ID.nl logo
Met de elektrische auto op wintersport? Hier moet je op letten!
© Vladimir Polikarpov - stock.adobe.com
Mobiliteit

Met de elektrische auto op wintersport? Hier moet je op letten!

Op wintersportvakantie met de elektrische auto is tegenwoordig goed te doen. Maar net als met 'gewone' benzine- of dieselauto’s moet je goed voorbereid de weg opgaan en heb je te maken met een aantal specifieke regels in de populairste wintersportlanden. Hier moet je op letten als je met de elektrische auto op wintersportvakantie gaat.

In dit artikel lees je over:

  • Het belang van een goede uitrusting, zoals winterbanden en sneeuwkettingen

  • Het plannen van je route en laadmomenten voor je elektrische auto

  • Verminderde accucapaciteit door kou en extra energieverbruik

  • Laadmogelijkheden en -kosten in populaire wintersportlanden, zoals Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland en Frankrijk

  • Benodigde vignetten en milieustickers voor je elektrische auto

  • Het gebruik van regeneratief remmen om de actieradius te vergroten

  • Ook lezen: De beste vakantievoorbereiding voor je elektrische auto

Een goede uitrusting is het halve werk

Het spreekt voor zich, maar wordt nog steeds door sommigen onderschat: een goede uitrusting voor de wintersportvakantie. De meeste aandachtspunten, zoals verlichting en voldoende ruitensproeiervloeistof met antivries, zijn logisch voor de meeste Nederlanders. De belangrijkste is winterbanden, want die zijn 'onder winterse omstandigheden' verplicht in Duitsland, Oostenrijk en delen van Frankrijk. De politie controleert vrijwel alle herfst- en wintermaanden hierop, ook bij elektrische auto's.

Ontdek jouw ideale elektrische auto

Vergelijk en vind de beste deals op Kieskeurig.nl!

Winterbanden hebben meer profiel en zijn gemaakt van een zachter rubber, waardoor ze meer grip hebben op gladde wegen. Vanaf 30 september 2024 zijn in Duitsland alleen nog winterbanden toegestaan met het 3PMSF-symbool erop. Die herken je aan een sneeuwvlok in een berg op de zijkant van de band.

Meer weten? Lees hier alles over winterbanden!

Lees ook over wanneer je sneeuwkettingen moet gebruiken

©Sabrewolf

Plan goed je route en laadmomenten

Laden in Europese wintersportlanden is iets uitdagender dan in Nederland, waar we nu eenmaal kunnen profiteren van een uitstekend laadnetwerk. We adviseren om de auto voor vertrek volledig op te laden en om een route met voldoende laadpunten te plannen. Je zult merken dat de accu tijdens de wintersportvakantie sneller leeg raakt dan normaal. Dat heeft een aantal redenen.

Houd rekening met minder accucapaciteit

De meeste accu’s presteren het best bij een temperatuur tussen de 15 en 25 graden Celsius. Bij lagere temperaturen neemt de capaciteit af; in theorie kan de accucapaciteit 's winters tot wel 30 procent afnemen. Gelukkig zijn steeds meer moderne EV’s tegenwoordig (al dan niet optioneel) uitgerust met een warmtepomp die het accupakket op temperatuur kan houden.

Daar komt bij dat je waarschijnlijk op wintersport gaat met een volgeladen elektrische auto, vaak ook nog inclusief dakkoffer, terwijl de verwarming/airco continu aanstaat. Dat kost allemaal meer energie. Via diverse navigatie-apps, maar ook de navigatie van je auto, kun je een route met laadpunten inplannen. Je ziet dan meestal de actuele tarieven erbij staan en welke betaalmogelijkheden er zijn.

Stekkers en laadpassen

Wat betreft het laden zijn de juiste laadpassen en een werkende creditcard het belangrijkst. Je zou eventueel nog een extra verloopstuk mee kunnen nemen voor verschillende laadstekkers. De EU-standaard is de Type 2-stekker (Mennekes) en die vind je overal. Heel soms kom je een ChaDeMo-stekker tegen, vooral in Frankrijk, maar die zie je eigenlijk steeds minder.

Terug naar de laadpassen en creditcard: op de hoofdwegen van wintersportlanden hebben de populairste Nederlandse laadpassen meestal een prima dekking. Op www.laadpastop10.nl kun je per land bekijken welke laadpas daar goed wordt ondersteund tegen de beste tarieven. Ook is het handig om bij het uitstippelen van de route vast te kijken welke laadpassen er bij de laadstops van jouw keuze worden geaccepteerd.

©Halfpoint - stock.adobe.com

Laden in populaire wintersportlanden

Laten we per wintersportland even kijken naar de laadmogelijkheden ten opzichte van Nederland.

Duitsland

Met name langs de snelwegen doet Duitsland qua laadmogelijkheden niet onder voor Nederland. Wel krijg je te maken met hogere laadtarieven, al zijn die voor de snelladers vergelijkbaar met ons land. Bij de meeste Duitse laadpunten kun je met een Nederlandse laadpas of app terecht, en anders wel met een creditcard. Duitsland heeft bovendien veel Tesla Superchargers die tegenwoordig ook andere elektrische auto’s laten laden. Verder richting het oosten neemt het laadnetwerk van Duitsland af, dus laad nog volledig op voordat je de grens oversteekt.

Oostenrijk

Oostenrijk heeft langs zijn belangrijkste wegen een prima laadnetwerk voor Nederlandse laadpashouders. Wel zijn de tarieven hoger dan in Nederland en Duitsland. Ook kunnen extra parkeerkosten in rekening worden gebracht.

Zwitserland

Zwitserland is sowieso duur en het opladen van een elektrische auto is daarop helaas geen uitzondering. Het populaire wintersportland heeft dan ook de hoogste laadtarieven van Europa. Je kunt de pijn iets verzachten door een laadpas te nemen waarmee je een vast laadtarief voor Zwitserland kunt instellen. Het netwerk en de dekkingsgraad voor Nederlandse laadpassen is vergelijkbaar met dat van Duitsland en Oostenrijk.

Frankrijk

Met name in het noorden heeft Frankrijk genoeg laadmogelijkheden en dankzij nationale wetgeving zijn ze voorzien van alle stekkeropties, maar je moet als skiër of snowboarder natuurlijk naar de bergen in het zuiden. Daar kan het wat lastiger worden, al zijn er langs de tolwegen voldoende snelladers. Als je geld wilt besparen, vind je ook genoeg laadpunten langs de tolvrije routes nationales. Dat is langer rijden vanwege de maximumsnelheid van gemiddeld 80 km/u, maar ook de ideale snelheid voor een lange elektrische actieradius.

©Papichev Aleksandr

Vignetten en milieustickers

Elektrische auto’s zijn emissievrij. Toch moet je óók voor je EV de juiste papieren en stickers in de wintersportgebieden hebben. Je routeplanner geeft meestal duidelijk aan wanneer je door een milieuzone heen moet.

• In Frankrijk moet je een groene sticker op de elektrische auto plakken om door de milieuzones te mogen rijden. Bestellen kan alleen via de Franse overheidswebsite. Het kost een paar euro en de verzending kan tot twee weken duren. Houd daar dus rekening mee.

• Ook Duitsland heeft z’n eigen groene sticker voor elektrische auto’s en de ‘Umweltzones’ vind je vooral in de binnensteden. De sticker kost gemiddeld 15 à 20 euro en naast online bestellen kun je ze in Duitsland bij de meeste tankstations, gemeentekantoren en autospeciaalzaken kopen.

• Oostenrijk heeft nog geen milieuzones voor personenauto’s. Dat geldt ook voor Zwitserland, al moet je daar wel een tolvignet hebben.

Bonustip: zet regeneratief remmen aan

Op wintersportvakantie met de elektrische auto heeft nog één groot voordeel, en dat is regeneratief remmen. De EV heeft meer stroom nodig tijdens het klimmen in de bergen, maar tijdens het dalen kun je volop profiteren van het regeneratieve remsysteem. De remkracht wordt daarmee omgezet in stroom voor het accupakket, en dat betekent heel veel gratis kilometers!

Laad dus boven op de berg je auto niet volledig op, want dan kunnen er meer gratis kilometers worden ‘bijgeremd’. Bij een volle accu werkt regeneratief remmen niet en moeten de gewone remmen al het werk doen, met bijbehorende extra slijtage tot gevolg.

Lees hier over nog meer handige tips, geschikt voor elke automobilist die op wintersportvakantie gaat!

Download nu GRATIS het EV Duurtest-rapport 2024!

In het EV Duurtest-rapport zijn nieuwe elektrische auto's door verschillende consumenten getest. Alle resultaten vind je terug in dit digitale rapport. Door het invullen van je naam en e-mailadres meld je je aan voor ontvangst van het Kieskeurig EV Duurtest-rapport. Tevens ben je ingeschreven voor de Kieskeurig.nl EV-nieuwsbrief.

Vraag een offerte aan voor laadpalen:

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen