ID.nl logo
5 fouten met je beveiligingscamera die je hierna nooit meer maakt
© Wesley Akkerman
Zekerheid & gemak

5 fouten met je beveiligingscamera die je hierna nooit meer maakt

Als je investeert in een slimme beveiligingscamera, dan investeer je in een gevoel van rust en controle. Echter, de camera installeren en het er daarna bij laten, is meestal niet de meest effectieve methode voor het dagelijkse gebruik. Zo voorkom je beginnersfouten haal je alles uit de beveiligingscamera.

Wanneer mensen een slimme camera aanschaffen, dan maken ze soms een aantal gemakkelijk te voorkomen fouten waar we allemaal van kunnen leren:

  • De plaatsing is verkeerd (waardoor je niet alles goed kunt zien)
  • Geen rekening houden met het wifi-bereik
  • Updates negeren
  • Wachtwoorden gebruiken die je gemakkelijk kunt raden
  • Het verkeerde model kopen
  • De beelden niet bekijken

Lees ook: Waar voor je geld: 5 oplaadbare beveiligingscamera’s van max 200 euro

Op de verkeerde plek neerzetten

Je kunt nog zo’n goede, slimme beveiligingscamera hebben – maar als je hem op de verkeerde plek neerzet, dan heb je er vrij weinig aan. We weten het: dit klinkt als een gigantische open deur. Natuurlijk moet je een camera niet op een muur of plafond richten, maar daarmee is nog niet alles gezegd. Wanneer je bijvoorbeeld een buitencamera installeert, dan kan het handig zijn om hem een beetje uit het zicht op te hangen. Anderzijds kan de camera inbrekers afschrikken, en dan is het juist handig om hem hoog op te hangen – in het zicht – zonder dat iemand er direct bij kan.

Daarbij moet je rekening houden met andere factoren. Denk dan aan bomen of andere vormen van beschutting. Wellicht wel de schuttingdeur. Zie je nog wel wie er binnenkomt als die deur opengaat? Datzelfde geldt natuurlijk voor binnendeuren. Heb je een camera die mee kan draaien met een beweging of die je op afstand kunt bedienen? Dan is het ook handig om rekening te houden met allerlei obstakels, zoals plantenbakken, stoelen en kasten. Voordat je een camera ophangt, bekijk de livebeelden dan eerst binnen de app om te zien of je wel alles ziet.

©Wesley Akkerman

Zelf de camera ophangen?

Zorg dat je goed gereedschap bij de hand hebt!

Het bereik en de updates

Over de plaatsing gesproken: het is daarbij ook van belang dat je rekening houdt met het draadloze wifi-signaal in huis of daarbuiten. Zodra de slimme beveiligingscamera te ver van je router geïnstalleerd wordt, kunnen er problemen ontstaan. Meldingen arriveren laat, het geluid hapert of de beelden tonen veel artefacten. Allemaal dingen die je wilt voorkomen. Je kunt dat wellicht oplossen met een extra punt in je meshnetwerk of door een wifi-versterker te kopen. Maar een plaatsing in de buurt van een router is wat ons betreft de beste oplossing.

Je hebt die internetverbinding overigens ook nodig voor het downloaden van updates. Updates voor beveiligingscamera’s hoeven niet per se alleen maar dingen toe te voegen, maar kunnen ook allerlei softwarefouten verhelpen of juist de beveiliging vergroten. In sommige apps van dit soort camera’s staan de automatische updates uit, waardoor je die dus even zelf moet inschakelen. Mocht er geen automatische updatefunctie zijn, check dan minimaal maandelijks of er nieuwe software beschikbaar is. Zo houd je je systeem lang gezond en fris.

Makkelijke wachtwoorden gebruiken

Over die beveiliging gesproken: als je wordt gevraagd een wachtwoord aan te maken, ga hier dan zorgvuldig mee om. Pas het standaardwachtwoord direct aan en verzin geen gemakkelijke wachtwoorden die een ander zo kan raden, zoals een verjaardag, naam van een geliefde of de naam van je eerst kat. Maak ook specifiek voor je slimme beveiligingscamera een uniek wachtwoord aan. Een wachtzin is wellicht nog beter, omdat je dan lekker veel tekens gebruikt. Vergeet ook geen leestekens of cijfers te gebruiken voor een nog betere beveiliging.

Soms helpt een app of website van de fabrikant bij het aanmaken van een wachtwoord, door daar eisen aan te stellen. Volg die stappen op om een uniek wachtwoord te maken; en anders kun je wellicht leunen op een gegeneerd wachtwoord van je wachtwoordenmanager.

©Eufy

Het verkeerde model of beelden niet bekijken

Als we dan nog even iets meer naar de basis kijken, dan is het ook verstandig om na te denken over het type beveiligingscamera. Zo heb je modellen die zich focussen op één punt, en modellen die zogezegd mee kunnen draaien (of op afstand bestuurbaar zijn). Daarnaast moet je rekening houden met zaken als nachtzicht, offline opslag en hoe je de camera aansluit. Soms heb je daar namelijk een hub voor nodig, maar meestal koppel je hem direct aan je wifi-netwerk. Het loont dus de moeite op onderzoek uit te gaan en wat recensies te lezen.

En áls je dan de juiste camera goed geïnstalleerd én beveiligd hebt, vergeet dan niet geregeld de beelden eens na te lopen. Het is heel verleidelijk om volledig op de detectiemogelijkheden van het apparaat te leunen, maar het kan natuurlijk dat die iets over het hoofd ziet. Valt je iets verdachts op, check dan of je iets op de beelden vastgelegd hebt. Helaas heb je hier in veel gevallen een abonnement voor nodig, maar sommige camera’s bieden ook een eigen opslagmogelijkheid aan. Dan kun je alles terugkijken waar en wanneer je maar wilt.


▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 condensdrogers voor minder dan 500 euro
© Beko
Huis

Waar voor je geld: 5 condensdrogers voor minder dan 500 euro

In de rubriek Waar voor je geld gaan we een aantal keer per week op zoek naar de beste producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Deze keer kijken we naar condensdrogers. Welke modellen zijn er te koop voor onder de 500 euro en wat zijn de mogelijkheden?

Een condensdroger is een type wasdroger dat vocht uit je wasgoed onttrekt en opvangt in een ingebouwd reservoir of via een afvoerslang afvoert. In tegenstelling tot luchtafvoerdrogers heeft een condensdroger geen externe afvoer nodig, wat hem flexibel maakt in gebruik en daardoor nagenoeg overal kunt plaatsen. Condensdrogers zijn doorgaans goedkoper in aanschaf dan warmtepompdrogers, maar verbruiken wel meer energie. We vonden vijf exemplaren van minder dan 500 euro.

Beko DCU8235BXT

Energy Label G

De Beko DCU8235BXT is een gebruiksvriendelijke condensdroger met een capaciteit van 8 kg, geschikt voor gezinnen of huishoudens met regelmatig wasgoed. Hij beschikt over diverse programma’s, waaronder opties voor katoen, synthetisch, sportkleding en delicate stoffen. De AquaWave-trommel zorgt voor een zachte behandeling van je kleding, wat de slijtage beperkt. De droger produceert gemiddeld 66 dB aan geluid. Het water wordt opgevangen in een intern reservoir, maar kan ook via een afvoerslang worden weggespoeld. Dit model is niet voorzien van de nieuwste technologieën, maar biedt alles wat je nodig hebt voor betrouwbaar dagelijks gebruik.

Uitgestelde start: Ja
Vulgewicht: 8kg
Type deur: glas
Fabrieksgarantie: 2 jaar (10 jaar op de motor)

Sharp KDNCB8S7PW91BX 

Energy Label G

Deze condensdroger van Sharp is ontworpen met het oog op eenvoud en efficiëntie. De machine biedt 15 programma’s, waaronder instellingen voor katoen, synthetisch, gemengde was en snelle droogbeurten. Het display is helder en overzichtelijk en toont duidelijk de resterende tijd. De bediening is eenvoudig, wat hem geschikt maakt voor gebruikers die vooral gemak zoeken. De wateropvang gebeurt in een reservoir dat handmatig geleegd moet worden, tenzij je kiest voor aansluiting op de afvoer. Voor wie een betrouwbare, eenvoudige droger zoekt zonder poespas, is dit een goede keuze.

Uitgestelde start: Ja
Vulgewicht: 8kg
Type deur: dicht
Fabrieksgarantie: 2 jaar

Hisense DH3S802BW2

Energy Label D

De Hisense DH3S802BW2 is een moderne warmtepompdroger met een capaciteit van 8 kg en diverse slimme functies. Deze droger is uitgerust met ConnectLife, waarmee je hem via een app op je smartphone kunt bedienen. Ook beschikt hij over een stoomfunctie, die helpt om kreukels te verminderen en kleding op te frissen. De trommel is binnenin verlicht en de bediening is overzichtelijk, met een groot display dat de resterende tijd toont. De machine beschikt over programma’s voor onder andere katoen, wol en delicate stoffen. Hoewel het energieverbruik lager is dan bij een standaard condensdroger, duurt het droogproces gemiddeld wel wat langer.

Uitgestelde start: Nee
Vulgewicht: 8kg
Type deur: glas
Fabrieksgarantie: 2 jaar

Beko DF8421TX0

Energy Label E

De Beko DF8421TX0 is een warmtepompdroger met een ruime inhoud van 8 kg. Dankzij de EcoGentle-technologie blijven kleuren langer mooi en wordt kleding zachter behandeld. De AquaWave-trommel met speciale patronen zorgt ervoor dat kleding minder slijt tijdens het drogen. Dit model beschikt over 15 programma’s, waaronder opties voor sportkleding, jeans en wol. Ook is er een anti-kreukfase na het drogen, wat handig is als je niet meteen de was uit de machine haalt. De machine is wat ouder (model 202), maar is nog steeds te koop. Oorspronkelijk was het energielabel A++, maar omgerekend naar de huidige meetmethode is dat nu een E-label geworden. Handige extra’s zijn de startuitstelfunctie en het duidelijke display met resttijdindicatie.

Uitgestelde start: Ja
Vulgewicht: 8kg
Type deur: glas
Fabrieksgarantie: 2 jaar (10 jaar op motor)

Frilec KOBLENZ 8600 TK

Energy Label F

De Frilec KOBLENZ8600TK is een eenvoudige, degelijke condensdroger en beschikt over meerdere standaardprogramma’s, zoals katoen, synthetisch en extra droog. De bediening is rechttoe rechtaan en het display toont de resterende droogtijd. Met een geluidsniveau van ongeveer 65 dB is hij niet de stilste, maar ook zeker niet storend in een gemiddelde omgeving. De droger heeft energielabel F, wat betekent dat hij relatief veel stroom gebruikt vergeleken met warmtepompdrogers. Het water dat uit het wasgoed wordt gehaald, wordt opgevangen in een waterreservoir. Deze moet handmatig geleegd worden, tenzij je hem aansluit op een afvoer.

Uitgestelde start: Ja
Vulgewicht: 8kg
Type deur: glas
Fabrieksgarantie: 5 jaar

▼ Volgende artikel
5 veelgemaakte fouten bij het koken op inductie
© alfa27 - stock.adobe.com
Huis

5 veelgemaakte fouten bij het koken op inductie

Aangebrand eten, vibrerende pannen of ongelijke resultaten: wie net begint met koken op inductie kan tegen dit soort frustraties aan lopen. Gelukkig zijn ze makkelijk te voorkomen. Wij vertellen wat de meest gemaakte fouten zijn bij het koken op inductie én hoe je ze voorkomt.

In het kort

Overgestapt van gas op inductie? Dat is vaak even wennen. Wij zetten 5 veelgemaakte fouten bij het koken op een rij, zodat jij ze niet hoeft ze maken. Dit zijn ze:

  1. Verkeerde pannen gebruiken
  2. Kookzones niet goed benutten
  3. Te hoog vermogen gebruiken
  4. Boostfunctie te veel gebruiken
  5. Niet goed schoonmaken

Inductieplaat kopen?

Check hier de beste deals!

Fout 1: Verkeerde pannen gebruiken

Een klassieke fout bij het koken op inductie is het gebruik van pannen die eigenlijk niet geschikt zijn voor dit type kookplaat. Inductie werkt via een magnetisch veld dat de bodem van de pan rechtstreeks verwarmt. Zijn jouw pannen niet magnetisch, dan is het gevolg een tragere opwarming, ongelijke garing en onnodig veel energieverbruik. Soms reageert een inductiekookplaat helemaal niet op gewone pannen.

Weet je niet zeker of jouw pannen geschikt zijn voor inductie? Doe dan de magneettest: pak een (koelkast)magneet en houd 'm tegen de bodem van de pan. Plakt de magneet stevig vast? Dan is de pan geschikt voor inductie. Glijdt de magneet weg of is de magnetische werking veel te zwak? Dan kun je beter niet koken met deze pan. 

Extra tip: als je nieuwe pannen voor je inductiekookplaat wilt kopen, let dan niet alleen op de magnetische werking. Ook de dikte van de bodem is belangrijk. Pannen met een bodem van minstens 4 à 5 mm dik verminderen de kans op aanbranden en trillen bij hoog vermogen. Kies daarnaast voor keukengerei van hout of siliconen; dat voorkomt krassen aan de onderkant van de pan. 

Fout 2: Kookzones niet goed benutten

Een inductiekookplaat werkt het best met pannen die qua formaat goed door de kookzone worden herkend. Zet je een pan neer die veel kleiner is dan de kookzone, dan kan het zijn dat de plaat hem niet detecteert of dat er minder vermogen beschikbaar is. Er gaat echter geen warmte verloren: alleen het deel van de pan dat binnen het magnetisch veld valt, wordt verwarmd. Een pan die juist groter is dan de kookzone kan leiden tot ongelijkmatige verhitting, omdat alleen het middendeel voldoende wordt opgewarmd. Let er daarnaast op dat de bodem van de pan vlak en schoon is, zodat het contact met het glasoppervlak optimaal blijft. Een kromgetrokken of vuile bodem kan de werking verstoren.

©vectorizer88 - stock.adobe.com

Fout 3: Te snel opwarmen

Inductie warmt veel sneller op dan gas. Daardoor zetten veel mensen het vermogen al snel te hoog, met als gevolg dat olie of eten kan aanbranden. Het is slimmer om op een lagere stand te beginnen en de temperatuur geleidelijk op te voeren, zeker bij bakken of sudderen. Voor water koken mag je gerust vol vermogen gebruiken, maar bij braden is dat vaak niet nodig. Merk je dat je pan gaat trillen of de kookplaat een zoemend geluid maakt, dan staat hij waarschijnlijk te hoog. Gebruik bovendien olie of vet met een hoog rookpunt, zoals arachideolie, zonnebloemolie, kokosolie of geklaarde boter (ghee). Daarmee voorkom je dat het vet te snel verbrandt.

Fout 4: Boostfunctie te veel gebruiken 

Veel inductiekookplaten hebben een boostfunctie die het vermogen tijdelijk flink opschroeft. Ideaal om snel een pan met water aan de kook te brengen of grote hoeveelheden soep of pasta te verhitten. Voor delicate bereidingen is de booststand minder geschikt, omdat de pan dan zo heet wordt dat eten kan aanbranden of ongelijk gaart. Gebruik hem dus met beleid: handig als je snel kracht nodig hebt, maar niet bedoeld om continu op te koken.

Fout 5: Niet goed schoonmaken 

Vlekken en etensresten op je inductiekookplaat zijn niet alleen onhygiënisch, ze kunnen ook blijvende schade veroorzaken. Vooral suikers zijn verraderlijk: die kunnen bij verhitting het glasoppervlak aantasten. Ook verbrande resten laten vaak hardnekkige vlekken achter en kunnen het glas op den duur verkleuren of zelfs doen barsten. Maak de kookplaat daarom na gebruik altijd schoon. Gebruik een licht vochtige doek met een mild reinigingsmiddel, zoals een beetje afwasmiddel of een speciaal middel voor inductiekookplaten. Voor aangekoekte resten is een speciale kookplaatschraper handig. Vermijd schuurmiddelen en schuursponsjes, want die veroorzaken krassen en maken het glas dof.