ID.nl logo
Zonnestroom optimaal benutten
© yangphoto
Energie

Zonnestroom optimaal benutten

Als vanaf 2025 de salderingsregeling wordt afgebouwd, is het profijtelijk om je zelf opgewekte stroom zo veel mogelijk te benutten, of anders op te slaan in bijvoorbeeld een thuisbatterij. We geven je tips hoe je dat kunt doen, en zetten de mogelijkheden voor opslag op een rijtje.

De mogelijkheid om je opwekte stroom af te trekken van je verbruikte stroom – ook wel salderen genoemd – is erg gunstig als je zonnepanelen bezit. Stroom die je niet verbruikt als de zon schijnt, en dan dus teruglevert aan het net, mag je immers aftrekken van de stroom die je op een ander moment uit het net haalt. Het maakt bij de huidige regeling daarom ook niet uit op welk moment je stroom verbruikt. Dit verandert vanaf 2025 als de salderingsregeling wordt afgebouwd. Je mag dan elk jaar een steeds kleiner deel van de teruggeleverde stroom salderen (lees ook ons artikel over de salderingsregeling nu en straks). Het wordt dan óók steeds gunstiger om de stroom die je opwekt zoveel mogelijk zelf te benutten.

Nu al beginnen

Het kan ook geen kwaad om nu al zoveel mogelijk je zelf opgewekte stroom te verbruiken, of na te denken over opslag van je zonnestroom, bijvoorbeeld in een thuisbatterij. Je profiteert dan meteen als de salderingsregels van kracht worden. Bovendien help je om de belasting van het net te beperken. Zonnestroom die direct naar je verbruik gaat is zelfs niet zichtbaar op je energiemeter, die stroom saldeer je bij wijze van spreken zelf ‘achter de meter’. Een ander voordeel is dat je minder afhankelijk bent van het moment van salderen. Die verrekening vindt immers meestal pas na je contractjaar plaats.

©Dariusz T. Oczkowicz

Probeer de zelf opgewekte stroom nu al zo goed mogelijk te benutten.

Vaste verbruiksmomenten

Een deel van je stroomverbruik kun je niet afstemmen op de zonneproductie. Koken op bijvoorbeeld een inductiekookplaat doe je waarschijnlijk rond etenstijd en de televisie en lampen gaan in de avonduren aan. Op die momenten heb je nog nauwelijks productie van de zon. Overdag houd je stroom over en lever je het merendeel waarschijnlijk terug. Een gemiddeld huishouden benut maar ongeveer 30 procent van de zonnestroom direct. Om te zien of je op een bepaald moment stroom afneemt van het net, of juist teruglevert, is een energieverbruiksmanager erg praktisch. Over het uitlezen van een slimme meter hebben we een uitgebreid artikel geschreven.

©Oliver-Marc Steffen

Een deel van je verbruik kun je niet afstemmen op je productie van stroom.

Je zonnestroom benutten

Je kunt best veel doen om een groter deel van de zonnestroom te benutten. Wat natuurlijk voor de hand ligt is dat je zoveel mogelijk overdag, als de zon schijnt, je elektrische auto oplaadt. Dat is meteen één van de grootste verbruikers. Het pakket aan accu’s in een elektrische auto heeft een capaciteit van gemiddeld zo’n 65 kWh. Hoeveel je moet bijladen hangt af van je gereden afstand. Een middenklasse elektrische auto verbruikt zo’n 15 kWh per 100 km. Dat is in veel situaties al een fors deel van de hele productie. Er zijn slimme laadpalen die het ideale moment voor het opladen van je elektrische auto zelf kunnen bepalen. Ze werken in combinatie met een app of meten het overschot via een kabeltje naar de slimme meter. Je profiteert dan van je zonneproductie. Mocht je je auto overdag nodig hebben en heb je een energiecontract afgesloten met dubbeltarief, dan zorgt zo’n slimme laadpaal ervoor dat je auto ’s nachts wordt opgeladen, zodat je profiteert van het lage daltarief.

©"GREGOR JERIC gjeric@gmail.com"

Het opladen van je elektrische auto doe je idealiter met zonnestroom.

Huishoudelijke apparaten

Ook huishoudelijke apparaten als je vaatwasser, wasmachine en wasdroger zet je bij voorkeur overdag aan. Die apparaten verbruiken eveneens een flinke hoeveelheid energie. Vaak kun je ze eenvoudig voorprogrammeren, bijvoorbeeld door startuitstel te kiezen. Je moet dan nog wel ‘s ochtends je wasmachine vullen en aanzetten voordat je de deur uitgaat. Je wasdroger laten draaien als je niet thuis bent wordt overigens afgeraden vanwege brandgevaar.

Als je apparaten gaat voorprogrammeren, probeer dit dan te plannen, zodat ze niet allemaal tegelijkertijd gaan draaien en alsnog meer elektriciteit vragen dan je zonnepanelen kunnen leveren!

Andere apparaten?

Afhankelijk van jouw situatie kun je ook op andere plaatsen de zonnestroom benutten. Heb je bijvoorbeeld een warmtepomp in huis, verwarm de warmtepompboiler dan als de zon schijnt. Een warmtepomp gebruikt natuurlijk ook veel stroom voor het verwarmen van je huis, maar de piek van het verbruik ligt in de wintermaanden, als de zonneproductie beperkt is. Het opladen van je elektrische fiets kun je plannen als de zon schijnt, maar het effect is bescheiden. De capaciteit van de accu is bijvoorbeeld 130 keer kleiner dan van je elektrische auto. Bepaalde apparaten kun je wellicht vervangen. Denk aan een elektrische grasmaaier, in plaats van een model op benzine.

Schematische weergave van de opbrengst van zonnepanelen afgezet tegen de energiebehoefte van een warmtepomp, zowel in de zomer als in de winter.

Als je nu nog geen zonnepanelen hebt, kun je wellicht ook nog nadenken over de plaatsing. Bij zonnepanelen gericht op het oogsten zal de productie in de ochtend sneller starten, terwijl panelen op het westen in de namiddag meer productie geven. Zie ook ons artikel: Is mijn dak geschikt voor zonnepanelen?

©wichientep - stock.adobe.com

De positie van je zonnepanelen bepaalt deels de opbrengst per dagdeel.

SLIMME APPARATEN?

Huishoudelijke apparaten zijn meestal niet slim genoeg om zelf te bepalen of er een stroomoverschot is. Controleer bij aanschaf wat er mogelijk is. Als je handig bent kun je met software voor thuisautomatisering ook slimme automatiseringen bedenken die rekening met de zonneproductie houden.

Opslag in thuisbatterij

Je kunt ook al nadenken over oplossingen om de zonnestroom die je niet direct gebruikt op te slaan. Daarvoor kun je bijvoorbeeld een thuisbatterij gebruiken. De niet gebruikte stroom benut je daarmee op een later moment alsnog zelf. Zeker op wat langere termijn zal dat interessanter worden. Misschien staat zo’n thuisbatterij al op je oprit: je elektrische auto. In de toekomst kunnen slimme laadpalen waarschijnlijk het overschot aan zonnestroom in de auto opslaan.

Laat je een thuisbatterij installeren, houd er dan rekening mee dat ze relatief duur zijn. De prijzen beginnen bij een paar duizend euro. Dat verdien je op dit moment niet terug. Verwacht ook geen wonderen van een thuisbatterij. De meeste hebben een relatief lage capaciteit, zeker als je dat afweegt tegen de hoeveelheid stroom die je gedurende de dag verbruikt. Meestal ligt de capaciteit tussen 2 en 10 kWh. Dit vermogen wordt vaak afgestemd op de piekproductie van je zonnepanelen. Ze helpen hierdoor vooral als buffer voor de nacht of om een bewolkte periode op te vangen. Verwacht dus niet dat je met een thuisbatterij de winter door komt.

©millefloreimages - stock.adobe.com

Met een thuisbatterij kun je de opgewekte zonnestroom opslaan voor een later moment.

Vraag een offerte aan voor zonnepanelen:

▼ Volgende artikel
Tracker in je e-bike verstoppen? Dit zijn de beste plekken (en de risico's van een AirTag)
© Halfpoint - stock.adobe.com
Mobiliteit

Tracker in je e-bike verstoppen? Dit zijn de beste plekken (en de risico's van een AirTag)

Wist je dat er dagelijks tussen de 200 en 300 e-bikes gestolen worden? Als jij een elektrische fiets hebt, doe je er natuurlijk alles aan om dat te voorkomen. Maar zelfs wanneer je hem met meerdere sloten vastzet, is dat geen garantie dat dieven hem laten staan. Wordt je fiets toch gestolen, dan kan een tracker helpen om hem terug te vinden. Alleen: waar verstop je zo'n tracker het best, en welke systemen werken echt goed?

Dit artikel in het kort

📡Het verschil: bluetooth vs. GPS-trackers (en wat jij nodig hebt)
📡De 6 populairste plekken om een zender onzichtbaar te monteren
📡Wanneer moet je kiezen voor een gespecialiseerd systeem met abonnement?

Twee soorten trackers: bluetooth vs. GPS

Voordat je een tracker koopt, is het belangrijk om het onderscheid te kennen tussen de twee systemen die op de markt zijn. Het verschil zit hem vooral in de techniek en de prijs.

  1. Bluetooth-trackers (zoals de Apple AirTag): Deze zijn goedkoop (20 tot 40 euro) en compact. Ze hebben geen eigen internetverbinding of GPS, maar 'liften mee' op het signaal van telefoons van voorbijgangers.

  2. GPS-trackers: Ze hebben een ingebouwde simkaart en een eigen GPS-module. Ze zenden zelfstandig hun locatie uit, waar ze ook zijn, maar vereisen vaak wel een abonnement.

Bluetooth-trackers (zoals de Apple AirTag of goedkopere varianten) zijn inmiddels overal verkrijgbaar. De werking is heel simpel: de tracker zendt een bluetooth-signaal uit dat wordt opgepikt door smartphones van toevallige voorbijgangers. Die telefoons sturen vervolgens anoniem de locatie door via hun eigen internetverbinding. In drukke stadscentra werkt dit vaak prima, omdat er altijd wel iemand in de buurt is.

AirTag in je fiets? Dit zijn de nadelen en risico's

Rene Bolt is Chief Technology Officer bij Conneqtech, een bedrijf dat trackingsystemen voor e-bikes ontwikkelt. Volgens de expert is er op zich weinig mis met voordelige trackers, al laten de prestaties vaak te wensen over: bij budgetmodellen is de batterij vaak al na een maand leeg of blijkt de locatiebepaling onnauwkeurig, zegt hij.

Het grootste probleem zit hem volgens Bolt echter in het ontwerp. Een AirTag is bedoeld voor zoekgeraakte sleutels of tassen, niet voor gestolen fietsen. Dat brengt een onbedoeld risico met zich mee: om stalking te voorkomen, waarschuwt Apple automatisch mensen die ongewild gevolgd worden. "Een fietsendief wordt dus ook genotificeerd als er een onbekende AirTag meereist", waarschuwt Bolt. "Als hij een iPhone heeft, geeft die een alarm af en kan hij de tracker zelf opsporen."

🚲Lees ook: In 7 stappen de juiste e-bike-verzekering

©wachiwit - stock.adobe.com

View post on TikTok

Populaire verstopplekken

Juist omdát een dief vroeg of laat een melding op zijn telefoon kan krijgen, is de verstopplek cruciaal. Je wilt immers voorkomen dat hij het zendertje binnen tien seconden van je fiets plukt en weggooit. Wil je ondanks de risico's toch een bluetooth-tracker gebruiken? Zorg dan dat hij extreem moeilijk te vinden is. Populaire verstopplekken zijn onder meer een opbergvakje onder het zadel, de bidonhouder, een fietsbel, een fietstas, een fietsmand of bak, of - bij modellen met brede banden - tussen band en velg.

De meeste trackers geven een prima signaal af wanneer je ze verstopt achter de kunststof onderdelen van je fiets. "Wat je vooral niet moet doen, is de tracker inkapselen in metaal", legt Rene uit. "Het klinkt slim om een tracker binnenin het fietsframe te stoppen, maar waarschijnlijk kun je hem dan helemaal niet traceren."

Meer weten? Check dan: Zo vind je de beste GPS-tracker voor je e-bike

Fietsslot voor je e-bike: dit zijn 5 goede opties

Een tracker is vooral bedoeld voor wanneer je fiets al gestolen ís, maar dat wil je natuurlijk zoveel mogelijk voorkomen. Een goed slot dus:

ART-keurmerk: Het slot moet minimaal ART-2 gecertificeerd zijn (2 sterren).
Tweede slot: Veel verzekeraars verplichten tegenwoordig een tweede slot (ketting- of beugelslot) waarmee je de fiets aan de 'vaste wereld' (zoals een lantaarnpaal) vastzet.
Lengte:
Kies een ketting of vouwslot van minimaal 85 tot 100 cm, zodat je hem makkelijk ergens aan vastmaakt.

1. AXA Defender:Het klassieke ringslot dat op heel veel e-bikes standaard zit. Oersterk, ART-2 gekeurd en makkelijk uit te breiden met een insteekketting.
2. ABUS Iven Chain 8210: Deze ketting van 110 cm is van gehard staal, maar heeft een flexibele hoes die lakschade aan je fiets voorkomt. Uiteraard ART-2.
3. AXA Fold Ultra 90:Een compact alternatief voor de zware ketting. Dit vouwslot is makkelijk mee te nemen in de houder op je frame en vouwt uit tot 90 cm. Voldoet aan de ART-2 norm.
4. AXA Newton Promoto+ 2: Dit slot is ontwikkeld voor scooters, maar dankzij de ART-2 certificering perfect (en extra veilig) voor je e-bike. Voorzien van een neopreen hoes en geharde schakels.
5. AXA Absolute 9-90: Een modern kettingslot dat speciaal is ontworpen voor dagelijks gebruik. De '9-90' staat voor schakels van 9 mm dik en een lengte van 90 cm. Handig in gebruik en ART-2 gecertificeerd.

Netwerk en dekking

Ook de dekking van standaard winkeltrackers is niet altijd optimaal. Bolt noemt de techniek van Apple slim: doordat de locatie wordt bepaald via iPhones in de buurt, werkt het systeem perfect in de bebouwde kom of op drukke plekken. Zodra je de stad verlaat, is het een ander verhaal. In rustigere gebieden zijn er immers minder telefoons om verbinding mee te maken. "Zodra ik buiten de stedelijke omgeving kom," ziet hij in de praktijk, "loopt het signaal direct achter."

©Sebastian Rothe

Gespecialiseerd e-bike-trackers

Voor wie zekerheid wil, raadt Rene Bolt een gespecialiseerde e-bike-tracker aan. Deze systemen vertrouwen niet alleen op bluetooth, maar hebben ook een eigen internetverbinding én GPS. Een drievoudig systeem voor locatietracking dus.

Bekende voorbeelden zijn de Tracefy Bike Tracker of de AXA-IN Smart Guard (ontwikkeld door Conneqtech). Doordat ze meerdere technieken combineren, leveren ze bijna constant een sterk signaal, ongeacht waar de fiets staat. Via een app kunnen eigenaren hun fiets daardoor altijd volgen..

Keurmerk

Deze professionele trackers zijn wel een investering: gemiddeld ben je zo’n 200 euro kwijt aan installatie, plus een jaarlijks abonnement van een paar tientjes. “Toch biedt het wel een hoop waar voor je geld”, verdedigt Bolt de prijs. "We hebben een keurmerk elektronische e-bikebeveiliging van Kiwa en werken ook met verzekeraars samen die bij de duurdere e-bikes een tracker van deze kwaliteit verplichten."

Bescherm je e-bike tegen diefstal met een stevig fietsslot

En maak het dieven niet te gemakkelijk!

Aangifte en opsporing

Mocht je fiets onverhoopt toch gestolen worden, dan is aangifte doen altijd de eerste stap. Dit is verplicht voordat je bij de verzekeraar kunt aankloppen. Verzekeringsmaatschappijen werken vaak samen met particuliere beveiligingsorganisaties die gespecialiseerd zijn in het terugvinden van fietsen. "Je hebt dan een goede kans dat ze je e-bike terugvinden, maakt niet uit waar hij naartoe is vervoerd", aldus Rene.

Deze professionele opsporingsteams werken overigens liever niet met trackers zoals de AirTag, omdat het delen van locatiegegevens daarbij veel omslachtiger is dan bij een gespecialiseerde tracker. Omdat e-bikes met professionele systemen zo goed gemonitord worden, krijgen ze vaak een waarschuwingssticker op het frame. Zo weten dieven direct dat er ergens een zender verstopt zit. Dit kan al een afschrikwekkend effect hebben.

©Rostislav Ageev

Budgetoptie

Wil je niet de hoofdprijs betalen voor beveiliging? Dan kun je voor minder dan tien euro al online een eenvoudige bluetooth-tracker kopen, soms zelfs inclusief slimme opbergaccessoires. Bedenk wel dat hier een risico aan zit: als de fietsendief zelf een iPhone heeft, krijgt hij mogelijk automatisch een melding dat jouw tracker met hem meereist.


▼ Volgende artikel
Beter typen, sneller klikken: met deze Windows-trucs bespaar je heel wat tijd!
© ID.nl
Huis

Beter typen, sneller klikken: met deze Windows-trucs bespaar je heel wat tijd!

Wie nog altijd met de muis door elk menu klikt of herhaaldelijk dezelfde tekst typt, verspilt ongemerkt uren per maand. Gelukkig heeft Windows een grote voorraad verborgen sneltoetsen, verfijnde muisinstellingen en gratis automatiseringstools. Daarmee voer je voortaan elke taak in een handomdraai uit.

Wat gaan we doen?

In dit artikel ontdek je hoe je sneller werkt in Windows zonder nieuwe software te installeren. Je leert navigeren zonder muis, bestanden en tekst razendsnel bewerken en vensters efficiënt ordenen. We laten zien hoe je muisinstellingen optimaliseert, RSI-klachten voorkomt en verborgen toetscombinaties benut. Door deze trucs in je dagelijkse routine op te nemen, win je ongemerkt uren per maand – en werk je comfortabeler dan ooit.

Lees ook: Productiever en creatiever: dit kan Copilot voor jou betekenen

De basis van sneller werken is leren navigeren zonder de muis te gebruiken. Begin bij de verkenner: druk op Windows-toets+E en de bestandsbeheerder springt open, ongeacht het programma waarin je zit. Wil je direct naar de adresbalk om een pad te typen, tik dan Ctrl+L. Zodra je de gewenste map hebt gekozen, open je het contextmenu met Shift+F10; dat bespaart de omweg via de rechtermuisknop.

Wisselen tussen geopende vensters gaat bliksemsnel met Alt+Tab. Houd de toetsen ingedrukt, schuif met de pijltoetsen naar het doelvenster en laat los. Werk je met veel identieke vensters, bijvoorbeeld meerdere Word-documenten? Roep deze numeriek op. Met Windows-toets+1 open of activeer je het eerste pictogram op de taakbalk. Met Windows-toets+2 doe je dat met het tweede enzovoort.

Wanneer je een bestand een andere naam wilt geven, selecteer dat dan en druk op F2 in plaats van langzaam te dubbelklikken. Herhaal je een opdracht, zoals het hernoemen van een reeks foto's, gebruik dan de functietoets telkens opnieuw als je door de lijst bladert.

Supersnelle tekst

Wie veel typt, verspilt vaak seconden aan muisgeklungel bij het selecteren van tekst. Laat dat verleden tijd worden door je selectiepaden met het toetsenbord aan te leren. Plaats de cursor aan het begin van een woord, houd Shift ingedrukt en druk op Ctrl+PijltjeRechts om in één keer het woord te selecteren. Je voegt extra woorden toe door de pijltjestoets opnieuw te gebruiken, of je kiest Ctrl+Shift+PijltjeOmlaag voor een complete alinea.

Wil je alles in een document markeren, dan blijft de toetscombinatie Ctrl+A onovertroffen. Na het selecteren is het knippen, kopiëren of plakken met respectievelijk Ctrl+X, Ctrl+C en Ctrl+V sneller dan welke contextmenu-optie dan ook. De toetscombinatie Ctrl+Shift+V wordt vaak vergeten. Hiermee plak je de tekst zonder opmaak in allerlei apps, zoals Edge, Teams en de nieuwe Notepad.

Heb je een fout gemaakt? Bekijk je aanpassingen met Ctrl+Z en herhaal een ongedaanmaking met Ctrl+Y.

Nog een kleine tijdwinst bij het tikken: gebruik Ctrl+Backspace om direct het vorige woord te wissen in plaats van letters. Door deze commando's in je spiergeheugen op te slaan, hoef je nooit naar de muis te grijpen.

Ook selecteren is een stuk makkelijker, sneller en ergonomisch beter verantwoord met het toetsenbord.

RSI deels te voorkomen

Repetitive Strain Injury (RSI) is een verzamelnaam voor klachten aan spieren, pezen en gewrichten die ontstaan door langdurig herhaalde bewegingen of een statische houding. Wie urenlang klikt en sleept met de muis, belast vooral pols, onderarm en schouder steeds op dezelfde manier. Dat kan leiden tot zeurende pijn, tintelingen of blijvend krachtverlies, als je niets verandert.

Gelukkig kun je die belasting verminderen door vaker slimme toetscombinaties te gebruiken. Daarmee wissel je de microbeweging van je muis af met kortere, preciezere handelingen op het toetsenbord. Zo verdeel je de belasting over meer spieren en voorkom je een verkrampte hand boven je muis.

Blijf daarnaast rechtop zitten, steun je onderarmen op het bureau en neem elke dertig minuten een micropauze: even opstaan, schouders losrollen, handen schudden. Kleine aanpassingen - ook in je softwaregewoonten - houden je handen en polsen gezond en je productiviteit hoog.

Snelle muisinstellingen

Traag cursorgedrag kost meer tijd dan je denkt, maar Windows laat je de muis tot op de millimeter finetunen. Open Start, typ Muisinstellingen en klik op Muisinstellingen bovenaan de resultaten. Gebruik vervolgens Aanvullende muisinstellingen om in het klassieke venster terecht te komen.

Onder het tabblad Aanwijzeropties verplaats je de schuif Selecteer een snelheid voor de aanwijzer naar rechts. Doe dit tot de cursor de volledige breedte van het scherm kan afleggen met een ontspannen polsbeweging van vijf centimeter. Schakel Precisie van de aanwijzer verbeteren uit. Deze versnelling remt of versnelt de cursor afhankelijk van je beweging en maakt precieze kliks minder voorspelbaar.

Ga daarna terug naar het hoofdvenster en activeer Inactieve vensters schuiven. Dankzij deze functie hoef je niet langer op een venster te klikken om het eerst te activeren. Je scrolt simpelweg met het wiel boven het gewenste venster en de inhoud schuift meteen.

Windows 11 biedt veel verschillende instellingen voor je muis, ook in het ietwat verouderde, aanvullende menu.

Vensters ordenen

Zoek je constant naar het juiste venster, dan is Snap Assist je geheime wapen. Druk op Windows-toets+PijltjeLinks of Windows-toets+PijltjeRechts om het huidige venster op de helft van het scherm te plaatsen. Windows toont als je je muis beweegt miniaturen van de resterende apps. Kies met de pijltjestoets of klik een keer om de andere helft op te vullen.

Combineer daarna Windows-toets+PijltjeOmhoog om het venster in een kwadrant te krijgen, ideaal voor drie of vier documenten naast elkaar. In Windows 11 verschijnt bij Windows-toets+Z een rastermenu. Druk direct het bijbehorende cijfer in om de positie te kiezen en je handen blijven op het toetsenbord.

Wil je alles opzij schuiven? Ga dan met de muis boven de taakbalk hangen en gebruik Windows-toets+D om het bureaublad te tonen. Herhaal de toetscombinatie om de vorige indeling terug te halen.

Voor grote projecten creëer je aparte werkomgevingen met Windows-toets+Ctrl+D. Wissel daarna via Windows-toets+Ctrl+PijltjeRechts of Windows-toets+Ctrl+PijltjeLinks. Sluit een desktop met Windows-toets+Ctrl+F4 zonder dat je programma's verliest. Met deze vensterdiscipline bespaar je tijd en voorkom je ruis.

Van secondewinst naar vrije uren

Het lijkt misschien weinig om één seconde te besparen met Ctrl+Backspace of een halve muisbeweging, maar vermenigvuldig die microtijden maar eens met je werkritme en de uitkomst verrast je. Een gemiddelde kantoorwerker wisselt dagelijks zo'n zeshonderd keer tussen vensters, selecteert honderdvijftig tekstfragmenten en opent vijftig bestanden. Met de beschreven toetsen win je ongeveer één seconde per vensterwisseling en evenveel per tekstselectie. Een hergeprogrammeerde middelste muisklik scheelt nog eens één seconde bij elk bestand.

Dat levert alles bij elkaar achthonderd seconden per dag op, wat neerkomt op dertien minuten. Werk je 220 dagen per jaar, dan win je dus bijna 49 uur, oftewel ruim zes volle werkdagen, zonder de inzet van extra software. Investeer je één uur in het aanleren van deze combinaties, dan heb je dat na krap vijf werkdagen alweer terugverdiend. De rest van het jaar kun je die tijd benutten voor een training, een pauzewandeling of lekker wat eerder naar huis.

Nieuwe laptop nodig?

Op Kieskeurig.nl zie je meteen welke modellen het meest in prijs zijn gedaald

Snel starten en zoeken

Als je elke handeling via het startmenu opzoekt, verspil je kostbare seconden. Oefen daarom met het dialoogvenster Windows-toets+R. Typ bijvoorbeeld cmd en druk op Ctrl+Shift+Enter om de opdrachtprompt direct als administrator te openen.

Wil je even snel een systeemtool opstarten? De tools msinfo32, dxdiag en powercfg.cpl liggen allemaal binnen handbereik via hetzelfde venster. Voor gewone bestanden is de toetscombinatie Windows-toets+S je ideale zoekfunctie. Nadat je een term hebt ingevoerd, gebruik je Tab om naar het filtergebied te springen en kies je met de pijltjestoetsen tussen Documenten, Mappen, Instellingen en Web. Door vervolgens op Enter te drukken, open je direct het bovenste resultaat zonder de muis te gebruiken.

Vind je niet wat je zoekt? Open dan Instellingen, navigeer met Alt+PijltjeRechts naar Privacy & Beveiliging en selecteer Zoeken in Windows. Daar kun je kiezen voor Uitgebreid zoeken. Daarmee zoek je niet alleen in de standaardmappen maar je hele pc. Door deze combinatie van snelle opdrachtregelaars en gefilterde zoekacties verschijnt elk bestand precies wanneer jij het nodig hebt, zonder vertraging of extra muisbeweging.

Via het uitvoervenster kun je snel bij instellingen komen die normaal gesproken diep verstopt zitten.

Sneller zonder spierpijn

Productiviteit verdampt zodra polsen of schouders protesteren, dus ergonomie is geen luxe maar voorwaarde. Begin met het toetsenbord: leg je duimen op de spatiebalk en laat je wijsvingers zweven boven F en J, zodat de afstand naar iedere sneltoets wordt verkleind. Precies, daarom zitten die voelbare streepjes op die knoppen.

Houd je pols recht en verplaats je arm vanuit je elleboog. Windows helpt mee. Werk je lang met kleine letters op hoge resolutie, roep dan met de Windows-toets+Plustoets het Vergrootglas. Met Ctrl+Alt+I kies je voor omgekeerde kleuren, waarmee je je ogen ontlast. Door comfort prioriteit te geven blijven snelheidstrucs niet alleen langer hangen, ze worden ook deel van een houdbare routine voor dagelijks computerwerk.

Het vergrootglas is meer dan alleen een simpele zoomfunctie.

Werk slimmer

Je bespaart geen uren door harder te werken, maar door slimmer te klikken en bewuster te typen. De basis is simpel: houd je handen op het toetsenbord, laat Windows het zware werk doen en pas de muis aan jouw manier van bewegen aan. Met slimme sneltoetsen navigeer je razendsnel door bestanden en vensters. Met geoptimaliseerde muisinstellingen raak je nooit meer de cursor kwijt en dankzij pauzeherinneringen blijven je spieren ontspannen. Alle functies zitten al in Windows, dus je hoeft niets te installeren of beheren. Begin vandaag met één reeks toetsen, voeg er morgen een tweede aan toe enzovoort. Zo bespaar je tijd en ontzie je je spieren.

 Lees ook: Onmisbare sneltoetsen op je MacBook en iMac

En wat doe je met die gewonnen tijd?

Wat dacht je van ...