ID.nl logo
Zekerheid & gemak

6 redenen waarom het erg is dat de iPhone 7 geen hoofdtelefoonaansluiting heeft

De meest opvallende feature van de iPhone 7 is het ontbreken van de hoofdtelefoonaansluiting. Apple noemt het zelf 'dapper', maar het is ook een beetje een rare keuze. Is het weglaten van die aansluiting wel slim? We zetten een paar argumenten op een rij waarom dat niet zo is.

Er zijn ook genoeg argumenten waarom het weglaten van de hoofdtelefoonaansluiting wél een goed idee is. Lees hier ook: '6 redenen waarom het niet zo erg is dat de iPhone geen 3,5 mm heeft'.

1. Er is nog geen waardige opvolger

Verandering is niet per definitie slecht, maar ook niet altijd per definitie nodig. Het spreekwoord "If it isn't broke, why fix it?" gaat ook bij de 3,5 mm-poort op, want die werkt nog precies zoals het hoort. De klassieke hoofdtelefoonaansluiting is één van de meest universele aansluitingen die er bestaan: Plug and play, werkt op alle mogelijke apparaten zoals telefoons en computers, en iedere koptelefoon heeft dezelfde aansluiting. Waarom zou je dat veranderen?

Er is bovendien geen goed of zelfs beter alternatief beschikbaar, of zelfs maar in de maak. Waar micro-usb langzaam maar zeker wordt vervangen door het universelere usb-C, is er nog geen opvolger voor 3,5 mm die meer opties biedt, of beter geluid, of wat dan ook. En waarom niet? Omdat 3,5 mm zo goed werkt! Er is simpelweg geen gedegen reden het te vervangen.

2. Bluetooth is nog steeds slecht in het gebruik

Bluetooth werkt nooit goed

Laten we wel wezen: Bluetooth is niet goed, en dan drukken we ons nog conservatief uit. Apple zegt dat bluetooth-headsets de toekomst zijn, maar de draadloze techniek is nog lang niet goed genoeg om met analoge 3,5 mm te concurreren. Bluetooth koppelen is voor veel gebruikers nog een pijnlijk irritant proces, de verbinding valt regelmatig weg en eens in de zoveel tijd vergeet je telefoon ineens alle gekoppelde apparaten. Natuurlijk zijn er gebruikers bij wie bluetooth bijna altijd goed werkt, maar voor de meerderheid van de gebruikers werkt bluetooth nog lang niet goed genoeg.

En zelfs als dat wel zo is, dan is er altijd nog het feit dat bluetooth muziek comprimeert. Niet alleen minder kabels, maar ook minder geluid dus.

3. Het zet de deur open naar meer DRM

Eén van de laatste dingen die we in de muziekindustrie willen zien is nóg meer DRM. Met digitale audio wordt het voor Apple nog makkelijker om muziek op een bepaalde manier te serveren, bijvoorbeeld door een bepaalde koptelefoonfabrikant te blokkeren of meer auteursrechten te plaatsen op bepaalde muziek. Vergezocht? Misschien, maar bedenk wel dat Apple heel veel baat heeft bij een gesloten muziekecosysteem door onder andere Apple Music én hoofdtelefoonmerk Beats By Dre. Puur digitale muziek, dat levert problemen op.

4. Er ontstaat meer fragmentatie

Apple heeft er altijd een handje van gehad om van de norm af te wijken, maar heeft ook veel invloed gehad op standaarden en industry practices. Denk bijvoorbeeld aan de iPhone zelf. Er waren al eerder slimme telefoons, maar Apple kwam met hét moderne model van de smartphone.

Apple was ook het bedrijf dat zijn telefoons standaard met een gesloten achterkant maakte waardoor je niet zomaar bij de accu kon. Inmiddels hebben vrijwel alle moderne telefoons dat (met positieve shout-out naar Microsofts Lumia's!). En Apple is nog steeds het enige bedrijf dat stug zijn eigen versie van NFC blijft ondersteunen. Als Apple een nieuwe standaard zet, is het niet ondenkbaar dat andere bedrijven ook met het idee aan de haal gaan. Sterker nog, volgens geruchten denkt Samsung daar nu al over na. Of dat echt gebeurt, is nog de vraag, maar we zouden er niet gek van staan opkijken.

5. De 'nieuwe features' voegen niets toe

Echte audiofielen gebruiken wel een alternatieve muziekspeler

Draadloze hoofdtelefoons die via een digitaal kanaal worden aangestuurd bieden volgens Apple grote voordelen. Je kunt bijvoorbeeld een grotere DAC in je hoofdtelefoon zetten, die het geluid beter converteert en dus betere muziek kan weergeven. De vraag is: Wie zit daar eigenlijk op te wachten? Als je écht audiofiel bent, dan zijn er meer dan genoeg alternatieve muziekspelers, of zelfs telefoons die zich op audiofielen richten.

Bovendien willen audiofielen niet alléén op hun iPhone muziek luisteren. Ze willen dat ook thuis, op hun wellicht betere muziekspeler. Die mensen moeten óf een dongle kopen, of meerdere koptelefoons gebruiken. De groep mensen die betere audio op hun iPhone willen, is veel te klein om te verantwoorden dat de 3,5 mm-aansluiting verdwijnt.

Bovendien is er het argument dat er in een digitale kabel meer bediening voor je telefoon kan worden toegevoegd. Maar dat konden 3,5 mm-koptelefoons ook al, bijvoorbeeld door de muziek op pauze te zetten. Heb je echt behoefte aan bediening via je koptelefoon?

6. Dongles zijn altijd slecht design

De accessoire mag dan nog zo mooi gemaakt zijn, maar een dongle is eigenlijk het schoolvoorbeeld van slecht design. Geen enkele dongle in de geschiedenis is mooi en functioneel geweest, maar hooguit "niet heel slecht". Een dongle is onhandig, klein, duur, en daarmee bijzonder gebruiksonvriendelijk. Geen enkele gebruiker zou een dongle moeten hoeven gebruiken, en als hij daar zoals nu toe gedwongen wordt is dat een belediging voor hem of haar.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.