ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Hoe werkt machine learning precies?

Software die uit zichzelf kan leren, daar kijken we niet meer van op. Denk aan spraakherkenning die ons telkens beter begrijpt, of een slimme thermostaat die na een tijdje weet wanneer we dagelijks van ons werk komen en dan de verwarming al op tijd wat hoger zet. Maar hoe werkt machine learning precies?

We spreken van machinelearning als een programma in staat is om zonder menselijke inbreng te leren hoe het een specifieke taak kan uitvoeren en beter wordt in die taak hoe meer ervaring het heeft. Er is dus geen mens die een algoritme programmeert om die taak uit te voeren; de mens programmeert een algoritme dat uit zichzelf leert om de taak uit te voeren.

Hoe programmeer je zo’n algoritme om te leren? Kort door de bocht bestaat dat leren eruit dat het algoritme zoveel mogelijk informatie uit een verzameling gegevens haalt en zo een signaal van ‘ruis’ kan onderscheiden in die gegevens. Zo zijn in spraakherkenningstechnologie de gegevens een geluidsopname, terwijl de informatie de uitgesproken woorden zijn. Al de rest van de geluidsopname is ruis.

In de praktijk trainen we de software op een trainingset, een verzameling gegevens die een goede voorstelling vormen van de gegevens die de software zal tegenkomen. Nadat de software op die manier getraind is, kan ze ook onbekende gegevens aan. Wel moet de taak altijd duidelijk afgelijnd zijn. Software die spraak herkent, kun je niet integraal inzetten om muziek te herkennen en al zeker niet om gezichten te herkennen.

Neuraal netwerk

Neurale netwerken (‘artificial neural networks’) vormen een belangrijke aanpak in machinelearning. Ze bootsen de werking van de hersenen na, die een biologisch neuraal netwerk vormen: een kluwen van ontzettend veel verbindingen tussen neuronen (hersencellen). Een kunstmatig neuraal netwerk bestaat meestal uit meerdere lagen: een invoerlaag van neuronen die de invoer van een probleem voorstellen, een uitvoerlaag van neuronen die de oplossing van het probleem voorstellen, en één of meer tussenliggende lagen die berekeningen uitvoeren.

Bij een fully connected neural network krijgt elk neuron invoer van alle neuronen in de laag ervoor en geeft het zijn uitvoer aan alle neuronen in de laag erna. Bij een convolutioneel neuraal netwerk is een neuron niet afhankelijk van alle neuronen in de vorige laag. Een neuraal netwerk programmeer je niet door expliciet aan te geven hoe het een probleem moet oplossen; je ‘traint’ het door het vele voorbeelden van een probleem te geven, waardoor het uit zichzelf de taak leert.

Deep learning

Vooral deeplearning maakt de laatste jaren furore in de wereld van machinelearning. Bij deeplearning gebruikt het algoritme een groot aantal lagen tussen input en output. De invoerlaag verwerkt de input en stuurt die door naar de volgende laag, die zijn input verwerkt en naar de volgende laag doorstuurt, enzovoort, tot er aan het einde de output uitkomt. Dit grote aantal lagen maakt complexe transformaties mogelijk.

Een prominente gebruiker van deeplearning is Google DeepMind. In 2014 nam Google de start-up DeepMind uit Cambridge over. Begin 2016 kwam het in het nieuws met de overwinning van AlphaGo op de menselijke kampioen in het bordspel go. En het systeem van DeepMind blinkt uit in het spelen van games zoals Space Invaders en Pac Man.

Google DeepMind combineert deeplearning op een convolutioneel neuraal netwerk met het zogenoemde Q-learning om spelletjes te leren spelen zonder dat het hoeft te weten wat de goede zet is: het algoritme krijgt alleen informatie over ‘winst’ of ‘verlies’. Google DeepMind noemt hun techniek deep reinforcement learning.

Google heeft het geld voor de mensen en de computers om op grote schaal machine learning te ontwikkelen

-

Wat heeft Google DeepMind dat anderen niet hebben? “Vooral geld,” zegt Sander Bohte, onderzoeker bij het Amsterdamse CWI (Centrum voor Wiskunde & Informatica). “Wanneer je een industrieel onderzoekslabo hebt waar een paar honderd briljante mensen werken, verkrijg je de resultaten van Google DeepMind. Google heeft het geld om de beste mensen ter wereld aan te nemen en ze hebben geld voor krachtige computerclusters. Zij kunnen dus op een heel andere schaal werken dan universiteiten.”

Facebook, Microsoft, Apple...

Google is niet de enige die geld investeert in machinelearning. Facebook heeft een Applied Machine Learning-team dat spam herkent, foto’s automatisch tagt en nog heel wat andere slimme taken uitvoert op het sociale netwerk.

In 2015 kocht Microsoft het bedrijf Equivio, dat patronen in grote hoeveelheden e-mails en documenten doorspit. En Apple nam in 2016 de vooraanstaande onderzoeker Ruslan Salakhutdinov aan als hoofd van zijn AI Research team. Ook Amazon, Twitter en Baidu zijn bezig met machinelearning. En dan is er nog IBM, dat met zijn supercomputer Watson belangrijke toepassingen ontwikkelt.

De kunstmatige neurale netwerken die een belangrijke rol spelen in machinelearning zijn losjes geïnspireerd op de neuronen in onze hersenen. Maar ze werken helemaal niet zo efficiënt, zegt Sander Bohte: “Onze hersenen verbruiken zo’n 25 W energie. Een neuraal netwerk op een pc verbruikt al snel 300 W. Dat kunnen we niet in een drone implementeren, want die verbruikt dan te veel energie om lang in de lucht te blijven op zijn batterijlading."

"En als we een neuraal netwerk ter grootte van de hersenen zouden maken, zou dat 5 MW verbruiken. Onze kunstmatige neurale netwerken zijn dus aanzienlijk minder efficiënt dan hun biologische evenknieën.”

De grote uitdaging is dus om dat verschil te verkleinen. Dat kunnen we volgens Sander Bohte bereiken als we ons nog meer laten inspireren op biologische neurale netwerken: “Neuronen in onze hersenen communiceren met pulsen. Gemiddeld sturen ze één puls per seconde. Maar neuronen zijn niet continu actief. Soms doen ze een seconde niets en soms vuren ze tien keer op een seconde.”

Spiking neural networks

Sander Bohte doet onderzoek naar spiking neural networks, die net zoals biologische neuronen geen energie gebruiken wanneer er niets gebeurt. “We hopen zo neurale netwerken toch een factor 100 energie-efficiënter te maken,” zegt hij. IBM gebruikt dezelfde aanpak in zijn TrueNorth-processor, die met een miljoen neuronen maar 70 mW verbruikt.

Spiking neurale netwerken hebben volgens Sander Bohte nog een ander voordeel: ze zijn compatibel met biologische neuronen omdat ze dezelfde taal spreken. “We kunnen een spiking neuraal netwerk in principe rechtstreeks op ons brein aansluiten. Zo werk ik nu samen met het Leids Universitair Medisch Centrum om cochleaire implantaten te verbeteren. "

"Ik verwacht dat neuroprotheses met spiking neurale netwerken binnen vijf jaar mogelijk zijn. En ik verwacht ook veel van het Amerikaanse DARPA, dat veel geld steekt in projecten binnen het BRAIN Initiative met als doel om 1 miljoen gelijktijdige ‘aansluitingen’ met de hersenen te maken.”

Onbetrouwbare resultaten

Een nadeel van neurale netwerken is dat ze een soort ‘black box’ vormen: wanneer ze een resultaat geven, weet je niet hoe ze tot dat resultaat komen. In sommige domeinen is dat helemaal geen wenselijke eigenschap. Stel dat we software ontwikkelen om een arts te helpen bij het nemen van juiste beslissingen. Als de software een diagnose stelt, maar de arts helemaal niet weet waarop die diagnose gebaseerd is, kan hij daarop niet vertrouwen. Een verkeerde beslissing kan immers een grote impact hebben.

“In zulke domeinen werk je daarom liever met predictieve modellen die voor de expert te begrijpen zijn,” zegt Gilles Vandewiele, doctoraatsstudent aan het Internet Technology and Data Science Lab (IDLab) van de Universiteit Gent – imec. Gilles Vandewiele werkt daarom met decision support systemen.

Wanneer neurale netwerken een resultaat geven, weet je niet hoe ze daartoe zijn gekomen

-

“Dat vereist vaak meer menselijke inbreng dan een neuraal netwerk, omdat we zelf aan feature extraction (het verminderen van de hoeveelheid middelen die nodig zijn om een grote set van gegevens te beschrijven – red.) doen, terwijl dat bij deeplearning automatisch gebeurt. Maar het resultaat is dan wel een begrijpelijk model dat vaak sneller getraind kan worden dan zijn tegenpool, omdat we dan geen miljoenen parameters meer moeten leren.”

Naast de medische sector zijn ook de financiële en juridische sectoren geïnteresseerd in deze aanpak, omdat experts in die domeinen een uitleg moeten kunnen geven bij hun beslissingen. “De nauwkeurigheid ligt bij deeplearning wel nog hoger. Bij de keuze tussen deeplearning- en decision support-systemen maak je altijd de afweging tussen nauwkeurigheid en begrijpelijkheid van het model.”

Ook IBM Watson is op deze aanpak gebaseerd. De DeepQA-software die het hart uitmaakt van Watson kan allerlei gestructureerde en ongestructureerde gegevens combineren en zijn beslissingen uitleggen. IBM heeft Watson dan ook al in meerdere ziekenhuizen ingezet en waagt zich met het systeem ook aan weersvoorspellingen.

Lees verder op de volgende pagina.

Vandewiele wijst ook op Kaggle, een online platform dat programmeerwedstrijden in data science-problemen organiseert. “Op Kaggle vind je heel veel state-of-the-art oplossingen voor machinelearning-problemen. Voor problemen die niet over afbeeldingen, video’s of geluid gaan, is de meest prominente tactiek om hoge classificaties te halen het trainen van heel veel verschillende modellen op basis van geëxtraheerde features en dan de voorspellingen van die modellen gebruiken als nieuwe features voor een finaal model.

Een van de meest voorkomende algoritmes daarvoor is eXtreme Gradient Boosting (XGBoost), een algoritme gebaseerd op beslissingsbomen.” In 2015 en 2016 haalden doctoraatsstudenten van de Universiteit Gent de eerste respectievelijk tweede plaats in de Data Science Bowl van Kaggle.

Bayesiaans netwerk

Nog een andere aanpak in machinelearning vormen de Bayesiaanse netwerken. Een Bayesiaans netwerk is een probabilistisch grafisch model dat de conditionele afhankelijkheden van willekeurige variabelen voorstelt. Zo kun je de relaties tussen ziektes en symptomen voorstellen. Bij het voorkomen van bepaalde symptomen, kun je dan berekenen wat de kans is op allerlei ziektes.

“Voor een Bayesiaans netwerk moet je ontzettend sterke aannames maken over de wereld,” zegt Peter Grünwald van het Amsterdamse CWI. “Je moet aangeven hoe groot de kans is op alle mogelijke toestanden van de wereld, je prior beliefs. Voor complexere problemen gaat dat al snel over een kansverdeling van miljoenen getallen. Het is conceptueel niet zo eenvoudig om je dan voor te stellen waar je nu eigenlijk mee bezig bent.”

Peter Grünwald is daarom voorstander van een informatietheoretische aanpak. “Eigenlijk is dat een veralgemening van de Bayesiaanse methode, maar de interpretatie ervan is helemaal anders, in termen van datacompressie. De kern bestaat uit het minimum description length (MDL) principle. Dit principe zegt dat de beste hypothese voor een bepaalde verzameling gegevens degene is die leidt tot de beste compressie van deze gegevens.”

Als je ruwe data zoals x- en y-coördinaten letterlijk zou opschrijven zonder enige compressie, zouden die veel ruimte innemen. Maar als er een patroon tussen x en y bestaat, bijvoorbeeld y is een functie van x, dan kun je die gegevens kleiner opschrijven. Je schrijft dan de functie op en daarna de x-coördinaten. Die tweede manier comprimeert de gegevens beter dan de eerste en is dus een betere hypothese.

Machine learning en robots

We denken bij machinelearning doorgaans aan ‘virtuele’ oplossingen zoals slimme assistenten en vertaalprogramma’s, maar we zien ook meer en meer oplossingen in robotica, die een effect in de echte wereld hebben. “Het is een hele uitdaging om robots te leren bewegen en ze zo adaptief mogelijk te maken in menselijke situaties,” zegt Francis wyffels, die hiernaar onderzoek doet aan het IDLab van de Universiteit Gent.

Vooral in kleinere bedrijven is die aanpak interessant. Terwijl grotere productiebedrijven vaak grotendeels geautomatiseerde fabrieken hebben met robots die zonder enige menselijke inbreng hun werk doen, gaat het bij mkb’s vaak anders: de robots krijgen steeds wisselende taken en voeren die in nauwe samenwerking met mensen uit. Dat vereist heel wat meer intelligentie én aanpassingsvermogen.

Het is een hele uitdaging om robots te leren bewegen en ze zo adaptief mogelijk te maken in menselijke situaties

-

Om intelligentere robots mogelijk te maken, is ook heel wat fundamenteel onderzoek nodig. Zo bekijken onderzoekers hoe ze de werking van robots meer door biologische processen kunnen laten inspireren. “In onze ruggengraat zitten de Central Pattern Generators (CPG’s), neurale netwerken die de spieren aansturen. Voor motorische controle op hoog niveau zijn de hersenen natuurlijk nog nodig, maar de CPG’s werken op een lager niveau. De controle gebeurt dus door neurale netwerken op verschillende niveaus,” legt Francis wyffels uit.

“We kunnen dan ook allerlei basisbewegingen doen zonder dat onze hersenen dat moeten aansturen. Robots werken daarentegen doorgaans met één centraal programma dat alles aanstuurt. Wat als je nu de bewegingen van een robot ook hiërarchisch laat aansturen, met onafhankelijk werkende motorneuronen zoals in onze ruggengraat? Dit onderzoek staat wel nog in zijn kinderschoenen, maar het is een veelbelovende aanpak.”

Binnen enkele jaren zouden we ons domoticasysteem volgens Francis wyffels niet meer via een aanraakscherm aan de muur of via onze tablet aansturen, maar we zouden ermee op een natuurlijke manier communiceren via een soort kunstmatige huiscoach.

“Zo’n sociale robot waarmee je spreekt kan de aversie van veel mensen voor technische systemen overwinnen. Veel mensen zijn bang voor een domoticasysteem omdat ze in de war raken door al die knopjes en instellingen. Dat is allemaal veel te abstract voor hen. We hebben alle bouwblokken om een sociale interactie met ons domoticasysteem te ontwikkelen: goede spraakherkenning, beeldverwerking, kennis over human-robot interaction enzovoort. De ontwikkelingen zullen hier dus niet zo heel lang op zich laten wachten.”

De toekomst

De vooruitgang in machinelearning zal niet alleen in ons dagelijks leven gevolgen hebben, maar ook breder in onze maatschappij. Vaak hoor je het doemscenario dat we allemaal onze banen gaan verliezen aan computers. Artsen, journalisten, juristen, ... volgens de doemdenkers is hun baan binnen afzienbare tijd bijna volledig te automatiseren. Onderzoeksbureau Forrester voorspelt dat in 2021 al zes procent van de banen in de VS door robots zijn overgenomen.

Toch is het toekomstbeeld niet zo negatief voor onze baanvooruitzichten als vaak wordt voorgesteld. In zijn rapport ‘Preparing for the Future of Artificial Intelligence’ van eind 2016 schetste de Obama-administratie in één van zijn laatste publicaties dat we onze banen kunnen behouden als we mens en machine laten samenwerken om elkaars zwakheden te compenseren.

Zo vermeldt het rapport een studie waarbij afbeeldingen van cellen van lymfeknopen door een computer of door een dokter beoordeeld werden om te bepalen of het om kanker ging. De computer maakte 7,5 procent fouten, de menselijke patholoog 3,5 procent fouten. Maar als de patholoog werd bijgestaan door een computer, werd het foutpercentage van de gecombineerde aanpak gereduceerd tot 0,5 procent.

De grootste uitdaging in het domein is volgens Francis wyffels dat we te weinig mensen hebben die onderzoek doen naar machinelearning. Dat is volgens hem ook een gevolg van het gebrek aan interesse in wetenschappen en technologie bij de jeugd, in het bijzonder de informaticawetenschappen. Het sterotypische beeld van de asociale computernerd is nog altijd niet uitgeroeid.

“Hier ligt een grote taak voor de overheden en scholen: zij moeten onze jeugd voldoende laten kennismaken met informaticawetenschappen en hen leren om met de snelle veranderingen in de toekomst om te gaan. Er zijn gelukkig heel wat scholen die al op eigen houtje initiatieven invoeren om hun leerlingen warm te maken voor informaticawetenschappen.” Om leerkrachten daarbij te helpen, richtte Francis wyffels de vzw Dwengo op en heeft hij didactisch materiaal op de website program-uurtje verzameld.

▼ Volgende artikel
Review Panasonic TV-55Z90BE6 -  Kwaliteit met een hoog prijskaartje
Huis

Review Panasonic TV-55Z90BE6 - Kwaliteit met een hoog prijskaartje

De Panasonic TV-55Z90BE6 is een premium OLED-tv, net onder het topmodel. Hij mikt op uitmuntende beeldkwaliteit en zal heel wat kijkers aantrekken, ongeacht wat hun favoriete kijkvoer is. Maar de concurrentie is zwaar en we vragen ons af of de tv iets extra te bieden heeft.

Fantastisch
Energy label
Samenvatting

De Panasonic Z90B levert prachtige beelden dankzij het heldere Master OLED Pro-paneel en uitstekende kalibratie. De tv ondersteunt alle HDR-formaten en is met snelle HDMI 2.1-poorten ideaal voor gamers. Het geluid is prima en de draaivoet handig. Minpunten zijn het gebrek aan DTS en ontbrekende Belgische apps op Fire TV.

Plus- en minpunten
  • Zeer goede piekhelderheid
  • OLED-contrast en zeer goed schaduwdetail
  • Goede kalibratie af fabrikant
  • Goede bewegingsscherpte
  • Gebrek aan lokale smart tv-apps voor België
  • Geen ondersteuning voor DTS
  • Hoge adviesprijs
Panasonic TV-55Z90BE6

Adviesprijs: 2.199 euro
Wat: Ultra HD 4K 144Hz W-OLED-tv
Schermformaat: 55 inch (139cm)
Aansluitingen: 4x HDMI (2x v2.1 48Gbps, 2x v2.0 18GBps, ARC/eARC, ALLM, 4K144 HFR, VRR), 3x USB, 1x optisch digitaal uit, 1x hoofdtelefoon/subwoofer, 3x antenne, 1x Ethernet, WiFi 5, Airplay2, Bluetooth
Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, HDR10+ Adaptive, Dolby Atmos, Fire TV, USB/DLNA-mediaspeler, dual DVB-T2/C/S2, CI+-slot, HCX Pro AI Mk II Processor
Afmetingen: 1225 x 787 x 348 mm (incl. voet)
Gewicht: 23 kg (incl. voet)
Verbruik (per 1000 uur): SDR 84 kWh/1000h (G) / HDR 147 kWh/1000h (G)

Panasonic heeft nooit voor opvallende designs gekozen en dat is dit keer niet anders. Het zwarte toestel combineert een slank scherm met een relatief grote behuizing voor de elektronica en aansluitingen achteraan. De afwerking is piekfijn in orde. In tegenstelling tot veel concurrenten staat de Z90B op een draaivoet, een detail dat voor velen handig kan zijn. Opvallend is dat de Z90B voorwaarts gerichte luidsprekers heeft die in een balk onderaan het scherm zitten. Het toestel staat nauwelijks 2cm boven het meubel, maar wie een soundbar wil gebruiken kan die toch voor de tv zetten als de luidsprekerbalk in dat geval toch niet wordt gebruikt.

De aansluitingen staan allemaal zijwaarts of naar onder gericht zodat ze wandmontage niet bemoeilijken. De vier HDMI-poorten zijn onderverdeeld in twee HDMI 2.0-poorten en twee HDMI 2.1-poorten. Die laatste twee leveren 48Gbps bandbreedte en ondersteunen alle belangrijke gamerfuncties, ALLM, HDMI VRR, AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync en kunnen gebruikt worden voor gaming in 4K120 (consoles) of 4K144 (pc). Gamers genieten van een lage input-lag, 6,0ms in 2K120 en 10,5ms in 4K60. Verder vinden we drie usb-poorten, ethernet, WiFi 5, Bluetooth, een optische digitale audio-uitgang en hoofdtelefoonaansluiting. Die laatste is via het menu om te schakelen naar een subwoofer-uitgang. Voor live tv is er een dubbele tuner (DVB-T2/C/S2) met een CI+-slot. 

De achterzijde met alle aansluitingen.

Referentie kalibratie en goede piekhelderheid

De Z90B is verder voorzien van een Master OLED Pro paneel, dat is hetzelfde of een gelijkwaardig paneel die we ook op de Philips OLED810 of LG C5 aantreft. Het paneel in ons testexemplaar toonde een bijzonder goede uniformiteit in heldere en donkere beelden, er is geen spoor van verticale strepen. De kijkhoek is zeer goed, zoals bij alle OLED-tv’s, en de anti-reflectielaag is degelijk, al blijft het van belang om sterke reflecties in het scherm te vermijden. Het toestel pakt uit met een bijzonder goede piekhelderheid. In HDR10 Filmmaker mode meten we 1316 nits op het 10%-venster, en 220 nits op het volledig wit scherm.

Lees ook: Zo testen we televisies voor ID.nl

Wat HDR-piekhelderheid betreft steekt de Z90B daarmee zelfs de LG C5 voorbij, al is het verschil klein. In SDR liggen de resultaten dichter bij elkaar, maar neem de LG C5 de leiding op het volledig wit veld waar hij 265 nits haalt, terwijl de Z90B op 202 nits zit. Voor SDR zal de C5 daardoor iets helderder lijken. Het kleurbereik van 98,3% P3 is wat we ondertussen al even gewend zijn van OLED-tv’s. Dat is zeer goed, en met die specificaties staat de Z90B uitstekend in de startblokken voor top HDR-beelden.

Veel hangt ook af van de kalibratie, en op dat vlak kunnen we de Z90B echt niets verwijten. We gebruiken graag Filmmaker Mode, in SDR is die erg donker ingesteld. Zet de Verlichtingssterkte op 70, en laat de lichtsensor aan en je bent klaar. De fouten die we meten zijn zo klein dat ze op een referentiemonitor niet zouden misstaan. Reken dan ook op mooie natuurlijke beelden, met veel kleurexpressie en goede schaduwdetails. Ook voor HDR10 is de Filmmaker Mode de beste keuze. De tv levert bijzonder goed schaduwdetail, zelfs in onze moeilijkste testscène, de strandscène uit House of Dragons.

Heb je iets meer detail nodig dan kan dat nog steeds door de ‘Dark Visibility’ instelling te gebruiken. Kleurweergave is erg goed, en heldere nuances blijven uitstekend bewaard. Enkel in de helderste tinten verliezen ze wat kleurintensiteit, dat is typisch voor W-OLED. De Z90B ondersteunt bovendien HDR10+ Adaptive en Dolby Vision IQ Precision Detail, voor de beste HDR-beeldkwaliteit. 

Beeldverwerking

De HCX Pro AI MkII processor die Panasonic ook in vorige modellen gebruikte levert bijzonder mooie prestaties. Deinterlacing van live tv (1080i) beeld en ruisonderdrukking scoren goed. Al dient gezegd dat Panasonic erg voorzichtig is met beeldverwerking. De ‘Min’ instelling is voor de meeste beeldverwerking een veilige keuze. Bevat de bron duidelijk ruis, dan zal dat vermoedelijk wat te voorzichtig zijn, de ‘Med’ instelling (voor ruisonderdrukking) levert dan betere resultaten. Upscaling zorgt voor mooie, scherpe beelden en met Resolutie Remasteren kan je zelfs wat extra accent leggen. Dat laat je echter best uitstaan bij erg oud (dvd-) beeldmateriaal, de processor accentueert immers ook ruis op dat soort bronnen.

In HDR was de processor erg goed in het vermijden van kleurstroken in zachte kleurovergangen. In SDR zien we nog wat ruimte voor verbetering op dat vlak. Zet ‘Vloeiende schakering’ op ‘Min’, eventueel kan je voor heel zware gevallen naar ‘Med’ schakelen. De processor vermijdt relatief goed dat er te veel detail verloren gaat. De bewegingsscherpte is uitstekend, en met Intelligent Frame Creation kan je de sportbeelden mooi vloeiend maken, of het schokken van het 24fps camerabewegingen in film wegwerken. 

Audiokwaliteit

De Z90B is uitgerust met een redelijk krachtige 2.1-audioconfiguratie van 60W. De stereoluidsprekers staan bovendien voorwaarts gericht, altijd een goed punt voor de audiokwaliteit. Hij ondersteunt Dolby Atmos, maar geen DTS. Voor wie de tv-luidsprekers gebruikt is dat geen belangrijk minpunt. Wie echter een soundbar of andere audio-oplossing gebruikt, moet weten dat de tv geen DTS-signalen doorgeeft via eARC/ARC. Sluit je bron in dat geval dan rechtstreeks aan op de soundbar. Onze filmfragmenten klonken vrij goed, met prima stereoscheiding en een vleugje surround. De woofermodule zorgt voor voldoende bas. De muziekpreset blies onze muziektesten wat extra leven in. De tv kan voldoende volume leveren, maar boven een bepaald niveau hoor je wel wat vervorming. 

Fire TV

Fire TV, het smart tv-systeem van Amazon, vervangt sinds vorig jaar het in huis ontwikkelde My Home Screen. De layout loopt gelijk met die andere smart tv-systemen. Op het Home-scherm neemt een content-caroussel de bovenste helft van het scherm in. Fire TV toont daar op dit moment enkel content-aanbevelingen, geen ongerelateerde reclame. We hopen dat dit zo blijft. Centraal in beeld vind je snelkoppelingen naar het ingelogde profiel, ingangen, bookmarks en de zoekfunctie. Daarnaast is er ruimte voor zes pictogrammen van favoriete apps. Heb je er meer, dan moet je even doorklikken. Verder naar onder zijn er talrijke rijen met aanbevelingen uit verschillende streamingdiensten al krijgt Prime Video duidelijk meer aandacht. De app-store bevat alle belangrijke internationale streamingdiensten, en ook Nederlandse lokale apps zijn vrij goed vertegenwoordigd. Belgische kijkers vinden helaas geen enkele lokale app, een onbegrijpelijk minpunt in 2025. Lees het artikel over Fire TV voor alle details.

De overstap naar Fire TV heeft Panasonic niet aangezet om voor een modernere afstandsbediening te kiezen. De grote afstandsbediening met afgeronde vorm ligt goed in de hand, en de aangename toetsen hebben een lichte aanslag met goede feedback. We zijn ook erg tevreden over de “My App”-toets die je zelf kunt toewijzen aan een app naar keuze, en de “Picture”-toets waarmee je snel van beeldmode verandert. Het ontwerp heeft echter ook nadelen. Door de afmetingen kan je niet alle toetsen bereiken zonder je hand te verplaatsen. En de veelheid aan toetsen is toch wat verouderd. Een compactere versie, met minder toetsen en een oplaadbare batterij zou beter scoren.

De afstandsbediening van de TV-55Z90BE6.

Conclusie

Dat de Panasonic TV-55Z90BE6 uitstekende beeldkwaliteit levert, daar mag je van op aan. Wat jammer dan dat de prijs zo hoog is, dat kost hem een half punt. Als we even vergelijken met concurrenten, dan is de Z90B zonder meer de duurste terwijl hij geen exclusieve features biedt. Minpunten zijn er vooral voor Belgische kijkers die geen enkele lokale app op Fire TV vinden. Het gebrek aan DTS-ondersteuning, daar tillen we minder zwaar aan. Deze tv levert prachtige beelden, zowel in SDR als HDR en hij ondersteunt dan ook nog eens alle belangrijke HDR-formaten. De audio-oplossing levert goede geluidskwaliteit en zorgt samen met de knappe beelden voor een hele mooie filmbeleving. Fire TV heeft alle internationale streaming-apps in huis. Gamers zullen deze televisie ook waarderen want ook voor hen heeft hij alle belangrijke features.

▼ Volgende artikel
Review Motorola Edge 70 – Licht toptoestel leg gewicht in de schaal
© Wesley Akkerman
Huis

Review Motorola Edge 70 – Licht toptoestel leg gewicht in de schaal

De Motorola Edge 70 volgt de recente trend van dunne, lichte smartphones, maar dan met een zachter prijskaartje van net geen 800 euro. Hoewel het geen directe concurrent is van vlaggenschepen als de S25 Edge, bewijst de Edge 70 dat een uniek premium ontwerp niet de hoofdprijs hoeft te kosten.

Uitstekend
Conclusie

De Motorola Edge 70 is een slimme aankoop als je een slank en licht toestel zoekt voor minder dan 1000 euro. De bouwkwaliteit, het scherm, de lange batterijduur en de robuustheid maken dit een fijne smartphone voor dagelijks gebruik. Ondanks de bloatware en de onvolwassen Moto AI bewijst dit toestel dat je geen duur vlaggenschip nodig hebt voor een vooruitstrevend ontwerp en vlotte prestaties.

Plus- en minpunten
  • Licht en slank ontwerp
  • Fijn en kleurrijk amoledscherm
  • Lange batterijduur
  • Robuust en duurzaam
  • Unieke kleurenopties
  • Geen telelens
  • Beperkte opties voor video-opnamen
  • Plaatsing vingerafdrukscanner
  • Onnatuurlijke foto's
  • Veel vooraf geïnstalleerde apps

Met een dikte van nét iets minder dan 6 millimeter en een gewicht van slechts 159 gram is de Edge 70 een van de lichtste en slankste telefoons op de markt. Desondanks voelt het toestel niet goedkoop aan, en dat is te danken aan een stevig aluminium chassis en een op nylon geïnspireerde bekleding. De Edge 70 biedt bovendien uitstekende duurzaamheid: hij heeft een MIL-STD-810H-certificering (MIL staat voor military grade), IP68- en IP69-ratings én is voorzien van Gorilla Glass 7i.

Het 6,7-inch amoledscherm heeft een resolutie van 2712 bij 1220 pixels en een adaptieve verversingssnelheid van 1 tot 120 Hz. Het vlakke oledpaneel biedt daarnaast een hoog contrast. Vooral de levendige, licht verzadigde kleuren, mogelijk gemaakt door de Pantone-nabewerking, vallen positief op. Het enige nadeel aan het display is de laag geplaatste vingerafdrukscanner; om die te gebruiken moet je je duim in een oncomfortabele positie buigen.

©Wesley Akkerman

Uitstekende middenklasser

De Edge 70 wordt aangedreven door de middenklasse Qualcomm Snapdragon 7 Gen 4-processor, bijgestaan door 12 GB werkgeheugen en 256 GB aan opslagruimte. Vooral de cpu is op papier minder krachtig dan die van de duurdere vlaggenschepen, maar in de praktijk maakt dat weinig uit. Apps worden snel geopend en multitasking gaat het apparaat goed af. Een groot voordeel is dat de processor niet erg heet wordt onder hoge druk en zijn werk dus zonder morren doet.

Een ander voordeel is dat de 4800mAh-batterij het opvallend lang volhoudt; zelfs bij matig tot zwaar gebruik is dat al snel een volledige dag. Daarmee overtreft hij de duurdere concurrentie van Samsung en Apple. Opladen gaat eveneens vlot, met 68 W bedraad, waardoor je binnen 50 minuten weer een volledig opgeladen batterij hebt. Ook op dit punt scoort Motorola flink wat punten.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Typisch Motorola

Traditioneel doet Motorola het goed op het gebied van software dankzij de bijna stock Android 16-ervaring. Helaas treffen we deze keer behoorlijk wat bloatware aan en zijn er advertenties zichtbaar in de weerapp; dubieus voor een toestel van 800 euro. Tijdens de installatie word je bovendien meermaals gevraagd om voorgestelde apps te installeren. En als je daar nee op zegt, kom je alsnog applicaties tegen waar je niet om vroeg, zoals TikTok en Perplexity AI.

Wat betreft ondersteuning kan de Motorola Edge 70 rekenen op vier Android-upgrades (tot Android 20) en vijf jaar aan beveiligingspatches. Hoewel dat voldoende is voor een middenklasser, blijft het wel iets achter bij de langere support die Samsung en Google bieden. Daarnaast voelt Moto AI nog aan als een achtergesteld project. De functies werken niet allemaal in het Nederlands, waardoor de AI-knop op het toestel eigenlijk nog maar weinig waarde heeft.

Groothoeklens

1x zoom

2x zoom

Foto's maken gaat prima

Het camerasysteem bestaat uit een 50MP-hoofdcamera met optische beeldstabilisatie, een 50MP-ultragroothoeklens en een 50MP-selfiecamera. Bij voldoende licht leveren deze camera's prettig ogende foto's met een ruim dynamisch bereik. Vooral in het donker verrast het toestel: dankzij de grote sensoren blijven beelden helder en gedetailleerd. Jammer is wel dat de software kleuren soms te nadrukkelijk verzadigt, waardoor foto's iets minder natuurlijk overkomen. Voor gebruik op sociale media zijn ze echter meer dan prima.

Toch kent het camerasysteem duidelijke beperkingen. Video's kunnen slechts in 4K met 30 fps worden opgenomen, terwijl beeldstabilisatie alleen werkt bij 1080p en 30 fps. Daarnaast kan de handmatige scherpstelling onverwacht invloed hebben op de helderheid. En doordat er geen telelens aanwezig is, ben je volledig aangewezen op digitale zoom. Begrijpelijk gezien de slanke behuizing van de Edge 70, maar alsnog een teleurstellend compromis.

Macrostand

Motorola Edge 70 kopen?

De Motorola Edge 70 is een slimme aankoop als je een slank en licht toestel zoekt voor minder dan 1000 euro. De bouwkwaliteit, het scherm, de lange batterijduur en de robuustheid maken dit een fijne smartphone voor dagelijks gebruik. Ondanks de bloatware en de onvolwassen Moto AI bewijst dit toestel dat je geen duur vlaggenschip nodig hebt voor een vooruitstrevend ontwerp en vlotte prestaties.