ID.nl logo
Verenig al je slimme apparatuur in een hub, da's pas slim!
© Stanisic Vladimir
Zekerheid & gemak

Verenig al je slimme apparatuur in een hub, da's pas slim!

Het klinkt misschien vreemd, maar het zijn niet de slimme apparaten in jouw huis die bepalen hoe slim jouw huis is. Dat bepaalt namelijk de smarthome-gateway, het apparaat dat al die slimme apparaten met elkaar verbindt en laat samenwerken. Als je überhaupt zo’n overkoepelende smarthome-gateway hebt, want al te vaak ontbreekt die nog. Welke opties zijn er, en wat zijn hun voor- en nadelen?

In dit artikel laten we zien welke opties er zijn om je slimme apparaten in huis op één hub aan te sluiten, zodat je smarthome écht slim wordt. Kies uit:

  • Je eigen gateway bouwen met bijvoorbeeld Home Assistant
  • Fibaro
  • Homey

Lees ook dit achtergrondartikel over de smarthome-protocollen: Een slim huis creëren? Zo begin je!

Als je een slimme lamp of een ander slim apparaat koopt, krijg je er vrijwel altijd een app bij. Veel meer dan andere apparaten van hetzelfde merk bedienen, kan die app zelden. Met een beetje pech heb je bijna meer apps dan slimme apparaten en dat is onhandig en zeker niet ‘slim’.

Een smarthome-gateway of -hub is de oplossing. Zie het als het basisstation dat je huis slimmer maakt door alle slimme apparaten aan zich te koppelen, zodat je ze daarna allemaal via één interface kunt bedienen.

Nog belangrijker is de automatisering. Doordat de smarthome-gateway alle apparaten kan aansturen, kan hij die ook slim combineren. Voorbeeld zijn automatiseringen als: ‘Als ik de schuur binnenkom, gaan de lampen aan’ of ‘wanneer het gaat schemeren, gaan de rolgordijnen omlaag’. Het zijn dit soort automatiseringen dat een slim huis ook echt slim maakt. Zo is een smarthome-gateway bijna een betere investering dan alleen nóg meer slimme apparaten.

Lees ook het artikel: Blueprints voor Home Assistant: nog gemakkelijker je huis automatiseren

Hoeveel slimme apparaten er ook zijn, ze bepalen niet hoe slim het huis is.

Protocollen

Hoewel het fenomeen smarthome niet nieuw is, heeft het nog niet het volwassenheidsniveau dat je ervan zou verwachten. Zo is er nog steeds niet één communicatieprotocol dat altijd en met alle apparaten werkt. Met de protocollen Matter en Thread belooft die situatie er wel te komen, maar zover zijn we nog niet.

De bekendste smarthome-protocollen op dit moment zijn Z-Wave en Zigbee. Beide bieden tweewegcommunicatie, zodat elk apparaat altijd de actuele status kan doorgeven aan de andere slimme systemen, ook als het zelf is uitgeschakeld. Iets wat bijvoorbeeld het 433MHz-protocol van KlikAanKlikUit niet kan.

Z-Wave- en Zigbee-apparaten met een aansluiting op het elektriciteitsnet werken bovendien als tussenstation in een mesh-netwerk. Apparaten die te ver van elkaar af staan om rechtstreeks met elkaar te communiceren, gebruiken dan de andere apparaten in het netwerk om elkaar alsnog te bereiken. Dit maakt de reikwijdte van het netwerk flink groter.

Een voordeel van Z-Wave boven Zigbee is nog dat het protocol bewaakt wordt door de Z-Wave Alliance, die bovendien apparaten certificeert waardoor deze altijd compatibel zijn met de andere Z-Wave-producten.

Een voordeel van Z-Wave boven Zigbee is de controle door de Z-Wave Alliance op compatibiliteit van alle Z-Wave-apparaten.

Slimme chaos

De kans dat alle slimme apparaten dezelfde taal spreken, is klein. Een slim huis ontstaat zelden in één keer en bij de eerste aankopen is er vaak geen specifieke aandacht voor het protocol.

Maar ook later kan het zijn dat hoewel een product niet dezelfde taal spreekt als de andere apparaten, je het toch wilt hebben. Denk aan Philips Hue-lampen die alleen Zigbee ondersteunen of een slimme deurbel van Aeotec die alleen Z-Wave praat. En dat is het voordeel van een smarthome-gateway, die bijna altijd meer dan één protocol ondersteunt en daartoe behoren zeker Z-Wave en Zigbee.

Behalve dat een smarthome-gateway dit soort technische zaken oplost, kan het ook externe systemen toevoegen zoals een Sonos-geluidssysteem of een spraakassistent als Amazon Alexa of Google Assistant.

Ook de smarthome-gateway van Fibaro, die groot is geworden met Z-Wave, ondersteunt inmiddels Zigbee.

Verschillende smaken

Afhankelijk van hoe je het bekijkt, is de keuze in smarthome-gateways beperkt of juist heel groot. Dit komt doordat dezelfde software soms op verschillende hardware wordt aangeboden of is te gebruiken. Wat betreft hardware is er keuze uit meerdere kant-en-klare sets, maar is het ook goed mogelijk de benodigde onderdelen los van elkaar te kopen en deze zelf samen te voegen.

Bij een commercieel product heb je daarbij garantie en ondersteuning van de leverancier, bij gratis (softwarematige) producten komt hulp meestal van andere gebruikers. Die smarthome-community’s zijn erg groot en actief … zo groot en actief zelfs dat inmiddels ook aanbieders van commerciële producten deze graag gebruiken.

Een laatste onderscheid is nog te maken tussen leveranciers die ook zelf smarthome-apparaten ontwikkelen en verkopen, en leveranciers die zich exclusief richten op de ontwikkeling en verkoop van een smarthome-gateway.

Deze markt is nog volop in beweging. Zo biedt het opensource-softwareplatform Home Assistant inmiddels ook hardware en levert het bedrijf dat ooit Home Assistant begon, betaalde diensten voor het gratis product.

Nabu Casa, het bedrijf achter Home Assistant, biedt inmiddels betaalde premium-diensten aan voor het platform.

De zelfbouw-gateway

Een bij hobbyisten populaire smarthome-gateway is de combinatie van zelfgekozen hardware met een opensource-software, zoals OpenHAB, Domoticz en nu vooral Home Assistant. Die laatste kan geïnstalleerd worden op een willekeurige computer met Windows, macOS of Linux, maar ook op een NAS, in een Docker-container (en dan de container weer op een NAS of een computer) of op een minicomputer als een Raspberry Pi.

Deze combinatie Raspberry Pi met Home Assistant is misschien wel de meest gebruikte variant, omdat deze als voordeel heeft dat de gateway relatief weinig stroom verbruikt en eenvoudiger altijd beschikbaar is.

Met de keuze van de hardware bepaal je ook welke protocollen de zelfbouw-gateway ondersteunt. Wifi is eigenlijk altijd wel aanwezig, maar om ook Zigbee of Z-Wave te spreken, zijn aparte antennes nodig. Deze zijn los te koop als usb-stick, maar moeten daarna nog wel aan de configuratie worden toegevoegd. Dit kan een helse klus zijn, maar van bekende sticks als de ConBee 2 Zigbee-dongel en de Aeotec Z-Stick 7 voor Z-Wave zijn uitgebreide handleidingen te vinden van de producenten zelf.

Een Raspberry Pi en twee usb-antennes als basis voor een eigen smarthome-gateway.

Home Assistant kant-en-klaar Voor wie geen zin heeft in gedoe met het zelf kiezen en samenstellen van hardware is er Home Assistant Yellow. De Yellow is een kant-en-klaar kastje met Home Assistant optioneel voorgeïnstalleerd, met een ingebouwde Matter/Zigbee-antenne en een voeding. Je kunt ook kiezen voor volledig kant-en-klaar, waarbij een Raspberry Pi Compute Module 4 al in de behuizing is geplaatst. Of je koopt een halffabricaat (de ‘kit’) waarbij je de Compute Module 4 zelf op het moederbordje plaatst. Alleen nog een optionele M.2-ssd toevoegen en klaar. Verder blijft het gewoon Home Assistant, met alle voor- en nadelen.

De verkrijgbaarheid van Home Assistant Yellow is helaas al tijden zeer matig. Wel heeft Nabu Casa onlangs nog een goedkopere variant met iets andere hardware geïntroduceerd: de Home Assistant Green. Hopelijk wordt die beter leverbaar.

Home Assistant Yellow is een kant-en-klare minicomputer met Home Assistant.

Home Assistant op Synology Home Assistant in een Docker-container op een NAS was een valide optie tot Synology in versie 7 van zijn besturingssysteem, de usb-poort beperkte tot externe opslagapparaten. Zigbee- of Z-Wave-sticks werden ineens niet meer ondersteund. Er zijn workarounds, maar die zijn complex en foutgevoelig, zeker zolang Synology zijn positie niet verandert. QNAP ondersteunt nog wel Zigbee- en Z-Wave-usb-antennes.

Gateway-software in een Docker-container op een Synology-NAS is een minder logische keuze nu Synology geen usb-antennes meer ondersteunt.

Automatiseringen maken

Tijdens de installatie worden al best veel slimme apparaten gevonden, de andere kunnen via zogeheten integraties worden toegevoegd. Het aanbod is enorm. Een deel van de integraties worden door de makers van Home Assistant zelf gemaakt, andere door fabrikanten of de grote community die Home Assistant ondersteunt.

Home Assistant sluit een groot aantal slimme en minder slimme apparaten aan.

De kwaliteit bij de eerste is goed, bij de communityproducten wisselend. Werkt het niet helemaal zoals je wilt, dan laat veel zich tweaken of kan uiteindelijk nog aangepast worden door zelf in de code te duiken. Veel kennis is hiervoor niet direct vereist, met een zoekmachine en allerlei YouTube-filmpjes kom je een heel einde.

Bij het automatiseren is er de keuze tussen het helemaal zelf te regelen met triggers, voorwaarden en acties, of door een kant-en-klaar recept te gebruiken, een zogeheten blueprint.

Aan de slag met Home Assistant?

In dit artikel lees je er alles over

Bijna alles in Home Assistant is gratis, behalve veilige wereldwijde toegang en integratie met een spraakassistent zoals Google Assistant of Alexa. Wil je deze mogelijkheid gebruiken, dan heb je het Home Assistant Cloud-abonnement nodig, dat 75 euro per jaar kost.

Een automatisering, bijvoorbeeld via een blueprint, is snel gemaakt.

Kant-en-klare gateways

Wil je liever niet zelf hoeven knutselen, kies dan voor een smarthome-gateway van een producent die ook zelf smarthome-apparaten levert. Deze zijn er bijvoorbeeld van Aqara (dat nauw met Samsung samenwerkt), Aeotec en Fibaro. Het voordeel is natuurlijk de maximale ondersteuning van in elk geval de eigen producten van dat merk. Vaak is dat een heel breed palet.

Fibaro levert naast de eigen smarthome-gateway ook een groot aantal smarthome-producten voor controle van verlichting tot verwarming, rolluiken en dimmers tot aan bewegings- en overstroomsensoren, maar ook rook- en CO2-melders. Genoeg om een huis heel slim in te richten en dan zonder de zorgen of de onderdelen wel samenwerken.

De Home Center 3 is een smaakvol vormgegeven smarthome-gateway die in elke kamer past.

Lees ook: Zo maak je van je doorsnee huis een slim, comfortabel en veilig huis

Fibaro

Voor zijn eigen apparaten gebruikt Fibaro het protocol Z-Wave, maar de Home Center 3 ondersteunt ook Zigbee. Het gaat dan vooral om slimme verlichting en sensoren onder meer van IKEA, Philips en Aqara, maar de lijst met ondersteunde producten groeit snel.

De interface is helder en werkt soepel. De app voldoet ook, al biedt hij minder opties dan de webinterface. Automatiseringen maak je of met kant-en-klare scènes of handmatig door zelf op een visuele manier apparaten te verbinden, en daar voorwaarden en acties aan te koppelen. Wil je echt diep gaan, dan kan dat via LUA-script.

Hoewel het Fibaro-platform geslotener is dan de andere smarthome-gateways, is er naast de eigen uitbreidingen ook een marktplaats waar onafhankelijke ontwikkelaars apps aanbieden. Fibaro beoordeelt deze apps vooraf wat een geruststellende gedachte is, al staat het niet garant voor de werking.

Door ‘rebranding’ heet de verder prima app van Fibaro nu Yubii. Dat vinden we toch wel jammer voor een premium merk.

De Home Center 3 is duidelijk een volwassen product. De firmware van verbonden Fibaro-apparaten worden keurig geüpdatet: er is support van Fibaro en een groot online forum, en je kunt aparte gebruikers maken en eigen rechten geven. De integratie met Siri, Alexa en Google Assistant is gratis, net als back-up (cloud én lokaal) en de door Fibaro beveiligde toegang via het internet.

Block-scenes is een van de drie manieren om met Fibaro te automatiseren.

Onafhankelijke derde

Met Homey is er nog een derde optie voor een smarthome-gateway. Fabrikant Athom, het Nederlandse bedrijf achter de Homey Pro, ontwikkelt wel een smarthome-gateway, maar verkoopt geen eigen smarthome-apparaten. Het bedrijf levert een fraai vormgegeven minicomputer waarop zijn eigen smarthome-platform draait. De Homey Pro ondersteunt naast Z-Wave en Zigbee, ook wifi, bluetooth, KlikAanKlikUit (433 MHz), en binnenkort ook Thread en Matter.

De Homey Pro kan via wifi of een optionele ethernet-adapter met het netwerk worden verbonden.

Daarbij levert het bedrijf een eigen app, en biedt het andere bedrijven en ontwikkelaars de mogelijkheid eigen aanvullingen te maken. Ook is Athom bezig met een eigen hardwarecertificering voor fabrikanten die willen laten zien dat hun smarthome-producten samenwerken met Homey.

Behalve de Homey Pro biedt Athom ook nog een Homey Bridge. Deze is aanzienlijk goedkoper in aanschaf, maar vereist een maandabonnement om als zelfstandige gateway te functioneren. Interessanter is het dat de bridge ook als extender voor de Pro functioneert om zo het smarthome-netwerk flink uit te breiden.

De goedkopere Homey Bridge kan als extender voor het smarthome-netwerk van een Homey Pro worden gebruikt.

Homey Pro

De Homey Pro biedt direct uit de box een premium, Apple-achtige ervaring. De hardware ziet er gelikt uit, en de installatie via de app gaat erg soepel en zonder haperingen. De Homey Pro gaat zelf direct op zoek naar beschikbare smarthome-apparaten en biedt aan deze te koppelen.

Wordt een apparaat niet direct herkend, dan kan de ondersteuning via een app worden toegevoegd. Sommige apps zijn van onafhankelijke ontwikkelaars, maar vaak genoeg ook gewoon van de officiële smarthome-fabrikanten. Een Aqara-bewegingssensor werd wel correct herkend, maar deed het daarna toch niet naar behoren, alle overige apparaten wel.

Om te automatiseren, is er keuze tussen de grafische ‘flows’ waarmee je triggers, voorwaarden en acties aan elkaar koppelt, en de scripttaal HomeyScript. Via Inzichten krijg je toegang tot de grafieken van alle verbonden apparaten, zoals het temperatuurverloop of energieverbruik van de laatste week of langer.

Flows is een van de manieren om met Homey te automatiseren.

Dashboards geven snel inzicht in de actuele en historische data van het huis.

Kiezen mag, hoeft niet Wat een vergelijking van smarthome-gateways vooral duidelijk maakt, is hoe hard de thuisautomatisering toe is aan verdere standaardisatie. Te veel tijd en energie van gebruikers en vermoedelijk ook producenten gaat verloren met randzaken als onderlinge communicatie en compatibiliteit.

Voor de consument kan een goede gateway helpen dit probleem minder groot te maken en gelukkig is het aanbod breed genoeg om een goede keuze te maken die past bij jouw wensen en vooral ook smarthome-ambities. De prijs is uiteindelijk maar een klein deel van de hele investering in slimme apparaten. Lukt het niet te kiezen of twijfel je, het is prima mogelijk meerdere gateways te combineren en samen te laten werken.

Wat zijn de kosten?

Het goedkoopst is een zelfbouw-gateway op basis van een Raspberry Pi 4 8 GB met antennes en Home Assistant. Deze kost totaal 240 euro. Beheerde cloudtoegang kost nog 75 euro per jaar extra.

Dat betaal je ook ongeveer als je de standaarduitvoering van de Home Assistant Yellow neemt: de hardware is dan 40 euro duurder, hoewel je dan een Raspberry Pi Compute Module 4 met ‘maar’ 2 GB geheugen hebt. Kies je voor de kitversie van de Home Assistant Yellow, dan bepaal je tegen een meerprijs zelf welke Compute Module 4 je erin stopt.

Fibaro vraagt 449 euro voor de Home Center 3 en dat is inclusief cloudback-ups en veilige toegang via het internet.

De Homey Pro tot slot kost 399 euro, plus 10 euro per jaar voor de cloudback-up.

Tips om met thuisautomatisering te beginnen

  1. Waar ben je naar op zoek? Wooncomfort, slimme verlichting, beveiliging, of een combinatie? Bepaal eerst goed wat je wilt automatiseren (en ook wat niet) en neem die keuze mee in elke volgende stap.
  2. Bepaal voor je begint een budget en houd je daaraan! Smarthome-apparatuur is er in veel prijsklassen en het aanbod is zeer divers. Voorkom dat je wel veel geld kwijt bent aan slimme apparaten, maar toch niet het gewenste resultaat behaalt.
  3. Automatiseer per ruimte van het huis. Begin niet met je hele huis in één keer, maar laat het groeien. Benader elke kamer als een project, met een plan, een budget en een evaluatie aan het einde. Pas daarna begin je aan de volgende kamer.
  4. Wees creatief. Er zijn vaak meerdere oplossingen voor hetzelfde probleem. Wil je alleen de lampen kunnen dimmen, dan zijn de duurdere lampen met meerdere kleuren overbodig. Lampen met alleen witlicht zijn goedkoper. Een slimme schakelaar met dimfunctie is in aanschaf misschien duurder, maar gaat erg lang mee waardoor je uiteindelijk wellicht toch goedkoper uit bent.
  5. Hetzelfde geldt voor de sensoren. Zij zijn de ogen van je smarthome, maar je hoeft niet altijd alles te zien. Is alleen de lichtsterkte of beweging belangrijk, neem dan een goedkope sensor die ook echt alleen dat meet.
  6. Blijf leren. Neem de lessen van de vorige ruimte mee naar de volgende. Heb je eens achteraf een verkeerd slim apparaat gekocht, kijk dan of je het bij een volgende ruimte alsnog kunt inzetten.
  7. In de beperking toont zich de meester. Stel doelen, werk ze uit in concrete oplossingen en implementeer ze. Van alsmaar meer en complexer wordt je huis niet per se beter.

 

▼ Volgende artikel
Review Samsung Galaxy S25 Ultra – Slimme AI of slimme marketing?
© Wesley Akkerman
Huis

Review Samsung Galaxy S25 Ultra – Slimme AI of slimme marketing?

Hoewel de binnenkant weinig grote vernieuwingen kent, introduceert de Samsung Galaxy S25 Ultra een frisse manier om je smartphone te gebruiken. Ook het ontwerp is verfijnd. Maar rechtvaardigt dat de forse (maar niet verhoogde) aanschafprijs?

Goed
Conclusie

De Samsung Galaxy S25 Ultra is een indrukwekkende smartphone, maar mist echte innovatie. De AI-functies zijn handig, maar geen gamechanger, en de hardware-upgrades ten opzichte van de S24 Ultra zijn minimaal. De snellere chipset en verbeterde ultragroothoeklens zijn welkom, maar de S Pen heeft juist functionaliteit verloren. Verder blijft de Samsung-ervaring grotendeels vertrouwd: een lange accuduur, schone software en een sterk updatebeleid. Heb je een S24 Ultra? Dan is er weinig reden om te upgraden.

Plus- en minpunten
  • Verfijnd toestel
  • Krachtige processor
  • Weergaloos beeldscherm
  • Riant updatebeleid
  • AI voegt nog steeds te weinig toe
  • Processor kan warm worden
  • Stylus zonder bluetooth
  • Macrofunctie

Met een vanafprijs van 1449 euro is de Samsung Galaxy S25 Ultra geen kleine investering. En terwijl we de introductieprijs van de OnePlus 13 al pittig vonden, voelt die in vergelijking met die van de Ultra ineens een stuk vriendelijker aan. Wat krijg je voor dat bedrag? Dit jaar een titanium frame met rondere hoeken en een Corning Gorilla Armor 2-beschermlaag, die volgens Samsung tot 29 procent betere bescherming biedt dan het nagenoeg identieke model van vorig jaar.

Verder zorgt een nieuwe anti-reflectielaag ervoor dat licht van lampen en de zon minder storend is, waardoor je display onder alle omstandigheden goed afleesbaar blijft. De achterkant is voorzien van Corning Gorilla Glass Victus 2, en met een IP68-certificering is de S25 Ultra goed bestand tegen stof, water en ongelukjes – of dat nu een valpartij, een omgestoten glas water of een enthousiaste baby betreft.

Hoewel het toestel iets lichter is dan zijn voorganger, blijft het scherm grotendeels hetzelfde. Met 0,1 inch extra schermoppervlak is het verschil marginaal, en verder biedt het geen grote verbeteringen ten opzichte van de S24 Ultra.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Hetzelfde en toch anders

We zouden onze recensie van vorig jaar domweg kunnen herhalen, maar dat is zonde van zowel jouw als onze tijd. Mocht je die willen teruglezen, dan kan dat natuurlijk. Wat je moet weten: de beelden zijn haarscherp, de kleuren sprankelend en de bewegingen uitzonderlijk vloeiend. Samsung staat al jaren bekend om zijn uitstekende smartphone-schermen, en de Galaxy S25 Ultra vormt daarop geen uitzondering.

Toch is er één gebied waarop Samsung niet de absolute winnaar is: schermhelderheid. Hier heeft Google met de Pixel 9-serie een lichte voorsprong. Desondanks zou je zowel binnen als buiten zonder problemen moeten kunnen zien wat er op je scherm gebeurt.

Op andere vlakken is de ervaring met de Galaxy S25 Ultra net iets anders dan bij zijn voorganger. De stylus (de S Pen) is bijvoorbeeld niet langer uitgerust met bluetooth. Dat betekent dat functies zoals het op afstand bedienen van de camera of andere Air Actions niet meer werken. Volgens Samsung gebruikt slechts 1 procent van de gebruikers deze functies, waardoor de impact beperkt zou zijn. Of dat cijfer klopt, valt niet te verifiëren, maar het lijkt vooral een kostenbesparende maatregel om de prijs enigszins binnen de perken te houden.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Wordt soms gloeiend heet

Een nieuwe Galaxy S betekent traditioneel ook een nieuwe processor. Dit jaar heeft Samsung gelukkig gekozen voor de meest recente en premium Snapdragon-chipset – en dat geldt voor alle drie de modellen. De Snapdragon 8 Elite hebben we eerder getest in de OnePlus 13 en ASUS ROG Phone 9 Pro, en die wist ons te overtuigen. Voor de Samsung Galaxy S25 Ultra mag je dus niets minder dan topprestaties verwachten. En die krijg je ook, al is er wel een belangrijke kanttekening: het toestel wordt echt heet.

Vooral in de standaardmodus kan de warmteontwikkeling problematisch zijn. Bij alledaagse apps valt het nog mee, maar zodra je de Ultra zwaar belast, wordt het toestel oncomfortabel warm. Niet alleen de randen, maar ook het scherm en de achterkant voelen dan gloeiend heet aan. Vreemd genoeg blijft de temperatuur beter onder controle wanneer je de game- of prestatiemodus inschakelt. In die stand blijft de chipset efficiënter koelen, terwijl de prestaties nauwelijks afnemen. Er is voldoende rekenkracht om af en toe een stapje terug te doen in energiebesparing, zonder dat je daar als gebruiker veel van merkt.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

De nieuwe cameralens

Tot slot is er nog één hardwarewijziging, en die zit 'm in de ultragroothoeklens. Waar die vorig jaar nog 12 megapixel had, beschikt hij nu over een 50 megapixelsensor. Dat zorgt voor groothoekopnamen met een hogere resolutie, en de macromodus is hierin geïntegreerd. Helaas presteert die laatste ondermaats: het focuspunt wordt soms op een vreemde plek gelegd, waardoor delen van de foto wazig blijven terwijl je juist scherpte verwacht.

Voor de rest presteert het camerasysteem zoals we dat van Samsung gewend zijn. Je krijgt levendige, kleurrijke en heldere beelden met een goed detailniveau. Ook inzoomen gaat met de nodige finesse, en avondfotografie levert indrukwekkende resultaten op. Wel kan het gebeuren dat kleuren soms wat onnatuurlijk overkomen, waardoor foto’s en video’s een iets te gepolijste uitstraling krijgen. Voor gebruik op social media is dat meestal geen probleem – de beelden zien er dan juist extra aantrekkelijk uit. Al met al is de camera-ervaring nauwelijks veranderd ten opzichte van eerdere Ultra-modellen en biedt die wat je mag verwachten: de typische Samsung-look.

100x

10x

5x

Waar het 'm allemaal om te doen is

Hoewel er de nodige hardwarematige veranderingen zijn doorgevoerd, voelen die niet revolutionair genoeg om meteen naar de winkel te rennen. Waar draait het dan wél om? Software. Met One UI 7 en de integratie van zowel Galaxy AI als Google Gemini zet Samsung vol in op kunstmatige intelligentie, oftewel AI. Een van de opvallendste functies is 'Cross App Action', waarmee je met één stemopdracht meerdere apps tegelijk kunt aansturen.

In de praktijk is deze functie op het moment van schrijven nog vrij beperkt, vooral omdat veel Nederlandse apps (nog) niet worden ondersteund. Typische Google- en Samsung-diensten werken daarentegen wél. Zo kun je bijvoorbeeld vragen naar een restaurant in de buurt dat aan specifieke eisen voldoet en tegelijkertijd aangeven dat je het adres naar een vriend wilt sturen. Dat verloopt via Google Maps, de Berichten-app en eventueel een browser. Voorlopig blijft er wel een handmatige stap nodig: je moet het versturen van het bericht nog altijd zelf bevestigen.

3x

2x

1x

Werken met kunstmatige intelligentie

Bij spraakopdrachten kun je ook specifieke apps noemen die je wilt gebruiken. Dat werkt echter alleen als die apps op de lijst met ondersteunde diensten staan én als zowel Google Gemini als Galaxy AI expliciete toestemming hebben om ze te raadplegen. Alle instellingen rondom deze AI-functies vind je in het menu terug onder 'Galaxy AI'. Samsung houdt de opties daarmee relatief toegankelijk – ze zijn niet diep weggestopt. Toch vereist elk onderdeel wel enige uitleg, waardoor de leercurve alsnog steil kan zijn.

Daarnaast zijn er functies zoals Circle to Search, de Now Bar en Now Brief. Met Now Brief krijg je drie keer per dag een overzicht met relevante informatie, zoals het weer, agenda-afspraken en bijvoorbeeld suggesties voor Spotify-afspeellijsten. Hoe langer je het toestel gebruikt, hoe uitgebreider deze updates worden. Now Bar daarentegen toont alleen informatie van apps die je op dat moment gebruikt, maar dan direct op het vergrendelscherm.

In de praktijk voegen deze functies weinig toe. Na drie weken testen bleken ze nauwelijks van waarde, en echt warm worden we er dan ook niet van.

0,5x

5x

3x

Over het AI-gebruik

Tot slot biedt het zijpaneel – toegankelijk via het kleine balkje aan de rechterkant van het scherm – een snelle toegang tot veelgebruikte AI-functies. AI Select lijkt op Circle to Search, maar gaat een stap verder: het kan helpen bij tekenen, achtergronden genereren en zelfs gifjes uit video's halen. Daarnaast kan de schrijfhulp ondersteunen bij het opstellen van teksten of tabellen. Dit zijpaneel maakt AI-opties niet alleen zichtbaar, maar presenteert ze ook op een toegankelijke manier, waardoor je eerder geneigd bent ze te gebruiken –precies wat Samsung voor ogen heeft.

Over het algemeen hebben we gemengde gevoelens over de AI-functies. Aan de ene kant zijn sommige opties best handig en zorgen ze daadwerkelijk voor een snellere workflow – met Cross App Action als positief voorbeeld. Aan de andere kant voelt het soms alsof Samsung oplossingen creëert voor problemen die nauwelijks bestaan. Ja, sommige dingen gaan sneller, maar daar blijft het ook bij. Wat in elk geval een verbetering is: Samsung heeft Bixby ingeruild voor Gemini. Daarmee wordt een probleem opgelost dat het bedrijf ooit zelf introduceerde.

2

1

Samsung Galaxy S25 Ultra kopen

De AI-mogelijkheden maken van de Samsung Galaxy S25 Ultra niet direct dé smartphone die je moet hebben. Hier en daar nemen ze wat ongemak weg, maar verder reiken de voordelen niet. Belangrijker nog: het gebrek aan significante hardwareverbeteringen zorgt ervoor dat ons enthousiasme beperkt blijft. De S24 Ultra en S25 Ultra zijn in de basis simpelweg hetzelfde toestel. Ja, de chipset is sneller en krachtiger, en de ultragroothoeklens heeft een upgrade gekregen, maar daar houdt het wel zo’n beetje op.

Begrijp ons niet verkeerd: de Galaxy S25 Ultra is een fenomenaal toestel en misschien zelfs weergaloos in zijn klasse. Maar hardware-innovatie ontbreekt volledig. Sterker nog, een belangrijk onderdeel van de ervaring – de S Pen – is er zelfs op achteruitgegaan.

Wat blijft, is de vertrouwde Samsung-ervaring: een accuduur die uitstekend is, software die grotendeels schoon en vrij van overbodige apps blijft, en een riant updatebeleid dat net zo sterk is als vorig jaar. Maar als je al een S24 Ultra hebt, is er simpelweg te weinig om een upgrade te rechtvaardigen.

▼ Volgende artikel
Wat is aptX Lossless?
© Denon.com
Huis

Wat is aptX Lossless?

Bluetooth-codecs spelen een belangrijke rol bij het streamen van muziek naar draadloze hoofdtelefoons en speakers. AptX Lossless is een van de nieuwste ontwikkelingen op dit gebied, bedoeld voor muziek in cd-kwaliteit zonder verlies van audiogegevens. Hoe werkt het precies, en wat heb je nodig om het te gebruiken? Dat lees je in dit artikel.

In dit artikel praten we je helemaal bij over aptX Lossless voor audio via bluetooth. We leggen uit: • Wat een bluetooth-codec is • Waarom is aptX • Wat aptX Lossless juist biedt • Wat je nodig hebt om het te gebruiken

Lees ook: Wat is het verschil tussen lossy en lossless audio?

AptX Lossless draait om het beluisteren van muziek via bluetooth en komt vooral voor bij nieuwe (premium) smartphones. Het kan echter ook worden gebruikt om geluid te streamen naar een speaker, streamer of ander audiotoestel. Toch zie je het daar nog niet vaak terug, en dat heeft zo zijn redenen.

Wat is een bluetooth-codec?

Bluetooth kun je vergelijken met een autosnelweg: het zorgt voor een verbinding tussen twee toestellen. Om muziek te verplaatsen (of streamen) heb je echter nog een 'vervoersmiddel' nodig. Dat is een codec, die ervoor zorgt dat bijvoorbeeld een Taylor Swift-liedje verpakt wordt en zonder haperingen én in goede kwaliteit bij je hoofdtelefoon of speaker aankomt. Dit is noodzakelijk omdat bluetooth niet genoeg capaciteit heeft om muziek in zijn oorspronkelijke vorm te streamen.

Er zijn verschillende codecs, waarvan sommige vooral gericht zijn op het voorkomen van haperingen, terwijl andere juist de geluidskwaliteit verbeteren. Alle codecs verkleinen de muziekdata door audiogegevens te verwijderen. Daarom worden ze ook 'lossy' genoemd.  Voorbeelden van dergelijke codecs zijn SBC, AAC of LDAC.

Hoeveel audiodata er verdwijnt, hangt af van de codec én de gekozen bitrate, want elke codec biedt op dat vlak verschillende niveaus. Hoe kleiner de bitrate, hoe meer gegevens er verwijderd worden. Zo eindig je met streams die vier tot tien keer kleiner kunnen zijn dan het bronbestand. Het resultaat van dat lossy proces kan een lagere audiokwaliteit zijn, afhankelijk van de gekozen codec en bitrate. 

Om het niet te ingewikkeld te maken voor de gebruiker, ondersteunen smartphones en hoofdtelefoons doorgaans meerdere codecs. Bij het koppelen of pairen wordt automatisch bepaald welke codec er gebruikt wordt.

 Ook interessant: Hoe luister je muziek via bluetooth?

Wat is aptX?

AptX Lossless is de nieuwste generatie van aptX, codecs die afkomstig zijn van chipbouwer Qualcomm. Oorspronkelijk was er één aptX-codec, inmiddels zijn er verschillende. Zo kun je aptX HD tegenkomen, dat een betere kwaliteit biedt. Bij aptX LL staan die dubbele L's voor 'low latency', verminderde vertraging, wat belangrijk is bij het gamen.

Bij nieuwe toestellen zie je heel vaak aptX Adaptive in de specificaties staan. Dit is een codec die de audiokwaliteit aanpast aan de situatie. Als je bijvoorbeeld muziek streamt van je smartphone naar een speaker die wat verder staat, dan schakelt aptX Adaptive automatisch naar een lagere kwaliteit om haperingen te voorkomen. Breng je de speaker dichterbij, dan wordt de kwaliteit beter. 

©Jamie Biesemans

Lossy vs Lossless

AptX Lossless is de eerste codec die geen audiogegevens weggooit (vandaar 'lossless', zonder verlies). Het biedt dezelfde kwaliteit als een muziek-cd (16-bit / 44,1 kHz) en zet dus audiokwaliteit op de eerste plaats. Het wordt altijd gecombineerd met aptX Adaptive, waarbij die Lossless-codec naadloos voor een lossy kwaliteit wordt ingeruild als je bijvoorbeeld met je in-ears wegloopt van je smartphone. Aptx Lossless werkt immers enkel als je dicht bij je telefoon blijft.

Wat heb je nodig?

Om een bepaalde codec te gebruiken, moeten beide toestellen deze ondersteunen. Je hebt dus zowel een smartphone als een hoofdtelefoon nodig die aptX Lossless ondersteunen. De link met Qualcomm is duidelijk, omdat alleen bepaalde chipsets van dit merk compatibel zijn met de codec. Het gaat dan om de snelste Snapdragon-chipsets die vooral bedoeld zijn voor smartphones uit de topklasse en hogere middenklassers. Die zijn uitgerust met 'Snapdragon Sound'. 

©Jamie Biesemans

Dit label garandeert echter niet dat aptX Lossless wordt ondersteund, omdat deze codec een optionele extra is. Sommige smartphonefabrikanten plaatsen wel de juiste hardware in hun toestellen, maar kiezen ervoor alleen aptX Adaptive te ondersteunen en aptX Lossless weg te laten. Dit kan te maken hebben met extra licentiekosten voor de Lossless-versie of de hogere kosten van de benodigde hardware. AptX Lossless vereist namelijk een extra antenne. Merken zoals Asus en Sony bieden deze ondersteuning wél op bepaalde smartphones.

Hoe weet je dan of je via de beste codec luistert? In theorie zou aptX Lossless duidelijk vermeld moeten worden, zowel op de verpakking als op het scherm tijdens gebruik. In de praktijk is het soms moeilijk om te ontdekken welk toestel aptX Lossless ondersteunt. Je kunt wel bij Qualcomm een overzicht van producten bekijken die aptX Lossless aan boord hebben (al lijkt ook die lijst niet helemaal compleet). 

Omdat Qualcomm de codec exclusief houdt, vind je deze niet in smartphones met chipsets van andere merken. Zo biedt Apple het niet aan op de iPhone.Ook Samsung-smartphones met Samsungs eigen Exynos-chips ondersteunen het niet.

Er is inmiddels een beperkt aantal laptops met aptX Lossless-ondersteuning op de markt, onder andere van Asus, Dell en Acer.  Als het gaat om draadloze koptelefoons en in-ears is het lijstje ook niet enorm lang. Bose en Denon zijn de twee grootste namen die aptX Lossless omhelzen, naast merken als Cambridge Audio en Bowers & Wilkins. In het overzicht van Qualcomm ontbreken echter sommige namen. Wil je dus echt via bluetooth muziek in de hoogste kwaliteit beluisteren, dan moet je zelf dus nog goed het een en ander uitzoeken.

Apt X Lossless-ondersteuning vind je bijvoorbeeld op 🢱