ID.nl logo
Schimmel in huis: hierdoor komt het en dit kun je ertegen doen
© Nando Lardi
Energie

Schimmel in huis: hierdoor komt het en dit kun je ertegen doen

Als er één ding is dat je niet in je huis wilt dan is het schimmel. Het is niet alleen vies om te zien en te ruiken, maar het is ook slecht voor je gezondheid. Waar wordt het eigenlijk door veroorzaakt? En vooral: hoe krijg je het zo snel mogelijk weer weg (en voorkom je dat het weer terugkeert)? In dit artikel lees je alles over de oorzaken en gevolgen van schimmel én leggen we uit hoe je er weer vanaf komt.

Heb je last van schimmel in huis? Daar wil je natuurlijk zo snel mogelijk vanaf! In deze handleiding bespreken we de oorzaken, gevolgen en oplossingen. Hierdoor is jouw woning weer snel schimmelvrij. • Wat zijn de oorzaken van schimmel in huis? • De gevolgen van schimmel in je woning. • Zo los je het probleem op.

Lees ook: Zo verwijder je voor eens en altijd schimmel uit de badkamer

Vocht en schimmel in huis

Schimmel houdt vooral van warmte en vocht. Aan dat eerste kun je niet heel veel veranderen (want je wilt je woning natuurlijk niet veranderen in een koelkast, zeker niet in de winter). Maar aan vocht kun je wel het nodige doen. In dit artikel focussen we ons dan ook vooral op het aanpakken van vochtprobleem. Er zijn drie hoofdoorzaken voor een vochtige woning en het ontstaan van schimmel.

1: Schimmel door condensatievocht

Waterdamp slaat neer op koude oppervlakten. In bijvoorbeeld keukens en vooral badkamers kan dat een probleem zijn. Maar wist jij dat een mens gemiddeld per dag ook bijna een liter vocht als damp verliest? Dus alleen de aanwezigheid van mensen is al genoeg om schimmel in huis te krijgen. Kijk 's morgens als je opstaat maar eens naar de ramen van je slaapkamer: vaak zul je daar condens op zien zitten!

©Daisy Daisy

2: Schimmel door doorslaand vocht

Doorslaand vocht komt via de gevel het huis binnen. Dat komt met name voor bij oudere huizen. Muren zijn normaal gesproken behandeld met impregneermiddel dat voorkomt dat vocht de muur intrekt. Maar die werking wordt na verloop van tijd steeds minder. Bij oude huizen is de gevel soms echt beschadigd. Denk aan scheuren in de muur zelf of afgebrokkeld voegwerk dat vocht doorlaat.

3: Schimmel door opstijgend vocht

Dit type vocht is afkomstig uit de bodem. Nederland is een uitzonderlijk nat en vochtig land, waardoor dit probleem hier relatief vaak voorkomt. Het is overigens ook de reden waarom kelders in ons land niet standaard zijn. Als ze al aanwezig zijn, worden ze voornamelijk gebruikt als fietsenschuurtje of opberghok en niet als woonruimte.

Vaak is een verouderde constructie de oorzaak dat vocht via de muren omhoog kruipt. Eenmaal in de warmere gedeeltes van je woning aangekomen vormt dit een geliefde voedingsbodem voor schimmels.

De eerste signalen van een vochtig huis

Wanneer de vochtplekken zichtbaar zijn en de schimmel via de muren omhoog kruipt is het duidelijk dat je woning te vochtig is. Maar er zijn gelukkig ook signalen die je in een iets eerder stadium waarschuwen, zoals:

• Behang dat loslaat.
• Condens op de binnenkant van de ramen.
• Houtrot in bijvoorbeeld kozijnen.
• Een muffe geur.

©photo-nmsk.ru Burdun Ilja

Is mijn huis te vochtig?

Wanneer je schimmel ziet zitten, weet je zeker dat je huis te vochtig is. Maar dan is het kwaad al geschied. Je wilt liever al eerder weten of de luchtvochtigheid te hoog is, zodat je maatregelen kunt nemen. De oplossing is een vochtmeter, beter bekend onder de naam hygrometer. Dit is een goedkoop apparaatje dat de luchtvochtigheid in een percentage weergeeft. Wenselijke waardes liggen tussen de 40 en 60 procent. Bij een hoger percentage is het tijd om iets tegen het vocht te doen.

©Andrey Rochka | Irina

Gevolgen van schimmel in je huis

Schimmels zijn slecht voor je gezondheid. Meestal veroorzaken schimmels zelf geen gezondheidsproblemen, maar ze verergeren wel bestaande aandoeningen. Problemen met de luchtwegen, zoals kortademigheid en een piepende ademhaling, komen regelmatig voor. Verder hebben mensen met astma er last van en kunnen schimmels allergische reacties versterken.

De oplossing tegen schimmel

Als het even kan, pakken we een probleem bij de oorzaak aan. In dit geval is de oplossing duidelijk: voorkom een vochtig huis en je zult geen last hebben van schimmel. We kijken naar wat je kunt doen tegen condensatievocht, doorslaand vocht en opstijgend vocht.

1: Dit kun je doen tegen condensatievocht

Ventileren is het sleutelwoord! Als je in een huis leeft, voorkom je niet dat er waterdamp vrijkomt. Douchen, koken en zelfs ademhalen zorgen daarvoor. Zet wanneer het kan een raampje open. Zorg er verder voor dat ramen uitgerust zijn met ventilatieroosters.

In het koude Nederland is dat niet altijd ideaal. Heb je het snel koud? In dat geval is een mechanisch ventilatiesysteem een mooie oplossing. Moderne varianten zijn erg zuinig en efficiënt. Vooral wanneer je kiest voor en model met warmterecuperatie. Hierbij staat de (vochtige) lucht die uit je huis verdwijnt warmte af aan de (drogere) lucht die van buiten wordt aangezogen.

Lees ook: Energiezuinig ventileren in de winter, hoe doe je dat?

©Larisa

Schimmel weg?

Maak je badkamer weer mooi met een likje (schimmelwerende!) verf

2: Dit kun je doen tegen doorslaand vocht

Je woning beschermen tegen vocht dat via de gevel binnendringt vraagt om een iets grotere aanpak. Het impregneren van de gevel is de meest voor de hand liggende optie. Dat kun je als handige klusser zelfs bij je eigen woning doen. Je brengt in feite een hydrofobe laag aan die voorkomt dat vocht de muren binnendringt. Een andere optie is om de muren helemaal opnieuw te laten isoleren en een nieuwe laag aan te brengen, bijvoorbeeld van sierpleister. Dat is een stukje ingrijpender en laat je het beste over aan professionals.

3: Dit kun je doen tegen opstijgend vocht

Opstijgend vocht is op te lossen door de muren met een speciale, chemische vloeistof te injecteren. Dit is wederom een klus je die beter uitbesteedt aan een specialist. Vlak boven het grondniveau worden om de 10 cm gaten in de muur geboord. Daarin wordt een speciale vloeistof gespoten die verder de muur intrekt. Dat voorkomt dat vocht via de muren omhoogtrekt.

Je huis isoleren helpt tegen schimmel. Meer daarover lees je in het artikel Je huis beter isoleren, zo pak je dat aan!


💧 Hulp nodig van een professional?

Vraag een offerte aan voor isolatie:

▼ Volgende artikel
Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!
© andrey
Huis

Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!

Hoewel koken op gas voorlopig nog mag, is duidelijk dat de toekomst elektrisch is. Veel mensen stappen nu al over op elektrisch koken – vaak in combinatie met inductie. Ben jij toe aan een nieuwe kookplaat of wil je van het gas af? Dan is het goed om te weten hoe je zo’n elektrische kookplaat aansluit, waar je op moet letten en wanneer je beter een professional kunt inschakelen.

Na het lezen van dit artikel weet je:
  • Dat er 1-, 2- en 3-fase-aansluitingen en -kookplaten zijn
  • Hoe je met de multimeter bepaalt wat voor aansluiting jij hebt
  • Hoe je de elektrische kookplaat aansluit

Dit vind je vast ook interessant: Wat voor soort kookplaten zijn er?

Eén, twee of drie fasen: wat betekent dat?

In tegenstelling tot een gaskookplaat, die je simpelweg aan een gasaansluiting koppelt, is een elektrische kookplaat net iets technischer. Zo'n kookplaat kan worden aangesloten op één, twee of drie elektrische fasen. Welke van de drie je nodig hebt, hangt af van het vermogen van je kookplaat én van de aansluiting in je keuken.

Een 1-fase kookplaat is het eenvoudigst. Die werkt op een gewone stekker met twee pinnen, precies zoals je gewend bent van andere apparaten in huis. Deze modellen hebben een beperkt vermogen – maximaal 3680 watt – maar zijn vaak krachtig genoeg voor wie niet al te fanatiek kookt. Aansluiten is simpel: stekker erin en je kunt aan de slag.

Voor een 2-fase kookplaat heb je een zogenoemde perilex-stekker nodig, met vijf pinnen. Die zie je vooral bij iets krachtigere inductiekookplaten. Meestal worden dit soort kookplaten zonder stekker geleverd, en is het slim om een elektricien in te schakelen voor de installatie. Het benodigde vermogen ligt tussen de 3681 en 7360 watt.

Een 3-fase kookplaat vraagt nog meer stroom en werkt op krachtstroom. Ook hier gebruik je een perilex-stekker met vijf pinnen, maar je moet wel eerst controleren of je meterkast daar op is voorbereid. De aansluitwaarde ligt boven de 7360 watt en het is belangrijk dat de aansluiting klopt – anders werkt de kookplaat niet of loop je zelfs risico op overbelasting. Laat dit daarom bij voorkeur aan een vakman over.

©vectorizer88 - stock.adobe.com

Een kookplaat voor 1- en 2-fase

Je kunt ook kiezen voor een kookplaat met powermanagement. Dat is een kookplaat die je op een normaal stopcontact of op een perilex-stopcontact aansluit. Deze kookplaat kun je in de toekomst uitbreiden, als je dat wilt, maar hiervoor hoef je nu nog niet meteen de aanpassingen in de meterkast en aansluiting door te voeren. Als je wel de aanpassingen in de meterkast laat doen, heb je profijt van de kracht van een 2-fase kookplaat.

Hoe weet je welke kookplaat bij je keuken past?

Wat je kunt aansluiten, hangt af van het type stopcontact in je keuken. Heb je een standaard wandcontactdoos met twee gaten? Dan past daar alleen een 1-fase kookplaat op. Die worden meestal geleverd met stekker en snoer, zodat je hem meteen kunt gebruiken.

Zie je een perilex-stopcontact (met vijf gaten)? Dan is je keuken in principe geschikt voor een 2- of 3-fase kookplaat. Alleen weet je dan nog niet of je meterkast daadwerkelijk drie fasen aankan. Dat kun je op twee manieren controleren: met een multimeter of door in je meterkast te kijken.

Zo check je de aansluiting met een multimeter

Heb je een multimeter in huis? Dan kun je precies meten hoeveel fasen je aansluiting ondersteunt. Teken op een papier het patroon van het perilex-stopcontact en noteer per gat wat je meet. Prik met één pin in het middelste gat (de aarde) en meet met de andere pin de overige vier. Krijg je twee keer 230 volt en twee keer 0? Dan heb je een 2-fase aansluiting. Meet je drie keer 230 volt en één keer 0? Dan is het een 3-fase aansluiting. Label de gaten met ‘L’ voor stroom en ‘N’ voor nul, zodat je straks precies weet wat waar hoort.

©Dmitriy

Voordat je een kookplaat aanschaft, check je eerst de nismaat van je aanrechtblad. Meet met een rolmaat eerst de nis op in het aanrechtblad. Doe dit voor de breedte, de diepte en de hoogte. Komen de afmetingen niet overeen met de kookplaat die je graag wilt? Kijk dan of je het aanrechtblad kunt aanpassen.

Geen multimeter? Kijk in de meterkast

Heb je geen meetapparatuur? Dan kun je in de meterkast zien hoeveel fasen er beschikbaar zijn. Bij een 2-fase aansluiting zie je twee gekoppelde groepen met een hendel ertussen. Zie je vier gekoppelde groepen? Dan is er krachtstroom aanwezig en kun je dus ook een 3-fase kookplaat aansluiten – mits het stopcontact daar geschikt voor is.

©auremar

Zelf een kookplaat aansluiten

Ga je zelf aan de slag? Dan is het belangrijk dat je weet wat je doet. Elektriciteit is geen speelgoed, dus bij twijfel: bel een vakman. Heb je een 1-fase kookplaat met powermanagement die je op een normaal stopcontact wilt aansluiten? Dan moet je deze eerst correct instellen.

Leg om te beginnen een stuk piepschuim onder de kookplaat, zodat je hem veilig kunt omdraaien zonder krassen of barsten. Plak daarna de afdichtband rondom het apparaat, bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de glasrand. Begin aan de achterkant, zodat de naad niet in het zicht valt.

Open het aansluitcompartiment onder de kookplaat en controleer het aansluitschema dat daar staat. Gebruik de bijgeleverde bruggetjes om de juiste verbindingen te maken. Sluit het snoer aan: bruin op L, blauw op N en geelgroen op aarde. Zet het snoer vast met trekontlasting en sluit het klepje.

Draai nu de kookplaat weer om en steek de stekker in het stopcontact. Leg de kookplaat op z’n plek in het aanrechtblad. Houd de pauzeknop vijf seconden ingedrukt om het menu te openen. Zoek via de plusknop naar het onderdeel ‘PO’ (power) en stel het vermogen in op 3.7 in plaats van 7.4. Bevestig dit door de pauzeknop nog eens vijf seconden ingedrukt te houden. Je kookplaat is nu geschikt voor een standaard aansluiting.

Houd de stekker op de juiste positie tijdens het meten met de multimeter. Kijk hoe je de stekker in het getekende stopcontact zou steken, zodat je de juiste kleuren van de draden noteert op je tekening.

Een 2-fase kookplaat aansluiten: zo werkt het

Heb je een 2-fase kookplaat? Dan moet je eerst bepalen welke kleur draad bij welk contact hoort. Meet het snoer door met een multimeter, op de piepstand of op de Ohm-stand. Noteer welke draad bij welke stekkerpin hoort en gebruik die info bij het aansluiten.

Open vervolgens het aansluitvak onder de kookplaat en kijk welk aansluitschema je moet gebruiken. L1 en L2 koppel je aan de juiste stroomdraden, 01 en 02 aan de juiste nuldraad. Maak de trekontlasting los, sluit de draden aan zoals je eerder hebt gemeten, en zet alles weer stevig vast.

Steek daarna de stekker in het stopcontact en plaats de kookplaat netjes in het blad. Dankzij de afdichtband blijft alles goed op z'n plek. Zet vervolgens de kookplaat aan en test of alle kookzones werken. Krijg je een foutmelding? Dan is er waarschijnlijk iets misgegaan bij het aansluiten. Geen foutmelding? Dan is je kookplaat klaar voor gebruik.

©S.Engels

Het is gebruikelijk dat de pannen een licht tikkend of zoemend geluid maken tijdens het koken. Dit heeft te maken met het magnetisch veld van de kookplaat. Ruik je een vreemde geur na het installeren van de kookplaat? Dit is ook gebruikelijk en de geur trekt uiteindelijk weg.

▼ Volgende artikel
⛈️ Wat te doen bij onweer: thuis, buiten en op de camping
© Olga Yastremska, New Africa, Africa Studio
Huis

⛈️ Wat te doen bij onweer: thuis, buiten en op de camping

Vooral in de zomer is het vaak raak: code geel of code oranje wegens onweer. Weet jij wat je wél en juist níet moet doen als er een onweersbui nadert? Thuis kun je veel risico's beperken, maar juist buitenshuis – en zeker op de camping – is het opletten geblazen. In dit artikel lees je hoe je jezelf en anderen beschermt, of je nu binnen, buiten of aan het kamperen bent.


In het kort:

⚡ Onweer & thuis ⚡ Onweer & buiten ⚡ Onweer en kamperen: 🏕️ Tent 🚐 Caravan

Lees ook: Regen, regen en nog eens regen … zo voorkom je wateroverlast

Thuis tijdens onweer: veilig, maar niet zonder risico's

In huis ben je relatief goed beschermd tegen blikseminslag, zeker als het gebouw voorzien is van een goede bliksemafleider. Toch zijn er een paar voorzorgsmaatregelen die je serieus moet nemen. Gebruik bij onweer liever geen apparaten die verbonden zijn met het stroomnet of met leidingen. Denk aan de wasmachine, een vaste telefoon of een bedrade computer. Bliksem kiest daarbij meestal de makkelijkste route naar de grond, en dat zijn vaak metalen onderdelen in huis zoals koperdraden of waterleidingen.

Trek bij voorkeur de stekkers uit het stopcontact van kwetsbare apparatuur zoals computers, tv's of de router. Een stekkerdoos met overspanningsbeveiliging biedt wel wat bescherming, maar niet bij een directe inslag. Ga liever ook niet douchen of in bad, want waterleidingen kunnen de elektrische spanning van een blikseminslag geleiden.

Ramen kun je gewoon dicht houden, en als je wilt kijken naar het natuurgeweld, doe dat dan vanaf een veilige plek binnenshuis. Zorg dat huisdieren binnen zijn en zet het alarmsysteem even uit als dat storingsgevoelig is bij blikseminslag.

Buiten bij onweer: voorkom dat je zelf bliksemafleider bent

Ben je onderweg of buiten als het begint te donderen, dan is het zaak om snel te handelen.

Onthoud: als je de bliksem ziet en binnen 10 seconden de donder hoort, zit je binnen de gevarenzone. Zoek dan zo snel mogelijk een veilige schuilplek.

De veiligste plek is een gebouw met muren en een dak – bijvoorbeeld een winkel, huis of station. Een auto met metalen carrosserie is ook een prima optie. Die werkt als een kooi van Faraday en geleidt de stroom om je heen in plaats van door je heen.

Vermijd tijdens onweer open velden zoals weilanden of sportterreinen, want daar ben je letterlijk het hoogste punt. Ook hooggelegen plekken zoals duinen of heuveltoppen vormen een risico. Zoek geen beschutting onder een boom die in z'n eentje op een veld staat – dat is juist een bliksemmagneet. Blijf verder uit de buurt van metalen objecten zoals hekken, masten of fietsen, en houd afstand van water – of dat nu een meer, sloot of zwembad is.

Kun je nergens heen? Maak jezelf dan zo klein mogelijk: hurk neer op je voetzolen, houd je voeten tegen elkaar en wikkel je armen om je knieën. Ga niet liggen; zo vergroot je je contactoppervlak met de grond, wat het risico op aardstroom vergroot.

©ID.nl

Kamperen met onweer: extra opletten in tent of caravan

Kamperen geeft een gevoel van vrijheid, maar bij onweer ben je juist extra kwetsbaar. Een tent biedt geen enkele bescherming tegen bliksem, hoe stevig het doek ook is. Het metalen frame vergroot het risico juist, vooral als je op een open veld kampeert of vlak bij een losse boom staat.

Als er onweer op komst is, zoek dan zo snel mogelijk een veilig onderkomen. Een stenen sanitairgebouw, de receptie of je auto bieden veel meer bescherming dan een tent. Zit je in een camper of caravan met een metalen buitenkant? Dan ben je redelijk veilig, mits je ramen en deuren gesloten houdt en geen contact maakt met metalen delen. Stacaravans met een houten of kunststof omhulsel bieden die bescherming niet: het klopt dat ze geen stroom geleiden, maar ze voeren die ook niet af. Daardoor kan een blikseminslag via leidingen of metalen onderdelen binnen alsnog gevaarlijk uitpakken. Tijdens onweer blijf je dus beter uit de buurt van dat soort constructies.

Laat ook je elektronische spullen niet in de tent of aan opladers zitten. Berg ze los op, zonder kabels of contact met de grond.

Staan er bomen op de camping? Zorg dat je tent daar niet direct onder staat. Bij inslag kunnen takken afbreken of kan de bliksem via de wortels naar de grond doorslaan. Ook op campings in de bergen of aan open water is het risico op blikseminslag extra hoog – check bij aankomst wat de aanbevolen schuilplaatsen zijn.

En hoe zit het met de tentstokken?

Metalen tentstokken zijn niet per definitie gevaarlijk, maar ze kunnen wel extra risico opleveren bij onweer. Omdat tenten vrijwel altijd met metalen haringen in de grond staan, is er al snel sprake van een geleidende verbinding met de bodem. Bij een blikseminslag kan de stroom zich dan via het frame en de haringen verspreiden, met risico voor wie zich in de tent bevindt. Daarom blijft het advies: verlaat bij onweer de tent en zoek een écht veilige plek op.

Tot slot: een goede voorbereiding helpt

Kijk altijd naar de weersvoorspelling voordat je op pad gaat. Veel weerapps geven een melding bij onweerskansen, vaak met een tijdsindicatie en locatie. Op de camping is het handig om bij aankomst al te weten waar je naartoe kunt bij slecht weer.

Zorg ook dat je zaklamp, powerbank en radio of noodaccu paraat hebt als je kampeert, voor het geval de stroom uitvalt. En vooral: blijf rustig. Onweer is gevaarlijk, maar met de juiste kennis en voorzorgsmaatregelen voorkom je ongelukken.

🔦 Voor als de stroom uitvalt

Licht in de duisternis!