ID.nl logo
Hoofdtelefoon versus oortjes
© Philips
Huis

Hoofdtelefoon versus oortjes

Een grote hoofdtelefoon of heel discrete oordoppen: wat moet je kiezen? Die vraag kun je niet zomaar snel even beantwoorden. Veel hangt af van wat je wilt gaan doen. Tijd voor een 'hoorcollege' van ID.nl.

🎧 In dit artikel ontdek je alles over de verschillen tussen hoofdtelefoons en oortjes en in-ears. Welke soorten hoofdtelefoons zijn er? | Welke oortjes zijn er? | Wat zijn de voordelen en nadelen van hoofdtelefoons en oortjes? | Wanneer kies je welke type?

Misschien heb je ook wel oren naar het artikelWat is het verschil tussen een hoofdtelefoon, oortjes en TWS?


Meld je aan voor het Koptelefoonwijzer Eindrapport 2024

Door het invullen van jouw naam en e-mailadres meld je je aan voor ontvangst van de Kieskeurig.nl Koptelefoonwijzer-resultaten. Tevens ben je ingeschreven voor de Kieskeurig.nl nieuwsbrief.

‘Personal listening’. Zo wordt het luisteren via een koptelefoon ook wel eens aangeduid. Deze benaming geeft meteen het grote verschil met muziek via speakers weer. Alleen jij hoort de muziek (of film- en gamegeluid). Perfect voor onderweg of thuis als je niemand anders wilt storen. Ook op het werk of in de sportschool is het handig dat enkel jij je muziek hoort, toch?

Persoonlijk luisteren kan op twee manieren: via een koptelefoon of via oortjes (ook wel: IEM of in-ear monitors, in-ears of oordoppen). Wellicht kun je je bij die beide termen iets voor de geest halen. In de praktijk is de variëteit enorm: van piepkleine oortjes die je bijna niet ziet tot grote studiokoptelefoons waar je echt niet naast kunt kijken.

💡 Goedkoop/duurkoop Zeer goedkope koptelefoons en oortjes zijn vaak minder duurzaam. Als je van plan bent om ze heel intensief te gebruiken, bijvoorbeeld elke dag voor woon-werkverkeer, is het goed om een solide exemplaar te kiezen van goede kwaliteit en uitgerust met accessoires zoals een case en vervangbare oorkussens of doppen.

Welke koptelefoons zijn er?

Hoofdtelefoons kun je op verschillende manieren opdelen. Een manier is kijken naar de pasvorm en naar hoe de oorkussens zijn gevormd. Als de oorkussens klein zijn en op je oren zelf rusten, spreek je van on-ears. Ze passen letterlijk op je oorschelpen. On-ear hoofdtelefoons zijn wat kleiner dan over-ears, waardoor ze in de smaak vallen bij mensen die niet graag met iets groot rondlopen. Ze zijn vaak ook iets lichter. Vaak kun je dit type koptelefoon opvouwen, waardoor opbergen en/of meenemen makkelijk is.

De meeste hoofdtelefoons zijn echter over-ears: de oorkussens passen rond je oorschelpen. Bijgevolg ogen deze type koptelefoons iets forser en robuuster. Ze zitten doorgaans ook wel stabieler op je hoofd.

💡 Slijtage aan kussentjes Oorkussens worden uit verschillende materialen gemaakt, zoals leder, namaakleer en fluweel. Kussen verslijten relatief snel, dus het is slim om een koptelefoon te kiezen waar je ze kan vervangen.


Kijk niet alleen naar de vorm, maar óók naar de functies en techniek!

Een andere manier van hoofdtelefoons opdelen is kijken naar hun functie. Zo heb je hifi-hoofdtelefoons die eerder voor thuis bedoeld zijn en inzetten op geluidskwaliteit, DJ-koptelefoons die heel robuust gebouwd zijn en meestal ontworpen zijn voor clubmuziek, studiokoptelefoons met een neutralere geluidsweergave en mobiele koptelefoons die ontworpen zijn om onderweg te gebruiken.

Het zijn vooral die laatste die je met of zonder kabel (bluetooth) kunt krijgen. De drie andere soorten zijn bijna altijd met een kabel. Gamingheadsets zijn een aparte categorie: ze kunnen draadloos of bekabeld zijn, uitgerust met (virtueel) surround, hebben een microfoon voor het chatten, en zijn soms echt gemaakt voor een bepaalde console of de pc.

En dan zijn er nog allerlei technische zaken die een verschil maken. Een open of gesloten design bijvoorbeeld. Bij het eerste zijn de drivers of luidsprekers in de koptelefoon open aan de achterkant. Dat geeft een grootse en gedetailleerde weergave, maar je hoort wel veel omgevingsgeluid. De meeste koptelefoons zijn daarom gesloten. De bassen zijn dan wat intenser en je bent afgesloten van het lawaai rondom je. Er zijn ook verschillende soorten speakers, maar exotische technieken (elektrostaten en planar-magnetic) vind je enkel bij duurdere hifi-hoofdtelefoons.

©Sennheiser

Welke oortjes zijn er?

 Ook oortjes kun je op verschillende manieren indelen. Zo heb je toestellen die losser in je oor hangen. De Apple AirPods zijn daar een voorbeeld van. Wie niet graag iets echt in zijn oor steekt, vindt dit type comfortabeler. Dergelijke oortjes voelen heel licht aan; na een tijd heb je niet door dat je ze draagt. 

Dat is anders bij in-ears die echt in je oren worden geduwd. Aan het uiteinde van elk toestel heb je doppen of tips gemaakt uit een zacht materiaal zoals silicon of schuim. Deze duw je wat samen als je de in-ears in je oor stopt, zodat je een goede afdichting krijgt. Dit zorgt ook voor optimale bassen. Als je een bepaald dopmateriaal niet leuk vindt, dan kun je die doppen altijd vervangen door een ander soort. Bij de meeste in-ears krijg je drie of vier paren van deze doppen. Elk paar is een ander maat. Oren (dus ook de oorschelpen en de openingen naar je oorkanalen) zijn bij elk mens anders. 

💡 Besteed tijd aan de doppen De juiste doppen uitzoeken is belangrijk. Anders klinken met name bassen heel zwak en zullen de oortjes wellicht uitvallen als je begint met bewegen.

Bekabeld oortjes verliezen fors terrein ten opzichte van draadloze oordoppen of TWS (True Wireless). Maar je kunt zeker nog in-ears met kabel vinden, vooral budgettoestellen en meer audiofiele modellen. Deze hifi-oortjes kunnen zelfs vele honderden en zelfs duizenden euro’s kosten. Het ultieme zijn audiofiele modellen of in-ears bedoeld voor muzikanten waarbij er doppen op maat worden gemaakt. Deze oortjes zien er vaak heel chique uit. 

Oortjes zijn de populaire keuze in de sportschool. Je hebt dan ook veel modellen die zweetbestendig zijn en extra goed blijven zitten. 

Op technisch vlak is er een kloof tussen oortjes met één luidspreker of met meerdere. Je hebt zelfs in-ears waarin 18 speakers of meer worden gepropt – een echt technisch huzarenstukje. Meerdere speakers zijn echter niet per se beter.

💡 Let op de maat Soms heb je een andere dop in een grotere maat nodig voor één van je oren.

©Teufel


Hoofdtelefoon of in-ears? 

Beide types hebben voor- en nadelen. Maar de belangrijkste reden om het ene type of het andere te kiezen is toch wat jij comfortabel vindt. Losse oortjes vinden veel mensen het makkelijkste om lang te dragen. Maar bij het sporten of als je moet rennen om je bus te halen vallen ze snel uit. In-ears met dopjes zijn op dat vlak beter – maar het vergt oefening om ze zonder nadenken juist aan te brengen.

Sommige bekabelde oortjes lussen het snoer achter het oor door. Zo blijven ze beter op hun plaats. Maar niet iedereen vindt het gevoel van iets achter het oor aangenaam. Hetzelfde met koptelefoons: ze kunnen heel comfortabel zijn, maar anderen vinden iets groot op hun hoofd en haar niet lekker zitten. 

Bij het sporten zijn on-ear hoofdtelefoons en draadloze oordoppen de beste keuze. Ze blijven het best zitten en beperken de warmteontwikkeling. Dat laatste is meteen ook de reden waarom dit de beste toestellen zijn om mee naar het strand te nemen. 

Lees ook: Waterdichte koptelefoon (of oortjes) kopen? Hier moet je op letten

©Philips

Geluidskwaliteit en ervaring

Op gebied van geluidskwaliteit kunnen zowel hoofdtelefoons als in-ears het ultieme bieden, daar zit het verschil niet. Wel is de ervaring net wat anders. Het contrast is het grootst tussen een open hifi-hoofdtelefoon en een in-ear met doppen. Het eerste zal live-muziek en klassieke werken heel meeslepend en gedetailleerd weergave. Maar zo’n open hoofdtelefoon kun je eigenlijk thuis in een stille ruimte opdoen. In-ears kunnen wat ingesloten klinken, de muziek zal minder alsof het op een groot podium afspeelt weerklinken. Maar goede oordoppen bezorgen je wel een heel directe en intense luisterervaring.

💡 Met of zonder microfoon Draadloze koptelefoons en oortjes hebben bijna altijd een microfoon. Dat is bij bekabelde toestellen zeker niet altijd het geval.

©Philips

Voor onderweg

Tijdens het pendelen of op reis is een over-ear koptelefoon of zijn draadloze oordoppen de beste optie. Eentje kiezen die uitgerust is met ruisonderdrukking is voor onderweg een echte aanrader, want dan zul je het minst gestoord worden door lawaai rondom je. Dat is ook een handige eigenschap in een lawaaierige open kantoor.

Kortom, je moet misschien vooraf iets meer nadenken om de juiste keuze te maken. Maar als je een paar knopen doorhakt, eindig je wel met een koptelefoon of oortjes die je met plezier zult gebruiken.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.