ID.nl logo
De meest voorkomende misverstanden over warmtepompen
© Grassetto
Energie

De meest voorkomende misverstanden over warmtepompen

Ze zijn duur, als het koud is werken ze niet, in oude huizen kun je er niets mee… over warmtepompen bestaan heel wat misverstanden. Tijd om de feiten van de fabels te scheiden!

1: Warmtepompen zijn duur

Het zou flauw zijn te ontkennen dat de kosten voor de aankoop en installatie hoog zijn. Een lucht-waterwarmtepompsysteem is nog steeds duurder dan een hoogrendement gasketel, maar tóch helpt een goed geïnstalleerde warmtepomp de energiekost te verlagen. Hij is goedkoper in verbruik, goedkoper in onderhoud en hij gaat langer mee. Bovendien heb je bij renovatie recht op een stevige subsidie. De subsidiebedragen zijn per 3 januari 2022 nog opgehoogd. Voor een hybride lucht-waterwarmtepomp krijg je nu bijvoorbeeld tussen de 1.950 tot 3.000 euro overheidssteun. Afhankelijk van het model kan dat betekenen dat de aanschafkosten meer dan gehalveerd worden, op voorwaarde dat de warmtepomp geplaatst wordt door een gecertificeerd installateur. Voor een zelfstandig werkende all-electric warmtepomp zijn zelfs hogere subsidiebedragen beschikbaar: van 1.950 tot 3.750 euro. Hoe hoger het vermogen, hoe hoger de aankoopprijs – maar óók hoe hoger het subsidiebedrag.

De overheid heeft dit jaar de subsidies voor warmtepompen verhoogd.

2: Warmtepompen maken lawaai

Dit gerucht stamt uit de tijd dat warmtepompen voor het eerst op de markt kwamen. Het waren destijds inderdaad logge, grote en lawaaierige appraten. Ondertussen zijn ze veel compacter en stiller omdat de technologie op gebied van geluidsreductie verbeterd is. Ook zijn warmtepompen in vergelijking met vroeger veel efficiënter geworden, zodat ze minder hard moeten werken en dus nog minder geluid maken. Het geluid van een lucht-waterwarmtepomp is vergelijkbaar met een koelkast. De belangrijkste bron van geluid is de ventilator van de pomp die lucht door het systeem trekt.

Goed om te weten: de overheid verbiedt warmtepompen die storend lawaai maken. Ook goed om te weten: je zult het geluid ook eerder opmerken als je in een flatgebouw woont en de buiten-unit aan de muur hebt gemonteerd.

Lees ook ons artikel Het geluid van een warmtepomp.

©Dragana Gordic

In Europa gelden er strenge geluidsnormen voor warmtepompen.

3: Warmtepompen werken niet of nauwelijks als het vriest

Het klopt dat het rendement van de warmtepomp negatief wordt beïnvloed door de koude. Ze presteren dan 20% minder in vergelijking tot hun maximale efficiëntie. Maar zelfs in hartje winter werken ze nog minstens 2,4 keer efficiënter dan de gasbrander. Een warmtepomp heeft doorgaans een rendement van 300% tot 400%. De beste gasbrander kan slechts een rendement van 98% halen. Bij vriestemperaturen tot -20° Celsius blijft de warmtepomp de woning van energie voorzien, maar hij verbruikt wel meer elektriciteit. Bovendien moet je je afvragen wat de minimumtemperatuur is die een verwarmingsinstallatie moet kunnen opvangen. Als je daarin overdrijft, kom je uit bij een installatie die te krachtig (overgedimensioneerd heet dat) en dus nodeloos duur is. Enerzijds moet de warmtepomp optimaal comfort kunnen garanderen in de koudste periode van het jaar, anderzijds mag ze niet overgedimensioneerd zijn.

De gemiddelde wintertemperatuur in Nederland is volgens het KNMI 3,9°C. De laagste temperatuur ooit gemeten in Nederland was -24°C op 27 januari in 1942. Statistisch gezien komt dit laagterecord slechts eens in de 1600 jaar voor. Bovendien was toen de wereldgemiddelde temperatuur 0,8°C lager dan nu. Dat we dit kouderecord in Nederland ooit nog verbreken, wordt dus steeds onwaarschijnlijker. Daarom hoef je je met een warmtepomp die een buitentemperatuur van -20° Celsius aankan, geen zorgen te maken.

De warmtepomp kan een temperatuur van -20°C aan.

4: Warmtepompen zijn uitsluitend bedoeld voor nieuwbouw

Sterker nog, straks worden warmtepompen verplicht in elke nieuwbouw! Maar: ook bij renovaties van bestaande woningen kunnen ze vaak een goede keuze zijn. Kúnnen: wanneer je enkel het dak isoleert en dubbel glas plaatst, dan zal deze inspanning nauwelijks volstaan om voldoende rendement van de warmtepomp op lage temperatuur te garanderen. Er bestaan echter ook lucht-waterwarmtepompen die een hoge temperatuur produceren om in een minder goed geïsoleerde woning te installeren. In principe kun je die gebruiken om de woning met gewone radiatoren te verwarmen. Deze warmtepompen zijn wel duurder en minder efficiënt dan een luchtwarmtepomp op lage temperatuur. Wil je een minder goed geïsoleerde woning toch graag verwarmen met een warmtepomp dan behoud je de bestaande verwarmingsketel en je koppelt die aan een hybride lucht-waterwarmtepomp. Zo’n hybride warmtepomp zal dan je woning het grootste deel van het seizoen verwarmen op lage temperatuur. In de koudste periode springt de gas- of stookolieketel bij. Ga je echt voor een doorgedreven energetische renovatie waarbij je de bouwschil (ramen, dak, vloer en muren) grondig aanpakt, dan is de keuze voor een warmtepomp veel voor de hand liggender.


Lees ook ons artikel Is mijn huis geschikt voor een warmtepomp?

Er zijn voldoende warmtepomp-oplossingen, niet alleen voor nieuwbouw maar ook voor renovatie.

Weten welke warmtepomp bij jou past?

Doe de check op Kieskeurig.nl en je weet het binnen 5 minuten!

5: Warmtepompen werken alleen met vloerverwarming

Warmtepompen hebben meer tijd nodig om huizen op te warmen dan de traditionele ketels. De gemiddelde uitvoertemperatuur van de warmtepomp varieert tussen 35°C en 45°C, waar dat bij een traditionele ketel tussen de 60°C tot 65°C ligt. Om het huis warm te krijgen met een warmtepomp die werkt met lage temperatuurverwarming heb je een grote warmteafgever. Een vloer bijvoorbeeld. Warmtepompen en een vloerverwarmingssysteem zijn dus een uitstekende match. Maar warmtepompen kunnen ook samenwerken met radiatoren, op voorwaarde dat deze radiatoren groter zijn dan degene die je nodig hebt met een gasketel. Als vuistregel geldt dat je met de warmtepomp radiatoren moet installeren die twee en een halve keer groter zijn dan normaal om dezelfde warmteafgifte te leveren als met een gasketel. Dat betekent dat je in het gemiddelde huis een aantal radiatoren moet vervangen door grotere om een warmtepomp te kunnen gebruiken. Daarnaast zijn er ook de warmtepompen die een hoge uitvoertemperatuur leveren, waar we het hierboven over hadden. Ze werken prima samen met radiatoren.

Warmtepompen werken het beste met vloerverwarming, maar er zijn ook andere mogelijkheden.

6: Warmtepompen nemen heel veel ruimte in beslag

Als mensen dit zeggen, gaat het meestal over de binnen-unit. Of dit inderdaad zo is, hangt af van het type warmtepomp dat je kiest. Over het algemeen vraagt een warmtepompinstallatie meer ruimte dan een cv-ketelinstallatie. De cv-ketels zijn de afgelopen decennia trouwens wel steeds kleiner geworden. De binnen-unit van een hybride warmtepomp neemt het minste ruimte in, maar je moet die wel naast de cv-ketel plaatsen. Dus ook in dat geval moet je rekening houden met extra ruimte. Een warmtepomp waarin een boiler voor 200 liter tapwater is geïntegreerd is zo’n 180 cm hoog en 60 cm breed en 60 cm diep. Wil je veel sanitair warm water, dan heb je een afzonderlijke boiler naast de warmtepomp nodig en meestal is er dan ook nog een buffervat. Dat kan qua ruimte inderdaad optellen.

Lees ook ons artikel Hoe groot is een warmtepomp?

Over het algemeen neemt een warmtepomp meer ruimte in beslag dan een cv-ketel.

7: Warmtepompen moeten altijd aan staan

Dit misverstand is ontstaan door mensen die warmtepompen hadden in een slecht geïsoleerd huis. Warmtepompen verwarmen een huis geleidelijk, waardoor het langer duurt om het gebouw te verwarmen. Als de bouwschil goed geïsoleerd is, hoeft de warmtepomp niet de hele tijd aan te staan om het huis lekker warm te houden.

Een warmtepomp hoeft niet altijd aan te staan.

8: Warmtepompen werken alleen in huizen die supergeïsoleerd zijn

Met de huidige energieprijzen is het onverantwoord om je woning niet of slecht te isoleren. Een warmtepomp vraagt inderdaad een goed geïsoleerd pand. Trouwens, elk verwarmingssysteem werkt beter naarmate het gebouw beter geïsoleerd is.

Ieder verwarmingssysteem werkt efficiënter als het huis goed geïsoleerd is.

9: Warmtepompen vergen veel onderhoud

Integendeel! Warmtepompen zijn niet onderhoudsvrij, maar wel onderhoudsarm. Het is belangrijk om de warmtepomp schoon te houden en te zorgen dat de luchtstroom niet wordt belemmerd. In een bosrijke omgeving moet je de lucht-waterwarmtepomp regelmatig een reinigingsbeurt geven. Warmtepompen hebben weinig onderhoud nodig, want in tegenstelling tot cv-ketels is er geen verbranding van fossiele brandstoffen die onderdelen vervuilt. De meeste installateurs bieden een onderhoudscontract aan waardoor ze jaarlijks of tweejaarlijks een preventieve controle uitvoeren.

Warmtepompen zijn onderhoudsarm, niet onderhoudsvrij.

Weten welke warmtepomp geschikt is voor jouw huis?

Vul de Warmtepompvergelijker in op Kieskeurig.nl en je weet het meteen
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.

▼ Volgende artikel
Zo kies je de beste mobiele airco voor je slaapkamer of werkkamer
© Schizarty
Energie

Zo kies je de beste mobiele airco voor je slaapkamer of werkkamer

Als het buiten snikheet is, wil je dat het binnen juist lekker koel blijft. Een mobiele airco helpt daarbij, zeker in kleinere ruimtes zoals een slaap- of werkkamer. Maar hoe kies je het juiste model? 

In dit artikel lees je:
  • Waarom niet elke mobiele airco even handig is voor kleine ruimtes
  • Wat de voordelen zijn van een mobiele airco ten opzichte van een vaste airco in kleine ruimtes
  • Welke soorten mobiele airco's er zijn
  • Wat het juiste koelvermogen is voor een mobiele airco in een kleine ruimte
  • Hoe je een stille mobiele airco herkent
  • Hoe je een energiezuinige mobiele airco kiest

Bekijk ook ➡️ Waar voor je geld: 5 mobiele airco's voor op de slaapkamer

Let op: we hebben het in dit artikel uitsluitend over mobiele airco's en dus niet over vaste airco's. Vaste airco's bevestig je aan de muur, terwijl mobiele airco's verrijdbaar zijn.

Mobiele airco's zijn ideaal voor kleine ruimtes, omdat ze vaak compact zijn, over een lagere koelcapaciteit beschikken (wat in het geval van kleine ruimtes juist gunstig is – zo bespaar je energie en voorkom je dat het te koud wordt in een kleine ruimte ) en je ze makkelijk van de ene naar de andere ruimte verplaatst. Je kunt een mobiele airco bijvoorbeeld nachts in de slaapkamer zetten en overdag in je thuiskantoor; zo heb je altijd verkoeling bij de hand! Op die manier hoef je ook niet twee dure losse apparaten aan te schaffen voor beide ruimtes. Mobiele airco's hebben overigens wel een afvoer naar buiten nodig, dus het apparaat moet altijd bij een raam of deur geplaatst worden. 

Alle mobiele airco's zijn in principe in staat om een kleine ruimte te verkoelen – denk daarbij aan ruimtes tussen de 10 en 25 vierkante meter. Toch kun je beter niet zomaar de eerste de beste mobiele airco kopen: ze zijn vaak behoorlijk prijzig en het zou zonde zijn om veel geld uit te geven aan een model waarvan je de helft van de specificaties eigenlijk niet nodig hebt. Ook wil je van een mobiele airco niet te veel last hebben; je wilt immers ongestoord kunnen slapen of werken. Bij het kopen van een mobiele airco voor een kleine ruimte is het daarom goed om een aantal dingen te overwegen: het type mobiele airco, het koelvermogen, het geluidsniveau en het energieverbruik. 

Soorten mobiele airco's 

Er zijn grofweg twee soorten mobiele airco's: een monoblock en een splitsysteem. Het verschil zit vooral in de manier waarop ze de warme lucht afvoeren. Een splitsysteem bestaat uit een binnenunit en een buitenunit die met elkaar verbonden zijn; de warmte verdwijnt via de buitenunit. Bij een monoblock gebeurt alles in één kast, en voert het apparaat warme lucht af via een slang die je uit het raam of de balkondeur hangt.

Een monoblock is daardoor makkelijker te verplaatsen van de ene naar de andere ruimte. Ook de installatie is eenvoudiger: je hoeft geen buitenunit op te hangen of gaten in de muur te boren. Ze zijn meestal ook goedkoper. Wel maakt een monoblock airco meer geluid, omdat omdat het warmteafvoerproces door de luchtslang deels binnen plaatsvindt. Bij een splitsysteem staat het luidruchtigste deel buiten, waardoor het binnen stiller blijft.

©kucherav

Koelvermogen

Heb je eenmaal gekozen tussen een monoblock of splitsysteem, dan is het volgende punt van aandacht het koelvermogen. Het koelvermogen van een airco wordt aangegeven in BTU, oftewel British Thermal Unit. Voor kleinere ruimtes, denk aan een oppervlakte van zo'n 10 tot 25 vierkante meter, is een vermogen van 7.000 tot 9.000 BTU voldoende. Kijk hier goed naar, want een apparaat met een te hoog vermogen voor een kleine ruimte is zonde van de energie én het geld. Te weinig vermogen is uiteraard ook niet goed, want dit koelt niet voldoende. 

Geluidsniveau

Als je een mobiele airco in de slaap-, werk- of babykamer zet, wil je natuurlijk dat het apparaat niet te veel herrie maakt. Of liever nog: dat-ie compleet stil is. Het geluidsniveau van een mobiele airco is daarom een belangrijk punt om rekening mee te houden. De meeste mobiele airco's produceren maximaal 65 decibel aan geluid. 65 decibel is vergelijkbaar met een drukke winkelstraat of verkeer dat je op de achtergrond hoort. Wil je een echt stil apparaat, kies dan voor een model met een geluidsniveau onder de 55 decibel. Sommige airco's beschikken over een speciale nachtmodus die extra stil is. Monoblock airco's zijn zoals hierboven omschreven over het algemeen luider dan splitsystemen, maar er zijn ook genoeg monoblock modellen die wél over een laag geluidsniveau beschikken. Kwestie van even goed de specificaties bekijken en vergelijken.

©natatravel

Energieverbruik

Airco's staan erom bekend niet bepaald energiezuinig te zijn. Dat geldt zowel voor vaste airco's als voor mobiele airco's, en voor die laatste zelfs nog iets meer. Toch betekent dat niet automatisch dat je jaarlijks bakken met geld kwijt bent als je een mobiele airco in huis haalt. Als je een model kiest met een goed energielabel (A++ of hoger), hou je de energiekosten zo laag mogelijk. Maar een energielabel zegt niet altijd alles, dus vergelijk modellen ook op basis van het jaarverbruik. Voor mobiele airco's in kleine ruimtes wordt een jaarverbruik tussen de 200 tot 400 kWh beschouwd als redelijk zuinig.

Afvoerslang nodig

Voor je mobiele airco?