receiver het digitale signaal om naar een analoog signaal, waarna het geluid wordt verwerkt door de aangesloten speakers. Dit gebeurt door de digitaal/analoog-converter (dac) van de receiver.

Vrijwel alle cd-spelers hebben zelf óók een digitaal/analoog-converter. Deze route kun je als alternatief kiezen. Het digitale geluid van de cd wordt dan meteen omgezet naar een analoog signaal. Via een witte en rode tulpuitgang bereikt dit signaal vervolgens jouw audiosysteem, waarna je geluid uit de speakers hoort.

De hamvraag is natuurlijk of je een cd-speler nou het beste digitaal of analoog kunt aansluiten. Het antwoord daarop heeft alles met de kwaliteit van de gebruikte digitaal/analoog-converter te maken. Ga je een goedkope cd-speler op een prijzige receiver aansluiten? Hoogstwaarschijnlijk doet de digitaal/analoog-converter van de receiver deze taak met meer precisie, waardoor je luistert naar een gedetailleerder geluid. In dit voorbeeld sluit je de cd-speler dus bij voorkeur digitaal aan. Overigens zijn er ook prijzige cd-spelers met een hoogwaardige digitaal/analoog-converter verkrijgbaar. Zo'n apparaat leent zich goed voor een analoge verbinding.

©Marantz

De Marantz CD6007 kun je zowel digitaal (optisch en coaxiaal) als analoog aansluiten.

Platenspeler aansluiten

Plaatjes draaien is tegenwoordig weer helemaal hip. Misschien wil je daarom wel een mooie draaitafel aansluiten. Zie je achterop de receiver een rode en witte tulpingang met een Phono-aanduiding? Goed nieuws, want in dat geval is er al een phono-voorversterker ingebouwd. Je kunt elke platenspeler hierop aansluiten. Als de receiver niet over dit onderdeel beschikt, gebruik je een andere analoge tulpingang. Je hebt dan wel een platenspeler met een geïntegreerde voorversterker of een losse voorversterker nodig. Zo'n laatstgenoemd kastje is vanaf enkele tientjes te koop.

Netwerktoegang

Tegenwoordig hebben veel recente receivers ook een netwerkfunctie. Je kunt dan muziek streamen vanaf online diensten en overige netwerkbronnen – zoals Spotify, Tidal of een NAS. Sluit een receiver bij voorkeur op een bekabeld netwerk aan. Dankzij een hogere bandbreedte is de verbinding stabieler. Bovendien voorkom je daarmee dat naburige wifi-netwerken de draadloze verbinding negatief beïnvloeden (interferentie). Is er geen bekabelde verbinding voorhanden, dan meld je de receiver alsnog aan op wifi.

©Denon

De Denon AVC-X4800H heeft twee antennes voor het oppikken van een wifi-signaal.

Cd-speler aangesloten op je receiver?

Kies uit honderdduizenden schijfjes

▼ Volgende artikel
De beste 11-inch tablets van nu: welke past bij jou?
© metamorworks - stock.adobe.com
Huis

De beste 11-inch tablets van nu: welke past bij jou?

Hoewel de markt voor tablets redelijk op z’n gat ligt, komen we zo nu en dan toch nog interessante modellen tegen, vaak voor een schappelijke prijs. Voor de meeste mensen geldt dat een scherm van tien tot twaalf inch meer dan genoeg ruimte biedt voor zowel werk als entertainment. Dat is dan ook waar ID.nl zich in deze test op richt.

Op zoek naar een tablet? Na het lezen van dit artikel weet jij welke tablet precies bij jouw wensen past. We hebben de volgende modellen getest:

  • Samsung Galaxy Tab S9
  • Apple iPad Air 11-inch (2024)
  • Google Pixel Tablet
  • OnePlus Pad 2
  • Apple iPad (tiende generatie)

Lees ook: Zo gaat je tablet (véél) langer mee!

In deze test nemen we vijf tablets onder de loep. Drie van deze tablets zijn in het afgelopen jaar uitgekomen. Dat zijn die van Samsung, OnePlus en Apple. Daarnaast nemen we ook de tiende generatie iPad en de Google Pixel Tablet mee, aangezien die een schermformaat van tien tot twaalf inch hebben en vergelijkbaar geprijsd zijn. Bovendien heeft de laatstgenoemde een unieke troef in handen.

De Pixel Tablet is een van de oudere tablets in deze test …

Hoe we testen

Tijdens het testen van de tablets in deze vergelijking letten we op een aantal speerpunten. Hoe bevalt het scherm? Daarbij letten we op het contrast, de kijkhoek en meer. Hoe zit het met de bouwkwaliteit? Hoe snel laadt de tablet op en wat voor unieke mogelijkheden biedt hij aan? Omdat we de kwaliteit van de camera’s minder belangrijk vinden, tillen we daar niet te zwaar aan. We nemen immers doorgaans geen foto’s met een tablet als we ook gewoon een smartphone op zak hebben.

Ook letten we op de accessoires die meegeleverd worden en die los beschikbaar zijn; dat laatste zegt iets over de potentie, maar helaas ook over de extra benodigde investering. Tot slot letten we op de software: op welke versie van het beschikbare besturingssysteem draait het apparaat en hoelang krijgt de tablet nog updates? De verkoopprijs die bij elke tablet vermeld staat, is de prijs aangetroffen bij een of meerdere bekende (web)winkels op het moment van schrijven.

… terwijl de iPad Air 11-inch één van de jongste is.

Niet altijd de nieuwste Android-versie

Als je in 2025 een tablet koopt die op Android draait, let er dan op dat daar minimaal Android 14 op staat. Over het algemeen zijn tabletfabrikanten niet heel snel als het om tabletupdates gaat, maar aangezien die versie nu al meer dan een jaar op de markt is, vinden we dat wel een vereiste. Vooral omdat Android 15 al eind 2024 uitgebracht is. Maar houd er rekening mee dat het nog maanden kan duren voordat tablets die versie ontvangen, al is de ene fabrikant natuurlijk sneller daarin dan de andere.

Niet dat Android 15 ontzettend spannende onderdelen aanbiedt die je nergens anders aantreft. Want zoiets als ‘betere multitasking’ horen we al jaren. Maar privéruimtes (waar je gevoelige apps en data in op kunt slaan), eenmalige wachtwoorden (voor verbeterde privacy en online bescherming) en antidiefstalbeveiliging klinken ons wel als muziek in de oren. Verder is het gewoon handig om altijd de meest recente Android-versie te hebben in het kader van algemene online beveiliging.

Android is nog steeds in ontwikkeling, zo kun je in Android 15 gevoelige apps afschermen in een privéruimte.

Niet alle iPadOS-functies

Dat laatste geldt natuurlijk ook voor iedereen die gebruikmaakt van iPadOS, het besturingssysteem beschikbaar voor iPads. Op het moment van schrijven is iPadOS 18 beschikbaar voor een grote groep iPad-modellen. Apple is een stuk beter in het onderhouden van zijn software, omdat het natuurlijk de enige fabrikant is die hiermee werkt. Maar zo blijven je apparaten wel lang veilig en snel.

Met iPadOS 18 aan boord van je tablet krijg je toegang tot veel meer personalisatie dan voorheen. Je bepaalt hoe je thuisscherm eruitziet, geeft iconen andere kleuren mee en kunt zelf het Bedieningspaneel aanpassen. Daarnaast krijg je voor het eerst toegang tot de rekenmachine- en wachtwoordenapps van Apple.

Waar we in Europa voorlopig nog op moeten wachten, is Apple Intelligence. Dat is een verzameling AI-functies die werken op basis van generatieve kunstmatige intelligentie. De slimme hulp kan helpen bij het schrijven en bewerken van foto’s, en geeft Siri ook wat extra wapens in het arsenaal. Daarnaast is er een diepe integratie met ChatGPT.

De Apple Intelligence-functies in iPadOS 18, zoals Schrijfhulp, krijgen we vooralsnog niet in Europa.

Handig om te weten! Bezorgd om je privacy? Zo beveilig je jouw tablet

Samsung Galaxy Tab S9

Ook al is de Samsung Galaxy Tab S9 het instapmodel van de Tab S9-reeks die in medio 2023 op de markt kwam, hij doet niet onder voor zijn duurdere broers en zussen.

De verschillen zitten hem voornamelijk in de grootte van het scherm, het aantal camera’s en de hoeveelheid werkgeheugen en opslagruimte. De processor is in elke variant gelijk, namelijk een Qualcomm Snapdragon 8 Gen 2. Dat is een enorm capabele cpu uit 2022, die nog lang niet doet snakken naar zijn opvolgers.

De Samsung Galaxy Tab S9 heeft een prachtig en levendig amoledscherm van 11 inch en een verversingssnelheid van 120 hertz. Daardoor scrolt alles heel soepel over het scherm en kun je het gros van de beschikbare games in de hoogste framerates spelen.

De genoemde prijs in dit artikel geldt voor het model met 8 GB aan werkgeheugen en 128 GB aan opslagruimte. Dat laatste is een beetje weinig anno nu, maar het werkgeheugen is meer dan voldoende. Helemaal als dit gewoon een tablet voor dagelijks gebruik wordt, waar je het nieuws op leest, mails op beheert of af en toe een spelletje op speelt. Maar ook wanneer dit een werkstation wordt. De Tab S9 beschikt namelijk, net als veel andere moderne Samsung-toestellen, over een omgeving genaamd Samsung Dex.

Met Dex tover je de tablet om tot een mobiel werkstation waar je u tegen zegt. Je downloadt populaire apps als Microsoft Word, of doet alles in de cloud, en kunt zodoende veel werk gedaan krijgen. Je kunt hiervoor investeren in allerlei officiële accessoires (zoals een toetsenbord en beschermhoes), maar kunt ook gewoon via bluetooth 5.3 of een usb-hub de nodige accessoires aansluiten. De stylus krijg je erbij.

Dit is momenteel één van de meest veelzijdige tablets die je kunt kopen op één van de meest veelomvattende besturingssystemen van dit moment. Op de Tab S9 draait Android 13, en je krijgt in totaal vier jaar aan updates.

Met een accu van 8400 mAh houd je het bovendien met gemak een dag uit op het (thuis)kantoor. En anders kun je het apparaat opladen met de 45watt-oplader. Laden gaat dus niet supersnel – maar als je hem tijdens het werk oplaadt wanneer nodig, hoeft dat geen probleem te zijn.

Pluspunten

  • Prachtig amoledscherm

  • Voor werk en entertainment

  • Duurzaamheid en updatebeleid

  • Stylus meegeleverd

Minpunten

  • Geen grote stap vooruit

  • Verplaatsing vingerafdrukscanner

Apple iPad Air 11-inch (2024)

We moeten dit er even eerlijk bij vermelden: het had niet veel gescheeld, of we hadden de iPad Air 11-inch als best getest voorgesteld. Maar in vergelijking met de Galaxy Tab S9 zijn er wat zaken die ons net tegenvallen.

Zo heeft dit model geen oled-, maar een lcd-scherm. Daardoor ogen de kleuren minder diep en levendig dan je zou willen voor deze prijs. Dat neemt niet weg dat de weergave nog steeds heel prettig is, maar je kunt het dus beter treffen. Dat de kleuren wat fletser ogen, valt overigens alleen op wanneer je hem direct vergelijkt met een oled-tablet. Daarom willen we daar niet te streng over zijn.

Daarnaast is de tablet niet heel spannend als je hem vergelijkt met eerdere iPad-modellen. Sterker nog: je zou kunnen stellen dat dit een soort iPad Pro uit 2022 is, maar dan met een lager prijskaartje en een iets minder fijn scherm. Dat is wel een belangrijke kanttekening, met het risico dat we wellicht iets te negatief klinken over de lichte en meer betaalbare iPad Air-modellen van Apple.

Veel zaken gaan namelijk ook goed. Zo beschikt dit model over de M2-processor, die Apple zelf ontwikkeld heeft. Ja, die is inmiddels ingehaald, maar voor het dagelijkse gebruik is de processor meer dan degelijk te noemen.

Apps starten snel op, games laten zich nog steeds prettig spelen en het besturingssysteem vertoont nergens kuren. Daarnaast is het goed om te weten dat de iPad Air 11 inch uit 2024 een goed werkpaard is. Niet alleen vanwege de grote hoeveelheid productiviteitsapps, maar ook omdat de cpu daar nog altijd capabel genoeg voor is. Vooral creatievelingen doen er goed aan te kijken naar het Apple-aanbod.

Verder is er een goede accuduur van tien uur en ondersteunt de Air zowel de drukgevoelige Apple Pencil Pro (een Apple-stylus) als het Magic Keyboard. Die moet je er dan nog wel los bijkopen, als je ze nog niet had. Ze kosten respectievelijk 150 en 109 euro. Handig is dat de pen door de tablet wordt opgeladen als je deze er magnetisch op plakt.

Het apparaat draait inmiddels op iPadOS 18, en je kunt daarna nog enkele jaren rekenen op beveiligingsupdates en software-upgrades (dus naar latere versies van iPadOS).

Pluspunten

  • Prima scherm

  • Ondersteunt Pencil Pro

  • Updatebeleid

Minpunten

  • Prijzige accessoires

  • Niet heel spannend

Google Pixel Tablet

Met een lcd-scherm van net geen 11 inch biedt ook de Google Pixel-tablet een interessante propositie aan. Net als bij de iPad zit het wel goed met contrast, kijkhoek en kleurenbereik. Maar de schermkwaliteit evenaart het niveau van een amoleddisplay niet.

Dit is de eerste tablet die Google onder de Pixel-naam uitbrengt. De Pixel-reeks is een serie producten die Google helemaal zelf vanaf de grond af aan ontwikkeld heeft. Pixel-smartphones en -tablets beschikken allemaal over Googles zelfontworpen processor, namelijk de Tensor-chip. In de Tablet zit een Tensor G2-cpu, die – net als de cpu’s in de Galaxy Tab S9 en iPad Air 11 inch – prima geschikt is voor dagelijkse taken. Het grote verschil tussen Googles chipset en die van de concurrentie is dat deze wel érg warm kan worden, waardoor de prestaties een klap kunnen oplopen. Het beeld stottert dan even, en anders merk je dat de interface trager reageert.

Dit alles is volledig afhankelijk van wat je op dit model doet. Ben je gewoon aan het browsen, muziek aan het luisteren of iets aan het lezen, dan hoef je je nergens zorgen om te maken. En ondanks het feit dat de Pixel Tablet prima dienstdoet als gamemachine, raden we dat toch af vanwege die warmteontwikkeling. Qua cpu kan Google zich – in elk geval op technisch vlak – niet meten met het aanbod van Qualcomm.

Maar de Google Pixel Tablet heeft wel een aantal troeven in handen. Zo krijg je toegang tot allerlei softwarefuncties die Google direct in zijn apps bouwt, zoals de magische gum voor foto’s en meer. Daarmee haal je moeiteloos objecten weg uit foto’s.

De genoemde prijs in dit artikel is overigens gekoppeld aan een pakket: de Pixel Tablet is leverbaar met een speakerstand die hem ook constant opgeladen houdt. Onderschat dat laatste niet: de tablet is altijd paraat wanneer je hem gebruiken wilt.

Dankzij die stand transformeer je de tablet in een slim beeldscherm, waarmee je je smarthome aanstuurt. Dat werkt nog gemakkelijker als je Google Home gebruikt, het smarthomeplatform van het Amerikaanse bedrijf. Ook kun je de speaker gebruiken om naar muziek en podcast te luisteren.

Op dit moment draait de Pixel Tablet op Android 14, maar hij kan tot juni 2026 nog updates verwachten. Dat is korter dan we zouden willen zien.

Pluspunten

  • Fungeert als smarthome-hub

  • Meest pure Android-ervaring

  • Is altijd opgeladen

Minpunten

  • Prestaties lopen soms een klap op

  • Geen 3,5mm-aansluiting

OnePlus Pad 2

Op papier heeft de OnePlus Pad 2 een hoop eigenschappen waar we blij van worden. Een aluminium body, groot scherm van 12,1 inch (het grootste scherm in deze test), een razendsnelle Snapdragon 8 Gen 3-processor, genoeg werkgeheugen en een accu van 9500 mAh.

Maar in de praktijk merk je dat er voor veel voordelen helaas ook nadelen bestaan. Zo ben je in staat de accu snel op te laden, maar alleen als je dan nog los een oplader koopt (van minimaal 40 euro). Het scherm heeft een mooi kleurbereik, contrast en fijne kijkhoek, maar heeft ook een zichtbare ruimte tussen het glas en het scherm. Dat zorgt voor een schaduw bij de randen die je niet weg kunt denken. Plus: het scherm reflecteert als een malle.

En die Snapdragon-processor wordt soms flink bekneld, met als doel de batterijduur te verlengen en het systeem koel te houden. Het zou fijner zijn als je hier als gebruiker meer controle over zou hebben. Nu bepaalt OnePlus voor je hoe het systeem presteert en reageert, en dat vinden we jammer.

Dat gezegd hebbende, biedt het Chinese merk wel een interessant product aan. Als we puur naar de specificaties kijken, dan krijg je voorlopig niet veel meer voor dezelfde prijs of minder. De Gen 3-processor is relatief nieuw en reageert over het algemeen heel snel, waardoor die met name voor dagelijkse taken, werkgerelateerde opdrachten en gaming zeer geschikt. Eigenlijk alles wat je in een tablet zoekt. Ook zijn er genoeg werkgeheugen en opslagruimte beschikbaar.

Hoewel we niet altijd te spreken zijn over de geassimileerde software van OnePlus-producten (ze lijken nu te veel op die van zusterbedrijf Oppo), zijn we wel erg blij met de snelheid en overzichtelijkheid van de software. Daar speelt de Open Canvas een belangrijke rol in. Dit is intuïtieve multitaskingsoftware dat het bedrijf zelf ontwikkelde, waarmee je drie apps tegelijkertijd opent en gebruikt.

De tablet draait op Android 14 en ontvangt helaas maar drie jaar aan upgrades en vier jaar aan beveiligingsupdates. Dat is aan de lage kant, net als bij de Pixel Tablet.

Voor ongeveer 160 euro bestel je er ook een toetsenbord en stylus bij. Hierin is OnePlus niet de duurste, maar het totaalpakket kan daarom dus wel wat oplopen in prijs.

Pluspunten

  • Zeer goede prestaties

  • Open Canvas (voor multitasking)

  • Aluminium behuizing

Minpunten

  • Processor wordt soms bekneld

  • Matig updatebeleid

Apple iPad (tiende generatie)

Daar waar we niet zo onder de indruk zijn van de wijzigingen van de iPad Air-lijn, zijn we dat juist wel over de normale iPad die in 2022 op de markt verscheen. De tiende-generatie iPad heeft sindsdien geen opvolger gekregen, maar is daarom nog steeds een overweging waard als je in het ecosysteem van het Amerikaanse bedrijf zit.

Apple heeft het apparaat, met een scherm van 10,9 inch, namelijk de nodige verbeteringen gegeven die hem toekomstbestendig gemaakt hebben.

De dikke schermranden, de lightningpoort en de thuisknop zijn verdwenen en maken plaats voor een moderne en strakker ontwerp en de vanuit de Europese Unie verplichte usb-c-poort. Je kunt bovendien nog steeds inloggen met Touch ID, aangezien die technologie nu in de powerknop verwerkt zit.

Qua ontwerp heeft het instapmodel iets meer weg van een iPad Air, en dat spreekt ons erg aan. De processor heeft met de A14 Bionic-chipset eveneens een flinke upgrade gekregen, waardoor je hier moeiteloos op kunt werken, scrollen en gamen.

Al die mooie toevoegingen en aanpassingen hebben er wel voor gezorgd dat de goedkopere iPad duurder is dan ooit, al blijft de prijs inmiddels gestaag zakken. Online kun je hem al tegenkomen voor meer dan 50 euro onder de introductieprijs.

Wat we daarnaast vreemd vinden, is het feit dat deze iPad als je een drukgevoelige stylus wilt gebruiken, alleen ondersteuning heeft voor de eerste generatie Apple Pencil, die nog niet voorzien is van een usb-c-aansluiting. Daardoor heb je een verloopstukje nodig voor het aansluiten en opladen van de pen. De iPad is daarnaast ook compatibel met de Apple Pencil usb-c, maar die is niet drukgevoelig.

Over accessoires gesproken: voor nog eens 299 euro kun je de Magic Keyboard Folio aanschaffen en de iPad als laptop gebruiken. Hoe fijn dat toetsenbord ook is: hij is inmiddels bijna even duur als de tablet en dat vinden we een brug te ver.

Daarnaast is het zo dat een geliefde iPadOS-functie, Stage Manager, niet werkt op deze iPad. Daardoor is multitasken een grotere uitdaging op dit model dan op andere iPads.

De 20watt-oplader is ook niet de snelste in deze test, waardoor het uren kan duren voordat de accu volledig opgeladen is. Gelukkig gaat de accu wel een (werk)dag mee, waardoor je je tablet tot het einde van de dag van stroom kunt voorzien.

Pluspunten

  • Strak ontwerp

  • Krachtige processor

  • Prima accuduur

Minpunten

  • Geen Stage Manager

  • Duurder dan voorgangers

Resultaten

Op onderstaande afbeelding vind je de testresultaten van de geteste tablets.

Conclusie

Omdat we ons in deze test geconcentreerd hebben op tablets met vergelijkbare schermgroottes, valt op dat de prijzen ontzettend uiteenlopen. Maar dat laat ook zien dat er tegenwoordig weer iets te kiezen valt. Het lijkt erop dat veel smartphonemakers oog hebben voor tablets. Dat zien we ook aan andere tablets die recentelijk op de markt verschenen zijn, zoals die van Huawei, Lenovo en Xiaomi. Daarnaast maakt HMD (tot voorkort Nokia) ook nog kleine tablets, maar die fabrikant zet vooral een race naar de bodem in.

De keuze voor een tablet is wat ons betreft afhankelijk van twee belangrijke factoren: wat is je budget en in welk ecosysteem zit je al? Als Apple-gebruiker kan het handiger zijn te investeren in een iPad – dan lijkt de iPad Air 11-inch de betere optie te zijn.

Maar als je een Android- of Windows-gebruiker bent, dan staat de Samsung Galaxy Tab S9 fier bovenaan. We hebben voor deze test het basismodel meegenomen, vanwege de schermgrootte, maar voor honderden euro’s meer kun je gaan voor varianten met grotere schermen. Ze hebben overigens allemaal dezelfde kwaliteiten: mooie amoledschermen, krachtige processors en een acceptabel updatebeleid.

De Google Pixel Tablet verdient een aparte aanbeveling, voor iedereen die niet kan kiezen tussen een tablet en een slim scherm, of voor degene die zijn tablet altijd opgeladen en paraat wil hebben.