ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Augmented reality aan tafel met FoodStory-app

Iedereen kan nu al op internet een restaurant uitzoeken, vaak al vooraf de menukaart bekijken en een maaltijd kiezen. FoodStory is een app die met behulp van augmented reality het eten in restaurants thuis alvast op tafel laat zien, zodat je alvast kunt zien wat je krijgt. We spraken een van de makers, Idriss Iziyi.

Idriss Iziyi is medeoprichter van FoodStory. Zijn bedrijf ontwikkelt de app. Idriss: “Je zit thuis en wilt uit eten. Dan pak je FoodStory en blader je door de verschillende restaurants en menukaarten. Normaal gesproken moet je op basis van een naam en een beschrijving kiezen wat je gaat eten. Met FoodStory niet. FoodStory maakt gebruik van de camera in je smartphone. Als je die op tafel richt, dan zie je daar het gerecht staan. Naast het eten zie je de omschrijving en de prijs. Je kunt het gerecht verplaatsen, in- en uitzoomen en draaien. Aan de rechterkant van het scherm zie je de rest van de gerechten.”

Aan de basis van FoodStory ligt augmented reality. Hiermee wordt technologie bedoeld die digitale gegevens en de werkelijke wereld samenbrengt. Het verhaal van FoodStory begint met de ontwikkeling van het Arbi-cms. Samen met medeoprichter Khalid Boukdid werkte Idriss Iziyi aan dit platform. Idriss: “We zijn februari 2017 met Arbi begonnen om te kijken hoe bedrijven gebruik kunnen maken van augmented reality. Die werken al vaak met 3D-modellen. Wij hebben een platform gemaakt waar je 3D-modellen naar kunt uploaden. Als ze eenmaal in het Arbi-cms staan, kun je met een app de modellen bekijken als een augmented-reality-ervaring.”

Bij de ontwikkeling werd rekening gehouden met een belangrijke valkuil van augmented reality. Vaak worden dit soort projecten vanuit een specifieke context benaderd. Daarvoor wordt vervolgens een augmented-reality-oplossing ontwikkeld. Blijft interesse in de content uit, dan wordt de hele oplossing afgedankt.

Idriss: “Wij merken dat andere augmented-reality-bedrijven erg content gedreven zijn. Het is alsof je maanden besteedt om een film te maken, vindt men die niet leuk, dan is het jammer van je tijd. Wij willen niet de film maken, maar Netflix zijn. Daarom hebben we een heel breed platform ontwikkeld dat niet gekoppeld is aan een bepaalde doelgroep. Dat is Arbi, een engine waarmee je van 3D-modellen een augmented-reality-ervaring kunt maken. Op basis daarvan kunnen we naar wens varianten ontwikkelen.”

AR bekender maken

In de praktijk speelt er een tweede probleem voor augmented reality: het is bij het grote publiek nog niet erg bekend. Idriss: “De technologie is bij wijze van spreken al bij stap twaalf, maar de mensen zijn nog bij stap één. Vaak probeer ik het uit te leggen door een koppeling te maken met Pokémon Go. Bij sommige mensen valt de stuiver dan, maar andere hebben er dan nog moeite mee. Er is meer bewustzijn nodig. Wij denken dat FoodStory een uitstekende manier is om dat te creëren. Het is een eigen app waarmee we kunnen laten zien wat ons platform kan. Maar wij vinden dit ook gewoon heel leuk natuurlijk. FoodStory is echt onze baby. We willen dat die het goed doet.”

Wat Idriss betreft heeft FoodStory de waarde van het Arbi-platform al aangetoond. “We hebben de eerste versie heel snel kunnen maken. Dat was echt binnen weken en dat kon dankzij Arbi. Als we FoodStory vanuit het niets hadden willen maken, dan hadden we een paar maanden nodig gehad, zelfs met een stevig budget en heel goede ontwikkelaars. Dat is de waarde van Arbi. Als er een nieuwe ‘vertical’ is waarin je zou willen starten, dan is het grote ontwikkelwerk al gebeurd. We kunnen heel snel schakelen.”

©PXimport

Met de ontwikkeling van een app alleen ben je er nog niet. Op dit moment wordt heel hard gewerkt aan het vullen van FoodStory met gerechten. De app bevat de menukaarten van zes restaurants. Daar ligt de aandacht van het team. Idriss: “We doen nu ons best om gewoon lekker veel restaurants in de app te krijgen. Op die manier heb je veel keuze. We hopen snel boven de honderd restaurants uit te komen, wat overeenkomt met duizend gerechten.”

3D-model van maaltijden

Om in de app te komen, is speciale fotografie nodig. Voor dat doel is een eigen draagbare fotostudio ontwikkeld. Idriss: “Als een restaurant, hotel of cateraar zegt ‘wij willen graag met jullie meedoen’, dan komen wij op bezoek. In onze draagbare mini-studio gebruiken we een draaitafel en een spiegelreflexcamera die gekoppeld zijn aan een app. We zetten een gerecht op de draaitafel en drukken op start. Daarna worden automatisch foto’s gemaakt, waarbij de draaitafel steeds tien graden draait. In totaal maken we 108 foto’s per gerecht.”

Met die foto’s kan vervolgens een 3D-model gemaakt worden. Daarvoor wordt software gebruikt die ‘fotogrammetrie’ toepast. Dit is een klassieke fotografietechniek in een digitaal jasje, waarmee maten uit foto’s worden gedistilleerd. De techniek wordt onder meer gebruikt om contourlijnen op topografische kaarten te bepalen. FoodStory gebruikt het om op basis van een gefotografeerde maaltijd een 3D-model te maken. Dit model wordt vervolgens in de app opgeslagen.

Het digitaliseren van eten is niet alleen een kwestie van foto’s maken en de computer aan het werk zetten. Idriss: “Het 3D-model dat we maken is niet meteen perfect. Afhankelijk van het gerecht is daar wat retoucheerwerk voor nodig. Hoeveel hangt van het gerecht af. Hoe vlakker en hoe minder textuur, hoe minder werk wij hebben. Soep, biefstuk of kip komt er eigenlijk altijd gelijk goed uit. Het moeilijkste zijn salades, die hebben veel kleine, dunne delen. Maar zolang er genoeg referentiepunten zijn, kunnen we een gerecht levensecht namaken.”

©PXimport

Het eindresultaat is een 3D-model van een bord eten. Dat model kun je draaien en doet denken aan websites met 360graden-foto’s. Maar in tegenstelling tot zo’n webfoto kan een FoodStory-maaltijd helemaal rondom bekeken worden. FoodStory neemt foto’s vanaf drie verschillende hoogtes. Eén serie op gelijke hoogte met het gerecht, één vanaf 45 graden en één van recht bovenop. Dat maakt het mogelijk om in de app het bord eten rond te draaien en van de zijkant tot bovenaf te bekijken.

Voor toekomstige ontwikkelingen aan FoodStory zijn mogelijkheden te over. Zo zijn er al gesprekken gaande met twee partijen uit de thuisbezorgingswereld. FoodStory sluit vanzelfsprekend goed aan op een app waarmee je via de smartphone bezorgmaaltijden kunt bestellen. Aangezien deze gesprekken nog in een wat vroeg stadium zitten, zijn de namen van de geïnteresseerde partijen nog niet openbaar.

Toekomst van AR

Buiten de FoodStory-app om biedt augmented reality mogelijkheden genoeg. Ook de techniek waarmee augmented reality mogelijk wordt gemaakt is stevig in beweging. Op dit moment zijn er vier soorten apparaten om digitale gegevens op de wereld te projecteren. Dat kan zoals FoodStory dat doet via een tablet of smartphone met de camera. Dan zijn er de brillen zoals de HoloLens van Microsoft of de (inmiddels naar de achtergrond verdwenen) Google Glass. Ook wordt er gewerkt aan projectoren die hologrammen kunnen projecteren.

Over ar-brillen is Idriss niet erg enthousiast. “We hebben hier een tijd terug een discussie over gevoerd. Welk platform gaat het winnen binnen de AR? Tenzij er een enorm gave bril op de markt komt, zie ik dat niet zo snel gebeuren. De ar-vorm die op dit moment wint zijn gewone tablets en telefoons. Mensen hebben al zo’n apparaat. De volgende logische stap is naar een techniek waarbij geen apparaat nodig is. Dan gaat het daarna vanzelf over op contactlenzen of projectietechniek.”

Mede met de voorkeur van consumenten voor mobiele apparaten in het achterhoofd is daarom gekozen voor een app. Idriss: “Het is een kwestie van FoodStory downloaden en gebruiken. Mensen kunnen al met apps omgaan. Ze weten hoe het werkt en vertrouwen het. De drempel is daarom veel lager. Het is de meest voor de hand liggende optie.”

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.