ID.nl logo
Moeite met rondkomen? Deze 13 potjes zijn er ook nog!
© AK | ID.nl
Zekerheid & gemak

Moeite met rondkomen? Deze 13 potjes zijn er ook nog!

Financiële tegenvallers overkomen ons allemaal wel eens. Of het nu een dip is in je inkomen of onverwachte hoge uitgaven, het kan lastig zijn om rond te komen. Gelukkig zijn er verschillende manieren om je inkomen aan te vullen of je uitgaven te verlagen. Naast de bekende toeslagen als zorgtoeslag en huurtoeslag zijn er nog allerlei andere regelingen waar je in 2024 misschien recht op hebt.

In dit artikel leggen we uit voor welke toeslagen, tegemoetkomingen en andere hulp vanuit bijvoorbeeld de overheid of gemeente je in aanmerking kunt komen. We kijken naar: 1. Zorgtoeslag | 2. Huurtoeslag | 3. Kindgebonden budget | 4. Kinderopvangtoeslag | 5. Kinderbijslag | 6. Extra kinderbijslag | 7. Tegemoetkoming scholieren | 8. Basisbeurs| 9. Tegemoetkoming schoolkosten | 10. Bijzondere bijstand | 11. Kwijtschelding | 12. Hulp van de gemeente | 13. Belastingvoordelen

Ook interessant: Waarom óók huurders de WOZ-waarde moeten controleren

1: Zorgtoeslag

Zorgtoeslag is voor 4,6 miljoen mensen in Nederland een belangrijk steuntje in de rug om hun zorgpremie te betalen. Alleenstaanden krijgen in 2024 maximaal 123 euro per maand en gezinnen maximaal 236 euro per maand. Toch zijn er nog steeds mensen die geen zorgtoeslag aanvragen, omdat ze niet weten dat ze er recht op hebben. Of je zorgtoeslag kunt krijgen, hangt af van je inkomen en dat van je toeslagpartner, als je die hebt. Je kunt een proefberekening maken op de website van de Belastingdienst. De inkomensgrens verandert ieder jaar, dus als je vorig jaar geen recht had is het slim om een nieuwe proefberekening te maken. Je kunt zorgtoeslag op elk moment aanvragen in MijnToeslagen. Zolang het nog geen 1 september is, kun je ook nog zorgtoeslag van het vorig jaar aanvragen. 

❓ WAT IS EEN TOESLAGPARTNER? Een huwelijkspartner is altijd een toeslagpartner. Iemand met wie je samenwoont kán ook toeslagpartner zijn, bijvoorbeeld als je samen een huis hebt gekocht, als je een samenlevingscontract hebt of als je samen een kind hebt. Op de website van de Belastingdienst kun je een test doen om te achterhalen of je een toeslagpartner hebt.

2: Huurtoeslag

Als je een zelfstandige woning huurt onder de huurtoeslaggrens (879,66 euro in 2024) én je inkomen en vermogen niet te hoog zijn, kun je recht hebben op huurtoeslag. Hiervoor tellen ook het inkomen van je toeslagpartner en eventuele andere medebewoners mee. In Nederland krijgen 1,5 miljoen mensen maximaal 481 euro huurtoeslag per maand. Ook voor de huurtoeslag kun je een proefberekening maken. Je kunt huurtoeslag op elk moment aanvragen in MijnToeslagen. Zolang het nog geen 1 september is, kun je ook nog huurtoeslag over het vorig jaar aanvragen. 

💡 Als je inkomen verandert ... Als je inkomen toch hoger wordt dan je dacht, moet je achteraf misschien toeslag terugbetalen. Om dat te voorkomen, kun je een verandering in je inkomen beter zo snel mogelijk doorgeven. Of zet de toeslag opzij op een aparte rekening.

3: Kindgebonden budget

Heb je één of meer kinderen onder de 18, dan kom je bij een bepaald inkomen in aanmerking voor het kindgebonden budget. Ook het inkomen van je eventuele toeslagpartner telt mee. Het bedrag is ook afhankelijk van het aantal kinderen en hun leeftijd. Alleenstaande ouders zonder toeslagpartner krijgen iets extra. Op de website van de Belastingdienst kun je een proefberekening maken. Je hoeft het kindgebonden budget meestal niet zelf aan te vragen. Als je recht hebt op huurtoeslag, zorgtoeslag of kinderopvangtoeslag, krijg je het kindgebonden budget als het goed is automatisch.   

©Rawpixel.com

4: Kinderopvangtoeslag

Kinderopvangtoeslag is bedoeld om de kosten voor kinderopvang te kunnen betalen. Hoeveel je krijgt, hangt af van je inkomen en dat van je toeslagpartner. Een voorwaarde is dat beide ouders werken of een opleiding volgen. Je moet de kinderopvangtoeslag aanvragen binnen drie maanden nadat je er recht op hebt gekregen. Vraag de toeslag aan in MijnToeslagen

Inzicht in je geld?

Gebruik een budgetplanner!

5: Kinderbijslag

Kinderbijslag krijg je ieder kwartaal van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) als je een kind onder de 18 jaar hebt. Je krijgt het automatisch nadat je kind is geboren en hebt aangegeven bij de gemeente. Het bedrag verschil per leeftijdscategorie. Als het kind 6 wordt, krijg je meer en als het 12 wordt nóg meer. Kinderbijslag is bedoeld als bijdrage in de kosten van het kind, maar je mag het ook ergens anders aan uitgeven. 

6: Extra kinderbijslag

Soms heb je als ouder recht op dubbele kinderbijslag, bijvoorbeeld als je kind niet thuis woont omdat het een bepaalde opleiding volgt of vanwege een ziekte of handicap. Ook voor een thuiswonend kind dat intensieve zorg nodig heeft, kun je soms dubbele kinderbijslag krijgen. Hiervoor moet het kind tussen de 3 en 18 jaar oud zijn. Je vraagt dubbele kinderbijslag aan bij de SVB. Voor een thuiswonend kind heb je hiervoor een indicatie nodig van het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ). 

©africa-studio.com (Olga Yastremska and Leonid Yastremskiy)

7: Tegemoetkoming scholieren

Heb je een kind boven de 18 dat op het VMBO, de HAVO, het VWO of de VAVO zit? Dan kan hij of zij zelf een tegemoetkoming voor scholieren aanvragen. De basistoelage is hoger voor uitwonende scholieren. Voor kinderen van ouders met een laag inkomen is een hogere toelage mogelijk. Deze aanvullende toelage hangt ook af van het schooltype. Volwassen scholieren tot 30 jaar kunnen de tegemoetkoming aanvragen bij DUO.

8: Basisbeurs

Studenten kunnen sinds 2023 weer een basisbeurs krijgen, ongeacht het inkomen van hun ouders. Het bedrag hangt af van het type opleiding: mbo of hbo of universiteit. Thuiswonende studenten krijgen minder dan uitwonende studenten. Bij de studiefinanciering hoort ook een studentenreisproduct. Hiermee kunnen studenten gratis reizen met het openbaar vervoer. Ze moeten kiezen wanneer ze gratis willen reizen: in het weekend of door de week. Als de student een diploma haalt binnen tien jaar is het studentenreisproduct een gift. Wie geen diploma haalt binnen deze termijn, moet de kosten (met rente) terugbetalen.

Als ouders te weinig verdienen om hun studerende kind te kunnen ondersteunen, kan het kind een aanvullende beurs aanvragen. Meer informatie vind je op de website van DUO.

9: Tegemoetkoming schoolkosten

Heb je moeite om de schoolkosten van je kind te betalen? Misschien kun je dan een beroep doen op een fonds dat helpt om kosten voor een schoolkamp, een laptop of een sportclub te betalen. Voorbeelden zijn de Stichting Leergeld en het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Via Sam& kun je een aanvraag indienen bij verschillende fondsen tegelijk. 

10: Bijzondere bijstand

Heb je hoge noodzakelijke kosten, maar een minimum inkomen? Dan kun je bij de gemeente aankloppen voor bijzondere bijstand. Deze tegemoetkoming is niet alleen bedoeld voor mensen met een bijstandsuitkering, maar voor iedereen met een inkomen op of rond het bijstandsniveau. Ook met een laag salaris of een lage uitkering kun je er dus recht op hebben. Bijzondere bijstand kan een oplossing zijn als je een nieuwe bril nodig hebt, als je kind op schoolkamp gaat of als je wasmachine stukgaat. Soms heb je vooraf toestemming nodig om de bijstand te krijgen. Het kan ook zijn dat de gemeente een lening geeft.

11: Kwijtschelding

Als je een inkomen op bijstandsniveau hebt, dan hoef je sommige gemeentelijke heffingen niet te betalen. Denk aan rioolheffing en reinigingsheffing. Heb je een bericht ontvangen waarin staat dat je deze heffingen moet betalen? Dan kun je kwijtschelding of gedeeltelijke kwijtschelding aanvragen. In het bericht van de gemeente staat hoe je dat moet doen.

©Oulaphone

12: Hulp van de gemeente

De gemeente heeft nog meer manieren om mensen met een laag inkomen te helpen, zoals:

‣ Individuele inkomenstoeslag voor mensen die al heel lang een laag inkomen hebben en die weinig mogelijkheden hebben om hun situatie te verbeteren.
‣ Goedkope zorgverzekering voor inwoners met een laag inkomen.
‣ Individuele studietoeslag voor studenten vanaf 18 jaar die naast hun studie geen bijbaan aankunnen vanwege een medische beperking.
‣ Stadspas waarmee je korting krijgt op activiteiten, zoals een filmhuis- of museumbezoek. Ook een bezoek aan de dierenarts kan goedkoper zijn met een stadspas.

Vraag bij je eigen gemeente wat er mogelijk is.

13: Belastingvoordelen

Als je een laag inkomen hebt en hoge kosten, kan het voordelen hebben om belastingaangifte te doen. Heb je bijvoorbeeld hoge ziektekosten, dan kun je misschien deze zorgkosten aftrekken. Je kunt dan geld terugkrijgen van de Belastingdienst. Als je een belastingaanslag hebt gekregen, maar niet genoeg geld hebt om die te betalen, dan kun je kwijtschelding aanvragen. Op de belastingaanslag staat hoe dat moet. 

💡 Zo vind je uit waar je recht op hebt Vind je het lastig om uit te zoeken waar je precies recht op hebt? Je kunt het makkelijk nagaan met de tool Bereken uw recht van het Nibud. 

Smartphones waar je iets aan hebt

Populair én minder dan 600 euro

Powered by Kieskeurig.nl

▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je de juiste maten
© RossandHelen
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je de juiste maten

Voordat je een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser aanschaft, is één ding belangrijk: de juiste maten weten. Een paar millimeter kan het verschil maken tussen een strakke keuken of een dure miskoop. Hoe meet je de nis precies op? Hoeveel ventilatieruimte is nodig? En waar moet je rekening mee houden bij aansluitingen?

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over: • Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Bij het kiezen van inbouwapparatuur voor je keuken is precisie alles. Een afwijking van slechts een paar centimeter kan ervoor zorgen dat je nieuwe koelkast, oven, of vaatwasser onmogelijk in de daarvoor bestemde ruimte past. Of het nu gaat om een inbouwkoelkast, een espressomachine of een diepe oven: een haastig genomen maat is zelden een goed idee. Laten we daarom stap voor stap kijken hoe je dit voorkomt, zodat je straks geen verrassingen tegenkomt tijdens de installatie.

Algemene meetprincipes 

Voordat je begint met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik een precieze rolmaat en een digitale schuifmaat voor de beste resultaten. Meet niet alleen de buitenkant van je keukenkasten, maar focus op de binnenafmetingen van de nis: breedte, hoogte en diepte. Houd daarnaast rekening met de benodigde ventilatieruimte, meestal 2 tot 5 centimeter aan de achter- en zijkanten. Check ook waar stopcontacten, wateraansluitingen en doorvoeren voor kabels zitten. Deze details zijn minstens zo belangrijk als de afmetingen zelf.

©Andrey Sinenkiy

Hier let je op bij een:

Inbouwkoelkast of -vriezer 

Bij koelkasten en vriezers is de nishoogte een cruciale maat, die per model sterk kan verschillen. Veelvoorkomende hoogtes zijn 88, 140 en 178 centimeter, maar er zijn uitzonderingen. Let ook goed op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme heeft doorgaans 1 tot 2 centimeter extra ruimte in de breedte nodig. Voor de diepte geldt dat 55 centimeter meestal volstaat, al kan dat oplopen tot 60 centimeter bij modellen met een ventilator aan de achterzijde.

Inbouwoven en -magnetron 

Hoewel deze toestellen op het eerste gezicht standaard lijken, kunnen de afmetingen verschillen. De nisbreedte is meestal 56 centimeter, terwijl de voorzijde van het toestel vaak 59,5 centimeter breed is. Dit zorgt ervoor dat het front mooi aansluit op de keukenkast. De hoogte is een belangrijk aandachtspunt: compacte ovens beginnen bij 45 centimeter, terwijl standaardmodellen 60 centimeter nodig hebben. Bij magnetrons is het slim om rekening te houden met bedieningspanelen die kunnen uitsteken en extra ruimte bovenin vragen.

Inbouwvaatwasser 

Bij vaatwassers draait het vooral om de hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 centimeter, maar dankzij verstelbare poten heb je hier wel wat 'bewegingsruimte'. Minstens zo belangrijk is de plinthoogte: meet van de vloer tot de onderkant van de kast en niet alleen de zichtbare plint. Vergeet ook de waterslang niet—reken op zo'n 5 centimeter extra diepte om voldoende ruimte te houden voor de aansluiting.

Inbouw-espressomachine 

Espressomachines zijn compact, maar nauwkeurig meten blijft belangrijk. De standaardbreedte ligt meestal rond de 56 centimeter, maar de diepte kan variëren. Afhankelijk van het model neemt het waterreservoir aan de achterkant 40 tot 55 centimeter in beslag. Let ook op de kleppen: bij een machine die naar voren opent, is extra ruimte nodig om koffiebonen of cups eenvoudig te vervangen.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Voorkom deze veelgemaakte fouten 

Een veelvoorkomend probleem is dat apparatuur nét niet past, ondanks zorgvuldig meten. Dit komt vaak doordat ventilatieruimte of aansluitingen over het hoofd worden gezien. Een handige tip: plak een stuk tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het toestel komt en markeer daarop de positie van stekkers en leidingen. Controleer ook of de nis waterpas is, vooral bij koelkasten met schuiflades. Een scheve ondergrond kan voor problemen zorgen, dus stel de keukenkast indien nodig bij voordat je gaat installeren.

Bij renovaties spelen vaak afwijkende maten een rol. Oudere keukens kunnen dikkere kastwanden of ongewone nisdieptes hebben. Meet daarom niet alleen de huidige situatie, maar vergelijk deze met de afmetingen van het nieuwe toestel. Twijfel je? Overweeg dan advies van een keukenexpert, zeker bij complexe combinaties zoals een oven met een ingebouwde magnetron.

En dit moet je echt altijd als laatste doen...

Het klinkt als een open deur, maar het blijft de beste garantie op succes: meet alles minimaal twee keer. Schrijf de maten op en leg ze naast de technische specificaties van het apparaat. Let daarbij op details als verstelbare poten, een uitklapbaar bedieningspaneel of deuruitsparing. Zo voorkom je dat je keukenproject verandert in een puzzel met ontbrekende stukken. Want uiteindelijk draait het erom dat alles naadloos samenvalt – letterlijk én figuurlijk.

▼ Volgende artikel
Dit zijn dé tuinklussen om te doen in april
© Leika production
Huis

Dit zijn dé tuinklussen om te doen in april

Het heeft even geduurd, maar de winter is eindelijk (zo goed als) voorbij. De zomertijd is ingegaan, 's morgens vroeg hoor je de vogels weer en de zon zien we ook steeds vaker. Tijd dus om lekker veel buiten te zijn om je tuin helemaal zomerklaar te maken. Dit zijn de tuinklusjes die je in april allemaal kunt doen.

Dit doe je in april: 🌻 Planten afharden 🌻 Rozen, bodembedekkers en zomerbollen planten 🌻 Heggen snoeien en bemesten 🌻 Meeldauw voorkomen en bestrijden 🌻 Het gazon: maaien, bijzaaien en bemesten

📆Handig: onze tuinkluskalender voor heel het jaar rond

Planten afharden

Planten die je in de afgelopen maanden binnen hebt gehouden, kun je nu langzaam laten wennen aan de lagere buitentemperaturen. Begin in de tweede helft van april door ze overdag buiten te zetten en 's avonds weer naar binnen te halen, bijvoorbeeld in de schuur of garage. Hoewel de lente begonnen is, kunnen de nachten nog koud zijn, zeker omdat de IJsheiligen nog niet voorbij zijn. Sommige nachten kan het zelfs nog vriezen. Geef kuipplanten een meststof met langdurige werking, zodat ze voldoende voeding hebben voor de komende maanden. Bescherm eenjarige planten, jonge gewassen en bloesembomen tegen nachtvorst met een vliesdoek.

Rozen, bodembedekkers en zomerbollen planten

Heb je nog geen rozen of heesters geplant? Dan is dit het moment om dat alsnog te doen, zodat ze deze zomer in volle bloei staan. Is het lekker weer in april? Op zonnige dagen kun je ook heiligenbloem of lavendel in de grond zetten. Zorg er wel voor dat je eerst onkruid verwijdert en de bodem losmaakt.

Wil je borderplanten aanplanten? Begin dan met bodembedekkers. Dit is bovendien een ideaal moment om de beplanting een voedingsboost te geven met mest. Heb je in maart eenjarige, tweejarige of vaste planten binnen gezaaid? Dan kun je ze nu voorzichtig verpotten. Nog niet gezaaid? Dat kan nog steeds.

Vanaf half april is het ook een goed moment om zomerbollen te planten. Denk aan lelies, dahlia's, siergember, canna's en gladiolen. Bloembollen die meerdere jaren in de grond blijven, geef je extra voeding met organische mest en een laagje compost. Wil je direct meer kleur in de tuin? Zet dan bakken en potten vol met bloeiende planten. Die zijn nu volop verkrijgbaar bij tuincentra.

🧄🌷🧄🌷 De zomer(bollen) in je hoofd?

Kijk & kies

©Alexander Raths

Heggen en klimplanten

Haal de heggenschaar maar tevoorschijn, want dit is het moment om hagen zoals taxus, conifeer, liguster en leylandii te snoeien. Zo houd je ze in vorm en voorkom je dat ze te breed uitgroeien. Geef de hagen meteen een speciale haagmeststof en leg een laag bodembedekking, houtsnippers of mulch rondom de wortels. Dit helpt de grond vocht vast te houden in de zomer en verbetert de bodemstructuur. Bovendien remt het de groei van onkruid.

Dunne en dode takken in heesters kun je nu ook verwijderen. De hoofdtakken mag je flink terugsnoeien om de struik voller te laten groeien. Dit geldt ook voor winterjasmijn en forsythia, die na de bloei een snoeibeurt kunnen gebruiken. Winterbloeiende heide knip je eenvoudig terug met een heggenschaar. Vergeet niet om klimplanten, zoals clematis, goed vast te zetten. Het kan deze maand namelijk nog flink waaien.

Meeldauw voorkomen en bestrijden

Meeldauw is een plantenziekte die wordt veroorzaakt door een schimmel. Vooral bij warm en droog weer, in combinatie met vochtige nachten door dauw, kan deze ziekte zich snel verspreiden. De schimmel laat een wit, poederachtig laagje achter op de bladeren. Dit is niet alleen lelijk, maar ook schadelijk. De schimmel dringt diep door in het plantenweefsel en onttrekt voedingsstoffen, waardoor de plant minder goed groeit. Rozen, ridderspoor, kamperfoelie, begonia's, aardbeien, tomaten, komkommers, courgette en druiven zijn extra gevoelig voor meeldauw.

Om meeldauw te voorkomen is het belangrijk om bij droog weer extra water te geven en ervoor te zorgen dat er voldoende ruimte tussen de planten blijft. Aangetaste bladeren kun je het beste meteen wegknippen en in de vuilnisbak gooien, zodat de schimmel zich niet verder verspreidt. Gooi ze niet op de composthoop! Daarnaast is het verstandig om meeldauwgevoelige planten niet te plaatsen op plekken waar eerder meeldauw heeft gezeten. Mocht een plant toch helemaal onder deze schimmel zitten, dan is een bestrijdingsmiddel de beste oplossing.

©cocci65

Het gazon: maaien, bijzaaien en bemesten

Controleer of het gazon zieke of kale plekken heeft. Wil je die direct aanpakken? Steek de aangetaste plek dan in een vierkante vorm uit en leg er een nieuw, op maat gesneden grasmat in. Opnieuw inzaaien is natuurlijk ook een optie. Vanaf nu kun je het gras weer maandelijks maaien. Lang gras langs de randen werk je bij met een grastrimmer of kantenknipper, zodat het gazon er weer strak uitziet.

Bemesting is belangrijk voor een gezond gazon. Dit doe je in de periode van maart tot en met september minstens drie keer. Heb je in maart nog niet bemest? Dan is het nu de hoogste tijd. Sluit daarnaast de buitenkraan weer aan, zodat de sproeiers in de tuin klaar zijn voor gebruik.

Lees ook: Grasmaaien: fluitje van een cent met deze tips