ID.nl logo
Workshop LightZone
© Reshift Digital
Huis

Workshop LightZone

Fotohobbyisten kunnen niet zonder goede fotobewerker. LightZone is een echte topper, biedt raw-ondersteuning voor de serieuze fotograaf en… is nog gratis ook. LightZone is het best te vergelijken met Adobe Lightroom; een programma waarmee fotografen miniaturen van hun foto’s bekijken zoals op een ouderwetse lichtbak om vervolgens de gewenste exemplaren te selecteren en verder te vervolmaken. Net als Lightroom herkent LightZone de raw-formaten van bijna elk denkbaar merk en type camera zodat zelfs de meest veeleisende hobbyist aan zijn trekken komt.

1. Aanmelden

Om in het bezit te komen van LightZone gaan we naar www.lightzoneproject.org. Bovenin lezen we ‘Go HERE for important registration information’ waarbij ‘HERE’ een link is. Daar klikken we op en vervolgens krijgen we Engelstalige registratie-instructies. We klikken rechts op Create New Account. In het volgende scherm vullen we een zelfgekozen gebruikersnaam (Username) in en geven we een geldig e-mailadres op. We passen zo nodig de tijdzone aan en typen het antwoord op het eenvoudige rekensommetje onderaan. Tot slot klikken we op Create New Account.
We ontvangen nu een bevestigingsmail met daarin een link die we aanklikken. Vervolgens kunnen we een wachtwoord kiezen. Als dat alles gebeurd is kunnen we voortaan inloggen met de opgegeven gebruikersnaam en wachtwoord.

2. Downloaden en installeren

Op de voorpagina van LightZone is nu een nieuw downloadvak verschenen (links onderin) waar we de laatste versie van LightZone kunnen binnenhalen. Het programma is er voor Mac, Linux en Windows en wij kiezen die laatste. We klikken op New Windows 4.0 en op de volgende pagina scrollen we omlaag en kiezen de bovenste downloadlink (als u een torrent-client hebt kunt u het programma ook langs die weg downloaden). We slaan het bestand op in een map naar keuze en openen deze map.
We starten het installatiebestand (LightZone-Installer-4.0.0.exe, 28 MB), geven zo nodig UAC-toestemming, klikken op Next, Next, Next en Finish.
LightZone wordt nu gestart. We sluiten het helpvenster dat automatisch is geopend en kiezen in de zoekboom links een map waarin zich foto’s bevinden (Afb.1).

©CIDimport

3. Browsen

LightZone kent twee onderdelen; de editor en de browser. Bij aanvang van het programma bevinden we ons in die laatste. We zien links de mapstructuur waar we doorheen kunnen bladeren, onderin de miniaturen van alle afbeeldingen in de map inclusief die in raw-formaat, in het midden een geselecteerde afbeelding in groter formaat en rechts gegevens over de getoonde foto.
De miniaturen kunnen we groter of kleiner maken met de schuifregelaar bij Thumbnail Size. Daarnaast kunnen we de manier van sorteren aanpassen. Standaard gebeurt dit op bestandsnaam maar het kan bijvoorbeeld ook op datum waarop de foto gemaakt is of waarop deze voor het laatst bewerkt is. Handig voor fotografen is de optie om te sorteren op bijvoorbeeld sluitertijd of diafragma.
Mocht het programma de Raw-beelden van uw camera niet goed weergeven dan kunt u op de site van LightZone onder het kopje ‘Raw Profiles’ (links onderaan) kijken of daar inmiddels een oplossing voor is.

4. Eenvoudige handelingen

In de browser kunnen we foto’s roteren en van een waardering voorzien. Voor het eerste gebruiken we de twee pijltjes bij Orient en voor het tweede het sterretje bij Rate. U kunt beide handelingen op meerdere foto’s tegelijk loslaten wanneer u deze selecteert met Ctrl+linkermuisknop. Merk op dat het vastleggen van een waardering niet werkt voor raw-afbeeldingen.
Vanuit de browser kunnen we ook foto’s wissen (Delete), afdrukken (Print) en verplaatsen (Send).

5. Converteren

LightZone kan afbeeldingen converteren. De uitvoerformaten zijn daarbij beperkt tot Tiff en Jpeg maar we hebben wel volop controle over het eindresultaat (Afb.2). Onder het kopje Advanced kunnen we een ander kleurprofiel kiezen en de resolutie en het aantal bits per kleurkanaal wijzigen.
Een speciale instelling voor professionals vinden we bij Rendering Intent. Hier kunnen we kiezen hoe de kleuren van een foto worden geconverteerd om bijvoorbeeld een idee te krijgen van het resultaat als de foto wordt afgedrukt.
Met een klik op Start wordt de afbeelding geconverteerd.
Ook dit gereedschap kunt u weer op meerdere foto’s tegelijk loslaten door deze individueel (Ctrl+linkermuisknop) of als groep (Shift+Linkermuisknop) te selecteren.

©CIDimport

6. Snel resultaat

Tot nu toe hebben we onze foto’s nog niet inhoudelijk bewerkt. Het meeste gereedschap daarvoor vinden we in de editor maar de browser biedt één tool waarmee we snel resultaat kunnen boeken: de knop Styles.
Styles biedt een aantal vooraf ingestelde bewerkingen voor verschillende zwart-witeffecten, het ophalen van details, het simuleren van HDR, het toepassen van een kleurtoon, enzovoort.
Om zo’n stijl toe te passen selecteren we één of meer foto’s en klikken we op de Styles-knop. Vervolgens kiezen we één van de standaard-instellingen. Het effect wordt direct op de hele foto toegepast (u krijgt dus geen preview) en ‘foto.xxx’ wordt onder een nieuwe naam ‘foto-1.jpg’ opgeslagen (Afb.3). Alles wat LightZone opslaat laat dus het origineel ongemoeid én bevat alle informatie van de verrichte bewerkingen zodat u die ook achteraf nog kunt aanpassen.
Met een klik op Done sluit u het venster.
Om een goed beeld te krijgen van de voorgebakken Styles raden we u aan ze stuk voor stuk te proberen.

©CIDimport

7. De editor

Elke geselecteerde foto kunnen we openen in de editor door op de grote versie te dubbelklikken, door in de foto op ‘edit’ te klikken of door Edit-modus te kiezen. De editor toont ons vervolgens links alle voorgedefinieerde stijlen, in het midden de foto, rechts het gereedschapspaneel en boven de nodige pictogrammen voor onder meer zoomen en selecteren.
Wat het gereedschapspaneel toont hangt af van de geselecteerde foto. Is dit een nog onbewerkte jpeg- of tiff-foto dan is het paneel leeg. Bewerkt u een raw-afbeelding dan worden direct de instellingen voor zo’n type afbeelding getoond en hebt u een jpeg- of tiff-afbeelding waarop u al één of meer bewerkingen hebt toegepast dan ziet u deze hier verschijnen. Deze kunt u dan ook achteraf en in willekeurige volgorde wijzigen of ongedaan maken (zie ook het tabblad History links).

8. Raw instellingen

Vanuit de browser selecteren we een raw-afbeelding en openen deze in de editor. Het gereedschapspaneel rechts toont ons nu de gereedschappen voor dit formaat. Op het ingeklapte onderdeel Raw Tone Curve komen we direct terug. Het paneel Raw Adjustments biedt schuifregelaars om belichtingstijd, kleurruis, -temperatuur en tint aan te passen. Wijzigingen in die laatste twee kunnen we ongedaan maken met een klik op As Shot. Met het pictogram daarnaast kunnen we een neutrale kleur in de foto aanwijzen om kleurzweem te neutraliseren.
Met de driehoek naast Raw Tone Curve kunnen we dit onderdeel uitklappen. Het biedt een alternatief voor de curven zoals we die in andere fotobewerkers kennen. We zien 16 grijstinten en als we daar de cursor overheen bewegen zien we in het miniatuur erboven welk deel van de foto die lichtsterkte heeft (Afb.4). Door te klikken in de balk met grijstinten brengen we markeringen aan en deze kunnen we vervolgens verschuiven voor zeer nauwkeurige controle over de helderheid van afzonderlijke delen van een foto. Voor meer informatie kunnen we het tabblad Histogram kiezen.
Alle aangebrachte wijzigingen worden weer automatisch opgeslagen in een jpg-bestand.

©CIDimport

9. Anatomie van een stijl

We selecteren in de browser een onbewerkte jpeg- of tiff afbeelding en openen deze in de editor. Vervolgens kiezen we bij de stijlen Bright Scene onder High Dynamic Range. Zoals u ziet verschijnen in het gereedschapspaneel twee vakken met instellingen (Afb.5). Deze komen overeen met twee van de pictogrammen in het gereedschapspaneel, namelijk de pictogrammen Relight en Color Balance (beweeg langzaam met uw cursor over de pictogrammen om de namen te zien).
Dit is het fundament van LightZone; elk gereedschap dat we op een (deel van een) foto loslaten heeft zijn eigen paneel met instellingen. Deze panelen kunnen we verslepen om zo de volgorde van toepassing aan te passen. Met het kruisje rechts bovenin elk paneel kunnen we de bewerking verwijderen en met het vinkje ernaast kunnen we de bewerking tijdelijk uitschakelen om het effect ervan te zien.
Zo’n verzameling bewerkingen heet in LightZone een tool stack en deze wordt voor elke foto opgeslagen. Met de twee pictogrammen bij Lift Tools in de browser kunnen we nu elke collectie bewerkingen die we op foto A hebben toegepast in één keer loslaten op foto B. Da’s ideaal wanneer u meerdere foto’s onder de zelfde omstandigheden hebt gemaakt.

©CIDimport

10. Gereedschappen 1

Bij het bewerken van foto’s zult u vooral gebruikmaken van de tools in het gereedschapspaneel. Met de ZoneMapper hebt u al kennisgemaakt. Met het pictogram ernaast (Relight) passen we de belichting aan.
Vrijwel alle gereedschappen werken het zelfde: er zijn instellingen voor het specifieke gereedschap en er is een algemeen deel. In dit algemene deel vinden we Tool Settings en Color Selection. Bij Tool Settings kunnen we instellen hoe de bewerking wordt gemengd met het origineel (Blending Mode), wat allerlei speciale effecten mogelijk maakt. Tool Opacity bepaalt de mate waarin een bewerking wordt toegepast. Op Invert Mask komen we direct terug.
Voor het gebruik van Color Selection is het handig om ook het tabblad Color Mask te kiezen. We kunnen nu elk gereedschap loslaten op alle kleuren of slechts een enkele kleur. Deze kunnen we kiezen uit een aantal presets of in de foto aanwijzen met het druppelaar-pictogram. Met de schuifjes onderaan bepaalt u het helderheidsbereik van de gekozen tint en het kleurmasker bovenin toont u welk deel van de foto bewerkt zal worden (wit) of ongemoeid blijft (zwart). Door het zelfde gereedschap voor verschillende kleurmaskers toe te passen krijgt u onbeperkte controle over het eindresultaat (Afb.6).
Overigens kunt u alles wat u doet stapsgewijs ongedaan maken met de meervoudige Undo of in één keer met Revert.

©CIDimport

11. Gereedschappen 2

De volgende gereedschappen zijn achtereenvolgens Sharpen, Gaussian Blur, Hue/Saturation, Color Balance, White Balance, Black and White, Noise Reduction, Clone, Spot en Red Eyes. Met uitzondering van de laatste drie werken ze zoals u gewend bent van andere fotobewerkers én bieden ze kleurmaskers. Spot en Red Eyes laten u met één muisklik krasjes, stofjes en rode ogen corrigeren. Het Clone-gereedschap, ten slotte, werkt iets anders dan u wellicht gewend bent. U creëert eerst een vorm om het gebied dat u wilt vervangen (zie 12) en vervolgens sleept u het kruisje links bovenin de vorm naar het gebied waarmee u het wilt vervangen (Afb.7).

©CIDimport

12. Maskers

Omdat u niet elke bewerking op een hele foto wilt loslaten en kleurmaskers niet altijd volstaan kunt u ook vormmaskers maken. Elk masker hoort bij een bepaalde bewerking. Kies eerst de bewerking (bijvoorbeeld Relight) en maak de gewenste instellingen. Kies vervolgens het vierde pictogram bij Modes (Region Mode) en selecteer tot slot één van de maskervormen Polygon, Spline of Bezier. U kunt nu met muisklikken in de foto een maskervorm maken en eindigen door te dubbelklikken op het laatste punt. Door de binnenste rand van het masker te verslepen vervaagt u de vorm meer of minder. Wanneer u een masker aanklikt wordt het een stippellijn en kunt u hem kopiëren naar andere gereedschappen. Per gereedschap kunt u een masker ook inverteren (Afb.8).

©CIDimport

13. Stijlen opslaan

Als u een tool stack hebt gemaakt (zie 9) die u heel handig vindt kunt u deze ook als stijl opslaan. Daarvoor klikt u op het Plus-pictogram bij Styles. Vervolgens geeft u de stijl een naam, kiest u een bestemming en klikt u op Save. U kunt hem nu vervolgens ook direct vanuit de browser aanroepen.

Alhoewel we de belangrijkste aspecten van LightZone wel behandeld hebben valt er nog genoeg te ontdekken. Vooral het zelf maken van stijlen om foto’s massaal en snel te bewerken maakt LightZone tot een feest voor elke fotograaf.

▼ Volgende artikel
Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?

Ben je op zoek naar een nieuwe televisie? Grote kans dat de afkortingen je om de oren vliegen. 4K, OLED, QLED... en dan ook nog die eindeloze lijst aan HDR-formaten. Vandaag zoomen we in op een specifieke term die je vaak op de doos ziet staan, vooral bij televisies van Samsung, Panasonic en Philips: HDR10+. Is het een marketingkreet of zie je het echt?

Het is een bekend scenario: je staat in de elektronicawinkel of scrolt door een webshop, en de specificatielijst van je droomtelevisie lijkt wel een geheimtaal. Fabrikanten beloven gouden bergen met termen die indrukwekkend klinken, maar waarvan de betekenis vaak vaag blijft. Toch is het zonde om deze termen zomaar te negeren, want achter die cryptische afkortingen gaan technieken schuil die je filmavond aanzienlijk kunnen upgraden. Het gaat tegenwoordig namelijk niet meer alleen om hoeveel pixels je scherm heeft, maar vooral om de kwaliteit van die pixels. Om te begrijpen waarom die plus in de naam HDR10+ zo belangrijk is, moeten we terug naar de basis.

Eerst even terug: Wat is HDR ook alweer?

HDR staat voor High Dynamic Range. Simpel gezegd zorgt deze techniek ervoor dat de beelden op je tv een groter contrast en meer kleuren hebben. Het zwart is dieper zwart en de felle lichten, zoals een explosie of de zon, knállen echt van je scherm zonder dat de rest van het beeld flets wordt. De standaardvorm hiervan heet HDR10. Dit is de basislaag die bijna elke moderne 4K-televisie ondersteunt. Maar HDR10 heeft één beperking: hij bepaalt aan het begin van de film de instellingen voor helderheid en contrast, en houdt die vervolgens de hele film vast.

©ER | ID.nl

De plus maakt het dynamisch

Hier komt HDR10+ om de hoek kijken. Die plus staat eigenlijk voor dynamische metadata. In plaats van één instelling voor de hele film, stuurt HDR10+ extra informatie mee naar je tv. Hierdoor kan de televisie het beeld scène voor scène of zelfs frame voor frame aanpassen. Zie het als een lichttechnicus die continu aan de knoppen draait om te zorgen dat elk specifiek shot er perfect uitziet, in plaats van dat hij het licht aan het begin instelt en daarna rustig koffie gaat drinken.

Wanneer zie je het verschil echt?

Klinkt goed op papier, maar merk je dit in de praktijk? Het antwoord is ja, vooral in films met veel wisselingen tussen licht en donker. Stel, je kijkt een film die begint met een scène in een zonovergoten woestijn, gevolgd door een scène in een pikdonkere grot. Bij standaard HDR10 stelt de tv zich in op het gemiddelde van de hele film. Omdat die woestijn zo fel is, kan de grot-scène er daarna wat te donker of dichtgelopen uitzien, waardoor details in de schaduw wegvallen.

Bij HDR10+ krijgt je tv, zodra de camera de grot in gaat, een seintje dat het donker wordt en het contrast moet worden aangepast. Hierdoor zie je opeens wél de details op de rotswanden en de texturen in de schaduw, terwijl de felle scènes nog steeds spathelder blijven. Kortom, HDR10+ haalt meer detail uit zowel de donkerste schaduwen als de felste hooglichten, precies op het moment dat het nodig is.

©Gorodenkoff - stock.adobe.com

Wat heb je nodig?

Om van HDR10+ te genieten, moeten alle schakels in de ketting kloppen. Allereerst heb je een geschikte televisie nodig. Vooral Samsung is de grote aanjager van HDR10+, maar ook merken als Panasonic, Philips en TCL ondersteunen het vaak. Let er wel op dat LG en Sony meestal kiezen voor de concurrent Dolby Vision.

Daarnaast moet de content (de film of serie die je kijkt) in HDR10+ geschoten zijn. Amazon Prime Video is de grootste aanbieder van HDR10+-materiaal op streaming-gebied, maar ook Apple TV+ en Google Play Movies bieden het aan. Netflix gebruikt helaas voornamelijk concurrent Dolby Vision. Tot slot ondersteunen veel 4K Ultra-HD Blu-rays het formaat ook als je liever fysieke schijfjes kijkt.

Direct aanschaffen dan maar...?

Is HDR10+ een reden om je huidige tv direct bij het grofvuil te zetten? Nee, dat niet. Maar sta je op het punt een nieuwe tv te kopen, bijvoorbeeld een Samsung, dan is het wel een hele fijne bonus. Het zorgt ervoor dat je films en series ziet zoals de regisseur ze bedoeld heeft: levendig, contrastrijk en vol detail. En ze hoeven tegenwoordig al helemaal niet meer de wereld te kosten.

▼ Volgende artikel
Bedankt, AI! Dit kun je tegenwoordig allemaal doen met Microsoft Paint
© Microsoft
Huis

Bedankt, AI! Dit kun je tegenwoordig allemaal doen met Microsoft Paint

Voor miljoenen gebruikers was Microsoft Paint de eerste stap richting digitale creativiteit. Kinderen tekenden er hun eerste computerkunstwerkjes in, volwassenen plakten er snel iets functioneels mee in elkaar. Sinds Windows 11 is Paint door de toevoeging van AI-functies en de ondersteuning van lagen veel slimmer geworden, zonder zijn eenvoud te verliezen.

Dit artikel in het kort

Microsoft Paint is in Windows 11 flink uitgebreid met AI-functies en ondersteuning voor lagen. In dit artikel laten we zien hoe je met Image Creator afbeeldingen maakt op basis van tekst, hoe het AI-saldo met boosts werkt en wat je kunt verwachten van functies als achtergrond verwijderen en generatief wissen. Ook leggen we uit hoe lagen werken in Paint en hoe je meerdere afbeeldingen en tekst combineert tot één geheel. Zo ontdek je dat Paint inmiddels veel meer kan dan alleen tekenen.

Lees ook: Van prompt tot filmpje: zo maak je je eigen AI-video met Bing Video Creator

Geen download, geen licentie en altijd beschikbaar … Paint is er al sinds de vroegste Windows-versies en het is er nog altijd. Hoewel de mogelijkheden beperkt zijn, blijft het geliefd om zijn eenvoud en simpele bediening of puur vanwege nostalgie. Zelfs wie zwaardere grafische software heeft, grijpt vaak terug naar Paint om snel iets te tekenen, een schermafbeelding bij te snijden of iets te markeren. Met de nieuwe functies groeit het programma uit tot meer dan een digitaal speeltje. 

Image Creator

Met Image Creator maak je in Paint rechtstreeks afbeeldingen door simpelweg te beschrijven wat je voor je ziet. De functie gebruikt het DALL·E-model van OpenAI voor tekst-naar-beeldgeneratie. Open Microsoft Paint en klik bovenaan op Copilot. Selecteer vervolgens Image Creator om het zijvenster te openen. In de interface van Cocreator verschijnt een tekstvak waarin je beschrijft wat je wilt zien en in welke stijl. Hoe preciezer en gedetailleerder je bent, hoe beter het resultaat aansluit bij je verwachtingen.

Kies vervolgens een stijl – bijvoorbeeld Houtskool, Ink Sketch, Anime, Fotorealistisch of een andere – en klik op Maken. Image Creator genereert telkens drie varianten van je afbeelding. Selecteer de versie die je het meest bevalt om die meteen op het canvas te plaatsen.

Aan de hand van een tekstopdracht genereert Paint een afbeelding.

AI-saldo

Om afbeeldingen te genereren met Image Creator in Microsoft Paint, moet je aangemeld zijn met een persoonlijk Microsoft-account. Dit werkt doorgaans niet met een zakelijk- of schoolaccount.

Microsoft hanteert een 'fair use'-systeem voor de rekenkracht die nodig is voor AI. Voor gratis gebruikers heet dit systeem boosts. Je krijgt dagelijks vijftien gratis boosts. Eén boost staat voor één snelle generatie van een set afbeeldingen. Zijn je boosts op? Dan kun je vaak nog steeds doorgaan, maar duurt het genereren aanzienlijk langer. De boosts worden elke dag aangevuld en je kunt ze niet opsparen.

Let op: Heb je een betaald Microsoft 365-abonnement (Personal of Family)? Dan werkt het soms net even anders. Je krijgt dan vaak maandelijks een vast aantal AI-credits (bijvoorbeeld 60) die je kunt inzetten voor diverse AI-functies binnen Microsoft-apps. In tegenstelling tot de dagelijkse boosts van gratis gebruikers, worden deze credits pas aan het begin van een nieuwe maand aangevuld.

Wil je onbeperkt en snel werken? Dan ben je aangewezen op een Copilot Pro-abonnement, waarmee je dagelijks 100 snelle generaties krijgt. Losse boosts bijkopen is in de standaardversie niet mogelijk.

In het deelvenster van AI staat een knop die je naar een webpagina met je AI-tegoedsaldo brengt.

Achtergronden

Een veelvoorkomende taak in beeldbewerking is het isoleren van een onderwerp uit de achtergrond. Met de functie Achtergrond verwijderen wordt dat verrassend eenvoudig. Houd er wel rekening mee dat deze functie niet zo verfijnd werkt als in Photoshop. Bij fijne details zoals haartjes, takjes of kleine blaadjes kan Paints AI soms een wat grof resultaat opleveren.

Ook hier start je via het pictogram Copilot. Kies vervolgens Achtergrond verwijderen. Paint analyseert het beeld en probeert automatisch te bepalen wat het onderwerp is en wat tot de achtergrond behoort. Aan de rechterkant verschijnt een miniatuurvoorbeeld waarin de achtergrond vervangen is door een schaakbordpatroon. Dat is de standaardweergave voor transparantie.

Onderaan in de zijbalk staat een vierkant pictogram. Als je daarop klikt, verschijnt hetzelfde schaakbordpatroon ook in de grote afbeelding. Je kunt via dit pictogram ook een achtergrondkleur kiezen in plaats van transparantie. Wil je een afbeelding opslaan met transparantie (bijvoorbeeld nadat je een achtergrond hebt verwijderd), dan moet je een bestandsformaat gebruiken dat transparantie ondersteunt. Het veelgebruikte jpg-formaat doet dat niet. Kies in dat geval voor png, dat wel transparante achtergronden kan bewaren.

Het schaakbordpatroon geeft het transparante gebied aan

Generatief wissen

Je kunt ook het selectiegereedschap linksboven gebruiken om een object in de afbeelding te verwijderen. Kies hiervoor het gereedschap Rechthoekige selectie of Vrije vorm selectie. Zodra je een gebied hebt geselecteerd, verschijnt er een klein contextmenu naast de selectie. Kies daar de optie Generatief wissen.

Je vindt deze functie ook via de knop Copilot. Vervolgens zie je een blauwe rechthoekige animatie rond het geselecteerde object. Paint analyseert de omgeving en vervangt het object door een realistisch ogende achtergrond die past bij de rest van de afbeelding.

Eerst selecteren, dan volgt een korte animatie en daarna is de selectie verdwenen.

Meerdere vensters openen

In Microsoft Paint lijkt het alsof je niet meerdere Paint-vensters tegelijk kunt openen. Wanneer je bijvoorbeeld een afbeelding hebt bewerkt, zoals het transparant maken van de achtergrond, en je probeert via Bestand / Openen een nieuw grafisch bestand te openen, vraagt Paint je eerst om het huidige bestand op te slaan.

Toch zijn er twee manieren om wel meerdere bestanden tegelijk in Paint te openen. Houd de Shift-toets ingedrukt terwijl je op het Paint-pictogram in de taakbalk of het startmenu klikt. Of klik met de rechtermuisknop op het Paint-pictogram in de taakbalk en kies opnieuw de opdracht Paint. Daarnaast is er nog een andere methode om afbeeldingen in een bestaand bestand toe te voegen. Daarover straks meer.

Met de Shift-toets kun je meerdere Paint-vensters openen.

Creatiever in Paint? Een goede muis is het halve werk

Of je nu AI-afbeeldingen genereert, teksten toevoegt of delen van een foto wilt wegsnijden: met het touchpad van je laptop blijft het behelpen. Voor nauwkeurig selectiewerk en het fijnere tekenwerk is een fysieke muis eigenlijk onmisbaar. Je voorkomt kramp in je vingers en werkt een stuk preciezer. Let bij aanschaf vooral op de DPI (hoe hoger, hoe nauwkeuriger) en extra knoppen die je zelf kunt instellen, bijvoorbeeld voor 'Ongedaan maken'.

Hier zijn drie muizen die het werken in Paint een stuk aangenamer maken:

1. De alleskunner: Logitech MX Master 3S Dit wordt door velen gezien als de beste muis voor creatief werk. Hij is prijzig, maar ligt fantastisch in de hand. Het unieke aan deze muis is het tweede scrolwieltje bij je duim. Dit kun je instellen om in Paint horizontaal te scrollen of om in en uit te zoomen op je canvas. Daarnaast is hij extreem nauwkeurig, waardoor je pixel-precies selecties kunt maken.

2. De ergonomische keuze: Logitech Lift Ben je urenlang bezig met het finetunen van je AI-creaties? Dan ligt een muisarm op de loer. De Logitech Lift is een zogeheten verticale muis. Je houdt hem vast alsof je iemand de hand schudt. Dit zorgt voor een veel natuurlijkere houding van je pols en onderarm. Even wennen in het begin, maar daarna wil je niet meer anders.

3. De prijsbewuste optie: Trust Ozaa Je hoeft geen honderd euro uit te geven voor een goede draadloze muis. De Trust Ozaa is een prima, betaalbaar alternatief. Hij is oplaadbaar (dus geen gedoe met batterijen), ligt prettig in de hand en heeft extra duimknoppen waarmee je snel tussen vensters kunt schakelen. Een uitstekende keuze voor de hobbyist die gewoon comfortabel wil klikken en slepen.

Lagen

Lagen: verwijderen

De nieuwe Microsoft Paint (vanaf versie 11.2306.30.0 op Windows 11) ondersteunt lagen. Dit is een belangrijke stap richting meer geavanceerde beeldbewerking. Lagen werken als transparante vellen met afzonderlijke elementen die je op elkaar stapelt. Elke laag kun je apart bewerken zonder de andere lagen te beïnvloeden. Dat biedt veel meer controle en flexibiliteit tijdens het creatieproces. We tonen dit met een voorbeeld.

We beginnen met een afbeelding van een meisje. Via Copilot / Achtergrond verwijderen halen we de achtergrond weg. Klik je vervolgens bovenaan op de knop Lagen, dan zie je dat de achtergrond is vervangen door het schaakbordpatroon.

Open Lagen en verwijder de achtergrond.

Lagen: combineren

Achter het meisje willen we nu een nieuwe achtergrond plaatsen. Daarvoor klik je in bij Lagen op het plusteken, zodat er een tweede, transparante laag wordt toegevoegd. Klik op de miniatuur van deze nieuwe laag om die actief te maken. Vervolgens gebruik je de opdracht Bestand / Importeren naar canvas / Uit een bestand om een nieuwe afbeelding - de achtergrond - toe te voegen op deze tweede laag. Let op, als je vergeet eerst de juiste laag te selecteren vóór je importeert, wordt de laag met het meisje overschreven door de nieuwe afbeelding.

In Lagen kun je de laagvolgorde wijzigen door te slepen. Zorg ervoor dat de laag met het meisje boven de achtergrondlaag staat. Op die manier verschijnt het meisje op de voorgrond in een nieuwe omgeving. Wil je het meisje nog wat naar links of rechts verplaatsen? Druk dan op Ctrl+A om alles in de actieve laag te selecteren. Vervolgens verschijnt de verplaatsingshandgreep, waarmee je het onderwerp kunt verschuiven.

Wijzig de volgorde van de lagen.

Lagen: manipuleren

Wanneer je met de rechtermuisknop op Lagen klikt, dan zie je zes mogelijkheden. Je kunt de laag verbergen. Dan verschijnt er in de rechterbovenhoek van de miniatuur een oogje dat doorstreept is. Als je op dit pictogram klikt, wordt deze verborgen laag opnieuw zichtbaar. Je kunt ook de opdracht Ctrl+H (met de H van hide) gebruiken om de geselecteerde laag te verbergen.

De opdracht Dubbele laag kies je als je een laag wilt dupliceren. De opdracht Samenvoegen naar beneden gebruik je wanneer je klaar bent, om alle laaginformatie te bundelen in één laag. Dat is vooral nuttig als je de afbeelding wilt opslaan in een formaat dat geen lagen ondersteunt. De opties Naar boven en Naar beneden gebruik je om lagen te verplaatsen. Persoonlijk slepen we de lagen liever in het deelvenster. En ten slotte is er de opdracht Laag verwijderen.

Met de rechtermuisknop kun je de lagen manipuleren.

Lagen: tekst toevoegen

Je kunt ook tekst toevoegen op een aparte laag. Zorg er eerst voor dat je een nieuwe, lege laag aanmaakt via het plusteken in het lagenvenster voordat je het tekstgereedschap gebruikt. Zodra je met het tekstgereedschap op het canvas klikt, verschijnt er een extra werkbalk waarin je het lettertype, de lettergrootte en de stijl instelt. Via een schuifregelaar kies je een lettergrootte tussen 8 en 72 pt. Let wel: bij foto's blijkt zelfs 72 pt vaak te klein. Je kunt dit oplossen door handmatig een groter getal in te voeren in het veld voor lettergrootte.

In ons voorbeeld kozen we een lettergrootte van 800 pt. In de knoppenbalk bovenaan kun je zowel de tekstkleur als de achtergrondkleur van het tekstvak instellen. Klik op de bovenste grote kleurcirkel om de tekstkleur te kiezen via de kleurstalen of de kleurkiezer. Klik op de onderste kleurcirkel om een achtergrondkleur voor het tekstvak te selecteren. In de tekstwerkbalk moet je de optie Opvulling voor achtergrond activeren als je wilt dat de tekstachtergrondkleur zichtbaar moet zijn.

Hier hebben we een lettergrootte van 800 pt toegepast.

Paint is groot geworden

Kijk je naar de nieuwe mogelijkheden in Paint, dan kun je gerust zeggen dat het programma volwassen is geworden. Het is nog steeds even laagdrempelig als vroeger, maar inmiddels wel uitgerust met een AI-brein en een flink aantal nieuwe functies. Of je nu snel iets wilt knutselen of een slimme bewerking wilt uitvoeren met lagen en AI, Paint laat zien dat zelfs oude software prima meekan met de tijd. En het mooiste? Je hoeft niets te installeren of te betalen. Gewoon openen, klikken en creëren. Met of zonder AI-hulp, die keuze is aan jou!

Zeg je Paint, dan zeggen wij

(stiekem, want guilty pleasure): BOB ROSS 🎨