ID.nl logo
Wanneer slaap je nou eigenlijk slecht?
Gezond leven

Wanneer slaap je nou eigenlijk slecht?

Je hoort het jezelf vast af en toe zeggen: “Ik heb zó rot geslapen vannacht!”. Vaak is dat het gevoel dat je overhoudt aan een nacht vol gedraai en eindeloos schaapjes tellen. Maar wat als slecht slapen eerder regel dan uitzondering is? Wat kun je daar dan zelf aan doen en wanneer wordt het tijd om hulp in te schakelen?

Na het lezen van dit artikel weet je: Wat het belang van goed slapen is | Wanneer je niet goed slaapt | Wat de belangrijkste oorzaken van slaaptekort zijn. Lees ook zeker even dit artikel: Wat gebeurt er tijdens je slaap? De 4 fases van de slaapcyclus uitgelegd.

Het belang van slapen

Een goede nachtrust zorgt niet alleen voor een uitgerust gevoel, het is op vele vlakken belangrijk voor je welzijn. Tijdens je slaap herstelt je lichaam, ontspannen de spieren en verwerken je hersenen de gebeurtenissen van de afgelopen dag. Wanneer je gedurende lange tijd niet goed slaapt, dan verhoogt dat de kans op bijvoorbeeld hart- en vaatziekten, depressie, diabetes en de ziekte van Alzheimer. In het artikel Waarom goed slapen zo belangrijk is lees je er uitgebreid over.

©JADON

Een aantal slechte nachten op rij zorgen ervoor dat je je vaak humeurig en niet fit voelt.

Een goede slaap

Als volwassene heb je gemiddeld acht uur slaap per nacht nodig, maar zoals bij elk gemiddelde is dit slechts een indicatie. Sommigen zullen na vijf uur slaap uitgerust uit bed springen, andere mensen voelen zich pas na zeker negen uur slaap echt fit. Het is met name belangrijk dat je alle vier slaapfases doorloopt en dat deze cyclus meerdere malen per nacht wordt herhaald.

Volgens de Amerikaanse National Sleep Foundation slaap je goed als je deze vier vragen met een ‘ja’ kunt beantwoorden:

• Slaap je minimaal 85% van de tijd dat je in bed ligt?
• Val je altijd binnen 20 tot 30 minuten in slaap?
• Word je niet meer dan één keer wakker tussendoor?
• Ben je niet langer dan 15 tot 20 minuten wakker als je in de nacht wakker wordt?

Veel voorkomende oorzaken van slecht slapen

Of je genoeg slaapt is dus heel persoonlijk, maar als je minimaal twee keer per week het gevoel hebt niet goed te hebben geslapen dan kun je al spreken van een tekort of slapeloosheid. Je hebt dan last van:

• Slecht inslapen en lang wakker liggen en/of
• Te vaak of te vroeg wakker worden

Wanneer je last hebt van slapeloosheid, dan heeft dat vaak te maken met een - of een combinatie - van onderstaande oorzaken:

• Spanning en angsten: je ligt ‘s nachts te malen over je werk, relatie, familie of iets anders dat speelt en belangrijk voor je is. Hierdoor lukt het niet om te ontspannen.
• Verstoorde hormoonbalans
: hormonen bepalen voor een groot deel de kwaliteit van je slaap. Het bekende slaaphormoon melatonine speelt een rol, maar ook het stresshormoon cortisol. Wanneer je veel stress hebt, dan maak je meer cortisol aan en dit kan ervoor zorgen dat je moeilijk in slaap valt en dat het ook niet lukt om in een diepe slaap te komen. Ook een verstoorde hormoonbalans door bijvoorbeeld de overgang kan een oorzaak zijn.
• Verstoorde biologische klok
: ons slaap- en waakritme wordt geregeld door onze biologische klok, maar wanneer je regelmatig nachtdiensten draait dan kan dit verstoord raken. Ook het jezelf te lang blootstellen aan licht, terwijl je lichaam eigenlijk wil gaan rusten, kan je biologische klok verstoren.

Deze drie belangrijke oorzaken staan ook vaak met elkaar in verbinding, want als je stress hebt, maak je ook meer stresshormonen aan, met slapeloosheid als gevolg. Bij bovenstaande klachten is het belangrijk om eerst naar de oorzaak te kijken en dan kan het helemaal geen kwaad om daarvoor hulp in te roepen. De huisarts, een slaapexpert of psycholoog kan helpen de bron van de slapeloosheid aan te pakken.

Een verouderd of slecht matras kan ook leiden tot onrustige nachten.

10 oorzaken die je zelf kunt aanpakken

Er zijn ook een aantal oorzaken waardoor je slecht inslaapt of regelmatig 's nachts wakker wordt en die je zelf relatief snel kunt oplossen.

• Slecht matras of kussen waardoor je nek- of rugklachten krijgt. Bekijk deze tips voor het uitzoeken van het perfecte bed.
• Te weinig beweging overdag: probeer tijdens je pauzes even naar buiten te gaan en te wandelen.
• ‘s Avonds laat nog eten: op een volle maag slaap je slechter.
• Voor het slapengaan op je mobiel, tablet of een ander beeldscherm kijken.
• Voor het slapengaan alcohol drinken: hierdoor slaap je misschien wel sneller in, maar je slaapt door alcohol vaak onrustiger en korter. Vermijd ook koffie.
• Lange dutjes doen overdag: beperk die powernap tot een kwartier.
• Te laat naar bed of te laat opstaan: probeer meteen op te staan zodra de wekker gaat.
• Slaapkamer is te licht: investeer in verduisterende gordijnen of probeer een slaapmasker uit.
• Slaapkamer is te warm: een te hoge lichaamstemperatuur is ook vaak een oorzaak van slecht slapen. Gooi als het even kan lekker een raam open.
• Voor het slapengaan nog intensief sporten.

©Alona Rjabceva | OtsPhoto

Een slaapmasker kan helpen om licht en prikkels buiten te sluiten.

Zo weet je hoe je slaapt

Soms heb je na een rottige nacht het gevoel dat je niet meer dan twee uurtjes hebt geslapen, terwijl dat in werkelijkheid toch meevalt. Wil je graag weten hoe goed je nu eigenlijk slaapt en of je die zo belangrijke slaapfases doorgaat? Dan kun je met een smartwatch en apps op je mobiele telefoon je slaap analyseren. Het geeft je goed inzicht in wat je ‘s nachts nu eigenlijk uitspookt en het kan een eyeopener zijn wanneer je je te vaak niet uitgerust en fit voelt.


Wat moet je doen als je soms slecht slaapt?

Wanneer je al wat langer niet aan je slaapuren komt, dan is er dus vaak een onderliggende oorzaak die eerst moet worden aangepakt. Maar wat als je af en toe slecht slaapt, is het dan beter om even uit bed te gaan of kun je beter blijven liggen? Het advies van de meeste slaapexperts is om rustig te blijven liggen, niet te piekeren en vooral niet te gaan berekenen hoeveel uur je nog hebt voordat je wekker gaat. Probeer ademhalingsoefeningen te doen, schrijf je onrustige gedachtes op of luister naar ontspannende muziek.

Lukt het na een kwartier nog niet om in slaap te vallen? Ga dan even uit bed, want de slapeloosheid kan ook komen doordat je lichaamstemperatuur nog te hoog is. Door even onder het dekbed vandaan te stappen en de koude vloer aan je voeten te voelen, daalt de temperatuur weer wat. Zet ook even een raam open in de slaapkamer als het er te warm aanvoelt.

Probeer schermgebruik in je slaapkamer tot het minimum te beperken en gebruik liever een wekker dan je mobiel om wakker te worden.

Uitslapen: goed of slecht?

Uitslapen staat bij veel mensen - vooral jonge ouders - hoog op het verlanglijstje. Toch voel je je na een extra lange nacht niet altijd per se beter. Dit komt doordat je bij uitslapen meerdere keren je slaapcyclus doormaakt en vooral vaker in je REM- of droomslaap terecht komt. Dit kost je lichaam veel energie en dan kan de oorzaak zijn van dat brakke gevoel.

Met af en toe uitslapen is helemaal niets mis, maar doe dit niet langer dan twee uur langer dan je normale slaaptijd en doe het ook niet te vaak. Je biologische klok raakt anders verstoord en zo vergroot je het risico op slapeloosheid. Een dutje overdag kan ook een goeie oppepper zijn, maar ook hier het advies: doe dit niet te lang.


▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.