ID.nl logo
Responsieve website maken met Bootstrap
© Reshift Digital
Huis

Responsieve website maken met Bootstrap

Bootstrap is een populair framework voor het werken met html, css en JavaScript. Je kunt er snel professionele websites mee ontwerpen. En dan in het bijzonder zogeheten responsieve websites, die mooi meeschalen met het type apparaat waarop ze bekeken worden. Hoe gaat dat in zijn werk?

Bootstrap is vooral een goede hulp bij het maken van ‘responsive’ of responsieve websites. Responsief houdt in dat de weergave wordt aangepast aan de beschikbare ruimte. Open maar eens een website als die van de NOS in een venster en maak dit venster steeds kleiner. Let op hoe de weergave zich aanpast. Op een klein scherm zal bijvoorbeeld het menu compacter worden en verhuist een kolom van de rechterkant naar onderen. De meeste websites werken al zo en dat is voor een groot deel te danken aan Bootstrap.

We gaan aan de slag met Bootstrap en we gaan handmatig een verse start maken. Maak daarvoor eventueel een nieuw mapje voor je Bootstrap-site aan en open deze map in je favoriete teksteditor. Wij gebruiken de teksteditor Brackets.

Starten met bootstrap

Ga naar getbootstrap.com. Zorg dat rechtsboven de laatste versie is geselecteerd. Zo heb je meteen de juiste bijbehorende documentatie. Klik dan op Get Started. Blader naar onderen, naar Starter template. Klik in dit venster op Copy. Hiermee kopieer je alle html-code naar het klembord. Plak het dan in een nieuw bestand in Brackets en bewaar het als html-bestand, bijvoorbeeld index.html. Open Live Voorbeeld om te zien hoe het eruitziet. Dit wordt ons vertrekpunt. 

De html-code zal weinig verrassingen hebben. Wel is de metatag viewport nieuw. Je weet dat de viewport het zichtbare gedeelte van een pagina is. De aanduiding width=device-width geeft in feite aan dat de browser de breedte van de pagina gelijk moet stellen aan de schermbreedte van het apparaat. Als het ontbreekt, zullen apparaten zelf de weergave aanpassen, wat ze zeker op smartphones verre van optimaal doen.

Stylesheets en scripts

In de head ziet je hoe het stylesheet van Bootstrap wordt geladen. Dit bevat alle vooraf gedefinieerde stijlen die je direct kunt gebruiken. We raden aan om onder dit stylesheet een verwijzing te maken naar een eigen, nu nog leeg stylesheet, waarin je aanpassingen maakt:

<link href="css/custom.css" rel="stylesheet" type="text/css">

Deze stijlen zullen, omdat het stylesheet later is geladen, voorrang hebben boven de standaardstijlen van Bootstrap. Onderaan het html-document zie je hoe de jQuery-bibliotheek en een Bootstrap-bundel worden geladen. Die laatste omvat ook Popper.js, een soort hulpbibliotheek voor JavaScript waarvan veel Bootstrap-componenten gebruikmaken. 

Alle onderdelen worden vanaf een zogenoemd Content Delivery Network (CDN) geladen. Als je zo’n CDN gebruikt, zal altijd automatisch de dichtstbijzijnde server worden gebruikt, zodat iedere bezoeker optimale prestaties heeft. Je mag de scripts natuurlijk ook op je eigen pc (of later je hostingaccount) zetten.

©PXimport

Om te zien welke mogelijkheden je hebt, is het slim om de documentatie erbij te houden. Onder Layout zie je tips voor bijvoorbeeld het werken met grids. Ook het kopje Content verdient je aandacht. Hier lees je over alle mogelijke manieren om met afbeeldingen te werken en om bijvoorbeeld tekst of tabellen op te maken. 

Onder Components vind je uiteenlopende componenten die je kunt opnemen in je pagina. Onder Utilities zie je handige opties die je kunt gebruiken. Zo kun je door een class toe te voegen bijvoorbeeld de tekst- of achtergrondkleur wijzigen, of marges en padding beïnvloeden.

Containers en jumbotrons

We beginnen met wat tips voor de lay-out. Uitgebreide details hierover vind je in de documentatie in het betreffende gedeelte. Als voorbeeld zullen we de kop <h1> in een zogenoemde container zetten:

<div class="container"> <h1>Welkom bij deze site</h1> <p>Hier zie je onze eerste creatie met Bootstrap.</p> </div>

Omdat we hier container als classnaam gebruiken, wordt de breedte in sprongetjes aan de vensterbreedte aangepast. Dat komt door enkele @media-regels in het stylesheet, waaronder deze twee:

@media (min-width: 576px) { .container, .container-sm { max-width: 540px; } } @media (min-width: 768px) { .container, .container-sm, .container-md { max-width: 720px; } }

Wat hier wordt bepaald, is dat indien de breedte van het venster minimaal 576 pixels is, de container maximaal 540 pixels groot moet zijn. En als het venster minimaal 768 pixels is, moet de container een maximale breedte van 720 pixels aannemen. 

Gebruik je container-fluid, dan zijn zulke regels er niet en wordt steeds de volledige breedte gebruikt. Deze @media-regels vormen ook de basis voor responsieve websites. Dit soort details kun je achterhalen via het volledige stylesheet van Bootstrap (zie onderstaande alinea’) of via de ontwikkelaarstools, door rechts op een element te klikken en dan Inspecteren te kiezen.

Het is handig om de bronbestanden van Bootstrap bij de hand te hebben. Deze vind je op deze pagina onder Source files. Pak het zip-bestand na het downloaden uit in een map op je pc. Je kunt nu altijd even spieken hoe iets precies wordt aangepakt in bijvoorbeeld het stylesheet van Bootstrap, die in het mapje dist/css staat.

Met een kleine aanpassing van de classnaam maak je een zogenoemde jumbotron, een grote grijze box die de volledige schermbreedte inneemt en vooral is bedoeld om de aandacht op bepaalde content te vestigen.

<div class="jumbotron"> <h1>Welkom bij deze site</h1> <p>Hier zie je onze eerste creatie met Bootstrap.</p> </div>

Als je in de documentatie naar Utilities gaat, zie je onder Colors hoe je met een paar extra classes de kleur van de achtergrond en tekst kunt veranderen, bijvoorbeeld bg-primary om het de standaard (blauwe) achtergrondkleur te geven en text-white voor een witte tekstkleur:

<div class="jumbotron bg-primary text-white"> <h1>Welkom bij deze site</h1> <p>Hier zie je onze eerste creatie met Bootstrap.</p> </div>

Meer mogelijkheden

Op een vergelijkbare manier kun je bijvoorbeeld mooie buttons of strakkere formulieren maken. De documentatie is een onmisbare hulplijn en gelukkig heel verzorgd. En omdat het framework zo populair is, vind je op internet enorm veel voorbeelden of zelfs kant-en-klare sites die ermee zijn gebouwd. Je hebt de volledige versie van de Bootstrap-bibliotheek en kunt naar vrijheid alle componenten proberen. Ben je wat verder en heb je een goed beeld van wat je wel of niet gaat gebruiken, dan is het slim die bibliotheek wat terug te brengen.

Bootstrap maakt gebruik van Sass, een soort vereenvoudigde taal om css in te schrijven. Je herkent de bestanden aan de .scss-extensie. Zulke bestanden moeten worden omgezet naar css voordat de browser ze kan gebruiken. Daarvoor gebruik je een zogenoemde pre-processor. Het proces wordt ook wel compileren genoemd. Het voordeel van deze benadering is dat je precies kunt aangeven welke componenten van Bootstrap je wel of niet nodig hebt, zodat de uiteindelijke bibliotheek niet groter wordt dan nodig. Ook kun je persoonlijke aanpassingen mee laten nemen, bijvoorbeeld aangepaste standaardkleuren of een andere aanvangsgrootte voor het lettertype.

©PXimport

Werken met grids

Mede dankzij Bootstrap werken veel websites responsief, waarbij met een grid wordt gewerkt om de pagina in vlakken te verdelen. We laten zien hoe je dit toepast. Bij Bootstrap kun je een pagina flexibel verdelen in maximaal twaalf kolommen. Meestal zul je die niet allemaal nodig hebben en zul je ze groeperen om bredere kolommen te maken. Het grid is responsief en de kolommen kunnen zich herschikken, afhankelijk van de schermgrootte. De achterliggende techniek die Bootstrap gebruikt heet Flexbox. Dat kun je samen met CSS Grid gebruiken om complexere lay-outs te maken met alleen css.

Flexbox en CSS Grid zijn bedoeld om samen te gebruiken. Met CSS Grid is elke denkbare lay-out te maken, in een denkbeeldig grid met horizontale en verticale lijnen. Flexbox werkt maar in één richting tegelijk en is daarom eenvoudiger te doorgronden. Je kunt het ook gebruiken binnen een met CSS Grid gedefinieerde rij (horizontaal) of kolom (verticaal). Flexbox lost problemen op die met standaard css uitdagend zijn, zoals een gelijkmatige verdeling van elementen binnen de ruimte of een aantal kolommen met precies dezelfde hoogte, ongeacht de inhoud.

©PXimport

Gelijke kolommen

We vergeten Flexbox even en richten ons op het werken met grids in Bootstrap. Als eerste voorbeeld maken we een lay-out met drie kolommen die in de browser steeds dezelfde breedte moeten krijgen, onafhankelijk van de schermgrootte van het apparaat. We beginnen met een container, waar we vervolgens één rij aan toevoegen met in die rij drie kolommen met col als class:

<div class="container"> <div class="row"> <div class="col"> <h3>Kolom 1</h3> <p>Eerste kolom</p> </div> <div class="col"> <h3>Kolom 2</h3> <p>Tweede kolom</p> </div> <div class="col"> <h3>Kolom 3</h3> <p>Derde kolom</p> </div> </div> </div>

Verschillende schermgroottes

Stel dat bovenstaande opmaak zich niet leent voor kleinere apparaten, zoals een smartphone, maar eigenlijk alleen voor tablets of groter. Dan zul je een andere class moeten gebruiken dan col. We gaan de weergave richten op alle schermen vanaf een bepaalde breedte. Alle opties zie je in de documentatie van Bootstrap onder Layout / Grid

De belangrijkste zijn je col-sm-* voor kleine schermen zoals smartphones, col-md-* voor gemiddelde schermen zoals tablets, col-lg-* voor grotere schermen als een desktop-pc en col-xl-* voor nog grotere schermen. Het sterretje staat voor een bepaald getal, waarbij de som van de kolommen steeds twaalf is. We zullen dat demonstreren.

Lay-outs voor tablets

Om de lay-out op tablets en groter te richten, veranderen we alleen voor elke kolom de class col naar col-md-4. De kolommen staan dan nog steeds netjes naast elkaar vanaf een schermbreedte van 768 pixels, maar op kleinere schermen worden ze onder elkaar gezet. Merk op dat de som van de kolommen (4-4-4) twaalf is. Andere combinaties zijn ook mogelijk, zoals een 3-6-3 opstelling:

<div class="container"> <div class="row"> <div class="col-md-3 bg-info"> <h3>Kolom 1</h3> <p>Eerste kolom</p> </div> <div class="col-md-6 bg-primary"> <h3>Kolom 2</h3> <p>Tweede kolom</p> </div> <div class="col-md-3 bg-info"> <h3>Kolom 3</h3> <p>Derde kolom</p> </div> </div> </div>

Nog meer responsiviteit

We gaan een nog wat flexibelere lay-out maken. Het doel is dat op apparaten met groot scherm (aangegeven door col-lg-*) de kolommen naast elkaar staan, zoals hierboven in 3-6-3-opstelling. Bij een gemiddelde schermbreedte (col-md-*) moeten de eerste twee kolommen in een verhouding van 1:2 naast elkaar staan en moet de derde kolom naar onderen verhuizen. Dat kun je als volgt bereiken:

<div class="container"> <div class="row"> <div class="col-md-4 col-lg-3 bg-info">Kolom 1</div> <div class="col-md-8 col-lg-6 bg-primary">Kolom 2</div> <div class="col-md-12 col-lg-3 bg-info">Kolom 3</div> </div> </div>

Zoals je ziet is er een klein beetje rekenwerk nodig. Op apparaten met gemiddeld scherm worden de eerste kolom (col-md-4) en tweede kolom (col-md-8) naast elkaar in een 1:2-verhouding gezet, en omdat de som twaalf is, wordt de derde kolom (col-md-12) automatisch daaronder gezet. Bootstrap geeft je die flexibiliteit. Op grotere schermen wordt de pagina normaal volgens 3-6-3 opgebouwd.

Probeer het in je browser door de vensterbreedte langzaam kleiner of groter te maken. Er zijn meer trucjes, maar de belangrijkste basisprincipes hebben we nu doorgenomen, waarmee je nu verder kunt experimenteren! 

Kom je er niet helemaal uit? Op de website van Bootstrap vind je bij Examples handige voorbeelden van lay-outs die met het framework zijn gemaakt. Je kunt het als inspiratie voor je eigen creaties gebruiken of zelfs voorbeelden een-op-een overnemen, als je dat wilt.

▼ Volgende artikel
Oliebollen bakken in de airfryer, kan dat?
© sara_winter - stock.adobe.com
Huis

Oliebollen bakken in de airfryer, kan dat?

De geur van versgebakken oliebollen hoort bij december. Toch ziet niet iedereen het zitten om met een pan heet vet aan de slag te gaan. Oliebakken in de airfryer lijkt dan een aantrekkelijk alternatief: minder luchtjes en ook nog eens minder vet. Maar levert bakken in een airfryer dezelfde oliebol op, of moet je toch de frituurpan uit het vet halen?

In dit artikel

Je leest waarom je geen klassieke oliebollen kunt bakken in een airfryer en wat daar technisch misgaat. Ook leggen we uit wat je wel voor oudjaarsalternatief kunt maken met de airfryer én hoe je de airfryer slim gebruikt om gekochte oliebollen weer knapperig en warm te maken.

Lees ook: Ontdek de minder bekende functies van je airfryer

Oliebollen bakken in de airfryer, kan dat? Het korte antwoord is duidelijk: nee, een traditionele oliebol bak je niet in een airfryer. Klassiek oliebollenbeslag is vloeibaar en heeft direct contact met hete olie nodig om zijn vorm en structuur te krijgen. Een airfryer is in de basis een compacte heteluchtoven. Zonder een bad van hete olie kan het beslag niet snel genoeg stollen. Wie het toch probeert, ziet het deeg door het mandje zakken of uitlopen tot een platte, taaie schijf. Dat ligt niet aan het recept, maar aan de techniek.

Waarom hete olie onmisbaar is

Zodra je het beslag van de oliebol in de hete olie van de frituurpan schept, ontstaat er vrijwel direct een korstje om de buitenkant. Binnen in de bol ontstaat stoom, waardoor de bol uitzet en luchtig wordt. Die combinatie van afsluiten en opblazen zorgt voor de typische oliebolstructuur. In een airfryer ontbreekt die directe warmteoverdracht. Hete lucht is simpelweg minder krachtig dan hete olie. Zonder direct contact met heet vet kan het beslag niet snel genoeg stollen. Daardoor blijft een echte oliebol uit de airfryer onmogelijk.

©Gegenereerd door AI

Wat wel kan: kwarkbollen uit de airfryer

Wie toch iets zelf wil maken in de airfryer, moet het klassieke oliebollenbeslag loslaten. Met een steviger beslag, bijvoorbeeld op basis van kwark, kun je ballen vormen die hun vorm behouden. Deze bollen garen prima in de hete lucht en krijgen een mooie bruine buitenkant. De uitkomst lijkt qua vorm op een oliebol, maar de structuur is compacter en de smaak meer broodachtig. Denk aan iets tussen een zoet broodje en een scone. Lekker, lichter en prima als alternatief, maar: het is geen oliebol zoals je die van de kraam kent.

Kwarkbollen uit de airfryer

Meng 250 gram volle kwark met 1 ei en 50 gram suiker tot een glad mengsel. Voeg vervolgens 300 gram zelfrijzend bakmeel toe, samen met een snuf zout. Meng alles kort tot een samenhangend deeg. Het deeg moet stevig zijn en nauwelijks plakken. Is het te nat, voeg dan een beetje extra bakmeel toe. Wie wil, kan rozijnen, stukjes appel of wat citroenrasp door het deeg mengen.

Bestuif je handen licht met bloem en draai ballen ter grootte van een kleine mandarijn. Leg ze met wat ruimte ertussen in het mandje van de airfryer, eventueel op een stukje bakpapier. Bak de bollen in ongeveer 12 tot 15 minuten op 180 graden. Halverwege kun je ze voorzichtig keren zodat ze gelijkmatig bruin worden.

Laat de bollen kort afkoelen en bestuif ze eventueel met poedersuiker. Vers zijn ze het lekkerst, maar ook lauw blijven ze prima eetbaar.

Wat ook goed kan: oliebollen opwarmen in de airfryer

Waar de airfryer wel echt tot zijn recht komt, is bij het opwarmen van gekochte oliebollen. In de magnetron worden ze snel slap en taai. In de airfryer gebeurt het tegenovergestelde. Door de bollen een paar minuten op ongeveer 180 graden te verwarmen, wordt de korst weer knapperig en warmt de binnenkant gelijkmatig op. Je oliebollen smaken weer alsof je ze net gebakken (of gehaald) hebt!

Samenvatting

Wil je de échte oliebol, dan heb je twee opties: zelf bakken in een frituurpan of halen bij de kraam. Bakken in de airfryer kan niet, omdat vloeibaar beslag niet geschikt is voor hete lucht. Je kunt bijvoorbeeld wel kwarkbollen maken, maar dat is toch anders. De grootste winst zit in het opwarmen van kant-en-klare oliebollen: in de airfryer gaat dat snel, ze worden heerlijk knapperig en je hebt geen last van frituurlucht in huis.


Nog even niet aan denken...

...maar voor 1 januari, je goede voornemens

🎆 Vuurwerk op je Galaxy Smartphone? 👇

View post on TikTok
▼ Volgende artikel
Zo krijg je oude randapparatuur weer werkend onder Windows 10 en 11
© ID.nl
Huis

Zo krijg je oude randapparatuur weer werkend onder Windows 10 en 11

Het spreekwoord 'krakende wagens lopen het langst' gaat helaas vaak niet op in de computerwereld. Moderne systemen reageren soms allergisch op oudere hardware. Toch zijn er methoden en slimme trucs om zulke apparaten te laten werken onder Windows 10 of 11.

Dit gaan we doen

Je hebt nog een oudere printer, scanner of ander randapparaat in de kast liggen. Weggooien kan, maar het is duurzamer en goedkoper als je het toestel weer aan de praat krijgt op je moderne Windows-systeem. Zulke apparatuur wordt helaas niet altijd meteen herkend. Fabrikanten bieden namelijk vaak geen ondersteuning meer en Windows bevat lang niet alle stuurprogramma's (drivers) voor oudere apparaten.

Toch is er meer mogelijk dan je denkt. We laten stap voor stap zien wat je kunt doen als Windows het apparaat niet herkent, als de juiste driver ontbreekt of niet compatibel is, en als Windows de installatie weigert. We gaan ook kort in op alternatieve methoden, zoals compatibiliteitsmodi, universele drivers en virtualisatie. Sommige technieken zijn eenvoudig, andere vragen iets meer inspanning en technische kennis. Het loont in elk geval de moeite om het apparaat weer aan de praat te krijgen.

Apparaat niet herkend

Wanneer je een oud apparaat aansluit, kan het gebeuren dat Windows het niet herkent.. Daardoor verschijnt het niet in de lijst met apparaten. Je controleert dit door via een klik met rechts op de Windows-knop Apparaatbeheer te openen. Verschijnt hier iets als 'Onbekend apparaat' of zie je een geel driehoekje of vraagteken, dan heeft Windows het apparaat wel fysiek herkend, maar geen juiste driver gevonden. Je leest hier meer over bij de passage Driverprobleem. Mogelijke oorzaken zijn het ontbreken van een plug-and-playdriver of een verouderd aansluitingstype.

Je kunt dan verschillende dingen proberen. Controleer eerst de aansluiting en de stroomvoorziening. Zorg dat het apparaat juist is aangesloten en ingeschakeld. Bij usb-apparaten helpt het soms een andere poort te proberen. Oudere usb1.1-apparaten werken vaak beter via een usb2.0-poort of een usb-hub met eigen voeding dan via een usb3.0-poort. Heeft je pc nog een parallelle of seriële poort? Controleer dan in het systeem-BIOS of deze is ingeschakeld. Heeft je toestel zo'n poort niet, dan ben je meestal aangewezen op een adapter (zie de passage Aansluitingen).

Een apparaat dat niet wordt herkend, is niet te vinden in Apparaatbeheer.

Handmatige installatie

Je kunt het apparaat ook handmatig proberen te installeren. Misschien heb je nog een cd-rom met de installatiebestanden, zodat het zo lukt. Heeft je pc geen cd-station meer, dan sluit je een extern cd-station aan of kopieer je de bestanden op een andere pc met cd-station naar een usb-stick. Je kunt er ook een iso-bestand van maken en dit met een dubbelklik als virtuele schijf koppelen op je pc. Je kunt dit doen met bijvoorbeeld Burnaware Free. Ga naar www.burnaware.com en kies voor ISO-bestand aanmaken.

Heb je geen cd-rom? Start dan Apparaatbeheer, open het menu Actie en kies Oudere hardware toevoegen. Kies De hardware opsporen en automatisch installeren, geef het hardwaretype aan, zoals Beeldapparaten of Draagbare apparaten, en selecteer het juiste product en model. Heb je zelf een geschikte driver gevonden (bijvoorbeeld op de site van de producent), klik dan op Bladeren en verwijs naar het installatiebestand (inf).

Voor printers open je Instellingen in Windows en kies je Bluetooth en apparaten / Printers en scanners. Klik op Apparaat toevoegen en kies bij De printer die ik wil gebruiken, staat niet in de lijst voor Handmatig een nieuw apparaat toevoegen. In het dialoogvenster laat je Mijn printer is iets ouder. Help mij met zoeken geselecteerd. Werkt dat niet, probeer dan Een lokale printer of een netwerkprinter toevoegen met handmatige instellingen, waarna je de juiste poort en het stuurprogramma kiest. Klik hier ook op Windows Update: zo is de kans groter dat Windows alsnog de juiste driver ophaalt. Je kunt ook een vergelijkbaar model uit de lijst proberen.

De wizard Hardware toevoegen laat je eerst uit een productcategorie kiezen.

Soorten aansluitingen

Gaat het om oudere apparaten, dan hebben die vaak een interface die je op moderne pc's niet meer vindt, zoals een parallelle of seriële aansluiting of firewire. Voor parallel gebruik je een usb-naar-parallel-adapter (meestal usb-A naar 36-pins Sub-D). De printer verschijnt dan als 'USB Printing Support' en werkt vaak met generieke drivers. Sommige oude drivers verwachten een echte LPT-poort met een logische naam als LPT1. Je kunt dan de gedeelde usb-printerpoort mappen naar LPT1 met het opdrachtprompt-commando

net use LPT1: "\\localhost\<printershare>" /persistent:yes

(met net use LPT1: /delete verwijder je deze koppeling). <printershare> is de gedeelde printernaam, zoals ingesteld via Instellingen in Windows: klik op de printernaam, kies Printereigenschappen en open het tabblad Delen. Zo kun je vaak nog printen vanuit oude DOS- of Windows-apps.

Voor een seriële poort (met een DB9 RS232-kabel) gebruik je eveneens een usb-adapter, liefst met FTDI-chip en aangesloten op een usb2.0-poort. Mogelijk moet je eerst de adapterdriver installeren voordat deze in Apparaatbeheer verschijnt (onder een naam als '[…] COMx'). Om het juiste poortnummer (zoals COM1) in te stellen, klik je met rechts op het apparaat, open je Poortinstellingen en klik je op Geavanceerd.

Koop altijd adapters van goede kwaliteit (en van een bekend merk), aangezien goedkopere exemplaren zich niet altijd aan de specificaties houden.

Voor firewire kun je de installatie van een PCIe-naar-firewire (IEEE 1394) adapterkaart overwegen. Met de Microsoft 1394 OHCI Legacy Driver activeer je deze vervolgens in Windows 10/11 en kun je bijvoorbeeld een oude DV-camera of audio-interface aansluiten. Klik hier voor een downloadlink met instructies.

De LPT-poort wordt semipermanent aan de gedeelde usb-printerpoort gekoppeld.

Driverprobleem

Wanneer Windows het apparaat herkent via een van bovenstaande stappen, blijft het afwachten of er een geschikte driver voor Windows 10/11 beschikbaar is. Je kunt eerst een generieke driver proberen, die vaak via de Windows-updatefunctie beschikbaar is. Klik in Apparaatbeheer met rechts op het apparaat, kies Stuurprogramma bijwerken en klik vervolgens op Automatisch zoeken naar stuurprogramma's / In Windows Update zoeken naar bijgewerkte stuurprogramma's.

Soms vind je geschikte drivers bij de optionele updates. Ga hiervoor naar Instellingen, kies Windows Update / Geavanceerde opties / Optionele updates en open Stuurprogramma-updates. Je kunt ook zoeken naar een basisdriver, add-onmodule of universele driver van de fabrikant, zoals de (Smart) Universal Printer Driver van HP.

Vind je geen driver op de site van de fabrikant, dan kun je er ook zelf naar googelen op basis van het hardware-ID. Start Apparaatbeheer, klik met rechts op het apparaat (eventueel bij Andere apparaten of Onbekend apparaat), kies Eigenschappen en open het tabblad Details. Stel Eigenschap in op Hardware-id's. Klik met rechts op een gevonden ID, kies Kopiëren en plak dit met Ctrl+V in een zoekmachine als Google. Mogelijk levert dit een geschikte driver op.

Heb je nog een driver voor Windows 7 of ouder, probeer dan de installatie in compatibiliteitsmodus. Klik met rechts op het installatieprogramma, kies Eigenschappen en ga naar het tabblad Compatibiliteit. Zet een vinkje bij Dit programma uitvoeren in compatibiliteitsmodus voor en kies de laatst ondersteunde versie, zoals Windows 7 of Windows XP (Service Pack 2). Door ook Dit programma als administrator uitvoeren te selecteren, vergroot je de kans dat Windows de oudere driver alsnog aanvaardt, zeker als het geen 'kernel-driver' met volledige systeemrechten betreft (zie ook de passage Driverblokkade). Dit is ons bijvoorbeeld al gelukt voor een Canon Pixma iP4200-printer.

Lees ook: De perfecte printer kiezen? Hier moet je op letten

Soms zitten driverupdates wat verstopt bij de optionele updates.

Alternatieve drivers

Je kunt ook op zoek gaan naar alternatieve, niet-officiële stuurprogramma's. Er zijn verschillende community's en fora die voor populaire oudere apparaten aangepaste drivers aanbieden of INF-bestanden hebben aangepast om ze onder nieuwere Windows-versies te laten werken.

Voor scanners is de alternatieve software van VueScan populair. Deze ondersteunt bijna achtduizend oude scanner-modellen en werkt vaak prima, al is de software niet gratis (vanaf circa 19 euro per jaar). Een proefversie is wel beschikbaar (je kunt eventueel een wegwerpadres gebruiken), zodat je kunt nagaan of je scanner werkt onder Windows 10/11.

Voor printers is het Gutenprint-driverpakket bekend, voorheen bekend als Gimp-print, al is dit alleen beschikbaar voor Linux en macOS. We hebben helaas niet de ruimte om hier dieper op in te gaan, maar je kunt een al dan niet virtuele Linux-machine op je netwerk opzetten (ook op een Raspberry Pi) en hierop Gutenprint installeren. Vervolgens deel je de printer zodat je deze ook op je Windows-pc kunt gebruiken. Voor scanners bestaat een vergelijkbaar project: Scanner Access Now Easy, eveneens voor Linux.

De kans is groot dat je met VueScan je oude scanner nog prima aan de praat krijgt.

Driverblokkade

Het kan gebeuren dat er wel een driver beschikbaar is, maar dat Windows 10/11 de installatie blokkeert. Mogelijk is de driver technisch incompatibel, bijvoorbeeld een 32bit-driver op een 64bit-systeem (Windows 11 is altijd 64 bit), of een kerneldriver die noodzakelijke kernelfuncties mist doordat deze niet meer worden ondersteund door het geüpdatete besturingssysteem. In dit geval kun je nog de compatibiliteitsmodus proberen (zie de passage Driverprobleem), maar het resultaat blijft onzeker. Je maakt dan meer kans via een virtuele machine met een oudere Windows-versie, zoals Windows 10 voor 32bit-drivers.

Soms blokkeert Windows 10/11 de installatie omdat de (kernel)driver niet digitaal is ondertekend. Ben je zeker dat het om een betrouwbare driver gaat, dan kun je deze controle tijdelijk uitschakelen. Open Instellingen, kies Systeem / Systeemherstel en klik tweemaal op Nu opnieuw opstarten. Kies vervolgens Problemen oplossen / Geavanceerde opties / Opstartinstellingen en klik op Opnieuw opstarten. In het menu dat verschijnt, kies je optie 7: Afdwingen van stuurprogrammahandtekening uitschakelen. Windows start nu zonder handtekeningcontrole, zodat je de driver kunt installeren. Bij de volgende herstart is de controle weer actief, maar de driver blijft werken.

Ga je liever voor een iets doortastender aanpak? Voer dan de Opdrachtprompt uit als administrator, voer het commando bcdedit /set TESTSIGNING ON in en herstart je pc. Deze draait dan in testmodus, zie de indicatie rechtsonder. Installeer de driver en voer daarna meteen bcdedit /set TESTSIGNING OFF uit, gevolgd door een herstart om terug normaal te werken.

Deze Windows draait tijdelijk in een (minder veilige) testmodus.

Virtueel alternatief

Lukt het niet om je oude apparaat met een van de bovenstaande workarounds aan de praat te krijgen binnen Windows 10/11, dan zit er weinig anders op dan een ouder of ander besturingssysteem te gebruiken. Het handigst is om dit als virtuele machine (VM) bovenop je huidige Windows te draaien. Binnen deze VM installeer je dan de originele driver en software voor het apparaat.

Geschikte gratis tools zijn Oracle VirtualBox en VMware Workstation Pro (na registratie op https://support.broadcom.com). Via bijvoorbeeld https://archive.org kun je naar schijfkopiebestanden zoeken en downloaden. Wij vonden er onder meer diverse Windows XP-iso-bestanden en installeerden een exemplaar in VirtualBox.

Dit kan als volgt. Start VirtualBox, klik op Nieuw en vul de gegevens in, zoals Microsoft Windows XP (32-bit). Bij ISO-image verwijs je naar je download. Vink Overslaan zonder toezicht aan, klik op Afmaken en vervolgens op Starten. Volg de installatie-instructies. Je bezit of vindt wellicht een geldige licentie voor deze oude Windows.

Koppel het apparaat aan een fysieke poort op je pc en geef deze vervolgens door aan de VM, zodat de virtuele Windows het apparaat herkent. Dit kan vanuit het menu Apparaten in het venster met een opgestarte VM.

Bij printers kun je ook delen via het VM-netwerk, zodat je vanuit je gewone Windows via het netwerk kunt printen naar de VM. Selecteer de (uitgeschakelde) VM in VirtualBox, kies Instellingen, open Netwerk en vink Netwerkadapter inschakelen aan. Stel eventueel Gekoppeld aan in op Bridged Adapter zodat de VM een ip-adres krijgt binnen hetzelfde netwerk als je host-pc.

Een oude HP-printer werd succesvol op een virtuele Windows XP geïnstalleerd.

Extra tips

Soms brengen fabrikanten firmware-updates uit die de compatibiliteit met een nieuwer besturingssysteem verbeteren. Het kan dus lonen om de firmware van het apparaat te controleren en eventueel te updaten. Raadpleeg hiervoor de bijbehorende instructies. Het is ook mogelijk dat sommige apparaten, zoals printers, een legacy- of compatibiliteitsmodus hebben, waardoor ze wel ondersteund worden door Windows of een generieke driver. Raadpleeg ook hiervoor de handleiding.

Tot slot nog een tip die we met enige terughoudendheid geven. Vind je geen geschikte driver op de website van de fabrikant, probeer dan eventueel een gratis tool als IObit Driver Booster of Snappy Driver (Lite). Soms halen deze nog een oude driver uit de online Microsoft Update Catalog die werkt. Dit kan helaas ook zomaar fout gaan, dus maak vooraf zeker een herstelpunt. Let ook op dat je geen ongewenste extra's mee installeert.

Driver-installers: als het echt niet anders kan, en nadat je een herstelpunt hebt gemaakt.

 Nieuwe printer nodig? Kijk op Kieskeurig.nl/prijsdalers om voor de beste deal!

Inkt en cartridges

Voor je printer